Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.1. College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 18 januari 2023 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 18 januari 2023.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 18 januari 2023 goed te keuren.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.2. MAT - verslag van 11 januari 2023 - kennisname
Aanleiding en context
Het MAT hield een vergadering op 11 januari 2023.
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.
Motivering
Het verslag van deze vergadering werd goedgekeurd door de leden van het managementteam.
De bijhorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het goedgekeurde verslag.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.3. Huur koffieautomaat met bijhorende verbruiksproducten - afname raamcontract Creat - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de huur van een koffieautomaat en de aankoop van verbruiksproducten, via de raamovereenkomst 'Koffieautomaten met bijhorende verbruiksproducten' van Creat, goed te keuren.
Motivering
In navolging van de huur van koffieautomaten voor het gemeentehuis en OC d'Iefte wordt voorgesteld om een gelijkaardig toestel te huren voor het sociaal huis.
De huur van een koffieautomaat en de aankoop van bijhorende verbruiksproducten kan gebeuren via de raamovereenkomst 'Koffieautomaten met bijhorende verbruiksproducten' van Creat, gegund aan Selecta, Industrieweg 10A te 2850 Boom.
Het college van burgemeester en schepenen keurde in zitting van 19 januari 2022 de toetreding tot de raamovereenkomst 'Koffieautomaten met bijhorende verbruiksproducten' van Creat goed.
De voorgenoemde opdracht van Creat is een raamovereenkomst met Selecta, waarbij Creat optreedt als aankoopcentrale in de zin van artikel 47 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en latere wijzigingen.
De gemeente kan van de mogelijkheid tot afname van de raamovereenkomst via de opdrachtencentrale gebruik maken waardoor zij krachtens artikel 47, § 2 van de wet van 17 juni 2017 is vrijgesteld van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren.
Door in te tekenen op de raamovereenkomst kan het sociaal huis gedurende de volledige looptijd van de overeenkomst koffieautomaten huren en bijhorende verbruiksproducten aankopen. Afname van enkel huurtoestellen zonder verbruiksproducten is niet mogelijk.
We ontvingen een voorstel tot huur voor een koffieautomaat, type Bravilor Sego, tegen de huurprijs van 42,50 euro/maand excl. btw. Dit is hetzelfde toestel zoals reeds in gebruik is in het gemeentehuis en OC d'Iefte.
De huurperiode loopt tot en met januari 2027, startend op het moment van de plaatsing van het toestel.
De verbruiksproducten worden op jaarbasis geraamd op 1.500,00 euro excl. btw of 1.815,00 euro inclusief btw.
De totale uitgave per jaar wordt geraamd op 2.010,00 euro excl. btw of 2.432,10 euro incl. btw.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid
○ Art. 84, § 3, 4° Decreet Lokaal Bestuur
● Andere:
○ Het Bestuursdecreet van 7 december 2018
○ Art. 326 tem 341 Decreet Lokaal Bestuur
○ De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten
○ De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
○ De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
○ Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen
○ Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen
○ Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 28 mei 2020 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als een opdracht van dagelijks bestuur
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Raming (huur + verbruiksproducten) | 2.010,00 euro excl. btw of 2.432,10 euro incl. btw op jaarbasis - 8.040,00 euro excl. btw of 9.728,40 euro incl. btw tem eind januari 2027. |
Actie | Verrichtingen zonder beleidsdoelstellingen |
Jaarbudgetrekening | GBB/0900-00/61400000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN |
Visum | niet vereist |
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de huur van een koffieautomaat en de aankoop van verbruiksproducten voor het sociaal huis via het raamcontract 'Koffieautomaten met bijhorende verbruiksproducten' van Creat, goed te keuren.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.4. Ondersteuning dienst mobiliteit - verlenging - gunning - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de verlenging voor de ondersteuning van de dienst mobiliteit goed te keuren.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen keurde in zitting van 30 maart 2022 de gunning van de opdracht voor ondersteuning van de dienst mobiliteit goed. De opdracht werd gegund aan A&S Solutions bvba, Kokerstraat 2a te 9750 Kruisem en liep tot en met 30 september 2022.
Gezien er tegen 30 september 2022 geen geschikte kandidaat werd gevonden voor de invulling van de functie beleidsmedewerker mobiliteit, besliste het college van burgemeester en schepenen in zitting van 28 september 2022 om de ondersteuning van de dienst mobiliteit te verlengen tot en met 8 februari 2023.
Gezien er op heden nog steeds geen beleidsmedewerker mobiliteit werd aangesteld en er nog geen nieuwe aanwervingsprocedure werd opgestart, stelt het clusterhoofd ruimte voor om de huidige ondersteuning voor de dienst mobiliteit opnieuw te verlengen. Dit met 1 dag per week gedurende 20 weken.
Aan A&S Solutions werd prijs gevraagd voor een nieuwe verlenging.
De kostprijs per dag bedraagt 824,00 euro excl. btw.
De totale kostprijs bedraagt 16.480,00 euro excl. btw of 19.940,80 euro incl. 21 % btw.
Er wordt voorgesteld om de opdracht te gunnen bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).
De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelt voor om, rekening houdend met het voorgaande, de opdracht “Ondersteuning dienst mobiliteit - verlenging” te gunnen aan A&S Solutions BVBA, Kokerstraat 2a te 9750 Kruisem tegen het nagerekende offertebedrag van 16.480,00 euro excl. btw of 19.940,80 euro incl. 21 % btw.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 56, § 3, 5°, waarbij wordt bepaald dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht van dagelijks bestuur.
● Andere:
○ De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
○ Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
○ Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
○ De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
○ De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 92 (de geraamde waarde excl. btw bereikt de drempel van 30.000,00 euro niet).
○ Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
○ Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
○ Besluit van de gemeenteraad van 28 mei 2020 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur.
Adviezen
Het clusterhoofd ruimte verleent positief advies.
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Bestelbedrag | 16.480,00 euro excl. btw of 19.940,80 euro incl. 21 % btw |
Actie | Verrichtingen zonder beleidsdoelstelling |
Jaarbudgetrekening | 0200-00/61310000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN |
Visum | G-2023-3 dd 19/01/2023 |
BESLUIT
Artikel 1
Bovengenoemde opdracht komt tot stand bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).
Artikel 2
Goedkeuring wordt verleend aan het gunningsvoorstel, opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.
Artikel 3
Deze opdracht wordt gegund aan A&S Solutions BVBA, Kokerstraat 2a te 9750 Kruisem tegen het nagerekende offertebedrag van 16.480,00 euro excl. btw of 19.940,80 euro incl. 21 % btw.
Artikel 4
De betaling zal gebeuren overeenkomstig de bepalingen voorzien in de offerte en met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van 2023, op jaarbudgetrekening 0200-00/61310000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN (actie GBB).
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.5. Klokkenluidersmeldpunt - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de klokkenluidersregeling.
Motivering
Meldpunt klokkenluiders voor onregelmatigheden.
Alle Vlaamse lokale besturen moeten sinds 11 december 2022 een klokkenluidersmeldpunt hebben voor de medewerkers en andere personen die met het lokaal bestuur samenwerken.
Dat is het gevolg van een nieuw Vlaams decreet op basis van een Europese Richtlijn. Het is daarbij de bedoeling om de klokkenluider meer bescherming te bieden.
Klokkenluider
Klokkenluiders zijn personen die in het kader van een werkrelatie inbreuken vaststellen en die inbreuken melden. Niet enkel personeelsleden kunnen klokkenluiders zijn, maar ook andere personen die met het lokaal bestuur van Deerlijk samenwerken, zoals bijvoorbeeld consultants, leveranciers, sollicitanten, …
Inbreuk
Het Bestuursdecreet definieert het begrip ‘inbreuk’ als een handeling of nalatigheid die onrechtmatig is, of het doel of de toepassing van regelgeving ondermijnt. Een klokkenluidersmelding kan dus gaan over een inbreuk op een regelgeving die op het lokale bestuur van toepassing is, die zich feitelijk of mogelijk al heeft voorgedaan of die zeer waarschijnlijk zal plaatsvinden.
Intern meldpunt als uitgangspunt
De algemeen directeur is als hoofd van het personeel overeenkomstig het Bestuursdecreet het intern meldpunt. Is de klokkenluider van mening dat de inbreuk intern niet doeltreffend kan worden behandeld, of dat er een reëel risico tot represailles bestaat, dan kan deze ook terecht bij het externe meldpunt Audit Vlaanderen.
Garanties en bescherming
De procedures en systemen die gebruikt worden om meldingen te ontvangen en op te volgen, bieden de nodige garanties inzake de vertrouwelijkheid, anonimiteit en kwaliteit van de behandeling.
De regeling voorziet een verbod op represailles. De definitie van represailles is ruim omschreven (negatieve beoordeling of ontslag, verandering van taken, financiële sancties of reputatieschade). De bescherming tegen represailles is onbeperkt in tijd.
Hoe verloopt de procedure?
De melding verloopt als volgt:
● Klokkenluiders kunnen meldingen schriftelijk (mail en brief) telefonisch of tijdens een fysieke ontmoeting bezorgen. De melder heeft hierbij recht op een verslag.
● Binnen de 7 kalenderdagen dient de melder een ontvangstmelding te krijgen, binnen de 3 maanden feedback. In sommige gevallen kan de termijn van 3 maanden worden verlengd.
De klokkenluider dient op de hoogte gebracht te worden van de maatregelen die genomen zijn of zullen genomen worden naar aanleiding van diens melding. Deze krijgt ook de redenen voor die maatregelen te horen.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de klokkenluidersregeling.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.6. Verslag politiecollege - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het aan de gemeente overgemaakte verslag van het politiecollege.
Motivering
Het verslag van het politiecollege van 6 januari 2023 werd overgemaakt aan de gemeente.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het ontvangen verslag.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.7. Receptionele aangelegenheden - goedkeuring
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.8. Cultuurraad - verslag van 1 september 2022 - kennisname
Aanleiding en context
De cultuurraad hield een bestuursvergadering op 1 september 2022.
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.
Motivering
Het verslag van deze vergadering werd goedgekeurd in een volgende zitting van 3 januari 2023.
De bijhorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het goedgekeurde verslag.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.9. Cultuur - Week van de Belgische Muziek 2023 - deelname en programma - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de deelname aan en het programma voor de Week van de Belgische Muziek (30 januari tot en met 5 februari 2023) goed te keuren.
Motivering
Na twee succesvolle edities in 2021 en 2022 werkte de cultuurdienst opnieuw enkele gerichte acties uit waarmee de Week van de Belgische Muziek niet onopgemerkt zal voorbijgaan.
Muziek in het straatbeeld
Voorafgaand aan de Week van de Belgische Muziek worden delen van songteksten uit enkele nummers van Belgische artiesten met tijdelijke verf aangebracht op verschillende plaatsen in het straatbeeld. Op die manier wordt deze themaweek bij een ruim publiek onder de aandacht gebracht. Het gaat o.a. om songteksten van Bart Peeters, Brihang, Het Zesde Metaal, De Mens, Angèle, Selah Sue en anderen. Er wordt gekozen voor zowel Nederlandstalige, Franstalige als Engelse teksten.
Secret Showcase i.s.m. 8audio
In Deerlijk bevindt zich een professionele opname- en repetitiestudio waar heel wat Belgische bands al kwamen repeteren en opnemen. Deze studio is eigendom van 8audio, waarmee de cultuurdienst vaak samenwerkt bij o.a. Café Congé en andere muziekoptredens. Voor de gelegenheid wordt in de Week van de Belgische Muziek samen met 8audio een geheim concert georganiseerd in deze studio. Vooraf wordt geen naam bekendgemaakt van de band die speelt, maar wordt enkel gecommuniceerd dat het om een (on)bekende Belgische band gaat.
DJ-set 'O DJ-baar België' in de bibliotheek
Op zaterdag 4 februari 2023 wordt tijdens de openingsuren van de bibliotheek (10.00 uur tot 12.00 uur) een dj-set gedraaid door een van de leerlingen van de dj-opleiding van de academie HAP!. Dit wordt als achtergrondmuziek opgevat, waarbij er enkel Belgische nummers gedraaid worden. Er wordt voor de gelegenheid ook een aperitiefje aangeboden aan de bezoekers van de bib op zaterdagvoormiddag.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend. Er werd budget voorzien voor deelname aan bovenlokale campagnes vrije tijd (jaarbudgetrekening GBB/0705-00/61310005).
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de deelname aan en het programma voor de Week van de Belgische Muziek, van 30 januari tot en met 5 februari 2023, goed te keuren.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.10. Feestelijkheden - 23e Leeuwenrit - Tieltse Autoclub - 4 maart 2023 - parkeerverbod - goedkeuring
Aanleiding en context
Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om toelating te verlenen voor een parkeerverbod naar aanleiding van een evenement.
Motivering
Naar aanleiding van de doortocht van de 23e Leeuwenrit, een navigatierit voor wagens, die plaatsvindt op zaterdag 4 maart 2023 en start aan de parking van buurthuis de Wieke vraagt de Tieltse Automobielclub, via de evenementenaanvraag met Eagle ID 1720830, toelating voor:
● het invoeren van parkeerverbod op de parking van de Wieke op zaterdag 4 maart 2023, tussen 7.00 uur en 24.00 uur.
PZ Gavers verleende op 12 januari 2023 positief advies en voorziet de nodige verkeersmaatregelen conform het signalisatieplan ingetekend in Eagle.be met identiek nummer 1720830.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
● Andere:
○ Algemene politieverordening, goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en latere wijzigingen
○ Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor:
● het invoeren van een parkeerverbod op de parking van de Wieke op zaterdag 4 maart 2023 tussen 7.00 uur en 24.00 uur.
Artikel 2
Naar aanleiding van de beslissing van het politiecollege van 27 november 2008 dient de organisatie/vereniging zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de politie. De politie zal enkel instaan voor het toezicht op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie.
Het plaatsen van het parkeerverbod wordt als volgt geregeld: het aanbrengen en wegnemen van parkeerverbodsborden gebeurt door de technische diensten van de gemeente. De controle op de naleving van het parkeerverbod gebeurt door de politie.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.11. OMV 2023_6 - Kleine Tapuitstraat 6 - overname vergunning - aktename
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor de gehele overdracht van de bestaande vergunning van het intergemeentelijk recyclagepark op een perceel gelegen Kleine Tapuitstraat 6 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 327 T ingediend door Johan Bonnier namens Intergemeentelijke Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen, OPDRAVER met als contactadres Kortrijksesteenweg 264 te 8530 Harelbeke.
Motivering
De melding ingediend door Johan Bonnier namens Intergemeentelijke Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen OPDRAVER met als contactadres Kortrijksesteenweg 264 te 8530 Harelbeke, werd per beveiligde zending verzonden op 13 januari 2023.
Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.
Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt: “De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.
Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.
Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”
VOORWERP VAN DE MELDING
De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Kleine Tapuitstraat 6, kadastraal bekend afdeling 2 sectie C nr. 327T.
De aanvrager, Intergemeentelijke Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen, Grote Markt ZN, 8500 Kortrijk meldt de overname van de ingedeelde inrichting of activiteit van de vorige exploitant, gemeente Deerlijk, Harelbekestraat 27, 8540 Deerlijk.
De melding van overname heeft betrekking op de vergunning afgeleverd op 17 december 2015 door de bestendige deputatie van de provincie West-Vlaanderen voor een termijn van 20 jaar, tot 17 december 2035.
BEVOEGDHEID
De melding van overname heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.
Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.
ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER
Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.
De melding heeft betrekking op artikel 97 van het uitvoeringsbesluit Omgevingsvergunning waarin gesteld wordt dat de bevoegde overheid het vergunningsbesluit actualiseert als gevolg van de melding van overdracht.
Deze procedure van overdracht is een louter administratieve handeling die aanduidt aan welke inrichting de omgevingsvergunning gebonden is.
De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald in de basisvergunning en blijven van toepassing. Er zijn geen verplichte adviezen voorzien in deze procedure.
De bestaande vergunningsvoorwaarden blijven van kracht.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
● Andere:
○ Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Er wordt akte genomen van de melding ingediend door Johan Bonnier namens Intergemeentelijke Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen OPDRAVER met als contactadres Kortrijksesteenweg 264 te 8530 Harelbeke, voor de gehele overdracht van de vergunning voor het intergemeentelijk recyclagepark, gelegen Kleine Tapuitstraat 6 te Deerlijk, door Intergemeentelijke Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen, Grote Markt ZN, 8500 Kortrijk van de vorige exploitant, gemeente Deerlijk, Harelbekestraat 27, 8540 Deerlijk.
De melding van overname heeft betrekking op de vergunning afgeleverd op 17 december 2015 door de bestendige deputatie van de provincie West-Vlaanderen voor een termijn van 20 jaar, tot 17 december 2035.
Artikel 2
De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de bestaande vergunningsvoorwaarden uit de basisvergunning en de algemene en sectorale voorwaarden zoals deze vermeld staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.12. OMV 2022_143 - Stationsstraat 270 - beslissing
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een nieuw bijgebouw na sloop van de bestaande bijgebouwen, op een perceel gelegen Stationsstraat 270 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 664 A aangevraagd door mevrouw Nancy Mostrey met als contactadres Stationsstraat 270 te 8540 Deerlijk.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 18 januari 2023.
Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):
● De 2 private parkeerplaatsen links van de woning dienen voorzien te worden op het te behouden deel asfaltverharding. De 2 voorziene private parkeerplaatsen in grasdallen kunnen niet gerealiseerd worden op de voorziene plaats en deze zone moet ingericht worden met levend groen.
● De toegang tot de nieuwe oprit naar de bezoekersparkeerplaatsen kan ter hoogte van de rooilijn slechts een breedte hebben van 3,5 m, te meten vanaf de noordelijke hoek van deze verharding. De rest van de zone langs de rooilijn moet aangeplant worden met een haag aansluitend op de reeds voorziene haag.
● De parkeerplaats 4, dichtst bij de rooilijn, dient verwijderd te worden en de zone moet aangelegd worden met levend groen.
Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
Gewestplan
De eigendom situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied voor de eerste 50 m vanaf de rooilijn en agrarisch gebied voor de rest. De aanvraag bevindt zich in het gedeelte woongebied.
Ruimtelijk uitvoeringsplan
● De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
● De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.
● De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Bijzonder plan van aanleg
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
Verkaveling
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.
Stedenbouwkundige verordeningen
Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:
● Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.
● Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.
Relevante stedenbouwkundige vergunningen
Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
● Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 22 september 1955 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning.
● Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 27 september 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van garages.
● Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 11 oktober 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van afsluiting/ursusdraad met betonplaat bezijds zijn nieuw gebouwd woonhuis + voorhofmuurtje in baksteen.
● Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 2 november 1967 door het college van burgemeester en schepenen voor het ophangen van publiciteitspanelen op de blinde zijgevels.
● Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 6 juni 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een afscheidingsmuur (hoogte 1,80 m).
Relevante milieuvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
Relevante omgevingsvergunningen
Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
● Omgevingsvergunning afgeleverd op 26 oktober 2022 door het college van burgemeester en schepenen voor het vervangen van ramen.
3.1 Beschrijving van de omgeving
De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 1.850 m² en is gelegen langs de Stationsstraat op ongeveer 1,5 km ten zuiden van de kern van Deerlijk. De Stationsstraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.
Op het perceel bevindt zich een vrijstaande eengezinswoning met een voortuinstrook van ongeveer 12 m. De woning is opgetrokken met 2 bouwlagen en een hellend dak waarvan het linkse deel een noklijn heeft die parallel loopt met de straat en een rechts deel met een noklijn dwars op de straat. Beide dakdelen hebben een verschillende nokhoogte. In de tuinzone zijn vijf bijgebouwen aanwezig, die samen een oppervlakte van ongeveer 208 m² hebben. Deze bijgebouwen bevinden zich verspreid over de tuin en bestaan uit maximaal 1 bouwlaag met een hellend dak. Een bijgebouw, dienstdoend als garage, bevindt zich op de linkerperceelsgrens, een ander bevindt zich op de rechterperceelsgrens. De voortuin is hoofdzakelijk verhard in asfalt.
De omgeving heeft een vrij residentieel karakter en wordt bepaald door de aanwezigheid van eengezinswoningen. In de directe omgeving situeren zich enkele bedrijfsactiviteiten.
3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvrager wenst in de tuinzone een vrijstaand bijgebouw te bouwen na het slopen van de bestaande bijgebouwen op het terrein.
Het bijgebouw wordt ingeplant op 8 m van de achtergevel van de woning, op 1 m van de rechterzijperceelsgrens en op minstens 13 m van de linkerzijperceelsgrens. De afstand tot de achterkavelgrens bedraagt minstens 24 m, de afstand tot het agrarisch gebouw bedraagt minstens 1 m. Het bijgebouw heeft een breedte van 12 m en een diepte van maximaal 14 m.
Het bijgebouw bestaat uit één bouwlaag met zadeldak en deels met lessenaarsdak omwille van de L-vorm van het gebouw. De kroonlijsthoogte bedraagt 3 m en de nokhoogte ligt op 4,50 m.
Het bijgebouw zal aangewend worden deels als tuinberging en deels als ruimte voor keramiek en beeldhouwen. In het gebouw bevindt zich een tuinberging, sanitaire ruimte, atelier voor keramiek en atelier voor beeldhouwen. Tussen beide atelierruimtes is er geen verbinding.
De gevels worden afgewerkt in rode baksteen de dakbedekking bestaat uit rode dakpannen en het schrijnwerk is voorzien in antracietkleurig aluminium.
In de tuinzone wordt een bijkomend terras voorzien met een oppervlakte van 20 m², alsook een pad naar het bijgebouw en een terras thv de inkom.
De voortuin wordt grotendeels heringericht. De zone links van de woning wordt ingericht zodat er 2 private parkeerplaatsen kunnen worden voorzien in grasdallen. Deze parkeerplaatsen bevinden zich op minstens 8,28 m van de rooilijn. De bestaande asfaltverharding voor deze parkeerplaatsen blijft over een breedte van 5m behouden. Voor de woning wordt de bestaande asfaltverharding opgebroken en vervangen door een nieuwe oprit in waterdoorlatende klinkerverharding met een breedte van 7 m. Langs beide zijden van de oprit worden parkeerplaatsen voorzien in betongrasdallen. In totaal worden er 6 parkeerplaatsen voorzien. Ter hoogte van de rooilijn wordt een haag voorzien met een hoogte van 0,60 m met een 5-tal leibomen.
3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten
De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.
Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.
De aanpalende eigenaars werden niet om advies gevraagd aangezien de aanvraag geen betrekking heeft op werken aan scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.
Brandweerzone Fluvia, dienst brandweerpreventie werd om advies verzocht op 29 november 2022. De adviesinstantie bracht op 15 december 2022 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
“De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met bijgaand brandvoorkomingsverslag.”
De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.
7.1 Planologische toets
Het goed ligt deels in woongebied en deels in agrarisch gebied volgens het gewestplan. Echter het voorwerp van de aanvraag ligt volledig in het woongebied waardoor de aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de voorschriften van het woongebied.
In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt:
Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
De aanvraag heeft betrekking op het bouwen van een bijgebouw na slopen van bestaande bijgebouwen zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.
7.2 Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Stationsstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.
De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.
7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)
Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
De omzendbrief OMG/2022/1 ‘Richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ reikt richtlijnen aan voor het toepassen van het nieuwe watertoetsbesluit, alsook voor het vrijwaren van watergevoelige gebieden.
Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1 ha).
Het betrokken goed is volgens de fluviale en de pluviale overstromingskaart niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone. Er dringen zich in het kader van de watertoets geen maatregelen op inzake overstromingsvrij bouwen of beperkingen inzake de inname van komberging.
Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater.
Er wordt een regenwaterput van 7.000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 2.500 liter en een referentieoppervlakte van 2,64 m², het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.
7.4 Mer-screening
De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.
7.5 Natuurtoets
Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.
7.6 Erfgoed-/archeologietoets
Niet van toepassing.
7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)
Niet van toepassing
7.8 Decreet grond- en pandenbeleid
Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.
7.9 Milieuaspecten
Niet van toepassing.
7.10 Goede ruimtelijke ordening
Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.
Functie:
De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een nieuw bijgebouw dat dienstig zal zijn als keramiekatelier en tuinberging bij een bestaande eengezinswoning in een omgeving waar diverse functies aanwezig zijn zodat de aanvraag passend is in deze diverse omgeving.
Inplanting en ruimtegebruik:
Het nieuwe bijgebouw wordt ingeplant in de tuinzone bij de woning op 1 m afstand van de grens met het agrarisch gebied en op 1 m afstand van de rechterzijperceelsgrens.
Het nieuwe bijgebouw is een vervanging van meerdere kleinere bestaande bijgebouwen die allen gesloopt worden. De bestaande bijgebouwen samen hebben een oppervlakte van 208,75 m² volgens het plan bestaande toestand. Het nieuwe bijgebouw heeft een oppervlakte van 126 m² waardoor de bebouwde oppervlakte op het perceel sterk verminderd wordt en de verrommeling van bebouwing op het perceel verdwijnt.
Bouwvolume en gabarit:
Het bijgebouw heeft standaardhoogtes zijnde een kroonlijsthoogte van 3 m en een nokhoogte van 4,50 m. Door de afwerking met een hellend dak zal het bijgebouw aansluiting vinden bij de gabaritten aanwezig in de omgeving.
Door de voorziene hoogtes wordt er ook geen hinder verwacht voor de omringende percelen.
Het gevraagde is qua volume en gabarit inpasbaar in de betreffende omgeving.
Verschijningsvorm:
Het bijgebouw wordt ingeplant achter de woning in de tuinzone waardoor het ontwerp geen rechtstreekse impact heeft op het straatbeeld.
De sloop van de huidige bijgebouwen en de realisatie van één nieuw bijgebouw betekent een sanering van de bebouwing op het perceel.
Het nieuwe gebouw integreert zich door zijn materiaalgebruik (metselwerk) binnen de bestaande bebouwing.
Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:
De functie van eengezinswoning blijft behouden. Het bijgebouw zal aangewend worden voor het houden van workshops zodat er ten gevolge van de geplande werken een toename van de verkeersaantrek verwacht kan worden. De bouwplaats is echter voldoende goed ontsloten om deze toename te kunnen opvangen.
De aanvrager voorziet in de herinrichting van de voortuinstrook teneinde het parkeren te organiseren. Aangezien de garages verdwijnen worden er aan de linkerzijde, ter hoogte van de bestaande oprit 2 private parkeerplaatsen met ruime opritzone aangelegd teneinde de eigen parkeerbehoefte op te vangen. Deze verharding is echter te ruim gedimensioneerd ondermeer door een opritzone met een diepte van meer dan 8 m. De 2 private parkeerplaatsen dienen bijgevolg voorzien te worden op het te behouden deel asfaltverharding. De voorziene private parkeerplaatsen kunnen niet gerealiseerd worden en moeten ingericht worden met levend groen.
Aansluitend wordt een 2de oprit voorzien (te verplaatsen ten opzichte van de bestaande toestand) waarlangs een 6-tal parkeerplaatsen voor de workshops langs een interne manoeuvreerruimte (oprit) gerealiseerd worden. Ter hoogte van de rooilijn zal deze oprit een breedte hebben van 7,28 m. De ligging en de voorziene breedte van deze oprit zorgt er wel voor dat er op het openbaar domein publieke parkeerplaatsen zullen moeten verdwijnen. Teneinde de impact op het publieke parkeren te beperken en ervoor te zorgen dat er tussen het plantvak in de publieke parkeerstrook en de nieuwe oprit nog een wagen kan geparkeerd worden, dient als voorwaarde opgelegd te worden dat de toegang tot de nieuwe oprit ter hoogte van de rooilijn slechts een breedte mag hebben van 3,5 m, te meten vanaf de noordelijke hoek van deze verharding. De rest van de zone langs de rooilijn moet aangeplant worden met een haag aansluitend op de reeds voorziene haag.
Aangezien ten opzichte van de ontworpen toestand één extra parkeerplaats op openbaar domein behouden kan blijven dient de parkeerplaats 4, dichtst bij de rooilijn, verwijderd te worden en aangelegd te worden met levend groen.
Groen- en omgevingsaanleg:
De eigendom heeft een oppervlakte van 1.865 m² waardoor na sloop en herbouw van het bijgebouw nog een voldoende ruime tuinzone aanwezig is om een kwalitatieve tuin te kunnen aanleggen. Ook de voorziene inplanting van het nieuwe bijgebouw zorgt ervoor dat na de werken het contact tussen de woning en de tuinzone versterkt, wat de woonkwaliteit ten goede komt.
De woning beschikt tevens over een ruime voortuin. De inrichting van een voortuin heeft invloed op het straatbeeld, de verkeersveiligheid en op de goede waterhuishouding. Beplanting, hagen en bomen in de voortuin maken het straatbeeld mooier en zorgen voor het residentiële karakter van een omgeving. Deze groenzones helpen ook bij de infiltratie van het regenwater en halen fijn stof uit de lucht. In het ontwerp wordt een deel van de voortuin vergroend en wordt de verharding grotendeels gewijzigd in een waterdoorlatende verharding. Naar aanleiding van een afweging tussen het voorzien van parkeerruimte en het vergroenen van de voortuin in functie van de impact op het straatbeeld is het wenselijk om de private parkeerplaatsen links van de woning te voorzien op de bestaande te behouden verharding en de parkeerplaats 4 te verwijderen en beide zones verder te gaan vergroenen (zie ook parkeerplaatsen en verkeersaantrek).
Het ontwerp kan mits het naleven van de voorwaarden verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.
Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.
De aanvraag doet geen bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past in de betrokken omgeving.
7.11 Resultaten openbaar onderzoek
Niet van toepassing
7.12 Scheidingsmuren
Niet van toepassing.
7.13 Bespreking adviezen
Advies Fluvia.
Gelet op de expertise van de adviesinstantie dient in de voorwaarden bij afgifte van de vergunning opgelegd te worden dat de voorwaarden geformuleerd in het advies strikt nageleefd moeten worden.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
● Andere:
○ Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning
○ Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan mevrouw Nancy Mostrey met als contactadres Stationsstraat 270 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een nieuw bijgebouw, na sloop van de bestaande bijgebouwen, op een perceel gelegen Stationsstraat 270 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 664 A, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):
● De 2 private parkeerplaatsen links van de woning dienen voorzien te worden op het te behouden deel asfaltverharding. De 2 voorziene private parkeerplaatsen in grasdallen kunnen niet gerealiseerd worden op de voorziene plaats en deze zone moet ingericht worden met levend groen.
● De toegang tot de nieuwe oprit naar de bezoekersparkeerplaatsen kan ter hoogte van de rooilijn slechts een breedte hebben van 3,5 m, te meten vanaf de noordelijke hoek van deze verharding. De rest van de zone langs de rooilijn moet aangeplant worden met een haag aansluitend op de reeds voorziene haag.
● De parkeerplaats 4, dichtst bij de rooilijn, dient verwijderd te worden en de zone moet aangelegd worden met levend groen.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.13. GECORO - beweging.net - vervanging plaatsvervangend lid - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de nieuwe kandidatuur voor het plaatsvervangend lid voor beweging.net (ACW) ter bekrachtiging te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad.
Motivering
De heer Alain Vanovertveldt werd in de gemeenteraad van 30 januari 2020 bekrachtigd als plaatsvervangend lid voor beweging.net, als vertegenwoordiger van de verenigingen van de werknemers in de GECORO.
De heer Alain Vanovertveldt meldde dat hij niet langer lid is van de organisatie waardoor hij niet langer het mandaat in de GECORO kan opnemen. Er wordt een nieuwe mandataris voorgesteld, namelijk mevrouw Ann Accou.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
● Andere:
○ Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
○ Besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om binnen de GECORO, de naam van de nieuwe plaatsvervangende vertegenwoordiger vanuit beweging.net, zoals voorgedragen door de vereniging, te laten bekrachtigen door de gemeenteraad.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.14. Afsprakennota 2020-52 - advies kleine mobiliteitsvraagstukken - verlenging - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de afsprakennota '2020-52 - Adviesverlening kleine mobiliteitsvraagstukken' te verlengen tot 31 december 2023.
Motivering
De cluster ruimte wenst af en toe deskundige ondersteuning in te winnen bij Leiedal omtrent mobiliteitsvraagstukken. Op eenvoudig verzoek van het college van burgemeester en schepenen kan Leiedal de gemeente hierin inhoudelijk ondersteunen en adviseren.
Het college van burgemeester en schepen keurde in zitting van 14 oktober 2020 de afsprakennota '2020-52 - Adviesverlening kleine mobiliteitsvraagstukken', opgemaakt in het kader van de zelfstandige groepering Leiedal, goed.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 5 januari 2022 om de afsprakennota te verlengen voor 2022.
Deze afsprakennota kan onder dezelfde voorwaarden jaarlijks verlengd worden. Er wordt voorgesteld om de afsprakennota te verlengen voor 2023.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 4° Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Raming of bedrag | 7.500 euro/werkjaar |
Actie | overig beleid |
Jaarbudgetrekening | GBB/0200-00/61300000 |
Visum | niet van toepassing |
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen beslist de afsprakennota '2020-52 - Adviesverlening kleine mobiliteitsvraagstukken' te verlengen tot 31 december 2023.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.15. OMV 2022_118 - Vrijeigen 31 - beslissing
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een alleenstaande woning, op een perceel gelegen Vrijeigen 31 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 668 B aangevraagd door Pieter Messiaen - Marlies Vancaester wonende Waregemstraat 390 te 8540 Deerlijk.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 20 januari 2023.
Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):
● Ter compensatie van het rooien van de hoogstammige boom moet in de tuinzone minstens één nieuwe hoogstammige boom aangeplant worden.
● De ondergrondse constructie mag niet aangelegd worden, tenzij de initiatiefnemer voldoende voorzorgsmaatregelen neemt om de impact op het watersysteem te beperken waaronder onder meer het beveiligen van de afwatering tegen terugslag vanuit het rioolstelsel met terugslagklep en eventueel pomp, het waterdicht afwerken van doorvoeropeningen van leidingen, het plaatsen van een dompelpomp in het laagste punt van de kelder, het niet bewaren van kostbaar materiaal in deze ruimtes.
● Indien voor de aanleg van de ondergrondse constructie een bronbemaling noodzakelijk is dient hiervoor een aparte aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend te worden.
Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
Gewestplan
De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Ruimtelijk uitvoeringsplan
● De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.
● De aanvraag ligt volgens de voorzieningen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk (goedgekeurd 20 januari 2006) in een stedelijk woongebied.
● De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.
● De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Bijzonder plan van aanleg
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
Verkaveling
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 2 september 2020 (dossiernummer OMV_2020027289).
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
Het verkavelingsplan is van toepassing op de aanvraag.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag wijkt af van de vigerende voorschriften.
Stedenbouwkundige verordeningen
Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:
● Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.
● Provinciale verordening inzake het overwelven van baangrachten, vastgesteld door de provincieraad in zitting van 23 juli 2008.
● Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.
Relevante stedenbouwkundige vergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
Relevante milieuvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
Relevante omgevingsvergunningen
Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
● Omgevingsvergunning afgeleverd op 2 september 2020 door het college van burgemeester en schepenen voor het verkavelen van grond in 2 loten.
3.1 Beschrijving van de omgeving
De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 1.187 m² en is gelegen langs Vrijeigen op ongeveer 1.200 m ten noordwesten van de kern van Deerlijk. Vrijeigen is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Het betreft een recente verkaveling gekenmerkt als een pijpenkop op de Waregemstraat en voorzien van eengezinswoningen van het halfopen of gesloten bebouwingstype.
Het perceel is braakliggend.
De omgeving heeft een residentieel karakter en paalt aan een grootschalig bedrijfsgebouw. Het wonen wordt bepaald door de aanwezigheid van eengezinswoningen.
3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvrager wenst een vrijstaande eengezinswoning met vrijstaand bijgebouw te bouwen.
De woning wordt ingeplant op 6 m van de voorste perceelsgrens, op 4 m van de rechterzijperceelsgrens en op 8,06 m van de linkerzijperceelsgrens. De afstand tot de achterkavelgrens bedraagt op zijn smalst 9,79 m. De woning heeft een breedte van 10,65 m en een diepte van 15 m.
De woning bestaat uit één bouwlaag met zadeldak waarbij de noklijn loodrecht op de voorgevelbouwlijn staat. Het vloerpas van de woning is voorzien op 40 cm boven het maaiveld. De kroonlijsthoogte bedraagt 3,50 m ten opzichte van het vloerpas en de nokhoogte ligt op 8,27 m ten opzichte van het vloerpas. De woning is volledig onderkelderd.
Op het gelijkvloers bevindt zich een inkomhal met toilet en bureauruimte, een open keuken met zitruimte en eetruimte, een inpandige garage en een berging. Op de verdieping worden 3 slaapkamers, een dressing, een sanitaire cel, een badkamer en een open vide voorzien. In de kelderverdieping is de technische ruimte, de wasplaats, een berging, speelkamer en fitnessruimte en buitenruimte aanwezig. De kelderverdieping is toegankelijk zowel van binnenin de woning als vanaf de tuinzone.
De gevels worden afgewerkt deels met een gevelsteen in verschillende grijstinten en deels met aluminium latten (antraciet), de dakbedekking bestaat uit vlakke dakpannen (leien antraciet) en het schrijnwerk is voorzien in antracietkleurig aluminium.
Naast de woning, aan de linkerzijde, wordt een bijgebouw voorzien. Het bijgebouw heeft een breedte van 5,60 m op een diepte van 6,95 m. Het bijgebouw wordt ingeplant op 3 m achter de voorgevelbouwlijn van de woning, op 1,40 m van de zijgevel van de woning en op 1,06 m van de zijperceelsgrens. Het bijgebouw wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 3 m. De gevels van het bijgebouw worden voorzien in dezelfde materialen als de woning, zijnde deels met een gevelsteen in verschillende grijstinten en deels met aluminium latten (antraciet). Het bijgebouw zal aangewend worden als garage en berging. Tussen de woning en het bijgebouw wordt een tuinpoort voorzien.
In de voortuin worden 2 opritzones verhard met een oppervlakte van respectievelijk 28,10 en 26,10 m² evenals een stapsteen naar de inkomdeur. De rest van de voortuin wordt aangelegd met levend groen. In de tuinzone, langs de linkerzijde van de woning en tussen de opritzone en de voorzijde van het bijgebouw wordt nog een terrasverharding aangelegd met een totale oppervlakte van 70 m².
Langs de achterperceelsgrens voorziet de aanvrager een drainage aan te leggen in grindkoffer die zal aansluiten op de infiltratievoorziening.
Om de woning te kunnen bouwen wordt de bestaande loofboom met een stamomtrek van 1,25 m op 1 m hoogte gerooid.
3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten
De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.
De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 28 oktober 2022 tot 26 november 2022. Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ingediend.
Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.
De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.
7.1 Planologische toets
De aanvraag dient getoetst te worden aan de voorschriften van de geldende verkaveling. De aanvraag wijkt af van de voorschriften. Hiervoor wordt toepassing gemaakt van artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:
Plan schrijft voor: | Ontwerp voorziet: |
Bouwdiepte maximaal 15 m | Bouwdiepte deels tot op 19 m door trap naar kelderverdieping en dieperliggend terras als één geheel met het hoofdvolume |
Bijgebouw in te planten op min. 3 m achter de maximale bouwdiepte van het hoofdgebouw | Bijgebouw in te planten naast de woning op 1,40 m van de linkerzijperceelsgrens |
Het gevraagde is voor het overige in overeenstemming met de voorzieningen van de verkaveling gezien de woning ingeplant is in het bouwkader zoals voorzien in het verkavelingsplan, de bestemming een vrijstaande eengezinswoning betreft, de terreinbezetting minder dan 35 % bedraagt, de woning bestaat uit één bouwlaag met kamers onder het dak waarbij de kroonlijsthoogte maximaal 3,50 m en de nokhoogte maximaal 9,50 m bedraagt, het vloerpas van de woning op 17,30 TAW gelegen is, geen dakuitbouwen voorzien zijn, de materialen voor de woning vrij te kiezen zijn, het bijgebouw ingeplant is op minstens 1 m van de perceelsgrens, de oppervlakte van het bijgebouw voor lot 2 beperkt is tot 60 m² en afgewerkt is met een plat dak met een hoogte van maximaal 3 m, garages zowel in het hoofd- als bijgebouw voorzien kunnen worden, de verharding in de voortuin beperkt is, het afwerkingsniveau van de tuin op 16,90 TAW ligt en er langs de achterperceelsgrens een drainage in grindkoffer voorzien is.
Artikel 4.4.1 van de VCRO voorziet dat na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen kunnen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.
De afwijking heeft betrekking op afmeting en inplanting van constructies zodat een afwijking overwogen kan worden.
Afwijking diepte woning
Aangezien de kelder deel uitmaakt van het bouwvolume van de woning en het bouwvolume beperkt moet blijven tot 15 m wordt hiervoor een afwijking aangevraagd. De afwijking op de diepte van de woning is beperkt tot een deel van het volume, bevindt zich op voldoende afstand van de zijperceelsgrenzen, heeft tot doel natuurlijk licht binnen te trekken in de benutte kelderverdieping en betreft geen overdekte constructie waardoor de afwijking toegestaan kan worden.
Afwijking inplanting bijgebouw
Het bijgebouw wordt ingeplant naast de woning in de ruime vrije zijtuinstrook. Gezien het bijgebouw dienstig doet als garage wordt op die manier de verharding op het terrein beperkt, de afstand tot de buur blijft voldoende, het bijgebouw blijft vrijstaand en staat op 3 m achter de voorgevelbouwlijn zodat het open karakter van de woning behouden blijft en de impact van de afwijking beperkt zal zijn. Ook heeft de aanpalende eigenaar geen bezwaar geformuleerd. De afwijking kan bijgevolg toegestaan worden.
7.2 Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat Vrijeigen een voldoende uitgeruste openbare weg is.
De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning.
De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.
7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)
Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
De aanvraag werd ingediend op 7 september 2022. Aangezien de aanvraag ingediend is voor 1 januari 2023 is de nieuwe watertoetsregeling in principe nog niet van toepassing.
Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1 ha) en ligt volgens de overstromingskaarten van 2017 niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen.
Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 5000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 3875 liter en een referentieoppervlakte van 6,20 m², het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.
De aanvraag ligt evenwel deels (voortuinstrook en toegangsweg) in een zone met middelmatig overstromingsrisico volgens de pluviale overstromingskaart.
De aanvrager voorziet in de bouw van een kelderruimte tot op een diepte van 2,50 m onder het maaiveld. Deze ingreep zorgt ervoor dat een hoeveelheid ruimte voor water verloren gaat wat een effect kan hebben op het watersysteem. Volgens de overstromingskaarten van 2017 hoeft dat geen probleem te betekenen echter volgens de nieuwe kaarten kan dit een risico inhouden.
De aanleg van de ondergrondse constructie heeft dan een grotere kans tot het oplopen van schade bij overstromingen. De ondergrondse constructie mag dan ook niet aangelegd worden, tenzij de initiatiefnemer voldoende voorzorgsmaatregelen neemt om de impact te beperken waaronder onder meer het beveiligen van de afwatering tegen terugslag vanuit het rioolstelsel met terugslagklep en eventueel pomp, het waterdicht afwerken van doorvoeropeningen van leidingen, het plaatsen van een dompelpomp in het laagste punt van de kelder, het niet bewaren van kostbaar materiaal in deze ruimtes.
Vermoedelijk zal er voor de aanleg van de ondergrondse constructie een bronbemaling noodzakelijk zijn. Hiervoor dient een aparte aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend moeten worden.
7.4 Mer-screening
De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.
7.5 Natuurtoets
Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.
7.6 Erfgoed-/archeologietoets
Niet van toepassing.
7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)
Niet van toepassing
7.8 Decreet grond- en pandenbeleid
Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.
7.9 Milieuaspecten
Niet van toepassing.
7.10 Goede ruimtelijke ordening
Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.
Functie:
De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een vrijstaande eengezinswoning in een residentiële omgeving waardoor de aanvraag zich functioneel inpast.
Inplanting en ruimtegebruik:
De woning wordt ingeplant conform de voorschriften van de verkaveling.
Voor de inplanting van het bijgebouw wordt een afwijking toegestaan. De voorziene inplanting zorgt voor een compacter geheel met de woning en een beperktere inname van de tuinzone.
Bouwvolume en gabarit:
Het hoofdgebouw van de woning bestaat uit één bouwlaag met kamers onder het dak. Er wordt geen hinder verwacht voor de omringende percelen. De bouwdiepte is immers vergelijkbaar met deze van de buren en de bouwhoogte is aanvaardbaar.
Het gevraagde is qua volume en gabarit inpasbaar in de betreffende omgeving.
Het ontworpen volume is in overeenstemming met de verkavelingsvoorschriften.
Verschijningsvorm:
De aanvraag integreert zich door zijn materiaalgebruik (grotendeels metselwerk) binnen de bestaande bebouwing.
Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:
De aanvraag voorziet de bouw van een eengezinswoning op een op heden onbebouwd perceel. Ten gevolge van de geplande werken kan een toename van de verkeersaantrek verwacht worden. De bouwplaats is voldoende goed ontsloten om deze toename te kunnen opvangen.
Er wordt op eigen terrein voorzien in voldoende parkeergelegenheden voor de eigen behoefte en eventuele bezoekers.
Groen- en omgevingsaanleg:
Achter de woning wordt een terras aangelegd.
De woning beschikt over een voldoende ruime tuinzone om een kwalitatieve tuin te kunnen aanleggen. De aanvrager voorziet voor de bouw van de woning één boom te moeten rooien. Ter compensatie moet in de tuinzone minstens één nieuwe hoogstammige boom aangeplant te worden. Dit zal opgelegd worden als voorwaarde bij afgifte van de vergunning.
Bij het ontwerp van de woning wordt gezorgd voor een groot contact tussen de leefruimtes van de woning en de tuinzone wat de woonkwaliteit ten goede komt.
De woning beschikt tevens over een voortuin. Deze zone dient steeds te worden aangelegd als voortuin met laagstammig groen. De verharding in de voortuinstrook wordt beperkt.
De geplande verharding wordt voorzien in waterdoorlatende materialen of watert af in de naastliggende onverharde ruimte wat de waterhuishouding ten goede komt.
Het ontwerp kan mits het naleven van de voorwaarden verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.
Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.
De aanvraag doet een beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past in de betrokken omgeving.
7.11 Resultaten openbaar onderzoek
Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.
7.12 Scheidingsmuren
Niet van toepassing.
7.13 Bespreking adviezen
Niet van toepassing.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
● Andere:
○ Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning
○ Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Pieter Messiaen - Marlies Vancaester wonende Waregemstraat 390 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een alleenstaande woning, op een perceel gelegen Vrijeigen 31 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 668 B, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):
● Ter compensatie van het rooien van de hoogstammige boom moet in de tuinzone minstens één nieuwe hoogstammige boom aangeplant worden.
● De ondergrondse constructie mag niet aangelegd worden, tenzij de initiatiefnemer voldoende voorzorgsmaatregelen neemt om de impact op het watersysteem te beperken waaronder onder meer het beveiligen van de afwatering tegen terugslag vanuit het rioolstelsel met terugslagklep en eventueel pomp, het waterdicht afwerken van doorvoeropeningen van leidingen, het plaatsen van een dompelpomp in het laagste punt van de kelder, het niet bewaren van kostbaar materiaal in deze ruimtes.
● Indien voor de aanleg van de ondergrondse constructie een bronbemaling noodzakelijk is dient hiervoor een aparte aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend worden.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.16. Pilootproject stedenbouwkundige lasten - eindrapport ifv rapportage - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het eindrapport in het kader van de rapportage voor het pilootproject 'stedenbouwkundige lasten' goed te keuren.
Motivering
Op 10 december 2020 werd bij ministerieel besluit een subsidie van maximaal 30.000 euro toegekend aan de gemeenten Deerlijk en Kuurne voor het pilootproject 'lokale strategie rond stedenbouwkundige lasten bij vergunningen'. De subsidieperiode startte op 1 februari 2021 en duurde achttien opeenvolgende maanden.
Binnen zes maanden na afloop van de subsidieperiode dient gerapporteerd te worden met een eindrapport. Dit eindrapport moet bestaan uit:
1° de behaalde producten en resultaten met betrekking tot het pilootproject BRV;
2° een eindafrekening waarbij alleen de eigenlijke projectkosten opgenomen worden.
Een eindrapport waarbij naast het procesverloop en het ontwerp stedenbouwkundige verordening, ook de leerpunten en mogelijks het vervolgtraject opgenomen zijn, wordt voorgelegd.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit het eindrapport in het kader van de rapportage voor het pilootproject 'stedenbouwkundige lasten' goed te keuren.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.17. Regionale strategie bouwshift - implementatie - onderschrijving engagementsverklaring - goedkeuring
Aanleiding en context
De intercommunale Leiedal vraagt aan alle colleges van burgemeester en schepenen van haar werkgebied om een engagementsverklaring te nemen voor de implementatie van de Regionale Strategie Bouwshift.
Motivering
In het kader van de pilootoproep van het Departement Omgeving voor pilootprojecten die de strategische visie van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen vertalen, werd het pilootproject 'Operationaliseren bouwshift in Zuid-West-Vlaanderen' goedgekeurd.
Als eindproduct van dit pilootproject werd de Regionale Strategie Bouwshift opgemaakt.
De strategie is een richtinggevend document met context, data, strategieën, instrumenten en voorbeeldcases om op lokaal niveau mee aan de slag te gaan ter realisatie van de bouwshift. Het is met andere woorden geen bindend document. De strategie bestaat uit 3 specifieke deelstrategieën:
Aan de colleges van burgemeester en schepenen wordt gevraagd volgende engagementen te verklaren:
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de 4 gevraagde engagementen te onderschrijven.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.18. Inname openbaar domein - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de lijst in bijlage voor de ingediende aanvragen betreffende de inname van het openbaar domein en/of wegenis.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de lijst in bijlage voor de gevraagde inname(s) van het openbaar domein.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.19. Oekraïnecrisis - huisvesting - Ververijstraat 8 - bezettingsovereenkomst - goedkeuring
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.20. Overdracht van niet-aangerekende kredieten uit 2022 naar 2023 - goedkeuring
Aanleiding en context
Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de overdracht van niet-aangerekende investeringskredieten uit 2022 naar 2023, goed te keuren.
Motivering
In het jaar 2022 van het meerjarenplan 2020-2025 zijn een aantal investeringskredieten niet aangerekend. Deze ongebruikte kredieten kunnen geheel of gedeeltelijk overgedragen worden naar 2023.
In bijlage bevindt zich een overzicht van de voorgestelde ongebruikte kredieten. Het betreft in totaal 7.838.196,43 euro ongebruikte uitgavenkredieten en 0 euro ontvangstenkredieten.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur
● Andere : Art. 258 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de overdracht van niet-aangerekende kredieten van 2022 naar 2023, zoals opgelijst in de bijlage, goed te keuren.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.21. Grafconcessie - nominatieve uitbreiding en bijzetting - aktename
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.22. Afvoering van ambtswege - goedkeuring
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
C.23. Afvoering van ambtswege - goedkeuring
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
D.1. Epilepsie Liga - internationale epilepsiedag - medewerking - goedkeuring
Aanleiding en context
Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om, in het kader van de internationale epilepsiedag, een belangrijk gebouw paars te verlichten op 13 februari 2023.
Motivering
Op 13 februari 2023 wordt er over hele hele wereld heen extra aandacht besteed aan epilepsie voor meer kenbaarheid en om het taboe te doorbreken.
Paars is de internationale kleur voor epilepsie. Daarom vraagt de Epilepsie Liga om op maandag 13 februari 2023 een belangrijk gebouw, een standbeeld, een monument, ... paars te verlichten.
Een relatief simpele actie, voor een betekenis van ontelbare waarde voor zoveel mensen.
Het zou prachtig zijn als heel Vlaanderen die dag paars zou kleuren.
Bij navraag bij de technische dienst blijkt dat zij niet beschikken over een paarse lamp die buiten kan geplaatst worden. De technische dienst stelt voor om, bijvoorbeeld in de trouwzaal en/of raadzaal van het gemeentehuis binnen, paarse spots op de witte muren te richten, zodat dit door de ramen zichtbaar is van buitenaf.
Op 20 januari 2023 verleende de dienst welzijn positief advies en vraagt om de mogelijkheid te bekijken om een paars licht aan het raam van het Sociaal Huis te plaatsen (aan de ingang?).
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit het initiatief genegen te zijn, maar niet te kunnen ingaan op de vraag om een gebouw paars te verlichten op maandag 13 februari 2023, gezien er een veelheid aan dagen en acties is waarop kan ingezet worden en deze actie niet kadert binnen een bredere, gemeentelijke welzijnsactie, evenals het feit dat dit een personele impact heeft die niet voorzien is.
Artikel 2
Deze beslissing zal worden overgemaakt aan de Epilepsie Liga, Langestraat 113 te 8000 Brugge, westvlaanderen@epilepsieliga.be
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
D.2. Feestelijkheden - WK manillen 2023 - bijkomende gemeentelijke medewerking - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om extra gemeentelijke medewerking te verlenen naar aanleiding van het WK Manillen dat plaatsvindt op zaterdag 18 februari 2023.
Motivering
Het centraal feestcomité staat, in samenwerking met de vzw IWWA, in voor de organisatie van het WK Manillen. In haar schrijven van 13 januari 2023 vraagt het centraal feestcomité het gemeentebestuur om bijkomende hulp, bij wijze van ondersteuning door 2 gemeentelijke medewerkers, om de op- en afbouw van het evenement vlot te kunnen laten verlopen.
De 4 feestcomités voorzien reeds vrijwilligers om in de dagen voorafgaand, de dag nadien en op de dag zelf van het evenement, te komen helpen.
Bij de organisatie van het WK Manillen werd door de gemeentediensten reeds volgende medewerking en ondersteuning voorzien en ingepland:
● de sportdienst staat in voor het leegmaken van de technische ruimte, de schoonmaak van de ruime sporthal en het klaarleggen van de nodige elektriciteitsvoorzieningen, etc.;
● de technische medewerkers van de dienst cultuur voorzien de plaatsing van alle licht- en geluidsinstallaties, bestelling dranken en materialen, etc.;
● de dienst feestelijkheden staat in voor het ophalen en leveren van de materialen van de uitleendienst alsook de ophaling van het tapijt (bij stad Roeselare) dat dient ter bescherming van de sportvloeren.
Op maandag 16 januari 2023 werden zowel het clusterhoofd Ruimte als de technische dienst om advies gevraagd bij de vraag om extra gemeentelijke medewerking. Hierbij wordt geadviseerd om de bijkomende inzet door 2 uitvoerende technische medewerkers enkel te voorzien op vrijdag 17 februari 2023 en niet op zondag 19 februari 2023, omwille van volgende redenen:
● Op heden wordt de inzet van medewerkers van de technische dienst tijdens het weekend enkel gevraagd en toegestaan in een beperkt en specifiek aantal gevallen. Met name voor het strooien bij winterdienst, bij noodsituatie (brand, storm,…) en bij een beperkt aantal activiteiten zoals de Kerstcorrida en het Clubkampioenschap (omwille van afspraken in het verleden).
● Het is wenselijk om deze grens te bewaken en in het weekend enkel beroep te doen op de inzet van medewerkers van de technische diensten wanneer deze absoluut noodzakelijk is in functie van historische afspraken of noodgevallen. Wanneer zij teveel ad hoc ingezet worden, kan de uitvoerende technische dienst voor uitvoering van andere, meer essentiële vragen in de problemen komen.
● Het inzetten van medewerkers van de technische dienst in het weekend voor iedere activiteit met een gemeentelijke uitstraling is simpelweg onmogelijk en praktisch niet haalbaar en zou sterk wegen op de uitvoering van andere technische werkzaamheden die hierdoor dienen te worden uitgesteld en niet tijdig kunnen worden uitgevoerd conform de planning.
● Wanneer de medewerkers van de technische dienst worden ingezet tijdens het weekend, met name ook op zondag, hebben zij naast compensatieverlof bovendien ook recht op een extra vergoeding, wat ook een meerkost betekent.
Als de opbouw van het evenement, op vrijdag 17 februari 2023, tijdens de normale werkuren plaatsvindt, is de inzet van het personeel van de uitvoerende technische dienst wel mogelijk mits aanpassing van de planning en onder volgend voorbehoud:
● Volgens de huidige planning verhuist de uitvoerende technische dienst naar de nieuwe locatie in de Weverijstraat tussen 6 en 10 februari 2023 om vanaf 13 februari 2023 vanuit de nieuwe werkplek te werken. Indien deze planning echter om één of andere reden moet bijgestuurd worden, dienen de medewerkers vrijgehouden te worden om eerst gevolg te kunnen geven aan deze essentiële verhuiswerkzaamheden.
● Als de medewerkers nodig zijn voor winterdienst (strooien), wat in die periode wel mogelijk is, is hun inzet daarbij prioritair.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
Deze beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de gevraagde extra gemeentelijke medewerking te verlenen voor de opbouw van het WK Manillen op vrijdag 17 februari 2023.
Artikel 2
Het college van burgemeester en schepenen besluit het advies van de gemeentediensten te volgen en geen extra gemeentelijke medewerking te verlenen voor de afbouw van het WK Manillen op zondag 19 februari 2023.
Zitting van CBS van 25 JANUARI 2023
D.3. Feestelijkheden - gebruik podiumwagen door stad Harelbeke - 1 juli 2023 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het uitlenen van de podiumwagen aan de stad Harelbeke goed te keuren en hiervoor een uitzondering te maken op het retributiereglement uitleendiensten.
Motivering
Op 16 januari 2023 ontving de uitleendienst een e-mail van de facilitaire dienst van Harelbeke, met de vraag of de podiumwagen van de gemeente Deerlijk zou kunnen gebruikt worden voor de organisatie van de Iron Man in Harelbeke die doorgaat op zaterdag 1 juli 2023, ten voordele van Kom op tegen Kanker.
Volgens artikel 1 van het retributiereglement uitleendiensten, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2020, behoort de stad Harelbeke tot categorie A, d.i. omliggende gemeente- en stadsbesturen van Deerlijk die enkel nadars en podiumelementen kunnen ontlenen.
De uitleendienst vraagt of hiervoor een uitzondering kan gemaakt worden, rekening houdend met eerdere wederzijdse uitwisselingen van de podiumwagens tussen de stad Harelbeke (E3-prijs, 2018) en de gemeente Deerlijk (Stoet Groote Oorlog, 2018).
De podiumwagen werd vorig jaar ook uitgeleend aan stad Harelbeke voor de organisatie van hun Sport Night Open op 6 september 2022.
De podiumwagen is nog beschikbaar op de vermelde datum. De facilitaire dienst van de stad Harelbeke kan de podiumwagen komen ophalen op donderdag 29 juni 2023 en terugbrengen op maandag 3 juli 2023. Er hoeven bijgevolg geen transportkosten in rekening gebracht te worden.
Juridische gronden
● Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit dat de stad Harelbeke de podiumwagen van de gemeente Deerlijk kan gebruiken op zaterdag 1 juli 2023 voor de organisatie van de Iron Man in Harelbeke.
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.