Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 15 april 2020 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 15 april 2020.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 15 april 2020 goed te keuren.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Woonwijs - dagelijks bestuur - verslag van 31 maart 2020 - kennisname
Aanleiding en context
Het dagelijks bestuur van Woonwijs hield een vergadering op 31 maart 2020.
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.
Motivering
De projectcoördinator vraagt in zijn mail van 7 april 2020 het verslag ter kennisgeving voor te leggen aan de colleges van de vijf betrokken gemeentes.
De bijbehorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Onderhoudscontract AED-toestellen - gunning - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de gunning van het onderhoudscontract voor de 8 AED-toestellen in de gemeente Deerlijk goed te keuren.
Motivering
De gemeente heeft 8 AED-toestellen op haar grondgebied, allen van het type ‘Lifepak CR Plus Volautomaat’.
De huidige onderhoudscontracten van de 8 AED-toestellen in de gemeente lopen af.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 4.000,00 euro excl. btw of 4.240,00 euro incl. 6% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).
Volgende ondernemers werden uitgenodigd om deel te nemen aan deze opdracht:
Er werden 2 offertes ontvangen:
De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan de economisch meest voordelige bieder, zijnde Vita Nova Supra nv (AED Partner), Vissersstraat 1 K1 te 3500 Hasselt, tegen het offertebedrag van 96,00 euro excl. btw of 101,76 euro incl. 6% btw per AED-toestel, AED partner servicecontract ‘ALL-IN’, looptijd 4 jaar.
Juridische gronden
Adviezen
De interne preventieadviseur verleent positief advies.
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Bestelbedrag | 96,00 euro excl. btw of 101,76 euro incl. 6% btw per AED-toestel, looptijd 4 jaar |
Actie | Verrichtingen zonder beleidsdoelstellingen |
Jaarbudgetrekening | 0989-00/61500001/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN |
Visum | niet vereist |
BESLUIT
Artikel 1
Goedkeuring wordt verleend aan het gunningsvoorstel, opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.
Artikel 2
De opdracht “Onderhoudscontract AED-toestellen” wordt gegund aan de economisch meest voordelige bieder, zijnde Vita Nova Supra nv (AED Partner), Vissersstraat 1 K1 te 3500 Hasselt, tegen het offertebedrag van 96,00 euro excl. btw of 101,76 euro incl. 6% btw per AED-toestel, AED partner servicecontract ‘ALL-IN’, looptijd 4 jaar.
Artikel 3
De betaling zal gebeuren overeenkomstig de bepalingen voorzien in de offerte en met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van 2020, op jaarbudgetrekening 0989-00/61500001/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN (actie GBB) en in het budget van de volgende jaren.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Standpunt thuiswerkvergoeding - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een formeel standpunt in te nemen rond de mogelijkheid voor de toekenning van een vergoeding voor thuiswerk tijdens de federale fase van het crisisbeheer rond het coronavirus.
Motivering
Eén van de voornaamste maatregelen om de coronacrisis te bezweren, is mensen zoveel mogelijk thuis te houden, onder andere door maximaal van thuis uit te werken. Heel wat mensen binnen de organisatie werken dan ook momenteel van thuis uit, of doen dit gedeeltelijk om de dienstverlening ter plaatse te kunnen garanderen.
Het occasionele telewerk doet algemeen de vraag opwerpen in hoeverre er ook een vergoeding mag/moet toegekend worden.
Het Agentschap Binnenlands Bestuur geeft mee dat een vergoeding voor telewerk mogelijk, maar in geen geval verplicht is. Bovendien is een dergelijke vergoeding op vandaag binnen de lokale besturen eerder uitzondering dan regel, getuige daarvan is het feit dat deze nog niet expliciet wordt opgenomen in het besluit rechtspositieregeling.
Enerzijds laat het besluit rechtspositieregeling toe om kosten terug te betalen, zijnde effectief gemaakte, bewezen noodzakelijke kosten bij de uitoefening van de functie (art. 132 BVR). Anderzijds kan er ook met forfaits gewerkt worden vanuit de RSZ.
Specifiek voor het verplichte thuiswerk naar aanleiding van de coronacrisis volgde ook een ruling van de fiscus, waarbij werkgevers de mogelijkheid krijgen een tijdelijke onkostenvergoeding voor thuiswerk toe te kennen aan werknemers. Deze maandelijkse vergoeding kan maximaal 126,94 euro bedragen en is vrij van belasting en RSZ-bijdragen.
Deerlijk faciliteert momenteel het thuiswerk maximaal (met hard- en software), met een minimum aan praktische beslommeringen. Daarbij wordt het vertrouwen aan de medewerker geschonken om in de eerste instantie hun taak uit te kunnen voeren, met het volste begrip voor de vaak niet evidente thuissituaties in de huidige omstandigheden.
Wie zijn/haar job om bepaalde redenen helemaal niet thuis kan uitvoeren, kan overigens nog steeds op locatie werken. De zeer minimale bezetting garandeert namelijk een veilige werkomgeving met de nodige sociale distancing.
Rekening houdende met deze argumenten lijkt het aangewezen om geen vergoedingen voor thuiswerk toe te kennen.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 § 1. decreet lokaal bestuur
• Art. 132 Besluit van de Vlaamse Regering houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit om geen vergoedingen voor thuiswerk toe te kennen voor medewerkers die momenteel, omwille van de coronacrisis, de mogelijkheid krijgen van thuis uit te werken.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - bijzetting - kennisname
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - bijzetting - kennisname
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - bijzetting - kennisname
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - bijzetting - kennisname
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - toekenning - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - aktename voortijdige beëindiging - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - toekenning - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - stopzetting voortijdige beëindiging - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - bijzetting en hernieuwing - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - bijzetting en hernieuwing - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - bijzetting en hernieuwing - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Grafconcessie - hernieuwing - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Afvoering van ambtswege - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Afvoering van ambtswege - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Diverse verslagen - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.
Motivering
Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:
• LEIEDAL - verslag van de raad van bestuur van 27 maart 2020
• ZUIDWEST - verslag van de raad van bestuur van 17 januari 2020
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Jubileum - ontvangst gemeentehuis - aanpassing datum - goedkeuring
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Viering jubileum - 1 mei 2020 - annulatie - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de annulatie van de viering van het huwelijksjubileum van de heer Idesbald Standaert en mevrouw Ivette De Meyer.
Motivering
In zitting van 16 oktober 2019 besliste het college van burgemeester en schepenen om de heer en mevrouw Standaert - De Meyer te bezoeken ten huize naar aanleiding van hun huwelijksjubileum, op vrijdag 1 mei 2020.
Naar aanleiding van de lockdown-maatregelen teneinde besmettingen door het corona-virus in te dijken, wordt de jubileumviering verplaatst naar een latere, nog niet gekende datum.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de annulatie van de viering van het huwelijksjubileum van de heer Idesbald Standaert en mevrouw Ivette De Meyer. Betrokkenen zullen later gecontacteerd worden om een nieuwe datum vast te leggen.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Viering jubileum - 26 april 2020 - annulatie - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de annulatie van de viering van het huwelijksjubileum van de heer Urbain Hostijn en mevrouw Marleen Desander.
Motivering
In zitting van 29 januari 2020 besliste het college van burgemeester en schepenen om de heer en mevrouw Hostijn - Desander te bezoeken ten huize naar aanleiding van hun huwelijksjubileum, op zondag 26 april 2020.
Naar aanleiding van de lockdown-maatregelen teneinde besmettingen door het corona-virus in te dijken, wordt de jubileumviering verplaatst naar een latere, nog niet gekende datum.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de annulatie van de viering van het huwelijksjubileum van de heer Urbain Hostijn en mevrouw Marleen Desander.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Jubileum - bezoek feestzaal - kennisname
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Verslag politiecollege - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het aan de gemeente overgemaakte verslag van 27 maart 2020.
Motivering
Het verslag van het politiecollege van 27 maart 2020 werd overgemaakt aan de gemeente.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het ontvangen verslag.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Zitdagen invullen belastingen - annulatie - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de annulatie van de zitdagen voor het invullen van de belastingen.
Motivering
In het college van burgemeester en schepenen van 29 januari 2020 keurde het college van burgemeester en schepenen de zitdagen goed voor het invullen van de belastingen.
Op 9 april 2020 liet de FOD Financiën weten dat, omwille van de maatregelen voor de coronacrisis de zitdagen dit jaar geannuleerd worden. Op de enveloppe die de burgers ontvangen zal een telefoonnummer vermeld staan waarnaar ze kunnen bellen indien ze hulp nodig hebben bij het invullen van hun aangifte.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de annulatie van de zitdagen voor het invullen van de belastingen.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Internationale Dag tegen Holebifobie en Transfobie (IDAHOT) - gemeentelijke medewerking - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om deel te nemen aan de Internationale Dag tegen Holebifobie en Transfobie (IDAHOT) die dit jaar plaatsvindt op 17 mei 2020.
Motivering
Via hun mail van 1 april 2020 lanceren de Vlaamse en Brusselse regenbooghuizen en de holebi- en transgenderkoepel çavaria hun jaarlijkse oproep omtrent de Internationale Dag tegen Holebifobie en Transfobie (IDAHOT). Al enkele jaren worden Vlaamse en Brusselse gemeenten/steden opgeroepen om deze actie te ondersteunen. Dit jaar zal de actie gecoördineerd worden door het regenbooghuis uit onze regio, Rebus.
Aan alle Vlaamse en Brusselse gemeenten/steden wordt gevraagd de regenboogvlag uit te hangen aan de openbare gebouwen gedurende de periode rond 17 mei of gedurende heel de Pride-maand.
Op die manier toont de gemeente zich solidair en open voor al haar burgers, ongeacht hun seksuele oriëntatie, genderidentiteit of genderexpressie.
In hun mail stelt Rebus dat enkel het uithangen van de vlag niet voldoende is om een doordacht holebi- en transgendervriendelijk lokaal beleid te voeren. Een bijkomende actie is optioneel, maar kan een grote impact hebben.
Enkele voorbeelden van andere acties die de gemeente kan ondernemen zijn:
• de medewerkers van de gemeentelijke bibliotheek een aantal holebi- en transgenderboeken, -films en -series in de kijker laten zetten;
• een artikel over IDAHOT in het gemeentelijk nieuwsblad laten zetten;
• contactgegevens van het lokaal regenbooghuis, Lumi en Cavaria op de website of de sociale media van de gemeente delen;
• een lezing houden in de gemeente over holebi- en transgenderthema's;
• de campagne PAARS ondersteunen en promoten bij de gemeentescholen.
Er zijn geen adviezen nodig.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de regenboogvlag aan het gemeentehuis uit te hangen van 11 mei 2020 tot en met 24 mei 2020.
Artikel 2
Het college van burgemeester en schepenen besluit geen andere acties te onderschrijven.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Zwembad - offertes en raamcontracten - 2020 - week 17 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de offertes met betrekking tot bestellingen en raamcontracten in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem- Deerlijk goed te keuren.
Motivering
FARYS/TMVW legt offertes voor bestellingen en raamcontracten in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk steeds ter goedkeuring voor aan beide gemeenten.
Het college van burgemeester en schepenen heeft hiertoe het budgethouderschap.
Volgende offertes voor bestellingen worden ter goedkeuring voorgelegd:
◦ Lyreco, raamovereenkomst:
▪ Lamineerfolie en dymo-lint: 37,81 euro, excl. btw
◦ Cegelec:
▪ Doortrekken telefoonlijn (cf. CBS 01.04.20) werd uitgevoerd door redders: minkost van 271,60 euro, excl. btw.
◦ Salubris, raamovereenkomst:
▪ Inoxcleaner, bakken (ifv inkuipen poetsproducten) en urinoirblokken: 316,03 euro, excl. btw.
◦ Reprosol, offerte 3266/18441/OF26341v2/MM:
▪ Leveren en plaatsen van matte folie tegen inkijk + openingsuren voor op schuifraam: 1.112,35 euro, excl. btw.
◦ Caby, factuur:
▪ Aankoop klusmateriaal: 119,55 euro, excl. btw.
◦ Salubris, factuur:
▪ Extra trapladders: 260,54 euro, excl. btw.
◦ Goosaert, offerte 2000717:
▪ Extra pictogrammen op advies van preventieadviseur, toegevoegd aan lijst cfr. CBS 08.04.20: 70,60 euro, excl. btw (toegevoegd in totaal offerte van 1.234,32 euro, excl. btw).
Volgende nieuwe raamcontracten worden ter goedkeuring voorgelegd:
◦ G4S, raamovereenkomst:
▪ Correctie doormelding inbraak en brandcentrale naar G4S: 242,28 euro/jaar, excl. btw (cfr. CBS 01.04.20) + 139,44 euro/jaar, excl. btw.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Raming of bedrag | Eénmalige kosten: 1.645,28 euro, excl. btw (waarvan aandeel Deerlijk: 822,64 euro, excl. btw)
Jaarlijkse kosten: 139,44 euro, excl. btw (waarvan aandeel Deerlijk: 69,72 euro, excl. btw) |
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de offertes voor de bestellingen en nieuwe raamcontracten, zoals hierboven aangegeven, goed te keuren in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem - Deerlijk.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Rioleringsproject Zwevegemstraat - Indiening voorontwerpdossier bij VMM - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd zijn goedkeuring te verlenen aan het door studiebureau Sweco opgestelde voorontwerpdossier betreffende het intergemeentelijke rioleringsproject Zwevegemstraat.
Motivering
In zitting van 15 juni 2016 besliste het college van burgemeester en schepenen akkoord te gaan met de indiening van de GIP-fiche voor het gemeentelijk aandeel in het saneringsproject Evangelieboom en in het saneringsproject collector Zwevegemstraat.
In zitting van 25 september 2019 herbevestigde het college van burgemeester en schepenen zijn engagement via een GIP-fiche voor wat betreft het gemeentelijk aandeel in het rioleringsproject Zwevegemstraat
In zitting van 20 november 2019 gaf het college van burgemeester en schepenen positief advies voor het technisch plan van Aquafin voor rioleringsproject 22.303 Zwevegemstraat.
Studiebureau Sweco werkte ondertussen ook de gemeentelijke aandelen, die aansluiten aan de Aquafin collector, in detail uit zodat het dossier nu klaar is om ingediend te worden bij de Vlaamse Milieu Maatschappij (VMM).
De raming voor de gemeente Deerlijk (zie bijlage 5) van 1.417.355,06 euro excl.btw, ligt in de lijn van het eerder vooropgesteld bedrag van 1.355.679,09 euro excl.btw (4,5% hoger).
Het voorontwerpdossier bestaat uit de "GIP-voorontwerpnota" en de "GIP-voorontwerp plannen". Bij de indiening dient ook de goedkeuring van iedere gemeente (Zwevegem - Deerlijk - Anzegem) te worden bij gevoegd.
Het voorontwerpdossier dient voor 7 mei 2020 te worden ingediend bij de VMM.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art.56, §1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.
De beslissing is vooral in functie van de technische kant van de ontworpen riolering en de daaraan gekoppelde subsidiëring vanuit de VMM.
De raming van 1.417.355,06 euro excl. btw bestaat uit :
◦ 712.633,15 euro subsidieerbare rioleringswerken (75% subsidieerbaar)
◦ 524.721,91 euro niet subsidieerbare werken (oa. wegeniswerken)
◦ 180.000 euro voor aanleg fietspad volgens fietspaddossier (100% subsidieerbaar)
Vanwege de nakende overdracht van de riolering en de nog niet gekende details van deze overdracht zijn de exacte cijfers nog niet gekend.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit het "W219108 Voorontwerpdossier", goed te keuren voor indiening bij de VMM.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Inname openbaar domein - kennisname
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Omgevingsvergunning - 2020.54 - Nieuwenhovestraat 12 - melding IIOA - aktename
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting voor schrijnwerk bij nieuwbouw en renovatie op een perceel gelegen Nieuwenhovestraat 12 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 86 Z ingediend door Tom De Ketele namens TDK CONSTRUCT BVBA gevestigd Nieuwenhovestraat 12 te 8540 Deerlijk.
Motivering
De melding ingediend door Tom De Ketele namens TDK CONSTRUCT BVBA gevestigd Nieuwenhovestraat 12 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 26 maart 2020.
Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.
Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt: “De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.
Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.
Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”
VOORWERP VAN DE MELDING
De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Nieuwenhovestraat 12, kadastraal bekend afdeling 1 sectie B nr. 86Z.
De melding omvat de volgende ingedeelde inrichting of activiteit: exploitatie van een ingedeelde inrichting voor schrijnwerk bij nieuwbouw en renovatie.
De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:
Rubriek | Omschrijving | Totale hoeveelheid | Klasse |
15.1.1° | 14 bestelwagens, 1 vrachtwagen, 1 aanhangwagen, 1 heftruck (Nieuw) | 17 voertuigen | 3 |
16.3.2°a) | compressor (Nieuw) | 5,5 kW | 3 |
17.1.2.1.1° | mogelijk aanwezige opslag propaan voor heftruck en mobiele terrasverwarming (Nieuw) | 300 liter | 3 |
19.3.1°a) | houtbewerkingsmachines (zagen, frezen, van dikte banken, schaven, boormachines) (Nieuw) | 98,1 kW | 3 |
19.6.1°a) | binnenopslag van houten platen, planken (Nieuw) | 250 m³ | 3 |
43.1.1°a) | gasbrander voor verwarmen productiehal (Nieuw) | 300 kW | 3 |
BEVOEGDHEID
De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.
Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.
ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER
Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.
De melding omvat de volgende meldingsplichtige ingedeelde inrichtingen of activiteiten:
Exploitatie van een ingedeelde inrichting voor schrijnwerk bij nieuwbouw en renovatie zoals dakconstructies, gevelbekledingen en houtskeletbouw. Het voorbereidend werk wordt uitgevoerd in de productiehal.
Deze melding heeft een invloed op de volgende milieutechnische aspecten:
o Mobiliteit:
Het aantal werknemers is beperkt. Deze komen zowel met wagen, fiets als bromfiets. In de toekomst zal dit niet wijzigen. Het bedrijf heeft een eigen parking waardoor er in de straat geen bijkomende parkeerdruk wordt veroorzaakt.
Aanvoer van grondstoffen gebeurt per vrachtwagen en is niet storend wegens de korte laad-/ lostijd. De hieraan gekoppelde laad – en losactiviteiten kunnen op de site zelf gebeuren waardoor de circulatie in de omgeving niet verstoord wordt.
o Lucht:
Alle activiteiten gebeuren binnen in de werkplaats en met gesloten poorten en deuren. Alle machines zijn aangesloten op een centrale afzuiging die op maat werd gemaakt.
o Bodem:
De volledige hal is voorzien van een gewapende betonvloer. Ook rond het bedrijf is de eerder aangelegde verharding behouden om bodemverontreiniging tegen te gaan.
o Geluid/ trillingen
Alle machinale activiteit gebeurt binnen de hal en met gesloten deuren. Er waren voorheen en tot op heden geen klachten. Er worden geen trillingen veroorzaakt.
o Afvalstoffen
Voor ophalen van de verschillende afvalstoffen (plastiek, papier en karton) wordt reeds samengewerkt met een (Vlarem) erkende ophaler . Deze fracties worden bijgehouden voor de opmaak van het afvalstoffenregister en de (eventuele) opmaak van het Integraal Milieujaarverslag.
o Brandveiligheid:
Het volledige gebouw is reeds voorzien van de nodige blusmiddelen. Op basis van de oppervlakte (1 eenheid/150m²) komt een extern bedrijf deze jaarlijks nazien. Evacuatieplannen en interventiedossier zullen samen met een externe veiligheidsconsultant door de interne preventiedienst opgemaakt en aan de brandweer bezorgd worden. Het Atex-dossier (voor de afzuiging en gasopslag) werd reeds opgemaakt.
o Opslag Chemische agentia
Gasflessen worden gebruikt als brandstof voor de heftruck en occasioneel voor een terrasverwarmer. Er staat een minimale opslag buiten opgesteld in afgesloten containertjes, voorzien van de nodige pictogrammen. Mogelijk 300 liter volume in aanwezigheid. De opslag van het aantal kitten en gelijksoortige is kleinschalig en valt buiten de meldingsplicht. Er zijn enkele kleine bidons ( totaal max. 100 liter) benzine aanwezig voor het afvullen van de mobiele warmtekanonnen. Deze zijn onvoldoende om ingedeeld te worden in rubriek 6.
o Energie:
Er is geen hoogspanningscabine, wel laagspanning en deze wordt 5-jaarlijks gekeurd. Het gebouw wordt verwarmd met gas. De brander heeft een vermogen van 300 kW en wordt mee opgenomen in de vergunning.
o Veiligheid en Milieu:
TDK Construct zal alle verplichtingen uitvoeren zoals beschreven in VLAREM en de CODEX WELZIJN op het WERK.
Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur, op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.
De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/
Op de ingediende melding zijn volgende bestemmingsplannen en planologische voorschriften van toepassing:
De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde aan de bestemming gebied voor milieubelastende industrieën.
In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :
De gebieden voor milieubelastende industrieën. Deze zijn bestemd voor bedrijven die om economische of sociale redenen moeten worden afgezonderd.
De aanvraag heeft betrekking op een exploitatie binnen een bestaand bedrijfsgebouw in functie van een bestaand bedrijf zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.
De omgevingsambtenaar stelt geen bijzondere voorwaarden strikt noodzakelijk.
De ingedeelde inrichting of activiteit is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.
De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het meldingsdossier. Er zijn geen verplichte adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit als met omzichtigheid benaderd worden.
Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandsregels.
De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.
Juridische gronden
Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014
Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)
Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Er wordt akte genomen van de melding ingediend door Tom De Ketele namens TDK CONSTRUCT BVBA gevestigd Nieuwenhovestraat 12 te 8540 Deerlijk voor de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde het exploitatie van een ingedeelde inrichting voor schrijnwerk bij nieuwbouw en renovatie gelegen Nieuwenhovestraat 12 te Deerlijk.
De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:
Rubriek | Omschrijving | Totale hoeveelheid | Klasse |
15.1.1° | 14 bestelwagens, 1 vrachtwagen, 1 aanhangwagen, 1 heftruck (Nieuw) | 17 voertuigen | 3 |
16.3.2°a) | compressor (Nieuw) | 5,5 kW | 3 |
17.1.2.1.1° | mogelijk aanwezige opslag propaan voor heftruck en mobiele terrasverwarming (Nieuw) | 300 liter | 3 |
19.3.1°a) | houtbewerkingsmachines (zagen, frezen, van dikte banken, schaven, boormachines) (Nieuw) | 98,1 kW | 3 |
19.6.1°a) | binnenopslag van houten platen, planken (Nieuw) | 250 m³ | 3 |
43.1.1°a) | gasbrander voor verwarmen productiehal (Nieuw) | 300 kW | 3 |
Artikel 2
De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.
De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de vergunde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Omgevingsvergunning - 2020.59 - Breestraat 31 - melding overname IIOA - aktename
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor de gehele overdracht van een vergunning voor een ingedeelde inrichting of activiteit die door de wijzigingen in het VLAREM een klasse 2 inrichtingen geworden is op een perceel gelegen Breestraat 31 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 211 D ingediend door de heer Bruno Deknudt namens DEKNUDT FRAMES NV gevestigd Breestraat 31/A te 8540 Deerlijk.
Motivering
De melding ingediend door de heer Bruno Deknudt namens DEKNUDT FRAMES NV gevestigd Breestraat 31/A te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 7 april 2020.
Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.
Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt: “De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.
Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.
Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”
VOORWERP VAN DE MELDING
De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Breestraat 31, kadastraal bekend afdeling 1 sectie B nr. 211D.
De aanvrager DEKNUDT FRAMES, Breestraat 31/A, 8540 Deerlijk meld de overname van de ingedeelde inrichting of activiteit van de vorige exploitant, DEKNUDT INDUSTRIES, Breestraat 31/A te 8540 Deerlijk.
BEVOEGDHEID
De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.
Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.
ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER
Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.
De melding heeft betrekking op artikel 97 van het uitvoeringsbesluit Omgevingsvergunning waarin gesteld wordt dat de bevoegde overheid het vergunningsbesluit actualiseert als gevolg van de melding van overdracht.
Deze procedure van overdracht is een louter administratieve handeling die aanduidt aan welke inrichting de omgevingsvergunning gebonden is.
De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het meldingsdossier. Er zijn geen verplichte adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit als met omzichtigheid benaderd worden.
Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, § 3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandsregels.
De inrichting blijft onderworpen aan de vroeger opgelegde en thans toepasselijke vergunningsvoorwaarden.
Juridische gronden
Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014
Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)
Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Er wordt akte genomen van de melding ingediend door de heer Bruno Deknudt namens DEKNUDT FRAMES NV gevestigd Breestraat 31/A te 8540 Deerlijk voor de gehele overdracht van een vergunning voor de ingedeelde inrichting of activiteit, gelegen Breestraat 31/A te Deerlijk, door DEKNUDT FRAMES, Breestraat 31/A, 8540 Deerlijk van de vorige exploitant, DEKNUDT INDUSTRIES, Breestraat 31/A te 8540 Deerlijk.
Artikel 2
De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de algemene en sectorale voorwaarden zoals deze vermeld staan in titel II van het VLAREM. Deze opsomming is louter indicatief. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
OMV 2020_14 - Waregemstraat 476 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een aardappelloods bij een bestaand landbouwbedrijf, op een perceel gelegen Waregemstraat 476 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 48 N, (afd. 1) sectie B 48 P, (afd. 1) sectie B 48 T, (afd. 1) sectie B 48 R, (afd. 1) sectie B 48 V, (afd. 1) sectie B 48 M, (afd. 1) sectie B 50 H, (afd. 1) sectie B 52 G, (afd. 1) sectie B 52 L, (afd. 1) sectie B 52 M en (afd. 1) sectie B 52 H aangevraagd door Paul Declercq namens DECLERCQ PAUL-HILDE-TREES VVZRL gevestigd Waregemstraat 476 te 8540 Deerlijk.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 14 april 2020.
Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):
Het advies geformuleerd door de hulpverleningszone Fluvia dient strikt nageleefd te worden.
Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
1. Stedenbouwkundige basisgegevens
Gewestplan
De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.
Ruimtelijk uitvoeringsplan
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Bijzonder plan van aanleg
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
Verkaveling
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.
Stedenbouwkundige verordeningen
Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.
Provinciale verordening inzake het overwelven van baangrachten, vastgesteld door de provincieraad in zitting van 23 juli 2008.
2. Historiek
Relevante stedenbouwkundige vergunningen
Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 6 september 1955 door het college van burgemeester en schepenen voor de vervanging van het plat dak van de maalderij door een kapconstructie.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 2 februari 1994 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een melkkoeienstal in vervanging van een bestaande verouderde koestal.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 1 april 1998 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een opslagplaats voor landbouwproducten.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 oktober 1998 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van oude landbouwwoning met berging en koestal.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 11 oktober 2000 door het college van burgemeester en schepenen voor de renovatie- en onderhoudswerken aan de molen ‘Ter Geest en te Zande’.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 februari 2007 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een opslagplaats voor landbouwproducten.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 19 oktober 2011 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een rundveestal met open front en wateropslag in beton.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 16 december 2015 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een loods en het plaatsen van een watertank.
Relevante milieuvergunningen
Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
Milieuvergunning afgeleverd op 9 januari 1992 door de Deputatie voor de aangifte van 50 ton kunstmest, 80 m³ mest en 12 zoogdieren.
Melding klasse 3 waarvan aktename op 2 maart 1994 voor de uitbating van een rundveehouderij.
Melding klasse 3 waarvan aktename op 5 april 1995 voor de verandering van een rundveehouderij.
Melding klasse 3 waarvan aktename op 2 september 1998 voor de uitbating van een landbouwbedrijf.
Milieuvergunning afgeleverd op 2 september 1998 door het college van burgemeester en schepenen voor de uitbating van een rundveehouderij.
Melding klasse 3 waarvan aktename op 24 januari 2007 voor de overname van een rundveehouderij.
Milieuvergunning afgeleverd op 18 januari 2012 door het college van burgemeester en schepenen voor de uitbating van een rundveehouderij – landbouwbedrijf.
Relevante omgevingsvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag
3.1. Beschrijving van de omgeving
De eigendom is gelegen langsheen de Waregemstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De omgeving wordt op die plaats gekenmerkt door zowel residentiële bebouwing, agrarische functies als bedrijfsgebouwen. Op het perceel staat een vrijstaande bedrijfswoning van een bestaand landbouwbedrijf met achterliggend aaneengesloten en vrijstaande stallen en loodsen, alsook een historische en beschermde windmolen. De nieuwe aardappelloods zal opgetrokken aansluitend aan de achterste bedrijfsgebouwen, langsheen de Geeststraat, een kleinere zijstraat van de Waregemstraat.
3.2. Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvrager wenst een nieuwe aardappelloods te bouwen in de nabijheid van de reeds bestaande aardappelloods achteraan het bedrijf. Het vrijstaand volume heeft een breedte van 12,1 m en een diepte van 30 m. De kroonlijsthoogte bedraagt 6 m en de nokhoogte 7,66 m. De loods wordt opgetrokken door middel van betonpanelen met baksteenmotief. Het dak wordt voorzien van asbestvrije vezelcement golfplaten. Langs de Geeststraat wordt het volume geplaatst op 1,5 m van de perceelsgrens. Aan de oostzijde wordt rechts een sectionaalpoort van 4 m hoog voorzien. Aan de linkerzijde van de oostgevel, alsook aan de linkerzijde van de zuidgevel wordt een deur voorzien van 2 m hoog. Het materiaal van de poort en de deuren zijn verzinkte stalen panelen in bruine kleur.
Tussen de nieuwe aardappelloods en de bestaande wordt nog een bijkomende asfaltverharding van ongeveer 60 m² voorzien.
3.3. Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten
De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.
4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar
Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.
5. Adviezen
Brandweerzone FLuvia
Brandweerzone Fluvia werd om advies verzocht op 25 februari 2020. De adviesinstantie bracht op 2 maart 2020 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
‘De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met bijgaand brandvoorkomingsadvies. In functie van de maatgevende brandbelasting werd het industriegebouw door de bouwheer ingedeeld in klasse A.’
Departement landbouw en visserij
De Vlaamse Overheid, departement landbouw & visserij werd om advies verzocht op 25 februari 2020. De adviesinstantie bracht op 23 maart 2020 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
‘De aanvraag gaat uit van een professioneel, gemengd landbouwbedrijf dat gedeeltelijk gelegen is in woongebied met landelijk karakter en gedeeltelijk in het achterliggende agrarisch gebied. De aanvragers wensen te investeren in het bouwen van een nieuwe aardappelloods. De loods wordt achteraan het bedrijf voorzien en wordt gebouwd in agrarisch gebied. De loods wordt haaks op de bestaande aardappelloods gebouwd en zal aansluiten op de bestaande asfaltverharding. Deze verharding wordt nog iets naar achter uitgebreid (60 m²) zodat de voorste langszijde van de nieuwe loods volledig verhard is.
De gevraagde loods met extra verharding wordt gebouwd aansluitend aan de bestaande bebouwing en vormt er zodoende één ruimtelijk geheel mee. De aanvraag is geïntegreerd in het bestaande gebouwencomplex. Het gevraagde past in het kader van de bedrijfsvoering en de gevraagde uitbreiding van de bedrijfsinfrastructuur zal de aanvragers toelaten het landbouwbedrijf op een duurzame manier verder uit te bouwen. Het Departement Landbouw en Visserij brengt bijgevolg een gunstig advies uit voor deze aanvraag.’
6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)
De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier
Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.
7.1 Planologische toets
Deze aanvraag is volgens het Origineel gewestplan Kortrijk, goedgekeurd op 4 november 1977 gelegen in een agrarisch gebied.
In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :
De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.
De aanvraag is in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan, gezien de aanvraag betrekking heeft op een volwaardig uitgebaat professioneel landbouwbedrijf deels gelegen in agrarisch gebied en deels in woongebied met landelijk karakter.
7.2 Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Waregemstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.
7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)
Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. De aanvrager dient conform de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater een hemelwateropvang en een infiltratie- of buffervoorziening te plaatsen. Het ontwerp voorziet een hemelwateropvang van 10.000 liter met een overloop naar een watertank van 625.000 liter, die op zijn beurt een vertraagde afvoer heeft naar een achtergelegen oppervlaktewater (gracht). De aanvrager vraagt hierbij een afwijking voor de plaatsing van een infiltratie- of buffervoorziening omdat het regenwater zal hergebruikt worden voor het beregenen van de aardappelen. Het gemiddelde hergebruik bedraagt ongeveer 20 liter/jaar/m². De totale te besproeien oppervlakte akkergrond bedraagt 5 ha. Dit betekent een totale hoeveelheid van 100.000 liter per jaar of ongeveer 2800 liter/dag. Volgens de rekentool van het CIW watertoets van het integraal waterbeleid is er geen extra infiltratievoorziening nodig wegens het grote hergebruik.
Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.
7.4 Mer-screening
De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.
7.5 Natuurtoets
Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.
7.6 Erfgoed-/archeologietoets
Niet van toepassing.
7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)
Niet van toepassing
7.8 Decreet grond- en pandenbeleid
Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.
7.9 Milieuaspecten
Niet van toepassing
7.10 Goede ruimtelijke ordening
Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.
De aanvrager baat een volwaardig landbouwbedrijf uit en de gevraagde gebouwen zijn in functie van de uitbreiding van dit landbouwbedrijf zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De nieuwe aardappelloods wordt opgetrokken in het verlengde van de reeds bestaande stallen en loodsen zodat de huidige erfopstelling behouden blijft. De gebouwen worden afgewerkt in eenzelfde vormgeving en met dezelfde materialen als de reeds bestaande stallen en loodsen zodat een harmonisch geheel ontstaat. De voorziene asfaltverharding is noodzakelijk voor de bedrijfsvoering. Inzake landschappelijke inkleding wordt geen bijkomende voorziening genomen maar blijft de bestaande groenvoorziening behouden. De nieuwe aardappelloods zal langs de oostzijde aan de Geeststraat grenzen waarbij de reeds aanwezige haag zal uitgebreid worden langs de nieuw te plaatsen loods en bijgevolg ten opzichte van de woningen langs de Geeststraat voorzien in een voldoende inkleding. Aan de zuidzijde grenst de nieuwe loods aan het open landbouwgebied en wordt de reeds aangeplante groenbuffer weerhouden. Op die manier is het ontwerp verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.
7.11 Resultaten openbaar onderzoek
Niet van toepassing
7.12 Scheidingsmuren
Niet van toepassing.
7.13 Bespreking adviezen
Het advies geformuleerd door de hulpverleningszone Fluvia dient strikt nageleefd te worden.
In het advies van het departement Landbouw & Visserij worden geen bijkomende voorwaarden opgelegd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.
Juridische gronden
Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Paul Declercq namens DECLERCQ PAUL-HILDE-TREES VVZRL gevestigd Waregemstraat 476 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een aardappelloods bij een bestaand landbouwbedrijf, op een perceel gelegen Waregemstraat 476 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 48 N, (afd. 1) sectie B 48 P, (afd. 1) sectie B 48 T, (afd. 1) sectie B 48 R, (afd. 1) sectie B 48 V, (afd. 1) sectie B 48 M, (afd. 1) sectie B 50 H, (afd. 1) sectie B 52 G, (afd. 1) sectie B 52 L, (afd. 1) sectie B 52 M en (afd. 1) sectie B 52 H, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):
Het advies geformuleerd door de hulpverleningszone Fluvia dient strikt nageleefd te worden.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
OMV 2020_28 - Waregemstraat 512 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een zwembad in de tuinzone bij de woning, op een perceel gelegen Waregemstraat 512 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 39 L aangevraagd door de heer GREGORY VANYSACKER wonende Beverenstraat 72 te 8540 Deerlijk.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 10 april 2020.
Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.
Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
1. Stedenbouwkundige basisgegevens
Gewestplan
De eigendom situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied met landelijk karakter voor de eerste 50 m van het perceel en agrarisch gebied voor de rest.
Ruimtelijk uitvoeringsplan
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Bijzonder plan van aanleg
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
Verkaveling
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is wel in overeenstemming met de vigerende voorschriften.
Stedenbouwkundige verordeningen
Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:
Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.
Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.
2. Historiek
Relevante stedenbouwkundige vergunningen
Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 20 april 2011 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een nieuwe woning na sloping van de twee bestaande woningen en het renoveren van een bijgebouw.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 27 november 2013 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een tuinhuis van 24 m² en een afdak van 12 m².
Relevante milieuvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
Relevante omgevingsvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag
3.1. Beschrijving van de omgeving
De eigendom situeert zich langsheen de Waregemstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De Waregemstraat wordt gekenmerkt door een diversiteit aan gebouwenvolumes, in hoofdzaak eengezinswoningen maar eveneens een grootschalig historisch gegroeid bedrijf aan de overzijde van de weg. Op de eigendom van de aanvrager is een vrijstaande eengezinswoning aanwezig met een vrijstaande garage en een overdekt terras. Het perceel heeft een diepte van meer dan 100 m waarvan het overgrote deel als tuinzone ingericht is.
3.2. Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvrager wenst in de tuinzone bij de woning een open zwembad op te trekken. Het zwembad heeft een netto breedte van 5 m op een lengte van 10 m. De diepte van het zwembad bedraagt 1,20 m tot 2,10 m. Rondom het zwembad wordt een verharding aangelegd met een breedte van telkens 1,50 m. Het zwembad bevindt zich op een afstand 16 m van de achtergevel van de woning. In de tuinzone is reeds een bestaand overdekt terras aanwezig. Het perceel zelf heeft een diepte van 102 m. De tuinzone achter het zwembad blijft behouden alsook de bestaande bomen in de tuin.
3.3. Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten
De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.
4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar
Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden, noch een adviesvraag aan de aanpalende eigenaars gericht te worden.
5. Adviezen
Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.
6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)
De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier
Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.
7.1 Planologische toets
De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan.
In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
De woongebieden met een landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven;
De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.
De aanvraag situeert zich volledig in het gedeelte woongebied met landelijk karakter zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.
7.2 Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Waregemstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.
7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)
Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
7.4 Mer-screening
De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.
7.5 Natuurtoets
Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.
7.6 Erfgoed-/archeologietoets
Niet van toepassing.
7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)
Niet van toepassing
7.8 Decreet grond- en pandenbeleid
Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.
7.9 Milieuaspecten
Niet van toepassing
7.10 Goede ruimtelijke ordening
Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.
De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een open zwembad in de tuinzone bij een bestaande eengezinswoning. Een zwembad is één van de aanhorigheid eigen aan de tuinzone zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het zwembad bevindt zich op voldoende afstand van de zijperceelsgrenzen teneinde de aanpalende eigenaars niet te hinderen. De tuinzone bij de woning is nog ruim voldoende groot teneinde deze als kwalitatieve private buitenruimte in te richten. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.
7.11 Resultaten openbaar onderzoek
Niet van toepassing
7.12 Scheidingsmuren
Niet van toepassing.
7.13 Bespreking adviezen
Niet van toepassing.
Juridische gronden
Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer GREGORY VANYSACKER wonende Beverenstraat 72 te 8540 Deerlijk, voor het plaatsen van een zwembad in de tuinzone bij de woning, op een perceel gelegen Waregemstraat 512 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 39 L.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
OMV 2020_27 - Vichtesteenweg - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een totem langs de Vichtesteenweg voor de bedrijvenzone De Spijker, op een perceel gelegen Vichtesteenweg en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 554 M aangevraagd door de heer Filip Vanhaverbeke gevestigd President Kennedypark 10 te 8500 Kortrijk.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 10 april 2020.
Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.
Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
1. Stedenbouwkundige basisgegevens
Gewestplan
De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woonuitbreidingsgebied.
Ruimtelijk uitvoeringsplan
De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Bijzonder plan van aanleg
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg, Vichtesteenweg, goedgekeurd bij ministerieel besluit op 5 februari 2009 en met als bestemming zone voor openbare wegenis.
Verkaveling
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
Het BPA is van toepassing op de aanvraag.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.
Stedenbouwkundige verordeningen
Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:
Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.
2. Historiek
Relevante stedenbouwkundige vergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
Relevante milieuvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
Relevante omgevingsvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag
3.1. Beschrijving van de omgeving
De aanvraag situeert zich langs de Vichtesteenweg, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De Vichtesteenweg wordt ingericht met een rijbaan, fietspad en parkeerstrook en naastliggende groenzone. De Vichtesteenweg vormt de verbindingsweg tussen de N36 en het centrum van de gemeente en wordt gekenmerkt door een diversiteit aan functies en dito gebouwenvolumes.
3.2. Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvrager wenst langs de Vichtesteenweg, ter hoogte van de zuidelijke hoek van het eerste bedrijfslot een totem voor het bedrijventerrein De Spijker te plaatsen. De totem wordt ingeplant in de groenzone op het gedeelte openbaar domein en bevindt zich op 1,44 m van de noordelijke perceelsgrens en 1,47 m van de grens van de groenzone. De totem wordt haaks op de perceelsgrens ingeplant en heeft een lengte van 1,25 m op een dikte van 0,15 m. De hoogte van de totem bedraagt 4 m. Het betreft een dubbelzijdige aluminium totem wit gelakt. Op de totem komt de belettering ‘De Spijker’ en de initialen ‘D’ (bovenkant totem) en ‘S’ (onderkant totem) in zwarte kleeffilm. De totem wordt verlicht door middel van 1 ledspot. Een soortgelijke totem werd eveneens geplaatst ter hoogte van het bedrijventerrein Deerlijk-Waregem.
3.3. Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten
De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.
4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar
Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.
5. Adviezen
Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.
6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)
De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier
Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.
7.1 Planologische toets
De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het BPA. De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het BPA aangezien in de algemene voorschriften opgenomen is dat binnen alle bestemmingszones constructies of aanhorigheden van openbaar nut toegelaten zijn, voor zover ze in hun uitbating en algemeen voorkomen geen afbreuk doen aan de kwaliteit en het normale gebruik van de betrokken zone.
7.2 Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Vichtesteenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.
7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)
Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
Het voorliggende project ligt niet in een recent overstroomd gebied doch in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied, maar het project heeft slechts een heel beperkte uitbreiding van de bebouwde oppervlakte (sokkel) en het water kan infiltreren in de naastliggende onverharde ruimte zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
7.4 Mer-screening
De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.
7.5 Natuurtoets
Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.
7.6 Erfgoed-/archeologietoets
Niet van toepassing.
7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)
Niet van toepassing
7.8 Decreet grond- en pandenbeleid
Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.
7.9 Milieuaspecten
Niet van toepassing
7.10 Goede ruimtelijke ordening
Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.
De totem wordt ingeplant in de nabijheid van het nieuwe bedrijventerrein in ontwikkeling inwaarts de Vichtesteenweg zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De totem zorgt voor een uniforme en duidelijke bewegwijzering voor het bedrijventerrein De Spijker en moet voorkomen dat er bij het binnenrijden van de De Spijker verschillende visueel storende bordjes geplaatst worden langs de nieuwe wegenis. De totem heeft een strakke vormgeving. Langs de Vichtesteenweg staan reeds heel wat constructies zodat deze totem niet visueel storend zal zijn. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.
7.11 Resultaten openbaar onderzoek
Niet van toepassing
7.12 Scheidingsmuren
Niet van toepassing.
7.13 Bespreking adviezen
Niet van toepassing.
Juridische gronden
Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Filip Vanhaverbeke namens Intercommunale Leiedal, gevestigd President Kennedypark 10 te 8500 Kortrijk, voor het plaatsen van een totem langs de Vichtesteenweg voor de bedrijvenzone De Spijker, op een perceel gelegen langs de Vichtesteenweg en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 554 M.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring
Aanleiding en context
Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur
• Andere: Organisatiebeheersysteem
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2020/16 goed te keuren.
Artikel 2
Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2020/27 goed te keuren.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Oproep wereldwijd staakt-het-vuren onderschrijven - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de oproep van de Secretaris Generaal van de Verenigde Naties voor een wereldwijd staakt-het vuren te onderschrijven.
Motivering
In een brief van 7 april 2020 vraagt stad Ieper, om de oproep van de Secretaris Generaal van de VN tot een wereldwijd staakt-het-vuren te onderschrijven.
Momenteel wordt iedereen geconfronteerd met Covid-19. Het virus maakt geen onderscheid tussen nationaliteit, afkomst, groep of geloof. In landen waar conflicten woeden is het gezondheidsapparaat vernield en zijn gezondheidswerkers vaak een doelwit. Daardoor lopen de mensen in deze gebieden het hoogste risico om het meest te lijden van Covid-19. Daarom een oproep tot een staakt-het-vuren overal ter wereld.
Stad Ieper vraagt deze oproep te willen onderschrijven en zo te tonen dat Belgische steden en gemeenten solidair zijn met steden, gemeenten en hun inwoners in oorlogssituaties en met alle burgers die omwille van oorlog ontheemd zijn en zich tijdens deze Covid-19 pandemie in de meest kwetsbare en precaire situatie bevinden.
Er zijn geen adviezen nodig.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit om in te gaan op de vraag van stad Ieper en de oproep tot een wereldwijd staakt-het-vuren te onderschrijven.
Artikel 2
Een uittreksel van deze beslissing zal worden overgemaakt aan de Vredesdienst van de stad Ieper via email (vrede@ieper.be).
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Cultuurprogrammatie 2020-2021 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het voorstel tot programmatie voor seizoen 2019-2020 en de voorgestelde ticketprijzen goed te keuren.
Motivering
De programmatie voor seizoen 2020-2021 werd opgemaakt door de cultuurdienst en de werkgroep programmatie. Hierbij zetten we zo sterk mogelijk in op onze troeven: kleinschalige, kwalitatieve voorstellingen van jong talent, afgewisseld met gevestigde waarden en enkele flinke kleppers uit het Vlaamse culturele landschap.
Dit jaar wordt er opnieuw samengewerkt met culturele centra en gemeenschapscentra uit de buurt bij een aantal voorstellingen (CC De Schakel in Waregem, CC Het Spoor in Harelbeke en GC De Zinnen in Anzegem). De samenwerking houdt in dat GC Deerlijk een aantal tickets afneemt bij bepaalde voorstellingen en deze in het abonnement opneemt. Omgekeerd nemen deze partners ook een aantal tickets af bij de voorstellingen in Deerlijk bij enkele voorstellingen.
Ook met UZIEN wordt opnieuw een samenwerking aangegaan, volgens dezelfde samenwerkingsformule zoals dat in het verleden gebeurde. Deze formule blijft de best mogelijke constructie en een win-win-situatie voor zowel UZIEN als de cultuurdienst.
Datum | Voorstelling | Locatie | Voorstel ticketprijs in euro (standaard/ vroeg / jongeren) |
19-20/09/2020 | 40 jaar d'Iefte (programma krijgt nog vorm) | OC d'Iefte + bib + kazerne | gratis evenement |
8/10/2020 | Geike + Hydrogen Sea | CC Het Spoor | VVK 22 / ADD 24 |
23/10/2020 | Grant Lee Philips | CC De Schakel | 20 / 18 / 12 |
24/10/2020 | Pieter Verelst* | OC d'Iefte | 14 / 14/ 7 |
30/10/2020 | Comedy line-up (Hans Cools & Mohsin Abbas) | OC d'Iefte | 14 / 12 / 9 |
6/11/2020 | Flairck** | OC d'Iefte | 14 / 12 / 9 |
4/12/2020 | Ruben Van Gucht - Sportman II** | OC d'Iefte | 14 / 12 / 9 |
11/12/2020 | Begijn Le Bleu | OC d'Iefte | 14 / 14 / 9 |
17/12/2020 | Henk Ryckaert (try-out) | OC d'Iefte | 14 / 12 / 9 |
16/01/2021 | Piv Huvluv | OC d'Iefte | 14 / 12 / 9 |
23/01/2021 | Compagnie Marius | OC d'Iefte | 14 / 12 / 9 |
6/02/2021 | Stijn Kolacny | OC d'Iefte | 14 / 12 / 9 |
13/02/2021 | Trio Dhoore** | UZIEN | 14 / 12 / 9 |
6/03/2021 | Alpin Drums | GC Anzegem | 18 / 16 / 12 |
3/04/2021 | Kommil Foo | OC d'Iefte | 25 / 22 / 22 |
17/04/2021 | Compagnie Krak | Kazerne | 7 (vaste prijs familievoorstelling) |
* deze voorstellingen werden naar aanleiding van de corona-maatregelen uitgesteld vanuit seizoen 2019-2020. Er is hier geen vroegboektarief meer mogelijk, enkel het standaard- en jongerentarief.
** bij deze voorstellingen nemen CC De Schakel, CC Het Spoor of GC Anzegem een contingent tickets af
Voor de voorstelling van 23 januari 2021 wordt samengewerkt met Die Ghesellen.
Voor de voorstelling van 6 februari 2021 wordt samengewerkt met Wild van Klassiek.
Er wordt een wijziging aangebracht t.o.v. eerdere seizoenen met betrekking tot de abonnementsformule. Vanaf seizoen 2020-2021 zal worden gewerkt met een vroegboektarief en een standaardtarief.
• Vroegboektarief: ook bij aankoop van tickets voor slechts één voorstelling krijg je een korting als je je ticket voor een bepaalde datum aankoopt. Op die manier blijf je de voordelen van een abonnement behouden (kortingstarief) en stimuleren we ons publiek om vroeg te beslissen, zonder hen te verplichten om meteen 3 voorstellingen te nemen. Hiermee spelen we in op de zichtbare trend waarbij publiek slechts later beslist om tickets te kopen.
• Standaardtarief: na een bepaalde datum is dit het enige geldende tarief. Zo vermijden we dat er achteraf tarieven verrekend moeten worden als iemand doorheen het seizoen zijn derde voorstelling aankoopt (cf. huidige werkwijze).
Naast deze vroegboekkorting wordt er een alternatief aangeboden voor de hoeveelheidskorting die anders in een abonnementsformule verwerkt zit, het 'vriendenvoordeel'. Vanaf 3 voorstellingen heb je recht op enkele voordelen doorheen het seizoen. Ook personen die doorheen het seizoen een derde voorstelling aankopen (dus niet aan het vroegboektarief), hebben nog recht op deze extraatjes. De werkgroep programmatie zal nog enkele mogelijke voordelen uitwerken om doorheen het seizoen te kunnen aanbieden. Hiermee zetten we nog sterker in op de beleving rond ons aanbod. Op die manier willen we ons vast publiek blijvend aan ons binden en hen extra in de watten leggen.
Timing lancering aanbod en start verkoop:
• Lancering aanbod
◦ Web en social media: maandag 25 mei
◦ Brochure: week 25 mei
De brochure zal enkel nog verstuurd worden naar klanten van de voorbije drie jaar en de nieuwe inwoners van de laatste 2 jaar (wordt verder uitgewerkt door cultuurdienst).
In september zal er nog een bijkomende promotiecampagne komen en doorheen het seizoen wordt sterker in gezet op campagnes per voorstelling.
• Verkoop:
◦ Vroegboektarief: maandag 1 juni tot en met zondag 14 juni(e-mail, webshop en secretariaat OC d'Iefte indien de maatregelen rond het coronavirus dit al toelaten)
◦ Standaardtarief: vanaf maandag 15 juni (e-mail, webshop en secretariaat OC d'Iefte)
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, §1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Raming of bedrag | 30.000 euro |
Actie | cultuur- en schoolprogrammatie |
Jaarbudgetrekening | 0705-00 / 61320001 |
Visum | geen visum vereist |
Deze uitgaven worden gespreid over de jaarbudgetrekening voor eigen programmatie van boekjaar 2020 en boekjaar 2021. De inkomsten kunnen nog niet in kaart worden gebracht.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit het voorstel voor het cultuurprogramma in 2020-2021 en de voorgestelde ticketformules en -prijzen goed te keuren.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
RUP 19-1 Deknudt-Decora - behandeling bezwaren en adviezen - advies GECORO
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het advies van de GECORO over de ingediende bezwaren en opmerkingen, geformuleerd tijdens het openbaar onderzoek, voor het gemeentelijk RUP 19-1 Deknudt-Decora te behandelen.
Motivering
De gemeenteraad heeft in zitting van 12 september 2019 het ontwerp van RUP 19-1 Deknudt-Decora voorlopig vastgesteld. Het openbaar onderzoek betreffende het RUP werd georganiseerd van 14 oktober 2019 tot en met 12 december 2019.
Gedurende het openbaar onderzoek werden 11 bezwaarschriften, waarvan 9 identieke, ingediend en 2 externe adviezen.
De externe adviezen werden toegezonden door:
• de provincie West-Vlaanderen, Ruimtelijke Planning
• de Vlaamse Overheid, Afdeling Gebiedsontwikkeling, omgevingsplanning en -projecten, Jacob van Maerlantgebouw
Overeenkomstig artikel 2.2.14. § 5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening moet de GECORO alle adviezen, bezwaren en opmerkingen bundelen en coördineren en binnen 90 dagen na het einde van het openbaar onderzoek een gemotiveerd advies uitbrengen bij de gemeenteraad. Op hetzelfde ogenblik moet de GECORO aan het college van burgemeester en schepenen de gebundelde adviezen, opmerkingen en bezwaren bezorgen.
De GECORO heeft in haar vergadering van 9 maart 2020 volgend advies geformuleerd:
Alle bezwaren en adviezen zijn tijdig ingediend en aldus ontvankelijk.
Adviezen:
Provincie West-Vlaanderen
De provincie geeft een gunstig advies met volgende inhoudelijke opmerking:
-In het toelichtende gedeelte is voor de De Cassinastraat opgenomen dat het parkeren uit de straat verwijderd wordt en dat ruimte gegeven wordt op de site van Deknudt om te parkeren zodat in de straat voldoende ruimte is voor 2-richtingsverkeer. Dit uitgangsprincipe moet beter vertaald worden in de stedenbouwkundige voorschriften.
Advies Gecoro:
De De Cassinastraat is slechts voor één zijde opgenomen in het plangebied van het RUP (het snijdt de straat doormidden). Het parkeren op de straat bevindt zich aan de zijde buiten het plangebied. Bijgevolg zal het verbieden van parkeren in de straat niet verordenend afgedwongen kunnen worden op de zijde buiten het plangebied.
Deze visie zoals opgenomen in de toelichtingsnota is ondertussen reeds verankerd in de bouwvergunning afgeleverd op 3 mei 2017 strekkende tot het gedeeltelijk afbreken en herinrichten van de bedrijfsgebouwen tot bedrijfsverzamelgebouw zodat op heden reeds garanties zijn tot het verwijderen van de parkeerplaatsen (het niet uitvoeren van de voorwaarde betekent immers het aangaan van een bouwovertreding).
Tenslotte is ook in het RUP Gavers, aan de overzijde van de weg, voorzien in de aanleg van een bijkomende garageweg waardoor de bewoners de mogelijkheid zullen hebben om hun wagen op eigen terrein te gaan parkeren.
De Gecoro wenst zijn standpunt zoals geformuleerd op de plenaire vergadering in dit kader te herhalen en stelt dat ofwel op het niveau van het RUP voorzien moet worden dat op termijn een verbreding van het wegprofiel kan gebeuren door het vastleggen van een achteruitbouwlijn op de site Deknudt, ofwel via flankerend beleid de nodige maatregelen genomen moeten worden om de verkeerscirculatie optimaal te laten lopen (bvb door het invoeren van éénrichtingsverkeer).
Departement Omgeving
Het departement omgeving geeft een gunstig advies met volgende opmerkingen:
-De 4 bouwlagen binnen de overdrukzone 4 dienen bijkomend gemotiveerd te worden.
Advies Gecoro:
Een motivatie voor het bouwen van appartementen en bijhorend het aantal bouwlagen was opgenomen in het ontwerp van de visie verdichting. Door de loskoppeling van het voorliggend RUP met de ontwikkeling op de site Barakke is ook de visie verdichting niet langer opgenomen in voorliggend RUP.
De Gecoro is van mening dat volgende elementen uit de visie verdichting opgenomen kunnen worden als bijkomende motivatie in voorliggend RUP:
•Extra bouwmogelijkheden kunnen voorzien worden in functie van een kwalitatieve hoekafwerking: door het voorzien van een nieuwe openbare infrastructuur (zone 7) ontstaat de mogelijkheid tot afwerking van de nieuwe hoek met een extra bouwlaag.
•Extra bouwmogelijkheden kunnen voorzien worden bij de aanwezigheid van publieke open ruimte: het is de visie om de zone 7 een zekere breedte te geven zodat dit kan dienen als parkeerruimte maar ook extra groenvoorziening en door het parkeren verplicht ondergronds te brengen ontstaan ruimere groene open ruimtes waardoor de extra bouwlaag gemotiveerd kan worden.
-Het aanbrengen van “nevenfuncties” binnen de categorie buurthuis, jeugdwerking, socio-culturele activiteiten, balletschool, kantoor ea passen niet binnen een “zone voor grote en middelgrote bedrijven” De Vlaamse Overheid stelt dat het hier duidelijk een andere bestemming betreft.
Advies Gecoro:
Het opzet van het RUP voor de site is om, naast het realiseren van minder hinderlijke bedrijven in hoofdactiviteit, eveneens te voorzien in een functieverbreding teneinde ook buiten de kantooruren de nodige levendigheid op de site te realiseren. Dit gebeurt enerzijds door het inbrengen van trage verbindingen en groen, maar anderzijds door te voorzien in een aantal complementaire activiteiten die duidelijk ondergeschikt zijn. De voorgestelde activiteiten houden ook een zekere vorm van ondernemen in zich (kantoren, lokaalmarkt, recreatieve activiteiten, enz.).
De site bevindt zich in het centrum van een kern in stedelijk gebied, wat de keuze van een functiemenging zeker ook ondersteund. Conform het RSV moet menging van functies de regel zijn en scheiding ervan de uitzondering.
Het vastleggen van een specifieke zone voor deze nevenactiviteiten zorgt er ook voor dat er geen flexibiliteit meer is in het voorzien van deze activiteiten.
De Gecoro stelt voor deze motivatie bijkomend op te nemen in het toelichtende gedeelte en nog eens juridisch na te gaan of het voorschrift geen probleem kan opleveren bij afgifte van eventuele latere omgevingsvergunningen.
-De kleurcode zone 2 is niet conform voorschriften-plan.
Advies Gecoro
Dit betreft een technische fout die aangepast moet worden.
Bezwaren
B1. t.e.m. B8 (=identiek)
-Bezwaarindieners stellen zonverlies te hebben door de 4de bouwlaag van het appartementsgebouw tegenover hun eigendom.
Advies Gecoro
In de zone 1, zone voor gemengde functies is een gebouw mogelijk van 3 bouwlagen met hellend dak. De overdrukzone 4 boven deze zone 1 laat 4 bouwlagen toe. De 4de bouwlaag wordt voorzien als teruggetrokken laag, 45° achteruit ten opzichte van de voorbouwlijn en volgens de toelichting af te werken met plat dak. Dit betekent dat de impact van deze 4de bouwlaag hetzelfde of zelfs minder zal zijn dan een gebouw met 3 bouwlagen en een hellend dak wat mogelijk is zonder de overdrukzone.
De overdrukzone heeft niet zozeer impact op de hoogte van het gebouw, doch wel op de bewoonbaarheid van de bouwlaag in het dakvolume die in de overdrukzone volwaardig kan zijn.
De Gecoro stelt voor om verordenend op te nemen dat bij de overdrukzone de dakvorm verplicht plat dak moet zijn en dat bij de omgevingsvergunning voor de bouw van een meergezinswoning een informatief document met schaduwstudie gevoegd moet worden.
-Bezwaarindieners stellen inkijk te hebben door de 4de bouwlaag en stellen wel akkoord te kunnen gaan met 3 bouwlagen.
Advies Gecoro
De Harelbekestraat heeft op deze locatie een breedte van ongeveer 13 m. De maximale bruto-hoogte van het gebouw op de voorbouwlijn bedraagt 11 m. De straat is bijgevolg in verhouding tot de hoogte voldoende breed waardoor de inkijk beperkt zal zijn.
In de algemene bepalingen van het RUP (voorschrift 0.1) is opgenomen dat bij elke nieuwe ingreep een afweging dient te gebeuren ten aanzien van de ruimtelijke draagkracht van de omgeving waarbij onder meer privacy als aandachtspunt opgenomen is. Dit betekent dat een afweging inzake inkijk dient te gebeuren op het niveau van de omgevingsvergunning waarbij duidelijker wordt waar zich de verblijfsruimtes of de slaapvertrekken bevinden en hoe de terrassen ingeplant worden.
B9
-Bezwaarindieners stellen zonverlies te hebben door de 4de bouwlaag van het appartementsgebouw tegenover hun eigendom.
Advies Gecoro
In de zone 1, zone voor gemengde functies is een gebouw mogelijk van 3 bouwlagen met hellend dak. De overdrukzone 4 boven deze zone 1 laat 4 bouwlagen toe. De 4de bouwlaag wordt voorzien als teruggetrokken laag, 45° achteruit ten opzichte van de voorbouwlijn en volgens de toelichting af te werken met plat dak. Dit betekent dat de impact van deze 4de bouwlaag hetzelfde of zelfs minder zal zijn dan een gebouw met 3 bouwlagen en een hellend dak wat mogelijk is zonder de overdrukzone.
De overdrukzone heeft niet zozeer impact op de hoogte van het gebouw, doch wel op de bewoonbaarheid van de bouwlaag in het dakvolume die in de overdrukzone volwaardig kan zijn.
De Gecoro stelt voor om verordenend op te nemen dat bij de overdrukzone de dakvorm verplicht plat dak moet zijn en dat bij de omgevingsvergunning voor de bouw van een meergezinswoning een informatief document met schaduwstudie gevoegd moet worden.
B10.
-Bezwaarindiener vraagt tot aanplant van voldoende bomen in functie van de afscherming voor inkijk vanuit de appartementen op de aanpalende eigendom.
Advies Gecoro
In de algemene bepalingen van het RUP is opgenomen dat bij elke nieuwe ingreep een afweging dient te gebeuren ten aanzien van de ruimtelijke draagkracht van de omgeving waarbij onder meer privacy als aandachtspunt opgenomen is. Dit betekent dat een afweging inzake inkijk en de inrichting van de tuinzone dient te gebeuren op het niveau van de omgevingsvergunning.
Door het parkeren ondergronds te verplichten bij meergezinswoningen van meer dan 10 eenheden is er voldoende ruimte in de tuinzone om te voorzien in een volwaardige groenaanplant.
B11
-Bezwaarindieners vragen de appartementen langs de Hoogstraat achteruit in te planten ten opzichte van de rooilijn.
Advies Gecoro
Het RUP verplicht niet tot het bouwen op de rooilijn zodat bij de inplanting van de meergezinswoning rekening gehouden kan worden met een verspringing in de voorbouwlijn teneinde een voldoende openheid te creëren ter hoogte van de overdrukzone 7 en 10. Anderzijds dient vastgesteld dat de bebouwing in de onmiddellijke omgeving waartegen aangebouwd moet worden zich op de rooilijn bevindt waardoor een inplanting minstens deels op de rooilijn vereist is.
Een verdere beoordeling dient te gebeuren op het niveau van de omgevingsvergunning.
-Bezwaarindiener vreest voor schade aan de eigen woning door de ondergrondse garage en vraagt minimaal invasieve werkwijze bij uitvoering van de werken.
Advies Gecoro
Op het niveau van het RUP worden geen dergelijk uitvoeringsgerichte bepalingen opgenomen. Dit dient bekeken te worden op het niveau van de omgevingsvergunning.
-Bezwaarindiener vraagt tot opmaak van tegensprekelijke staat van bevindingen vooraleer de grondwerken aangevat worden.
Advies Gecoro
Het opmaken van een staat van bevindingen is geen bepaling die opgenomen wordt in een RUP maar betreft een burgerrechtelijke aangelegenheid die tussen twee partijen opgemaakt dient te worden, op initiatief van één van de partijen en in functie van de uitvoering van een bouwwerk.
Het college van burgemeester en schepenen overloopt het advies en neemt omtrent het advies volgend standpunt in:
Met betrekking tot het advies inzake de circulatie in de De Cassinastraat in combinatie met het parkeren formuleerde het college in zitting van 14 november 2018 naar aanleiding van de plenaire vergadering volgend standpunt:
'Naar aanleiding van de opmerkingen inzake de verbreding van de De Cassinastraat en de verkeerscirculatie wordt voorgesteld een timing te koppelen aan de realisatie van de overdrukzone 8 (publieke parkeerplaatsen) en in het toelichtende gedeelte te specificeren dat de verkeerscirculatie verder zal bestudeerd worden bij de herziening van het mobiliteitsplan'.
Dit standpunt zal behouden blijven en het college is van mening dat dit via flankerend beleid en een ruimere mobiliteitsvisie verder opgevolgd dient te worden. Het opleggen van een achteruitbouwlijn is niet wenselijk.
Het college sluit zich voor het overige volledig aan bij het advies van de GECORO en is van mening dat volgende aanpassingen aan het RUP wenselijk zijn in functie van de definitieve vaststelling:
• bijkomende motivatie voor de 4 bouwlagen (3 en een teruggetrokken 4de) in de overdrukzone 4
• bijkomende motivatie op de visie voor de nevenfuncties in zone voor grote en middelgrote bedrijven en het voorschrift nog een juridisch laten screenen
• de afstemming van de kleurcode 2 (voorschriften-plan)
• bij de voorschriften van de overdrukzone 4 verordenend toe te voegen dat de dakvorm plat moet zijn en dat bij de omgevingsvergunning voor de bouw van een meergezinswoning een informatief document met schaduwstudie gevoegd moet worden
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen beslist bijgevolg dat het tweede ontwerp van RUP 19-1 Deknudt-Decora naar aanleiding van de ingediende adviezen en bezwaren aangepast dient te worden, zoals hierboven gemotiveerd en dit in functie van de definitieve vaststelling in de gemeenteraad.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Meynaertkouter - verkavelingsvoorstel - ontsluiting - goedkeuring
Dit punt werd uitgesteld naar een volgende zitting.
Zitting van CBS van 22 APRIL 2020
Koop bij Mij-actie 2020 - corona-steunmaatregel UNIZO
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt vanuit UNIZO gevraagd om de 'Koop bij Mij'-actie financieel te ondersteunen zodat een gewijzigd concept kan gelanceerd worden om de lokale handelaars een optimale boost te geven na de coronacrisis.
Motivering
Vorig jaar organiseerde UNIZO de 'Koop bij mij'-actie. Deze actie wil UNIZO nu onder een gewijzigd concept lanceren. Hierbij heeft UNIZO de ambitie om deze handelsactie te organiseren voor elke Deerlijkse handelaar en te zorgen voor de heropleving van de Deerlijkse locale economie. Hierbij willen zij het volgende doen:
• PRIJZEN: een verhoogde prijzenpot onder de vorm van waardebonnen. Hoofdprijzen à rato van 1.000 EUR / 500 EUR / 100 EUR met vele waardebonnen van 50 EUR en 20 EUR.
• VOORZIENE PUBLICITEIT:
◦ Idem zoals andere jaren
◦ Bijkomende vermelding logo gemeente Deerlijk (bij participatie)
• DEELNAMEPRIJS: gratis voor elke Deerlijkse handelaar, al dan niet lid van UNIZO.
Er wordt hierbij uitgegaan van een aankoop van flashy immoborden als extra eye-catcher op gevels van de lokale handelaars. Dit zijn de borden die nu dienen te overheersen in tegenstelling tot de klassieke ‘te koop’ of ‘te huur’ borden binnen de gemeente Deerlijk die de uitzondering dienen te blijven.
Dit gewijzigd concept kan enkel doorgaan indien de gemeente Deerlijk deze actie ondersteunt. De ondersteuning komt rechtstreeks de deelnemende handelaar toe.
Welke zijn de concrete verwachtingen van UNIZO?
Zij stellen een terugbetaling voorop van het inschrijvingsgeld (eventueel geplafonneerd).
De modaliteiten:
• Ofwel ondersteunt de gemeente deze actie financieel, waarbij UNIZO, met het budget, bij de deelnemende handelaars voor het bedrag waardebonnen aankopen.
Gelijke verdeling per handelaar.
• Ofwel stelt de gemeente Deerlijkbonnen ter beschikking.
Belangrijk bij verdeling van de Deerlijkbonnen is dat elke deelnemende handelaar op een evenwaardige wijze wordt toebedeeld. Een vermelding van de handelaar op de Deerlijkbon zou noodzakelijk zijn.
Een ondersteuning vanuit de gemeente zal de mogelijkheid geven om de deelnemer te overtuigen van een win-win situatie, en dit geldt dan ook voor alle Deerlijkse handelaars. Er is een win-win voor 4 partijen:
• de handelaar: gratis deelnemen en ervaart extra duwtje bij de relance van lokaal kopen
• de burger: winnen van waardevollere aankoopbonnen met steun van de lokale economie
• UNIZO: actie zonder verlies te boeken
• de gemeente: betaalbare manier om de lokale economie mee te helpen ondersteunen
Deze samenwerking kan ook op alle mogelijke manieren in de verf gezet worden. Met de ondersteuning zal UNIZO Deerlijk extra in the picture kunnen zetten als een ondernemingsvriendelijke en ondersteunende gemeente, met weerslag binnen en buiten Deerlijk.
De dienst lokale economie wijst erop dat Deerlijkbonnen in principe bij alle deelnemende handelaars gebruikt kunnen worden en dat we vanuit de gemeente niet kunnen garanderen/beperken dat deze dan gebruikt worden in één specifieke zaak. Een mogelijk alternatief zou er in kunnen bestaan dat UNIZO specifiek voor deze actie zelf een bon ontwerpt waarop dan ook het logo van de gemeente wordt geplaatst. Een ontwerp van deze bon moet dan wel ter goedkeuring voorgelegd worden aan de gemeente.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal bestuur
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Raming of bedrag | 13.800 EUR (op basis van 120 deelnemers) |
Actie | Premie kernversterkende initiatieven voor handelaars |
Jaarbudgetrekening | A-7.4.2./0590-01/64900000 |
Visum | n.v.t. |
Er is onvoldoende budget beschikbaar. Hiervoor zal bijkomend krediet voorzien worden bij een volgende budgetwijziging.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit om voor elke deelnemende handelaar 115 euro te betalen, mits elke handelaar 50 euro betaalt aan UNIZO die dit dan gebruikt voor waardebonnen ter aanvulling van de prijzenpot.
Artikel 2
Het college van burgemeester en schepenen besluit om de info over deze actie ook mee bekend te maken via de eigen gemeentelijke infokanalen.
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.