DEERLIJK

3 APRIL 2019

 

AANWEZIG

 

Burgemeester: Claude Croes

 

Schepenen: Bert Schelfhout, Regina Rooryck, Sandra Goussey, Matthias Vanneste, Louis Vanderbeken

Algemeen directeur: Hans Piepers

 

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 27 maart 2019 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 27 maart 2019.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 27 maart 2019 goed te keuren.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Deerlijk/Anzegem - Bouw brandweerkazerne - aanpassing uiterste datum indienen offertes - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de aanpassing van de uiterste datum van indiening van de offertes goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 20 maart 2019 goedkeuring tot het starten van de plaatsingsprocedure met betrekking tot het lot vast meubilair voor de nieuwe brandweerkazerne.

 

De uiterste datum voor het indienen van de offertes werd vastgelegd op 5 april 2019.

 

Door een vergissing werden de uitnodigingen tot het indienen van een offerte nog niet verzonden.

 

De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelt voor om de uiterste datum voor het indienen van de offertes vast te leggen op 19 april 2019. Zo krijgen de uitgenodigde firma's voldoende tijd om een offerte in te dienen.

 

Het aangepaste bestek met betrekking tot de uiterste datum voor het indienen van de offertes (punt I.7) is terug te vinden in bijlage.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1. Decreet Lokaal Bestuur.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de uiterste datum voor het indienen van de offertes vast te leggen op 19 april 2019.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Controle speeltoestellen wijkspeelpleintjes en gemeentelijke scholen Deerlijk - lastvoorwaarden, raming en aan te schrijven firma's - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de lastvoorwaarden, raming en aan te schrijven firma’s goed te keuren.

 

Motivering

 

In het kader van de opdracht “controle speeltoestellen wijkspeelpleintjes en gemeentelijke scholen Deerlijk” werd een bestek met nr. 2019/09 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 8.000,00 euro excl. btw of 9.680,00 euro incl. 21% btw.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht tot stand te brengen bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

 

De opdracht loopt van 1 juni 2019 tot en met 31 mei 2023.

 

Volgende ondernemers komen in aanmerking om deel te nemen aan de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde):

  • DMK Recrea Services bvba - Kinderspel, Lampestraat 175 te 8510 Rollegem;
  • Speeltuinveilig, Warandestraat 4 te 9820 Melsen;
  • Repcon, Postbus 224 te NL-5300 Zaltbommel;
  • BTI-consult, Derbystraat 345 te 9051 Sint-Denijs-Westrem;
  • TUV SUD Benelux, Leuvensesteenweg 350 te 3190 Boortmeerbeek.

 

Als limietdatum voor het indienen van de offertes wordt 26 april 2019 om 09.30 uur voorgesteld.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 56, § 3, 5°, waarbij wordt bepaald dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht van dagelijks bestuur;
  •                  Andere:
    •                Bestuursdecreet van 7 december 2018
    • Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht
    • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 92 (de geraamde waarde excl. btw bereikt de drempel van 30.000,00 euro niet)
    • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
    • Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
    • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen
    • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen
    • Besluit van de gemeenteraad van 28 januari 2016 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur

 

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming

8.000,00 euro excl. btw of 9.680,00 euro incl. btw

Actie

Gelijkblijvend beleid-CBS

Jaarbudgetrekening

0750-00/61320100/BESTUUR/CBS/0/IE-GEEN

0800-00/61320100/BESTUUR/CBS/0/IE-GEEN

0801-00/61320100/BESTUUR/CBS/0/IE-GEEN

Visum

niet vereist

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het bestek met nr. 2019/09 en de raming voor de opdracht “controle speeltoestellen wijkspeelpleintjes en gemeentelijke scholen Deerlijk”, opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer worden goedgekeurd.

 

De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten.

 

De raming bedraagt 8.000,00 euro excl. btw of 9.680,00 euro incl. 21% btw.

 

Artikel 2

 

Bovengenoemde opdracht komt tot stand bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

 

Artikel 3

 

Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde):

  • DMK Recrea Services bvba - Kinderspel, Lampestraat 175 te 8510 Rollegem;
  • Speeltuinveilig, Warandestraat 4 te 9820 Melsen;
  • Repcon, Postbus 224 te NL-5300 Zaltbommel;
  • BTI-consult, Derbystraat 345 te 9051 Sint-Denijs-Westrem;
  • TUV SUD Benelux, Leuvensesteenweg 350 te 3190 Boortmeerbeek.

 

Artikel 4

 

De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 26 april 2019 om 09.30 uur.

 

Artikel 5

 

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget van 2019 en volgende jaren, op jaarbudgetrekening 0750-00/61320100 (actie GBB-CBS), 0800-00/61320100 (actie GBB-CBS) en 0801-00/61320100 (actie GBB-CBS).

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Asverstrooiing - kennisname

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Asverstrooiing - kennisname

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Grafconcessie - aktename voortijdige beëindiging - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Verkiezingen 2019 - Vaststelling kiezerslijst - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Op 26 mei 2019 vinden de verkiezingen van het Europees parlement, de Kamer en het Vlaams parlement plaats.

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de kiezerslijst voor de verkiezingen van zondag 26 mei 2019 vast te leggen.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen stelt een lijst op van de kiezers ingeschreven in het bevolkingsregister die de toestand op 1 maart 2019 weergeeft. Deze lijst is geldig voor alle verkiezingen.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Art. 10, § 1-3 Algemeen Kieswetboek

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen legt op 4 april 2019 de kiezerslijst vast voor de verkiezingen van zondag 26 mei 2019. De kiezerslijst bevat 9.423 kiezers.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Grafconcessie - bijzetting en hernieuwing - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Busbegeleid. en refterhulp BBO - pensioen - kennisname

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Jubileum - bezoek feestzaal - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Jubileum - bezoek feestzaal - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Vespa for Life vzw - vraag sponsoring MUG - helikopter - weigering

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om Vespa for Life vzw te sponsoren ten voordele van de MUG-helikopter.

 

Motivering

 

Twee Vesparijders uit de Oostendse regio, proberen, tijdens een Vesparit van 8.000 km die door tien landen passeert, fondsen in te zamelen voor de MUG - helikopter.

 

In hun brief van 27 februari 2019 vragen de organisatoren van Vespa for Life vzw om hen publiekelijk te steunen door middel van een gift van minimaal 50 euro en door het invullen van het formulier op www.vespaforlife.eu/iksteun. Op hun website, waarop ook hun tocht te volgen is, zullen, naast de traditionele sponsors ook de politici die de actie steunen vermeld worden

 

Steunen zonder financiële bijdrage kan door de Facebookpagina leuk te vinden of een van hun posts te delen.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit niet in te gaan op de vraag voor sponsoring omwille van de frequentie van dergelijke aanvragen. Voor een gemeente is het onmogelijk geworden om alle initiatieven en organisaties die op een of andere manier acties ondernemen, ten voordele van goede doelen, financieel te ondersteunen.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

IMOG - algemene vergadering van 21 mei 2019 - agendering gemeenteraad - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

IMOG nodigt de gemeente uit tot het bijwonen van de algemene vergadering die plaatsvindt op dinsdag 21 mei 2019 om 18.30 uur in de raadzaal van de afvalverwerkingsinstallatie, Kortrijksesteenweg 264 te Harelbeke.

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de uitnodiging, de agendapunten te overlopen en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken deze materie te agenderen op de gemeenteraadszitting van 25 april 2019.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt de agenda met volgende punten:

 

1)      Verslag van de Raad van Bestuur

2)      Lezing van de jaarrekening per 31 december 2018

3)      Verslag van de commissaris

4)      Goedkeuren van de jaarrekening, afgesloten per 31 december 2018

5)      Kwijting aan de bestuurders, commissaris

6)      Goedkeuren van de toewijzing van het resultaat

7)      Actualisering kapitaal cfr art. 12 van de statuten

8)      Verlenging opdracht commissaris-revisor

9)      Vastleggen afsprakennota uitzendarbeid in uitvoering van decreet uitzendarbeid

10)Huldiging medewerkers met 25, 30, 35 jaar dienst

11)Toelichting activiteiten 2018

12)Varia

 

en stelt het mandaat van de vertegenwoordiger vast.

 

In de gemeenteraadszitting van 28 februari 2019 werd de heer Matthias Vanneste aangesteld als effectief vertegenwoordiger en de heer Louis Vanderbeken als plaatsvervangend vertegenwoordiger voor de algemene vergaderingen van IMOG.

 

De financieel beheerder heeft hieromtrent geen opmerkingen om reden dat er geen financiële link is.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 41, Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Art. 19 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit punt op de agenda van de gemeenteraad van 25 april 2019 te plaatsen.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Leiedal - algemene vergadering van 28 mei 2019 - agendering gemeenteraad - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Leiedal nodigt de gemeente uit tot het bijwonen van haar algemene vergadering die plaatsvindt op 28 mei 2019 om 17.00 uur in de Uzien in De Cassinastraat 10 C te Deerlijk.

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de uitnodiging, de agendapunten te overlopen en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken deze materie te agenderen op de gemeenteraadszitting van 25 april 2019.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt de agenda met volgende agendapunten :

1)      Verslag over de activiteiten in 2018

a)      Verslag van de raad van bestuur

b)      Verslag van de commissaris - revisor

2)      Goedkeuring van de jaarrekening er 31 december 2018

3)      Kwijting van de bestuurders en commissaris - revisor

4)      Benoeming externe deskundigen (Artikel 18 statuten Leiedal)

5)      Verlenging statutaire termijn van Leiedal (Artikel 55 statuten Leiedal)

6)      Statutenwijziging (Artikel 48 statuten Leiedal)

7)      Varia

Aansluitend gaat de Ontmoetingsavond door.

 

en stelt het mandaat van de vertegenwoordiger vast

 

In de gemeenteraadszitting van 28 februari 2019 werd de heer Jurgen Beke aangesteld als vertegenwoordiger voor de algemene vergaderingen van Leiedal.

 

De financieel directeur heeft hieromtrent geen opmerkingen om reden dat er geen financiële link is.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 41,Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere : Art. 19 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit punt op de agenda van de gemeenteraad van 25 april 2019 te plaatsen.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Premie kadervorming - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Hobby Club - gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

JRK- eetfestijn JRK - 4 mei 2019 - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Middenstand Deerlijk vzw - midzomermarkt 2019 - 23 juni 2019 - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Project KI:SS West - engagementsverklaring deelname - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om te beslissen of het bestuur wil participeren aan het project KI:SS West.

 

Motivering

 

Het project KI:SS West (Kernversterking door innovatie: samen sterk in West-Vlaanderen) werd door Ondernemerscentra West-Vlaanderen ingediend binnen het EFRO programma, ter ondersteuning van de West-Vlaamse lokale besturen en hun handelaars.

 

Er wordt gevraagd of Deerlijk hieraan ook wil participeren. De participatie houdt in dat er meegewerkt wordt aan acties die relevant zijn voor Deerlijk en Deerlijkse handelaars. Hieraan zijn geen project-administratieve of financiële verplichtingen verbonden.

 

Het project heeft als algemene doelstelling 'het bevorderen van sterke en ondernemingsvriendelijke handelskernen in West-Vlaanderen'.

 

Vanuit het project wordt een keuzemenu van acties voorgesteld waaruit dan kan gekozen worden wat interessant en haalbaar is voor de gemeente. Enkele geplande acties zijn:

1)      communicatieactie 'week van de Markt': 8-14 april 2019

2)      inspiratietrips en retailsafari's

3)      opzetten en uitrollen communicatieactie 'Ik koop lokaal bij een winkelier van hier'

4)      optimalisatie en uitrol tools bizLocator, Kameleon,...

5)      summerschools voor maakstudenten i.v.m. innovatieve oplossingen voor leegstaande panden

6)      opzetten en uitrollen mystery shopping trajecten voor kleinhandelaars

7)      opzetten en uitvoeren bottem-up oproep innovatie kernversterkende acties

8)      visievorming detailhandel (lokaal/bovenlokaal)

 

Het project loopt van 1 april 2019 tot 31 maart 2021

 

Bij deelname aan het project KI:SS West wordt gevraagd een engagementsverklaring te onderschrijven waarin wordt overeengekomen dat:

9)      het gemeentebestuur vanaf de opstart actief zal meewerken aan het project en de projectactiviteiten die relevant zijn voor Deerlijk;

10)vanuit de coördinator van het project 4-maandelijkse projectmeetings worden georganiseerd;

11)de gemeente Deerlijk mag gepubliceerd worden met naam en foto's op website, nieuwsbrieven, artikels, Facebook...

 

Daarnaast zijn de doelstellingen van het project ook het stimuleren en ondersteunen van gemeenten met betrekking tot de opmaak van een detailhandelsvisie en -beleid, uitwisseling van ideeën en verspreiden goede praktijken, innovatieve acties door samenwerking met het oog op de opwaardering van handelskernen, bestrijding leegstand, bewustmaking grote publiek m.b.t. het belang van lokaal kopen,...

 

Het clusterhoofd ruimte stelt voor om deel te nemen aan dit project en hierbij in te zetten op acties met een relatief lage 'workload', gezien er momenteel binnen de administratie niet direct iemand is die ruimte heeft binnen zijn/haar takenpakket om acties rond lokale economie uit te werken en op te volgen.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit deel te nemen aan het project KI:SS West en de engagementsverklaring voor de ondersteuning van het project te onderschrijven.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Herinrichting begraafplaats Sint Lodewijk en inrichting overdekte afscheidsplaats centrum Deerlijk - meerprijs wortelbescherming - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de meerprijs voor het aanbrengen van wortelgeleidingsplaten langs graven die dicht bij aangeplante bomen liggen, goed te keuren.

 

Motivering

 

Tijdens de werken voor de herinrichting van de begraafplaats Sint-Lodewijk rees de vraag of wortels van de nieuw aangeplante bomen met verloop van tijd de graven in hun buurt niet zullen opstuwen.

De gekozen boomsoorten zijn bomen met een penwortel waarvan de wortels hoofdzakelijk in de diepte groeien. Het opstuwen van nabij gelegen graven kan echter nooit 100% uitgesloten worden. In het bestek zijn geen voorzieningen getroffen om dit te beletten of tegen te gaan.

Aan de aannemer werd gevraagd om een offerte op te maken voor het leveren en plaatsen van wortelgeleidingsplaten naast de graven die in de onmiddellijke omgeving van een nieuwe boom komen te liggen.

Arbowar bezorgde hiervoor een offerte van 4.032 euro excl. btw. Navraag leert dat dit een marktconforme prijs is voor de gevraagde hoeveelheid.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 4° Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

4.878,78 euro incl.btw

Actie

Herinrichting van kerkhof St-Lodewijk (met inbegrip van ontknekelen) - afscheidsruimte 2 kerkhoven

Jaarbudgetrekening

6-2-4-4/0990-00/22004500

Visum

NVT

 

Voor deze meerwerken is onvoldoende budget beschikbaar en zal bijkomend krediet moeten voorzien worden bij de eerstvolgende budgetwijziging.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de meerprijs van de firma Arbowar voor het plaatsen van wortelgeleidingsplaten op de begraafplaats Sint Lodewijk goed te keuren en hiervoor bijkomende krediet te voorzien bij de eerstvolgende budgetwijziging.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Renovatiepremie eigenaars-bewoners - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Inname openbaar domein - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

OMV 2019_38 - Kleine Brandstraat 101 - melding - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor de exploitatie van een houtzagerij op een perceel met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 113 V ingediend door Dirk Seynave namens HOUTZAGERIJ DICO BVBA gevestigd Kleine Brandstraat 101 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

De melding ingediend door Dirk Seynave namens HOUTZAGERIJ DICO BVBA gevestigd Kleine Brandstraat 101 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 18 maart 2019.

 

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

 

VOORWERP VAN DE MELDING

 

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen Kleine Brandstraat 101 te Deerlijk , kadastraal bekend afdeling 2 sectie D nr. 113V.

 

De melding omvat de volgende ingedeelde inrichting of activiteit: exploitatie van een houtzagerij.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

12.2.1°

Transformator 250 kVA (Nieuw)

250 kVA

3

16.3.1.1°

Compressor (Nieuw)

7,5 kW

3

17.3.2.1.1.1°b)

Opslag van mazout (Nieuw)

4,08 ton

3

19.3.1°b)

Diverse houtbewerkingsmachines (Nieuw)

65,69 kW

3

19.6.2°a)

Houtopslag in Hangaar (Nieuw)

50 m³

3

6.5.1°

1 verdeelslang op mazouttank (Nieuw)

1 verdeelslang

3

 

BEVOEGDHEID

 

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.

 

Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

 

ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER

 

Er zijn geen vergunningplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.

 

De melding omvat de volgende meldingsplichtige ingedeelde inrichtingen of activiteiten:

De exploitant wil de bedrijvigheid declasseren tot een melding klasse 3 van een ingedeelde inrichting en/of activiteit omdat de huidige exploitatie beduidend minder groot is dan voorheen.

 

Deze melding heeft een invloed op de volgende milieutechnische aspecten:

Omwille van de ligging van het bedrijf, namelijk buiten de woonkern, en de kleinschaligheid van de activiteiten is de hinder naar de omgeving beperkt.

 

Relevante potentiële effecten op de mobiliteit

De aan- en afvoer van hout gebeurt voornamelijk met behulp van de eigen vervoermiddelen waarover de exploitant beschikt, namelijk bestelwagen en aanhangwagen. Bezoek van cliënten is uiterst beperkt. Impact op de mobiliteit in de omgeving is dus verwaarloosbaar.

 

Relevante potentiële effecten op de bodem

De huidige activiteiten van de exploitant zijn weinig relevant in kader van bodemverontreiniging.

o        De exploitant maakt gebruik van 1 tank voor de opslag van 4800 l mazout, geplaatst boven een inkuiping. Hierbij hoort 1 verdeelslang. Het tanken gebeurt overdekt op een ondoordringbare betonverharding. Daarnaast is er zeer beperkt opslag van oliën en vetten voor onderhoudsdoeleinden. Deze producten worden opgeslagen in het atelier van de “nieuwe houtzagerij”. Het betreffende lokaal in een bovengrondse kelder is bijgevolg waterdicht.

o        De exploitant beschikt over een transformator die geplaatst is in een apart lokaal en zo beschermd is tegen regenwater. De exploitant zal bovendien een inkuiping voorzien voor deze transformator in de nabije toekomst.

 

Relevante potentiële effecten op het watersysteem

Houtzagerij Dico heeft geen bedrijfsafvalwater en de lozing van het sanitaire afvalwater is niet ingedeeld. Volgens de zoneringsplannen is de inrichting gelegen in een “individueel te optimaliseren buitengebied.” Er is daartoe voorzien in een “IBA” voor de behandeling van het sanitaire afvalwater.

 

Relevante potentiële effecten op de luchtkwaliteit

Om overlast van stof in de omgeving van het bedrijf te vermijden, worden stof en houtkrullen afgezogen naar een container. Deze container wordt regelmatig leeggemaakt door een verwerker.

 

Relevante potentiële effecten van geluid en trillingen ten gevolge van de aanvraag

Hinder naar de omgeving door geluid afkomstig van de machines is weinig waarschijnlijk omwille van de afstand tot de woonkern.

 

Relevante potentiële effecten van de productie van afvalstoffen

Alle door het bedrijf geproduceerde afvalstoffen worden periodiek opgehaald door een erkende afvalverwerker (de bewijzen daarvan worden ter beschikking gehouden) en het met huishoudelijk vergelijkbaar bedrijfsafval wordt bij de huis aan huis ophaalronde correct aangeboden.

 

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting, veroorzaakt door de gevraagde exploitatie, bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

 

Op de ingediende melding zijn volgende bestemmingsplannen en planologische voorschriften van toepassing:

De aanvraag dient getoetst aan de voorschriften van het sectoraal BPA zonevreemde bedrijven, fase 2, meer bepaald aan de zone voor bedrijvigheid. Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van het BPA gezien er geen stedenbouwkundige handelingen uitgevoerd worden en de bestaande bedrijvigheid bestendigd wordt.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

 

De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het meldingsdossier. Er zijn geen verplichte adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit alles met omzichtigheid benaderd worden.

 

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandregels.

 

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

 

Juridische gronden

 

      Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

      Andere:

o      Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

o      Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)

o     Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door Dirk Seynave namens HOUTZAGERIJ DICO BVBA gevestigd Kleine Brandstraat 101 te 8540 Deerlijk voor de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde de exploitatie van een houtzagerij gelegen Kleine Brandstraat 101 te 8540 Deerlijk.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

12.2.1°

Transformator 250 kVA (Nieuw)

250 kVA

3

16.3.1.1°

Compressor (Nieuw)

7,5 kW

3

17.3.2.1.1.1°b)

Opslag van mazout (Nieuw)

4,08 ton

3

19.3.1°b)

Diverse houtbewerkingsmachines (Nieuw)

65,69 kW

3

19.6.2°a)

Houtopslag in Hangaar (Nieuw)

50 m³

3

6.5.1°

1 verdeelslang op mazouttank (Nieuw)

1 verdeelslang

3

 

Artikel 2

 

De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.

 

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

OMV 2019_12 - Oudenaardse heerweg 35 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het uitvoeren van gevelwerkzaamheden en het plaatsen van een dakuitbouw, zonder constructieve werken, op een perceel gelegen Oudenaardse heerweg 35 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 223 K aangevraagd door Jana Missiaen wonende Oudenaardse heerweg 35 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 maart 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 juli 1962 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen en terug opbouwen, met kleine uitbreiding, van bouwvallige stallen.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 22 september 1965 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van bestaande stallingen met een afdak.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 23 mei 1968 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning ter vervanging van een krotwoning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 16 mei 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het vernieuwen van een bestaand dak en het dak van een bijgebouw.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 18 september 1985 door het college van burgemeester en schepenen voor de aanbouw van een klein afdak aan een bestaand gebouw.

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende pré-VLAREM vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Pré VLAREM vergunning afgeleverd op 14 augustus 1970 door het college van burgemeester en schepenen voor een mestvarkensstal.

        Pré VLAREM vergunning afgeleverd op 15 april 1977 door het college van burgemeester en schepenen voor de aangifte van een landbouwbedrijf.

        Pré VLAREM vergunning afgeleverd op 10 oktober 1990 door het college van burgemeester en schepenen voor de aktename van een ingedeelde inrichting klasse 2.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Oudenaardse heerweg, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De eigendom betreft een voormalige hoeve. De omgeving wordt gekenmerkt door een wooncluster ter hoogte van het kruispunt tussen de Oudenaardse heerweg en de Pladijsstraat met hoofdzakelijk eengezinswoningen en omliggende landbouwgronden. De eigendom bestaat uit een landelijke woning die eerder in slechte staat is en enkele bijgebouwen.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst de bestaande buitengevels van de 4-gevelwoning af te breken, te voorzien van isolatie en het plaatsen van een nieuwe gevelsteen. De bestaande gevelopeningen worden licht gewijzigd zonder dat er constructieve werkzaamheden noodzakelijk zijn. De bestaande gevelsteen wordt afgebroken, er wordt 12 cm isolatie geplaatst en vervolgens wordt er een nieuwe gevelsteen aangebracht. De gevelbekleding komt 10 cm vooruit ten opzichte van de bestaande gevel. Daarnaast wenst de aanvrager in het bestaande dak een uitbouw te voorzien die volledig in het dakvlak zit en die niet gepaard gaat met constructieve wijzigingen aan het dak. Deze uitbouw bestaat uit een horizontaal raam met schuine dakafwerkingen en horizontale zijwanden.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde aan de bestemming van agrarisch gebied:

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

 

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

De aanvragers baten geen professioneel landbouwbedrijf uit zodat de aanvraag onder de basisrechten voor zonevreemde constructies van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening valt voor wat betreft de herbouw van de zonevreemde woning waarbij artikel 4.4.13 stelt dat in alle bestemmingsgebieden de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning voor het herbouwen van een bestaande zonevreemde woning op dezelfde plaats, op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal en de nieuwe woning ten minste drie kwart van de bestaande woonoppervlakte overlapt en waarbij artikel 4.4.15 stelt dat het uitbreiden vergunbaar is voor zover het bouwvolume beperkt blijft tot ten hoogste 1.000 m³ en op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal.

In het voorliggend ontwerp blijft het aantal woongelegenheden behouden. Het nieuwe ontwerp voorziet een bruto bouwvolume van 726,07 m³ (<1000 m³). De gevelrenovatie overlapt 100 % van de grondoppervlakte van de bestaande woning (>75%). De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening (zie onder). De aanvraag voor het renoveren van de woning voldoet aan de bepalingen van de codex en is bijgevolg in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oudenaardse heerweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op de renovatie van een bestaande zonevreemde woning met behoud van het aantal woongelegenheden en het doel de woning energetisch te optimaliseren zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De woning wordt gerenoveerd zonder uitvoering van constructieve werken. Qua stijl en materiaalkeuze sluit de renovatie aan bij de bebouwing in de omgeving en zal het straatbeeld door de aanvraag niet geschaad worden. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

                    Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

                    Andere:

o          Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

o                   Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Jana Missiaen wonende Oudenaardse heerweg 35 te 8540 Deerlijk, voor het uitvoeren van gevelwerkzaamheden en het plaatsen van een dakuitbouw, zonder constructieve werken, op een perceel gelegen Oudenaardse heerweg 35 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 223 K.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

OMV 2019_11 - Otegemse steenweg 30 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een garage, op een perceel gelegen Otegemse steenweg 30 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 749 S aangevraagd door Jana Schotte wonende Otegemse steenweg 30 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 maart 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De constructie moet opgetrokken worden in metselwerk naar analogie met de reeds bestaande woning op het perceel.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 november 2008 door het college van burgemeester en schepenen voor het regulariseren van een veranda en een berging.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 april 2010 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een tuinhuis en het plaatsen van een afsluiting.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langs de Otegemse steenweg op het kruispunt met de Trompestraat en de Kapelstraat, dit zijn voldoende uitgeruste gemeentewegen. De omgeving wordt gekenmerkt door hoofdzakelijk eengezinswoningen en achterliggend open landbouwgebied. De woningen uit de onmiddellijke omgeving staan ingeplant op een grote afstand achter de rooilijn met in verschillende gevallen garages voor de woningen. De eigendom van de aanvrager is bebouwd met een halfopen ééngezinswoning van één bouwlaag en een hellend dak met een achterliggend bijgebouw met hellend dak.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst voor de woning, grenzend aan een garageweg, een garage op te trekken. De garage wordt gesitueerd op 1 m van de rechterkavelgrens, op een afstand van 5 m achter de voorste perceelsgrens. De garage heeft een breedte van 3 m op een lengte van 6 m en wordt afgewerkt met een licht hellend zadeldak met een kroonlijsthoogte van 2,05 m en een nokhoogte van 2,3 m. In de aanvraag wordt de volledige garage afgewerkt in zwart gelakt metaal. In de voorgevel wordt een dubbel opendraaiende poort voorzien van 2,3 m breed.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde voorschriften voor woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :

 

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

Aangezien de aanvraag betrekking heeft op het plaatsen van een garage bij een eengezinswoning is deze aanvraag conform de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Otegemse steenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De garage wordt opgetrokken bij een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De garage is beperkt qua oppervlakte en hoogte en bevindt zich in de zone naast een bestaande garageweg. Omwille van een kwalitatieve, eenvormige uitstraling naar de omgeving en de inplanting ten opzichte van de straat dient als voorwaarde opgelegd te worden dat de constructie moet opgetrokken worden in metselwerk naar analogie met de woning. Door het opleggen van deze voorwaarde zal ze in het straatbeeld als weinig storend ervaren worden temeer op aanpalende percelen een soortgelijke inplanting van garages voorzien is. Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

1.   Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

2.   Andere:

2.1.         Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

2.2.         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Jana Schotte wonende Otegemse steenweg 30 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een garage, op een perceel gelegen Otegemse steenweg 30 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 749 S, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De constructie moet opgetrokken worden in metselwerk naar analogie met de reeds bestaande woning op het perceel.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

OMV 2019_10 - Stationsstraat 33A, 35 en 37 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het slopen van een gedeelte van de bestaande bebouwing teneinde aan te leggen als tuinzone bij de bestaande woning, op een perceel gelegen Stationsstraat 33A, 35 en 37 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 22 G2, (afd. 2) sectie C 22 H2, (afd. 2) sectie C 22 F2, (afd. 2) sectie C 22 L2, (afd. 2) sectie C 26 T8 en (afd. 2) sectie C 26 V8 aangevraagd door de heer Pieter-Jan Dendooven wonende Stationsstraat 37 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 maart 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

-          Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

-          Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

-          Indien aanwezig moet asbesthoudend afval met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 mei 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de drukkerij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 26 augustus 1958 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de drukkerij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 6 februari 1964 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de drukkerij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 december 1977 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de drukkerij na afbraak van een bestaand gebouw.

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        milieuvergunning klasse 2 afgeleverd op 13 juli 2005 door het college van burgemeester en schepenen voor het behandelen en bedrukken van papier.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Stationsstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Op het perceel is langs de straatzijde een bestaande bebouwing aanwezig dienstig als woning, appartement en garage met achterliggend een voormalige drukkerij.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag heeft betrekking op de sloop van een deel van de voormalige drukkerij. Dit gedeelte bevindt zich tot op de achterkavelgrens en tot tegen de linkerzijperceelsgrens van de aanpalende eigendommen Harelbekestraat 37 en 39. De vrijgekomen gemene muren op de perceelsgrens zullen afgewerkt worden met grijze sandwichpanelen en aluminium afdekkap. De muren van de bestaande, te behouden bebouwing op eigen perceel worden afgewerkt met isolatie en plaatmateriaal. Het bestaande profiel van de muren blijft hierbij behouden. Na de sloop zal de vrijgekomen ruimte ingericht worden als tuinzone bij de bestaande eengezinswoning. De bestaande niveaus blijven behouden.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanpalende eigenaars werden op 22 februari 2019 aangeschreven omdat de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van afscheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde voorschriften voor woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :

 

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op de sloop van een voormalig bedrijfsgebouw en de inrichting van een perceel tot tuinzone bij een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Stationsstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen. De sloop van de bebouwing zal een positieve impact hebben op de infiltratiemogelijkheden op het terrein. Bijgevolg dient in alle redelijkheid geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op de sloop van een deel van een leegstaand bedrijfsgebouw en de inrichting tot tuinzone in een omgeving gekenmerkt door een diversiteit aan functies zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het slopen van de oude bebouwing en de inrichting van de site als tuinzone zal een duidelijke meerwaarde hebben voor de woonkwaliteit van de eigendom en zorgt voor een ontpitting van het bouwblok zodat de impact ook positief is voor een ruimere omgeving. De vrijgekomen gevels worden voldoende kwalitatief afgewerkt. De werken situeren zich volledig aan de achterzijde van de bebouwing zodat het straatbeeld niet geschaad wordt. In het kader van de sloopwerken zijn volgende bijkomende algemene voorwaarden na te leven:

-          Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

-          Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe-bestemde plaats.

-          Indien aanwezig moet asbesthoudend afval met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de afscheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

7.14     Sloopopvolgingsplan

Aangezien een niet-residentieel gebouw met een totaal bouwvolume van meer dan 1.000 m³ gesloopt wordt, is een sloopopvolgingsplan noodzakelijk. Het sloopopvolgingsplan is toegevoegd aan het aanvraagdossier zodat geen verdere voorwaarden opgelegd moeten worden.

 

Juridische gronden

 

1.   Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

2.   Andere:

2.1.         Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

2.2.         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Pieter-Jan Dendooven wonende Stationsstraat 37 te 8540 Deerlijk, voor het slopen van een gedeelte van de bestaande bebouwing teneinde aan te leggen als tuinzone bij de bestaande woning, op een perceel gelegen Stationsstraat 33A, 35 en 37 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 22 G2, (afd. 2) sectie C 22 H2, (afd. 2) sectie C 22 F2, (afd. 2) sectie C 22 L2, (afd. 2) sectie C 26 T8 en (afd. 2) sectie C 26 V8, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

-          Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

-          Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe-bestemde plaats.

-          Indien aanwezig moet asbesthoudend afval met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

OMV 2018_187 - Desselgemse steenweg 76 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een tuinhuis, op een perceel gelegen Desselgemse steenweg 76 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 520 P aangevraagd door Koen Warnez wonende Desselgemse steenweg 76 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 maart 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied met landelijk karakter.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 16 april 1964 (dossiernummer 2032-1/1964.30).

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 juni 1964 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Desselgemse steenweg, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De omgeving wordt gekenmerkt door vrijstaande eengezinswoningen aan dezelfde zijde van de weg. Aan de overzijde en achterliggend is een landbouwzone aanwezig. Op het perceel van de aanvrager is een vrijstaande eengezinswoning aanwezig bestaand uit één bouwlaag met een plat dak. In de tuinzone zijn 2 bijgebouwen aanwezig.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst het bijgebouw in de linkerhoek van het perceel te verwijderen en op dezelfde plek een nieuw bijgebouw op te trekken. Het nieuwe bijgebouw bevindt zich op een afstand van 1 m van zowel de achter- als linkerzijperceelsgrens. Het gebouw heeft een breedte van 4,80 m op een diepte van 8 m en wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 2,60 m. Het bijgebouw bestaat uit een deel overdekt terras (luifel), deel berging en een deel houtopslag. Het gebouw wordt afgewerkt met een houten gevelbekleding.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 15 januari 2019 tot 13 februari 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De eigendom is gelegen binnen de grenzen van de goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, zoals goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 16 april 1964 (dossiernummer VK2032-1/1964.30).

Aangezien de verkaveling meer dan 15 jaar oud is, vormt deze in toepassing van artikel 4.3.1 §1 van de VCRO geen weigeringsgrond meer voor de vergunningverlenende overheid en kan ze bijgevolg als het ware buiten beschouwing gelaten worden.

 

De aanvraag dient afgetoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde woongebied met landelijk karakter.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. + 6.1.2.2. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Woongebieden met landelijk karakter zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. Woongebieden met landelijk karakter zijn woongebieden bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven.

De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een bijgebouw bij een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag in overeenstemming is met de gewestplanbestemming.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Desselgemse steenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Het bijgebouw wordt opgetrokken bij een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het bijgebouw is beperkt qua oppervlakte en hoogte en bevindt zich in de tuinzone zodat het bestaande straatbeeld niet aangetast wordt. Het materiaalgebruik is traditioneel en eigen aan de functie. De afstand tot de perceelsgrenzen is gangbaar zodat de hinder voor de aanpalenden beperkt zal zijn. De tuinzone blijft nog voldoende ruim teneinde als kwalitatieve buitenruimte in te richten. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

      Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

      Andere:

o      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

o      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Koen Warnez, wonende Desselgemse steenweg 76 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een tuinhuis, op een perceel gelegen Desselgemse steenweg 76 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 520 P.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

OMV 2019_6 - Breestraat 27 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het wijzigen van de gevelbekleding van de bestaande conciërgewoning, op een perceel gelegen Breestraat 27 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 211 D en (afd. 1) sectie B 211 E aangevraagd door Thijs Deknudt namens BRUMATH INVEST NV met als contactadres Breestraat 31 bus A te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 maart 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming gebied voor milieubelastende industrie.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 22 september 1971 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van het bedrijf: bouwen van een conciërge-woning.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Breestraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De woning is opgetrokken als een bedrijfswoning bij het achterliggend bedrijf. Aan de linkerzijde van de woning is eveneens bedrijvigheid aanwezig. De site maakt deel uit van het bedrijventerrein Deerlijk-Waregem. Aan de overzijde van de weg is een landbouwgebied aanwezig. De Breestraat zelf is voorzien van een laanbeplanting met platanen.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst de gevels van de bestaande woning aan te pakken. De buitengevels worden volledig ingepakt met isolatie met een dikte van 14cm om vervolgens af te werken met een crepi gevelafwerking. De woning wordt bekleed in een donkergroene kleur teneinde op te gaan in de omgeving. Ook het buitenschrijnwerk wordt vernieuwd. De overige werken betreffen verbouwingen binnen, die niet vergunningsplichtig zijn.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde aan de voorschriften voor de zone voor milieubelastende bedrijvigheid.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 7.2.0. + 8.2.1.2. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :Industriegebieden zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop. Gebieden voor milieubelastende industrieën zijn bestemd voor bedrijven die om economische of sociale redenen moeten worden afgezonderd.

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een bedrijfswoning bij een bestaand bedrijf en het volume van de woning na isolatie bedraagt minder dan 1.000 m³ (520,89 m³) zodat de aanvraag in overeenstemming is met de gewestplanbestemming.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Breestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing.

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een bestaande bedrijfswoning met behoud van deze functie in een omgeving die gekenmerkt wordt door bedrijvigheid zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De aanvraag heeft tot doel de kwaliteit en de energetische aspecten van de woning te optimaliseren en deze aan te passen aan de hedendaagse normen. De woning behoudt zijn bestaande vormgeving en oppervlakte zodat de impact van de aanvraag op het bestaande straatbeeld beperkt zal zijn. De aanvrager voorziet de woning af te werken in een donkergroene kleur teneinde zich te integreren in de tuinzone en de ruimere omgeving. De architect bevestigt dat de donkergroene kleur die hij voorziet aansluit bij een donkergrijze kleur met groene tint (bvb RAL 6015, 6012). Deze keuze zal zich voldoende integreren in de omgeving. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing.

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

                    Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

                    Andere:

o      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

o      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Thijs Deknudt namens BRUMATH INVEST NV met als contactadres Breestraat 31 bus A te 8540 Deerlijk, voor het wijzigen van de gevelbekleding van de bestaande conciërge-woning, op een perceel gelegen Breestraat 27 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 211 D en (afd. 1) sectie B 211 E.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Projectoproep lokale energieprojecten 2019 - aanvraag projectsubsidie voor het vernieuwen van de openbare verlichting rond de sporthal en het gaverkasteel met LED-toestellen - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd goedkeuring te geven aan de aanvraag tot het verkrijgen van projectsubsidie voor het vernieuwen van de openbare verlichting rond de sporthal en het Gaverkasteel met LED-toestellen.

 

Motivering

 

De Vlaamse Regering besliste op 1 maart 2019 om een nieuwe oproep voor lokale energieprojecten te lanceren. Tussen 11 maart en 30 april 2019 kunnen steden en gemeenten een subsidie-aanvraag voor nieuwe lokale energie-investeringsprojecten indienen. De Vlaamse Regering heeft voor deze oproep 6.031.288 euro vrijgemaakt (zijnde het aantal inwoners in Vlaanderen).

 

Het moet telkens gaan om effectieve investeringsprojecten in de gemeente die op 11 maart 2019 nog niet in uitvoering waren en betrekking hebben op één van de volgende subthema’s:

          energie-efficiëntie

          groene warmte/WKK

          elektrische mobiliteit (bvb. wagens, laadpalen)

          groene stroom (alleen in combinatie met een van voorgaande thema’s)

 

Alleen projecten met een duidelijke investeringscomponent worden aanvaard. De subsidie gebruiken om een premie te financieren, een studie te bestellen of een consultant aan te werven om energieaudits uit te voeren, wordt bijgevolg niet aanvaard.

 

Binnen deze oproep van de Vlaamse Regering wordt maximum 75% gesubsidieerd met een maximum van 11.796 euro (zijnde het aantal inwoners in Deerlijk op 1 januari 2018).

 

Het Vlaams Energieagentschap adviseert de gemeenten en steden om bij de keuze van de lokale projecten te mikken op projecten met een belangrijke CO2-besparing.

 

Er worden geen verdere beperkingen opgelegd aan de inhoud van de concrete projecten.

 

Er is geen deadline waarbinnen de projecten moeten zijn afgerond.

 

De gemeente Deerlijk wenst binnen deze oproep 'het vernieuwen van de openbare verlichting rond de sporthal en het Gaverkasteel  met LED-toestellen' in te dienen voor subsidie. Dit project kadert binnen de energetische hervorming van de openbare verlichting in Deerlijk en zal in de loop van 2019 uitgevoerd worden. Het totale aankoopbedrag voor dit project bedraagt 32.722,38 euro incl. btw.

Er worden geen andere subsidies voor deze aankoop ontvangen.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art 56. §1 Decreet lokaal bestuur

 

Financiën

 

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend. Het betreft een subisidie van 11.796 euro die pas kan toegekend worden na een goedkeuring door het Vlaams Energie Agentschap.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit 'het vernieuwen van de openbare verlichting rond de sporthal en het Gaverkasteel met LED-toestellen' in te dienen binnen het kader van de oproep "Lokale energieprojecten 2019" van de Vlaamse Regering.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Nieuwe inwoners - ontvangst - vaststelling datum - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een datum en uur vast te stellen waarop de ontvangst nieuwe inwoners dit jaar zal plaatsvinden.

 

Motivering

 

Jaarlijks voorziet het college van burgemeester en schepenen een verwelkomingsreceptie voor nieuwe inwoners.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

Nog niet gekend

Actie

Overig beleid

Jaarbudgetrekening

GBB-CBS/0719-00/64301000

Visum

Niet vereist

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de ontvangst nieuwe inwoners in 2019 te organiseren in de trouwzaal van het gemeentehuis op zaterdag 6 juli 2019. Het juiste aanvangsuur is nog te bepalen.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

CF - wensennota centraal feestcomité - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de brief van het Centraal Feestcomité waarin zij pleiten voor bijkomende budgettaire en logistieke middelen in functie van hun werking.

 

Motivering

 

In haar schrijven van 20 maart 2019 pleit het Centraal Feestcomité voor enkele budgettaire en logistieke overwegingen naar aanleiding van deze nieuwe legislatuur en de toevoeging op proef van een vijfde feestcomité .

 

Samengevat:

 

          budgettaire wensen/noden

 

Omschrijving

Voorzien budget 2019

Gewenst budget (2020 en verder)

Seniorenfeest

 

4.200 euro

5.000 euro

Busvervoer seniorenfeest

 

1.500 euro

1.500 euro

Werkingskosten Centraal Feestcomité

 

2.500 euro

4.000 euro

Nieuwjaarsreceptie burger

 

10.000 euro

10.000 euro

Vuurwerk Nieuwjaarsreceptie

 

0 euro

5.000 euro

Straatfeesten

 

3.000 euro

3.000 euro

Toelagen feestcomités (kermissen)

6.000 euro

24.000 euro

of

30.000 euro

(indien definitieve toetreding vijfde feestcomité)

TOTAAL

27.200 euro

52.500 euro

of

58.500 euro

(indien definitieve toetreding vijfde feestcomité)

 

          logistieke wensen/noden

 

Uitbreiding van de uitleendienst met een sanitaire wagen en een gekeurde elektriciteitskast.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56. § 1. Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de brief van het Centraal Feestcomité waarin zij pleiten voor bijkomende budgettaire en logistieke middelen in functie van hun werking.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Verbroederingscomité - bezoek Neunkirchen am Brand - organisatie - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de datum van verbroedering met en in Neunkirchen am Brand.

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd door te geven met hoeveel vertegenwoordigers van de lokale overheid en het verenigingsleven zal worden afgereisd naar Neunkirchen am Brand en welke logement- en programmavereisten worden gesteld.

 

Motivering

 

In een schrijven van 15 februari 2019 stelt het gemeentebestuur van Neunkirchen am Brand voor om dit jaar opnieuw een verbroedering in haar gemeente te organiseren tussen vertegenwoordigers van beide gemeentebesturen. Zij stelt daarbij een uitwisseling voor van donderdag 22 augustus 2019 tot en met zondag 25 augustus 2019. Als toeristisch programmaluik wordt alvast een bezoek aan de stad Nürnberg voorzien.

 

Verder vraagt het gemeentebestuur van Neunkirchen am Brand om door te geven hoeveel Deerlijkse vertegenwoordigers er zullen afreizen en welke logement- en programmavereisten worden gesteld.

 

Bij het partnerschap tussen beide gemeenten wordt traditie getrouw ook het verenigingsleven betrokken. Zo lag de Koninklijke fanfare Sint-Cecilia mee aan de basis van het opstarten van een verbroedering en was zij altijd een voortrekker in het onderhouden van de vriendschapscontacten tussen Deerlijk en Neunkirchen am Brand. In die optiek heeft het verbroederingscomité uit Neunkirchen reeds informeel gepolst bij het Deerlijkse verbroederingscomité of de Koninklijke fanfare Sint-Cecilia ook bij deze uitwisseling kan worden betrokken en uitgenodigd.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

4.500 euro, met name 3.250 euro extra omwille van effectieve uitwisseling (met meerdaags busvervoer) bovenop jaarlijks voorziene 1.250 euro.

Actie

Tussenkomst werkingsuitgaven centraal feestcomité (deel verbroederingscomité)

Jaarbudgetrekening

GBB-CBS/0719-00/64401003

Visum

niet vereist

 

Er is onvoldoende budget beschikbaar.

 

Het tekort aan budget (3.250 euro) wordt afgenomen van jaarbudgetrekening GBB-CBS/0705-00/60420200 (aankoop goederen voor verkoop, gemeenschapscentrum), om later bij eventuele budgetwijziging opnieuw bijgepast te worden.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de datum van verbroedering met en in Neunkirchen am Brand, met name van donderdag 22 augustus 2019 tot en met zondag 25 augustus 2019.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit met maximum 50 vertegenwoordigers (= één autocar) samengesteld vanuit de gemeenteraad, het bijzonder comité sociale dienst, het managementteam, het verbroederingscomité en de Koninklijke fanfare Sint-Cecilia af te reizen naar Neunkirchen am Brand en vraagt het verbroederingscomité van Deerlijk om hierin de nodige organisatorische stappen in te nemen.

 

Het college van burgemeester en schepenen stelt geen verdere vereisten met betrekking tot logement of programma, en heeft het volste vertrouwen in de verdere organisatie van deze uitwisseling door de verbroederingscomités van Deerlijk en Neunkirchen am Brand.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Speelplein - aangepaste maaltijden - weigering

 

Aanleiding en context

 

Tijdens de speelpleinwerking krijgt de jeugddienst regelmatig de vraag of het mogelijk is om een aangepaste warme maaltijd te bekomen over de middag. Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een standpunt hierover in te nemen.

 

Motivering

 

Tijdens afgelopen paasvakantie kwam opnieuw de vraag van een ouder of de speelpleinwerking een aangepaste maaltijd kon voorzien over de middag voor een kindje dat lactose-intolerant is. Daarvoor kreeg de speelpleinwerking ook al de vraag naar halalmaaltijden, veggiemaaltijden en glutenvrije maaltijden.

 

Deze vragen werden besproken tijdens een intern overleg met de jeugddienst, sportdienst en het diensthoofd vrije tijd. De diensten zijn van mening dat de speelpleinorganisatie het op vandaag niet toelaat om die mate van maatwerk aan te bieden ook al kan de leverancier van de warme maaltijd hier wel in voorzien. Dit zou willen zeggen dat wij aparte maaltijden geleverd zouden krijgen en deze dan over de middag moeten opwarmen en bezorgen aan het juiste kind. Dit vraagt heel wat oplettendheid en verantwoordelijkheid. Momenteel kunnen wij de (jonge) animatoren niet belasten met dergelijke verantwoordelijkheid bij de maaltijdbedeling. Ook al proberen we over de middag zoveel als mogelijk iemand van de jeugd- of sportdienst te laten helpen bij de maaltijdbedeling. 

 

Bovendien zijn de diensten van mening dat, als een aangepaste maaltijd voor één kind wordt toegestaan, dit dan ook voor andere kinderen met speciale noden/vragen moet kunnen. Wat moeilijk wordt ingeschat.

 

Daarnaast zijn de kinderen niet verplicht om een warme maaltijd te eten over de middag. Er kan ook gekozen worden om boterhammen of een andere (koude) maaltijd van thuis mee te brengen.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56. § 1. Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit niet in te gaan op de vraag naar aangepaste warme maaltijden tijdens de speelpleinwerking omdat de mogelijkheid bestaat om zelf boterhammen of een andere (koude) maaltijd mee te brengen.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Renovatiedossiers 2019 - principiële goedkeuring - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de principiële aanvragen 2019 voor de premie investeringen in jeugdlokalen - renovatie- en/of herstellingswerken en de premie aankoop kampmateriaal goed te keuren.

 

Motivering

 

1)      Renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen

 

Het premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 3 december 2015, stipuleert dat de aanvraag voor principiële toekenning vóór 20 februari moet ingediend worden.

Alle aanvragen werden tijdig ingediend.

 

Volgende aanvragen tot principiële toekenning, besproken op de jeugdraad van 3 maart 2019, liggen voor:

 

          Scouts

Thema

Onderwerp

Leverancier

Raming

Principieel goedgekeurd

Veiligheid

Vernieuwen keuken

 

31.774,60 euro

* 7.500 euro

Plaatsen zoldertrap berging

 

2.057 euro

1.0128,50 euro

* Afgesproken met de Scouts dat zij dit jaar slechts een deel van de totale kostprijs zouden aanvragen voor een bedrag van 15.000 euro en de rest dan principieel aanvragen in 2020.

 

          KSA Deerlijk

 

Thema

Onderwerp

Leverancier

Raming

Principieel goedgekeurd

Veiligheid

Plaatsen van CO2 detectoren en rookdetectoren

 

250 euro

125 euro

Herstellen nooddeur leiderslokaal

In eigen beheer herstellen

300 euro

150 euro

Toegankelijkheid

Nieuwe chauffage zaaltje

 

5.085 euro

2.542,50 euro

Duurzaamheid

Herstellen buitenmuur ter hoogte van de Bontestierstraat

 

15.000 euro

* 0 euro

Herstellen deur zaaltje

Al dan niet in eigen beheer herstellen

300 euro

150 euro

Herstellen kapot raam in tussenlokaal

Aankopen raam of zelf plaatsen

300 euro

150 euro

* De KSA heeft na het indienen van de principiële aanvraag laten weten dat zij het herstellen van de buitenmuur ter hoogte van de Bontestierstraat zullen verplaatsen naar 2020.

 

          Chiro Sellewie

 

Thema

Onderwerp

Leverancier

Raming

Principieel goedgekeurd

Veiligheid

Nieuw keukenraampje

 

300 euro

150 euro

Branddeur + nieuwe poort materiaalkot

 

3.500 euro

1.750 euro

Vervangen noodverlichting

 

350 euro

175 euro

Deuromlijstingen + plinten herstellen

 

2.000 euro

1.000 euro

Duurzaamheid

Dak leidingslokaal herstellen

 

2.700 euro

1.350 euro

 

          Jeugd Rode Kruis

 

Thema

Onderwerp

Leverancier

Raming

Principieel goedgekeurd

Veiligheid

Nieuwe buitendeur

Callplast

5.433,52 euro

2.716,76 euro

Plaatsen brandcentrale

Marnix Roobrouck

1.200 euro

600 euro

Aanvullen (nood)verlichting

Quick Led

450 euro

225 euro

Nutsvoorziening

Vernieuwen spoelbak en kraan

Zelf plaatsen

250 euro

125 euro

Verfraaiing

Schilderen buitenmuur

Zelf schilderen

200 euro

100 euro

Schilderen gang en aanbrengen 2e beschermlaag vloer

Zelf schilderen

200 euro

100 euro

 

          Kinderboerderij Bokkeslot

 

Thema

Onderwerp

Leverancier

Raming

Principieel goedgekeurd

Nutsvoorziening

Voorbereidende grondwerken i.f.v. nieuw sanitair

Jurgen Putman bvba

6.000 euro

3.000 euro

Duurzaamheid

Vervangen raam slaapzaal

Tom Callewaert bvba

1.211,99 euro

606 euro

 

2)      Aankopen kampmateriaal

 

Het premiereglement aankoop kampmateriaal goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 3 december 2015, stipuleert dat de aanvraag voor principiële toekenning vóór 20 februari moet ingediend worden.

Alle aanvragen werden tijdig ingediend.

 

Volgende aanvragen tot principiële toekenning, besproken op de jeugdraad van 3 maart 2019, liggen voor:

 

          Scouts

Kampmateriaal

Raming

Principieel goedgekeurd

6x waterdarmen

12 euro

6 euro

20 meter gasdarm

76 euro

38 euro

2 grote opbergbakken

100 euro

50 euro

2 grondboren

100 euro

50 euro

3 grote houten hamers

90 euro

45 euro

1 pikhouweel

40 euro

20 euro

2 kruiwagens

100 euro

50 euro

1 hark

15 euro

15 euro

1 ramenwagen

300 euro

150 euro

Totaal

833 euro

416,50 euro

 

          Extern:

 

Jeugdraad

 

"Op de samenkomst van de Jeugraad op 3 maart 2019 werden de principiële aanvragen van de renovatiedossiers en kampmateriaal besproken.

 

Het werd deze keer een interessante denkoefening omdat we voorlopig met de principiële aanvragen van 14.847,56 euro boven budget zitten. Deze situatie is verre van haalbaar, dus gingen we op zoek naar zaken die eventueel naar de toekomst konden worden verplaatst.

 

Zo gaf KSA Tijlsbond aan dat zij het herstellen van de buitenmuur ter hoogte van de Bontestierstraat zullen uitstellen. Niet zozeer omdat ze altruïstisch het probleem van het renovatiebudget willen oplossen, maar vooral omdat zij de initiële kosten van dergelijke investering niet kunnen dekken. Dit geluk bij een ongeluk maakte dat 7.500 euro wegviel. Daarnaast gaf ook Scouts en Gidsen Deerlijk aan dat zij het vernieuwen van de keuken zullen spreiden over een aantal jaar. Deze spreiding, in combinatie met het uitstellen van de buitenmuur, kan er voor zorgen dat bij de definitieve aanvragen van 2019 we niet langer boven budget zullen zitten. Dit lost voorlopig de problematiek op.

 

De Jeugdraad wil dus met andere woorden meegeven dat de principiële aanvragen voorlopig allen goedgekeurd mogen worden. Dit wel met de bedenking dat het plausibel is dat niet alles terugbetaald zal kunnen worden na de definitieve aanvragen en met het signaal naar het gemeentebestuur dat een groter budget voor dit jaar en de komende jaren broodnodig lijkt.

 

De Jeugdraad merkte bovendien op dat meerdere jeugdverenigingen, die het financieel minder breed hebben, beslist hebben om geen renovaties door te voeren in de jeugdlokalen omdat de initiële kosten van werken veel te groot zijn. Graag zouden we deze problematiek, waar wij als Jeugdraad nog op zullen terugkomen, al eens aanstippen. De Jeugdraad wil tenslotte nog eens aan bod brengen dat het vreemd is dat renovaties die worden uitgevoerd in het Pand Rotsaert voor het Jeugd Rode Kruis en de werking van de 13+ moeten worden gemaakt door die jeugdverenigingen in kwestie enerzijds en het Deerlijkse budget voor jeugdwerk anderzijds. Dit is namelijk een pand dat niet in bezit is van deze verenigingen, maar wel in bezit is van de gemeente. Dat er te weinig nooduitgangen zijn en dat er in een deel van het pand nog een degelijke afvoer ontbreekt, zijn zware structurele fouten die de gemeente met spoed op zich zou mogen nemen. Deze zouden niet van de verenigingen in kwestie mogen komen.

 

De Jeugdraad adviseert om de principiële aanvragen van de renovatiedossiers en kampmateriaal goed te keuren. Het adviseert bovendien om al eens een denkoefening te maken over de problematische omvang van het budget en de moeilijke situatie met betrekking tot het Pand Rotsaert.

 

          Intern:

 

De jeugdconsulent heeft ondertussen een overleg gepland met de schepen van jeugd en het clusterhoofd ruimte om de situatie in Pand Rotsaert te bespreken. Zo kan er een duidelijk antwoord geformuleerd worden zowel naar de jeugdraad toe als naar de jeugdverenigingen aanwezig in Pand Rotsaert (13+ en Jeugd Rode Kruis).

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

23.960,26 euro

Actie

Overig beleid

Jaarbudgetrekening

GBB-CBS / 0750-00 / 64920321

Visum

Pas nodig bij de definitieve aanvraag

 

1)      Renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen

 

 

Principieel aangevraagd

Jeugdvereniging

Totaal bedrag

Te subsidiëren

Scouts

17.057 euro

8.528,50 euro

KSA Deerlijk

6.235 euro

3.117,50 euro

Chiro Sellewie

8.850 euro

4.425 euro

Jeugd Rode Kruis

7.733,52 euro

3.866,76 euro

Kinderboerderij Bokkeslot

7.211,99 euro

3.606 euro

TOTAAL BEDRAG

47.087,51 euro

23.543,76 euro

 

2)      Aankoop kampmateriaal

 

 

 

Principieel aangevraagd

Jeugdvereniging

Totaal bedrag

Te subsidiëren

Scouts

833 euro

416,50 euro

TOTAAL BEDRAG

833 euro

416,50 euro

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit bovenstaande aanvragen voor principiële toekenning voor de renovatie en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen goed te keuren en daarbij het advies van de jeugdraad te volgen.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit bovenstaande aanvragen voor principiële toekenning voor de aankoop van kampmateriaal goed te keuren.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Sint-Rochusstraat - invoering eenrichtingsverkeer - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de studie i.v.m. de invoering van éénrichtingsverkeer in de Sint-Rochusstraat en te beslissen over de verdere aanpak hieromtrent.

 

Motivering

 

Vanuit de co-creatiesessies in het kader van het LaMA-project kwam het voorstel om éénrichtingsverkeer in te voeren in de Sint-Rochusstraat om de verkeersveiligheid te verbeteren.

 

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 16 juni 2018 dat het voorstel voor het invoeren van éénrichtingsverkeer in de Sint-Rochusstraat eerst nog verder verkeerstechnisch moet onderzocht worden. Hiervoor werd ondersteuning gevraagd aan Leiedal en in zitting van 26 september 2018 werd de afsprakennota '2018-49: Opmaak van studie éénrichtingsverkeer Sint-Rochusstraat' goedgekeurd.

 

Voor deze studie werden de verkeerstellingen van de afgelopen 3 jaar in verschillende straten en op verschillende momenten bekeken en werden ook bijkomende tellingen uitgevoerd op de kruispunten van de Nieuwstraat met respectievelijk de Hoogstraat en de Schoolstraat. Deze tellingen werden ook afgetoetst met de normen inzake verkeerscapaciteit i.f.v. leefbaarheid. De normen worden in de huidige situatie nergens overschreden.

 

Er werden 2 scenario's onderzocht waarbij er een nieuw éénrichtingsverkeer in de Sint-Rochusstraat (richting Waregemstraat) wordt voorzien. In scenario A wordt de rijrichting in de Nieuwstraat omgekeerd en in scenario B blijft de rijrichting in de Nieuwstraat behouden.

 

Scenario A (wijziging rijrichting Nieuwstaat)

          mobiliteitseffecten:

          aantal voertuigen per uur in de Sint-Rochusstraat en de Nieuwstraat blijven quasi gelijk

          geen overschrijdingen van de normen inzake verkeerscapaciteit i.f.v. leefbaarheid

          beperkte omrijfactor

          wellicht zal hierdoor al wat verkeer naar het hoger wegennet via de Sint-Rochusstraat ontmoedigd worden

 

Scenario B

          mobiliteitseffecten:

          minder voertuigen per uur in de Sint-Rochusstraat

          een deel van het verkeer zal omrijden via Hoogstraat-Kerkplein-Schoolstraat

          vanaf de Nieuwstraat wordt in de Hoogstraat de norm inzake verkeercapaciteit i.f.v. leefbaarheid overschreden

          de omrijfactor via het centrum is groter waardoor het ontmoedigend effect groter zal zijn en er meer verkeer naar het hogere wegennet via de Belgiek zal rijden.

 

Het scenario A geniet de voorkeur op scenario B omwille van het risico op overbelasting in de Hoogstraat en de beperkte omrijfactor voor het autoverkeer.

 

Het invoeren van een éénrichtingsverkeer in de Sint-Rochusstraat geeft sowieso een gunstig effect op de mogelijkheid tot oversteken van voetgangers, ondermeer ter hoogte van de school-ingang. Bovendien kan de vrijgekomen ruimte in de straat beter benut worden voor fietsers.

In de studie worden ook voorstellen gedaan rond een mogelijk inrichting van de Sint-Rochusstraat op korte termijn (via belijningen en markeringen) en op lagere termijn (volledige herinrichting).

 

Scenario A houdt ook een aanpassing in van de route van de lijnbussen. De Lijn heeft geen bezwaar bij dit scenario, gezien het om een beperkte omrijfactor gaat. Een belangrijk aandachtspunt is de ruimte om te kunnen manouvreren bij het inrijden van de Sint-Rochusstraat en de Hoogstraat. Om dit te testen kwam De Lijn op 7 maart ter plaatse met een gelede bus.

 

De volgende vaststellingen werden gedaan:

          Om de Sint-Rochusstraat te kunnen inrijden, komende van de Vichtesteenweg, moet de bus op het linker weggedeelte rijden. Als er verkeer uit de Schoolstraat komt zal de bus moeten wachten om zijn manoeuvre uit te voeren. Een wijziging van de voorrang zou dit kunnen verhelpen.

          De ruimte is heel beperkt door de vangrail en de twee metalen palen aan de kant van de school. Wanneer de draaibeweging optimaal uitgevoerd wordt is er een 30-tal cm ruimte tussen de bus en de vangrail. Door het wegnemen van de palen zou de bus een grotere draaicirkel kunnen maken maar dan komt hij wel met zijn voorkant (niet met de wielen) over het voetpad. Dit kan een gevaar opleveren voor de voetgangers. Een andere optie is het verplaatsen van de vangrail.

          Om de Hoogstraat te kunnen inrijden, komende vanuit de Sint-Rochusstraat, moet de bus op de verhoogde verkeersheuvel rijden en komt dan met de neus over het fietspad.

 

Het inrijden ter hoogte van beide kruispunten lukt mits de nodige rijvaardigheid, maar is zeker niet optimaal. In het huidig traject is er ook de nodige rijvaardigheid nodig voor het inrijden van de Hoogstraat vanuit de Nieuwstraat.

Bij het invoeren van een éénrichtingsverkeer volgens scenario A zal er toch best een aanpassing gebeuren aan de vangrail (of palen) in de Sint-Rochusstraat ter hoogte van de Vichtesteenweg.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, §1. Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de resultaten van de studie betreffende het éénrichtingsverkeer in de Sint-Rochusstraat.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist de invoering van éénrichtingsverkeer in de Sint-Rochusstraat volgens scenario A, met aanpassing van vangrail en/of palen, verder te laten uitwerken en dit dan te testen tijdens een testperiode van 2 maanden, vanaf 26 augustus 2019.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Herinrichting begraafplaats Sint Lodewijk en inrichting overdekte afscheidsplaats centrum Deerlijk - Regels naamplaten urnenkelders en -monumenten - goedkeuring

 

Dit punt werd uitgesteld naar een volgende zitting.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Schepen Paul Vanaverbekestraat - plaatsing septische put - tegemoetkoming - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om te beslissen of ze een tegemoetkoming willen voorzien voor de eigenaars van 3 percelen in de Schepen Paul Vanaverbekestraat waarvan de rioleringswerken reeds zijn uitgevoerd en die in deze bouwfase nog een septische put moeten plaatsen.

 

Motivering

 

Volgens het zoneringsplan is de Schepen Paul Vanaverbekestraat gelegen in een groene cluster of collectief te optimaliseren buitengebied.

In de Schepen Paul Vanaverbekestraat is een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig. Het vuil water (DWA) sluit aan op de riolering in de Otegemse steenweg. Deze riolering watert niet af naar een waterzuiveringsstation, maar loost in de Kasselrijbeek.

Volgens het algemeen waterverkoopreglement (Belgisch Staatsblad 10 juni 2011, gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering van 6 december 2013 (Belgisch Staatsblad 10 januari 2014) en gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016 (Belgisch Staatsblad 22 maart 2016)) is het plaatsen van een septische put voor alle afvalwater (grijs & zwart) verplicht in collectief te optimaliseren buitengebied.

Gezien hierover onduidelijkheid bestond werd op 20 maart 2019 een brief gestuurd naar de eigenaars van de zes percelen, waarvoor in het verleden een omgevingsvergunning werd afgeleverd, om hen te wijzen op deze verplichting. Op drie van deze percelen is op vandaag al een woning gebouwd. In de omgevingsvergunning is de verplichting voor het plaatsen van een septische put niet expliciet vermeld.

De eigenaars beweren dat zij (of hun architect of bouwfirma) bij de bouwaanvraag anderhalf jaar tot twee jaar geleden foutief werden ingelicht door de gemeente en dat hen toen werd medegedeeld dat zij geen septische put moesten plaatsen. De eigenaars zijn boos dat er nu alsnog een septische put moet geplaatst worden en dreigen met juridische stappen.

Gezien de complexiteit van de wetgeving en de aanwezigheid van een gescheiden rioleringsstelsel is het niet ondenkbaar dat er in het verleden fouten zijn gemaakt en er foutieve informatie is verstrekt.

Voor de drie eigenaars waar de rioleringswerken zijn afgerond brengt het plaatsen van een septische put in deze fase van het bouwproces een extra kost met zich mee.

De plaatsing van een septische put was hier altijd al een verplichting.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, §1. Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De financiële gevolgen van deze beslissing zijn nog niet gekend.

 

Voor deze tegemoetkoming is geen budget voorzien.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen is principieel akkoord om voor elk van de drie eigenaars in de Schepen Paul Vanaverbekestraat, waar de aanleg van het privaat rioleringsstelsel al is uitgevoerd, een tegemoetkoming te voorzien.

De individuele dossiers zullen telkens apart voorgelegd worden aan het college van burgemeester en schepenen.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

VK Pladijsstraat - OMV 2018_2 - afschaffing buurtweg 65 - weigering

 

Aanleiding en context

 

De raadslieden van de bvba GR-ONT vragen aan het college van burgemeester en schepenen zich niet te verzetten tegen de afschaffing van de buurtweg "sentier nr. 65" over de gronden van de verkavelingsaanvraag langs de Pladijstraat (OMV_2018_2) waarvoor een verzoekschrift tot oproeping in verzoening werd neergelegd bij de Vrederechter.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende bij beslissing van 24 oktober 2018 een omgevingsvergunning voor het verkavelen van grond gelegen langs de Pladijsstraat voor wat betreft de loten 5 tot en met 10 en het lot C en dit onder strikte voorwaarden. Het college van burgemeester en schepenen besloot verder tot het weigeren van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van grond gelegen langs de Pladijsstraat voor wat betreft de loten 1 tot en met 4 en de loten A en B.

Tegen de beslissing van het college werd administratief beroep aangetekend bij de Deputatie door een aantal aangelanden.

 

In graad van beroep stelt de aanvrager dat nu gebleken is dat de buurweg 'Sentier nr. 65' over de betrokken percelen loopt. Deze buurtweg is niet aangegeven op de plannen, bestaande toestand van het behandelde dossier, waardoor bij de beoordeling van de omgevingsvergunningsaanvraag met deze buurtweg geen rekening werd gehouden. De buurtweg loopt in de tuinzones van de loten 8, 9 en 10, door de private wegenis lot C en langs de perceelsgrens van lot 7.

 

De raadslieden van de bvba GR-ONT hebben bij de bevoegde Vrederechter een verzoekschrift tot oproeping in verzoening laten neerleggen. Het bestuur werd hiervan reeds per mail op de hoogte gebracht. De raadslieden stellen dat de betrokken buurtweg sinds meer dan 30 jaar in onbruik is, niet meer onderhouden noch in stand gehouden wordt door de gemeente en derhalve verjaard is.

Verzoekers vragen dat de gemeente Deerlijk wil bevestigen dat de buurtweg nr. 65 haar openbaar karakter heeft verloren wegens verjaring voor wat betreft het perceel gelegen 8540 Deerlijk, Pladijsstraat en met kadastrale omschrijving (afdeling 2) sectie E 148 D2, (afdeling 2) sectie E 148 W, (afdeling 2) sectie E 236 A, (afdeling 2) sectie E 239 1, (afdeling 2) sectie E 245 A en (afdeling 2) sectie E 247 B, en dat het openbaar gebruik van deze weg is teniet gegaan waardoor deze buurtweg nr. 65 dan ook retroactief wordt afgeschaft. Op deze manier kan de door het gemeentebestuur verleende omgevingsvergunning alsnog bevestigd worden door de deputatie.

De zitting gaat door op dinsdag 9 april 2019 om 11u.

 

De aanwezigheid van de buurtweg is in dit dossier initieel niet meegenomen. In andere recente verkavelingsdossiers waarbij van in het begin van het ontwerpen de aanwezigheid van een buurtweg ter tafel ligt, werd steeds bekeken in hoeverre de bestaande buurtwegen (die vaak ook in onbruik waren) hersteld konden worden of geïntegreerd konden worden in de verkaveling door verlegging of integratie in de wegenis. Dit was ondermeer het geval in de verkavelingen Oude Pastoriestraat (voormalige site Europal), de verkaveling Schepen Paul Vanhaverbekestraat (zelfde aanvrager als voorliggend dossier) en de verkavelingsaanvraag Tapuitstraat. 

Ook in voorliggend dossier zijn mogelijkheden om de procedure te voeren tot verlegging van de buurtweg.

 

De buurtweg nr. 65 vormt een verbinding tussen de buurtweg nr. 47 (waarvan 1e deel aangekocht werd door de gemeente en ingericht werd als garageweg) en de Pladijsstraat. Deze buurtweg is inderdaad in onbruik geraakt maar zou een mooi alternatief kunnen zijn voor fietsers en voetgangers. Samen met het 1e deel van de buurtweg 47 vormt deze buurtweg een verbinding tussen de Kerkstraat en de Oude Heerweg / Oliebergstraat, parallel aan de Pladijsstraat. Met deze verkaveling ontstaat nu de mogelijkheid om deze trage verbinding gedeeltelijk te herstellen.

 

Uit rechtspraak blijkt dat een rechter de verjaring kan uitspreken, maar dat hiervoor bewijs moet geleverd worden dat de weg al 30 jaar permanent niet meer gebruikt werd.

 

Vanuit de dienst ruimte wordt geadviseerd om niet akkoord te gaan met de vraag tot afschaffing maar een verlegging van de buurtweg na te streven naar analogie met andere recente verkavelingen om zo de mogelijkheid tot het herstellen van de buurtweg nr. 65 open te houden.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 en Art. 56, § 3, 9° Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Wet van 10 april 1841 op de buurtwegen

          Decreet van 4 april 2014 betreffende wijziging van de wet op de buurtwegen

 

Financiën

 

De beslissing heeft een financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

 

 

Nog niet gekend (ter info: 90 euro / uur excl. BTW voor een senior adviseur; 70 euro / uur excl. BTW voor een junior adviseur + eventuele gerechtskosten)

Actie

Gelijkblijvend beleid

Jaarbudgetrekening

GBB-CBS/0190-00/61320100

Visum

Niet vereist

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit niet akkoord te gaan met de vraag tot afschaffing van de buurtweg nr. 65 over de gronden van de verkavelingsaanvraag langs de Pladijsstraat omdat deze buurtweg, samen met het eerste deel van buurtweg nr. 47, een verbinding vormt tussen de Kerkstraat en de Oude Heerweg / Oliebergstraat, parallel aan de Pladijsstraat, en daarom interessant kan zijn als alternatief voor traag verkeer.

Het college wil de mogelijkheid openhouden om de buurtweg terug te activeren door het verplaatsen van de buurtweg.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit DSD advocaten aan te stellen om de gemeente te vertegenwoordigen in dit dossier.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Kleine Tapuitstraat 18 - ontsluiting op Stationsstraat - impact - onderzoeksresultaten Leiedal

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester wordt gevraagd of één van de door Leiedal voorgestelde scenario's voor de ontsluiting van het bedrijf gelegen Kleine Tapuitstraat 18 verder uitgewerkt kan worden.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 28 november 2018 om Leiedal de opdracht te geven de impact van de vraag van het bedrijf gelegen Kleine Tapuitstraat 18 om te ontsluiten rechtstreeks op de Stationsstraat te onderzoeken.

 

Leiedal heeft de vraag geanalyseerd en bekeek hierbij 3 mogelijke scenario's:

          scenario 1: niet ingaan op het voorstel en behoud van de bestaande ontsluiting via de Kleine Tapuitstraat;

          scenario 2: een extra in- of uitrit op de Stationsstraat met behoud van de bestaande toestand op de Kleine Tapuitstraat;

          scenario 3: nieuwe in- en uitrit bundelen voor alle bedrijven en een knip realiseren in de Kleine Tapuitstraat.

 

De 3 scenario's worden tegenover elkaar afgewogen met pro's en contra's. De presentatie is toegevoegd als bijlage bij dit punt.

 

Leiedal komt tot de conclusie dat scenario 2 slechts een beperkte oplossing biedt en heel wat nadelen heeft. Scenario 3 biedt een duidelijke meerwaarde voor alle betrokkenen maar vraagt wel ondersteuning vanuit het bestuur om met de eigenaars/bedrijven te gaan onderhandelen.

 

Bij zowel scenario 2 als scenario 3 dient toegevoegd te worden dat een toekomstig bedrijf op aanpalend noordelijk perceel gebruik moet maken van de nieuwe in- en uitrit naar de Stationsstraat, het moet een collectieve/gebundelde in- en uitrit worden.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt de mogelijke scenario's voor een extra ontsluiting op de Stationsstraat voor het bedrijf Kleine Tapuitstraat 18 en besluit een voorkeur uit te spreken voor het scenario 3. Leiedal kan dit scenario verder uitwerken naar implementatie en mogelijke aanpak.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 03 APRIL 2019

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Organisatiebeheersysteem

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2019/13 goed te keuren.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2019/18 goed te keuren.

 

 

 

Publicatiedatum: 15/04/2019
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.