DEERLIJK

23 DECEMBER 2020

 

AANWEZIG

 

Wnd. burgemeester: Bert Schelfhout

Schepenen: Regine Vanwynsberghe-Rooryck, Sandra De Leeuw-Goussey, Matthias Vanneste, Louis Vanderbeken

Algemeen directeur: Hans Piepers

 

VERONTSCHULDIGD

 

Burgemeester: Claude Croes

 

 

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 16 december 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 16 december 2020.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 16 december 2020 goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Cameratoezicht met bestuurlijke finaliteit in het kader van het bestrijden van sluikstorten.  Vraag IMOG tot het ophangen van de pictogrammen aan de gemeentegrenzen door de gemeente.

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd niet in te gaan op de vraag van IMOG om de borden met betrekking tot camerabewaking zelf te plaatsen, in tegenstelling tot wat in de overeenkomst werd bepaald.

 

Motivering

 

In het kader van de gemeentebrede uitbreiding van het cameratoezicht met bestuurlijk finaliteit in het kader van het bestrijden van sluikstorten, keurde de gemeenteraad op 29 oktober 2020 de overeenkomst, af te sluiten met IMOG, goed.

 

In art. 2 laatste lid van deze overeenkomst wordt bepaald dat de vereiste pictogrammen door IMOG aan de gemeentegrenzen zullen worden aangebracht. Hetzelfde artikel en artikel 9 geven aan dat dit alles op kosten van IMOG zal dienen te gebeuren.

 

Bij brief van 8 december 2020 deelt IMOG mee een groepsaankoop te zullen doen voor alle gemeenten en een subsidieaanvraag in te dienen bij OVAM. IMOG betaalt de pictogrammen.

 

De zone plaatst in 2021 al 61 borden van de politiezone op de grenzen van de zone. Op dezelfde plaatsen zullen ook pictogrammen van IMOG komen. Een gecombineerd bord is niet wettig.

 

IMOG heeft in overleg met de politiezone ook onderzocht in welke bijkomende straten op de grens tussen Harelbeke en Deerlijk borden moeten worden geplaatst (de borden in het kader van de camerabewaking IMOG moeten inderdaad aan de gemeentegrenzen staan).  Deze bijkomende straten zijn vermeld in de brief van 8 december 2020 die aan het college wordt voorgelegd.

 

Voor Bistierland doet men een praktisch voorstel: enkel een bord op het kruispunt Spinetstraat met de Kortrijkse Heerweg en het kruispunt Bistierland met de Deerlijksesteenweg.

 

Uit mondeling overleg tussen de sanctionerend ambtenaar van Harelbeke en de korpschef van 16 december 2020 blijkt dat de aanvullende borden op de gemeentegrenzen volstaan.

 

In strijd met de overeenkomst vraagt IMOG aan het college in voormelde brief dat de borden zouden worden opgehangen door de eigen technische dienst van de stad/gemeente.

 

Deze vraag is formeel in strijd met de overeenkomst. Niettemin moet de vraag aan het college worden voorgelegd omdat de brief aan het college gericht is.

 

IMOG vraagt antwoord tegen 8 januari 2020.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit niet in te gaan op de vraag van IMOG om de borden met betrekking tot camerabewaking zelf te plaatsen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Deerlijk/Anzegem - Bouw brandweerkazerne - lot 1: ruwbouw en afwerking - proces-verbaal definitieve oplevering - vrijgave borgtocht - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het proces-verbaal van definitieve oplevering en de vrijgave van de borgtocht van de opdracht “Deerlijk/Anzegem - Bouw brandweerkazerne - lot 1: ruwbouw en afwerking” goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 10 januari 2018 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Deerlijk/Anzegem - Bouw brandweerkazerne - lot 1: ruwbouw en afwerking” aan Algemene Ondernemingen Himpe nv, Autobaan 16 te 8210 Loppem.

 

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2017-22.

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 18 december 2019 goedkeuring aan het proces-verbaal van voorlopige oplevering van 14 november 2019.

 

De waarborgtermijn werd in het bestek vastgesteld op 12 maanden.

 

De aannemer Algemene Ondernemingen Himpe nv, Autobaan 16 te 8210 Loppem heeft aan zijn verplichtingen voldaan.

 

Op 10 december 2020 werd het proces-verbaal van definitieve oplevering opgesteld.

 

Uit het bijgevoegde proces-verbaal van definitieve oplevering blijkt dat er geen opmerkingen zijn.

 

De eerste helft (50.280,00 euro) van de borgtocht nr. 12/162249 (Borgstellingskas: Deposito- en Consignatiekas - Borgtochten in geld (werkstation 2)) van 100.560,00 euro werd vrijgegeven op 19 december 2019.

 

De tweede helft (50.280,00 euro) van borgtocht nr. 12/162249 (Borgstellingskas: Deposito- en Consignatiekas - Borgtochten in geld (werkstation 2)) van 100.560,00 euro mag worden vrijgegeven.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 3, 4° betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen
  • Andere:
  • De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
  • Het Bestuursdecreet van 7 december 2018
  • Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht
  • De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
  • De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
  • Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen
  • Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

De opdracht “Deerlijk/Anzegem - Bouw brandweerkazerne - lot 1: ruwbouw en afwerking” wordt definitief opgeleverd.

Artikel 2

 

De tweede helft (50.280,00 euro) van borgtocht nr. 12/162249 (Borgstellingskas: Deposito- en Consignatiekas - Borgtochten in geld (werkstation 2)) van 100.560,00 euro mag worden vrijgegeven.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Deerlijk/Anzegem - Bouw brandweerkazerne - lot 3 vast meubilair - proces-verbaal definitieve oplevering - vrijgave borgtocht - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het proces-verbaal van definitieve oplevering en de vrijgave van het tweede gedeelte van de borgtocht goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 26 juni 2019 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Deerlijk/Anzegem - Bouw brandweerkazerne - lot 3 vast meubilair” aan Gerdy Biesbrouck, Oude Vichtestraat 21 te 8540 Deerlijk tegen het nagerekende offertebedrag van 49.358,40 euro excl. btw of 59.723,66 euro incl. 21% btw (10.365,26 euro btw medecontractant).

 

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2019/06.

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 4 december 2019 goedkeuring aan het proces-verbaal van voorlopige oplevering van 27 november 2019.

 

De waarborgtermijn werd in het bestek vastgesteld op 12 maanden.

 

De aannemer Gerdy Biesbrouck, Oude Vichtestraat 21 te 8540 Deerlijk heeft aan zijn verplichtingen voldaan.

 

Er werd een een proces-verbaal opgesteld van definitieve oplevering, die plaatsvond op 14 december 2020.

 

Uit het bijgevoegde proces-verbaal van definitieve oplevering blijkt dat er geen opmerkingen zijn.

 

De eerste helft (1.240,00 euro) van de borgtocht nr. BEBTFSBGI0003586 (Borgstellingskas: ING Belgium nv, Guarantees Department) van 2.470,00 euro werd vrijgegeven op 5 december 2019.

 

De tweede helft (1.230,00 euro) van borgtocht nr. BEBTFSBGI0003586 (Borgstellingskas: ING Belgium nv, Guarantees Department) van 2.470,00 euro mag worden vrijgegeven.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 3, 4° betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen
  • Andere:
  • De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
  • Het Bestuursdecreet van 7 december 2018
  • Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht
  • De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
  • De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van 144.000,00 euro niet)
  • Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen
  • Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°
  • Besluit van de gemeenteraad van 28 januari 2016 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 december 2016 waarbij delegatie aan het college van burgemeester en schepenen werd verleend om de wijze van gunnen en de voorwaarden van huidige overheidsopdracht te bepalen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

De opdracht “Deerlijk/Anzegem - Bouw brandweerkazerne - lot 3 vast meubilair” wordt definitief opgeleverd.

Artikel 2

 

De tweede helft (1.230,00 euro) van borgtocht nr. BEBTFSBGI0003586 (Borgstellingskas: ING Belgium nv, Guarantees Department) van 2.470,00 euro mag worden vrijgegeven.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Jaarverslag DPO - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van het jaarverslag van de door gemeente en OCMW Deerlijk aangestelde data protection officer.

 

Motivering

 

Sinds 2003 dient elk lokaal bestuur te beschikken over een onafhankelijk functionaris voor gegevensbescherming, ofwel data protection officer (DPO). Deze dient de organisatie bij te staan en te adviseren voor het opmaken van een informatieveiligheidsbeleid. De DPO kan zowel intern als extern aan de organisatie zijn, maar dient deze opdracht op volledig onafhankelijke wijze te kunnen uitvoeren.

 

Gemeente en OCMW Deerlijk zijn leden van de Vlaamse ICT Organisatie (V-ICT-OR), en stelden via dit lidmaatschap een externe DPO aan, verbonden aan V-ICT-OR, die de organisatie in dit verhaal begeleid.

 

Doorheen 2020 werden verschillende acties voorbereid, opgezet en uitgevoerd:

          Opzetten anti-ransomware tool met intercommunale Leiedal (honeypot)

          Opvolging technische actiepunten van de door V-ICT-OR uitgevoerde audit

          Opvolging verwerkersovereenkomsten

          Herziening veiligheidsplan

          Minimale veiligheidsnormen KSZ

          Bewustmakingssessie voor het personeel

          Protocollen

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van het jaarverslag van de DPO met een overzicht van de stand van zaken van deze acties.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere :

          Decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronisch gegevensverkeer

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het jaarverslag van de data protection officer betreffende de door gemeente en OCMW Deerlijk opgezette acties inzake informatieveiligheidsbeleid.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Schoonmaakster bibliotheek - verlenging aanstelling in contractueel verband voor bepaalde duur - goedkeuring

 

STEMMINGEN

Eenparig goedgekeurd

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Personeel - aanstelling deskundige wonen en financiën - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Diverse verslagen - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het aan de gemeente overgemaakte verslag.

 

Motivering

 

Volgend verslag werd overgemaakt aan de gemeente:

 

          IMOG - Raad van Bestuur van 17 november 2020

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het ontvangen verslag.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Jubileum - bezoek zaal  - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

BBO De KIM & De SAM - tijdelijke aanstelling Els Decottenier - goedkeuring

 

STEMMINGEN

Eenparig goedgekeurd

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Attest van verdeling - Waregemstraat 50/52 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen Waregemstraat 50/52.

 

Motivering

 

Op 11 december 2020 verstuurde men vanuit de notarissen associatie Devos-Terpyn-Mullie-Voet een attest van verdeling voor de eigendom gelegen Waregemstraat 50/52, gekadastreerd afdeling 1, sectie B, nummers 316F6 en deel van 317Y6.

 

De eigendom wordt opgesplitst in 3 kavels, zijnde kavel 1 woning huisnummer 52 met een oppervlakte van 180 m², kavel 2 achterliggend magazijn (op plan benoemd als studio's) met een oppervlakte van 130 m² en kavel 3 woning huisnummer 50 met een oppervlakte van 281 m² en waarop een recht van overgang gecreëerd wordt voor de kavels 1 en 2.

De bestemming van het goed is volgens de akte behoud van zijn huidige bestemming.

 

De omgevingsambtenaar stelt voor volgende opmerking te formuleren:

          Op het landmetersplan wordt de kavel 2 benoemd als studio's. De stedenbouwkundig vergunde toestand zoals gekend is weverij.

          De eigendom is gelegen binnen de grenzen van het gemeentelijk RUP Historisch gegroeide bedrijven zoals definitief vastgesteld op 21 september 2017. De eigendom is er bestemd als zone 1, zone voor eengezinswoningen in een gesloten bebouwing langs de Waregemstraat met mogelijkheid tot beperkte nevenfuncties in het hoofdvolume. Dit betekent dat kavel 2 enkel kan functioneren als een bijgebouw bij één van de voorliggende kavels.

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing maar wenst wel volgende opmerkingen te formuleren:

          De stedenbouwkundig vergunde toestand zoals gekend van kavel 2 is weverij.

          In navolging van de bepalingen uit het gemeentelijk RUP Historisch gegroeide bedrijven zoals definitief vastgesteld op 21 september 2017 dient kavel 2 te functioneren als een bijgebouw bij één van de voorliggende kavels.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

OMV 2020_187 - Oliebergstraat 134-136 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van 2 gekoppelde woningen, op een perceel gelegen Oliebergstraat 134-136 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 681 A aangevraagd door Gregory Vermaercke namens Desmet - Vercruysse wonende Houtekietstraat 16 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  20 december 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        Het DWA moet aangesloten worden op de Oliebergstraat conform het aangepast rioleringsplan (BA_DESMET_P_N_1_FUND 1101-v2).

        In functie van het beperken van de impact op de bezonning op het aanpalend perceel dient een beheersplan voor de snoei om de 3 jaar te worden opgemaakt.

        De groenaanplantingen moeten gerealiseerd worden uiterlijk het eerstvolgend plantseizoen volgend op de voltooiing van de werken.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, Sint-Lodewijk centrum, goedgekeurd door de deputatie op 1 september 2011.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gemeentelijk RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2017.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 20 september 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van een woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 maart 2018 door het college van burgemeester en schepenen voor het herbouwen van 2 woningen op een gewijzigde plaats. Tegen deze vergunning werd in beroep gegaan door de aanpalende eigenaar. De deputatie besliste op 19 juli 2018 de vergunning opnieuw af te leveren. De aanpalende eigenaar ging in beroep bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen. Na tussenkomst van de Raad voor Vergunningsbetwistingen werd de stedenbouwkundige vergunning geweigerd op 12 maart 2020 door de deputatie (omwille van het ontbreken van de Mer-screeningsnota). (dossier 2017.176)

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langs de Oliebergstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De Oliebergstraat is een zijstraat van de Kapelstraat. Het desbetreffende perceel is braakliggend en voorheen stond er een eengezinswoning op, die gesloopt werd.

De eigendom bevindt zich in 2de bouwlijn en is toegankelijk via een private oprit. De omgeving wordt gekenmerkt door eengezinswoningen in hoofdzaak van het vrijstaande type, gericht op de Oliebergstraat. Ten zuiden is een bedrijvenzone aanwezig. Het terrein helt af richting Houtekietstraat.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Voorliggende aanvraag betreft een heraanvraag van de op 12 maart 2020 geweigerde aanvraag. De aanvraag is identiek.

De aanvrager wenst op de eigendom 2 eengezinswoningen op te trekken. De woningen worden opgetrokken in het bouwkader zoals voorzien in het geldende RUP, zijnde op ongeveer 5,10 m ten opzichte van de voorliggende eigendom woning Oliebergstraat 128, 26,10 m van de voorliggende eigendom Oliebergstraat 138 en op zijn smalst op 8 m van de zuidelijke perceelsgrens. Het bouwkader heeft een breedte van 30 m op een diepte van 15 m. De woningen bestaan telkens uit een hoofdvolume van 2 bouwlagen met een plat dak en worden gekoppeld met een tussenvolume van 1 bouwlaag met een plat dak. De kroonlijsthoogte bedraagt 6,30 m voor het gedeelte van 2 bouwlagen en 3,10 m voor het gedeelte van 1 bouwlaag. De beide woningen zijn volledig onderkelderd. De bouwdiepte van iedere woning bedraagt maximaal 11 m zowel op het gelijkvloers als op de verdieping.

Op het niveau -1 wordt telkens een ondergrondse garage voor 2 voertuigen voorzien, een fietsenberging en bergruimte. Op het gelijkvloers bevinden zich telkens een inkomhal met toilet, een bureauruimte, eetruimte, leefruimte en keuken en een berging. Op de verdieping wordt telkens een nachthal, 2 badkamers, 3 slaapkamers, een dressing en een logeerkamer voorzien. Beide woningen worden afgewerkt in een gevelmetselwerk, de rechtse in een rode genuanceerde gevelsteen en de linkse in een grijze genuanceerde gevelsteen. De voortuin wordt nagenoeg volledig verhard, deels in grind, deels in grasdallen en deels in beton (helling naar de ondergrondse garages). De verharde oppervlakte in de voortuin bedraagt 368 m². Aan de achterzijde wordt telkens een niet waterdoorlatend terras aangelegd van respectievelijk 64,2 en 69,5 m².

De verharding in de zone tussen bufferzone en woning wordt voorzien in grasdallen. Hier is ruimte om minstens 5 auto’s te stallen in open lucht.

Tussen de nieuwbouwwoningen en de woning Oliebergstraat 138 wordt een groenbufferstrook voorzien met een breedte van +/- 19 m. Deze groenbuffer bestaat uit Corylus avellana, Viburnum gulces, Symphoricarpos chempulti ‘Honckocm’, Amelanchier lamarckii, meidoornhaag.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

7         

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het gemeentelijk RUP Sint-Lodewijk centrum, goedgekeurd door de deputatie op 1 september 2011.

Het gevraagde is gelegen in zone 5: zone voor wonen en beperkte nevenfuncties en is bestemd voor residentieel wonen en in beperkte mate aan wonen verwante activiteiten en in zone 9: zone voor bufferzone.

 

In de vorige aanvraag, dossier 2017.176, werd door de GSA geoordeeld dat de aanvraag niet in overeenstemming was met het opzet van het RUP aangezien het opzet van het RUP was om in het bouwkader één bedrijfswoning op te trekken bij het achterliggend bedrijf en dit ter vervanging van de op het perceel aanwezige woning (gelet op de ligging in 2de bouwlijn). Het is zo dat het bouwperceel en het gedeelte voor uitbreiding van het bedrijf één geheel vormt via de perceelstructuur. Het optrekken van meerdere eengezinswoningen los van het achterliggend bedrijf is niet conform de geest van het RUP. In die zin moet artikel 5.5 uit de verordenende voorschriften zo geïnterpreteerd worden dat er per bouwkader 1 woning kan voorzien worden, het meervoud slaat op de 2 locaties en niet op meerdere woningen per locatie.

De Raad voor Vergunningsbetwistingen oordeelde dat nergens in de voorschriften aangegeven is dat in elk van de aangeduide bouwzones in zone 5 slechts één woning zou kunnen worden opgericht. Artikel 5.5 bepaalt louter waar de bouwzone zich bevindt en bevat voor het overige geen verdere beperking van de volgens artikel 5.1 en 5.2 toegestane bebouwing.

 

In navolging van de vorige procedure en aangezien voorliggende aanvraag identiek is aan de eerder beoordeelde aanvraag dient geconcludeerd te worden dat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het RUP voor wat betreft de zone 5 gezien het volume binnen het opgelegde bouwkader voorzien wordt, de vrije zijstrook van 3 m gerespecteerd wordt, de vrije dakvorm gerespecteerd wordt, de bouwhoogte van het hoofdvolume en het nevenvolume gerespecteerd worden, de minimale afstand van de achtergevel tot de achterkavelgrens gerespecteerd wordt, het maximum aantal van 2 bouwlagen gerespecteerd worden, het maximale bebouwingspercentage van 40 % gerespecteerd wordt en er per perceel ruimte is om minstens 2 wagens te parkeren.

 

Tevens is de aanvraag in overeenstemming met de zone 9 gezien de buffer voorziet in een ruimtelijk en visueel groenscherm die ook in de winterperiode gegarandeerd wordt, de beplanting bestaat uit een combinatie van streekeigen struiken en bomen, de beplanting het bezonnen van de aanpalende percelen niet aantast en gezien het bouwvrije karakter van de bufferzone.

De groenaanplant is zo ontworpen dat verschillende zones voorzien worden met voldoende diversiteit, waaronder ook groenblijvend, en een variatie in hoogtes. In functie van het beperken van de impact op de bezonning op het aanpalend perceel dient een beheersplan voor de snoei om de 3 jaar te worden opgemaakt.

Teneinde voldoende garanties te hebben voor de aanplant van de groenbuffer dient opgelegd te worden dat de groenaanplantingen gerealiseerd moeten worden uiterlijk het eerstvolgend plantseizoen volgend op de voltooiing van de werken.

 

7.2    Wegenis

De beide woningen zijn bereikbaar vanaf de openbare en uitgeruste weg via een private toegangsweg met een breedte van minder dan 3 m.

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oliebergstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt per woning een regenwaterput van 20.000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van telkens 3.140 liter en een referentieoppervlakte van telkens 6,28 m², het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

De oorspronkelijke woning Oliebergstraat 134 is gelegen in centraal gebied volgens het zoneringsplan dit betekent dat er (toch minstens wat het vuil water betreft) moet aangesloten worden aan de riolering in de Oliebergstraat.

De huidige aanvraag gaat uit van een aansluiting naar de Houtekietstraat, wat een aansluiting betekent op te optimaliseren buitengebied waardoor de aanvraag niet conform het zoneringsplan is. De riolering in de Houtekietstraat loopt dan af in een gracht wat zeker niet aan te raden is voor grijs en zwart water.

Teneinde de aanvraag in overeenstemming te brengen met het zoneringsplan wordt als voorwaarde opgelegd dat minstens het DWA moet aangesloten worden op de Oliebergstraat.

 

Het dossier  werd aangevuld met een aangepast rioleringsplan (BA_DESMET_P_N_1_FUND 1101-v2) waarbij het DWA via een pompput van 3.000 liter gepompt wordt richting Oliebergstraat. Het RWA wordt afgevoerd via de Houtekietstraat.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt onder de bijlage III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004, meerbepaald rubriek 10b – stadsontwikkelingsprojecten, gezien meer dan één woning opgetrokken wordt met een volume van meer dan 1.000 m³.

In navolging van het Besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 (BS 29 april 2013) dient er voor de aanvraag een project-m.e.r.-screening te gebeuren (bijlage III bij het project-m.e.r.-besluit). Een project-m.e.r.-screeningsnota volgens het modelformulier maakt deel uit van het aanvraagdossier. In deze nota zijn de mogelijke effecten van het project op de omgeving onderzocht en gemotiveerd waarom deze niet aanzienlijk zijn. Er werd vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De functionele inpasbaarheid werd reeds afgetoetst bij de toetsing aan het RUP, de aanvraag is functioneel conform het RUP. Het voorzien van de gekoppelde woningen sluit qua woningtypologie aan bij typologie van de voorliggende woningen Oliebergstraat 126-128. De woningen sluiten met hun gabarit, zijnde de 2 bouwlagen aan bij de naastliggende woningen Oliebergstraat 112-116 en de omgeving en zullen zich bijgevolg ruimtelijk duidelijk inpassen. Gelet op het ontwerp, de afmetingen, de plaatsing op het perceel en de grootte van het perceel is het aangevraagde aanvaardbaar voor de bouwplaats en de omgeving. Er wordt voldoende parkeergelegenheid voorzien op eigen terrein zodat de impact op mobiliteit beperkt zal zijn. De woningen zijn sober van opbouw en traditioneel van materiaalgebruik zodat de aanvraag zich qua visueel-vormelijke aspecten zal integreren in de omgeving.

Gelet op de functionele inpasbaarheid en de typologie van de woningen en de overeenstemming met het RUP is het ontwerp verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Gregory Vermaercke namens Desmet - Vercruysse wonende Houtekietstraat 16 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van 2 gekoppelde woningen, op een perceel gelegen Oliebergstraat 134-136 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 681 A, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        Het DWA moet aangesloten worden op de Oliebergstraat conform het aangepast rioleringsplan (BA_DESMET_P_N_1_FUND 1101-v2).

        In functie van het beperken van de impact op de bezonning op het aanpalend perceel dient een beheersplan voor de snoei om de 3 jaar te worden opgemaakt.

        De groenaanplantingen moeten gerealiseerd worden uiterlijk het eerstvolgend plantseizoen volgend op de voltooiing van de werken.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

OMV 2020_235 - Tulpenlaan 50 - melding - aktename - weigering

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor het bouwen van een carport naast de woning op een perceel gelegen Tulpenlaan 50 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 201 E2 ingediend door Koen Deldaele wonende Tulpenlaan 50 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

De melding ingediend door Koen Deldaele wonende Tulpenlaan 50 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 5 december 2020.

 

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

 

VOORWERP VAN DE MELDING

 

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Tulpenlaan 50, kadastraal bekend afdeling 1 sectie A nr. 201E2.

 

De melding omvat de volgende stedenbouwkundige handelingen: bouwen van een carport naast de woning.

 

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

 

Artikel 111 van het omgevingsvergunningsdecreet bepaalt dat de bevoegde overheid nagaat of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn krachtens artikel 5.4.3 § 3 van het DABM of artikel 4.2.2. §1 en 4.2.4 van de VCRO. De bevoegde overheid neemt een beslissing over de melding en brengt binnen de wettelijk voorziene termijnen de persoon die de melding heeft verricht op de hoogte van deze beslissing.

 

In voorliggende aanvraag worden werken uitgevoerd, zijnde het plaatsen van een carport in de vrije zijtuinstrook op minder dan 3 m afstand van de zijperceelsgrens, die niet opgenomen zijn in het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bijgevolg dient geoordeeld te worden dat de gemelde stedenbouwkundige handelingen niet meldingsplichtig zijn waardoor geen akte genomen kan worden.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

      Besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

De heer Koen Deldaele wonende Tulpenlaan 50 te 8540 Deerlijk wordt in kennis gesteld van het feit dat de gemelde handelingen niet meldingsplichtig doch vergunningsplichtig zijn. Het college van burgemeester en schepenen neemt bijgevolg geen akte van de melding.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

OMV 2020_201 - Sneppe 9 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het uitbreiden van een woning op de 1e verdieping, op een perceel gelegen Sneppe 9 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 163 W2 aangevraagd door Dequesne Robby - da Costa ullert Tania wonende Sneppe 9 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 17 december 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De hoogte van de extra deuropening in de zijgevel moet worden afgestemd op de hoogte van de ramen.

        De extra deuropening dient in de breedte beperkt te worden tot een deur zonder raam waarbij de deur in functie van de lichtinval eventueel voorzien kan worden met gezandstraald, verzuurd of gewoon geïntegreerd glas.

        Er kan geen toegang genomen worden van op het naastliggend openbaar domein (parkeerplaatsen) naar de nieuwe zijdeur.

        In de zijtuinstrook moet het groenmassief maximaal behouden blijven en dient de verharding beperkt te worden.

        Het nieuwe schrijnwerk dient uitgevoerd te worden in dezelfde kleur als het bestaande, met name in zilvergrijs.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006

      De aanvraag ligt volgens de voorzieningen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk (goedgekeurd 20 januari 2006) in een stedelijk woongebied

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 21 mei 2014 (dossiernummer 2013.18/0015-1).

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De verkaveling is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Verkavelingsvergunning afgeleverd op 21 mei 2014 door het college van burgemeester en schepenen voor een nieuwe verkaveling

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 18 maart 2015 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van 14 sociale koopwoningen, 10 sociale huur appartementen en een hoogspanningscabine

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De aanvraag is gelegen in Sneppe, wat een goed uitgeruste gemeenteweg is. De directe omgeving wordt gekenmerkt door eengezinswoningen met een gelijkaardige architecturale vormgeving. De woning van de aanvrager betreft een halfopen bebouwing bestaand uit een hoofdvolume van 2 bouwlagen met een plat dak en een gedeelte met 1 bouwlaag en een plat dak. De naastliggende woning heeft een zelfde volume opbouw.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het uitbreiden van een bestaande eengezinswoning op het verdiep. Hierbij wordt een bijkomende slaapkamer en dressing voorzien.

Langs de rechterzijgevel wordt een nieuwe deuropening voorzien. Deze nieuwe opening heeft een breedte van 1,74 m en bestaat uit een raam- en deuropening. Daarnaast wordt deze rechterzijgevel doorgetrokken over een lengte van 3,10 m tot aan de rooilijn zodat een overdekte inkomhal gerealiseerd wordt. De lengte van deze zijgevel bedraagt na de werken 14 m. De bestaande woning wordt op het verdiep uitgebreid waardoor de verdieping zich uitstrekt over de volledige gelijkvloerse bouwlaag. De bestaande kroonlijsthoogte wordt behouden. De uitbreiding omvat een bijkomende slaapkamer. Na de werken bestaat het verdiep uit 3 slaapkamers, een dressing en een badkamer. De uitbreiding zal volledig uitgevoerd worden in metselwerk in tegenstelling tot het huidige uitzicht waar de voorgevel op het verdiep bestaat uit plaatmateriaal in het kleur van de ramen. De ramen worden uitgevoerd in PVC, antraciet kleurig.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

De Intercommunale Leiedal werd om advies verzocht op 13 november 2020. De adviesinstantie bracht op 1 december 2020 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘1. Toetsingskader

  • De verkavelingsvergunning 21 mei 2014 onder nummer 2013-18/0015-1, met daaraan gekoppelde stedenbouwkundige voorschriften, december 2013, in het bijzonder het luik 3. Loten voor patiowoningen.
  • Leiedal baseert zich verder voor haar advies op de voorwaarden en inplantingsvoorschriften en bijzondere voorwaarden woonproject Sneppe, Deerlijk – oktober 2014 opgenomen in de authentieke verkavelingsakte verleden op 22 juni 2015, kortweg “Voorwaarden Sneppe”.

Dit advies doet enkel uitspraak over de louter bouwtechnische elementen van de aanvraag.

2. Bemerkingen en vaststellingen

2.1 Architecturaal voorkomen en inplanting

De uitbreiding, verbouwing gebeurt binnen het maximaal toegelaten bouwvolume, zoals opgelegd doch zijn er volgende bemerkingen.

Uit de voorgelegde plannen blijkt dat er een secundaire ingang gecreëerd wordt via de berging aan de zijgevel. Daar zijn enkele problemen mee:

-          Gesloten deur met naastliggend raam levert concurrentie met de effectieve voordeur, hoofdingang kan niet gewijzigd worden. Beter kiezen voor een deur met gezandstraald of verzuurd glas, zonder extra raam.

-          In harmonie met de rest van de gevelarchitectuur dient de deurhoogte in lijn te zijn met de overige ramen op het GV in de betreffende zijgevel.

-          De bijkomende deur kan enkel bereikt worden via de zijtuinstrook. Er kan geenszins rechtstreeks toegang genomen worden vanaf het naastliggend openbaar domein. Dit zijn publieke parkeerstroken en geen voetpad. In deze zijtuinstrook moet het groenmassief maximaal behouden blijven, mede in het kader van de ontharding. Stapstenen richting hoofdingang of een pad met maximale breedte van 0,90 m kunnen hier een oplossing bieden.

2.2. Materiaalgebruik

Bij verbouwing/uitbreiding wordt gewerkt met identieke materialen als de bestaande en dit zowel op vlak van kleur van baksteen, beraming en voegwerk als afwerking dakranden, zoals hierna beperkt opgesomd en waarvan alle details opgenomen zijn in het Postinterventiedossier onder punt 1.8. Eigenschappen & instructies van de gebruikte materialen. Elke koper van een sociale woning ontving van de SHM Wonen Regio Kortrijk een exemplaar PID bij aankoop.

  • Gevelsteen: WIenerberger Eco Brick Paepesteen WF 215x65x50
  • Snelbouwsteen Wienerberger PLS 500 – Lijmsysteem ION
  • Alle buitenschrijnwerk Reynaerts CS77 (Hi)

De ingediende gevelplannen vermelden dat de kleur van het buitenschrijnwerk antraciet is. Dit kan niet. Nieuwe ramen dienen uitgevoerd te worden in dezelfde kleur als bestaande, met name zilvergrijs. We verwijzen hiervoor eveneens naar het PID ontvangen bij aankoop van de woning.

Verder heeft Leiedal geen bemerkingen.’

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van de verkaveling, meer bepaald aan de voorschriften voor de zone voor patiowoningen.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorliggende verkavelingsvoorschriften gezien de eigendom bestemd is voor wonen met beperkte nevenfuncties, de patiowoningen kunnen bestaan uit maximaal 2 bouwlagen met een plat dak, het dominante gevelmateriaal roodbruine baksteen is en de positie van de gevel naar het openbaar domein toe vrij bepaald kan worden, ofwel op de rooilijn ofwel teruggetrokken ten aanzien van de rooilijn.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Sneppe een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Het gebouw waaraan de werken worden uitgevoerd betreft een heel recente woning. Deze werd niet opgenomen in de inventaris bouwkundig erfgoed. Het gebouw heeft een evenmin cultuurhistorische waarde waardoor in alle redelijkheid kan geoordeeld worden dat de verbouwing van de woning geen cultuurhistorische impact zal hebben.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag betreft de uitbreiding van de bestaande woning met behoud van deze functie zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De aanvraag heeft geen impact op het mobiliteitsaspect. Gelet op de bestaande toestand, het ontwerp, de afmetingen, de plaatsing op het perceel en de grootte van het perceel is het aangevraagde aanvaardbaar voor de bouwplaats en omgeving. Het betreft een ontwerp met een vrij eenvoudige architectuur dat uitgevoerd wordt in kleinschalige materialen. Na aanpassing van de plannen is het materiaalgebruik van de uitbreiding volledig afgestemd op het materiaalgebruik van de bestaande woning. Het maaiveld wordt door de werken niet aangepast waardoor geen hinder wordt veroorzaakt naar de omgeving toe.

De aanvraag brengt de goede aanleg van de plaats niet in het gedrang, is niet storend voor de aangelanden en is verenigbaar met de omgeving.

 

Artikel 4.3.1 § 2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen betekenisvolle bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

De aanvraag werd voor advies voorgelegd aan de Intercommunale Leiedal.

Dat advies is voorwaardelijk gunstig.

Samengevat worden volgende voorwaarden opgenomen in het advies:

        De hoogte van de extra deuropening in de zijgevel moet worden afgestemd op de hoogte van de ramen. Dit in functie van het behoud van het harmonisch lijnenspel.

        Door te kiezen voor een gesloten deur met naastliggend raam levert dit concurrentie met de effectieve voordeur, terwijl deze deuropening niet kan functioneren als hoofdingang. Er wordt beter gekozen voor een deur met gezandstraald of verzuurd glas, zonder extra raam.

        Er kan geen toegang genomen worden van op het naastliggend openbaar domein naar de nieuwe zijdeur gezien aan deze zijde geen voetpad aanwezig is maar een parkeerstrook.

        In de zijtuinstrook moet het groenmassief maximaal behouden blijven.

        Nieuwe ramen dienen uitgevoerd te worden in dezelfde kleur als bestaande, met name zilvergrijs in plaats van de voorziene antracietgrijze kleur.

 

Het ingediende advies wordt aanvaard in functie van de expertise van de opstellers ervan.

Naar aanleiding van de geformuleerde opmerkingen werden de plannen aangepast voor wat betreft de hoogte van de deuropening en het kleurgebruik van het schrijnwerk. Aangezien niet alle voorwaarden opgenomen zijn in de gewijzigde plannen en gelet op de expertise van de opstellers zullen de voorwaarden geformuleerd in het advies als voorwaarden bij de omgevingsvergunning worden opgelegd.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Dequesne Robby - da Costa ullert Tania wonende Sneppe 9 te 8540 Deerlijk, voor het uitbreiden van een woning op het 1e verdiep, op een perceel gelegen Sneppe 9 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 163 W2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De hoogte van de extra deuropening in de zijgevel moet worden afgestemd op de hoogte van de ramen.

        De extra deuropening dient in de breedte beperkt te worden tot een deur zonder raam waarbij de deur in functie van de lichtinval eventueel voorzien kan worden met gezandstraald, verzuurd of gewoon geïntegreerd glas.

        Er kan geen toegang genomen worden van op het naastliggend openbaar domein (parkeerplaatsen) naar de nieuwe zijdeur.

        In de zijtuinstrook moet het groenmassief maximaal behouden blijven en dient de verharding beperkt te worden.

        Het nieuwe schrijnwerk dient uitgevoerd te worden in dezelfde kleur als het bestaande, met name in zilvergrijs.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

OMV 2020_207 - Vlasstraat 11 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een tuinhuis, op een perceel gelegen Vlasstraat 11 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 466 K aangevraagd door Mattias Degrande wonende Harelbekestraat 98 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 17 december 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg Marquettestraat, goedgekeurd bij MB op 11 oktober 1988.

 

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 7 februari 2018 (dossiernummer 0120-2/2017.16).

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De verkaveling is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante omgevingvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 19 februari 2020 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een eengezinswoning

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 16 oktober 1991 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning en duiventil langs de Vlasstraat

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 31 maart 2015 door het college van burgemeester en schepenen voor het rooien van 17 platanen

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande, relevante milieuvergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante verkavelingsvergunningen

Volgende verkavelingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Verkavelingsvergunning afgeleverd op 7 februari 2018 door het college van burgemeester en schepenen voor het verkavelen van grond in 1 lot.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen op de hoek tussen de Vlasstraat en de De Cassinastraat, in een recente verkaveling in het centrum van Deerlijk. De woningen in een ruimere omgeving hebben vooral een open en halfopen typologie. De meeste woningen hebben 1 of 2 bouwlagen en een hellend dak. Verschillende woningen in de omgeving hebben een bijgebouw.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het bouwen van een bijgebouw met een oppervlakte van 29,4 m². Het bijgebouw wordt opgetrokken in witte baksteen, wat hetzelfde materiaalgebruik is als de bestaande woning. Het nieuwe bijgebouw heeft een hoogte van 3 m en wordt opgetrokken met plat dak. In de zijgevel van het bijgebouw wordt een groot schuifraam voorzien.

Het bijgebouw wordt ingeplant op 1 m van de perceelsgrenzen.

In dezelfde lijn van de voorgevel wordt een poort voorzien.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het bijzonder plan van aanleg Marquettestraat, goedgekeurd op 11 oktober 1988. Gezien de voorschriften van het BPA later werden overgenomen en verfijnt in een verkaveling wordt er voor de planologische toetsing verwezen naar de verkaveling (2017.16/0120-2 goedgekeurd op 7 februari 2018).

De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften van de verkaveling gezien het bijgebouw de maximaal toegelaten oppervlakte van 30 m² niet overschrijdt, wordt ingeplant op 1 m van de perceelsgrenzen, opgetrokken wordt met een hoogte van 3 meter en een plat dak en het gevelmateriaal kleinschalig is.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Vlasstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op het bouwen van een bijgebouw bij een recent gebouwde woning. De afstanden tot de perceelsgrenzen, het bouwvolume en het materiaalgebruik van de woning voldoen aan de bepalingen uit de verkaveling. Op deze manier past het bijgebouw zich in, in de recent vergunde verkaveling. De tuinzone blijft nog voldoende ruim teneinde deze als kwalitatieve private buitenruimte in te richten.

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Mattias Degrande wonende Harelbekestraat 98 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een tuinhuis, op een perceel gelegen Vlasstraat 11 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 466 K.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

OMV 2020_200 - De Cassinastraat 4 en 6 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het gedeeltelijk slopen van bestaande bedrijfsgebouwen, op een perceel gelegen De Cassinastraat 4 en 6 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 47 M5, (afd. 2) sectie C 47 T5, (afd. 2) sectie C 47 S5 en (afd. 2) sectie C 50 E2 aangevraagd door Francis Deknudt namens FIMMOC NV met als contactadres De Cassinastraat 4 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 15 december 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        Het terrein moet na de sloping op een kwalitatieve manier afgewerkt en onderhouden worden.

        Er moet voldaan worden aan de bepalingen van de algemene politieverordening van de gemeente deerlijk, inzonderheid in verband met het onderhouden van onbebouwde gronden (titel 4, hoofdstuk 2, afdeling 4).

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

        Indien asbesthoudend afval aanwezig is moet dit met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Deknudt-Decora, definitief vastgesteld door de gemeenteraad op 9 juli 2020.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gemeentelijk RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 27 juni 2012 door het college van burgemeester en schepenen voor een functiewijziging van een bestaand industriegebouw waarbij de nieuwe functie betrekking heeft op een inrichting voor luidruchtige binnenrecreatie, namelijk schietstand (airsoft).

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 3 mei 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor het gedeeltelijk afbreken en herinrichten van de bestaande bedrijfsgebouwen tot bedrijfsverzamelgebouw.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 25 juli 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor het wijzigen van de functie van een deel van het kantoorgebouw naar een balletschool.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 21 maart 2018 door het college van burgemeester en schepenen voor het herbestemmen van boogloods B.

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        milieuvergunning afgeleverd op 28 mei 2015 door het college van burgemeester en schepenen voor airsoft schietstand

        milieuvergunning afgeleverd op 11 januari 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor de uitbating van een bedrijvencentrum

        milieuvergunning afgeleverd op 18 oktober 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor inrichten van een hoogspanningscabine voor openbaar nut

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Melding afgeleverd op 25 april 2018 door het college van burgemeester en schepenen voor een polyvalente ruimte die geheel of gedeeltelijk kan afgehuurd worden voor het geven van socio-culturele activiteiten.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langs de De Cassinastraat, wat een goed uitgeruste gemeenteweg is. De directe omgeving wordt gekenmerkt door enerzijds bedrijfsgebouwen in volle renovatie/reorganisatie en anderzijds woningen.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het slopen van een aantal bouwdelen en buitenverharding in functie van toekomstige ontwikkelingen van de site. Specifiek betreft het volgende sloopwerken:

* Sloop bedrijfsgebouwen deel 1 (zone kant De Cassinastraat)

Het productiegebouw met sheddaken wordt grotendeels gesloopt in functie van toekomstige aanleg van parkeerplaatsen en groen. De oppervlakte van het te slopen gebouw bedraagt +/- 1.217 m².

* Sloop bedrijfsgebouw deel 2 (kant Kortrijkse heerweg, palend aan het project Eribo)

De bestaande scheidingsmuur met de site Eribo en het glazen sheddak wordt gesloopt. De oppervlakte bedraagt +/- 135 m².

Momenteel is een studie lopende met betrekking tot de renovatie en herinrichting van de kantoren. In een latere aanvraag zullen de resultaten van deze studie voorwerp uitmaken van een nieuwe aanvraag waarbij ondermeer de vrijgekomen gevels afgewerkt zullen worden in functie van de toekomstige ontwikkeling (kantoor en balletschool). De aanleg van de parking zal eveneens in deze latere aanvraag gebeuren. Voorliggende aanvraag heeft tot doel de terreinen al bouwrijp te maken voor de toekomstige herontwikkeling en zo de werken vlot op elkaar te kunnen laten aansluiten bij de reeds in uitvoering zijnde 1ste fase van herontwikkeling.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Deknudt – Decora, goedgekeurd op 9 juli 2020. De aanvraag situeert zich in zone 5 – zone voor kleine en middelgrote bedrijven en overdruk 6 – visuele verbreding de Cassinastraat.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften van het RUP aangezien het de sloop betreft van een deel van de bestaande gebouwen en deze sloop in functie staat van de herinrichting van de site in een latere fase conform de visie uit het RUP.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de De Cassinastraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag betreft het slopen van delen van het gebouw teneinde enerzijds in een latere fase een parking met groen te voorzien en anderzijds een deel van de overblijvende gebouwen definitief om te vormen tot kantoren en danszaal.

 

De sloopwerken hebben, gelet op de afmetingen, plaatsing op het perceel en de toekomstige ontwikkelingen, een positieve impact op de directe omgeving. Na de sloop blijven de bestaande bebouwing, de korrel en de schaal van de omgeving gerespecteerd. De vrijgekomen gevels zorgen blijvend voor een goede integratie in de onmiddellijke omgeving en zullen in een volgende fase voorzien worden van een nieuwe gevelafwerking.

De aanvraag heeft geen significante impact op hinderaspecten, gezondheid en veiligheid in het algemeen. De aanvraag heeft een positieve impact op het (toekomstige) gebruiksgenot.

De aanvraag doet geen betekenisvolle bijdrage tot het verhogen van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. 

 

In functie van de afwerking van het terrein en het beperken van mogelijke hinder dienen echter wel volgende voorwaarden nageleefd te worden:

        Het terrein moet na de sloping op een kwalitatieve manier afgewerkt en onderhouden worden.

        Er moet voldaan worden aan de bepalingen van de algemene politieverordening van de gemeente deerlijk, inzonderheid in verband met het onderhouden van onbebouwde gronden (titel 4, hoofdstuk 2, afdeling 4).

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

        Indien asbesthoudend afval aanwezig is moet dit met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

 

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

7.14     Sloopopvolgingsplan

Aangezien een niet-residentieel gebouw met een totaal bouwvolume van meer dan 1.000 m³ gesloopt wordt, is een sloopopvolgingsplan noodzakelijk. Het sloopopvolgingsplan is toegevoegd aan het aanvraagdossier zodat geen verdere voorwaarden opgelegd moeten worden.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Francis Deknudt namens FIMMOC NV met als contactadres De Cassinastraat 4 te 8540 Deerlijk, voor het gedeeltelijk slopen van bestaande bedrijfsgebouwen, op een perceel gelegen De Cassinastraat 4 en 6 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 47 M5, (afd. 2) sectie C 47 T5, (afd. 2) sectie C 47 S5 en (afd. 2) sectie C 50 E2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        Het terrein moet na de sloping op een kwalitatieve manier afgewerkt en onderhouden worden.

        Er moet voldaan worden aan de bepalingen van de algemene politieverordening van de gemeente deerlijk, inzonderheid in verband met het onderhouden van onbebouwde gronden (titel 4, hoofdstuk 2, afdeling 4).

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

        Indien asbesthoudend afval aanwezig is moet dit met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

OMV 2020_167 - Klijtstraat 45 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het herbouwen van een bestaand bijgebouw, op een perceel gelegen Klijtstraat 45 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 689 F aangevraagd door de heer Koen Devos wonende Klijtstraat 45 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 15 december 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag wijkt af van de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 20 februari 2002 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van de bestaande woning en een bijgebouw van een hoevecomplex en herbouwen nieuwe woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 29 januari 2003 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van de bestaande stalling en herbouwen nieuwe paardenboxen.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Klijtstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg ten zuiden van de E17. De directe omgeving bestaat voornamelijk uit weiland. Ten zuidoosten van het terrein bevindt zich een woonlint. Binnen de directe omgeving zijn er verschillende al dan niet zonevreemde woningen aanwezig. Ten noordwesten van het perceel bevindt zich een hoogspanningsleiding.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het slopen van een bestaand bijgebouw en de heropbouw ervan. Het bestaande te slopen bijgebouw heeft een oppervlakte van 47,80 m². Na de werken wordt een nieuw bijgebouw voorzien met een oppervlakte van 39,70 m². het bijgebouw bestaat uit één bouwlaag met hellend dak. Het bijgebouw wordt opgetrokken met een kroonlijsthoogte van 2,50 m en een nokhoogte van 4,50 m.

Het nieuwe bijgebouw zal dienst doen als fietsenberging en berging voor de tuinmeubelen. Het bijgebouw zal opgetrokken worden in gevelmetselwerk dat wit gekaleid wordt. De topgevels worden bekleed met houten planchetten. De dakbedekking wordt in rood-bruine natuurleien voorzien. De afwatering van het gebouw wordt voorzien in de tuinzone.

In de aanvraag is geen bijkomende verharding voorzien.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 16 oktober 2020 tot 14 november 2020. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de bestemmingsvoorschriften van het agrarisch gebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt:

 

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

 

De aanvraag valt onder de basisrechten voor zonevreemde constructies van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening voor wat betreft de herbouw van een zonevreemde constructie niet zijnde woningbouw waarbij artikel 4.4.10 stelt dat de aanvraag betrekking moet hebben op hoofdzakelijk vergunde en niet verkrotte zonevreemde constructies, waarbij artikel 4.4.11 stelt dat de toetsing aan de goede ruimtelijke ordening onverkort geldt bij de afgifte van een vergunning, waarbij artikel 4.4.17 stelt dat in alle bestemmingsgebieden de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning voor het herbouwen van een bestaande zonevreemde constructie niet zijnde woningbouw op dezelfde plaats, op voorwaarde dat de nieuwe constructie ten minste drie kwart van de bestaande oppervlakte overlapt.

In het voorliggend ontwerp is de bestaande constructie niet verkrot en vergund geacht. Het bestaande gebouw heeft een bruto bouwvolume van 138,14 m³, het nieuwe ontwerp voorziet een bruto bouwvolume van 134,46 m³. De bestaande constructie heeft een vloeroppervlakte van 47,80 m² waarvan het nieuwe gebouw meer dan 75% overlapt. De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening (zie onder). De aanvraag voldoet aan de bepalingen van de codex en is bijgevolg in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Klijtstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Het te slopen bijgebouw komt niet voor op de inventaris bouwkundig erfgoed. Bijgevolg heeft het bijgebouw geen erfgoedwaarde. Het gebouw heeft evenmin een cultuurhistorische waarde waardoor in alle redelijkheid kan geoordeeld worden dat het bijgebouw kan gesloopt worden.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Gezien de aanvraag het herbouwen van een bijgebouw horend bij een bestaande woning betreft is de aanvraag functioneel inpasbaar in de directe omgeving.

Gelet op de bestaande toestand, het ontwerp, de afmetingen, de plaatsing op het perceel en de grootte van het perceel is het aangevraagde aanvaardbaar voor de bouwplaats en de omgeving. Het betreft een ontwerp met een vrij eenvoudige vormgeving dat uitgevoerd wordt in kleinschalige materialen zodat het zich maximaal zal inpassen in de tuinzone bij de woning. Het maaiveld wordt ter hoogte van de werken aangepast zonder hinder te veroorzaken naar de omgeving toe. De aanvraag brengt de goede aanleg van de plaats niet in het gedrang, is niet storend voor de aangelanden en is verenigbaar met de omgeving.

 

Artikel 4.3.1 § 2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in in de betrokken omgeving.

 

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Koen Devos wonende Klijtstraat 45 te 8540 Deerlijk, voor het herbouwen van een bestaand bijgebouw, op een perceel gelegen Klijtstraat 45 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 689 F.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

OMV 2020_162 - Oliebergstraat zn - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het herbouwen en uitbreiden van een bestaande garage, op een perceel gelegen Oliebergstraat zn en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 675 C3 aangevraagd door Van Gucht - Beleyn wonende Ommegangstraat 12 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 15 december 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, Sint-Lodewijk centrum zoals goedgekeurd door de bestendige deputatie van de provincie West-Vlaanderen op 1 september 2011.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gemeentelijk RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 15 januari 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een dubbele garage.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De omgeving van de aanvraag wordt gekenmerkt door een verscheidenheid aan bebouwing. De aanvraag maakt deel uit van een rij aan elkaar geschakelde garages met wijzigende hoogtes afgewerkt met platte daken. De garages van deze aanvraag bevinden zich ongeveer in het midden van de rij. Aan de overkant van de Oliebergstraat staan eengezinswoningen hoofdzakelijk van het type 2 bouwlagen en een hellend dak, daarnaast zijn ook woningen van 1 bouwlaag met hellend dak en bijgebouwen van 1 bouwlaag met plat dak aanwezig in het straatbeeld. Alle garages worden van het openbaar domein gescheiden door een strook verharding die kan dienst doen als parkeerplaats. De verhardingstypes van deze strook variëren ook in afwerking. Voor de garages van deze aanvraag ligt een steenslagverharding.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst de 2 bestaande garages te slopen om deze daarna te herbouwen als één garage. Bij de afbraak worden de muren op de zijperceelsgrenzen behouden. Aan de westgevel is over de ganse diepte van het perceel bebouwing aanwezig. De nieuwe garage zal een oppervlakte hebben van 59 m². Het geheel wordt afgewerkt met een plat dak met maximale hoogte van 3,04 m. De hoogte blijft gelijk als de huidige garage en is gelijk met de aangrenzende garage rechts van het perceel van de aanvraag. De oprit wordt 14 cm verlaagd om op gelijke hoogte te komen met de naastliggende garage op het perceel links van de aanvraag en het huidig achterliggend terrein van het perceel. Achteraan wordt de garage gedeeltelijk uitbreid tot op de achterperceelsgrens waardoor nog een kleine oppervlakte van 3 m diep op 2,85 m breed niet bebouwd is. In het gebouw worden een dubbele glazen draaideur en een dubbel venster voorzien, die uitgeven op de kleine patio achteraan. In de voorgevel worden de 2 huidige garagepoorten vervangen door 1 poort met links van die poort een deur.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 12 oktober 2020 tot 10 november 2020. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gemeentelijk RUP Sint-Lodewijk centrum zoals goedgekeurd door de bestendige deputatie van de provincie West-Vlaanderen op 1 september 2011. De locatie van de aanvraag ligt binnen de zone voor wonen en beperkte nevenfuncties (zone 5).

 

De aanvraag wijkt af van de voorschriften. Hiervoor wordt toepassing gemaakt van artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:

Plan schrijft voor:

ontwerp voorziet:

Bebouwingspercentage met driedimensionale constructies is max. 40%

Bebouwingspercentage is 57,3 %

 

Het gevraagde is voor het overige in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP gezien de bestemming residentieel wonen is (onder wonen worden woningen verstaan met de bijbehorende uitrusting zoals tuinen, garages, tuinhuisjes), het een gegroepeerde bebouwing betreft, de keuze van de dakvorm is vrij (er wordt gekozen voor een plat dak), de maximale hoogte van de verticale gevels van de nevenvolumes maximaal 3 m bedragen (het plan voorziet 2,88 m ten opzichte van het vloerpas), de maximale, totale oppervlakte van de bijgebouwen 60 m² bedraagt (het plan voorziet 59 m²).

 

Artikel 4.4.1 van de VCRO voorziet dat, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen kunnen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.

De afwijking heeft betrekking op afmetingen van constructies zodat een afwijking overwogen kan worden. De uitbreiding aan de achterkant van de garage ligt aan de basis van deze afwijking. Ook op aanpalende percelen zijn garages aanwezig met soortgelijke oppervlakte, waardoor de afwijking geen bijkomende impact zal hebben voor de aanpalenden. Aan de kant van de Oliebergstraat worden geen wijzigingen aangebracht die het straatbeeld zullen schaden. Zowel de vorm, hoogte als de gebruikte materialen voor de bouw van de nieuwe garage sluiten aan op de naastliggende gebouwen. De afwijking is eerder beperkt en heeft geen invloed op het straatbeeld waardoor de gevraagde afwijking positief kan beoordeeld worden.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oliebergstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen. De aanvraag voldoet aan de bepalingen van de gewestelijk stedenbouwkundige verordening hemelwater gezien de plaatsing van een regenwaterput niet verplicht is en ook de plaatsing van een infiltratievoorziening niet vereist is (perceel < 250 m²). Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag betreft de sloop van 2 garages en heropbouw op dezelfde locatie van 1 grotere garage, met behoud van de functie als autostelplaats zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De gebruikte materialen zijn in harmonie met de omgeving en eigen aan de functie van een garage. Ook de afmetingen van de nieuwbouw sluiten aan bij de naastliggende gebouwen zodat dit het straatbeeld niet schaadt. De gevraagde afwijking van de voorschriften situeert zich achteraan het gebouw en heeft bijgevolg geen invloed op het zicht in de directe omgeving. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Van Gucht - Beleyn wonende Ommegangstraat 12 te 8540 Deerlijk, voor het herbouwen en uitbreiden van een bestaande garage, op een perceel gelegen Oliebergstraat zn en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 675 C3.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Renovatiepremie eigenaars-bewoners - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Renovatiepremie eigenaars-bewoners - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Inname openbaar domein - Jaarvergunning 2021 - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de aanvragen betreffende het verkrijgen van een jaarvergunning voor het aanbrengen van signalisatie met betrekking tot het uitvoeren van werken van korte duur met een beperkte impact voor het wegverkeer op het grondgebied van de gemeente voor de duur van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021.

 

Motivering

 

We ontvingen volgende aanvragen:

 

          Visser & Smit Hanab nv, Langerbrugekaai 3 - 9000 Gent

Vraagt toelating tot het aanbrengen van signalisatie voor het uitvoeren van dringende werken met beperkte hinder, meer bepaald voor het uitvoeren van huisaansluitingen in opdracht van De Watergroep.

 

          De Watergroep, Vooruitgangstraat 189 - 1030 Brussel

Vraagt toelating voor het plaatsen van (tijdelijke) signalisatie naar aanleiding van het uitvoeren van kleine onderhoudswerken aan het distributienet of werken met een hoogdringend karakter zoals bepaald in artikel 22 van de code voor Infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen.

 

          Broeders & Co bvba, Hemelrijken 3 - 2890 Puurs (Sint-Amand)

Vraagt toelating voor het plaatsen van signalisatie naar aanleiding van het uitvoeren van werken in opdracht van Fluvius, Telenet en Proximus (defecten, dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen en kleine onderhoudswerken).

 

          Agentschap Wegen en Verkeer (AWV), Koning Albertlaan 293 - 8200 Brugge

Vraagt toelating voor het aanbrengen van signalisatie (6° cat.) voor dringende onderhoudswerken (herstellingen wegdek, plaatsen signalisatie, interventies elektrische kasten, ...) op gewestwegen gelegen op grondgebied gemeente.

 

          Aquafin,Dijkstraat 8 - 2630 Aartselaar

Vraagt toelating voor het aanbrengen van signalisatie (mobiele werf 6° cat.) naar aanleiding van dringende interventies, controles en onderhoud van leidingen en pompstations op grondgebied gemeente.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de aanvragen voor het bekomen van een jaarvergunning met betrekking tot het plaatsen van signalisatie voor het uitvoeren van kleine en dringende werken langs de gemeentewegen voor de duur van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Inname openbaar domein - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Woonwijs - stuurgroep - verslag 26 november 2020 - kennisname

 

Aanleiding en context

 

De stuurgroep van Woonwijs hield een vergadering op 26 november 2020.

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.

 

Motivering

 

De projectcoördinator vraagt in zijn mail van 14 december 2020 het verslag ter kennisgeving voor te leggen aan de colleges van de vijf betrokken gemeentes.

De bijbehorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Gezinsbond - informatiebrief voor jonge ouders

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om niet in te gaan op het verzoek van de Gezinsbond Deerlijk om bij het versturen van de brief van de gemeente aan ouders van pasgeborenen een brief van de Gezinsbond Deerlijk mee te sturen.

 

Motivering

 

Op 30 november 2020 vroeg de Gezinsbond Deerlijk telefonisch, bevestigd via e-mail, of het voor de gemeente mogelijk is om vanaf 1 januari 2021 bij de brieven die worden gestuurd naar de ouders van pasgeborenen een brief van de Gezinsbond Deerlijk, met onder meer informatie over het magazine 'Brieven aan jonge Ouders' en het verkrijgen van een geboortegeschenk voor eerstgeborenen, mee te sturen.

 

De Gezinsbond Deerlijk ziet dit als een meerwaarde voor zowel hen als de gemeente, zonder de privacy van de gezinnen te schenden en zonder commerciële belangen.

 

Navraag bij het Rijksregister leert dat dit echter niet mogelijk is, omdat daarvoor geen wettelijke basis is. De gemeente zou op die manier reclame van derden verspreiden, op een niet wettelijke, maar commerciële basis.

 

Ingaan op het verzoek zou bovendien ook een precedent vormen voor andere organisaties om op die manier informatie te laten verspreiden.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit niet in te gaan op het verzoek van de Gezinsbond Deerlijk om bij het versturen van de brief van de gemeente aan ouders van pasgeborenen een brief van de Gezinsbond Deerlijk mee te sturen, omdat daarvoor geen wettelijke basis is en om geen precedent te scheppen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Asverstrooiing - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Grafconcessie - toekenning - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Thuiszorgtoelagen 2020- deel 2 - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Organisatiebeheersysteem

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2020/48 goed te keuren.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2020/88 goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Voorontwerp nieuw technisch depot en bijbehorende raming - goedkeuring

 

Dit punt werd uitgesteld naar een volgende zitting.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 23 DECEMBER 2020

Subsidieproject Wonderwoudje - gebruik subsidie voor speelbosje op speelveld aan Kardinaal Cardijnlaan - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd te beslissen over het inzetten van de goedgekeurde provinciale subsidie voor een 'wonderwoudje' voor het aanleggen van een speelbosje op het speelveld in de Kardinaal Cardijnlaan.

 

Motivering

 

Op 28 november 2019 keurde de deputatie de projectaanvraag “wonderwoudje” in het kader van klimaatprojecten 'Gemeente voor de toekomst' voor provinciale subsidie goed. Het project "wonderwoudje" wordt begeleid door BOS+. De provincie komt tussen voor 50 % in de projectkosten met een maximum van 4.000 euro excl.btw.

 

In zitting van 5 februari 2020 besliste het college van burgemeester en schepenen om de goedgekeurde provinciale subsidie van 4.000 euro excl. btw in te zetten voor de zoektocht naar een geschikte locatie voor het aanleggen van een bos(je).

 

In het kader van het omvormen van intensief gemaaid gazon naar bloemenrijk grasland (actie in meerjarenplan) wordt samen met het Stadlandschap een plan uitgewerkt voor de herinrichting van het terrein in de Kardinaal Cardijnlaan dat hoofdzakelijk gebruikt wordt door Chiro Joeki. Chiro Joeki is vragende partij voor een speelbosje.

Vanuit de diensten lijkt het dan ook aangewezen om de goedgekeurde subsidie voor een 'wonderwoudje', in tegenstelling tot de beslissing van het college van 5 februari 2020, in te zetten voor dit project. Omdat we bij dit project reeds een goed uitgewerkt voorontwerp hebben, wordt bij de samenwerking met Bos+ meer de nadruk gelegd op het participatieve luik en de effectieve aanplanting (uitvoering).

 

Voor een totale projectkost van 8.000 euro excl. btw en rekening houdend met een efficiënte inzet van de subsidiemiddelen werd volgende voorstel van samenwerking met Bos+ uitgewerkt:

          input opmaak plan - 1 mandag

          participatietraject: eventueel infomoment voor buurtbewoners + organiseren plantdag - 3 mandagen

          aanleg: het plantgoed (bosgoed, hoogstambomen, fruitbomen, klimbomen, …) en natuurvriendelijk speelinfrastructuur (boomstammen, klimpalen,…).

          1 mandag voor het zoeken naar leveranciers, bestellen plantgoed

          5.000 euro excl. btw voor werkingskosten

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.  Er is onvoldoende budget beschikbaar. Bij de eerstvolgende budgetwijziging wordt er krediet voorzien.

 

Raming of bedrag

4.000 euro excl btw

Actie

Omvormen van intensief gemaaid gazon in verschillende wijken naar bloemrijk grasland - Speelnatuur Kardinaal Cardijnlaan Chiro Joeki

Jaarbudgetrekening

A-1.04.4/0200-00/61500000

Visum

/

 

Het basisaanbod bevat alle kosten voor begeleiding en aanplant van een Wonderwoudje van 200 m² voor 8.000 euro (excl. BTW). Hiervan betaalt de provincie West-Vlaanderen 50%. De overige 50% betaalt de gemeente. Een voorschot van 2.420 euro wordt betaald na de startvergadering en de goedkeuring van het plan van aanpak door de Provincie en de gemeente. De resterende 2.420 euro wordt betaald op het einde van het project.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de goedgekeurde provinciale subsidie 'wonderwoudje' in te zetten voor het aanleggen van een speelbosje op het speelveld aan de Kardinaal Cardijnlaan.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 06/01/2021
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.