Zitting van GR van 25 MAART 2021
1. Gemeenteraad - 25 februari 2021 - notulen en audiovisuele opname - goedkeuring
Aanleiding en context
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de notulen en de audiovisuele opname van de vorige zitting goed te keuren.
Motivering
Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.
Artikel 278 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Juridische gronden
Algemene basisbevoegdheid: Art. 32 Decreet Lokaal Bestuur
Andere:
Art. 277 en 278 Decreet Lokaal Bestuur
Art. 32 en 33 Huishoudelijk reglement gemeenteraad
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1
De gemeenteraad besluit de notulen van de zitting van de gemeenteraadszitting van 25 februari 2021 goed te keuren.
Artikel 2
De gemeenteraad besluit de audiovisuele opname van de gemeenteraadszitting van 25 februari 2021 goed te keuren.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
2. Jaarrekening 2020 - deel gemeente - vaststelling
Aanleiding en context
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de jaarrekening 2020, voor wat betreft het deel van de gemeente, vast te stellen.
Motivering
De jaarrekening 2020 bevindt zich in bijlage. Deze ligt voor met de volgende cijfers:
Exploitatiesaldo | 4.301.013 |
Investeringssaldo | -4.831.968 |
Financieringssaldo | 2.475.697 |
Budgettair resultaat van het boekjaar | 1.944.743 |
Beschikbaar budgettair resultaat | 9.441.149 |
Autofinancieringsmarge | 3.318.565 |
Balanstotaal | 62.006.614 |
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 41, 2e alinea, 3° Decreet Lokaal Bestuur
• Art. 260 en 262 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
BESLUIT
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1
De gemeenteraad besluit de jaarrekening 2020, voor wat betreft het deel van de gemeente, vast te stellen.
De openbare zitting van de gemeenteraad wordt geschorst om deze, na de beslissing over de jaarrekening door de OCMW-raad, te hernemen.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
3. Jaarrekening 2020 - deel vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn - goedkeuring
Aanleiding en context
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om de jaarrekening 2020, voor wat betreft het deel van het OCMW dat op heden werd vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn, goed te keuren.
Motivering
De raad voor maatschappelijk welzijn heeft in zitting van heden de jaarrekening 2020, voor wat betreft het deel van het OCMW, vastgesteld. De gemeenteraad dient dit conform de BBC-wetgeving goed te keuren, waardoor de volledige jaarrekening 2020 definitief is vastgesteld en voor goedkeuring kan bezorgd worden aan de toezichthoudende overheid.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 41, 2e alinea, 3° Decreet Lokaal Bestuur
• Art. 260 en 262 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1
De gemeenteraad besluit om de jaarrekening 2020, voor wat betreft het deel van het OCMW dat op heden werd vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn, goed te keuren.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
4. Rapport organisatiebeheersing 2020 - kennisname
Aanleiding en context
De gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van het rapport organisatiebeheersing met betrekking tot het jaar 2020.
Motivering
Onze organisatie wil haar doelstellingen behalen. Dat is vanzelfsprekend. Dit willen we op een zo kwaliteitsvolle, efficiënte en effectieve manier doen. Daarom werd een kader omtrent organisatiebeheersing goedgekeurd tijdens de gemeente- en OCMW-raadszittingen van respectievelijk 13 juli en 3 juli 2017. Het kader werd aangepast tijdens de gemeente- en OCMW-raad van 19 december 2019.
Het opmaken en laten goedkeuren van dergelijk kader is bovendien verplicht volgens artikel 219, eerste lid van het Decreet Lokaal Bestuur.
Ons kader bepaalt dat we werken volgens de PDCA-cyclus:
• In de planfase brengen we in kaart aan welke aspecten van onze organisatie we willen werken. Dit doen we aan de hand van een zelfevaluatie waarbij we onze risico’s in kaart brengen en de daaraan gekoppelde verbeteracties vastleggen. Dit kan geïntegreerd worden in het meerjarenplan.
• Op het moment dat we de plannen effectief uitvoeren, bevindt onze organisatie zich in de do-fase. De verbeterprojecten worden gerealiseerd.
• De check-fase is de fase waarin we door monitoring, evaluatie en rapportering de stand van zaken opmaken. In die fase wordt nagezien wat is verwezenlijkt en waar we het plan moeten bijsturen.
• Het is mogelijk dat naar aanleiding van deze ‘check’ een bijsturing van het plan noodzakelijk is. De act-fase zorgt voor deze bijsturing.
Met huidig rapport, in bijlage gevoegd, bevinden we ons in de check-fase. We denken na waarover we willen rapporteren. De gegevens die we vervolgens verzamelen moeten ons nuttige info opleveren om daarna al dan niet actie te ondernemen. Het is mogelijk dat we hierbij oordelen dat we het meerjarenplan moeten aanpassen (act-fase).
We moeten hierbij opmerken dat we dit jaar voor het eerst streven naar een uitgebreidere rapportering. Het rapport is dus een ‘work in progress’ dat we de komende jaren moeten verfijnen. Bij verschillende items worden bijvoorbeeld gegevens aangeleverd, maar worden er nog geen verdere analyses gemaakt. Binnen het managementteam zal afgestemd worden waar verder wordt op ingezet en op welke manier.
Artikel 219, tweede lid van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de algemeen directeur jaarlijks rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.
Het rapport organisatiebeheersing 2020 werd besproken tijdens het managementteam op 3 maart 2021 en werd positief geadviseerd.
Juridische gronden
Algemene basisbevoegdheid: Art. 219, tweede lid Decreet Lokaal Bestuur
Andere: Art. 217 - 220 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
De gemeenteraad neemt kennis van het rapport organisatiebeheersing met betrekking tot het jaar 2020.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
5. Visum en debiteurenbeheer 2020 - rapportering - kennisname
Zitting van GR van 25 MAART 2021
6. Kleine Brandstraat – ’s Gravenstraat – Deerlijkstraat – heraanleg asfaltverharding en plaatselijke vernieuwing fundering - lastvoorwaarden, raming en wijze van gunnen - goedkeuring
Aanleiding en context
De gemeenteraad wordt gevraagd de lastvoorwaarden, raming en wijze van gunnen van de opdracht “Kleine Brandstraat – ’s Gravenstraat – Deerlijkstraat – heraanleg asfaltverharding en plaatselijke vernieuwing fundering” goed te keuren.
Motivering
In het kader van de opdracht “Kleine Brandstraat – ’s Gravenstraat – Deerlijkstraat – heraanleg asfaltverharding en plaatselijke vernieuwing fundering” werd een bestek met nr. 2021-04 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.
Voor deze opdracht werd tussen de gemeente Deerlijk, stad Harelbeke en gemeente Zwevegem een samenwerkingsovereenkomst afgesloten. De gemeenteraad keurde in zitting van 25 februari 2021 de samenwerkingsovereenkomst goed.
Overeenkomstig artikel 48 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten treedt de gemeente Deerlijk op als aanbestedende overheid.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 224.895,10 euro excl. btw of 272.123,07 euro incl. 21 % btw (47.227,97 euro btw medecontractant).
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 41, 10° dat stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om over te gaan tot het vaststellen van de wijze van gunnen waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden toegewezen en het vaststellen van de voorwaarden ervan behalve indien de opdracht nominatief in het budget is opgenomen of behoort tot het begrip ‘dagelijks bestuur’. Huidige opdracht is niet nominatief in het budget opgenomen en valt niet onder het begrip ‘dagelijks bestuur’ zoals omschreven door de gemeenteraad in zitting van 28 januari 2016.
• Andere:
◦ De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
◦ Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
◦ Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
◦ De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
◦ De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.
◦ Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
◦ Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Raming of bedrag | 224.895,10 euro excl. btw of 272.123,07 euro incl. btw |
Actie | Verrichtingen zonder beleidsdoelstelling |
Jaarbudgetrekening | 0200-00/22400000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN |
Visum | vereist |
BESLUIT
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1
Het bestek met nr. 2021-04 en de raming voor de opdracht “Kleine Brandstraat – ’s Gravenstraat – Deerlijkstraat – heraanleg asfaltverharding en plaatselijke vernieuwing fundering”, opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer, worden goedgekeurd.
De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten.
De raming bedraagt 224.895,10 euro excl. btw of 272.123,07 euro incl. 21 % btw (47.227,97 euro btw medecontractant).
Artikel 2
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.
Artikel 3
De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.
Artikel 4
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2021, op jaarbudgetrekening 0200-00/22400000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN (actie GBB).
Jo Tijtgat Sophie Mespreuve Claude Croes Jurgen Beke Louis Haerinck Rolande Libert Regine Vanwynsberghe-Rooryck Carl De Donder Dirk Demeurie Hans Piepers Louis Vanderbeken Lies De Witte Matthias Vanneste Marc Coppens Marleen Prat Tundie D'hont Filip Terryn Sandra De Leeuw-Goussey Frans Kemseke Bert Schelfhout Philip Ghekiere Maurice Bekaert Jo Tijtgat Sophie Mespreuve Claude Croes Jurgen Beke Louis Haerinck Rolande Libert Regine Vanwynsberghe-Rooryck Carl De Donder Dirk Demeurie Louis Vanderbeken Lies De Witte Matthias Vanneste Marc Coppens Marleen Prat Tundie D'hont Filip Terryn Sandra De Leeuw-Goussey Frans Kemseke Bert Schelfhout Philip Ghekiere Maurice Bekaert Jo Tijtgat Jurgen Beke Marleen Prat Lies De Witte Louis Vanderbeken Maurice Bekaert Louis Haerinck Bert Schelfhout Carl De Donder Philip Ghekiere Matthias Vanneste Sophie Mespreuve Sandra De Leeuw-Goussey Regine Vanwynsberghe-Rooryck Claude Croes Dirk Demeurie Rolande Libert Marc Coppens Filip Terryn Tundie D'hont Frans Kemseke aantal voorstanders: 18 , aantal onthouders: 3 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van GR van 25 MAART 2021
7. Straten nieuwe verkaveling innewaarts de Tapuitstraat - naambepaling - definitieve beslissing - goedkeuring
Aanleiding en context
De gemeenteraad wordt gevraagd een definitieve beslissing te nemen rond de naambepaling van de nieuwe straten, gelegen in de verkaveling innewaarts de Tapuitstraat.
Motivering
In zitting van 28 januari 2021 heeft de gemeenteraad de principebeslissing genomen om volgende namen toe te kennen aan de vijf nieuwe straten, gelegen in de verkaveling innewaarts de Tapuitstraat:
• de hoofdstraat (nr. 1) krijgt de naam Overakkerstraat;
• de zijstraten (nrs. 2 tot 5) krijgen de namen Claire Vanhonnackerstraat, Hermina Ackestraat, Marja Sèsstraat en Zuster Remigiastraat.
Het voornemen tot straatnaambepaling werd aan een openbaar onderzoek onderworpen vanaf 1 februari 2021 tot en met 2 maart 2021 waarbij de eigenaars van de gronden gelegen langs/in de verkaveling en de projectontwikkelaar alsook de gemeentelijke cultuurraad werden aangeschreven.
Uit het proces-verbaal van 3 maart 2021 van sluiting van het openbaar onderzoek blijkt dat er geen bezwaren, noch opmerkingen werden ingediend.
Volgend advies werd ingediend door de cultuurraad op 16 februari 2021:
"De princiepsbeslissing van de gemeenteraad, de straten benoemen met namen van verdienstelijke vrouwen uit het recente verleden van Deerlijk, werd niet weerhouden, 5 leden stemden tegen, 1 lid was voor de princiepsbeslissing en 1 lid onthield zich.
Namen kunnen tot discussie leiden, er zijn buiten de opgegeven namen nog andere verdienstelijke vrouwen, die weliswaar in de schaduw staan. Hoe groot moet de bekendheid en verdienste zijn? De schrijfwijze is ook niet eenvoudig. Onze taal is rijk genoeg aan mooie namen die perfect bruikbaar zijn als straatnaam.
Daar deze nieuwe verkaveling deel uitmaakt van landbouwgronden, waar de heemkring een beschrijving van geeft, zou het toch logisch en passend zijn om de straten naar landbouwgewassen te noemen.
Daarom als gevolg van de stemming volgt de Cultuurraad het advies van de Heemkring "Dorp en Toren", de hoofdstraat krijgt de naam Overackerestraat of Overakkerstraat.
De benaming van de zijstraten verwijzen naar landbouwgewassen: Tarwestraat, Speltstraat, Masteluinstraat, Roggestraat en Gerststraat.
Het bestuur van de Cultuurraad vraagt nogmaals de aandacht op hun eerder voorstel, om bij de naamgeving een kleine uitleg te vermelden op de naamborden."
Het college van burgemeester en schepenen besloot, in zitting van 3 maart 2021, om, aangaande de naambepaling van de nieuwe straten gelegen in de verkaveling innewaarts de Tapuitstraat, het openbaar onderzoek te sluiten en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken hieromtrent een definitieve beslissing te nemen in de gemeenteraadszitting van 25 maart 2021.
Het college van burgemeester en schepenen nam in dezelfde zitting kennis van het advies van de cultuurraad doch besliste niet in te gaan op hun voorstel om de nieuwe straten, gelegen in de verkaveling innewaarts de Tapuitstraat, naar landbouwgewassen te noemen.
In zitting van 4 februari 2015 heeft het college van burgemeester en schepenen beslist om een beknopte toelichting van de gekozen benaming op de straatnaamborden te vermelden, enkel en alleen wanneer het om een eigennaam gaat en er beknopt kan gesteld worden waar de naam vandaan komt, wat hier ook het geval is.
Het college van burgemeester en schepenen stelde in zitting van 3 maart 2021 voor om op de straatnaamborden een kleine uitleg te vermelden als volgt:
• Overakkerstraat: Heerlijkheid Overackere - Grafelijk leenhof
• Claire Vanhonnackerstraat: Vlaamse zangeres - Woonde in Deerlijk van oktober 1953 tot augustus 1985.
• Hermina Ackestraat: Kortrijk 1868 - Deerlijk 1920 - vroedvrouw
• Marja Sèsstraat: Deerlijk 1906 - Heestert 1998 - vroedvrouw
• Zuster Remigiastraat: Ooigem 1917 - Gits 2008 - kleuteronderwijzeres-schoolhoofd Statiewijk
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 40 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
◦ Decreet tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen van 28 januari 1977
◦ Art. 41, § 2, 9° Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
De gemeenteraad besluit met 18 ja-stemmen: Claude Croes (CD&V), Bert Schelfhout (Open Vld), Regine Vanwynsberghe-Rooryck (CD&V), Sandra De Leeuw-Goussey (Open Vld), Matthias Vanneste (Open Vld), Louis Vanderbeken (CD&V), Jo Tijtgat (CD&V), Carl De Donder (CD&V), Louis Haerinck (CD&V), Jurgen Beke (CD&V), Rolande Libert (Open Vld), Marleen Prat (CD&V), Philip Ghekiere (Open Vld), Lies De Witte (CD&V), Marc Coppens (CD&V), Maurice Bekaert (Open Vld), Sophie Mespreuve (Onafhankelijk) en Dirk Demeurie (Onafhankelijk)
3 onthoudingen: Frans Kemseke (Deerlijk²), Tundie D'hont (Deerlijk²) en Filip Terryn (N-VA)
Artikel 1
De gemeenteraad besluit om volgende straatnamen toe te kennen aan de nieuwe straten in de verkaveling innewaarts de Tapuitstraat:
• de hoofdstraat (nr. 1) krijgt de naam Overakkerstraat;
• de zijstraten (nrs. 2 tot 5) krijgen de namen Claire Vanhonnackerstraat, Hermina Ackestraat, Marja Sèsstraat en Zuster Remigiastraat.
Artikel 2
De gemeenteraad besluit om de eigenaars van de gronden in/langs de verkaveling, de projectontwikkelaar, de cultuurraad en andere belanghebbenden, van onderhavige beslissing op de hoogte te brengen.
Artikel 3
De gemeenteraad besluit om onder de straatnaam, volgende toelichting op de straatnaamborden te (laten) vermelden:
Overakkerstraat
Heerlijkheid Overackere - Grafelijk leenhof
Claire Vanhonnackerstraat
Vlaamse zangeres
Woonde in Deerlijk van oktober 1953 tot augustus 1985
Hermina Ackestraat
Kortrijk 1868 - Deerlijk 1920
vroedvrouw
Marja Sèsstraat
Deerlijk 1906 - Heestert 1998
vroedvrouw
Zuster Remigiastraat
Ooigem 1917 - Gits 2008
kleuteronderwijzeres-schoolhoofd Statiewijk
Zitting van GR van 25 MAART 2021
8. Renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen - premiereglement - goedkeuring
Aanleiding en context
De gemeenteraad wordt gevraagd om het premiereglement renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen goed te keuren.
Motivering
Het oude premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen, goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 28 november 2019, liep af op 31 december 2020.
Het oude premiereglement werd onder de loep genomen door de jeugddienst en de jeugdraad en voldeed niet meer aan de huidige behoeften. Daarom werd er geopteerd om het oude premiereglement te laten aflopen en ondertussen te werken aan een nieuw premiereglement.
Het college van burgemeester en schepenen verzocht in zitting van 10 maart 2021 de voorzitter van de gemeenteraad om het premiereglement renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen, te agenderen op de gemeenteraad van 25 maart 2021.
De beleidsmedewerker en algemeen directeur verleenden positief advies aan voorliggend premiereglement.
De jeugdraad verleende een positief advies aan voorliggend premiereglement in zittingen van 7 februari 2021 en 7 maart 2021.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 40, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
◦ Art. 286, art. 330 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1
De gemeenteraad besluit onderstaand reglement goed te keuren:
PREMIEREGLEMENT RENOVATIE- EN/OF HERSTELLINGSWERKEN AAN JEUGDLOKALEN
Art. 1. - Wie en wat?
Aan de Deerlijkse jeugdvereniging of de vzw die aan een Deerlijkse jeugdvereniging verbonden is, wordt een premie toegekend voor renovatie- en/of herstellingswerken aan hun op het grondgebied van de gemeente gelegen en voor reguliere werking gebruikte jeugdlokalen onder de bij dit besluit gestelde voorwaarden.
Deze premie kan niet gecumuleerd worden met de premie verbonden aan het premiereglement lokalen in eigendom van cultuur en sport.
Art. 2. - Voorwaarden voor werken om in aanmerking te komen
Volgende renovatie- en/of herstellingswerken komen in aanmerking voor betoelaging:
• Onderhoudswerken aan gebouwen en installaties
◦ Werken die het gebruik van een constructie voor de toekomst ongewijzigd veilig stellen door het bijwerken, herstellen of vervangen van geërodeerde of versleten materialen of onderdelen.
• Structurele werken
◦ Werken aan het geheel van funderingen, dragende en niet-dragende muren, draagvloeren en vaste binnentrappen.
◦ Werken aan het dak.
• Stabiliteitswerken
◦ Het geheel of gedeeltelijk vervangen van buitenmuren of dragende binnenmuren.
• Veiligheidswerken
◦ Brandveiligheid, stevigheid, elektrische installatie, inbraak- en vandalismebeveiliging etc.
• Investeringen in energiebesparende maatregelen
◦ Chauffages vervangen, zonnepanelen, dubbel glas, LEDverlichting etc.
• Werken in functie van de toegankelijkheid van het jeugdlokaal
• Werken aan nutsvoorzieningen
◦ Gas, water en elektriciteit.
• Afwerking binnenin het gebouw
◦ Vloeren, binnendeuren, schuifwanden etc.
• Verfraaiingswerken
◦ Kleinschalige werken om het gebouw mooier te maken of het voorkomen ervan te verbeteren vb. schilderen.
Art. 3. – Werken die niet in aanmerking komen
Kosten die niet in aanmerking komen voor betoelaging zijn:
• Kosten voor los meubilair en losse toestellen (vb kookplaat)
• Luxe-uitvoeringen
• Bijbouwen of volume-uitbreiding van het gebouw
Deze opsomming geldt ten exemplatieve titel.
Art. 4. - Berekening premie
De premie bedraagt voor volgende werken 25 % van de kostprijs van de uitgevoerde renovatie- en/of herstellingswerken:
• Onderhoudswerken aan installaties
• Verfraaiingswerken
De premie bedraagt voor volgende werken 50 % van de kostprijs van de uitgevoerde renovatie- en/of herstellingswerken:
• Onderhoudswerken aan gebouwen
• Structurele werken
• Stabiliteitswerken
• Veiligheidswerken
• Investeringen in energiebesparende maatregelen
• Werken in functie van de toegankelijkheid van het jeugdlokaal
• Werken aan nutsvoorzieningen
• Afwerking binnenin het gebouw
Voor een jeugdvereniging kan de premie maximaal 10.000 euro bedragen per kalenderjaar. De aanvrager kan verschillende dossieraanvragen indienen per jaar die dan gecumuleerd kunnen worden tot maximum 10.000 euro op jaarbasis. Werken kunnen gespreid worden over verschillende jaren. De factuurdatum bepaalt voor welk jaar de premie toegekend kan worden. Als men wil spreiden, zal de aannemer de werken in verschillende kalenderjaren moeten factureren.
De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het in het meerjarenplan ingeschreven krediet.
Art. 5. – Procedure bij werken met een totale kostprijs lager dan 3.000 euro (incl. BTW).
Indien de totale kostprijs van een uit te voeren herstelling of renovatie niet hoger is dan 3.000 euro (incl. BTW), dient er geen principiële aanvraag ingediend te worden.
De minimum totale kostprijs van de aanvraag voor een uit te voeren herstelling of renovatie moet ten minste 300 euro (incl. BTW) bedragen.
Binnen de 4 maanden na het einde van de renovatie- en/of herstellingswerken dient de aanvraag voor definitieve toekenning van de premie aan het college van burgemeester en schepenen gericht te worden op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier. Er wordt een aanvraag ingediend per renovatie- en/of herstellingsdossier. Een jeugdvereniging kan dus per jaar meerdere dossiers indienen.
Bij deze aanvraag dienen gevoegd te worden:
• de voor echt verklaarde facturen;
• het betalingsbewijs van deze facturen.
Indien de jeugdvereniging of de vzw die aan de jeugdvereniging verbonden is geen eigenaar is van de lokalen, dient een kopie van de overeenkomst met de eigenaar, die garandeert dat de aanvrager nog minstens 5 jaar over het lokaal kan beschikken, toegevoegd te worden.
Na advies ingewonnen te hebben van de gemeentelijke jeugdraad zal de definitieve premie bepaald worden door het college van burgemeester en schepenen. De aanvrager wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht.
De bevoegde diensten kunnen een controle ter plaatse doen om na te gaan of de werken degelijk werden uitgevoerd en of de bewezen kosten effectief voor de werken gebruikt werden.
Art. 6. – Procedure bij werken met een totale kostprijs hoger dan 3.000 euro (incl. BTW).
De aanvraag tot principiële betoelaging dient ten laatste 3 maanden voor de start van de werken gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier. Er wordt een aanvraag ingediend per renovatie- en/of herstellingsdossier. Een jeugdvereniging kan dus per jaar meerdere dossiers indienen.
Bij de aanvraag dient gevoegd te worden:
• een beschrijving van de geplande werken
• de vermoedelijke datum voor de aanvang van de werken
• de vermoedelijke einddatum van de werken
• een gedetailleerde kostenraming van de werken of bestekken
Indien de jeugdvereniging of de vzw die aan de jeugdvereniging verbonden is geen eigenaar is van de lokalen, dient een kopie van de overeenkomst met de eigenaar, die garandeert dat de aanvrager nog minstens 5 jaar over het lokaal kan beschikken, toegevoegd te worden.
Vanuit de technische diensten van de gemeente zal voorafgaand een technisch advies opgemaakt worden. Hierbij kan extra uitleg of informatie opgevraagd worden bij de geplande werken aan de jeugdvereniging of de vzw verbonden aan de jeugdvereniging en/of wordt de situatie ter plaatse onderzocht.
Daarna wordt ook advies ingewonnen van de gemeentelijke jeugdraad.
Uiterlijk twee maanden na de indiening van het volledige principe-aanvraagdossier brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de subsidieerbaarheid van het voorgestelde dossier op basis van de verschillende adviezen. Het college van burgemeester en schepenen moet haar principiële goedkeuring geven vooraleer de werken kunnen starten.
Binnen maximum 4 maanden na het einde van de renovatie- en/of herstellingswerken dient de aanvraag voor definitieve toekenning van de premie aan het college van burgemeester en schepenen gericht te worden op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier.
Bij deze aanvraag dienen gevoegd te worden:
• de voor echt verklaarde facturen
• het betalingsbewijs van deze facturen
Na opnieuw advies ingewonnen te hebben van de gemeentelijke jeugdraad zal de definitieve premie bepaald worden door het college van burgemeester en schepenen. De aanvrager wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht.
De bevoegde diensten kunnen een controle ter plaatse doen om na te gaan of de werken degelijk werden uitgevoerd en of de bewezen kosten effectief voor de werken gebruikt werden.
De begunstigde zal zowel tijdens als na de uitvoering van de werken toezicht en controle door de bevoegde diensten toelaten.
Art. 7. – Voorschot
Jeugdverenigingen die dit wensen, kunnen een voorschot van 60 % van de voor de uit te voeren werken geraamde premie bekomen op voorwaarde dat:
• Voor het starten van de werken hiertoe een principiële aanvraag ingediend werd en deze na advies door de gemeentelijke jeugdraad werden goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen.
• De aanvraag vergezeld wordt van een gedetailleerde kostenraming van de werken of bestekken en een schriftelijke overeenkomst tussen de jeugdvereniging en de aannemer.
• Het totale bedrag van de uit te voeren werken minimaal 3.000 euro (incl. BTW) bedraagt.
• De jeugdvereniging expliciet verklaart de ter beschikking gestelde middelen te zullen aanwenden voor de opgegeven werken.
• De werken binnen het jaar na het ontvangen van het voorschot beëindigd zijn en de nodige bewijsstukken binnengebracht worden op de jeugddienst.
• De vzw verbonden aan de jeugdvereniging zich verantwoordelijk stelt tot terugbetaling van het voorschot in geval van misbruik (zie artikel 8).
• Het voorschot wordt gestort op de rekening van de vzw verbonden aan de jeugdvereniging.
Bij de definitieve afrekening en bepaling van de definitieve premie, zal het reeds verkregen voorschot in mindering gebracht worden.
Art. 8. – Misbruiken
Indien de bepalingen uit dit reglement niet nageleefd worden en het college van burgemeester en schepenen vaststelt dat de toegekende premie (incl. voorschot) niet wordt/werd aangewend conform dit reglement, kan het college van burgemeester en schepenen – na advies van de gemeentelijke jeugdraad – haar beslissing tot toekennen van de premie (incl. voorschot) intrekken. Bedragen die in het kader van dit premiereglement werden uitgekeerd en niet aangewend werden conform dit reglement, kunnen door de gemeente worden teruggevorderd.
Art. 9. – Inwerkingtreding en beëindiging
Dit reglement treedt in werking op 5 april 2021 en eindigt op 31 december 2025.
Artikel 2
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt conform artikel 286 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Artikel 3
Overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur zal, op dezelfde dag als de bekendmaking, de toezichthoudende overheid op de hoogte worden gebracht.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
9. Aankoop duurzaam materiaal voor jeugdbewegingen - premiereglement - goedkeuring
Aanleiding en context
De gemeenteraad wordt gevraagd om het premiereglement aankoop duurzaam materiaal voor jeugdbewegingen goed te keuren.
Motivering
Het oude premiereglement aankoop kampmateriaal, goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 28 november 2019, liep af op 31 december 2020.
Het oude premiereglement werd onder de loep genomen door de jeugddienst en de jeugdraad en voldeed niet meer aan de huidige behoeften. Daarom werd er geopteerd om het oude premiereglement te laten aflopen en ondertussen te werken aan een nieuw premiereglement.
Het college van burgemeester en schepenen verzocht in zitting van 10 maart 2021 de voorzitter van de gemeenteraad om het premiereglement aankoop duurzaam materiaal voor jeugdbewegingen, te agenderen op de gemeenteraad van 25 maart 2021.
De beleidsmedewerker en algemeen directeur verleenden positief advies bij voorliggend premiereglement.
De jeugdraad verleende een positief advies bij voorliggend premiereglement in zittingen van 7 februari 2021 en 7 maart 2021.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 40, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
◦ Art. 286, 330 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1
De gemeenteraad besluit onderstaand reglement goed te keuren:
PREMIEREGLEMENT AANKOOP DUURZAAM MATERIAAL VOOR JEUGDBEWEGINGEN
Art. 1. – Wie?
Aan de Deerlijkse jeugdbeweging wordt een premie toegekend voor aankoop van duurzaam materiaal voor jeugdbewegingen onder de bij dit besluit gestelde voorwaarden.
Art. 2. – Materialen die in aanmerking komen
Om voor betoelaging in aanmerking te komen dient het aan te kopen materiaal duurzaam te zijn en hieronder verstaan we:
• tenten en tentzeilen
• industrieel kookmateriaal
• sjorhout
• plooitafels en -stoelen
Art. 3. – Materialen die niet in aanmerking komen
Volgende materialen komen niet in aanmerking voor betoelaging:
• gewone onderhouds- of herstellingskosten van het materiaal voor jeugdbewegingen
• spelmateriaal
• luxegoederen
• ander losstaand meubilair dan plooitafels en -stoelen
Art. 4. – Berekening premie
De premie bedraagt 50 % van de kostprijs van de aangekochte duurzame materialen met een maximum van 1.000 euro per jeugdbeweging per jaar.
De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het in het meerjarenplan ingeschreven krediet.
Art. 5. – Principiële aanvraag
De aanvraag tot principiële toekenning van de premie dient vóór 15 april in het jaar van de aankoop gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier.
Bij de aanvraag dient gevoegd te worden:
• een beschrijving van de aan te kopen materialen
• een gedetailleerde kostenraming van de aan te kopen materialen
Uiterlijk twee maanden na de indiening van het volledige principe-aanvraagdossier brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de subsidieerbaarheid van het voorgestelde dossier, na advies ingewonnen te hebben van de gemeentelijke jeugdraad.
Art. 6. – Definitieve aanvraag
De aanvraag voor definitieve toekenning van de premie voor aankoop van duurzame materialen voor jeugdwerk dient vóór 1 november van hetzelfde jaar van de aankoop aan het college van burgemeester en schepenen gericht te worden op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier.
Bij deze aanvraag dienen gevoegd te worden:
• de voor echt verklaarde facturen
• het betalingsbewijs van deze facturen
Art. 7. - Misbruiken
De bevoegde diensten kunnen vervolgens een plaatsbezoek doen om vast te stellen of de aangekochte materialen voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld onder artikel 2. Er kan ook nagegaan worden of de aangekochte materialen effectief aangewend worden voor eigen gebruik door de aanvrager van de premie.
Indien de bepalingen uit dit reglement niet nageleefd worden en het college van burgemeester en schepenen vaststelt dat de toegekende premie (incl. voorschot) niet wordt/werd aangewend conform dit reglement, kan het college van burgemeester en schepenen – na advies van de gemeentelijke jeugdraad – haar beslissing tot toekennen van de premie intrekken. Bedragen die in het kader van dit premiereglement werden uitgekeerd en niet aangewend werden conform dit reglement, kunnen door de gemeente worden teruggevorderd.
Art. 8. - Inwerkingtreding en beëindiging
Dit reglement treedt in werking op 5 april 2021 en eindigt op 31 december 2025.
Art. 9. - Overgangsbepaling
In 2021 wordt eenmalig een uitzondering toegestaan op de datum die in artikel 5 van het premiereglement ‘aankoop duurzaam materiaal voor jeugdbewegingen’ vermeld staat: 15 april wordt uitzonderlijk en eenmalig vervangen door ‘5 mei’ voor de aanvragen tot principiële toekenning die in 2021 gebeuren. Dit wordt toegestaan om de aanvragers voldoende tijd te geven om de aanvraag in te dienen.
Artikel 2
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt conform artikel 286 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Artikel 3
Overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur zal, op dezelfde dag als de bekendmaking, de toezichthoudende overheid op de hoogte worden gebracht.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
10. Lokaal overleg kinderopvang - samenstelling, statuten en huishoudelijk reglement - goedkeuring
Aanleiding en context
De gemeenteraad wordt gevraagd om de statuten met inbegrip van de samenstelling, en het huishoudelijk reglement van het lokaal overleg kinderopvang (LOK) goed te keuren.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen keurde in zitting van 13 maart 2019 de krijtlijnen voor de organisatie en samenstelling van adviesraden goed. Daarin vraagt het college van burgemeester en schepenen aan de gemeentelijke adviesraden om hun samenstelling, statuten en huishoudelijk reglement ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
De vorige statuten van het lokaal overleg kinderopvang dateren van 2007 en werden daarna niet meer gewijzigd of herbevestigd. Dit omdat er bij een eerdere oproep bij het begin van de legislatuur onvoldoende kandidaten waren om een nieuw lokaal overleg kinderopvang op te starten. Tevens waren en zijn er beleidsmatig geen ruime intenties om in te zetten op kinderopvang en ook de personele mogelijkheid om beperkt invulling aan kinderopvang te geven, was er toen niet.
Het voorleggen van deze statuten wijst op een nieuwe start van het lokaal overleg kinderopvang te Deerlijk.
De samenstelling en het bestuur van het lokaal overleg kinderopvang worden vastgelegd volgens de vooropgestelde adviezen van het agentschap Opgroeien.
In zitting van 10 maart 2021 nam het college van burgemeester en schepenen kennis van de statuten met inbegrip van de samenstelling, en van het huishoudelijk reglement van het LOK en verzocht het de voorzitter van de gemeenteraad de goedkeuring ervan te agenderen op huidige gemeenteraad.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 41, 2e lid, 13° Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
◦ Besluit van de Vlaamse Regering van 24 mei 2013 (BS 18 juni 2013) houdende het lokaal beleid kinderopvang
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1
De gemeenteraad besluit de statuten, met inbegrip van de samenstelling, van het lokaal overleg kinderopvang goed te keuren.
STATUTEN LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG DEERLIJK
HOOFDSTUK 1: Doelstellingen en opdracht
Artikel 1
Het lokaal overleg kinderopvang Deerlijk heeft volgende doelstellingen:
• het afstemmen van de vraag en het aanbod inzake kinderopvang van 0 – 3 jaar op lokaal niveau;
• het bevorderen van kwalitatieve en toegankelijke kinderopvang binnen de gemeente Deerlijk.
Artikel 2
Opdrachten van het lokaal overleg kinderopvang Deerlijk:
• het lokaal bestuur adviseren bij de opmaak van het lokaal beleid kinderopvang en eventuele bijsturing ervan;
• het lokaal bestuur adviseren over de uitvoering van het lokaal beleid kinderopvang en eventuele bijsturing ervan;
• het lokaal bestuur adviseren met betrekking tot de uitbouw van opvangvoorzieningen binnen de gemeente.
HOOFDSTUK 2: Samenstelling en structuur
Artikel 3
Het lokaal overleg kinderopvang Deerlijk is samengesteld uit een algemene vergadering die eveneens instaat voor het dagelijks bestuur.
Artikel 4
Het gemeentebestuur moet in het lokaal overleg kinderopvang de actoren betrekken die de Nederlandstalige kinderopvang bevorderen, zijnde:
• een vertegenwoordiging van de lokale actoren;
• een vertegenwoordiging van de gebruikers;
• een vertegenwoordiging van het lokaal bestuur.
Deze samenstelling dient te voldoen aan de voorwaarden inzake verscheidenheid en representativiteit. Maximum 2/3 van de leden zijn van het zelfde geslacht.
Artikel 5
De concrete samenstelling van het lokaal overleg kinderopvang Deerlijk:
Stemgerechtigden:
• vertegenwoordiging van de lokale actoren
◦ een afgevaardigde van kinderopvanginitiatief Heilig Hart - Vercruysse de Solartstraat 32, 8540 Deerlijk
◦ een afgevaardigde van kinderopvanginitiatief Kadeetje - Schoolstraat 9, 8540 Deerlijk
◦ een vertegenwoordiger van de onthaalouders onder de koepel van Ferm
• vertegenwoordiging van de gebruiker
◦ een afgevaardigde van de Gezinsbond Deerlijk
◦ een afgevaardigde van de Bondgenootjes Deerlijk
◦ een ouder
• vertegenwoordiging van het lokaal bestuur
◦ een medewerker van het Sociaal Huis Deerlijk
◦ het diensthoofd burger en welzijn van het lokaal bestuur Deerlijk
◦ het diensthoofd vrije tijd en onderwijs van het lokaal bestuur Deerlijk
Niet Stemgerechtigden:
• experten
◦ de intersectorale medewerker van het agentschap Opgroeien
• schepenen
◦ schepen van welzijn en sociale zaken
◦ schepen van kinderen en gezin
Artikel 6
Alle stemgerechtigde leden hebben één stem.
Artikel 7
Elke organisatie wijst volledig vrij één lid aan als plaatsvervanger. De stemgerechtigden en hun plaatsvervangers dienen aan de volgende voorwaarden te voldoen:
• zij moeten lid zijn van en actief betrokken zijn bij de organisatie die zij vertegenwoordigen;
• politieke mandatarissen van de gemeente Deerlijk kunnen geen deel uitmaken van de algemene vergadering van het LOK en bijgevolg geen organisatie als lid van het LOK vertegenwoordigen;
• de plaatsvervanger dient de verscheidenheid van het LOK te respecteren.
BESTUUR
Artikel 8
Rekening houdend met het besluit van de Vlaamse Regering houdende het lokaal beleid kinderopvang van 24 mei 2013 betreffende de aanstelling van de voorzitter en rekening houdend met de bewaring van de neutraliteit, wordt de voorzitter aangesteld uit de groep van de gebruikers.
De voorzitter heeft volgende taken:
• het aanspreekpunt zijn voor het agentschap Opgroeien
• het bijeenroepen van het LOK Deerlijk
• de opmaak van de agenda van het LOK Deerlijk
• het bewaken van het overlegproces en de besluitvorming door de vergadering ordelijk te laten verlopen
• het superviseren van de verslaggeving
Artikel 9
Rekening houdend met het besluit van de Vlaamse Regering houdende het lokaal beleid kinderopvang van 24 mei 2013 betreffende de aanstelling van de secretaris en rekening houdend met de ondersteunende rol van de secretaris; wordt de functie van secretaris opgenomen door een medewerker van het sociaal huis.
De secretaris heeft volgende taken:
• het op zich nemen van de administratieve en logistieke ondersteuning van een vergadering
• het opvolgen van de voorbereiding van de vergadering
HOOFDSTUK 3: Wijziging van de statuten
Artikel 10
Voor de wijziging van de statuten en het huishoudelijk reglement moeten 2/3 van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn. Indien bij een tweede bijeenroeping niet aan deze voorwaarde is voldaan, beslist het lokaal overleg kinderopvang, ongeacht het aantal aanwezigen.
HOOFDSTUK 4: Einde
Artikel 11
Het lokaal overleg kinderopvang neemt uiterlijk 6 maanden volgend op de installatie van de nieuwe gemeenteraad van rechtswege een einde.
Artikel 2
De gemeenteraad besluit het huishoudelijk reglement van het lokaal overleg kinderopvang goed te keuren.
HUISHOUDELIJK REGLEMENT LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG DEERLIJK
Artikel 1
De algemene vergadering van het lokaal overleg kinderopvang Deerlijk komt tenminste 2 maal per jaar samen.
Artikel 2
De oproepingen voor het lokaal overleg kinderopvang worden samen met de agenda minimum 7 dagen op voorhand verstuurd naar de leden van het lokaal overleg kinderopvang. Leden kunnen tot 3 dagen op voorhand punten toevoegen.
Artikel 3
De verslagen worden 14 dagen na de samenkomst verstuurd naar de leden van het lokaal overleg kinderopvang en wordt ter kennisname geagendeerd op het college van burgemeester en schepenen.
Het verslag wordt tevens geacteerd op de algemene vergadering van het huis van het kind. Zodoende zijn alle partners van het huis van het kind op de hoogte van de besluitvorming op het lokaal overleg kinderopvang.
Artikel 4
De vergaderingen worden voorgezeten door de voorzitter, bij diens afwezigheid door de secretaris.
Artikel 5
Er komt een einde aan het mandaat van een bestuurslid wanneer:
• Een lid op eigen initiatief, schriftelijk of per e-mail ontslag neemt. Deze schriftelijke kennisgeving dient gericht te zijn aan de voorzitter en de secretaris van het lokaal overleg kinderopvang.
• Een lid niet langer de organisatie vertegenwoordigt.
Artikel 6
Het lokaal overleg kinderopvang besluit of adviseert bij gewone meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter beslissend. De besluiten en gemotiveerde adviezen van het lokaal overleg kinderopvang worden door de voorzitter en de secretaris schriftelijk aan het college van burgemeester en schepenen meegedeeld.
Het lokaal overleg kinderopvang kan geldige besluiten treffen of gemotiveerde adviezen geven als meer dan de helft van de stemgerechtigde leden aanwezig is. Voor de wijziging van de statuten moet 2/3 van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn.
Artikel 7
Indien het gemeentebestuur het lokaal overleg kinderopvang om advies vraagt, heeft de raad steeds een termijn van 8 weken om een advies te formuleren. Slechts om uitzonderlijke redenen kan het gemeentebestuur een vraag richten aan het lokaal overleg kinderopvang om deze termijn in te korten.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
11. Harelbekestraat 15 - recht van overgang - goedkeuring
Aanleiding en context
De gemeenteraad wordt gevraagd een recht van overgang over de parking van het gemeentehuis goed te keuren ten voordele van het onroerend goed gelegen te Harelbekestraat 15 in Deerlijk.
Motivering
De eigenaar van het onroerend goed gelegen te Deerlijk, Harelbekestraat 15, met kadastrale ligging sectie C, nummer 17K6 P0000, met een oppervlakte van drie are (3a), vraagt een recht van overgang over de parking van het gemeentehuis met kadastrale ligging sectie C, nummer 17S7 P0000 met een oppervlakte van achtentwintig are achtenzestig centiare (28a 68ca).
Het college van burgemeester en schepenen keurde in zitting van 14 augustus 2019 het recht van overgang principieel goed. Hierin werd een vergoeding van 4.000,00 euro voorgesteld.
Er werd een ontwerp van akte opgesteld door notariaat Saey, Taelman, Degandt, geassocieerde notarissen te Harpstraat 17 in Deerlijk. Dit ontwerp ligt voor aan de gemeenteraad.
Juridische gronden
Algemene basisbevoegdheid: Art. 41, § 2, 11° Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Raming of bedrag | 4.000,00 euro inkomsten |
BESLUIT
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1
De gemeenteraad besluit een recht van overgang over de parking van het gemeentehuis, bestaande uit het perceel met kadastrale ligging sectie C, nummer 17S7 P0000 met een oppervlakte van achtentwintig are achtenzestig centiare (28a 68ca) goed te keuren ten voordele van het onroerend goed gelegen te Harelbekestraat 15 in Deerlijk met kadastrale ligging sectie C, nummer 17K6 P0000, met een oppervlakte van drie are (3a) tegen een vergoeding van 4.000,00 euro.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
12. Regionaal Relanceplan - kennisname
Aanleiding en context
De gemeenteraad wordt verzocht kennis te nemen van het Regionaal Relanceplan en het van het voorstel om schepen Matthias Vanneste aan te stellen als peter van het COM³ project.
Motivering
Eind 2019 werd de “Socio-economische Regiovisie voor Zuid-West-Vlaanderen 2020-2030: Just make it!” afgewerkt. In deze visie bundelen de lokale besturen, de provincie en de sociale partners van Zuid-West-Vlaanderen hun beleidsambities voor een welvarend, duurzaam en inclusieve samenleving.
De COVID-19 gezondheidscrisis heeft bij beleid, bedrijven en burgers geleid tot nieuwe uitdagingen en prioriteiten. De regio Zuid-West-Vlaanderen beseft dat deze pandemie unieke opportuniteiten met zich meebrengt om versneld werk te maken van een gewenste socio-economische transitie. De regio wil samen met haar partners deze crisis aangrijpen om versneld te investeren in streekontwikkeling via kritische projecten, om zodoende hefbomen te creëren die zowel op materieel als immaterieel vlak het verschil kunnen maken.
Deze oefening heeft geleid tot het Regionaal Relanceplan Zuid West-Vlaanderen dat op een doeltreffende wijze lokale, provinciale en centrale beleidsinspanningen wil bundelen en wil inzetten op cruciale thema’s voor deze streek. Het Regionaal Relanceplan maakt slimme en gerichte keuzes om de regio slagkrachtiger, aantrekkelijker, duurzamer en veerkrachtiger te maken.
Het document is recent ter goedkeuring voorgelegd aan de betrokken streekactoren. Voor elk van de verschillende thema’s en acties is inmiddels een trekker en methodiek uitgewerkt. Ter voorbereiding van het communicatieluik wordt voor elk van de thema’s ook een peter/meter aangeduid die mee het gezicht van de activiteiten in de pers en voor het brede publiek zal zijn.
Vanuit de RegioRaad en de Conferentie van Burgemeesters werd de wens uitgedrukt om aan de burgemeester en schepenen van de gemeenten van Zuid-West-Vlaanderen de vraag te stellen wie deze rol wenst op te nemen.
De voorlopige lijst (status 12/02/2021) is terug te vinden in bijlage. Er werd gevraagd om ook het voorstel van de gemeente Deerlijk te willen overmaken aan het secretariaat van de RegioRaad (secretariaat@regioraadzwvl.be) en dit tegen eind februari.
In zitting van 24 februari 2021 heeft het college van burgemeester en schepenen beslist om schepen Matthias Vanneste voor te stellen als peter van het COM³ project en heeft zij de voorzitter van de gemeenteraad verzocht om het Regionaal Relanceplan ter kennisname te agenderen op de gemeenteraad van 25 maart 2021.
Juridische gronden
Algemene basisbevoegdheid: Art. 40 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
De gemeenteraad neemt kennis
• van het in bijlage toegevoegde Regionaal Relanceplan;
• van het ingediende voorstel om schepen Matthias Vanneste aan te duiden als peter van het COM³ project.
De openbare zitting van de gemeenteraad wordt geschorst om te hernemen na de openbare zitting van de OCMW-raad.
Zitting van GR van 25 MAART 2021
13. Vragen gesteld door raadsleden - kennisname
Aanleiding en context
Aan de gemeenteraadsleden wordt gevraagd kennis te nemen van de vragen gesteld door raadsleden.
Motivering
Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering kunnen de gemeenteraadsleden mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden die niet op de agenda van de gemeenteraad staan in het punt 'Vragen gesteld door raadsleden'.
Op deze mondelinge vragen wordt, ofwel mondeling ter zitting, ofwel schriftelijk (elektronisch), ten laatste binnen de maand na de vraagstelling geantwoord.
Er zijn geen adviezen nodig.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 31 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
De gemeenteraad neemt kennis van de door de gemeenteraadsleden gestelde vragen.
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.