Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 4 september 2019 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 4 september 2019.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 4 september 2019 goed te keuren.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Vernieuwen theaterzetels en tapijt OC d'Iefte - lastvoorwaarden, wijze van gunnen en uit te nodigen firma's - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de lastvoorwaarden, wijze van gunnen en uit te nodigen firma’s voor het vernieuwen van de theaterzetels en het tapijt in OC d’Iefte goed te keuren.

Motivering

In het kader van de opdracht “Vernieuwen theaterzetels en tapijt OC d'Iefte” werd een bestek met nr. 2019/22 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 66.115,70 euro excl. btw of 80.000,00 euro incl. 21% btw.

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

Volgende ondernemers komen in aanmerking om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:

•                  Fibrocit, Hospitaalweg 1 C/bus 2 te 8510 Marke
•                  Cornet Seating Systems bvba, Industrieweg-Noord 1.138 te 3660 Opglabeek
•                  Maroli, Baron Ruzettelaan 1 bus 1/0.3 te 8310 Brugge

Als limietdatum voor het indienen van de offertes wordt 11 oktober 2019 om 09.00 uur voorgesteld.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 56 § 3, 6° dat stipuleert dat het tot de bevoegdheid van het college van burgemeester en schepenen behoort om over te gaan tot het vaststellen van de wijze van gunnen en de voorwaarden van overheidsopdrachten als de opdracht nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen en de gemeenteraad de wijze van gunnen en de voorwaarden niet zelf heeft vastgesteld

•                  Andere:
  •                Bestuursdecreet van 7 december 2018
  • Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht
  • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van 144.000,00 euro niet)
  • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
  • Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
  • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°
  • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het bestek met nr. 2019/22 en de raming voor de opdracht “Vernieuwen theaterzetels en tapijt OC d'Iefte”, opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer worden goedgekeurd.

De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten.

De raming bedraagt 66.115,70 euro excl. btw of 80.000,00 euro incl. 21% btw.

Artikel 2

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

Artikel 3

Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:

•                  Fibrocit, Hospitaalweg 1 C/bus 2 te 8510 Marke
•                  Cornet Seating Systems bvba, Industrieweg-Noord 1.138 te 3660 Opglabeek
•                  Maroli, Baron Ruzettelaan 1 bus 1/0.3 te 8310 Brugge

Artikel 4

De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 11 oktober 2019 om 09.00 uur.

Artikel 5

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2019, op jaarbudgetrekening 0705-00/22103500/BESTUUR/CBS/0/7-1-1 (actie 7-1-1-22).

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Niet-geconcedeerd graf - ingebruikname - kennisname

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Deskundige vrijetijdspromotie- verlenging aanstelling - goedkeuring

STEMMINGEN

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Personeel - werk- en verlofregeling 2020 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen dient het ontwerpschema inzake werk- en verlofregeling voor volgend jaar goed te keuren. Dit schema wordt vervolgens geagendeerd op het syndicaal overleg.

Motivering

Het ontwerp van de werk- en verlofregeling voor 2020 is opgemaakt rekening houdende met de feestdagen en collectieve verloven.

Het ontwerp werd besproken op het MAT van 4 september 2019, en kan na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau besproken worden op het syndicaal overleg.

Het schema is te vinden in bijlage.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt het ontwerp van de werk- en verlofregeling van 2020 dat ne varietur wordt toegevoegd goed.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit om dit ontwerpschema te bespreken op het eerstvolgende syndicaal overleg.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Jubileum - bezoek feestzaal - goedkeuring

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Zuster Benigna - 95e verjaardag en 75-jarig kloosterjubileum - gemeentelijke receptie - goedkeuring

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

150 jaar parochie Sellewie - gemeentelijke receptie - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om een gemeentelijke receptie te organiseren naar aanleiding van het 150-jarig bestaan van de parochie O.L.Vrouw Onbevlekt Ontvangen (Sint-Lodewijk).

Motivatie

In 2019 bestaat de parochie O.L.Vrouw Onbevlekt Ontvangen (Sint-Lodewijk) 150 jaar.

Op zaterdag 5 oktober 2019 om 17.00 uur vindt hiervoor een speciale eucharistieviering plaats.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 57, § 1 Gemeentedecreet

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit, naar aanleiding van het 150-jarig bestaan van de parochie O.L.Vrouw Onbevlekt Ontvangen (Sint-Lodewijk), na de geplande eucharistieviering, een gemeentelijke receptie te organiseren op zaterdag 5 oktober 2019 om 18.00 uur in buurthuis Sint-Lodewijk.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Ambulante handel - toewijzing losse tijdelijke standplaats - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester wordt gevraagd toelating te verlenen voor een tijdelijke inname van het openbaar domein naar aanleiding van het plaatsen van een frituurwagen op Deerlijk kermis.

Motivering

De heer Wim Buyck vraagt in zijn mail van 9 september 2019 de toelating om een losse tijdelijke standplaats in te nemen vanaf 27 tot en met 29 september 2019 (Deerlijk kermis) om zijn ambulante activiteit uit te oefenen (frituurwagen - oppervlakte 24 m²) op het openbaar domein.

De frituurwagen wordt, zoals naar jaarlijkse gewoonte, geplaatst ter hoogte van het gemeentehuis langs de Harelbekestraat.

Tevens vraagt hij een vrijstelling op de retributie op ambulante handel gezien hij er zich toe verbonden heeft standgeld te betalen aan het feestcomité Deerlijk-centrum.

De toewijzing van losse plaatsen gebeurt volgens de chronologische volgorde van aanvragen en desgevallend in functie van de gevraagde plaats en specialisatie (reglement ambulante activiteiten op de openbare markten en op het openbaar domein, goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 26 september 2013).

Politiezone Gavers verleende op 9 september 2019 positief advies.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Plaatsing verkeerssignalisatie

▪          Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit goedkeuring te verlenen aan de aanvraag van de heer Wim Buyck voor de tijdelijke inname van het openbaar domein van vrijdag 27 september 2019 tot en met 29 september 2019, op voorwaarde dat betrokkene voldoende vuilnisbakken voorziet bij zijn frituur.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Wedstrijd 'zwembad zoekt naam' - samenstelling jury - goedkeuring

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Kernraad sport - verslag van 9 juli 2019 - kennisname

Aanleiding en context

De kernraad sport hield een vergadering op 9 juli 2019

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.

Motivering

Het verslag van deze vergadering werd goedgekeurd in een volgende zitting van 4 september 2019.

De bijhorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het goedgekeurde verslag.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Afvissen visbestand wegens watertekort kasteelvijver - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de toelating te verlenen om het resterende visbestand af te vissen en naar betere visvijvers te brengen.

Motivering

Door de jaarlijkse droogte kan het waterpeil van de kasteelvijver niet meer gegarandeerd worden. Vroeger was een visclub actief op de kasteelvijver en werden duizenden m³ grondputwater bijgevoegd.  Dit was eigenlijk nog niet voldoende. De werking van de visclub is gestopt in 2017 en er werd geen vis meer bijgestoken. Verschillende vissen zijn ook gestorven door zuurstoftekort. Doordat de resterende vispopulatie nog kan kweken maar eigenlijk te weinig water heeft, is het nuttig deze vis over te brengen naar betere visvijvers.

Deze visie wordt ook gedeeld door de verschillende Gaverdomeingebruikers. Marc Vindevogel, echtgenoot van Linda Feys (gerante cafetaria) is een fervent visser en wil deze overblijvende vissen naar de mandelvijver te Wakken overbrengen.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit toelating te verlenen aan Marc Vindevogel om het resterende visbestand af te vissen en naar betere visvijvers te brengen.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

UiTPAS Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans (SAMWD) Harelbeke - kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om kennis te nemen van het toetreden van de Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans (SAMWD) Harelbeke (afdeling Deerlijk) tot UiTPAS.

Motivering

Vanaf schooljaar 2019-2020 is de Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans partner van UiTPAS. Ook de afdeling Deerlijk valt hieronder.

Het gevolg voor de gemeente blijft echter beperkt. Zoals bij andere intergemeentelijke UiTPAS-samenwerkingen, heeft de academie recht op terugbetaling van 80 % van het inschrijvingsgeld door de gemeente waar iemand met recht op het kansentarief gedomicilieerd is. De resterende 20 % wordt betaald door de inschrijver.

De 80 % wordt toegepast op het resterende inschrijvingsgeld, na aftrek van eventuele andere kortingen van hogere overheden.

Het sparen en omruilen van punten zal nog praktisch vormgegeven worden door de academie, in samenwerking met de cultuurdienst en de betrokken dienst bij de stad Harelbeke.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het partnerschap tussen UiTPAS en SAMWD Harelbeke (afdeling Deerlijk).

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

KSA - gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Motivering

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

Om hun startdag bekend te maken, vraagt de KSA om de gemeentelijke roosters te mogen gebruiken voor het ophangen van hun publiciteitsborden.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Hfdst. 3, art. 221-224 Algemene Politieverordening

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit aan de KSA toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters

Artikel 2

Voor de praktische afhandeling dient contact opgenomen worden met gemeenschapcentrum d'Iefte op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan cultuur@deerlijk.be.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Feestcomité Molenhoek - kermis - 18-21 oktober 2019 - goedkeuring

Aanleiding en context

Op 15 juli 2019 werd een aanvraag ingediend door Feestcomité Molenhoek voor volgend evenement:

Motivering

1. Het college van burgemeester en schepenen overloopt volgende onderdelen van de aanvraag:

•          aanvraag gebruik van de gemeentelijke roosters voor het ophangen van publiciteitsborden

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters. De aanvraag dient gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen.

•          aanvraag machtiging voor het verstrekken van sterke drank

Het is verboden sterke dranken te verkopen voor gebruik ter plaatse in occasionele drankgelegenheden waar openbare manifestaties plaats vinden, tenzij het college van burgemeester en schepenen hiervoor een speciale machtiging verleent.

•          aanvraag geluidsactiviteit als volgt:

95 – 100 dB

De aangevraagde muziekactiviteit vindt plaats in een woonomgeving of in de nabijheid van een bewoonde omgeving.

Het gaat hier om een muziekactiviteit naar aanleiding van een bijzondere gelegenheid en de aangevraagde activiteit is beperkt in duur.

De aangevraagde muziekactiviteit kan toegestaan worden maar het is evenwel noodzakelijk om het toegelaten geluidsniveau en de toegelaten periode nauwkeurig vast te leggen.

Deze toelating betekent in geen geval een vrijgeleide om onbeperkt hinder te veroorzaken.

•          aanvraag tijdelijke inname openbaar domein

Feestcomité Molenhoek wenst voor Molenhoek kermis inname van verschillende parkeerplaatsen voor het plaatsen van kermisattracties, meer bepaald:

•          de parking rondom de groenzone Sint-Anna en de parking aan café de Stuiver, vanaf maandag 14 oktober 2019 tot en met dinsdag 22 oktober 2019;

•          de parking aan de Wieke vanaf woensdag 16 oktober 2019 tot en met maandag 22 oktober 2019.

•          aanvraag paardenwedloop

De burgemeester wordt gevraagd goedkeuring te verlenen aan Feestcomité Molenhoek voor het inrichten van een paardenwedloop op zondag 20 oktober 2019.

•          aanvraag gemeentelijke medewerking

Feestcomité Molenhoek vraagt gemeentelijke medewerking bij de opbouw van de tent op donderdag 17 oktober 2019 om 8.00 uur en bij de afbraak van de tent op maandag 22 oktober 2019 om 8.30 uur.

Ook vragen ze om 18 vlaggenmasten te plaatsen op het terrein Steelandt-Delbeke en vlaggen en vlaggenmasten te voorzien op de Molenhoek, en het maaien van verschillende volgende grasvelden:

•          zijkant terrein Steelandt-Delbeke kant Breestraat;

•          terrein Steelandt-Delbeke;

•          parking frigowagen.

•          aanvraag volgende politionele medewerking

◦          verkeersomleiding en parkeerverbod in de Breestraat op zaterdagnamiddag 19 oktober 2019;

◦          eenrichtingsverkeer opheffen in de Ketsersstraat voor het volledige weekend;

◦          eenrichtingsverkeer instellen vanaf de brug ter hoogte van de Vichtestraat tot aan de Hazewindstraat op zaterdagnamiddag vanaf 13.00 uur tot 18.00 uur voor de wandeltocht (met zo'n 350 deelnemers);

Voor de wandeltocht kan geen eenrichtingsverkeer ingesteld worden door de werken in de Sint-Rochusstraat en de daarmee verbonden gewijzigde verkeerssituatie. Dit werd opgelost met C3 en UPV.

◦          parkeerverbod en afsluiten van de Breestraat op zondag 20 oktober 2019 voor de paardenwedloop;

◦          begeleiding voor de optocht van de fanfare op zondag 20 oktober 2019 om 09.45 uur aan de Wieke en (preventieve) aanwezigheid tijdens de paardenwedloop op zondag 20 oktober 2019.

Politiezone Gavers verleende hiervoor op 5 augustus 2019 positief advies.

2. De evenementen- veiligheidscel verleent volgend advies voor dit evenement:

Men moet rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Alsook moet de organisator een risico-analyse (lijst opmaken met de mogelijke risico’s en maatregelen om deze te verhelpen/op te lossen) en plan met aanduiding opstelling, evacuatiewegen ... opmaken.

Alle cateringstanden dienen te beschikken over geldige en blanco keuringsverslagen (conformiteit installatie en gasdichtheid beiden uitgevoerd door een EDTC).

Bijkomend specifiek advies kan later nog volgen vanuit de veiligheidscel.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Gebruik van de gemeentelijke roosters voor het ophangen van publiciteitsborden

◦          Art. 221-224 Algemene politieverordening'

•          Machtiging voor het verstrekken van sterke drank

◦          Art. 9, Wet van 28 december 1983 betreffende de vergunning voor het verstrekken van sterke drank

•          Toelating geluidsactiviteit

◦          Decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement;

◦          Besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999;

◦          Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999;

◦          Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 februari 1977 houdende vaststelling van geluidsnormen voor muziek in openbare en private inrichtingen, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, wat betreft het maximaal geluidsniveau van muziek in inrichtingen;

◦          Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 30 maart 2011

•          Plaatsing verkeerssignalisatie

◦          Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit evenement mits er twee verantwoordelijken aangesteld worden. De eindverantwoordelijke zorgt voor de veiligheid in en rond het evenemententerrein. De andere verantwoordelijke houdt toezicht in de omgeving en zal, indien nodig, politiezone Gavers contacteren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen staat toe dat de gemeentelijke roosters worden gebruikt voor het ophangen van publiciteitsborden in het kader van dit evenement.

Voor de praktische afhandeling (ophalen en terugbrengen borden) dient contact opgenomen te worden met het gemeenschapscentrum d'Iefte op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan cultuur@deerlijk.be.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen verleent een speciale machtiging voor de verkoop van sterke drank tijdens dit evenement.

Artikel 4

De aangevraagde muziekactiviteit wordt toegelaten mits naleving van volgende voorwaarden:

Voorwaarden met betrekking tot het maximaal geluidsniveau.

Voorwaarden met betrekking tot de duur van de muziekactiviteit:

Voorwaarden met betrekking tot de buurt:

•          De inrichters als bedieners van de muziekinstallatie moeten zich houden aan een voor de buurt aanvaardbaar geluidsniveau. In geen geval mag de muziek de nachtrust van de omwonenden storen. Klachten inzake nachtlawaai dienen vermeden. In voorkomend geval moeten de richtlijnen van de politiediensten strikt worden opgevolgd.

•          De inrichters verwittigen de inwoners van de omliggende straten van de muziekactiviteit.

De organisator brengt de politie op de hoogte van de muziekactiviteit.

Artikel 5

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor de tijdelijke inname van het openbaar domein; meer bepaald:

•          de parking rondom de groenzone Sint-Anna en de parking aan café de Stuiver, vanaf maandag 14 oktober 2019 tot en met dinsdag 22 oktober 2019;

•          de parking thv de Wieke, vanaf woensdag 16 oktober 2019 tot en met maandag 22 oktober 2019.

Artikel 6

Inrichten paardenwedloop: zie attest.

Artikel 7

Het college van burgemeester en schepenen besluit de gevraagde bijkomende medewerking te verlenen:

•          medewerking bij de opbouw van de tent op donderdag 17 oktober 2019 om 8.00 uur en bij de afbraak van de tent op maandag 22 oktober 2019 om 8.30 uur. Er wordt medewerking verleend van maximum 6 werknemers van de technische dienst. Aan de organisatie wordt verzocht om in te staan voor het resterend aantal medewerkers die effectief meehelpen aan de opbouw en afbraak van de tent. Indien niet voldoende personen aanwezig zijn wordt geen medewerking verleend door de werknemers van de technische dienst.

•          het plaatsen van 18 vlaggenmasten op het terrein Steelandt-Delbeke en het voorzien van vlaggen en vlaggenmasten op de Molenhoek

•          het maaien van verschillende grasvelden: kant Breestraat, volledig terrein Steelandt-Delbeke, parking frigowagen.

Artikel 8

Het college van burgemeester en schepenen besluit de gevraagde politionele medewerking te verlenen.

De inrichter dient zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de politie.  De politie zal enkel instaan voor het toezicht op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie.

De levering van de verkeerssignalisatie gebeurt door de technische diensten van de gemeente. De controle op de naleving van het eventuele parkeerverbod gebeurt door de politie.

Artikel 9

De inrichter moet de richtlijnen volgen van de hulpverleningszone Fluvia inzake veiligheid.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Bokkeslot - boerenmarkt en oogstfeest - 13 oktober 2019 - goedkeuring

Aanleiding en context

Op 12 augustus 2019 werd een aanvraag ingediend door Kinderboerderij Bokkeslot voor volgend evenement:

Motivering

1. Het college van burgemeester en schepenen overloopt volgende onderdelen van de aanvraag:

•          aanvraag gebruik van de gemeentelijke roosters voor het ophangen van publiciteitsborden

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters. De aanvraag dient gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen.

•          aanvraag tijdelijke inname openbaar domein

Kinderboerderij Bokkeslot wenst de Tapuitstraat vanaf huisnummer 51 tot en met huisnummer 86 tijdelijk af te sluiten voor het houden van de boerenmarkt op 13 oktober 2019 van 11.00 tot en met 20.00 uur.

•          aanvraag politionele medewerking

Parkeerverbod in de Tapuitstraat tussen huisnummer 51 en 68 en tussen huisnummer 67 en 97 van 9.00 uur tot 21.00 uur.

Het verkeersvrij houden van: de Tapuitstraat vanaf huisnummer 51 tot en met huisnummer 86 op 13 oktober 2019 van 11.00 uur tot en met 20.00 uur.

Politiezone Gavers verleende hiervoor op 9 september 2019 positief advies.

2. De evenementen- veiligheidscel verleent volgend advies voor dit evenement:

Men moet rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Alsook moet de organisator een risico-analyse (lijst opmaken met de mogelijke risico’s en maatregelen om deze te verhelpen/op te lossen) en plan met aanduiding opstelling, evacuatiewegen ... opmaken.

Alle cateringstanden dienen te beschikken over geldige en blanco keuringsverslagen (conformiteit installatie en gasdichtheid beiden uitgevoerd door een EDTC).

Bijkomend specifiek advies kan later nog volgen vanuit de veiligheidscel.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Gebruik van de gemeentelijke roosters voor het ophangen van publiciteitsborden

▪          Art. 221-224 Algemene politieverordening'

◦          Plaatsing verkeerssignalisatie

▪          Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit evenement mits er twee verantwoordelijken aangesteld worden. De eindverantwoordelijke zorgt voor de veiligheid in en rond het evenemententerrein. De andere verantwoordelijke houdt toezicht in de omgeving en zal, indien nodig, politiezone Gavers contacteren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen staat toe dat de gemeentelijke roosters worden gebruikt voor het ophangen van publiciteitsborden in het kader van dit evenement.

Voor de praktische afhandeling (ophalen en terugbrengen borden) dient contact opgenomen te worden met het gemeenschapscentrum d'Iefte op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan cultuur@deerlijk.be.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor de tijdelijke inname van het openbaar domein op 13 oktober 2019 van 9.00 tot en met 21.00 uur, meer bepaald het tijdelijk afsluiten van de Tapuitstraat vanaf huisnummer 51 tot en met huisnummer 86 voor het houden van de boerenmarkt.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen besluit de gevraagde politionele medewerking te verlenen.

De inrichter dient zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de politie.  De politie zal enkel instaan voor het toezicht op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie.

De levering van de verkeerssignalisatie gebeurt door de technische diensten van de gemeente. De controle op de naleving van het eventuele parkeerverbod gebeurt door de politie.

Artikel 5

De inrichter moet de richtlijnen volgen van de hulpverleningszone Fluvia inzake veiligheid.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Battery Supplies n.v. - open bedrijvendag - 6 oktober 2019 - goedkeuring

Aanleiding en context

Op 20 augustus 2019 werd een aanvraag ingediend door Battery Supplies nv voor volgend evenement:

Motivering

1. Het college van burgemeester en schepenen overloopt volgende onderdelen van de aanvraag:

•          aanvraag politionele medewerking

Er wordt geen verkeerstechnische medewerking gevraagd. Wel de opmerking dat de parking van Corex (bedrijf op overkant van de straat) gebruikt wordt. Eventueel wordt nog een bijkomende parking gebruikt.

Politiezone Gavers verleende hiervoor op 9 september 2019 positief advies.

2. De evenementen- veiligheidscel verleent volgend advies voor dit evenement:

Men moet rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Alsook moet de organisator een risico-analyse (lijst opmaken met de mogelijke risico’s en maatregelen om deze te verhelpen/op te lossen) en plan met aanduiding opstelling, evacuatiewegen ... opmaken.

Alle cateringstanden dienen te beschikken over geldige en blanco keuringsverslagen (conformiteit installatie en gasdichtheid beiden uitgevoerd door een EDTC).

Bijkomend specifiek advies kan later nog volgen vanuit de veiligheidscel.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit evenement mits er twee verantwoordelijken aangesteld worden. De eindverantwoordelijke zorgt voor de veiligheid in en rond het evenemententerrein. De andere verantwoordelijke houdt toezicht in de omgeving en zal, indien nodig, politiezone Gavers contacteren.

Artikel 2

De inrichter moet de richtlijnen volgen van de hulpverleningszone Fluvia inzake veiligheid.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Personeelsfeest Battery Supplies nv - 4 oktober 2019 - afwijking geluidsnormen - goedkeuring

Aanleiding en context

Op 20 augustus 2019 werd een aanvraag ingediend door Battery Supplies nv voor volgend evenement:

Motivering

1. Het college van burgemeester en schepenen overloopt volgende onderdelen van de aanvraag:

•          aanvraag geluidsactiviteit als volgt:

95 – 100 dB

De aangevraagde muziekactiviteit vindt plaats in een woonomgeving of in de nabijheid van een bewoonde omgeving.

Het gaat hier om een muziekactiviteit naar aanleiding van een bijzondere gelegenheid en de aangevraagde activiteit is beperkt in duur.

De aangevraagde muziekactiviteit kan toegestaan worden maar het is evenwel noodzakelijk om het toegelaten geluidsniveau en de toegelaten periode nauwkeurig vast te leggen.

Deze toelating betekent in geen geval een vrijgeleide om onbeperkt hinder te veroorzaken.

•          aanvraag politionele medewerking

Er wordt geen verkeerstechnische medewerking gevraagd. Wel de opmerking dat de parking van Corex (bedrijf op overkant van de straat) gebruikt wordt. Eventueel wordt nog een bijkomende parking gebruikt.

Politiezone Gavers verleende hiervoor op 9 september 2019 positief advies.

2. De evenementen- veiligheidscel verleent volgend advies voor dit evenement:

Men moet rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Alsook moet de organisator een risico-analyse (lijst opmaken met de mogelijke risico’s en maatregelen om deze te verhelpen/op te lossen) en plan met aanduiding opstelling, evacuatiewegen ... opmaken.

Alle cateringstanden dienen te beschikken over geldige en blanco keuringsverslagen (conformiteit installatie en gasdichtheid beiden uitgevoerd door een EDTC).

Bijkomend specifiek advies kan later nog volgen vanuit de veiligheidscel.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Toelating geluidsactiviteit

◦          Decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement;

◦          Besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999;

◦          Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999;

◦          Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 februari 1977 houdende vaststelling van geluidsnormen voor muziek in openbare en private inrichtingen, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, wat betreft het maximaal geluidsniveau van muziek in inrichtingen;

◦          Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 30 maart 2011

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit evenement mits er twee verantwoordelijken aangesteld worden. De eindverantwoordelijke zorgt voor de veiligheid in en rond het evenemententerrein. De andere verantwoordelijke houdt toezicht in de omgeving en zal, indien nodig, politiezone Gavers contacteren.

Artikel 2

De aangevraagde muziekactiviteit wordt toegelaten mits naleving van volgende voorwaarden:

Voorwaarden met betrekking tot het maximaal geluidsniveau.

Voorwaarden met betrekking tot de duur van de muziekactiviteit:

Voorwaarden met betrekking tot de buurt:

•          De inrichters als bedieners van de muziekinstallatie moeten zich houden aan een voor de buurt aanvaardbaar geluidsniveau. In geen geval mag de muziek de nachtrust van de omwonenden storen. Klachten inzake nachtlawaai dienen vermeden. In voorkomend geval moeten de richtlijnen van de politiediensten strikt worden opgevolgd.

•          De inrichters verwittigen de inwoners van de omliggende straten van de muziekactiviteit.

De organisator brengt de politie op de hoogte van de muziekactiviteit.

Artikel 3

De inrichter moet de richtlijnen volgen van de hulpverleningszone Fluvia inzake veiligheid.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Verweefcoach - samenwerkingsovereenkomst - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de samenwerkingsovereenkomst in het kader van het project intergemeentelijke verweefcoaching goed te keuren.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 17 juli 2019 principieel om mee te stappen in de voorbereiding van de subsidieaanvraag in functie van de project-oproep verweefcoach.

Er werd een subsidieaanvraag uitgewerkt die zal ingediend worden bij de Vlaamse Overheid (VLAIO) voor de aanstelling van een intergemeentelijke verweefcoach. De taak van de verweefcoach ligt zowel intergemeentelijk, door het uitwerken en toepassen van concrete beleidsinstrumenten, als lokaal, door begeleiden van concrete bedrijven, sites en omgevingen. Voor Deerlijk wordt als concrete site de site Decora-Deknudt opgenomen.

Bij de subsidieaanvraag moet ook een ondertekend samenwerkingsakkoord gevoegd worden.

Volgende gemeenten gaven aan mee te willen stappen in dit project: Waregem, Anzegem, Avelgem, Deerlijk, Harelbeke, Kortrijk, Kuurne, Menen, Wevelgem, Wervik, Zwevegem.

De stad Waregem treedt op als aanvrager van de subsidieaanvraag en staat formeel in voor de project-administratie evenwel met ondersteuning door Leiedal.

Leiedal treedt op als begunstigde, co-financier en coördinator van het project.

◦          Er zal een verweefcoach (1VTE) aangesteld worden voor de realisatie van dit project. De verweefcoach is een personeelslid van Leiedal of een door Leiedal aangestelde externe derde.

◦          Leiedal staat in voor de co-financiering van het project (50%)

◦          De participatie van de gemeenten vergt geen financiële bijdrage. Er wordt verwacht dat er een vlotte inhoudelijke en operationele samenwerking is, deelgenomen wordt aan de stuurgroepen en dat de nodige informatie wordt ter beschikking gesteld.

De overeenkomst geldt voor een periode van 3 jaar (start bij ontvangst besluit toekenning subsidie tot einde van het subsidieproject)

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 van het Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de samenwerkingsovereenkomst in het kader van het project intergemeentelijke verweefcoaching goed te keuren.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Voetbal klein onderhoud -  aanpassing huurovereenkomst - goedkeuring

Dit punt werd uitgesteld naar een volgende zitting.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Inname openbaar domein - kennisname

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

OMV 2019.106 - Waregemstraat 396 - opening openbaar onderzoek

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Omgevingsvergunning - 2019.109 - Kapel ter Rustestraat 2 - melding - aktename

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor een slagerij / traiteur op een perceel gelegen Kapel ter Rustestraat 2 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 18 P4 ingediend door Daphne Rita De Paepe wonende Kapel ter Rustestraat 2 te 8540 Deerlijk.

Motivering

De melding ingediend door Daphne Rita De Paepe wonende Kapel ter Rustestraat 2 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 21 augustus 2019.

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt: “De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.

Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.

Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”

VOORWERP VAN DE MELDING

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Kapel ter Rustestraat 2, kadastraal bekend afdeling 2 sectie C nr. 18P4.

De melding omvat de volgende ingedeelde inrichting of activiteit: slagerij / traiteur.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

BEVOEGDHEID

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.

Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER

Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.

De ingedeelde inrichtring of activiteit is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het meldingsdossier. Er zijn geen verplichte adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit als met omzichtigheid benaderd worden.

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, § 3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandregels.

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014.

      Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM).

      Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door Daphne Rita De Paepe wonende Kapel ter Rustestraat 2 te 8540 Deerlijk voor de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde een slagerij / traiteur gelegen Kapel ter Rustestraat 2 te Deerlijk.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

Artikel 2

De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.

Artikel 3

De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de algemene en sectorale milieuvoorwaarden zoals deze terug te vinden zijn in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

OMV - 2019.74 - Oudenaardse heerweg 76 - beslissing deputatie - kennisname - aktename

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de beslissing over de aanvraag tot omgevingsvergunning, ingediend door Gunnar Van Daele namens FINIPUR BVBA gevestigd Oudenaardse heerweg 76 te 8540 Deerlijk.  Het betreft een aanvraag tot het het exploiteren van een textielveredelingsbedrijf, op een perceel gelegen Oudenaardse heerweg 76, 8540 Deerlijk.

Motivering

Op 29 augustus 2019 heeft de deputatie van de Provincie West-Vlaanderen de volgende beslissing genomen: Voorwaardelijk vergund

De omgevingsvergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarde:

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekts van het VLAREM is raadplaagbaar op de Milieunavigator, via de link:

https://navigator.emis.vito.be/

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
• Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.
• Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen.
• Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM).
• Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II) en zijn bijlagen.
• Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit akte te nemen van de beslissing (Voorwaardelijk vergund) van de deputatie van de Provincie West-Vlaanderen.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Otegemse steenweg 102 - schrapping risicogrond - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd goedkeuring te geven voor de schrapping van een risicogrond van de gemeentelijke inventaris, gelegen Otegemse steenweg 102, 8540 Deerlijk met als kadastrale omschrijving: 2de afdeling, sectie E, nummer 789 M 2.

Motivering

Op 1 augustus 2019 werd een aangetekend schrijven ontvangen van Jochen Berton. Het betreft een gemotiveerde verklaring tot schrapping van het perceel gelegen in de Otegemse steenweg 102.

De aanvrager verklaard dat de risico-activiteit, zijnde een garagewerkplaats, in werkelijkheid nooit werd uitgevoerd. Het zou enkel een opslag zijn van enkele eigen oldtimers met bijbehorende (reserve)stukken en materiaal.

Op 20 augustus 2019 werd door de dienst omgeving - milieu een administratief onderzoek gevoerd, waaruit blijkt dat er voldoende aangetoond wordt dat er in werkelijkheid geen risico-activiteiten hebben plaatsgevonden op het perceel in kwestie.

Het is duidelijk dat op dit adres een viertal eigen oldtimers gestald werden. De afwezigheid van smeerputten, hefbruggen of enig ander garage-werktuig toont aan dat in werkelijkheid geen garage-werkzaamheden werden uitgevoerd. Dit kan tevens aangetoond worden aan het zeer geringe elektriciteitsverbruik van de loods waarin de wagens gestald werden.

De aanwezige voorraad smeerolie werd volgens de code van goede praktijk opgeslagen. De resterende hoeveelheid in de vaten, samen met de productiedata, die terug te vinden is op de vaten, tonen aan dat nagenoeg geen oliewissels werden uitgevoerd op dit adres.

Aan de hand van deze bevindingen kunnen we concluderen dat de vlarem-rubriek 15.2 onterecht werd aangevraagd en dat het perceel gelegen te Otegemse steenweg 102, 8540 Deerlijk kan geschrapt worden van de gemeentelijke inventaris van risicogronden.

Er zijn geen externe adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 en § 3, 7° Decreet lokaal bestuur

•          Andere:

◦          Art. 7, § 1 Decreet betreffende de bodemsanering en de bodembescherming

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

•          Het advies van de dienst omgeving - milieu te volgen en het perceel Otegemse steenweg 102, 8540 Deerlijk, kadastraal gekend als afdeling 2, sectie E, nummer 789 M 2, te schrappen als risicoperceel.

•          Deze beslissing over te maken aan OVAM.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

OMV 2019_104 - Hoogstraat - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een overdekte afscheidsruimte op de gemeentelijke begraafplaats, op een perceel gelegen langs de Hoogstraat en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 246 T3 en (afd. 1) sectie A 252 P3 aangevraagd door de heer Claude Croes en de heer Hans Piepers namens het gemeentebestuur, gevestigd Harelbekestraat 27 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  6 september 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

        De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

        De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

        De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

        Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).

        Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2.   Historiek

a)      Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 juni 2011 door de Vlaamse overheid voor het afbreken van de “achterbebouwing” in functie van de latere uitbreiding van de begraafplaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 juni 2011 door de Vlaamse overheid voor het afbreken van een calvarie (8.00/34009/1941.3).

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 april 2013 door de Vlaamse overheid voor het uitbreiden van de gemeentelijke begraafplaats, het verharden van een nieuwe padenstructuur en het deels slopen van een oude kerkhofmuur om het nieuwe en het oude gedeelte te verbinden.

b)      Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De aanvraag heeft betrekking op de gemeentelijke begraafplaats, gelegen langs de Hoogstraat. De Hoogstraat betreft een voldoende uitgeruste gemeenteweg in het centrum van de gemeente. De omgeving wordt gekenmerkt door bebouwing van een divers type en met centrumfuncties, door een school aan de westelijke zijde en de gemeentelijk sportterreinen aan de oostelijke zijde. De begraafplaats maakt een noord-zuidelijke verbinding mogelijk voor voetgangers, tussen de Hoogstraat en de Guido Gezellelaan.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Recentelijk werd de begraafplaats uitgebreid in oostelijke richting. Op dit nieuwe gedeelte wenst het gemeentebestuur een overdekte afscheidsruimte op te trekken. De afscheidsruimte wordt ingeplant langs de haag ter hoogte van de oostelijke perceelsgrens in het verlengde van het bestaande toegangspad tot dit vernieuwde gedeelte. Het betreft een gebouw in een staalconstructie, aan de zij- en achtergevels bekleed met hardhout met open voeg. De breedte bedraagt 7,50 m en de diepte eveneens 7,50 m. De constructie wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 2,85 m.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

7         

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde aan de voorschriften van het woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op openbare voorzieningen zodat de aanvraag in overeenstemming is met de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Hoogstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. De gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag aangezien de afwatering van het dak niet aangesloten wordt op een riolering maar rechtstreeks infiltreert in de naastliggende bodem. De oppervlakte van de constructie is  beperkt. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een afscheidsruimte op de gemeentelijke begraafplaats zodat deze aanvraag zich functioneel inpast. De afscheidsruimte is beperkt in oppervlakte en is sober qua materiaalgebruik zodat deze zich visueel-vormelijk zal inpassen. De constructie wordt ingeplant aansluitend op het reeds bestaande verharde toegangspad en aansluitend bij de oostelijke zijperceelsgrens zodat de afscheidsruimte maximaal geïntegreerd is in de begraafplaats. De aanpalende eigendom (oostelijk gelegen) is eveneens eigendom van de gemeente zodat geen bezwaar is tegen de voorziene inplanting. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing.

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Claude Croes en de heer Hans Piepers, namens het gemeentebestuur Deerlijk, gevestigd Harelbekestraat 27 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een overdekte afscheidsruimte op de gemeentelijke begraafplaats, op een perceel gelegen langs de Hoogstraat  en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 246 T3 en (afd. 1) sectie A 252 P3.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

OMV 2019_102 - Vichtesteenweg 46 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een middenspanningscabine (gewijzigde inplanting), op een perceel gelegen Vichtesteenweg 46 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 541 G aangevraagd door Fabrice Gobbato namens BUURTWINKELS OKAY NV, Frank Hamelrijckx namens COLIM CVBA en de heer Frank Hamelrijckx met als contactadres Edingensesteenweg 196 te 1500 Halle.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  6 september 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

1.      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

2.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

3.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oosthoek, vastgesteld door de gemeenteraad op 7 april 2016 met als bestemming zone voor kleinhandel.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gemeentelijk RUP is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften van het RUP.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

4.      Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 juli 1996 voor het bouwen van een winkelruimte.

5.      Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 30 april 1997 voor het aanbrengen van diverse reclame (op paal en tegen de gevel) voor de Aldi.

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Aktename van een melding klasse 3 afgeleverd op 28 januari 1998 voor de rubrieken 3.3, 16.3.1.1°, 45.4.d).

        Aktename van een melding klasse 3 afgeleverd op 11 februari 1998 voor de rubrieken 3.3, 16.3.1.1°, 47.1°.

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant

-          Omgevingsvergunning afgeleverd op 21 november 2018 voor het slopen van de bestaande handelszaak en het bouwen van een nieuwe handelszaak (Okay) met omgevingsaanleg en voor de rubrieken 12.2.1°, 16.3.1.1° en 17.4

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De bouwplaats is gelegen langs de Vichtesteenweg, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De Vichtesteenweg is de verbindingsweg tussen het centrum van de gemeente en de autosnelweg E17 en verder naar de gemeente Vichte. De steenweg wordt gekenmerkt door winkels afgewisseld met eengezinswoningen en bedrijvigheid. Aan de overzijde van de weg is een ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein lopende. Aan de achterzijde van het perceel bevindt zich het natuurgebied Wijmelbroek. Op de site is op heden een winkelruimte aanwezig, ingeplant op de achterperceelsgrens en met een voorliggende parking.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager ontving reeds een omgevingsvergunning voor het slopen van de bestaande winkelruimte en het optrekken van een nieuwe handelszaak met omgevingsaanleg. In de goedgekeurde plannen is een middenspanningscabine voorzien naast het gebouw aan de linkerzijde.

De voorliggende aanvraag heeft betrekking op een gewijzigde inplanting van de reeds vergunde middenspanningscabine. Op aanvraag van de nutsmaatschappij dient deze ingeplant te worden dichter bij de Vichtesteenweg. De cabine wordt nu voorzien op de parking ten zuiden van de parkeerplaats 29 en links van de parkeerplaatsen 35 en 36, op een afstand van ongeveer 37 m uit de as van de weg. Het aantal parkeerplaatsen alsook de voorziene bomen kunnen zo behouden blijven. De cabine heeft als afmetingen 3,55 m x 2,80 m en een kroonlijsthoogte van 2,53 m. De gevels van de cabine worden afgewerkt met een lichtgrijze structuurverf. De plaats waar de cabine oorspronkelijk voorzien was wordt groen ingericht aansluitend met de reeds voorziene groenaanplant langs deze zijde van het gebouw.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Het uitbaten van een handelszaak (Okay) met:

-          Een transformator van 160 kVA

-          Koelinstallaties met een totaal vermogen van 107,2 kW

-          Opslag gevaarlijke producten (gebruiksgoederen) in kleine verpakkingen met een totale opslagcapaciteit van maximaal 5000 l

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de voorschriften van het RUP Oosthoek.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP gezien de maximale terreinbezetting niet overschreden wordt, de hoogte lager is dan 6 m, het parkeren behouden blijft en inrichtingen van openbaar nut toegelaten worden in alle bestemmingszones voor zover ze in hun uitbating en algemeen voorkomen geen afbreuk doen aan de kwaliteit en het normale gebruik van de betrokken zone.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Vichtesteenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied doch wel in een mogelijks overstromingsgevoelig gebied. Gelet op de beperkte oppervlakte dient in alle redelijkheid geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/.

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag voor het plaatsen van de middenspanningscabine betreft een heraanvraag van een reeds vergunde cabine, doch op en gewijzigde plaats. De cabine is noodzakelijk voor het functioneren van de vergunde winkelruimte. De gewijzigde plaats vloeit voort uit de vraag van de nutsmaatschappij. De inplanting gebeurt centraal op het perceel, gekoppeld aan de parkeerzone. De inplanting geschiedt op een zekere diepte ten opzichte van de rooilijn en niet rechtstreeks in de lijn van de opritzone zodat de impact op het straatbeeld beperkt zal zijn. Er wordt geopteerd voor een afwerking in een grijze crepi zodat de cabine zich maximaal zal integreren in de verharde zone rondom. Het aantal parkeerplaatsen blijft behouden zodat dit geen impact heeft op de mobiliteit. De aanvraag is bijgevolg verenigbaar met de goede plaatselijke aanleg en zijn onmiddellijke omgeving.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Fabrice Gobbato namens BUURTWINKELS OKAY NV, Frank Hamelrijckx namens COLIM CVBA en de heer Frank Hamelrijckx met als contactadres Edingensesteenweg 196 te 1500 Halle, voor het plaatsen van een middenspanningscabine (gewijzigde inplanting), op een perceel gelegen Vichtesteenweg 46 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 541 G.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit akte te nemen van de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit. De ingedeelde inrichting of activiteit omvat voortaan:

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende specifieke voorwaarde op te leggen:

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

OMV 2019_69 - Roelskouter 17 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een tuinhuis bij de woning, op een perceel gelegen Roelskouter 17 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 338 G2 aangevraagd door Christoph Van Ranst met als contactadres Roelskouter 17 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  5 september 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        Het tuinhuis moet ingeplant worden op een afstand van 1 m van de achterkavelgrens maar buiten de erfdienstbaarheidszone zoals voorzien op het grondinnemingsplan voor projectnummer 98.547, dd. 18 maart 1999, meerbepaald op een afstand van meer dan 5 m uit de as van de buis diameter 400.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

1.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan met als bestemming stedelijk woongebied.

2.      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

3.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

4.      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 22 juli 2009 (dossiernummer 2008.26/2087-2).

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De verkaveling is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet volledig in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

5.      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 19 november 2014 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 maart 2015 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning (heraanvraag).

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen Roelskouter, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Roelskouter betreft een pijpenkop en de eigendom ligt op het einde van de pijpenkop. De bebouwing in de omgeving is residentieel en bestaat uit zowel een gesloten, halfopen als open bebouwingstypologie. Op de eigendom van de aanvrager is een vrijstaande eengezinswoning met aangebouwde carport aanwezig. Aanpalend rechts van de eigendom is een wandelpad aanwezig dat de verbinding vormt met de Beekstraat.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst in de tuinzone bij zijn bestaande vrijstaande eengezinswoning een tuinhuis op te trekken. Het tuinhuis heeft een breedte van 8 m op een diepte van 3,50 m en bestaat deels uit een overdekt terras en deels uit een berging. Het tuinhuis wordt ingeplant in de rechterhoek van het perceel, op 1 m van de achterkavelgrens en op 1 m van de rechterzijperceelsgrens. Het bijgebouw wordt afgewerkt met een zadeldak met een kroonlijsthoogte van 2,15 m en een nokhoogte van 3,20 m. Het bijgebouw wordt afgewerkt in hout.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 14 juni 2019 tot 13 juli 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

5.   Adviezen

Naar aanleiding van ons schrijven van 12 juni 2019 aan Aquafin bracht Aquafin op 15 juli 2019, ontvangen op 23 juli 2019 onderstaand ongunstig advies uit:

‘Wij verwijzen naar uw mail van 15 juli 2019 waarin u bevestigt dat op het perceel kadastraal bekend als Deerlijk, 1ste afdeling, sectie A, 338G, een tuinhuis zal gebouwd worden in de zuidoostelijke hoek, meer bepaald op 1 meter van de achterkavelgrens en op 1 m van de zijperceelsgrens rechts.

Op het betreffende perceel werden zakelijke rechten gevestigd ten gunste van Aquafin. Bijgevoegd vindt u een uittreksel van het grondinnemingslan van ons project 98.547. Op dit grondinnemingslan ziet u de bovengrondse inneming in gele kleur, de ondergrondse inneming in blauwe kleur en de zone van erfdienstbaarheid in blauwe en groene kleur.

Behoudens voorafgaande instemming van Aquafin, mag binnen de erfdienstbaarheidszone niet overgegaan worden tot:

-          Het oprichten van gebouwen of gesloten lokalen. Elk ontwerp dient aan Aquafin voorgelegd te worden opdat de te eerbiedigen veiligheidsafstanden overeenkomstig de vereisten van elk geval in het bijzonder zouden bepaald worden;

-          Het wijzigen van het maaiveldniveau;

-          Het opstapelen van goederen of materiaal met een gewicht > 1 T/m²;

-          Het heien van palen of piketten in de grond die de buis kunnen beschadigen;

-          Het rijden over de buis met rollend materieel met een aslast zwaarder dan 12 ton, incluis mechanische graaftuigen;

-          Het planten van diepwortelende struiken en/of bomen.

Verder zijn zowel binnen als buiten hogerbepaalde zones alle uitgravingen of ontgrondingen, welke de stabiliteit van de grond of de ondergrond waarin de rioolwaterzuiverings-infrastructuur zich bevindt in het gedrang kunnen brengen, verboden.

Tevens ligt er een erfdienstbaarheid van toe- en doorgang op zulke wijze dat Aquafin, zijn aannemer en hun personeelsleden of agenten altijd de installatie zullen kunnen bereiken voor toezicht, onderhoud en de eventuele herstellingen incluis vervanging ervan.

Aangezien het tuinhuis binnen onze erfdienstbaarheidszone wordt gebouwd, kunnen wij niet akkoord gaan met de geplande werken.’

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestelijk RUP. De aanvraag ligt volgens de voorzieningen van het gewestelijk RUP Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk (goedgekeurd 20/01/2006) in een stedelijk woongebied.

In deze zone gelden de voorschriften van Art. 7.1. stedelijk woongebied, waarbij §1 als volgt luidt:

Het gebied is bestemd voor wonen, openbare groene en verharde ruimten en aan het wonen verwante voorzieningen. Onder aan het wonen verwante voorzieningen worden verstaan: handel, horeca, bedrijven, openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen, kantoren en diensten, parkeer- en openbaar vervoervoorzieningen, openbare groene en verharde ruimten, socio-culturele inrichtingen en recreatieve voorzieningen.

Het gevraagde is in overeenstemming met het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan aangezien de aanvraag betrekking heeft op de bouw van een tuinhuis bij een bestaande eengezinswoning.

De aanvraag dient eveneens te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van de verkaveling.

De aanvraag wijkt af van de voorschriften. Hiervoor wordt toepassing gemaakt van artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:

Het gevraagde is voor het overige in overeenstemming met de voorzieningen van de verkaveling gezien de kroonlijsthoogte lager is dan 2,50 m, het bijgebouw ingeplant is op een afstand van minstens 1 m van de rechterzij- en achterkavelgrens en het materiaalgebruik voorzien is in hout.

Artikel 4.4.1 van de VCRO voorziet dat na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen kunnen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.

De afwijking heeft betrekking op de afmetingen van de constructie zodat een afwijking overwogen kan worden. De gevraagde afwijkingen zijn beperkt, de tuinzone blijft nog voldoende ruim teneinde deze als een kwalitatieve buitenruimte in te richten, de norm van 10 m² is ingegeven voor de kleine loten met een gesloten bebouwing, de voorschriften zijn dubbelzinnig aangezien enerzijds een oppervlakte van 10 m² en anderzijds een oppervlakte van 20 m² opgenomen is als norm en zowel de oppervlakte als de nokhoogte vallen ruimschoots onder de normen voor vrijstellingen zodat de afwijkingen positief beoordeeld kunnen worden.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Roelskouter een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een tuinhuis in de achtertuin bij een eengezinswoning zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het tuinhuis is traditioneel van opbouw, beperkt in hoogte en wordt ingeplant op voldoende afstand van de perceelsgrenzen teneinde de aanpalende eigenaars niet te hinderen. Het materiaalgebruik is eigen aan de functie zodat de aanvraag zich maximaal zal inpassen in zijn omgeving. Het bijgebouw wordt ingeplant in de tuinzone zodat het straatbeeld niet geschaad wordt. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Het advies van Aquafin is ongunstig. De opmerking is een aangelegenheid van burgerrechtelijke aard. Op basis van deze burgerrechtelijke opmerking is het plan niet uitvoerbaar. Bijgevolg dient opgelegd te worden dat het tuinhuis ingeplant moet wordt op een afstand van 1 m van de achterkavelgrens zoals voorzien maar buiten de erfdienstbaarheidszone zoals ingetekend op het gondinnemingsplan voor projectnummer 98.547, dd. 18 maart 1999, meerbepaald op een afstand van meer dan 5 m uit de as van de buis diameter 400.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Christoph Van Ranst met als contactadres Roelskouter 17 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een tuinhuis bij de woning, op een perceel gelegen Roelskouter 17 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 338 G2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        Het tuinhuis moet ingeplant worden op een afstand van 1 m van de achterkavelgrens maar buiten de erfdienstbaarheidszone zoals voorzien op het gondinnemingsplan voor projectnummer 98.547, dd. 18 maart 1999, meerbepaald op een afstand van meer dan 5 m uit de as van de buis diameter 400.

.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

OMV 2019_77 - Vichtesteenweg 70 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor de hernieuwing en actualisatie van een benzinestation, op een perceel gelegen Vichtesteenweg 70 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 571 L aangevraagd door Xavier Dewulf namens G&V SERVICESTATIONS NV gevestigd Harelbeeksestraat 120 te 8520 Kuurne.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 6 september 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: voorwaardelijk gunstig.

Er dient te worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

o        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1. Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

        De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

        De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

        De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, Oosthoek, definitief vastgesteld door de gemeenteraad op 7 april 2016 met als bestemming kleinhandel.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het RUP Oosthoek is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

        Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).

        Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2. Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 november 1970 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een bungalow en een garage.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 april 1971 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van 2 benzinepompen en een gasoliepomp.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 oktober 1974 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden een garage.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 13 juni 2001 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van een bestaand bijgebouw, plaatsen van ondergrondse tank, afwerken van de tankzone en verwijderen van 7 ondergrondse tanks.

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        milieuvergunning afgeleverd op 20 juli 2000 door de bestendige deputatie van de Provincie West Vlaanderen voor het uitbaten van een benzinestation.

        milieuvergunning afgeleverd op 1 juni 2006 door de bestendige deputatie van de Provincie West Vlaanderen voor het uitbaten van een benzinestation.

        milieuvergunning afgeleverd op 29 september 2011 door de bestendige deputatie van de Provincie West Vlaanderen voor het veranderen van een benzinestation.

3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1. Beschrijving van de omgeving

Het perceel is gelegen langs de Vichtesteenweg, in het centrum van de gemeente. De bebouwing in de Vichtesteenweg bestaat uit heel diverse soorten bebouwing, gaande van rijbebouwing met twee bouwlagen en een schuin dak, naar vrijstaande bebouwing met twee bouwlagen en een schuin dak tot loodsen waar verschillende beroepsactiviteiten worden uitgevoerd. De eigendom van de aanvraag betreft een brandstofverdeelstation met automatenshop en aanpalend een leegstaande werkplaats en leegstaande woning, bestaande uit 1 bouwlaag met een plat dak.

3.2. Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag heeft geen betrekking op een stedenbouwkundige handeling.

3.3. Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Bedrijf met:

        opslag van 22.000 liter diesel in een ondergrondse gecompartimenteerde opslaghouder;

        opslag van 18.000 liter benzine in ondergrondse gecompartimenteerde opslaghouder;

        brandstofverdeelinstallatie met 8 verdeelslangen;

        lozing van bedrijfsafvalwater met debiet van 2,385 m³/uur in de openbare riolering in de Vichtesteenweg.

De rubriek 3.4.2. lozen van bedrijfsafvalwater wijzigt in hoofdzaak ten gevolge van een andere berekeningsmethode opgelegd door de overheid voor het berekenen van bedrijfsafvalwater.

Overeenkomstig Art. 4.2.5.1.1. § 1 van VLAREM II is de volgende voorwaarde van toepassing voor de inrichting:

Tenzij anders vermeld in de omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit dient deze controle-inrichting vanaf de hierna vermelde debieten bovendien te beantwoorden aan de volgende eisen: 

- voor debieten > 2 m³/uur of > 20 m³/dag: de plaatsing van een meetgoot (bij voorkeur) volgens de in bijlage 4.2.5.1. bij dit besluit gevoegde omschrijving en gestelde eisen of een andere evenwaardige meetmogelijkheid; 

Er wordt gevraagd om te mogen afwijken van het plaatsen van een meetgoot. De redenen die hiervoor gegeven worden, zijn de volgende: 

Sinds juni 2017 hanteert de VMM een nieuwe aanpak voor de advisering van lozingsdebieten van verontreinigd regenwater. Deze nieuwe aanpak werd in samenwerking met het departement Omgeving ontwikkeld en houdt voortaan ook rekening met de variabiliteit van de neerslaghoeveelheden in Vlaanderen (zie ook:   https://www.vmm.be/nieuws/archief/nieuwe-aanpak-lozing-verontreinigd-regenwater )

Met deze nieuwe berekening wordt een uurdebiet van meer dan 2 m³ berekend.  

Volgens de wetgeving dient voor dergelijke debieten een meetgoot te worden geplaatst.   VMM stelt zelf voor een afwijking voor een meetgoot toe te staan tot 80 m³/u – 204 m³/d. 

Op basis van bovenstaande en het feit dat de nieuwe berekeningsmethode slechts een geringe afwijking heeft ten opzichte van de 2 m³/uur wordt gevraagd om voor de lozing van het bedrijfsafvalwater geen meetgoot te moeten voorzien.  

Aan het bestaande (vergunde) deel worden geen wijzigingen voorzien.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 21 juni 2019 tot 20 juli 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

5. Adviezen

Hulpverleningszone Fluvia werd om advies verzocht op 13 juni 2019. De adviesinstantie bracht op 26 juni 2019 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘Gunstig voor zover voldaan wordt aan de algemene reglementeringen (bv. ARAB, CODEX, AREI, VLAREM, …) en normeringen’

Vlaamse Milieumaatschappij werd om advies verzocht op 13 juni 2019. De adviesinstantie bracht op 2 juli 2019 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

Het project wordt gunstig geadviseerd en is in overeenstemming te brengen met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid.

Het Departement Omgeving werd om advies verzocht op 13 juni 2019. De adviesinstantie heeft op basis van artikel 37 van het Omgevingsvergunningsbelsuit geen advies uitgebracht.

6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1 Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de voorschriften van het RUP Oosthoek zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 7 april 2017, meer bepaald aan de voorschriften voor de zone voor kleinhandel. De aanvraag is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP aangezien de exploitatie geen groothandel en/of distributie is, niet sterk verkeersgenererend is, de constructies en verharding minder dan 70 %  bedragen, de maximale bouwhoogte van de constructie gerespecteerd wordt, er voldoende parkeerplaats aanwezig is op eigen terrein, er geen opslag van goederen is buiten de gebouwen en de reclame conform de voorschriften geplaatst is.

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Vichtesteenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen. De aanvraag vindt plaats binnen bestaande vergunde gebouwen. Er wordt dan ook geen bijkomende impact verwacht zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4 Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9 Milieuaspecten

Lozing afvalwater

Volgens het Geoloket VMM Zoneringsplannen is de inrichting gelegen in centraal gebied, waar riolering aanwezig is. Volgens het uitvoeringsplan wordt het afvalwater geloosd in de openbare riolering van de Vichtesteenweg.

De lekvloeistoffen en het mogelijks verontreinigd hemelwater van zowel de tankpiste als de vul- en laadzone wordt opgevangen in vloeistofdichte roosters en afgevoerd via een KWS-afscheider, naar de openbare riolering. Er wordt maximaal 2,385 m³/uur geloosd. De KWS-afscheider wordt regelmatig geledigd en het afvalmateriaal wordt door een erkend overbrenger naar een erkend verwerkingscentrum gebracht.

Het afvalwater dient te voldoen aan de sectorale lozingsnormen voor lozing op de riolering, bijlage 5.3.2.2 en 5.3.2.4 van Vlarem II. Bij een correcte dimensionering en onderhoud van de afscheider kunnen de van toepassing zijnde normen worden nageleefd. Een controle-inrichting is aanwezig voor het bedrijfsafvalwater.

Het bedrijfsafvalwater en het niet-verontreinigd hemelwater worden gescheiden geloosd in de openbare riolering. Toepassingsmogelijkheden voor niet-verontreiningd hemelwater zijn er niet. Er kan gesteld worden dat kan worden voldaan aan art 4.2.1.3 § 5 van Vlarem II m.b.t. afvoerwijze van hemelwater.

Geluid

Als potentiële bron voor geluid zijn er het af- en aanrijden van de beleverende vrachtwagens, alsook het cliënteel van het bevoorradingsstation. Gelet op de locatie van de inrichting en het aantal transportbewegingen verbonden aan de inrichting, is er weinig tot geen extra geluidshinder te verwachten.

Bodem

De aanwezige opslaghouders betreffen enkel  dubbelwandige, ondergrondse opslaghouders, alle uitgerust met een overvulbeveiligingssysteem en een lekdetectiesysteem. De opslaghouders worden periodiek aan een controle onderworpen conform de voorwaarden opgenomen in titel II van het Vlarem.

De tankpiste is vloeistofdicht uitgevoerd en voorzien van een afdoende afwatering via een KWS-afscheider.

Luchtemmisies

Een dampretoursysteem fase I werd geïnstalleerd: benzinedampen die uit de ondergrondse tanks vrijkomen worden naar de tankwagen geleid. Een damprecuperatiesysteem fase II is aanwezig op de vulpistolen. De benzinedampen die uit de brandstoftank van het voertuig komen worden naar de ondergrondse tank geleid.

Van de damprecuperatiesystemen fase I en fase II kan een geldig keuringsattest voorgelegd worden.

Externe veiligheid

Het bevoorradingsstation is uitgerust met de nodige preventiemaatregelen zoals aanwezige informatie (onder de vorm van pictogrammen worden de aanwezigen ingelicht over de mogelijke gevaren) en de nodige noodstoppen die bij een calamiteit kunnen worden gebruikt. Tevens is de inrichting voorzien van de nodige brandblussers en geldt er een algemeen rookverbod. De blustoestellen worden jaarlijks aan een controle onderworpen. Teneinde een optimale veiligheid te garanderen bij de exploitatie van de inrichting, worden de aanbevelingen van de bevoegde brandweer strikt nageleefd.

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

Het tankstation is gelegen langsheen de Vichtesteenweg. De omgeving wordt gekenmerkt door woonfuncties verweven met bedrijvigheid. Er worden geen stedenbouwkundige vergunningsplichtige werken uitgevoerd zodat kan geoordeeld worden dat er voldaan is aan de doelstellingen van artikel 1.1.4. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bijgevolg is de aanvraag verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.12 Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13 Bespreking adviezen

De Vlaamse Milieumaatschappij en de Hulpverleningszone Fluvia hebben een gunstig advies verleend zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheden: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Xavier Dewulf namens G&V SERVICESTATIONS NV gevestigd Harelbeeksestraat 120 te 8520 Kuurne, voor de hernieuwing en actualisatie van een benzinestation, op een perceel gelegen Vichtesteenweg 70 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 571 L.

Artikel 2

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

Artikel 3

De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend voor een termijn van onbepaalde duur.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende voorwaarden op te leggen:

o        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

OMV 2019_84 - Vercruysse de Solartstraat 32 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een afvalberging op de site van het Gaverdomein, op een perceel gelegen Vercruysse de Solartstraat 32 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 192 T2 aangevraagd door burgemeester Claude Croes en algemeen directeur Hans Piepers namens GEMEENTE Deerlijk, gevestigd Harelbekestraat 27 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  3 september 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

-          de achtergevel moet volledig dicht afgewerkt worden met houten panelen die tot aan de dakrand komen.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

1.      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

2.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

3.      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg, Gavers, wijziging E, goedgekeurd 2 juni 2008 met als bestemming zone voor gemeenschapsvoorzieningen.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het BPA is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet volledig in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

4.      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

5.      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant voor de beoordeling van voorliggende aanvraag:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 22 oktober 2014 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een kinderdagverblijf.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 augustus 2016 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een kinderdagverblijf (heraanvraag).

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande milieuvergunningen relevant voor voorliggende aanvraag.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De locatie bevindt zich op het gemeentelijk Gaverdomein waarbinnen infrastructuur voorzien is voor zowel actieve als passieve recreatieve activiteiten, sport, jeugd- en andere verenigingen, kinderopvang als het sociaal huis.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Bij de vergunningsaanvraag voor het kinderdagverblijf was voorzien dat de bestaande berging voor vuilnis, gesitueerd in de oksel tussen de sporthal en het te bouwen kinderdagverblijf, zou verwijderd worden. Een nieuwe locatie werd echter nog niet vergund. Voorliggende aanvraag heeft bijgevolg betrekking op de bouw van een nieuwe berging voor vuilnis. De berging wordt opgetrokken op een afstand van 1,30 m van de noordelijke perceelsgrens (met de eigendom Vercruysse de Solartstraat 42) op de locatie van een aantal parkeerplaatsen en aansluitend op een bestaand plantvak. Het bijgebouw heeft een lengte van 6,61 m op een diepte van 4,97 m. Het wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 2,90 m. Het betreft een volledig houten constructie waarbij tussen de dakrand en de gevelpanelen een opening is van 0,42 m en waarbij aan de voorzijde eveneens een deel open is teneinde vlot de containers te kunnen laten ophalen.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 28 juni 2019 tot 27 juli 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het BPA.

De aanvraag wijkt af van de voorschriften. Hiervoor wordt toepassing gemaakt van artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:

Het gevraagde is voor het overige in overeenstemming met de voorzieningen van het BPA gezien de vuilnisberging opgetrokken is in functie van de vergunde activiteiten, de site voor minder dan 30 % bebouwd is, de hoogte van het bijgebouw minder is dan de maximaal toegelaten 13 m en de dakvorm niet nader bepaald is.

Artikel 4.4.1 van de VCRO voorziet dat na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen kunnen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.

De afwijking heeft betrekking op de inplanting van de constructie zodat een afwijking overwogen kan worden. De aanvraag heeft betrekking op een bijgebouwconstructie waarbij de afstand tot de perceelsgrenzen standaard 1 m is en hieraan wordt voldaan. Tussen de perceelsgrens en het bijgebouw is nog een haag aanwezig zodat de impact naar de aanpalende eigendom beperkt is. Een inplanting verder van de perceelsgrens zal een negatieve impact hebben op de circulatie op de parking en de inplanting ligt in de lijn van de naastliggende constructie. De aanpalende eigenaars hebben tijdens de periode van het openbaar onderzoek ook geen bezwaren geformuleerd. Bijgevolg kan de afwijking toegestaan worden.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Vercruysse de Solartstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De vuilnisberging wordt opgetrokken ter vervanging van een bestaande te verwijderen berging en staat ten dienste van de op de site gevestigde functies. De plaatsing zorgt voor een vlotte ophaalmogelijkheid aansluitend op de parking. De inname van de paar parkeervakken zal weinig impact hebben op de parkeerdruk op de site gezien voldoende parkeerplaatsen beschikbaar blijven. De constructie staat in het verlengde van de naastliggende vogelkooien en plantvak. Het materiaal is traditioneel. In functie van eventuele hinder naar de noordelijk gelegen eigendom dient de achtergevel volledig dicht afgewerkt te worden met houten panelen die tot aan de dakrand komen. Mits het opleggen van deze voorwaarde is het ontwerp verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan burgemeester Claude Croes en algemeen directeur Hans Piepers namens GEMEENTE Deerlijk gevestigd Harelbekestraat 27 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een afvalberging op de site van het Gaverdomein, op een perceel gelegen Vercruysse de Solartstraat 32 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 192 T2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

-          de achtergevel moet volledig dicht afgewerkt worden met houten panelen die tot aan de dakrand komen.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Attest van verdeling - Tapuitstraat 7-9 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen Tapuitstraat 7-9.

Motivering

Op 28 augustus 2019 verstuurde men vanuit het notariaat Saey & Taelman & Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen Tapuitstraat 7-9, gekadastreerd afdeling 2, sectie D, nummers 394V (goed 1, huisnummer 7) en 394W (goed 2, huisnummer 9), met een oppervlakte van 911 m² voor goed 1 en 643 m² voor goed 2.

Een attest van verdeling wordt aangevraagd aangezien de verkopers eigenaars zijn van beide eigendommen en deze apart verkocht worden.

De bestemming van het goed is volgens de akte goed 1 en 2 telkens woning met aanhorigheden en volgens de verwerver goed 1 woning met aanhorigheden en goed 2 woning met aanhorigheden (B&B).

De omgevingsambtenaar stelt voor volgende opmerking te formuleren: het goed 2 is op 19 maart 2014 stedenbouwkundig vergund als bed & breakfast. Indien de verwervers dit goed als woning wensen te gebruiken dient hiervoor eerst een omgevingsvergunning voor de functiewijziging aangevraagd te worden, rekening houdend met de bepalingen uit de geldende verkaveling.

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing maar wenst wel op te merken dat het goed 2 op 19 maart 2014 stedenbouwkundig vergund is als bed & breakfast en dat een omgevingsvergunning vereist zal zijn indien de verwervers het goed 2 wensen te gebruiken als woning.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Attest van verdeling - Plantenweg 8 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om akkoord te gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen Plantenweg 8.

Motivering

Op 21 augustus 2019 verstuurde men vanuit het notariaat Saey & Taelman & Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen Plantenweg 8, gekadastreerd afdeling 2, sectie D, nummer 41P, met een oppervlakte van 680 m².

Een attest van verdeling wordt aangevraagd omdat de verkopers eveneens eigenaars zijn van het naastgelegen perceel Plantenweg 10.

De bestemming van het goed is volgens de akte woonhuis en volgens de verwerver woonhuis.

De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling.

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

Aanleiding en context

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere: Organisatiebeheersysteem

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2019/33 goed te keuren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2019/56 goed te keuren.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Leegstand - Vichtesteenweg 145 - behandeling bezwaar - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd te beslissen over de ontvankelijkheid en gegrondheid van het bezwaar aangetekend tegen de beslissing tot opname op het gemeentelijk leegstandsregister van de woning gelegen Vichtesteenweg 145, 8540 Deerlijk.

Motivering

Op 21 mei 2019 werd voor de woning gelegen Vichtesteenweg 145, 8540 Deerlijk een akte (nr. 34009-19132) tot vaststelling van leegstand opgemaakt.

Conform artikel 7 van het gemeentelijk reglement van 30 april 2015 met betrekking tot de opmaak van het gemeentelijk leegstandsregister werd op 5 augustus 2019 de zakelijk gerechtigde per beveiligde zending in kennis gesteld van de beslissing tot opname van een leegstaande woning of leegstaand gebouw in het gemeentelijk leegstandsregister.

Conform artikel 8 van het gemeentelijk reglement kan binnen de 30 dagen beroep worden aangetekend tegen de beslissing tot opname.

De zakelijk gerechtigde Elicati bvba, Grote Leiestraat 125, 8570 Anzegem diende op 3 september 2019 een beroepsschrift in tegen de beslissing tot opname op het gemeentelijk leegstandsregister tegen afgiftebewijs.

•          Het beroepsschrift is conform artikel 10 van het gemeentelijk reglement voor de opmaak van het gemeentelijk leegstandsregister ontvankelijk.

◦          Het beroepsschrift is ingediend binnen een termijn van 30 dagen, ingaand de dag na deze van betekening van het schrijven, in casu 6 augustus 2019.

◦          Het beroepsschrift werd ingediend door de zakelijk gerechtigde.

◦          Het beroepsschrift is ondertekend.

•          De zakelijk gerechtigde betwist de beslissing met de volgend argument:

◦          Het betreffende pand, waarin ook een bakkerij is ondergebracht, heeft slechts één toegang.

Volgend op het beroepsschrift werden de bezwaren onderzocht en als volgt beoordeeld:

•          Het betreft een gebouw, dat dient voor een economische activiteit en bewoning. De woning is niet splitsbaar gezien deze niet toegankelijk is via een afzonderlijke ingang.

•          Het gelijkvloers is wel nog in gebruik als handelspand en bijgevolg is het gebouw meer dan 50% in gebruik conform de functie.

•          De woning dient bijgevolg niet opgenomen te worden op het gemeentelijk leegstandsregister.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 van het Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Gemeentelijk reglement van 30 april 2015 met betrekking tot de opmaak van het gemeentelijk leegstandsregister

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om het beroep ontvankelijk en gegrond te verklaren omwille van volgende reden :

•          Het gebouw dient voor een economische activiteit - zijnde een bakkerij - met bijbehorende woonfunctie en gezien het gelijkvloers nog in gebruik is als winkel is het gebouw nog voor meer dan 50% in gebruik.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de akte 34009-19132 niet op te nemen op het gemeentelijk leegstandsregister.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

TMVS dv - statutenwijziging - buitengewone algemene vergadering van 10 december 2019 - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Dit punt werd uitgesteld naar een volgende zitting.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Sport - intergemeentelijk zwembad Anzegem -Deerlijk - personeelsinzet

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akkoord te gaan met het voorstel om beroep te doen op de diensten en expertise van FARYS/TMVW voor de inzet van personeel in functie van de exploitatie van het nieuwe intergemeentelijke zwembad van Anzegem - Deerlijk.

Motivering

In de aanloop naar de opening van het intergemeentelijk zwembad, werd onderzocht welk personeelsmodel en welke instantie het meest aangewezen zou zijn om de concrete uitbating van het zwembad in goeie orde te laten verlopen.

Op basis van de beschikbare cijfers en simulaties lijkt het aangewezen om deze taak in handen van FARYS te leggen. De geraamde personeelskost, door FARYS aangevuld met een noodzakelijke coördinatiekost en flexkost voor eventuele vervangingen, blijkt gelijklopend, zelfs iets lager te zijn ingeval personeelsinzet door FARYS/TMVW.

Daarbij komt dat FARYS op vlak van zwembad-exploitatie, inclusief personeelsinzet en -beheer, over heel wat expertise en ervaring beschikt. Een expertise die gezien de strenge en geëvolueerde regelgeving niet aanwezig is bij de gemeentelijke personeel- en sportdiensten. Bovendien laat de bezetting van de personeelsdiensten ook niet toe om deze bijkomende personeelsdossiers zelf op te volgen, de vereiste opleidingen te organiseren, tijdelijke afwezigheden in te vullen, enzovoort. Ook de respectievelijke sportdiensten beschikken momenteel niet over voldoende capaciteit om het nieuwe zwembad, rekening houdende met alle wettelijke vereisten en normen, zelf te kunnen runnen. De sportdiensten zullen wel samen instaan voor aanbod en promotie van het zwembad.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56. § 3. 2). Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

Er is geen budget voorzien. Dit budget wordt voorzien in meerjarenplan 2020-2025.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met het voorstel om beroep te doen op de diensten en expertise van FARYS/TMVW voor de inzet van personeel in functie van de exploitatie van het nieuwe intergemeentelijke zwembad van Anzegem - Deerlijk. Daartoe zal naderhand een globale samenwerkingsovereenkomst aan de gemeenteraad worden voorgelegd.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

OMV 2019_66 - Kerkstraat 28 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor de uitbreiding van de stookinstallatie bij een carrosseriebedrijf, op een perceel gelegen Kerkstraat 28 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 527 H2 aangevraagd door Filip Verhoye namens CARROSSERIE VERHOYE BVBA gevestigd Kerkstraat 28 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  3 september 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig.

Er dient te worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

        Binnen een periode van 3 maand startend na het van kracht zijn van dit besluit stelt de exploitant het verslag ter beschikking opgemaakt door een erkend laboratorium in de discipline lucht met minstens de volgende elementen:

o        Het verslag van een meting waaruit blijkt dat de emissiegrenswaarde gehaald wordt

o        Een beschrijving van de voorwaarden die bij de exploitatie nageleefd moet worden zodat de emissiegrenswaarde ten allen tijde gerespecteerd kan worden.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: 

https://navigator.emis.vito.be/

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1. Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

        De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

        De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

        De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, Zonevreemde bedrijven in buitengebied, definitief vastgesteld op 26 januari 2017 met als bestemming zone voor kleine en middelgrote bedrijven.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het RUP is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

        Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).

        Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2. Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 24 juli 1952 door het college van burgemeester en schepenen voor de verbouwing van een suikerij ast tot werkhuis-metaalbewerking.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 27 mei 1960 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een bestaand werkhuis achter zijn woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 1 april 1965 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een bestaand bedrijf.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 15 oktober 1975 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een garage.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 16 september 1996 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een garage/carrosseriewerkplaats na sloping van het bestaande gebouw.

        Stedenbouwkundige vergunningsaanvraag geweigerd op 5 juli 2000 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een garage en carrosseriewerkplaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 19 november 2003 door het college van burgemeester en schepenen voor de regularisatie van de aanleg van verharding rond het bestaand bedrijf.

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieu vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Milieuvergunning (Klasse 2) afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen op 19 juni 1996 voor de uitbating van een garagewerkplaats en met geldigheid tot 19 juni 2016.

        Aktename van melding klasse 3 op 25 maart 2015 voor de overname van de garagewerkplaats en carrosserie.

        Milieuvergunning (Klasse 2) afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen op 17 juni 2015 voor de uitbating van een garagewerkplaats en carrosserie en met geldigheid tot 17 juni 2035.

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen op 13 maart 2019 voor de uitbreiding van een bestaande garagewerkplaats.

3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1. Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Kerkstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg in Sint-Lodewijk. De Kerkstraat wordt op de locatie van de aanvraag gekenmerkt door een menging aan bebouwing, zijnde eengezinswoningen van een divers type, meergezinswoning, een voormalig hoevecomplex, handelszaken, een openbare parking, etc. Het perceel van de aanvraag is op heden bebouwd met een woning aan de straatzijde en een achterliggend vrijstaand bedrijfsgebouw dat recent uitgebreid werd. Rondom het bedrijfsgebouw is verharding aanwezig ingericht als circulatieruimte en parkeerplaatsen. Langs de perceelsgrenzen is groen aangeplant.

3.2. Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag heeft geen betrekking op een stedenbouwkundige handeling.

3.3. Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Het bedrijf herstelt het koetswerk van personenwagens en lichte bestelwagens.  Hiertoe beschikt het bedrijf over een garagewerkplaats met hefbruggen.

Voor het uitvoeren van de carrosseriewerkzaamheden zijn verfspuitcabines aanwezig.  Het bedrijf beschikt over een wasplaats voor het wassen van voertuigen. 

Het voorwerp van deze aanvraag heeft betrekking op het plaatsen van 2 propaangastanks van telkens 2.700 liter, een uitbreiding van het geïnstalleerd vermogen van de aanwezige stookinstallaties (250 kW in plaats van het eerder vergunde 150 kW) en een lichte wijziging van de locatie van de stookinstallatie die bij de nieuwe, reeds vergunde, spuitcabine behoort.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 7 juni 2019 tot 6 juli 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

5. Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1 Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het RUP Zonevreemde bedrijven.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP aangezien de zone 1 bestemd is als zone voor kleine en middelgrote ondernemingen beperkt tot 1 economische entiteit, de bebouwing compact en geclusterd is, de terreinbezetting voldoet aan de bepaling van maximaal 30 % bebouwd en maximaal 75 % bebouwd en verhard samen en er binnen deze aanvraag geen stedenbouwkundige handelingen of aspecten aan bod komen.

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kerkstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4 Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9 Milieuaspecten

Relevante potentiële risico’s op zware ongevallen of rampen

Opslag van 5.400 liter propaangas in 2 bovengrondse opslagtanks

Propaan is een kleur- en geurloos gas dat zeer licht ontvlambaar is.

De fundering waarop de propaangastanks worden geplaatst zal uitgevoerd worden in beton. Voor wat betreft de afstandsregels met betrekking tot de propaangastanks, wordt verwezen naar het K.B. van 21/10/1968. De minimumafstand van de propaangastanks ten opzichte van de bebouwing, de openbare weg en elke naburige eigendom bedraagt minimum 7,5 m.

Er zal een pictogram aangebracht worden dat wijst op het rookverbod.

De installaties zullen pas in dienst genomen worden na het verkrijgen van een verslag, opgesteld door een milieudeskundige in de discipline houders voor gassen of gevaarlijke stoffen, waaruit blijkt dat de opslagplaatsen voldoen aan de voorschriften van Vlarem.

Relevante potentiële effecten op de luchtkwaliteit

In de exploitatie zijn 4 geleide emissies aanwezig:

        Spuitcabine van 19 kW + bijhorende stookinstallatie van 332 kW (schouw van 8 m hoog)

        Smartbox van 9 kW + bijhorende stookinstallatie van 250 kW (schouw van 8 m hoog)

        Spuitcabine van 15 kW + bijhorende stookinstallatie van 450 kW (schouw van 8 m hoog)

        Mazoutstookinstallatie verwarming gebouwen van 100 kW (schouw van 7 m hoog)

Volgens art. 5.4.3.2.3 §3 en §4 van de sectorale voorwaarden in Vlarem II dient de exploitant

voor elke spuitcabine een verslag ter beschikking te houden van de toezichthoudende overheid, waarin aangetoond wordt dat aan de emissiegrenswaarde 10 mg/Nm3 voor het spuiten, zoals vermeld in § 3, voldaan is. Dit verslag wordt opgesteld door een erkend laboratorium in de discipline lucht als vermeld in artikel 6, 5°, b), van het VLAREL en bevat minstens de volgende elementen:

1° het verslag van een meting waaruit blijkt dat de emissiegrenswaarde gehaald wordt;

2° een beschrijving van de voorwaarden die bij de exploitatie nageleefd moeten worden zodat de emissiegrenswaarde te allen tijde gerespecteerd kan worden.

De opmaak van dit verslag werd reeds als bijzondere voorwaarde opgelegd in de omgevingsvergunning van 13 maart 2019. Hierbij werd de exploitant een periode van 3 maanden (startend vanaf het van kracht zijn van het besluit)  verleend om te voldoen aan deze voorwaarde. Tot op heden werden er geen emissiemetingen uitgevoerd op de bestaande spuitcabines en op de stookinstallaties > 300 kW. Op het moment van het verlenen van de omgevingsvergunning (maart 2019) was het voor de exploitant echter nog niet duidelijk welke brandstof zou gebruikt worden voor de stookinstallaties. Na verder onderzoek en de nodige financiële overwegingen heeft de exploitant besloten om de nieuwe stookinstallaties te voorzien op propaangas. Vandaar ook deze aanvraag tot het plaatsen van 2 propaangastanks. De exploitant voorziet om deze metingen na het in gebruik nemen van de stookinstallaties, te laten uitvoeren.

Het verplicht uitvoeren van de emissiemetingen door een erkend laboratorium zal als specifieke voorwaarde opgenomen worden bij het besluit van de omgevingsvergunning. Hierbij wordt door de dienst omgeving een tijdslimiet voorgesteld van 3 maanden startend vanaf de bekendmaking van de vergunning waarin de noodzakelijke metingen moeten gebeuren.

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft betrekking op de plaatsing van twee propaangastanks en een uitbreiding van het geïnstalleerd vermogen van de stookinstallaties met behoud van de bestaande functie. Deze functie werd bevestigd in het ruimtelijk uitvoeringsplan zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De aanvraag is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.12 Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13 Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Filip Verhoye namens CARROSSERIE VERHOYE BVBA gevestigd Kerkstraat 28 te 8540 Deerlijk, voor de uitbreiding van de stookinstallatie bij een carrosseriebedrijf, op een perceel gelegen Kerkstraat 28 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 527 H2

Artikel 2

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

Artikel 3

De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend voor een termijn samenvallend met de einddatum van de basisvergunning zijnde: 17 juni 2035.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende voorwaarden op te leggen:

        Binnen een periode van 3 maand startend na het van kracht zijn van dit besluit stelt de exploitant het verslag ter beschikking opgemaakt door een erkend laboratorium in de discipline lucht met minstens de volgende elementen:

o        Het verslag van een meting waaruit blijkt dat de emissiegrenswaarde gehaald wordt

o        Een beschrijving van de voorwaarden die bij de exploitatie nageleefd moet worden zodat de emissiegrenswaarde ten allen tijde gerespecteerd kan worden.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: 

https://navigator.emis.vito.be/.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Deelname aan Nacht van de duisternis en doven openbare verlichting - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd goedkeuring te verlenen voor de deelname aan de Nacht van de Duisternis en in het weekend van 11 tot 14 oktober 2019 de openbare verlichting te doven in het centrum van Deerlijk.

Motivering

Om het beleid en de bevolking bewust te maken van de impact van lichtvervuiling op mens en milieu wordt op zaterdagavond 12 oktober 2019 door Bond Beter Leefmilieu, vzw Preventie Lichthinder, de Vereniging voor Sterrekunde (VVS) en diverse natuurverenigingen opnieuw de Nacht van de Duisternis georganiseerd.

Fluvius biedt ondersteuning aan gemeenten die aan deze actie willen deelnemen:

•          Gratis doven van de openbare verlichting die daartoe uitgerust is met specifieke ontvangers en/of bekabeling (in Deerlijk momenteel nog niet voorzien).

•          Tegen kostprijs manueel doven van monumentverlichting en/of openbare verlichting die niet met ontvangers is uitgerust:

▪          tijdens werkuren: gratis;

▪          verlichting op OV-net buiten werkuren: forfait 346,63 euro/toestel;

▪          verlichting op LS-net buiten werkuren: forfait 34,67 euro/toestel.

Dit kadert in de sensibilisatie van het burgemeesterconvenant naar de bevolking toe .

De dienst omgeving stelt voor om deel te nemen aan de Nacht van de Duisternis door de opdracht te geven aan Fluvius om een 8-tal ontvangsttoestellen van de openbare verlichting in het centrum van Deerlijk (ongeveer dezelfde zone als de blauwe zone voor parkeren) in de aanloop van het weekend van 14 oktober 2019 uit te schakelen en deze opnieuw in te schakelen na het weekend, waardoor er enkele nachten op rij geen openbare verlichting zal zijn in die zone.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit deel te nemen aan de Nacht van de Duisternis op 12 oktober 2019 en de opdracht te geven aan Fluvius om in het centrum van Deerlijk een 8-tal ontvangsttoestellen in de aanloop van het weekend van 12 en 13 oktober uit te schakelen en na het weekend terug in te schakelen. Hierbij wordt gevraagd om de uitschakeling te beperken en zo snel mogelijk door te krijgen welke nachten de openbare verlichting zal gedoofd zijn.

Zitting van CBS van 11 SEPTEMBER 2019

Afsprakennota meerjarenplan 2020-2025 tussen gemeente en kerkfabrieken Sint-Columba en OLV onbevlekt ontvangen - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd afspraken te maken met de beide kerkfabrieken omtrent de opmaak van de meerjarenplannen 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Columba en OLV onbevlekt ontvangen.

Motivering

Beide kerkfabrieken Sint-Columba en OLV onbevlekt ontvangen zijn bezig met de opmaak van hun meerjarenplan 2020-2025.  Deze worden nadien ingediend bij het gemeentebestuur ter goedkeuring op de gemeenteraad.

Elk meerjarenplan van een kerkfabriek dient een afsprakennota als onderdeel te bevatten.  Deze afsprakennota is het gevolg van overleg tussen het gemeentebestuur en de kerkfabrieken.

Er vonden diverse overlegmomenten plaats en het ontwerp van de afsprakennota's werd besproken op het overleg van 29 augustus 2019.  Het verslag van dit overleg en de beide afsprakennota's bevinden zich in bijlage.

Het college van burgemeester en schepenen overloopt deze documenten.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Art. 33 en art. 41 tot 44 decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten

◦          Art 6 van besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met de inhoud van het ontwerp van de afsprakennota's tussen het gemeentebestuur en de beide kerkfabrieken, zoals deze deel zullen uitmaken van het meerjarenplan 2020-2025 van beide kerkfabrieken die zullen voorgelegd worden aan de gemeenteraad.