DEERLIJK

5 JANUARI 2022

 

AANWEZIG

 

Burgemeester: Claude Croes

 

Schepenen: Bert Schelfhout, Regine Vanwynsberghe-Rooryck, Philip Ghekiere, Matthias Vanneste, Louis Vanderbeken

Wnd. algemeen directeur: Sarah Barbe

 

VERONTSCHULDIGD

 

Algemeen directeur: Hans Piepers

 

 

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.1. College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 22 december 2021 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 22 december 2021.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 22 december 2021 goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.2. Adviesraad Economie Deerlijk - vervanging - kennisname -

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de vraag van Open VLD om Philip Ghekiere te vervangen door Sandra Goussey in de Adviesraad Economie Deerlijk (AED).

 

Motivering

 

Bij mail van 17 november 2021 deelt de heer Philip Ghekiere mee dat  hij vervangen wordt door Sandra Goussey als vertegenwoordiger van Open VLD in de AED.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vervanging van de heer Philip Ghekiere door mevrouw Sandra Goussey als vertegenwoordiger van Open VLD in de Adviesraad Economie Deerlijk (AED).

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.3. Beslissingen algemeen directeur - december 2021 - kennisname -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de besluiten van de algemeen directeur van de maand december 2021.

 

Motivering

 

De algemeen directeur staat in voor de algemene leiding van de diensten van de gemeente en van de diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.

 

De algemeen directeur rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, aan het vast bureau en aan het bijzonder comité voor de sociale dienst.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 170 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de besluiten van de algemeen directeur van de maand december 2021.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.4. Diverse verslagen - kennisname -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.

 

Motivering

 

Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:

 

        Gaselwest - verslag van de buitengewone algemene vergadering van 21 december 2021

        IMOG - verslag van de Raad van Bestuur van 16 november 2021

        Gaselwest - verslagen van de Raad van Bestuur van 15 september 2021 en 18 oktober 2021

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.5. Jubileum - bezoek ten huize - goedkeuring -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.6. Zwemlessen en watergewenning - januari en februari 2022 - aanstelling lesgevers - goedkeuring -

 

STEMMINGEN

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.7. Zwembad - offertes en raamcontracten - 2021 - week 52 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de offertes met betrekking tot bestellingen en raamcontracten in functie van de exploitatie van het intergemeentelijk zwembad Anzegem-Deerlijk (Aquandé) goed te keuren.

 

Motivering

 

FARYS/TMVW legt offertes voor bestellingen en raamcontracten, in functie van de exploitatie van het intergemeentelijk zwembad Anzegem-Deerlijk (Aquandé), steeds ter goedkeuring voor aan beide gemeenten.

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft hiertoe het budgethouderschap.

 

Volgende offertes voor bestellingen worden ter goedkeuring voorgelegd:

        STS constructies (offerte e-mail STS-constructies):

        Leuning trap terras cafetaria: 1.209,00 euro, excl. btw.

 

Volgende nieuwe raamcontracten worden ter goedkeuring voorgelegd:

        Cofely Services nv (gunningsverslag):

        Onderhoud HVAC en zwembadwaterbehandeling: 56.537,05 euro per jaar, excl. btw.

 

        EI-Technics (offertemail + contract):

        Onderhoud WKK: geraamd 3.600,00 euro per jaar, excl. btw

 

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

Eénmalige kosten: 1.209 euro, excl. btw (waarvan aandeel Deerlijk: 604,50 euro, excl. btw)

Jaarlijkse kosten: 60.137,05 euro, excl. btw (waarvan aandeel Deerlijk: 30.068,525 euro, excl. btw)

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de offertes voor de bestellingen en nieuwe raamcontracten, zoals hierboven aangegeven, goed te keuren in functie van de exploitatie van het intergemeentelijk zwembad Anzegem-Deerlijk (Aquandé).

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.8. Erfgoed - schenking archeologisch ensemble de Cassinastraat 2018 - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om de schenking van het archeologisch ensemble de Cassinastraat 2018 voor goedkeuring te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad.

 

Motivering

 

In 2018 werden bij een  vooronderzoek door middel van proefsleuven aan de De Cassinastraat te Deerlijk, archeologische vondsten gedaan. Het betreft fragmenten aardewerk, grofweg gedateerd in de late ijzertijd - vroeg Romeinse periode.

 

Op 31 augustus 2021 geeft de eigenaar van het archeologisch ensemble te kennen deze te willen schenken aan het lokaal bestuur van Deerlijk, en deze schenking te doen uit vrijgevigheid.

Bij de wens tot schenking werd voorgesteld het ensemble te deponeren bij het erfgoeddepot Trezoor. Het ensemble is evenwel van die aard dat deze ook kan bewaard worden in het gemeentelijk heemkundig archief, waarbij voldaan wordt aan de voorwaarden omtrent het bewaren van een archeologisch ensemble, zoals bepaald door het Onroerend Erfgoeddecreet van juli 2013, met name:

        als een geheel bewaard worden;

        in goede staat behouden worden;

        beschikbaar gehouden worden voor wetenschappelijk onderzoek.

 

Om het ensemble in de beste condities te bewaren, wordt aangeraden om een ruimte te voorzien die:

        vochtvrij is;

        geen invloed heeft van weer en wind;

        een stabiele temperatuur heeft;

        stofvrij is;

        schimmel- en ongediertevrij is;

        vrij is van verontreiniging;

        beschermd is tegen dieven, vandalen en brand.

 

Het gemeentelijk heemkundig archief kan hiervoor als geschikte ruimte dienen. Er wordt daarom voorgesteld om het archeologisch ensemble als geheel te bewaren in het gemeentelijk heemkundig archief.

 

Juridische gronden

 

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56. § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om de schenking van het archeologisch ensemble de Cassinastraat 2018, voor goedkeuring te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.9. Speelpleinwerking 2022 - prijzen daguitstappen - berekening en voorstel - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de kostprijzen van de daguitstappen van de speelpleinwerking voor 2022 goed te keuren.

 

Motivering

 

Het retributiereglement voor de gemeentelijke speelpleinwerking, goedgekeurd in zitting van 28 mei 2020, stelt in artikel 7 dat de prijzen voor occasionele daguitstappen en busvervoer samen met de vraagprijs bij het begin van het werkingsjaar ter goedkeuring dienen voorgelegd te worden aan het college van burgemeester en schepenen.

 

Daarbij rekening houdend met:

        De kostprijzen worden naar boven, op 1 decimaal afgerond.

        Dagprijs voor een volledige dag speelpleinwerking bedraagt 6 euro.

        Prijs voor een halve dag speelpleinwerking (voormiddag of namiddag) bedraagt 3 euro.

        Kostprijzen van tickets kunnen steeds wijzigen aangezien uitgegaan wordt van de kostprijs van vorig jaar.

        Voor alle uitstappen (uitzondering uitstap zee) moeten minstens 35 kinderen ingeschreven zijn. Zoniet wordt de uitstap geannuleerd aangezien de uitstap te verliesgevend zou zijn.

 

Daguitstappen zonder ticket

Voor daguitstappen waarvoor geen ticket moet aangekocht worden wordt de kostprijs van het vervoer + de dagprijs aangerekend.

Werkelijke kostprijs = kostprijs bus + dagprijs speelpleinwerking.

Uitstap

Groep

Kostprijs bus (of trein)

Dagprijs

Werkelijke kostprijs

Brielmeersen

Kleuter en lager

330 euro incl. btw (45 kinderen)

7,333 euro/kind

6 euro

13,333 euro

13,40 euro

Gavers

Kleuter en lager

100 euro incl. btw (45 kinderen)

2,222 euro/kind

6 euro

8,222 euro

8,30 euro

Puyenbroeck

Kleuter en lager

400 euro incl. btw (45 kinderen)

8,888 euro/kind

6 euro

14,888 euro

14,90 euro

Kinderboerderij

Kleuter en lager

100 euro incl. btw (45 kinderen)

2,222 euro/kind

6 euro

8,222 euro

8,30 euro

Uitstap zee

 

Lager (vanaf 4e LJ)

13,20 euro/kind

6 euro

19,2 euro

19,20 euro

 

Daguitstappen met ticket

Voor daguitstappen waarvoor wel een ticket moet aangekocht worden wordt de kostprijs van het vervoer + de kostprijs van het ticket aangerekend.

Werkelijke kostprijs = kostprijs bus + kostprijs ticket

Uitstap

Groep

Kostprijs bus

Kostprijs ticket

Werkelijke kostprijs

Bellewaerde

Lager

660 euro incl. btw (85 kinderen)-> + 15 moni’s

7,764 euro/kind

22 euro

29,764 euro

29,80 euro

Boudewijn seapark

Kleuter

500 euro incl. btw (50 kinderen) -> + 10 moni’s

10 euro/kind

 

18 euro

28 euro

28,00 euro

 

Zwemmen

De speelpleinwerking gaat iedere vrijdagvoormiddag zwemmen.

Voor de uitstap naar het zwembad wordt de kostprijs van het vervoer + kostprijs van het ticket aangerekend.

Werkelijke kostprijs = kostprijs bus + kostprijs ticket.

Uitstap

Groep

Kostprijs bus

Kostprijs ticket

Werkelijke kostprijs

Zwemmen

Kleuter en lager

100 euro incl. btw (45 kinderen)

2,222 euro/kind

90 euro/45 kinderen
2 euro/ kind

4,222 euro

4,30 euro

 

Voor de uitstap naar het zwembad in combinatie met een namiddag speelpleinwerking wordt de werkelijke kostprijs voor het zwemmen + de prijs voor een halve dag speelpleinwerking aangerekend.

Werkelijke kostprijs = werkelijke kostprijs zwemmen + prijs halve dag speelpleinwerking

Uitstap

Groep

Werkelijke kostprijs zwemmen

Prijs halve dag

Werkelijke kostprijs

Zwemmen + namiddag

Kleuter en lager

4,222 euro

3 euro

7,222 euro

7,30 euro

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Retributiereglement voor de gemeentelijke speelpleinwerking, goedgekeurd in gemeenteraad van 28 mei 2020

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

7450,3 euro

Actie

Overig beleid

Jaarbudgetrekening

GBB / 0751-00 / 70000001

Visum

Niet vereist

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met de kostprijzen voor de daguitstappen van de speelpleinwerking in 2022.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.10. Speelpleinwerking 2022 - vrijwilligersovereenkomst animatoren - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de vrijwilligersovereenkomst voor de animatoren van speelpleinwerking Kerekewere! voor 2022 goed te keuren.

 

Motivering

 

Voor het organiseren van de gemeentelijke speelpleinwerking Kerekewere! doet de jeugddienst beroep op vrijwilligers. Deze vrijwilligers dienen een vrijwilligersovereenkomst te ondertekenen.

 

Juridische gronden

 

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen keurt de vrijwilligersovereenkomst van gemeentelijke speelpleinwerking Kerekewere! voor de animatoren 2022 goed.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.11. Cultuur - samenwerking met Wild van Klassiek vzw - afrekening - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de afrekening, volgens de samenwerking met vzw Wild van Klassiek, goed te keuren.

 

Motivering

 

Deze samenwerkingsvorm werd in het college van burgemeester en schepenen van 9 juni 2021 goedgekeurd. De afrekening gebeurt naar aanleiding van de voorstelling van Norbert Detaeye op 17 december 2021 in de Sint-Columbakerk.

 

Volgens het samenwerkingsmodel dat in zitting van 9 juni 2021 werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen, ontvangt vzw Wild van Klassiek:

        10 % van de ticketinkomsten (10 % van 933 euro = 93,30 euro)

        50 % van de winst van de verkoop in de bar (er was geen bar, dus ook geen baropbrengst)

 

Dit resulteert in een totaalbedrag van 93,30 euro.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Beslissing college van burgemeester en schepenen van 9 juni 2021 (punt C.10)

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

93,30 euro

Actie

Cultuur- en schoolprogrammatie

Jaarbudgetrekening

GBB/0705-00/61320001

Visum

geen visum

 

Dit bedrag mag betaald worden op rekeningnummer BE40 7384 0811 2263 op naam van Wild van Klassiek vzw.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de afrekening van de samenwerking met Wild van Klassiek vzw in 2021, goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.12. Cultuur - schoolprogrammatie - inschrijving theaterspel 'Voor de Show' - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om het extra aanvullend aanbod op de schoolprogrammatie van OC d'Iefte, door in te tekenen op het digitaal theaterspel 'Voor De Show' van Cultuurconnect, goed te keuren.

 

Motivering

 

Elk jaar organiseert de cultuurdienst enkele voorstellingen voor de leerlingen van alle Deerlijkse scholen. Op die manier wil de gemeente de leerlingen binnen de lessen vertrouwd maken met kunst en cultuur en het bijwonen van voorstellingen in een cultuurcentrum.

 

Om hier in de lessen verder mee aan de slag te gaan, ontwikkelde Cultuurconnect een digitaal theaterspel dat zowel individueel op een laptop als collectief via presentatie of digibord gespeeld kan worden door de leerlingen. Het spel bestaat uit een 3D-wandeling door het cultuurcentrum (OC d'Iefte) met enkele opdrachten die gelinkt zijn aan het cultuurcentrum of aan de specifieke voorstelling. Door dit aan te bieden wordt er een extra dimensie toegevoegd aan de beleving voor de leerlingen. Tot op vandaag werd er enkel een lesmap voorzien op papier, maar deze werd niet altijd gebruikt door de leerkrachten. Door dit digitaal en interactief aan te bieden, worden zowel de drempel als de werklast voor de leerkrachten verlaagd.

 

De instapkost (opmaken van 3D-beelden van OC d'Iefte) bedraagt 1.500 euro. De 3D-beelden worden eigendom van de gemeente en kunnen ook voor andere doeleinden gebruikt worden. De jaarlijkse licentiekost (softwarepakket) bedraagt 968 euro.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

2.468 euro

Actie

Overig beleid - cultuur- en schoolprogrammatie

Jaarbudgetrekening

GBB/0705-00/61320001

Visum

geen visum

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit in te tekenen op het digitaal theaterspel 'Voor de Show', als verlengstuk op de jaarlijkse schoolprogrammatie van OC d'Iefte.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.13. Cultuur - busvervoer schoolvoorstellingen - principiële goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de financiering van het busvervoer bij de schoolprogrammatie van OC d'Iefte principieel goed te keuren.

 

Motivering

 

OC d'Iefte biedt elk schooljaar schoolvoorstellingen aan voor de Deerlijkse scholen. Op die manier kunnen alle leerlingen kennismaken met het cultuuraanbod en met de werking van een cultuurcentrum.

 

Voor sommige scholen is het niet steeds evident om ter plaatse te geraken en moet er een bus ingelegd worden. Er wordt voorgesteld om voor elke klas één keer per jaar een bus te betalen om deze voorstellingen te kunnen bijwonen. Er wordt bij het begin van het schooljaar bevraagd of er een bus nodig is of dat de verplaatsing op een alternatieve manier kan gebeuren (fiets, vervoer door ouders, te voet).

 

Voor schooljaar 2021-2022 gaat dit om bussen voor de leerlingen van VBS Belgiek en VBS Sint-Lodewijk.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

1.100 euro

Actie

Cultuur- en schoolprogrammatie

Jaarbudgetrekening

0705-00 / 61320001

Visum

geen visum

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de financiering van het busvervoer voor de Deerlijkse scholen in het kader van de schoolprogammatie van d'Iefte principieel goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.14. Feestelijkheden - plaatsen werfhekkens op openbaar domein - theatervoorstelling Beweging.net - 17 februari 2022 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het tijdelijk plaatsen van werfhekkens ter promotie van de theatervoorstelling 'Fractie van een seconde', georganiseerd door Beweging.net in samenwerking met het Deerlijks Vormingswerk.

 

Motivering

 

Op 18 december 2021 vraagt Beweging.net per brief of de gemeente werfhekkens kan voorzien in functie van het ophangen van banners ter promotie van hun theatervoorstelling 'Fractie van een seconde' op 17 februari 2022 in OC d'Iefte.

 

Om dit evenement in de kijker te plaatsen had Beweging.net graag banners geplaatst op werfhekkens op volgende plaatsen in Deerlijk, van maandag 24 januari 2022 tot aan de voorstelling:

 

        kruispunt Molenhoek

        parking kerk Sint-Lodewijk

        kerk Sint-Columba

        Statie Deerlijk

        kruispunt Belgiek

 

Bij eerdere aanvragen van organisatoren om herasopstellingen met spandoeken te voorzien, ter promotie van hun evenement, werden volgende locaties door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd:

 

        kruispunt Molenhoek

        recht tegenover kerk Sint-Lodewijk

        kerk centrum (kant Hoogstraat)

        kruispunt Belgiek

        Statie (dicht bij de overweg)

 

Om een wildgroei van dergelijke herasopstellingen, in aanvulling van de gemeentelijke roosters, te vermijden, adviseren de gemeentediensten om enkel opstellingen door de gemeente te voorzien op bovenstaande vijf reeds eerder goedgekeurde, strategisch in het oog springende locaties.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit Beweging.net medewerking te verlenen ter promotie van hun evenement door herasopstellingen te voorzien op volgende locaties, en dit vanaf 24 januari 2022 tot en met de dag van de voorstelling, 17 februari 2022:

 

        kruispunt Molenhoek

        recht tegenover kerk Sint-Lodewijk

        kerk centrum (kant Hoogstraat)

        kruispunt Belgiek

        Statie (dicht bij de overweg)

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.15. OMV 2021_165 - Desselgemse steenweg 44 - beslissing deputatie - aktename -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de beslissing over de aanvraag tot omgevingsvergunning, ingediend door Kathleen Verhelst namens I.D.D. NV gevestigd Stationsstraat 30 te 8460 Oudenburg en Kathleen Verhelst namens VERHELST BOUWMATERIALEN NV gevestigd Stationsstraat 30 te 8460 Oudenburg.  Het betreft een aanvraag tot het bouwen van luifels, silo's en aanpassing van de verharding alsook een actualisatie van de reeds vergunde Vlarem rubrieken, op een perceel gelegen Desselgemse steenweg 44, 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Op 16 december 2021 heeft de deputatie van de provincie West-Vlaanderen een voorwaardelijke omgevingsvergunning verleend.

 

De omgevingsvergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden:

        Een infiltratie-/buffervoorziening cfr. de bepalingen GSV en de in de omgevingsvergunnning vermelde bepalingen dient strikt te worden voorzien.

        De aanvraag dient rekening te houden met de wetgeving op de onbevaarbare waterlopen cfr. de in de omgevingsvergunning vermelde bepalingen van de 5 m onderhoudsstrook van de waterloop (geen lozingsput, infiltratievoorziening of controleput in de 5 m-strook).

        De vrijgekomen aarde dient cfr. de bepalingen (afvoeren en/of via vergunning) van de omgevingsvergunning, te worden verwerkt.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden staan in titel II en titel III van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

        De voorwaarden met betrekking tot het voorkomen van stof-, trillings- en geluidshinder die opgenomen werden in de basisvergunning, verleend op 19 juli 2018 door de Bestendige Deputatie van de provincie West-Vlaanderen moeten onverminderd geldig blijven.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

        Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen

        Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)

        Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II) en zijn bijlagen

        Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit akte te nemen van de beslissing (voorwaardelijk vergund) van de deputatie van de provincie West-Vlaanderen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.16. OMV 2021_235 - Beverenstraat 61 - melding IIOA klasse 3 - aktename -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor de tijdelijke bronbemalingen voor de plaatsing van een zwembad en hemelwaterputten op een perceel gelegen Beverenstraat 61 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 118 B2, (afd. 1) sectie A 118 P, (afd. 1) sectie A 118 A2, (afd. 1) sectie A 118 E2 en (afd. 1) sectie A 118 D2 ingediend door Carine Vermoere-Vereecke namens VERZEKERINGSMAKELAAR DUJARDIN NV gevestigd Vichtesteenweg 48 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

De melding ingediend door Carine Vermoere-Vereecke namens VERZEKERINGSMAKELAAR DUJARDIN NV gevestigd Vichtesteenweg 48 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 21 december 2021.

 

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

 

Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt: “De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.

 

Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.

 

Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”

 

VOORWERP VAN DE MELDING

 

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Beverenstraat 61, kadastraal bekend afdeling 1 sectie A nrs. 118B2, 118P, 118A2, 118E2 en 118D2.

 

De melding omvat de volgende ingedeelde inrichting of activiteit: tijdelijke bronbemalingen voor de plaatsing van een zwembad en hemelwaterputten.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

53.2.2°a)

Bij het plaatsen van regenwaterputten en bouwen van een zwembad is tijdelijke bronbemaling vereist. (Nieuw)

2655 m³/jaar

3

 

BEVOEGDHEID

 

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.

 

Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

 

ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER

 

Er zijn geen stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.

 

De gemelde exploitatie van een ingedeelde inrichting en/of activiteit is meldingsplichtig en

niet verboden.

 

De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het

meldingsdossier. Er zijn geen adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen

plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit alles met omzichtigheid benaderd worden.

 

De ingedeelde inrichting en/of activiteit is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de

exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

 

Indien meer dan 10 m³ per uur bemalingswater geloosd wordt op een

rioolwaterzuiveringsinstallatie van Aquafin moet een toelating gevraagd worden aan Aquafin

(https://www.aquafin.be - lozen van bemalingswater)

 

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, § 3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene

bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandsregels.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

        Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)

        Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door Carine Vermoere-Vereecke namens VERZEKERINGSMAKELAAR DUJARDIN NV gevestigd Vichtesteenweg 48 te 8540 Deerlijk voor de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde  tijdelijke bronbemalingen voor de plaatsing van een zwembad en hemelwaterputten gelegen Beverenstraat 61 te Deerlijk.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

53.2.2°a)

Bij het plaatsen van regenwaterputten en bouwen van een zwembad is tijdelijke bronbemaling vereist. (Nieuw)

2655 m³/jaar

3

 

Artikel 2

 

De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.

 

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

 

Indien meer dan 10 m³ per uur bemalingswater geloosd wordt op een rioolwaterzuiveringsinstallatie van Aquafin moet een toelating gevraagd worden aan Aquafin (https://www.aquafin.be - lozen van bemalingswater)

 

Uitvoerbaarheid

U mag het project uitvoeren of exploiteren de dag na de datum van de betekening van de meldingsakte.

 

Aanplakking

U moet de meldingsakte bekend maken door de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de melding uitgevoerd zal worden conform artikel 139 BVR OVG.

De aanplakking gebeurt conform artikel 59 BVR OVG waarbij de vergunningsaanvrager gelezen moet worden als de persoon die de melding verricht. Het opschrift van de aan te plakken affiche luidt : "BEKENDMAKING MELDINGSAKTE".

 

Verval

De meldingsakte vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de gemelde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de meldingsakte;

2° als het uitvoeren van de gemelde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

3° als de gemelde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de gemelde stedenbouwkundige handelingen;

4° als de exploitatie van de gemelde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de meldingsakte aanvangt.

 

De meldingsakte voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de exploitatie van de gemelde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan.

 

Beroepsmogelijkheid

U kan tegen deze beslissing een verzoekschrift tot schorsing en/of vernietiging indienen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen op het volgende adres:

Raad voor Vergunningsbetwistingen

p/a Dienst van de Bestuursrechtscolleges

Koning Albert II-laan 35 bus 81

1030 Brussel

 

U doet dit op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending (dit is per aangetekende brief of door neerlegging ter griffie) binnen een vervaltermijn van 45 dagen die ingaat de dag na de betekening van deze beslissing.

 

Het verzoekschrift wordt in vijfvoud ingediend, namelijk één origineel en vier afschriften (fotokopies of een digitale kopie). Gelijktijdig met de indiening van het verzoekschrift stuurt u een afschrift van het verzoekschrift ter informatie aan de verwerende partij (dit is de overheid die de beslissing genomen heeft).

U bent een rolrecht verschuldigd van:

        200 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot vernietiging;

        100 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot schorsing of tot schorsing wegens uiterst dringende noodzakelijkheid.

 

U betaalt het rolrecht binnen een termijn van 15 dagen, die ingaat de dag na deze van de betekening van het verzoek daartoe door de griffier van de Raad. Als het bedrag niet binnen de termijn van 15 dagen is gestort wordt het beroep niet-ontvankelijk verklaard.

 

Meer info

De procedure voor de Raad van Vergunningsbetwistingen wordt geregeld in

        het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges,

        het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

        het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse Bestuursrechtscolleges.

Meer info vindt u op de website van de Raad voor Vergunningsbetwistingen.

(http://www.dbrc.be/vergunningsbetwistingen)

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.17. OMV 2021_202 - Kortrijkse heerweg 5 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen van een woning ifv uitbreiding B&B, het aanleggen van een zwembad met poolhouse en het bouwen van een carport, op een perceel gelegen Kortrijkse heerweg 5 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 50 L, (afd. 2) sectie C 50 M, (afd. 2) sectie C 50 P en (afd. 2) sectie C 50 F2 aangevraagd door de heer Akinjide Abdullai wonende Kortrijkse heerweg 5 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  21 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De overloop van het zwembad dient rechtstreeks aangesloten te worden op de DWA.

        Elke verbinding tussen het private zwembad en de B&B is uitgesloten.

        De verharde ruimte  in de voortuinstrook die volgens de plannen onthard wordt, moet onthard zijn binnen de geldigheid van voorliggende vergunning.

        In de voortuin moeten de parkeerplaatsen in functie van de B&B op de reeds verharde zone afgebakend worden.

        De verharding tussen het zwembad en de tuinzone moet teruggebracht worden  van 2 m naar een breedte van 1 m en ook de verharding van het terras tussen zwembad en poolhouse moet ten opzichte van de tuin met 1 m verminderd worden (conform het aangepaste plan zoals overgemaakt op 2 december 2021).

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

  1. Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 oktober 1941 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een villa.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 20 april 2016 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van een woning met kantoor en het bouwen van een poolhouse met zwembad.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning met voorwaarden afgeleverd op 16 augustus 2018 door het college van burgemeester en schepenen voor functiewijziging van bestaande kantoorfunctie naar horeca met dagkamerverhuur en wellness + aanleg zwembad.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van ca. 5.000 m² en is gelegen langs de Kortrijkse heerweg op ongeveer 500 m ten westen van de kern van Deerlijk. De Kortrijkse heerweg is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Het perceel is bebouwd. Op het perceel bevindt zich een alleenstaande woning met diverse aangebouwde bijgebouwen aanwezig met dagkamerverhuur. Het hoofdvolume van de woning bestaat deels uit 1 bouwlaag, deels uit 2 bouwlagen en een hellend dak. De muren zijn wit geschilderd en de dakbedekking bestaat uit rode dakpannen.

De horeca-gelegenheid (dagkamers) bevindt zich in het linkergedeelte van het gebouw en telt 4 kamers op het verdiep met telkens een eigen sanitaire ruimte. In functie van het dagkamerverhuur is er op het gelijkvloers een gelagzaal, met bar en zitruimte, sanitairruimte,  zwembad, sauna en wellnessruimte.

Achteraan de woning bevindt zich de private tuin bij de woning. Dit gedeelte is niet toegankelijk voor het publiek. In de tuin is een groot terras aanwezig, alsook een grote oppervlakte in gebruik als stapelruimte. Rondom het perceel is een hoge haag die het terrein visueel afschermt van de openbare weg.

In de voortuin bevindt zich langs beide perceelsgrenzen een oprit en een voortuin met  wadi. Er wordt opgemerkt dat de bestaande toestand van de voortuin niet in overeenstemming is met de werkelijke toestand (luchtfoto). Op het terrein is de voortuin voor een groot stuk meer verhard dan op plan weergegeven.

 

De omgeving wordt gekenmerkt door een menging aan functies en gebouwenvolumes binnen een verstedelijkte omgeving. Het wonen bestaat er bijna uitsluitend uit eengezinswoningen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Verbouwing en uitbreiding woning met B&B.

De aanvraag betreft het verbouwen en uitbreiden van een bestaande eengezinswoning met kamerverhuur/B&B.

De uitbreiding bevindt zich op het 1e verdiep links achteraan de woning. De kroonlijst van het bestaande volume waarbinnen zich de buitentrap bevindt, wordt opgetrokken. Er wordt opnieuw gewerkt met een plat dak. De kroonlijsthoogte van dit gedeelte bedraagt 4,30 m. Het materiaalgebruik voor het nieuwe volume betreft houten gevelbekleding.

Het bestaande hoofdvolume wordt intern verbouwd. Het gelijkvloers bestaat na verbouwing en uitbreiding uit een woning en een ruimte voor de B&B. De B&B ruimte bestaat uit een ontbijtzaal, sanitair, berging, sauna en fitness.

Op het verdiep wordt de bestaande toestand met 4 bestaande kamers behouden, en wordt een van de kamers omgevormd tot zithoek met een trap naar de ruimte onder dak.

Onder het dak bevindt zich nog een familiekamer.

In totaal worden in het gebouw 5 kamers voorzien die uitgebaat zullen worden als B&B.

 

Tuinzone

In de tuinzone wordt een bijkomend buitenzwembad met een breedte van 5 m op een lengte van 15 m voorzien. Het zwembad wordt ingeplant op ca. 3 m van de achtergevel van de woning, op 5,80 m van de rechterperceelsgrens. Aansluitend op het zwembad en rondom het nieuwe poolhouse/bijgebouw wordt nog bijkomende verharding voorzien met een totale oppervlakte van 74,35 m².

In de tuinzone wordt een bijgebouw/poolhouse voorzien. Het bijgebouw heeft een breedte van 6,50 m op een diepte van 10,20 m. Het bijgebouw wordt ingeplant deels tegen de achtergevel van de linkeraanbouw van de woning, op 13,80 m van de linkerperceelsgrens. Het bijgebouw wordt afgewerkt met een hellend  dak met een kroonlijsthoogte van 2,60 m en een nokhoogte van 5,60 m. De gevels van het bijgebouw worden voorzien in hout met deels rode dakpannen en deels een rieten dakbedekking.

In de rechtervrijezijstrook wordt een carport/overdekte fietsenstalling gebouwd met een totale oppervlakte van 33,60 m². De carport heeft een breedte van deels 3 m (voorzijde) en deels 2 m (achterzijde) en een diepte van 11,20 m. De carport wordt opgetrokken op 2 m van de rechter perceelsgrens. De carport is langs 3 zijden open, wordt opgetrokken in hout en heeft een plat dak en een kroonlijsthoogte van 3 m.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden niet om advies gevraagd aangezien de aanvraag geen betrekking heeft op werken aan scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

 

  1. Adviezen

Brandweerzone Fluvia, dienst Brandpreventie werd om advies verzocht op 9 november 2021. De adviesinstantie bracht op 18 november 2021 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘Het voorwerp van de aanvraag, bouwen van een poolhouse van ca. 65 m², en zwembad impliceert geen brandvoorkomingsmaatregelen, voor zover voldaan wordt aan de algemene reglementeringen (bv. ARAB, CODEX, AREI, VLAREM,..) en normeringen.

De uitbating als gastenkamers maakt geen deel uit van dit verslag omdat er onvoldoende gegevens bekend zijn om een adequaat advies uit te brengen m.b.t. het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 2017 tot vaststelling van de specifieke brandveiligheidsnormen waaraan het toeristische logies moet voldoen.

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de voorschriften van het woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een bestaande woning en kamerverhuur in een stedelijke context zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kortrijkse heerweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 5.000 liter en een referentieoppervlakte van 7,5 m². Bijgevolg dient in alle redelijkheid geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

Er wordt opgemerkt dat de overloop van het zwembad voorzien wordt naar de infiltratieput en daarna naar de wadi. Dat kan niet aanvaard worden. De overloop van het zwembad dient rechtstreeks aangesloten te worden op de DWA. Dit wordt opgelegd als voorwaarde.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Functie:

De aanvraag heeft betrekking op het verbouwen en uitbreiden van een bestaande eengezinswoning met kamerverhuur/B&B. Deze functie blijft ongewijzigd en is passend binnen deze verstedelijkte omgeving.

Het ontwerp zorgt voor een verruiming, herindeling en rationalisering van de B&B en beantwoordt zodoende aan de huidige normen van wooncomfort.

Het private zwembad wordt voorzien bij de woning en niet bij de B&B. Indien een gebruik voor de B&B gewenst is dan is een gemengd dossier met IIOA vereist. Teneinde het private zwembad en de B&B volledig gescheiden te houden van elkaar is elke verbinding tussen beiden uitgesloten van vergunning. Dit wordt opgelegd in de voorwaarden

 

Inplanting en bouwvolume:

De inplanting van de woning/B&B blijft ongewijzigd. De nieuwe achterbouw ifv de B&B wordt gerealiseerd bovenop de bestaande aanbouw, waardoor de totale gelijkvloerse bouwdiepte gelijk blijft. Op die manier vormt de bebouwing na de werken een compact geheel. Het perceel is voldoende ruim en een dergelijke uitbreiding op het verdiep laat een kwalitatieve inrichting van de leefruimtes van de B&B toe.

Het hoofdgebouw van de woning/B&B blijft ongewijzigd, er worden wel enkele interne verbouwingswerken uitgevoerd.  Er wordt geen hinder verwacht voor de omringende percelen. De bouwdiepte is immers vergelijkbaar met deze van de buren, de bouwhoogte is aanvaardbaar en de afstand tot de zijperceelsgrenzen is ruim voldoende.

Het gevraagde is inpasbaar in de betreffende omgeving.

De nieuwe carport wordt ingeplant in de vrije zijtuinstrook op meer dan 3 m achter de uiterste voorgevelbouwlijn waardoor het open karakter van de woning behouden blijft en op 2 m van de rechterzijperceelsgrens waardoor de impact voor de buren slechts beperkt zal zijn.

 

Verschijningsvorm: 

De voorgevel blijft ongewijzigd waardoor het ontwerp geen rechtstreekse impact heeft op het straatbeeld. Door het gemetselde muurtje in combinatie met de haag op de rooilijn is de woning nauwelijks zichtbaar vanaf de openbare weg.

De uitbreiding integreert zich door zijn materiaalgebruik (metselwerk) binnen de bestaande bebouwing.

 

Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

De functie van eengezinswoning met B&B blijft behouden, bijgevolg wordt geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht. Echter wordt vastgesteld dat er geen parkeerplaatsen worden voorzien op eigen terrein ifv de activiteiten. Niettegenstaande er voldoende verharde ruimte is in de voortuinstrook (er wordt cfr. de plannen zelfs een stuk onthard) lijkt het noodzakelijk om de parkeerplaatsen af te bakenen. Dat wordt opgelegd als voorwaarde. Ook het uitvoeren van de ontharding in de voortuinstrook wordt als voorwaarde opgelegd.

In de rechter vrije zijstrook wordt een carport/fietsenberging gebouwd ifv de woning tot op 2m van de zijkavelgrens en dit over de volledige diepte van de woning. Er wordt echter een overgedimensioneerde overdekte fietsenstalling voorzien. Daarom wordt de bouwdiepte van de carport beperkt tot een diepte van 8m vanaf de voorgevel.

 

Groen- en omgevingsaanleg:

Achter de woning is op vandaag reeds een ruim terras aanwezig. De aanvraag betreft het uitbreiden van de bestaande verharding met 74 m² en het aanleggen van een zwembad van 75 m². Dat betekent een bijkomende verharding van ongeveer 15 0m², bovenop de reeds bestaande verharding met een oppervlakte van 165 m². De tuinzone heeft een oppervlakte van 3.048 m² waardoor de verharde oppervlakte te verantwoorden valt.

De verharding rondom het zwembad is echter wel overgedimensioneerd. Na overleg met de architect werd de verharding tussen het zwembad en de tuinzone teruggebracht van 2 m naar een breedte van 1 m en werd ook de verharding van het terras tussen zwembad en poolhouse met 1 m verminderd (zie aangepast inplantingsplan d.d. 2 december 2021).

Het bestaande terras achter de woning is een vergunde verharding. In functie van infiltratie van hemelwater en vermindering van hittewerking door de verharde oppervlakte wordt gesuggereerd de mogelijkheid te onderzoeken om uitsparingen te voorzien in de (bestaande) verharding. Dit kan echter niet opgelegd worden als voorwaarde gelet op de vergunde toestand van de verharding.

 

Het ontwerp kan, mits het voldoen aan de voorwaarden, bijgevolg verenigbaar zijn met onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.m       Bespreking adviezen

Advies Fluvia

Aangezien het advies gunstig is voor de bouw van het zwembad en poolhouse (voorwerp van de aanvraag) zijn geen bijkomende voorwaarden op te leggen.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Akinjide Abdullai wonende Kortrijkse heerweg 5 te 8540 Deerlijk, voor het verbouwen van een woning ifv uitbreiding B&B, aanleggen van een zwembad met poolhouse en bouwen carport, op een perceel gelegen Kortrijkse heerweg 5 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 50 L, (afd. 2) sectie C 50 M, (afd. 2) sectie C 50 P en (afd. 2) sectie C 50 F2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De overloop van het zwembad dient rechtstreeks aangesloten te worden op de DWA.

        Elke verbinding tussen het private zwembad en de B&B is uitgesloten.

        De verharde ruimte  in de voortuinstrook die volgens de plannen onthard wordt, moet onthard zijn binnen de geldigheid van voorliggende vergunning.

        In de voortuin moeten de parkeerplaatsen in functie van de B&B op de reeds verharde zone afgebakend worden.

        De verharding tussen het zwembad en de tuinzone moet teruggebracht worden  van 2 m naar een breedte van 1 m en ook de verharding van het terras tussen zwembad en poolhouse moet ten opzichte van de tuin met 1 m verminderd worden (conform het aangepaste plan zoals overgemaakt op 2 december 2021).

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.18. OMV 2021_200 - Wafelstraat 22 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het slopen en herbouwen van een zonevreemde woning, op een perceel gelegen Wafelstraat 22 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 834 B2 aangevraagd door Van Eeckhout - Dejager wonende Wafelstraat 22 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  21 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        In de voortuin kan een oprit voorzien worden met een breedte van maximaal 6,27 m naar de carport. Deze moet aangelegd worden in waterdoorlatende materialen.

        De rest van de voortuin moet ingericht worden met laagstammig groen.

        Langs de rooilijn moet een haag aangeplant worden.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag wijkt af van de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 16 juli 1953 door het college van burgemeester en schepenen voor de verbouwing van een woonhuis.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 9 maart 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor de verbouwing van van voorgevel van een woonhuis

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 21 maart 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor het aanbouwen (uitbreiden van bestaande) van een hoenderhok te dekken met gegolfde eternietplaten, bij zijn woonhuis op meer dan 200 m van de straat.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 23 juli 1959 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een afsluiting-betonplaat/ursusdraad rondom zijn eigendom.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd 12 mei 1960 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van bouwvallige bergplaats palend aan woonhuis, waarna heropbouw ervan in baksteen met pannen.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 maart 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning (na sloping bestaande)

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 15 maart 1977 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een tuinhuisje (2x3 m) achter de woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 20 januari 2016 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een berging van 17,33 m²

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 482 m² en is gelegen langs de Wafelstraat op ongeveer 2 km ten zuidoosten van de kern van Deerlijk. De Wafelstraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Het is een vrij landelijke en smalle weg geflankeerd met lintbebouwing.

Het perceel is bebouwd. Op het perceel bevindt zich een halfopen woning, ingeplant op minstens 3,77 m achter de rooilijn. De woning is opgetrokken met 1 bouwlaag en een hellend dak. Er zijn geen bijgebouwen in de tuin.

De omgeving is een eerder landelijke, agrarische omgeving. Het wonen bestaat er bijna uitsluitend uit eengezinswoningen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst een halfopen eengezinswoning te bouwen na het slopen van de bestaande woning.

De woning wordt ingeplant op min. 3,77 m van de rooilijn, op de rechterzijperceelsgrens en op 3,68 m van de linkerzijperceelsgrens. De afstand tot de achterkavelgrens bedraagt 9,40 m. De woning heeft een breedte van 13,50 m op een diepte van 15 m.

De woning bestaat hoofdzakelijk uit twee bouwlagen met plat dak. De verbinding met de naastliggende woning bestaat uit een voorbouw opgetrokken met 1 bouwlaag en een hellend dak. De kroonlijsthoogte hiervan bedraagt 3,17 m en de nokhoogte ligt op 6,59 m. De kroonlijsthoogte van het hoofdvolume bedraagt 6,19 m.

Op het gelijkvloers bevindt zich een dubbele garage, een bureel, zit- en eetruimte en open keuken en dubbele berging. De voordeur van de woning is bereikbaar via de carport. Op de verdieping worden 4 slaapkamers, een badkamer, zolder en technische ruimte ondergebracht.

De gevels worden afgewerkt in donker rood genuanceerde gevelsteen, de dakbedekking bestaat uit zwarte dakpannen en het schrijnwerk is voorzien in zwart aluminium. De zichtbare gevel thv de carport wordt voorzien in witte crepie.

Uit de plannen is niet duidelijk op te maken hoe en in welke materialen de verharding voorzien wordt in de voortuinstrook. Evenmin wordt aanduiding gemaakt van een terras.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden op 16 november 2021 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

  1. Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.  

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

De aanvraag dient getoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de voorschriften van het agrarisch gebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 11.4.1. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

Agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven.

Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht op ten minste 300m van een woongebied of op ten minste 100m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

De aanvraag valt onder de basisrechten voor zonevreemde constructies van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening voor wat betreft de herbouw van de zonevreemde woning waarbij artikel 4.4.13 stelt dat in alle bestemmingsgebieden de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning voor het herbouwen van een bestaande zonevreemde woning op dezelfde plaats, op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal en de nieuwe woning ten minste drie kwart van de bestaande woonoppervlakte overlapt en waarbij artikel 4.4.15 stelt dat het uitbreiden vergunbaar is voor zover het bouwvolume beperkt blijft tot ten hoogste 1.000m³ en op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal.

In het voorliggend ontwerp blijft het aantal woongelegenheden behouden. De bestaande woning heeft een bruto bouwvolume van 490 m³, het nieuwe ontwerp voorziet een bruto bouwvolume van 821 m³ (<1000 m³). De bestaande woning heeft een vloeroppervlakte van 122,50 m² waarvan de nieuwe woning voor meer dan 75% wordt overlapt.

De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening (zie onder). De aanvraag voldoet aan de bepalingen van de codex en is bijgevolg in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Wafelstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 5.000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 2880 liter en een referentieoppervlakte van 4,80 m². In de aanvraag wordt geen verharding voorzien. In het kader van de watertoets dienen de strikt noodzakelijke opritten en toegangen aangelegd worden in waterdoorlatende materialen zodat het water van de verhardingen kan infiltreren in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Functie:

Hoewel de aanvraag geen betrekking heeft op professionele activiteiten of para-agrarische activiteiten, is het herbouwen van de woning in deze lokale ruimtelijke agrarische situatie aanvaardbaar. Het ontwerp veroorzaakt geen schade aan de externe landbouwstructuren en de aanwezige agrarische dynamiek.

De aanvraag heeft betrekking op de herbouw van een eengezinswoning. Deze functie blijft ongewijzigd en is passend binnen deze agrarische omgeving. Het ontwerp zorgt voor een verruiming, herindeling en rationalisering van de woning en beantwoordt zodoende aan de huidige normen van wooncomfort.

 

Inplanting:

De inplanting van de woning op 3,77 m achter de rooilijn blijft ongewijzigd.

De nieuwe woning wordt gerealiseerd op ongeveer dezelfde plaats als de bestaande woning, en sluit aan op de naastliggende woning. Het hoofdvolume wordt op +/- 5 m achter de rooilijn voorzien zodat er voldoende ruimte is om de wagen op een comfortabele manier op eigen terrein te stallen.

  

Bouwvolume en gabarietenplan:

De nieuwe woning neemt deels het gabariet over van de naastliggende woning, wat voor een voldoende ruimtelijk en architecturaal geheel zorgt.

De nieuwe woning heeft een bouwdiepte van 15 m op het gelijkvloers, hetgeen zeker aanvaardbaar is binnen deze omgeving. Het perceel is immers voldoende ruim, en een dergelijke gelijkvloerse bouwdiepte laat een kwalitatieve inrichting van de leef- en slaapruimtes van de woning toe.

Er wordt geen hinder verwacht voor de omringende percelen. De bouwhoogte en -diepte zijn aanvaardbaar. De muren op de perceelgrens worden gewijzigd. Hiervoor werd het akkoord verkregen van de eigenaars van het betreffende buurperceel.

Het gevraagde is inpasbaar in de betreffende omgeving en er is voldaan aan de zonevreemde basisrechten.

 

Verschijningsvorm: 

De woning wordt deels opgetrokken met 1 bouwlaag en hellend dak, deels met twee bouwlagen en plat dak. Hiermee wordt een aansluiting voorzien met de voorgevel van de naastliggende gekoppelde woning waardoor het ontwerp een positieve impact heeft op het straatbeeld.

De woning wordt opgetrokken in metselwerk, waardoor deze geïntegreerd wordt in zijn omgeving.

 

Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

De functie van eengezinswoning blijft behouden, bijgevolg wordt geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht. Er wordt een carport voorzien voor 2 wagens. Tevens wordt er in de carport voldoende ruimte voorzien voor het stallen van fietsen. Eventueel kan de naastliggende berging eveneens aangewend worden voor het stallen van de fietsen.

 

Groen- en omgevingsaanleg:

Het ontwerp voorziet niet in het aanleggen van verharding. Hierdoor wordt ervan uitgegaan dat enkel de strikt noodzakelijke verharding wordt voorzien. Dat betekent dat de verharding in de voortuinstrook zicht beperkt tot een breedte van 6,27 m. Ifv de waterhuishouding dient de oprit te worden voorzien in waterdoorlatende materialen.  De rest van de voortuin dient zoals steeds te worden ingericht als voortuin met laagstammig groen.

Gezien het een hoekwoning betreft in agrarisch gebied dient de afsluiting naar het openbaar domein te bestaan uit een groene haag.

De inrichting van de voortuin, zijnde het voorzien van een oprit met een breedte van max. 6,27m (zijnde de breedte van de carport) in waterdoorlatende materialen, het voorzien van de rest van de voortuin met laagstammig groen en het aanplanten van een haag langs de rooilijn, wordt opgelegd als voorwaarde. De aanplant van een hoogstammige boom in de voortuin wordt aanbevolen.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.m       Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Van Eeckhout - Dejager wonende Wafelstraat 22 te 8540 Deerlijk, voor het slopen en herbouwen van een zonevreemde woning, op een perceel gelegen Wafelstraat 22 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 834 B2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        In de voortuin kan een oprit voorzien worden met een breedte van maximaal 6,27 m naar de carport. Deze moet aangelegd worden in waterdoorlatende materialen.

        De rest van de voortuin moet ingericht worden met laagstammig groen.

        Langs de rooilijn moet een haag aangeplant worden.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.19. OMV 2021_194 - Oliebergstraat 107 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een tuinhuis, op een perceel gelegen Oliebergstraat 107 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 173 F2 aangevraagd door Tania Ghyselen wonende Oliebergstraat 107 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  21 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, RUP Sint-Lodewijk centrum, goedgekeurd op 3 november 2011 met als bestemming zone voor wonen met beperkte nevenfuncties.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 januari 1954 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een premiewoonhuis (tweewoonst).

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 9 maart 1961 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een autobergplaats.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 860 m² en is gelegen langs de Oliebergstraat op ongeveer 300 m ten zuidwesten van de kern van Sint-Lodewijk. De Oliebergstraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Het perceel is bebouwd. Op het perceel bevindt zich een gekoppelde eengezinswoning. De woning bestaat uit 1 bouwlaag en een hellend dak. Links achter de woning staat een bestaande garage opgetrokken op de linkerperceelsgrens met een hellend dak. De voortuin van de woning is met uitzondering van de haag op de rooilijn en de rechterperceelsgrens volledig verhard in steenslag.  De woning beschikt over een diepe tuin. Op vandaag zijn er geen bijgebouwen opgetrokken in de tuinzone.

De omgeving heeft een residentieel karakter en wordt bepaald door de aanwezigheid van eengezinswoningen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

In de tuinzone wordt een bijgebouw voorzien. Het bijgebouw heeft een breedte van 7 m op een diepte van 4,70 m. De oppervlakte bedraagt 32,90 m². Het bijgebouw wordt ingeplant op 3,50 m van de achterkavelgrens, op 1,50 m van beide zijperceelsgrenzen. Het bijgebouw wordt afgewerkt met een plat dak met een kroonlijsthoogte van 2,80 m. De gevels van het bijgebouw worden voorzien in hout. Het bijgebouw bestaat deels uit een afgesloten tuinhuis, deels uit een overdekt terras.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden niet om advies gevraagd aangezien de aanvraag geen betrekking heeft op werken aan scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

 

  1. Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Sint-Lodewijk centrum.

Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP gezien het een bestaande halfopen eengezinswoning betreft, het bijgebouw voorzien wordt in de tuinzone, de maximale vloeroppervlakte niet overschreden wordt en de terreinbezetting beperkt blijft.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oliebergstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40 m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Functie:

De aanvraag heeft betrekking op het bouwen van een tuinhuis bij een eengezinswoning. Deze functie blijft ongewijzigd en is passend binnen deze omgeving.

 

Inplanting en bouwvolume:

De inplanting van de woning op de rooilijn blijft ongewijzigd. Het bijgebouw wordt ingeplant op voldoende afstand van alle perceelsgrenzen waardoor geen hinder verwacht wordt.

Het bijgebouw heeft een hoogte van 2,80 m, wat beperkt is. De bestaande afsluitingen op de perceelsgrens wijzigen niet. De inplanting en het bouwvolume zijn aanvaardbaar in de omgeving.

 

Groen- en omgevingsaanleg:

De woning beschikt over een voldoende ruime tuinzone om een kwalitatieve tuin te kunnen aanleggen.

De werken gaan niet gepaard met bijkomende verhardingswerken.

Er wordt opgemerkt dat de voortuinstrook, met uitzondering van een haag op de rooilijn en rechterperceelsgrens volledig verhard wordt. Deze zone dient steeds te worden aangelegd als voortuin met laagstammig groen. Niettegenstaande dit geen deel uitmaakt van de aanvraag wordt opgemerkt dat de inrichting van een voortuin invloed heeft op het straatbeeld, de verkeersveiligheid en op de goede waterhuishouding. Beplanting, hagen en bomen in de voortuin maken het straatbeeld mooier en zorgen voor het residentiële karakter van een omgeving. Deze groenzones helpen ook bij de infiltratie van het regenwater en halen fijn stof uit de lucht.  Als gangbare norm wordt een voortuinverharding van 50 % van de voortuinoppervlakte gehanteerd. Bij een eventuele heraanleg van de voortuin dient hier in de toekomst rekening mee gehouden te worden i.f.v. het vergroenen van de voortuin.

 

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1 §2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.m       Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Tania Ghyselen wonende Oliebergstraat 107 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een tuinhuis, op een perceel gelegen Oliebergstraat 107 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 173 F2.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.20. OMV 2021_206 - Hoogstraat 78 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het slopen van een aangebouwd bijgebouw, op een perceel gelegen Hoogstraat 78 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 246 V3 aangevraagd door Vincent Vercruysse namens De Gilde CVBA gevestigd Hoogstraat 76 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  22 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

        Indien asbesthoudend afval aanwezig is moet dit met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 februari 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een kristenwerkersverbond.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 december 1980 door het college van burgemeester en schepenen voor het herinrichten (verbouwen) “ De Gilde”.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 juli 1989 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een lichtreclame.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 666 m² en is gelegen langs de Hoogstraat in de kern van Deerlijk. De Hoogstraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Het perceel is bebouwd. Op het perceel bevindt zich een voormalige horecagelegenheid met kantoorgebouw ‘ De Gilde’ en wordt momenteel in gebruik genomen als kinepraktijk, bankinstelling en vergaderzaaltjes van Snooker Pocket en De Gilde cvba. Het hoofdgebouw bestaat deels uit 1 bouwlaag en deels uit 2 bouwlagen met een plat dak. Het te slopen bijgebouwtje heeft een oppervlakte van 66 m², bestaat uit 1 bouwlaag en een plat dak en is opgetrokken in houten planchetten.  Het bijgebouw bevindt zich op de rechter en achterste perceelsgrens

De omgeving is een stedelijke omgeving die gekenmerkt wordt door een menging aan functies, zoals wonen, handel, horeca, kantoren, diensten en gemeenschapsvoorzieningen.  De woonfunctie bestaat zowel uit eengezinswoningen als uit meergezinswoningen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het slopen van een aangebouwd bijgebouwtje met een oppervlakte van 66,61 m² en een volume van 199,83 m³. Het bijgebouw bevindt zich op de achterste en rechter perceelsgrens.

De vrijgekomen gevel wordt geïsoleerd en afgewerkt met houten planchetten.

Alle verharding wordt verwijderd in de zone van de afbraakwerken; het terrein wordt geëffend en afgewerkt met een waterdoorlatende verharding, genre dolomiet.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden op 18 november 2021 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

  1. Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de bestemmingsvoorschriften van het woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op de sloop van een nevengebouwtje zonder impact op de hoofdfunctie van het gebouw zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Hoogstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op de sloop van een bijgebouw bij een bestaande zaak. Deze functie blijft ongewijzigd en is passend binnen deze woonomgeving.

 

De sloop van het bijgebouw heeft een positieve bijdrage op de beeldkwaliteit en de bebouwde oppervlakte van het perceel. De afwerking van de vrijgekomen gevel gebeurt in kwalitatieve materialen zodat de impact op de omgeving door de aanvraag beperkt zal zijn.

In functie van de afwerking van het terrein en het beperken van mogelijke hinder dienen echter wel volgende voorwaarden nageleefd te worden:

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

        Indien asbesthoudend afval aanwezig is moet dit met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet een beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.m       Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Vincent Vercruysse namens De Gilde CVBA gevestigd Hoogstraat 76 te 8540 Deerlijk, voor het slopen van een aangebouwd bijgebouw, op een perceel gelegen Hoogstraat 78 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 246 V3, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

        Indien asbesthoudend afval aanwezig is moet dit met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.21. OMV 2021_197 - Waregemstraat 315 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verharden van een toegangsweg, op een perceel gelegen Waregemstraat 315 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 323 X5, (afd. 1) sectie A 323 B6, (afd. 1) sectie A 323 E7 en (afd. 1) sectie A 323 A6 aangevraagd door de heer Jeroen Vandenberghe, Waregemstraat 315 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  22 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De wijziging van de verharding aan de noord- en oostzijde van de loods op het einde van het perceel, worden uitgesloten uit de vergunning waardoor in deze zone enkel de bestaande steenslagverharding toegelaten is.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag ligt volgens de voorzieningen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk (goedgekeurd 20 januari 2006) in een stedelijk woongebied.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 16 juni 1960 door het college van burgemeester en schepenen voor de vervanging van oude vensterramen door nieuwe met lichte verbreding.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op  18 juni 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een garage.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 15 juli 1992 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een garage.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op  29 juni 2011 door het college van burgemeester en schepenen voor het oprichten van garages na sloop van een bijgebouw en het aanleggen van steenslagverharding.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op  30 november 2011 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van een bestaande woning en het slopen van een autobergplaats.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van ca 1.235 m² en is gelegen langs de Waregemstraat op ongeveer 1.250 m ten oosten van de kern van Deerlijk.  De Waregemstraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Het perceel is bebouwd met garageboxen en een magazijn.

De toegangsweg naar de garageboxen en het magazijn is op vandaag volledig verhard in steenslag.

De omgeving is een vrij stedelijke omgeving die gekenmerkt wordt door een menging aan functies, zoals wonen, handel, diensten en gemeenschapsvoorzieningen. Het wonen bestaat er bijna uitsluitend uit eengezinswoningen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst een bestaande steenslagverharding te vervangen door een waterdichte verharding (asfalt) in functie van de toegankelijkheid van een achterliggend bedrijf en in dienste van de aanwezige garages langs de oprit. De oprit is tot aan het bedrijf ongeveer 100 m lang en heeft een variërende breedte tussen 4 m en 15 m. De open ruimte aan de noord- en oostzijde van de loods worden in de aanvraag ook aangelegd met een asfaltverharding. De aanvrager wenst aan de rechterzijde van de oprit een strook groenvoorziening aan te brengen over de volledige lengte van de oprit.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanpalende eigenaars werden op 16 november 2021 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

  1. Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

De aanvraag ligt volgens de voorzieningen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk (goedgekeurd 20/01/2006) in een stedelijk woongebied.

In deze zone gelden de voorschriften van Art. 7.1. stedelijk woongebied, waarbij §1 als volgt luidt:

Het gebied is bestemd voor wonen, openbare groene en verharde ruimten en aan het wonen verwante voorzieningen. Onder aan het wonen verwante voorzieningen worden verstaan: handel, horeca, bedrijven, openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen, kantoren en diensten, parkeer- en openbaar vervoervoorzieningen, openbare groene en verharde ruimten, socio-culturele inrichtingen en recreatieve voorzieningen.

Het gevraagde is in overeenstemming met het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan gezien de oprit ten dienste staat van het aldaar gevestigd bedrijf.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Waregemstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een infiltratievoorziening aangelegd met een volume van 20.000 liter en een referentieoppervlakte van 32 m². Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aangevraagde werken gebeuren bij een bestaande oprit die nu reeds toegang verschaft aan verschillende garages en een achterliggend bedrijf met behoud van deze functies zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De nieuw aan te leggen verharding dient om de huidige steenslagverharding te vervangen. Deze is op verschillende plaatsen in dermate slechte toestand dat een makkelijke doorgang wordt verhinderd. De aanvrager voorziet zowel aan de voorzijde van de loods, naast de loods als aan de achterzijde van de loods de steenslagverharding te wijzigen naar een niet waterdoorlatende verharding. Het materiaalgebruik is in functie van een duurzame oplossing voor alle betrokken partijen. In de loods zit enkel in de voorgevel een toegangspoort zodat de zij- en achtergevel geen circulatiefunctie hebben. Om de impact van de nieuwe aanleg met ondoorlatende verharding op het bodemwater te beperken is het aangewezen om de huidige (semi) waterdoorlatende steenslagverharding aan de rechter- en achterzijde van de loods te behouden. Als voorwaarde bij het besluit zal opgenomen worden dat deze zones uitgesloten worden uit de vergunning. Tevens voorziet het ontwerp ook een smalle strook groenvoorziening aan de rechterzijde van de oprit wat een positieve impact zal hebben op het bestaande straatbeeld.

Dit ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

 

7.l           Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.m       Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Jeroen Vandenberghe, Waregemstraat 315 te 8540 Deerlijk, voor het verharden van een toegangsweg, op een perceel gelegen Waregemstraat 315 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 323 X5, (afd. 1) sectie A 323 B6, (afd. 1) sectie A 323 E7 en (afd. 1) sectie A 323 A6, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De wijziging van de verharding aan de noord- en oostzijde van de loods op het einde van het perceel, worden uitgesloten uit de vergunning waardoor in deze zone enkel de bestaande steenslagverharding toegelaten is.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.22. OMV 2021_208 - Kortrijkse heerweg 94 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning voor vegetatiewijziging te verlenen voor het rooien van 8 dode hoogstammige bomen, op een perceel gelegen Kortrijkse heerweg 94 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 9 T en (afd. 1) sectie A 9 W aangevraagd door mevrouw Viviane Rigolle wonende Kortrijkse heerweg 94 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  22 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig.

Er dient voldaan te worden aan de volgende voorwaarden:

        De werken worden uitgevoerd buiten het broedseizoen (niet in de periode tussen 1 maart en 1 juli).

        Het eerstvolgende plantseizoen wordt overgegaan tot het heraanplanten met minstens evenveel bomen. Heraanplanten moet gebeuren met een inheemse streekeigen boomsoort van eerste grootteorde zoals zomereik, populier, beuk, linde, …

        De bomen moeten minstens maat 12-14 hebben.

        De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant: ; dit houdt o.a. in:

        de plantput moet voldoende groot zijn en aangevuld worden met goede grond (zonder afval of stenen);

        er wordt een steunpaal of wortelverankering voorzien.

        De aanvrager wordt er toe gehouden om op zijn perceel minstens 8 nieuwe hoogstammige bomen tot volle wasdom te brengen.

        De voorwaarde uit het advies van Natuur en Bos in verband met de bescherming van in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen dient strikt nageleefd te worden.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woonuitbreidingsgebied en natuurgebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Provinciale verordening inzake het overwelven van baangrachten, vastgesteld door de provincieraad in zitting van 23 juli 2008.

     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 23 februari 2000 door het college van burgemeester en schepenen voor het gedeeltelijk ontbossen van een bestaand bos met heraanplanting op een andere plaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 18 juni 2014 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande milieuvergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande omgevingsvergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.Beschrijving van de omgeving

Het onderwerp van de aanvraag is gelegen op een perceel van ongeveer 1,1 ha tussen de N36 en een klein bedrijventerrein, langs de Kortrijkse heerweg, in het noordwesten van de gemeente Deerlijk. De bomenrij staat voor het grootste deel langsheen een centrale paardenweide en het naast gelegen bedrijventerrein in een bestemming als natuurgebied volgens het gewestplan. De meest zuidelijke bomen staan binnen een woonuitbreidingsgebied. Aan de oostelijke zijde van het perceel is een bestaand bos aanwezig met een bosuitbreiding in het noordoostelijke deel van het perceel.

 

3.b.Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag heeft geen betrekking op een stedenbouwkundige handeling.

 

3.c.Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

3.d.Beschrijving van de aangevraagde vegetatiewijziging

De aanvrager wenst in een rij van 20 populieren, 8 dode exemplaren te rooien. De rij bomen staat op de westelijke zijde van het perceel dat grotendeels gelegen is in natuurgebied volgens het gewestplan. Door het feit dat deze bomen in de zomer geen blad meer dragen wordt ervan uitgegaan dat deze bomen dood zijn en bij windworp een reëel gevaar kunnen vormen voor de buren.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

  1. Adviezen

Het Agentschap Natuur & Bos werd om advies verzocht op 19 november 2021. De adviesinstantie bracht op 7 december 2021 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘De aanvraag betreft het kappen van acht dode populieren. Deze bomen zijn dood, verliezen hun takken en kunnen een gevaar vormen voor de nabijgelegen buren. Over bomen 1, 2 en 3 (volgens overzichtsplan met fotoaanduiding) heeft het ANB geen adviesplicht gezien de ligging in woonuitbreidingsgebied en de bomen vallen niet onder toepassing van het Bosdecreet. De bomen 4 tot en met 20 liggen in natuurgebied.

In de aanvraag wordt er geen herstel voorgesteld; er wordt enkel beschreven dat er geen negatieve effecten te verwachten zijn. Heraanplanten is noodzakelijk zodat er geen vermijdbare schade aan de natuur kan ontstaan. Bovendien hebben bomenrijen een grote landschappelijke en ecologische waarde.

De bomen mogen gekapt worden indien voorzien wordt in een kwalitatieve heraanplanting.

Bij het aanplanten is het belangrijk dat de nodige voorzorgsmaatregelen worden genomen opdat de bomen zouden aanslaan en uitgroeien tot volwaardige bomen zoals

        de plantput moet voldoende groot zijn en aangevuld worden met goede grond (zonder afval of stenen),

        er wordt een steunpaal of wortelverankering voorzien

        er wordt bescherming voorzien tegen wild- en/of veevraat

Belangrijk is dat de aanplanting uitgroeit tot een volledige bomenrij zodat bij uitval de opengevallen plaats/plaatsen gedurende het eerstvolgende plantseizoen terug worden aangeplant.

 

Op basis van bovenstaande uiteenzetting verleent het Agentschap voor Natuur en Bos een gunstig advies onder volgende voorwaarden:

        De werken worden uitgevoerd buiten het broedseizoen (niet in de periode tussen 1 maart en 1 juli).

        Het eerst volgend plantseizoen wordt overgegaan tot heraanplanten met minstens evenveel bomen. Heraanplanten moet gebeuren met een inheemse streekeigen boomsoort van eerste grootteorde zoals zomereik, populier, beuk, linde, …

        De bomen moeten minstens maat 12-14 hebben.

        De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant: ; dit houdt o.a. in:

        de plantput moet voldoende groot zijn en aangevuld worden met goede grond (zonder afval of stenen);

        er wordt een steunpaal of wortelverankering voorzien.

        de aanvrager wordt er toe gehouden om op zijn perceel minstens 8 nieuwe hoogstammige bomen tot volle wasdom te brengen.’

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

Deze aanvraag is volgens het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd bij koninklijk besluit van 4 november 1977) gedeeltelijk gelegen in een woonuitbreidingsgebied en een natuurgebied en dient bijgevolg getoetst te worden aan de voorschriften van deze beide zones.

In deze zones gelden de voorschriften van art. 5.1.1. en art. 13.4.3.1. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.

De natuurgebieden omvatten de bossen, wouden, venen, heiden, moerassen, duinen, rotsen, aanslibbingen, stranden en andere dergelijke gebieden.

In deze gebieden mogen jagers- en vissershutten worden gebouwd voor zover deze niet kunnen gebruikt worden als woonverblijf, al ware het maar tijdelijk.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan gezien deze betrekking heeft op het kappen van enkele hoogstammige bomen.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kortrijkse heerweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Zorgplicht natuurdecreet

Bomenrijen bestaan uit individuele bomen, maar de waarde van een bomenrij is hoger dan de som van de waarde van de individuele bomen. Ze vormen lijnen in het landschap met een uitgesproken esthetische, cultuurhistorische en ecologische waarde. Het beoordelen van ingrepen op de rijen krijgt hierdoor als het ware een extra dimensie bovenop het zuiver individueel beoordelen van de bomen. De afgestorven exemplaren in de rij mogen nog een kleinere dendrologische of natuurwaarde hebben ten opzichte van een andere, het feit dat de volwassen bomen een rij vormen in het landschap biedt voldoende draagkracht om compensatie door heraanplant op te leggen als voorwaarde in de vergunning. De voorkeur gaat uit naar een compensatie die gelijkwaardig is aan de te vellen bomen en naar compensatie in de directe omgeving. Onder gelijkwaardigheid wordt bedoeld op een gelijke totaalwaarde, gelijkwaardige boomgrootte en gelijkwaardige plaats in de boomstructuur (dus een bomenrij compenseren door de aanleg van een nieuwe bomenrij) en rekening houdend met het principe ‘ruimte voor bomen’.

Heraanplant is noodzakelijk zodat er geen vermijdbare schade aan de natuur kan ontstaan. De kap en de heraanplant dient te gebeuren onder voorwaarden zoals opgenomen in deze beslissing:

        De werken worden uitgevoerd buiten het broedseizoen (niet in de periode tussen 1 maart en 1 juli).

        Het eerst volgend plantseizoen wordt overgegaan tot heraanplanten met minstens evenveel bomen. Heraanplanten moet gebeuren met een inheemse streekeigen boomsoort van eerste grootteorde zoals zomereik, populier, beuk, linde, …

        De bomen moeten minstens maat 12-14 hebben.

        De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant: ; dit houdt o.a. in:

        de plantput moet voldoende groot zijn en aangevuld worden met goede grond (zonder afval of stenen);

        er wordt een steunpaal of wortelverankering voorzien.

        De aanvrager wordt er toe gehouden om op zijn perceel minstens 8 nieuwe hoogstammige bomen tot volle wasdom te brengen.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft geen betrekking op een stedenbouwkundige handeling zodat en verdere toetsing aan de goede ruimtelijke ordening hier niet relevant is. De beoordeling van de aanvraag werd reeds behandeld in het onderdeel ‘Zorgplicht natuurdecreet’.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.m       Bespreking adviezen

Het Agentschap Natuur en Bos heeft een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht waarbij de vergunningverlenende overheid erop gewezen wordt om een strikte zorgplicht toe te passen betreffende de impact op de natuurwaarden. De in het onderdeel ‘Zorgplicht natuurdecreet’ voorgestelde voorwaarden behelzen deze zorgplicht waardoor ook met de voorwaarden van het Agentschap Natuur en Bos rekening wordt gehouden. Gelet op de specificiteit van deze problematiek dient deze voorwaarde in de beslissing overgenomen te worden.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu van 21 oktober 1997

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning voor een vegetatiewijziging aan mevrouw Viviane Rigolle wonende Kortrijkse heerweg 94 te 8540 Deerlijk, voor het rooien van 8 dode hoogstammige bomen, op een perceel gelegen Kortrijkse heerweg 94 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 9 T en (afd. 1) sectie A 9 W, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De werken worden uitgevoerd buiten het broedseizoen (niet in de periode tussen 1 maart en 1 juli).

        Het eerstvolgende plantseizoen wordt overgegaan tot het heraanplanten met minstens evenveel bomen. Heraanplanten moet gebeuren met een inheemse streekeigen boomsoort van eerste grootteorde zoals zomereik, populier, beuk, linde, …

        De bomen moeten minstens maat 12-14 hebben.

        De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant; dit houdt o.a. in:

        de plantput moet voldoende groot zijn en aangevuld worden met goede grond (zonder afval of stenen);

        er wordt een steunpaal of wortelverankering voorzien.

        De aanvrager wordt er toe gehouden om op zijn perceel minstens 8 nieuwe hoogstammige bomen tot volle wasdom te brengen.

        De voorwaarde uit het advies van Natuur en Bos in verband met de bescherming van in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen dient strikt nageleefd te worden.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.23. Attest van verdeling - Tapuitstraat 75 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of er opmerkingen zijn bij het attest van verdeling voor de eigendom gelegen Tapuitstraat 75 te Deerlijk.

 

Motivering

 

Op 20 december 2021 verstuurde men vanuit het notariaat ALTUS notarissen een attest van verdeling voor de eigendom gelegen Tapuitstraat 75, gekadastreerd afdeling 2, sectie D, nummer 369A3, met een kadastrale oppervlakte van 685 m².

 

Dit attest wordt overgemaakt gezien de verdeling van een goed waarvoor geen omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden is aangereikt (groepswoningbouw). De bestemming van het goed is volgens de akte bewoning. De woning is volgens de info van de notaris in staat van gesloten ruwbouw.

 

De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling gezien de woning wind- en waterdicht is conform de omgevingsvergunning voor groepswoningbouw.

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.24. Inname openbaar domein - kennisname -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.25. Afsprakennota 2020-52 - advies kleine mobiliteitsvraagstukken - verlenging - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de afsprakennota "2020-52 - Adviesverlening kleine mobiliteitsvraagstukken" te verlengen tot 31 december 2022.

 

Motivering

 

De cluster ruimte wenst af en toe deskundige ondersteuning in te winnen bij Leiedal omtrent mobiliteitsvraagstukken. Op éénvoudig verzoek van het college van burgemeester en schepenen kan Leiedal de gemeente hierin inhoudelijk ondersteunen en adviseren.

 

Het college van burgemeester en schepenen keurde in de zitting van 14 oktober 2020 de afsprakennota '2020-52 - Adviesverlening kleine mobiliteitsvraagstukken', opgemaakt in het kader van de zelfstandige groepering Leiedal, goed. Deze afsprakennota liep af op 31 december 2021 maar kan onder dezelfde voorwaarden jaarlijks verlengd worden.

 

Er wordt voorgesteld om de afsprakennota te verlengen voor 2022.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 4° Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

7.500 euro/werkjaar

Actie

overig beleid

Jaarbudgetrekening

GBB/0200-00/61300000

Visum

niet van toepassing

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist de afsprakennota "2020-52 - Adviesverlening kleine mobiliteitsvraagstukken" te verlengen tot 31 december 2022.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.26. Grafconcessie - bijzetting - kennisname -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.27. Grafconcessie - bijzetting - kennisname -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.28. Grafconcessie - toekenning - goedkeuring -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.29. Grafconcessie - toekenning - goedkeuring -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.30. Grafconcessies - hernieuwingen - goedkeuring -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.31. LOK - verslag - kennisname -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van het verslag van de vergadering van het Lokaal Overleg Kinderopvang van 9 december 2021.

 

Motivering

 

Op 9 december 2021 kwamen de leden van het Lokaal Loket Kinderopvang opnieuw bijeen.  Er werd verslag opgemaakt van de vergadering (zie bijlage).

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van het Lokaal Overleg Kinderopvang van 9 december 2021.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

C.32. Overeenkomst Opvang.Vlaanderen - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de overeenkomst tussen Cubicare BV enerzijds en het lokaal bestuur Deerlijk anderzijds goed te keuren.

 

Motivering

 

Tijdens het college van burgemeester en schepenen van 20 oktober 2021 werd de overstap naar Opvang.Vlaanderen principieel goedgekeurd. Daarna werden de nodige stappen ondernomen inzake overleg en voorbereiding met het softwarehuis om tot deze overeenkomst te komen. De overeenkomst is te vinden in bijlage.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing tot overstap naar Opvang.vlaanderen heeft financiële gevolgen die reeds aangehaald werden in het college van burgemeester en schepenen van 20 oktober 2021. Deze specifieke beslissing heeft geen bijkomende financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de overeenkomst tussen Cubicare BV enerzijds en het lokaal bestuur van Deerlijk anderzijds goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JANUARI 2022

D.1. Naambepaling straat - private weg innewaarts Harelbekestraat - agendering gemeenteraad - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd

        kennis te nemen van de weigering van de Heemkring Dorp en Toren om nieuwe voorstellen in te dienen (vertrekkende vanuit een recentere geschiedenis) voor de straatnaambepaling van de nieuwe private weg innewaarts de Harelbekestraat (naast Harelbekestraat 81, op een nieuwe ontwikkeling met appartementen);

        de eerder gedane voorstellen te herbekijken en de voorzitter van de gemeenteraad te vragen deze naambepaling aan de gemeenteraad voor te stellen.

 

Motivering

 

In zitting van 20 oktober 2021 heeft het college van burgemeester en schepenen beslist om de Heemkring Dorp en Toren te vragen om voorstellen van naam te formuleren.

 

In zijn in bijlage gevoegde brief van 22 november 2021 (met historische omkadering), drukt de Heemkring Dorp en Toren zijn voorkeur uit voor de naam Dosseweg omdat er zo een 'verdwenen' Vlaams woord terug tot leven komt. In tweede orde wordt Nutostraat of kortweg Nuto geadviseerd, verwijzende naar de vroegere firma Nuyttens. In derde orde suggereert de Heemkring de naam Hespestraat, verwijzend naar de naastgelegen herberg.

 

In zitting van 1 december 2021 heeft het college van burgemeester en schepenen deze voorstellen van straatnaam bekeken en beslist om geen enkele ervan te weerhouden, doch nieuwe voorstellen te vragen bij Heemkring Dorp en Toren, die vertrekken vanuit een recentere geschiedenis (evt. met Grafimat), om deze vervolgens voor te stellen aan de gemeenteraad.

 

Op 23 december 2021 heeft de Heemkring Dorp en Toren vervolgens laten weten dat zij geen nieuwe voorstellen zullen doen omdat zij vasthouden aan in de geschiedenis verankerde straatnamen.

 

Alleen de gemeenteraad is bevoegd om de naam van openbare wegen en pleinen vast te stellen of te wijzigen.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Decreet tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen van 28 januari 1977.

        Art. 41, § 2, 9° Decreet Lokaal Bestuur

 

Advies

 

Heemkring Dorp en Toren.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de straatnaam 'Dosseweg' voor te stellen aan de gemeenteraad voor de nieuwe private weg innewaarts de Harelbekestraat (naast Harelbekestraat 81, op een nieuwe ontwikkeling met appartementen).

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/01/2022
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.