DEERLIJK

15 DECEMBER 2021

 

AANWEZIG

 

Burgemeester: Claude Croes

 

Schepenen: Regine Vanwynsberghe-Rooryck, Sandra De Leeuw-Goussey, Matthias Vanneste, Louis Vanderbeken, Bert Schelfhout

Algemeen directeur: Hans Piepers

 

 

Aan het begin van deze zitting geeft de algemeen directeur, adhv een presentatie, een toelichting omtrent 'Een nieuwe organisatie in 2027'.

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.1. College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 8 december 2021 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 8 december 2021.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 8 december 2021 goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.2. Concessie Gaverkasteel - wijziging openingsuren 't Gaverkasteel - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de wijziging van de openingsuren van 't Gaverkasteel goed te keuren.

 

Motivering

 

Op 13 juli 2020 werd een concessieovereenkomst afgesloten met Maemco bv betreffende de uitbating van een horecazaak in de stallingen van het Gaverkasteel.

 

Gelet op de huidige coronasituatie, de aankomende winterperiode en het enkel open zijn als café werd de gemeente door bestuurders Maxim Vandenbulcke en Emily Fadeux op de hoogte gebracht dat 't Gaverkasteel vanaf 7 december 2021 op dinsdagnamiddag gesloten zal zijn en dit tot en met 28 februari 2022.  Reden hiervoor is dat de kosten hoger oplopen dan de inkomsten.

 

Punt 9.4 uit de concessieovereenkomst bepaalt hierover het volgende:

 Iedere vorm van sluiting tijdens de verplichte openingsuren dient op tijd te worden                             meegedeeld en voorafgaand te worden goedgekeurd door de gemeente.

 

Rekening houdend met het voorgaande wordt het college van burgemeester en schepenen gevraagd akkoord te gaan met de wijziging van de openingsuren op dinsdagnamiddag, en dit van 7 december 2021 tot en met 28 februari 2022.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met de wijziging van de openingsuren van 't Gaverkasteel.

 

Artikel 2

 

't Gaverkasteel zal vanaf 7 december 2021 tot en met 28 februari 2022 gesloten zijn op dinsdagnamiddag.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.3. Voortraject 'Realiseren kwalitatieve ontmoetingsruimte in St-Lodewijk' - gunning - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de gunning van de opdracht “Voortraject 'Realiseren van een kwalitatieve ontmoetingsruimte in Sint-Lodewijk'” goed te keuren.

 

Motivering

 

Eind 2020 waren er contacten tussen de gemeente en de Vrije basisschool Sint Lodewijk (vzw De Brug) gezien er vanuit de school een nood is aan het realiseren van een nieuwe turnzaal. Uit deze contacten ontstond het voorstel tot een samenwerking voor het realiseren van één groot multifunctioneel gebouw dat zowel door de school (als turnzaal) als door alle verenigingen van Sint-Lodewijk kan worden gebruikt.

 

Ondertussen werd ook het traject om een DNA van het Dorp-masterplan op te maken voor Sint-Lodewijk afgerond.  Hieruit kwam onder meer naar voor dat ‘ontmoeten in het dorp’ een belangrijke opgave is en de realisatie van een kwalitatief gebouw dat dubbel dienst doet als turnzaal en als ontmoetingsgebouw werd hierin dan ook bevestigd.

 

Voor de realisatie van het nieuwe gebouw wordt gedacht aan de site Pladijsstraat 296 – 282, kadastraal gekend 2e afdeling, percelen E168 K2, E168 X en E171 S waar enerzijds gebouw A van de school en de Chirolokalen gelegen zijn met achterliggend een open groen plein. Het plein werd tijdens het participatietraject in het kader van het DNA van het Dorp door heel wat bewoners als zeer waardevolle plek binnen het dorp aangeduid.

 

De realisatie van dit nieuw multifunctioneel gebouw moet tevens bijdragen tot het verder versterken van de kern. Bovendien biedt dit ook mogelijkheden om de site ruimtelijk beter te organiseren en te zoeken naar een compacte oplossing (bijvoorbeeld gestapeld gebouw) waardoor de relatie met het plein nog kan versterkt worden.

 

Daarom verdient de site meer dan gewone aandacht en moet er ingezet worden op een kwaliteitsvol ontwerp. Het is dan ook wenselijk om verder na te denken over een weloverwogen inplanting van het nieuwe multifunctioneel gebouw, het gewenste programma voor dit gebouw en de ambities van het project. Via dit voortraject willen we tot een goede projectdefinitie komen die als leidraad kan dienen bij het aanstellen van een ontwerper.

 

Voor dit voortraject wordt er ook een subsidie aangevraagd bij de provincie West-Vlaanderen in het kader van het dorpenreglement.

 

In het kader van de opdracht “Voortraject 'Realiseren van een kwalitatieve ontmoetingsruimte in Sint-Lodewijk'” werd prijsvraag uitgestuurd door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 15.000,00 euro excl. btw of 18.150,00 euro incl. 21% btw.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht tot stand te brengen bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

 

Volgende ondernemers werden uitgenodigd om deel te nemen aan deze opdracht:

        Blauwdruk Stedenbouw, Karel De Preterlei 204 te 2140 Antwerpen

        bv Space-Lab.be, Eggestraat 26 te 2060 Antwerpen

        Atelier Romain, Dendermondsesteenweg 50 te 9000 Gent

        Maarch, Belpairestraat 31 te 2600 Antwerpen

        tussengoed architectuur - stedenbouw bv, Stokkellaan 23 te 8400 Oostende

        noArchitecten bv, Foppensstraat 16 te 1070 Brussel

        Architectenbureau Bart Dehaene bvba, Victor Braeckmanlaan 91 te 9040 Gent

        Voorland bv, Dok Noord 4, Bus C102 te 9000 Gent

        Plusoffice Architects bv, Handelskaai 48 te 1000 Brussel

 

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 10 november 2021 om 10.00 uur te bereiken.

 

Er werden 3 offertes ontvangen:

        Plusoffice Architects bv, Handelskaai 48 te 1000 Brussel (13.012,00 euro excl. btw of 15.744,52 euro incl. 21% btw)

        Blauwdruk Stedenbouw, Karel De Preterlei 204 te 2140 Antwerpen (24.050,00 euro excl. btw of 29.100,50 euro incl. 21% btw)

        Atelier Romain, Dendermondsesteenweg 50 te 9000 Gent (24.700,00 euro excl. btw of 29.887,00 euro incl. 21% btw)

 

De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan de economisch meest voordelige bieder, zijnde Plusoffice Architects bv, Handelskaai 48 te 1000 Brussel, tegen het nagerekende offertebedrag van 13.012,00 euro excl. btw of 15.744,52 euro incl. 21% btw.

 

Juridische gronden

 

   Algemene basisbevoegdheid: Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, §3, 4° betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

   Andere:

        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

        Het Bestuursdecreet van 7 december 2018

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht

        De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen

        De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 92 (de geraamde waarde excl. btw bereikt de drempel van 30.000,00 euro niet)

        Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen

        Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen

        Besluit van de gemeenteraad van 28 mei 2020 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur

        Gemeenteraadsbeslissing van 15 december 2016 waarbij delegatie aan het college van burgemeester en schepenen werd verleend om de wijze van gunnen en de voorwaarden van huidige overheidsopdracht te bepalen

 

Adviezen

 

Het diensthoofd ruimte verleent positief advies.

 

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Bestelbedrag

13.012,00 euro excl. btw of 15.744,52 euro incl. btw

Actie

Bouwen van een polyvalent buurthuis in Sint-Lodewijk

Jaarbudgetrekening

0705-00/22100000/GEMEENTE/CBS/IP-39

Visum

G-2021-53 dd 09/12/2021

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

De opdracht “Voortraject ontmoetingsruimte Sint-Lodewijk” wordt gegund aan de economisch meest voordelige bieder, zijnde Plusoffice Architects bv, Handelskaai 48 te 1000 Brussel, tegen het nagerekende offertebedrag van 13.012,00 euro excl. btw of 15.744,52 euro incl. 21% btw.

 

Artikel 2

 

De betaling zal gebeuren overeenkomstig de bepalingen voorzien in de offerte en met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van 2021 op jaarbudgetrekening 0705/22100000/GEMEENTE/CBS/IP-39 (actie A-3.03.10).

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.4. Administratief medewerker vrije tijd - ontslagname/vermindering prestaties - kennisname -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.5. BIB - vervanging schoonmaakster wegens ziekte - goedkeuring -

 

STEMMINGEN

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.6. Diverse verslagen - kennisname -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.

 

Motivering

 

Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:

 

        Leiedal - verslag van de Raad van Bestuur van 26 november 2021

        Centraal Feestcomité - verslag van de vergadering van 2 december 2021

        RSVK Waregem - verslag van de Raad van Bestuur van 1 december 2021

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.7. Internetaansluiting Schragenstraat 26 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Naar aanleiding van de verbouwingswerken in de school de KIM dienen enkele klassen de komende 3 jaar te verhuizen naar een nieuwe locatie. De nieuwe locatie bevindt zich in de Schragenstraat 26 in Deerlijk. 

 

Motivering

 

Zowel leerkrachten, leerlingen, ondersteunend als administratief personeel dienen te kunnen beschikken over een internetverbinding in de Schragenstraat 26 om hun taken naar behoren te kunnen uitvoeren.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

2.080 euro

Actie

GBB

Jaarbudgetrekening

0801-00/61500000

Visum

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit dat er een internetaansluiting mag voorzien worden in de Schragenstraat 26.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.8. Rebranding 2022 - goedkeuring -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.9. Zwembad - gewijzigde vergoedingen avond- en weekendwerk personeel FARYS|TMVW - kennisname -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de gewijzigde vergoedingen voor avond-, zaterdag-, zondag- en feestdagwerk voor het personeel van de sportaccommodaties van FARYS|TMVW.

 

Motivering

 

FARYS|TMVW laat in een schrijven van 24 november 2021 weten dat de vergoedingen voor avond-, zaterdag-, zon- en feestdagwerk voor haar personeel van de sportaccommodaties per 1 januari 2022 worden gewijzigd. Deze aanpassing geldt ook voor het ingezette redderteam in Aquandé.

 

In bijlage worden de nieuwe vergoedingen opgelijst.

 

Juridische gronden

 

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 § 1. Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De financiële impact van de kennisname is nog niet gekend.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de gewijzigde vergoedingen voor avond-, zaterdag, zondag- en feestdagwerk voor het personeel van de sportaccommodaties van FARYS|TMWV.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.10. Zwembad - offertes en raamcontracten - 2021 - week 50 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de offertes met betrekking tot bestellingen en raamcontracten in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk goed te keuren.

 

Motivering

 

FARYS/TMVW legt offertes voor bestellingen en raamcontracten, in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk, steeds ter goedkeuring voor aan beide gemeenten.

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft hiertoe het budgethouderschap.

 

Volgende offertes voor bestellingen worden ter goedkeuring voorgelegd:

        Visix:

        Nieuwe vlaggen (langwerpig formaat) Aquandé (4 stuks) en Deerlijk (1 stuk), inclusief verzendingskosten: 298,10 euro, exclusief btw (merk op vlag Deerlijk volledig ten koste van gemeente Deerlijk).

 

Volgende nieuwe raamcontracten worden ter goedkeuring voorgelegd:

        Alertis:

        Jaarlijks onderhoud inbraakdetectiesysteem + 24 uur service: 249,20 euro/jaar, excl. btw.

        Aquadomo:

        Maandelijkse temperatuursopvolging in functie van legionella (via app): 238,00 euro éénmalige kost + 1.224,00 euro/jaar, excl. btw.

        Kingspan Light+Air, SC210681:

        Jaarlijks onderhoud branddetectie + jaarlijks omwisselen 12,5 % detectoren volgens specificaties fabricant: 777,77 euro/jaar + 433,07 euro/jaar, excl. btw.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

Eénmalige kosten: 536,10 euro, excl. btw (waarvan aandeel Deerlijk: 287,48 euro, excl. btw)

Jaarlijkse kosten: 2.434,84 euro, excl. btw (waarvan aandeel Deerlijk: 1.217,42 euro, excl. btw)

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de offertes voor de bestellingen en nieuwe raamcontracten, zoals hierboven aangegeven, goed te keuren in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.11. Onderwijs - premie verkeersveiligheidsactie 2021  - de berk en de beuk - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag van centrumscholen de berk en de beuk tot het verkrijgen van de premie voor het voeren van

een verkeersveiligheidsactie, goed te keuren.

 

Motivering

 

De ouderraad van de centrumscholen de berk en de beuk heeft op 9 november 2021 een

aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor het voeren van een

verkeersveiligheidsactie.

 

Deze actie vertaalt zich in de aankoop van fluohesjes die via de ouderraad werden

aangekocht voor de leerlingen van de berk en de beuk.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de

gemeenteraad in zitting van 17 december 2020. Overeenkomstig het premiereglement dekt

de premie de kostprijs van de verkeersveiligheidsactie met een maximum van 1 euro per

kind per jaar. In de centrumscholen de berk en de beuk nemen in totaal 608 leerlingen deel aan de verkeersveiligheidsactie.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Premiereglement verkeersveiligheidsacties scholen goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2020

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

608 euro

Actie

Verkeersveiligheidsacties

Jaarbudgetrekening

GBB/0200-00/64910001

Visum

niet vereist

 

Deze premie dient uitbetaald te worden op bankrekeningnummer BE48 7380 0399 6927 van de ouderraad van de centrumscholen de berk en de beuk.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van de centrumscholen de berk en de beuk tot het verkrijgen van een premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie, goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 608 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE48 7380 0399 6927 van de ouderraad van de centrumscholen de berk en de beuk.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.12. Onderwijs - premie verkeersveiligheidsactie 2021  - GO Basisschool De Driesprong - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag van GO basisschool De Driesprong tot het verkrijgen van de premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie, goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de GO basisschool De Driesprong heeft op 8 december 2021 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie.

 

Deze actie vertaalt zich in de aankoop van fluohesjes voor de leerlingen van de GO basisschool De Driesprong.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2020. Overeenkomstig het premiereglement dekt de premie de kostprijs van de verkeersveiligheidsactie met een maximum van 1 euro per kind per jaar. In de GO basisschool De Driesprong nemen in totaal 197 leerlingen deel aan de verkeersveiligheidsactie.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Premiereglement verkeersveiligheidsacties scholen goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2020

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

197 euro

Actie

Verkeersveiligheidsacties

Jaarbudgetrekening

GBB/0200-00/64910001

Visum

niet vereist

 

Deze premie dient uitbetaald te worden op het bankrekeningnummer BE42 0910 1917 9454 van de GO basisschool De Driesprong.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van de GO basisschool De Driesprong tot het verkrijgen van een premie voor het voeren van een  verkeersveiligheidsactie, goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 197 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE42 0910 1917 9454 van de GO Basisschool De Driesprong.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.13. Onderwijs - premie verkeersveiligheidsactie 2021  - VBS Belgiek - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag van VBS Belgiek tot het verkrijgen van de premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie, goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van VBS Belgiek heeft op 7 december 2021 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie.

 

Deze actie vertaalt zich in de aankoop van fluohesjes voor de leerlingen (kleuters) van VBS Belgiek.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2020. Overeenkomstig het premiereglement dekt de premie de kostprijs van de verkeersveiligheidsactie met een maximum van 1 euro per kind per jaar. In VBS Belgiek nemen in totaal 221 leerlingen deel aan de verkeersveiligheidsactie.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Premiereglement verkeersveiligheidsacties scholen goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2020

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

221 euro

Actie

Verkeersveiligheidsacties

Jaarbudgetrekening

GBB/0200-00/64910001

Visum

niet vereist

 

De premie dient uitbetaald te worden op het bankrekeningnummer BE38 9100 7461 9772 van VBS Belgiek

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van VBS Belgiek tot het verkrijgen van een premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie, goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 221 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE38 9100 7461 9772 van VBS Belgiek.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.14. Nationale Strijdersbond Deerlijk - afrekening tussenkomst werkingsuitgaven 2021 en aanvraag voorschot 2022 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de afrekening in de tussenkomst werkingsuitgaven 2021 en de aanvraag van een voorschot op de tussenkomst werkingsuitgaven 2022 van de Nationale Strijdersbond (N.S.B.) - afdeling Deerlijk, goed te keuren.

 

Motivering

 

Op 6 december 2021 bezorgt de voorzitter van N.S.B. - afdeling Deerlijk de afrekening bij de tussenkomst in de werkingsuitgaven van 2021. Dit voor een bedrag van 1.063,38 euro. Bij de aanvraag zijn bewijsstukken gevoegd.

In zitting van 15 januari 2021 keurde het college van burgemeester en schepenen reeds een voorschot in de werkingskosten voor 2021 goed ten bedrage van 500 euro. Dit impliceert dat N.S.B. - afdeling Deerlijk bij deze afrekening nog een saldo opvraagt van 563,38 euro aan de gemeente.

 

Eveneens op 6 december 2021 vraagt de voorzitter van N.S.B. - afdeling Deerlijk of er reeds een voorschot in de tussenkomst in de werkingskosten voor 2022, ten bedrage van 500 euro, kan bekomen worden.

 

De combinatie van het saldo in de tussenkomst in de werkingskosten 2021 (563,38 euro) en het voorschot in de tussenkomst in de werkingskosten 2022 (500 euro) resulteert in een door de gemeente over te maken bedrag van 1.063,38 euro aan N.S.B. - afdeling Deerlijk.

 

Juridische gronden

 

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56. § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

1.063,38 euro

Actie

Tussenkomst werkingsuitgaven Verbroedering oudstrijders Deerlijk Centrum

Jaarbudgetrekening

GBB/0719-00/64420002

Visum

/

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de afrekening bij de tussenkomst in de werkingskosten 2021 van N.S.B. - afdeling Deerlijk goed te keuren.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het saldo bij de tussenkomst in de werkingskosten 2021 (ten bedrage van 563,38 euro) alsook het voorschot op de tussenkomst in de werkingskosten 2022 (ten bedrage van 500 euro), samen goed voor een totaal bedrag van 1.063,38 euro, over te maken op rekeningnummer BE39 0689 1044 1219 van N.S.B. - afdeling Deerlijk.

 

Na afloop van de activiteiten in 2022 dienen de nodige verantwoordingsstukken bezorgd te worden om de gemaakte kosten te staven.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.15. Centraal Feestcomité - seniorenfeest 2021 - uitbetaling saldo - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het saldo van de voorziene werkingskosten voor het seniorenfeest 2021 aan het Centraal Feestcomité uit te betalen.

 

Motivering

 

Het Centraal Feestcomité organiseert jaarlijks een seniorenfeest dat plaatsvindt op de derde donderdag van de maand november. Het seniorenfeest werd omwille van de COVID-situatie noodgedwongen en last minute geannuleerd. Heel wat kosten waren op dat moment evenwel al gemaakt.

 

In haar schrijven van 8 december 2021 vraagt het Centraal Feestcomité het voorziene saldo van de werkingskosten ten bedrage van 1.500 euro over te schrijven op hun rekeningnummer BE68 7384 0808 0234.

 

Het Centraal Feestcomité voegt daarbij een financieel overzicht.

 

Juridische gronden

 

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

1.500 euro

Actie

Tussenkomst werkingsuitgaven centraal feestcomité

Jaarbudgetrekening

GBB/0719-00/64420000

Visum

/

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om het saldo van de voorziene werkingskosten voor het seniorenfeest, ten bedrage van 1.500 euro, uit te betalen op het rekeningnummer BE68 7384 088 0234 van het Centraal Feestcomité.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.16. Centraal Feestcomité - werkingskosten 2021 - uitbetaling saldo - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het saldo van de werkingskosten 2021 aan het Centraal Feestcomité uit te betalen.

 

Motivering

 

Het Centraal Feestcomité staat in voor de organisatie van en medewerking aan diverse festiviteiten in de gemeente.

 

In hun schrijven van 8 december 2021 vraagt het Centraal Feestcomité om het saldo van hun werkingskosten, ten bedrage van 1.300 euro, over te schrijven op hun rekeningnummer BE68 7384 0808 0234

 

Het Centraal Feestcomité voegt daarbij een financieel overzicht van haar werkingskosten 2021.

 

Juridische gronden

 

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

1.300 euro

Actie

Tussenkomst werkingsuitgaven centraal feestcomité

Jaarbudgetrekening

GBB/0719-00/64420000

Visum

/

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om het saldo van de werkingskosten 2021, ten bedrage van 1.300 euro, uit te betalen op het rekeningnummer BE68 7384 0808 0234 van het Centraal Feestcomité.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.17. Onderwijs - overeenkomst noodopvang met GO basisschool De Driesprong voor de organisatie van noodopvang van 20 december tot en met 24 december 2021 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de overeenkomst tussen de gemeente Deerlijk en de GO basisschool De Driesprong inzake noodopvang van schoolkinderen tijdens de extra week kerstvakantie van 20 december tot en met 24 december 2021 goed te keuren.

 

Motivering

 

Om de coronacrisis het hoofd te bieden besliste het Overlegcomité op 3 december 2021 onder meer om een afkoelingsweek in te lassen in de Vlaamse scholen van 20 december tot en met 24 december 2021. Samen met de daaropvolgende kerstvakantie ontstaat zo een langere periode waarin het virus minder kansen krijgt.

 

Voor sommige ouders is het niet gemakkelijk om voor die extra dagen kinderopvang te regelen. Daarom voorziet de Vlaamse Regering opnieuw 30 euro per dag per kind voor de lokale besturen die ervoor kiezen om bijkomend opvangaanbod in regie te creëren. De Vlaamse Regering grijpt daarbij terug naar de oplossing die goed heeft gewerkt in 2020 en 2021, met een goede samenwerking tussen de lokale besturen, de verschillende (buitenschoolse) opvanginitiatieven en de scholen. Dit betekent dus dat de volgende basisprincipes opnieuw gelden:

 

  1. Het mengen van bubbels moet maximaal vermeden worden. Aan de ouders wordt gevraagd dat ze hun kinderen zoveel mogelijk thuis opvangen en contact met anderen, en zeker met kwetsbaren, vermijden.
  2. Niet alle ouders vinden een oplossing in eigen netwerk, maar hebben wel opvangnood (bv. zorgpersoneel, kwetsbare gezinnen, …). Indien blijkt dat door een flexibele inzet van het reguliere aanbod, met alle bestaande middelen, niet alle opvangnoden kunnen worden beantwoord, zijn de lokale besturen het best geplaatst om vanuit de regierol de resterende pistes te onderzoeken.
  3. Het bijkomend opvangaanbod wordt gecreëerd door de lokale besturen zelf of door andere lokale actoren (buitenschoolse opvang, jeugdwerkinitiatieven, sportinitiatieven, …), die daarvoor zullen worden vergoed door het lokaal bestuur (zie punt 4). Het lokaal bestuur sluit desgevallend met de andere lokale actoren een overeenkomst voor opvang af. Ook de scholen kunnen vrijwillig een inbreng doen.
  4. De wijze van financieren is identiek als deze voor de noodopvang in 2020 en begin 2021. Het gaat dus over financiering aan de lokale besturen van bijkomend kosteloos opvangaanbod, indien deze opvang georganiseerd wordt buiten het regulier gefinancierde onderwijs- en opvangaanbod.

a)      voor de inzet van personeel: 20 euro per effectief opgevangen kind per volledige dag en 10 euro per effectief opgevangen kind per halve dag;

b)      voor de inzet van infrastructuur: 10 euro per effectief opgevangen kind per dag.

  1. De opvang geldt voor alle kinderen die naar het basisonderwijs gaan waarvoor opvang noodzakelijk is. De Vlaamse Regering legt voor het overige geen subsidievoorwaarden op omtrent de kinderen die in aanmerking komen. Lokale besturen en opvanginitiatieven kunnen wel op basis van noden en mogelijkheden een prioritering opmaken. Zij kennen hun gezinnen en kunnen de inschatting zelf maken. Hierbij wordt uitgegaan van prioritaire noodopvang voor volgende doelgroepen:

a)      kinderen van ouders met essentieel beroep die niet in de mogelijkheid zijn om te telewerken;

b)      kinderen in kwetsbare situaties.

  1. De opvang wordt zoveel als mogelijk georganiseerd volgens de geldende kwaliteitsvoorwaarden. Daarbij moet maximaal rekening gehouden worden met de richtlijnen uit het meest actuele draaiboek rond de organisatie van opvang voor schoolgaande kinderen van het Agentschap Opgroeien. In deze fase van de coronapandemie dienen ook volgende bijkomende maatregelen en richtlijnen in acht genomen te worden:

a)      bubbels van maximaal 50 unieke kinderen gedurende één week, exclusief begeleiding;

b)      maximaal buiten spelen en eten;

c)      kinderen vanaf 6 jaar en alle begeleiders dragen mondmasker.

 

Go Basisschool De Driesprong gaf aan extra opvangaanbod te willen en kunnen organiseren tijdens de week van 20 december tot en met 24 december 2021.

 

Ter invulling van haar regierol dient de gemeente Deerlijk een overeenkomst aan te gaan tussen de gemeente Deerlijk en GO Basisschool De Driesprong inzake opvang van schoolkinderen tijdens de week van 20 december tot en met 24 december 2021.

 

Deze overeenkomst is de basis voor het verkrijgen van de projectsubsidie. De projectsubsidie komt ten goede aan de lokale actor die het bijkomend opvangaanbod creëert, in dit geval GO Basisschool De Driesprong. In uitvoering van de overeenkomst wordt de projectsubsidie geprefinancierd door de gemeente Deerlijk, waarna de gemeente Deerlijk een projectsubsidieaanvraag dient te richten tot de Vlaamse Overheid.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2020 tot toekenning van een projectsubsidie ter compensatie van de kosten voor opvang van schoolkinderen tijdens de schooluren

 

Financiën

 

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de overeenkomst tussen de gemeente Deerlijk en GO basisschool De Driesprong inzake opvang van schoolkinderen tijdens de extra dagen kerstvakantie van 20 december tot en met 24 december 2021 goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.18. Onderwijs - overeenkomst noodopvang met VBS Deerlijk voor de organisatie van noodopvang van 20 december tot en met 24 december 2021 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de overeenkomst tussen de gemeente Deerlijk en de VBS Deerlijk inzake noodopvang van schoolkinderen tijdens de extra week kerstvakantie van 20 december 2021 tot en met 24 december 2021 goed te keuren.

 

Motivering

 

Om de coronacrisis het hoofd te bieden besliste het Overlegcomité op 3 december 2021 onder meer om een afkoelingsweek in te lassen in de Vlaamse scholen van 20 december 2021 tot en met 24 december 2021. Samen met de daaropvolgende kerstvakantie ontstaat zo een langere periode waarin het virus minder kansen krijgt.

 

Voor sommige ouders is het niet gemakkelijk om voor die extra dagen kinderopvang te regelen. Daarom voorziet de Vlaamse Regering opnieuw 30 euro per dag per kind voor de lokale besturen die ervoor kiezen om bijkomend opvangaanbod in regie te creëren. De Vlaamse Regering grijpt daarbij terug naar de oplossing die goed heeft gewerkt in 2020 en 2021, met een goede samenwerking tussen de lokale besturen, de verschillende (buitenschoolse) opvanginitiatieven en de scholen. Dit betekent dus dat de volgende basisprincipes opnieuw gelden:

 

  1. Het mengen van bubbels moet maximaal vermeden worden. Aan de ouders wordt gevraagd dat ze hun kinderen zo veel mogelijk thuis opvangen en contact met anderen, en zeker met kwetsbaren, vermijden.
  2. Niet alle ouders vinden een oplossing in eigen netwerk, maar hebben wel opvangnood (bv. zorgpersoneel, kwetsbare gezinnen, …). Indien blijkt dat door een flexibele inzet van het reguliere aanbod, met alle bestaande middelen, niet alle opvangnoden kunnen worden beantwoord, zijn de lokale besturen het best geplaatst om vanuit de regierol de resterende pistes te onderzoeken.
  3. Het bijkomend opvangaanbod wordt gecreëerd door de lokale besturen zelf of door andere lokale actoren (buitenschoolse opvang, jeugdwerkinitiatieven, sportinitiatieven, …), die daarvoor zullen worden vergoed door het lokaal bestuur (zie punt 4). Het lokaal bestuur sluit desgevallend met de andere lokale actoren een overeenkomst voor opvang af. Ook de scholen kunnen vrijwillig een inbreng doen.
  4. De wijze van financieren is identiek als deze voor de noodopvang in 2020 en begin 2021. Het gaat dus over financiering aan de lokale besturen van bijkomend kosteloos opvangaanbod, indien deze opvang georganiseerd wordt buiten het regulier gefinancierde onderwijs- en opvangaanbod.

a)      voor de inzet van personeel: 20 euro per effectief opgevangen kind per volledige dag en 10 euro per effectief opgevangen kind per halve dag;

b)      voor de inzet van infrastructuur: 10 euro per effectief opgevangen kind per dag.

  1. De opvang geldt voor alle kinderen die naar het basisonderwijs gaan waarvoor opvang noodzakelijk is. De Vlaamse Regering legt voor het overige geen subsidievoorwaarden op omtrent de kinderen die in aanmerking komen. Lokale besturen en opvanginitiatieven kunnen wel op basis van noden en mogelijkheden een prioritering opmaken. Zij kennen hun gezinnen en kunnen de inschatting zelf maken. Hierbij wordt uitgegaan van prioritaire noodopvang voor volgende doelgroepen:

a)      kinderen van ouders met essentieel beroep die niet in de mogelijkheid zijn om te telewerken;

b)      kinderen in kwetsbare situaties.

  1. De opvang wordt zoveel als mogelijk georganiseerd volgens de geldende kwaliteitsvoorwaarden. Daarbij moet maximaal rekening gehouden worden met de richtlijnen uit het meest actuele draaiboek rond de organisatie van opvang voor schoolgaande kinderen van het Agentschap Opgroeien. In deze fase van de coronapandemie dienen ook volgende bijkomende maatregelen en richtlijnen in acht genomen te worden:

a)      bubbels van maximaal 50 unieke kinderen gedurende één week, exclusief begeleiding;

b)      maximaal buiten spelen en eten;

c)      kinderen vanaf 6 jaar en alle begeleiders dragen mondmasker.

 

VBS Deerlijk gaf aan extra opvangaanbod te willen en kunnen organiseren tijdens de week van 20 december 2021 tot en met 24 december 2021.

 

Ter invulling van haar regierol dient de gemeente Deerlijk een overeenkomst aan te gaan tussen de gemeente Deerlijk en VBS Deerlijk inzake opvang van schoolkinderen tijdens de week van 20 december 2021 tot en met 24 december 2021.

 

Deze overeenkomst is de basis voor het verkrijgen van de projectsubsidie. De projectsubsidie komt ten goede aan de lokale actor die het bijkomend opvangaanbod creëert, in dit geval VBS Deerlijk. In uitvoering van de overeenkomst wordt de projectsubsidie geprefinancierd door de gemeente Deerlijk, waarna de gemeente Deerlijk een projectsubsidieaanvraag dient te richten tot de Vlaamse Overheid.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2020 tot toekenning van een projectsubsidie ter compensatie van de kosten voor opvang van schoolkinderen tijdens de schooluren

 

Financiën

 

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de overeenkomst tussen de gemeente Deerlijk en VBS Deerlijk inzake opvang van schoolkinderen tijdens de extra dagen kerstvakantie van 20 december 2021 tot en met 24 december 2021 goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.19. Onderwijs - overeenkomst noodopvang met VBS Sint-Lodewijk voor de organisatie van noodopvang van 20 december tot en met 24 december 2021 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de overeenkomst tussen de gemeente Deerlijk en de VBS Sint-Lodewijk inzake noodopvang van schoolkinderen tijdens de extra week kerstvakantie van 20 december tot en met 24 december 2021 goed te keuren.

Motivering

 

Om de coronacrisis het hoofd te bieden besliste het Overlegcomité op 3 december 2021 onder meer om een afkoelingsweek in te lassen in de Vlaamse scholen van 20 december tot en met 24 december 2021. Samen met de daaropvolgende kerstvakantie ontstaat zo een langere periode waarin het virus minder kansen krijgt.

 

Voor sommige ouders is het niet gemakkelijk om voor die extra dagen kinderopvang te regelen. Daarom voorziet de Vlaamse Regering opnieuw 30 euro per dag per kind voor de lokale besturen die ervoor kiezen om bijkomend opvangaanbod in regie te creëren. De Vlaamse Regering grijpt daarbij terug naar de oplossing die goed heeft gewerkt in 2020 en 2021, met een goede samenwerking tussen de lokale besturen, de verschillende (buitenschoolse) opvanginitiatieven en de scholen. Dit betekent dus dat de volgende basisprincipes opnieuw gelden:

 

  1. Het mengen van bubbels moet maximaal vermeden worden. Aan de ouders wordt gevraagd dat ze hun kinderen zoveel mogelijk thuis opvangen en contact met anderen, en zeker met kwetsbaren, vermijden.
  2. Niet alle ouders vinden een oplossing in eigen netwerk, maar hebben wel opvangnood (bv. zorgpersoneel, kwetsbare gezinnen, …). Indien blijkt dat door een flexibele inzet van het reguliere aanbod, met alle bestaande middelen, niet alle opvangnoden kunnen worden beantwoord, zijn de lokale besturen het best geplaatst om vanuit de regierol de resterende pistes te onderzoeken.
  3. Het bijkomend opvangaanbod wordt gecreëerd door de lokale besturen zelf of door andere lokale actoren (buitenschoolse opvang, jeugdwerkinitiatieven, sportinitiatieven, …), die daarvoor zullen worden vergoed door het lokaal bestuur (zie punt 4). Het lokaal bestuur sluit desgevallend met de andere lokale actoren een overeenkomst voor opvang af. Ook de scholen kunnen vrijwillig een inbreng doen.
  4. De wijze van financieren is identiek als deze voor de noodopvang in 2020 en begin 2021. Het gaat dus over financiering aan de lokale besturen van bijkomend kosteloos opvangaanbod, indien deze opvang georganiseerd wordt buiten het regulier gefinancierde onderwijs- en opvangaanbod.

a)      voor de inzet van personeel: 20 euro per effectief opgevangen kind per volledige dag en 10 euro per effectief opgevangen kind per halve dag;

b)      voor de inzet van infrastructuur: 10 euro per effectief opgevangen kind per dag.

  1. De opvang geldt voor alle kinderen die naar het basisonderwijs gaan waarvoor opvang noodzakelijk is. De Vlaamse Regering legt voor het overige geen subsidievoorwaarden op omtrent de kinderen die in aanmerking komen. Lokale besturen en opvanginitiatieven kunnen wel op basis van noden en mogelijkheden een prioritering opmaken. Zij kennen hun gezinnen en kunnen de inschatting zelf maken. Hierbij wordt uitgegaan van prioritaire noodopvang voor volgende doelgroepen:

a)      kinderen van ouders met essentieel beroep die niet in de mogelijkheid zijn om te telewerken;

b)      kinderen in kwetsbare situaties.

  1. De opvang wordt zoveel als mogelijk georganiseerd volgens de geldende kwaliteitsvoorwaarden. Daarbij moet maximaal rekening gehouden worden met de richtlijnen uit het meest actuele draaiboek rond de organisatie van opvang voor schoolgaande kinderen van het Agentschap Opgroeien. In deze fase van de coronapandemie dienen ook volgende bijkomende maatregelen en richtlijnen in acht genomen te worden:

a)      bubbels van maximaal 50 unieke kinderen gedurende één week, exclusief begeleiding;

b)      maximaal buiten spelen en eten;

c)      kinderen vanaf 6 jaar en alle begeleiders dragen mondmasker.

 

VBS Sint-Lodewijk gaf aan extra opvangaanbod te willen en kunnen organiseren tijdens de week van 20 december tot en met 24 december 2021.

 

Ter invulling van haar regierol dient de gemeente Deerlijk een overeenkomst aan te gaan tussen de gemeente Deerlijk en VBS Sint-Lodewijk inzake opvang van schoolkinderen tijdens de week van 20 december tot en met 24 december 2021.

 

Deze overeenkomst is de basis voor het verkrijgen van de projectsubsidie. De projectsubsidie komt ten goede aan de lokale actor die het bijkomend opvangaanbod creëert, in dit geval VBS Sint-Lodewijk. In uitvoering van de overeenkomst wordt de projectsubsidie geprefinancierd door de gemeente Deerlijk, waarna de gemeente Deerlijk een projectsubsidieaanvraag dient te richten tot de Vlaamse Overheid.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2020 tot toekenning van een projectsubsidie ter compensatie van de kosten voor opvang van schoolkinderen tijdens de schooluren

 

Financiën

 

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de overeenkomst tussen de gemeente Deerlijk en VBS Sint-Lodewijk inzake opvang van schoolkinderen tijdens de extra dagen kerstvakantie van 20 december tot en met 24 december 2021 goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.20. Onderwijs - premie verkeersveiligheidsactie 2021  - VBS Sint-Lodewijk - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag van de Vrije Basisschool Sint-Lodewijk tot het verkrijgen van de premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie, goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van VBS Sint-Lodewijk heeft op 19 oktober 2021 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie.

 

Deze actie vertaalt zich in de aankoop van fluo boekentasovertrekken voor de leerlingen van de school, met name 5de en 6de leerjaar.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2020. Overeenkomstig het premiereglement dekt de premie de kostprijs van de verkeersveiligheidsactie met een maximum van 1 euro per kind per jaar. In VBS Sint-Lodewijk nemen in totaal 277 leerlingen deel aan de verkeersveiligheidsacties.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Premiereglement verkeersveiligheidsacties scholen goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2020

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

277 euro

Actie

Verkeersveiligheidsacties

Jaarbudgetrekening

GBB/0200-00/64910001

Visum

niet vereist

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van VBS Sint-Lodewijk tot het verkrijgen van een premie voor het voeren van een verkeersveiligheidsactie, goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 277 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE82 7360 1778 0568 van de Vrije Basisschool Sint-Lodewijk.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.21. Feestelijkheden - Premie security - Chiro Sellewie - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aangevraagde premie security door Chiro Sellewie toe te kennen.

 

Motivering

 

In de gemeenteraad van 17 december 2020 werd het premiereglement voor security op fuiven goedgekeurd.

Om voor de premie (50 % van de totale kostprijs) in aanmerking te komen moet minimaal een beroep gedaan worden op twee security agenten, waarbij volgende normen gelden:

        tot 599 bezoekers: 2 security agenten;

        van 600 tot 899 bezoekers: 3 security agenten;

        per schijf van 500 bezoekers boven de 899 bezoekers; één security agent extra.

 

Volgende jeugdvereniging dient een aanvraag in voor de premie security op fuiven:

 

Vereniging

Fuif en datum

Bezoekers

Aantal in aanmerking komende agenten

Aantal gevraagde agenten

Totale kostprijs

Chiro Sellewie

La Nuit d'Ambiance

13/11/2021

600

2

2

961,95 euro

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere :

        Premiereglement security, goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 17 december 2020

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

480,98 euro

Actie

Overig beleid

Jaarbudgetrekening

GBB / 0719-00 / 64910020

Visum

nee

 

 Er is onvoldoende budget beschikbaar.

 

Het tekort aan budget wordt afgenomen van jaarbudgetrekening GBB / 0750-00 / 61500000.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met de uitbetaling van de premie aan de desbetreffende jeugdvereniging als volgt:

 

Vereniging

Fuif en datum

Betoelaagde agenten

Rekeningnummer

Te betalen premie

Chiro Sellewie

La Nuit d'Ambiance

13/11/2021

2

BE56 8601 1399 5388

480,98 euro

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.22. Jeugd - chiro Joeki - renovatiedossier 2021 - afvoer en leidingen - definitieve goedkeuring -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.23. Jeugdraad - tussenkomst werkingsuitgaven 2021 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de tussenkomst in de werkingsuitgaven van de jeugdraad over 2021, over te maken aan de jeugdraad.

 

Motivering

 

Het dagelijks bestuur van de jeugdraad heeft een opsomming gemaakt van de werkingskosten van het jaar 2021.

 

Deze werden ook voorgelegd aan de jeugdraad op 5 december 2021.

 

Werkingsuitgaven

Totaal bedrag

Bankkosten

59,36 euro

Jeugdraadawards

188,86 euro

Bedankingsetentje

820,20 euro

Sint

19,77 euro

TOTAAL

1.088,19 euro

 

Een detail van deze werkingsuitgaven is terug te vinden in bijlage.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

1.088,19 euro

Actie

Overig beleid

Jaarbudgetrekening

GBB / 0750-00 / 64410004

Visum

Geen visum

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de tussenkomst in de werkingsuitgaven van jeugdraad Deerlijk, voor een bedrag van 1.088,19 euro, over te maken op rekeningnummer BE32 0015 8216 7202 van jeugdraad Deerlijk, op naam van Gilles Goemaere (penningmeester), Commandant Edm. Ameyestraat 8 bus 001 te Deerlijk.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.24. LO/BBO - vervanging ondersteunend personeelslid -

 

STEMMINGEN

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.25. Omgevingsvergunning - Eikenstraat 131 Harelbeke - beslissling deputatie - aktename -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de beslissing over de aanvraag tot omgevingsvergunning, ingediend door PROVOVER provincie West-Vlaanderen.  Het betreft een aanvraag tot het hernieuwen van de vergunning, inzake de ingedeelde inrichting en activiteit van klasse 1, voor het provinciaal domein De Gavers (verder exploiteren, uitbreiden en wijzigen), alle ingedeelde inrichtingen bevinden zich op en rond het Gavermeer en zijn volledig gelegen op het grondgebied van Harelbeke (Eikenstraat 131).

 

Motivering

 

Op 2 december 2021 heeft de deputatie van de provincie West-Vlaanderen beslist een vergunning van onbepaalde duur te verlenen, mits naleving van de volgende voorwaarde:

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden staan in titel II en titel III van het VLAREM.  Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven.  De integrale en geconsolideerde tekst van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https:/ /navigator.emis.vito.be.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit akte te nemen van de beslissing van de deputatie van de provincie West-Vlaanderen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.26. OMV 2021.156 - Omgevingsvergunning - Kleine Tapuitstraat 12 - Beslissing Deputatie - aktename -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de beslissing over de aanvraag tot omgevingsvergunning, ingediend door NV GROZ-BECKERT CARDING Belgium, Kleine Tapuitstraat 12 te 8540 Deerlijk. Het betreft een aanvraag tot het uitbreiden en wijzigen van een metaalverwerkend bedrijf, op een perceel gelegen Kleine Tapuitstraat 12, 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Op 2 december 2021 heeft de deputatie van de Provincie West-Vlaanderen de volgende beslissing genomen: voorwaardelijk vergund.

 

De omgevingsvergunning, verleend voor een termijn die eindigt op 22 maart 2032 (samenvallend met de einddatum van de basisvergunning), is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden:

 

'Conclusie

De aanvraag omvat het uitbreiden en wijzigen van een metaalverwerkend bedrijf. Met voorliggende aanvraag wenst het bedrijf, in navolging van de verhuis (2012) van de site Zwevegem naar Deerlijk, een regularisatie te bekomen van de reële toestand. Verder wordt een uitbreiding gevraagd voor de 6 nieuwe inline machines.

 

De uitgebrachte adviezen zijn gunstig en tijdens het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ingediend. De vergunning kan verleend worden voor een termijn tot 22 maart 2032 (einde basisvergunning).

 

Overwegende dat de exploitatie van het toelaatbare deel van de inrichting verenigbaar moet gemaakt worden met de omgeving, zowel wat betreft de risico's voor de externe veiligheid al wat betreft de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting;

Dat het daarom noodzakelijk is vergunningsvoorwaarden op te leggen die technisch haalbaar zijn en voldoen aan de vereiste van best beschikbare schone technologie zonder overmatig hoge kosten; dat de technische criteria en de van toepassing zijnde normen vanuit dit uitgangspunt gehanteerd worden; dat deze voorwaarden kunnen worden geconcretiseerd als omschreven in bijlage.

 

Conform artikels 48, §1, 12° en 48, §2 van het omgevingsvergunningenbesluit vermeldt de vergunning de geactualiseerde vergunningstoestand op het vlak van de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit.

 

Besluit

De vergunning voor het uitbreiden en wijzigen van het metaalverwerkend bedrijf wordt verleend (tot 22 maart 2032) mits naleving van de volgende voorwaarden:

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden staan in VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

- Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

- Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt akte van de beslissing van de deputatie van de Provincie West-Vlaanderen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.27. OMV 2021_204 - Kapelstraat 96 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen van een eengezinswoning, op een perceel gelegen Kapelstraat 96 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 178 A3 aangevraagd door Evelyne Van Weehaeghe namens RENOVATIEWERKEN KESTELOOT BVBA gevestigd Nieuwpoortstraat 2 te 8570 Anzegem.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  9 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De betreffende woning op lot 2 en de bestaande woning Kapelstraat 96 kunnen pas worden afgesplitst ifv vervreemding nadat de nieuwe woning winddicht is.

        De minimale diepte van de parkeerplaatsen dient 5,50 m te zijn.

        De hoogte van de haag rondom de voorziene parkeerplaatsen dient beperkt te worden in hoogte in functie van de zichtbaarheid.

        De aanpassingen aan de bestaande groenstrook op het openbaar domein zijn ten laste van de aanvrager. Deze werken kunnen pas uitgevoerd worden na het verkrijgen van een aparte machtiging van het college van burgemeester en schepenen.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, Rup Sint-Lodewijk centrum met als bestemming zone voor centrumfuncties en wonen.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het RUP  is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2017.

     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 oktober 1965 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een garage.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 mei 1972 door het college van burgemeester en schepenen voor het aanbrengen van een logia in de zijgevel van uw woonhuis en herstellen van de zijgevel.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 18 november 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een afsluiting (1 betonplaats en ursusdraad) op de hoek van de Kapelstraat en de Oliebergstraat.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 30 januari 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een plaquette aan de voorgevel van uw woonhuis.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Weigering omgevingsvergunning afgeleverd op 15 september 2021 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen en uitbreiden van de bestaande woning, het bouwen van 2 nieuwe woningen en het slopen van een duiventil.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 794 m² en is gelegen langs de Kapelstraat op de hoek met de Oliebergstraat op ongeveer 300 m ten zuiden van de kern van Sint-Lodewijk.

De Kapelstraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Het perceel is bebouwd.

Op het perceel bevindt zich een vrijstaande hoekwoning. De voorgevel bevindt zich op de rooilijn. T.o.v. de rechterperceelsgrens is de woning ingeplant op ca. 1,30 m en op ca. 5 m t.o.v. de linkerperceelsgrens. De woning bestaat uit 2 bouwlagen en een hellend dak.  Achteraan het perceel, palend aan de woning Oliebergstraat 155 staat een bijgebouw met een oppervlakte van ongeveer 100 m² opgetrokken in metselwerk en afgewerkt met een plat dak. Tussen de woning en het bijgebouw is er een kleiner bijgebouw.

 

De Kapelstraat is een invalsweg naar het centrum van Sint-Lodewijk. De omgeving is eerder een centrumomgeving die gekenmerkt wordt door een beperkte menging aan functies met voornamelijk woningen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Verbouwing en uitbreiding woning

De aanvraag betreft enerzijds het verbouwen en uitbreiden van een bestaande eengezinswoning na afbraak van de bestaande achterbouw. Het perceelsdeel met de bestaande woning heeft een oppervlakte van 371 m².

De bestaande af te breken bebouwing heeft een oppervlakte van ongeveer 50 m² en bevindt zich achteraan de woning.

Deels op de plaats van de te slopen constructies en deels links van de bestaande woning wordt een nieuwbouw voorzien. De uitbreiding bevindt zich achteraan en links van de woning, op een afstand van min. 5 m t.o.v. de linkerkavelgrens en min. 8 m t.o.v. de (toekomstige) achterste perceelsgrens. De uitbreiding heeft een breedte van 6,50 m op een diepte van 6,72 m en wordt afgewerkt met een plat dak. De kroonlijsthoogte bedraagt 3,58 m.

Het materiaalgebruik voor het nieuwe volume betreft Brabantse gerecupereerde gevelsteen met antracietkleurig aluminium buitenschrijnwerk.

Het bestaande hoofdvolume wordt intern verbouwd. De gevelsteen van de achtergevel wordt verwijderd en de raam/deuropeningen worden opengewerkt zodat de nieuwe uitbouw verbonden wordt met de bestaande leefruimte. De bestaande gevels worden wit geschilderd.

Het gelijkvloers bestaat na verbouwing en uitbreiding uit een hal, toilet, zitplaats, eetplaats en open keuken en een berging. Op het verdiep worden 2 slaapkamers en een badkamer voorzien. Onder het dak bevinden zich nog 2 slaapkamers en een technische ruimte.

 

Tuinzone

In de tuinzone wordt een dubbele parkeerplaats voorzien die uitweg geeft via de Oliebergtraat. Deze dubbele parkeerplaats wordt voorzien in waterdoorlatende verharding en heeft een breedte van 6 m en een diepte van 4,70 m.

In de tuinzone aan de achterzijde van de woning wordt tevens een terras aangelegd met een oppervlakte van 24 m². 

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden niet om advies gevraagd aangezien de aanvraag geen betrekking heeft op werken aan scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

 

  1. Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Sint-Lodewijk centrum, aan de zone 1a centrumfuncties en wonen.

Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP gezien het wonen betreft waarbij de maximale terreinbezetting gerespecteerd wordt, de afstand tot de achterste perceelsgrens, het aantal bouwlagen en de nokhoogte, de bouwdiepte, de bouwhoogte van het nevenvolume niet overschreden worden en de inplanting op de rooilijn nageleefd wordt.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kapelstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40 m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

     Functie:

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een eengezinswoning. Deze functie blijft ongewijzigd en is passend binnen deze residentiële omgeving.

Het ontwerp zorgt voor een verruiming, herindeling en rationalisering van de woning en beantwoordt zodoende aan de huidige normen van wooncomfort.

In de aanvraag wordt het bestaande perceel opgedeeld in loten. De aanvraag betreft echter geen verkavelinsgvergunning, maar een groepswoningbouwproject waarbij een nieuwe woning opgetrokken wordt in de tuinzone van de bestaande woning. Niettegenstaande de benoeming in loten op het inplantingsplan, kan de betreffende woning (lot 2) pas worden afgesplitst i.f.v. vervreemding van de bestaande woning Kapelstraat 96 nadat de nieuwe woning winddicht is. Dat wordt opgelegd als voorwaarde.

 

     Inplanting:

De inplanting van de woning op de rooilijn blijft ongewijzigd.

De nieuwe achterbouw wordt gerealiseerd op ongeveer dezelfde plaats als de bestaande te slopen achtergebouwen en sluit aan op het hoofdgebouw. Op die manier vormt de bebouwing na de werken een compact geheel.

De uitbreiding wordt ingeplant conform de voorschriften van het RUP.

  

     Bouwvolume:

Het hoofdgebouw van de woning blijft ongewijzigd, er worden enkel interne verbouwingswerken uitgevoerd.

De bestaande achtergebouwen worden vervangen door een nieuwe, ruime achterbouw. De totale gelijkvloerse bouwdiepte wordt op die manier tot op 10,52 m gebracht, hetgeen zeker aanvaardbaar is binnen deze woonomgeving. Het perceel is immers voldoende ruim, en een dergelijke gelijkvloerse bouwdiepte laat een kwalitatieve inrichting van de leefruimtes van de woning toe.

Er wordt geen hinder verwacht voor de omringende percelen. De bouwdiepte is immers vergelijkbaar met deze van de buren, de bouwhoogte is aanvaardbaar en de muren op de perceelsgrens veranderen niet.  

Het gevraagde is qua bouwvolume en gabarit inpasbaar in de betreffende omgeving.

Het ontworpen volume is in overeenstemming met de voorschriften van het RUP.

 

     Verschijningsvorm:

De voorgevel wordt wit geschilderd waardoor het ontwerp slechts een beperkte impact heeft op het straatbeeld.

De sloop van de huidige achtergebouwen en de realisatie van een nieuwe achterbouw betekenen een sanering van de bebouwing op het perceel.

De uitbreiding integreert zich door zijn materiaalgebruik (metselwerk) binnen de bestaande bebouwing.

 

     Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

De functie van eengezinswoning blijft behouden, bijgevolg wordt geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht. Er wordt opgemerkt dat de diepte van de voorziene dubbele parkeerplaats beperkt wordt tot 4,7 m. Dat is te beperkt waardoor de te stallen wagens (beperkte) hinder zullen veroorzaken op het voetpad. De minimale diepte van de parkeerplaatsen dient 5,50 m te zijn. Dat wordt opgelegd als voorwaarde.

 

     Groen- en omgevingsaanleg:

Achter de woning wordt een terras aangelegd. De woning beschikt over een voldoende ruime tuinzone om een kwalitatieve tuin te kunnen aanleggen waardoor de impact van het terras slechts beperkt zal zijn.

Na de werken wordt het contact tussen de leefruimtes van de woning en de tuinzone versterkt, wat de woonkwaliteit ten goede komt.

De woning beschikt voor de uitbouw over een kleine voortuin. Deze zone dient steeds te worden aangelegd als voortuin met laagstammig groen. Rondom de parkeerplaatsen voorziet de aanvrager de aanplant van een haag. In functie van de zichtbaarheid dient de hoogte van deze haag beperkt te worden. 

De bestaande groenstrook op het openbaar domein zal ook aangepast moeten worden in functie van de toegang tot de parkeerplaatsen. Deze aanpassingen komen ten koste van de aanvrager en worden opgelegd als last. Hiervoor dient nog een aparte machtiging van het college van burgemeester en schepenen verkregen te worden.

De geplande verharding wordt voorzien in waterdoorlatende materialen, wat de waterhuishouding ten goede komt.

 

Het ontwerp is mits het voldoen aan de gestelde voorwaarden, verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.m       Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheden: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Evelyne Van Weehaeghe namens RENOVATIEWERKEN KESTELOOT BVBA gevestigd Nieuwpoortstraat 2 te 8570 Anzegem, voor het verbouwen van een eengezinswoning, op een perceel gelegen Kapelstraat 96 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 178 A3, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De betreffende woning op lot 2 en de bestaande woning Kapelstraat 96 kunnen pas worden afgesplitst i.f.v. vervreemding nadat de nieuwe woning winddicht is.

        De minimale diepte van de parkeerplaatsen dient 5,50 m te zijn.

        De hoogte van de haag rondom de voorziene parkeerplaatsen dient beperkt te worden in hoogte in functie van de zichtbaarheid.

        De aanpassingen aan de bestaande groenstrook op het openbaar domein zijn ten laste van de aanvrager. Deze werken kunnen pas uitgevoerd worden na het verkrijgen van een aparte machtiging van het college van burgemeester en schepenen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.28. OMV 2021_203 - Kapelstraat 96 en Oliebergstraat 157 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een woning, op een perceel gelegen Oliebergstraat 157 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 178 A3 aangevraagd door Evelyne Van Weehaeghe namens RENOVATIEWERKEN KESTELOOT BVBA gevestigd Nieuwpoortstraat 2 te 8570 Anzegem.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  9 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De vergunde nieuwbouwwoning (lot 2) kan pas worden afgesplitst ifv vervreemding van de bestaande woning Kapelstraat 96 nadat de nieuwe woning winddicht is.

        De verharding in de zijtuinstrook dient te worden beperkt tot een breedte van 3,5 m voor de eerste 6 m ifv het parkeren van een voertuig en tot een breedte van 1 m voor de overige 2,50 m in functie van een doorgang naar de tuinzone. De overblijvende ruimte dient te worden aangeplant met groen.

        De aanpassingen aan de bestaande groenstrook op het openbaar domein zijn ten laste van de aanvrager. Deze werken kunnen pas uitgevoerd worden na het verkrijgen van een aparte machtiging van het college van burgemeester en schepenen.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, RUP Sint-Lodewijk centrum met als bestemming zone voor centrumfuncties en wonen.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het RUP  is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2017.

     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 oktober 1965 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een garage.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 mei 1972 door het college van burgemeester en schepenen voor het aanbrengen van een logia in de zijgevel van uw woonhuis en herstellen van de zijgevel.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 18 november 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een afsluiting (1 betonplaats en ursusdraad) op de hoek van de Kapelstraat en de Oliebergstraat.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 30 januari 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een plaquette aan de voorgevel van uw woonhuis.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Weigering omgevingsvergunning afgeleverd op 15 september 2021 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen en uitbreiden van de bestaande woning, het bouwen van 2 nieuwe woningen en het slopen van een duiventil.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 794 m² en is gelegen langs de Kapelstraat op de hoek met de Oliebergstraat, op ongeveer 300 m ten zuiden van de kern van Sint-Lodewijk.

De Kapelstraat en de Oliebergstraat zijn voldoende uitgeruste gemeentewegen.

Het perceel is bebouwd.

Op het perceel bevindt zich een vrijstaande hoekwoning. De voorgevel bevindt zich op de rooilijn. Tov de rechter perceelsgrens is de woning ingeplant op ca. 1,30 m en op ca. 5 m tov de linker perceelsgrens. De woning bestaat uit 2 bouwlagen en een hellend dak.  Achteraan het perceel, palend aan de woning Oliebergstraat 155 staat een bijgebouw met een oppervlakte van ongeveer 100 m² opgetrokken in metselwerk en afgewerkt met een plat dak. Tussen de woning en het bijgebouw is er een kleiner bijgebouw.

 

De Kapelstraat is een invalsweg naar het centrum van Sint-Lodewijk. De omgeving is eerder een centrumomgeving die gekenmerkt wordt door een beperkte menging aan functies met voornamelijk woningen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Nieuwbouwwoning

De aanvrager wenst een halfopen eengezinswoning te bouwen na het slopen van een bestaand bijgebouw met een oppervlakte van 44,5 m². Dit in de tuinzone van een bestaande woning met ruime tuin. De aanvrager wenst het grote perceel van woning Kapelstraat 96 later op te splitsen in 3 loten, zijnde in een lot 1 voor de bestaande woning, een lot 2 met de nieuw te bouwen woning en een lot 3 met de bestaande garage die bij de woning Oliebergstraat 155 te voegen is. Deze opsplitsing maakt geen deel uit van de aanvraag.

De nieuwe woning wordt ingeplant op de rooilijn van de Oliebergstraat, op 5 m van de rechterzijperceelsgrens en op de linkerzijperceelsgrens. De afstand tot de achterkavelgrens bedraagt +/- 12 m. De woning heeft een breedte van 11 m op een diepte van 8,5 m.

De woning bestaat uit één bouwlaag met hellend dak. De kroonlijsthoogte bedraagt 3,20 m en de nokhoogte ligt op 8,47 m.

Op het gelijkvloers bevindt zich een inpandige garage met berging, een hal, leefruimte en open keuken. Op de verdieping worden 4 slaapkamers, een badkamer, afzonderlijk toilet en een dressing ondergebracht.

De gevels worden afgewerkt in Brabantse gerecupereerde paramentsteen, de dakbedekking bestaat uit mat grijze pannen en het schrijnwerk is voorzien in antracietkleurig aluminium.

De rechter vrije zijtuinstrook wordt volledig verhard (42,50 m²) in waterdoorlatende verharding.

 

Tuinzone

In de tuinzone wordt een bijgebouw voorzien. Het bijgebouw heeft een breedte van 3 m op een diepte van 4 m. Het bijgebouw wordt ingeplant op 7,75 m van de achtergevel van de woning en op 1 m van de perceelsgrenzen.

In de tuinzone wordt aan de achterzijde van de woning een terras van 35,80 m² in tegels aangelegd.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden niet om advies gevraagd aangezien de aanvraag geen betrekking heeft op werken aan scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

 

  1. Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Sint-Lodewijk centrum, aan de zone 1a centrumfuncties en wonen.

Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP gezien het wonen betreft waarbij de maximale terreinbezetting gerespecteerd wordt, de afstand tot de achterste perceelsgrens, het aantal bouwlagen en de nokhoogte, de bouwdiepte, de bouwhoogte van het nevenvolume niet overschreden worden en de verplichte inplanting op de rooilijn nageleefd wordt, het bijgebouw een oppervlakte heeft van minder dan 60 m² en het gabarit van het bijgebouw voldoet aan de parameter van het nevenvolume.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oliebergstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 10.000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 2.500 liter en een referentieoppervlakte van 9 m², het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

     Functie:

De aanvraag heeft betrekking op het bouwen van een eengezinswoning. Deze is passend binnen deze residentiële omgeving. Het ontwerp voorziet een nieuwe woning die beantwoordt aan de huidige normen van wooncomfort.

In de aanvraag wordt het bestaande perceel opgedeeld in loten. De aanvraag betreft echter geen verkavelinsgvergunning, maar een groepswoningbouwproject waarbij een nieuwe woning opgetrokken wordt. Niettegenstaande de benoeming in loten op het inplantingsplan, kan de betreffende woning (lot 2) pas worden afgesplitst ifv vervreemding van de bestaande woning Kapelstraat 96 nadat de nieuwe woning winddicht is. Dat wordt opgelegd als voorwaarde.

 

     Inplanting, bouwvolume en verschijningsvorm:

De nieuwe woning wordt, net als de aanliggende woningen in de Oliebergstraat ingeplant op de rooilijn, wat de integratie ten goede komt. 

De nieuwe woning wordt opgetrokken met 1 bouwlaag met een hellend dak. Niettegenstaande de naastliggende woning bestaat uit 2 bouwlagen met een hellend dak, bestaat de directe omgeving uit een mix aan bouwvolumes, waardoor het nieuwe volume zich integreert in de omgeving.

Er wordt geen hinder verwacht voor de omringende percelen. De bouwdiepte is immers vergelijkbaar met deze van de buren en de bouwhoogte is aanvaardbaar. De muren op de perceelgrens worden gewijzigd. Hiervoor werd het akkoord verkregen van de eigenaars van het betreffende buurperceel.

 

De nieuwe woning integreert zich door zijn inplanting, bouwvolume en verschijningsvorm binnen de bestaande bebouwing. 

De woning wordt voorzien conform de voorschriften van het RUP.

   

     Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

Bij de woning worden 2 autostelplaatsen voorzien, 1 in de inpandige garage van de woning en een bijkomende parkeerplaats in de rechter vrije zijtuinstrook. Hierdoor wordt de eigen parkeerbehoefte opgevangen op eigen terrein.

Ten gevolge van de geplande werken kan een toename van de verkeersaantrek verwacht worden. De bouwplaats is voldoende goed ontsloten om deze toename te kunnen opvangen.

 

     Groen- en omgevingsaanleg:

Achter de woning wordt een terras aangelegd. De woning beschikt over een voldoende ruime tuinzone om een kwalitatieve tuin te kunnen aanleggen. 

De overige geplande verharding wordt voorzien in waterdoorlatende materialen, wat de waterhuishouding ten goede komt. Echter wordt deze verharding in de zijtuinstrook voorzien met een breedte van 5 m en een diepte van 8,50 m, wat meer dan voldoende is ifv het parkeren van een wagen. Teneinde het groen in het straatbeeld te behouden en de verharding op het perceel te beperken, wordt als voorwaarde opgelegd dat de verharding in de zijtuinstrook dient te worden beperkt tot een breedte van 3,5 m voor de eerste 6 m ifv het parkeren van een voertuig en tot een breedte van 1 m voor de overige 2,50 m in functie van een doorgang naar de tuinzone. De overblijvende ruimte dient te worden aangeplant met groen.

De bestaande groenstrook op het openbaar domein zal ook aangepast moeten worden in functie van de toegang tot de parkeerplaats. Deze aanpassingen komen ten koste van de aanvrager en worden opgelegd als last. Hiervoor dient nog een aparte machtiging van het college van burgemeester en schepenen verkregen te worden.

 

Het ontwerp is mits het voldoen aan de gestelde voorwaarden, verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet een beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.m       Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Evelyne Van Weehaeghe namens RENOVATIEWERKEN KESTELOOT BVBA gevestigd Nieuwpoortstraat 2 te 8570 Anzegem, voor het bouwen van een woning, op een perceel gelegen Kapelstraat 96 en Oliebergstraat 157 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 178 A3, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De vergunde nieuwbouwwoning (lot 2) kan pas worden afgesplitst in functie van vervreemding van de bestaande woning Kapelstraat 96 nadat de nieuwe woning winddicht is.

        De verharding in de zijtuinstrook dient te worden beperkt tot een breedte van 3,5 m voor de eerste 6 m in functie van het parkeren van een voertuig en tot een breedte van 1 m voor de overige 2,50 m in functie van een doorgang naar de tuinzone. De overblijvende ruimte dient te worden aangeplant met groen.

        De aanpassingen aan de bestaande groenstrook op het openbaar domein zijn ten laste van de aanvrager. Deze werken kunnen pas uitgevoerd worden na het verkrijgen van een aparte machtiging van het college van burgemeester en schepenen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.29. OMV 2021_188 - Pontstraat 43 en 45 - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen en uitbreiden van 2 woningen, op een perceel gelegen Pontstraat 43 en 45 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 533 G en (afd. 1) sectie B 535 S aangevraagd door Vandeputte - Verleure wonende Pontstraat 45 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 7 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De nieuw aan te planten boom dichtst bij de rooilijn in de voortuin kan, in functie van de goede bereikbaarheid van de woning, niet worden aangeplant op de voorziene plaats.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, RUP Oosthoek, goedgekeurd op 7 april 2016.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 15 januari 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een ingangspoort in het bestaande bouwgebouw.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 april 1979 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning (na afbraak krotwoning).

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom Pontstraat 43 is een perceel met een oppervlakte van 559 m², de eigendom Pontstraat 45 heeft een oppervlakte van 733 m². Beide percelen zijn gelegen langs de Pontstraat op ongeveer 420 m ten zuidoosten van de kern van Deerlijk. De Pontstraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Beide percelen zijn bebouwd met telkens een eengezinswoning.

Op het perceel Pontstraat 43 bevindt zich een gekoppelde eengezinswoning opgetrokken op min. 5,30 m achter de rooilijn. De woning bestaat uit 2 bouwlagen en een hellend dak. De woning heeft een breedte van 8,20 m en een diepte van 12,96 m, inclusief de aangebouwde veranda. Op het perceel zijn verschillende bijgebouwen aanwezig. Op de rechter perceelsgrens staat een garage die gekoppeld is met de garage van de naastliggende rechter woning.

Op het perceel Ponstraat 45 bevindt zich eveneens een gekoppelde eengezinswoning opgetrokken op de rooilijn. De woning bestaat uit 1,5 bouwlagen en een hellend dak. De woning heeft een breedte van 8,62 m en een diepte van 11,96 m. Op de linker perceelsgrens bevindt zich een garage gekoppeld met de garage van naastliggende linkerwoning.

 

De omgeving heeft een residentieel karakter en wordt bepaald door de aanwezigheid van eengezinswoningen en enkele kleinere bedrijfsgebouwen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het verbouwen en uitbreiden van twee bestaande eengezinswoning na afbraak van de bestaande garages en bijgebouwen.

De bestaande af te breken bebouwing heeft een oppervlakte van in totaal 92 m² en bevindt zich deels op de linker perceelsgrens.

Tussen de woningen nr. 43 en 45 wordt een aaneengesloten volume geplaatst met 2 bouwlagen en een plat dak. De hoogte bedraagt 5,21 m ten opzichte van het vloerpas van de woning Pontstraat 43. Deze uitbreiding heeft een totale bouwbreedte van 9,29 m en een bouwdiepte van max. 8,99 m en bevindt zich tussen beide hoofdvolumes. Dit nieuwe volume wordt afgewerkt deels in een rood-geel genuanceerd gevelmetselwerk voor het verdiepingsgedeelte en deels zwarte aluminium bekleding voor het gelijkvloerse gedeelte waarin ook de garagepoorten in hetzelfde materiaal geïntegreerd zijn.

Beide woningen krijgen daarnaast aan de achterzijde aansluitend op het hoofdvolume telkens nog een uitbouw voor een keuken. Bij nr. 43 wordt deze voorzien op de linker perceelsgrens. De uitbreiding heeft een breedte van 4,1 m en een diepte van 8,10 m. De uitbreiding bij nr. 45 wordt voorzien in het verlengde van de nieuwe garage tot op de rechter perceelsgrens. De uitbreiding wordt voorzien over de volledige breedte van het hoofdvolume, heeft een breedte van 7,21 m en een diepte van max. 6,39 m.

Alle nieuwe volumes worden opgetrokken met een plat dak. De volumes achteraan de woning hebben een maximale kroonlijsthoogte van 3,28 m en worden voorzien van een groendak.

Het materiaalgebruik voor het nieuwe volume betreft rood-geel genuanceerde gevelmetselwerk en zwart aluminium buitenschrijnwerk.

Van beide woningen worden de bestaande buitengevels geïsoleerd en bekleed met een rood-geel genuanceerde gevelsteen. Het bestaande hoofdvolume wordt voorts intern verbouwd. Het gelijkvloers van nr. 43 bestaat na verbouwing en uitbreiding uit een inkom, zitruimte, eetruimte, berging/bijkeuken en keuken en een garage en fietsenberging. Aansluitend aan de keuken wordt een houten afdak-constructie voorzien. Het gelijkvloers van nr. 45 bestaat uit een inkom met toilet, een zitruimte, eetruimte, bureau, bijkeuken en keuken, garage en fietsenberging.

Op het verdiep worden bij nr. 43 een traphal, 2 badkamers en 3 slaapkamers voorzien. Bij nr. 45 wordt op het verdiep een badkamer, traphal, toilet, 3 slaapkamers en een bergruimte voorzien.

 

De oprit van beide woningen wordt gedeeld. De verharding in de voortuin wordt niet uitgebreid.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden op 20 oktober 2021 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

  1. Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a    Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Oosthoek, meerbepaald aan de voorschriften van de zone 2, zone voor wonen met beperkte nevenfuncties.

Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP gezien het eengezinswoningen betreffen in een gesloten bebouwing die niet samengevoegd worden, de garage en afsluitingen in kwalitatieve materialen voorzien worden, de maximale terreinbezetting van 50 % niet overschreden wordt, de bouwhoogte van 2 bouwlagen en de maximale kroonlijst van 7 m met een vrije dakvorm gerespecteerd wordt, per woning minstens 2 parkeerplaatsen aanwezig zijn, minimaal 25 % van het perceel aangelegd is in groenaanleg en de verharding in de voortuinstrook niet uitgebreid wordt.

 

7.b    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Pontstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c     Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 10.000 liter met hergebruik voorzien bij de woning Pontstraat 43, een deel van de uitbreiding wordt voorzien van een groendak, het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem.

Bij de woning Pontstraat 45 is reeds een regenwaterput aanwezig met een totaal volume van 20.000 liter. De uitbreiding wordt voorzien van een groendak, waardoor er geen infiltratievoorziening moet geplaatst worden. Het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem.

Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.d    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f      Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i       Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j       Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

     Functie:

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van twee gekoppelde eengezinswoningen. Deze functie blijft ongewijzigd en is passend binnen deze residentiële omgeving.

Het ontwerp zorgt voor een verruiming, herindeling en rationalisering van de woningen en beantwoordt zodoende aan de huidige normen van wooncomfort.

 

     Inplanting:

De inplanting van de woning nr. 45 op de rooilijn blijft, mits inname van ongeveer 0,10 m in functie van de isolatie van de voorgevel, ongewijzigd. De inplanting van de woning nr. 43 op min. 5,36 m achter de rooilijn blijft eveneens ongewijzigd.

Het nieuwe tussenvolume en de achtergebouwen worden gerealiseerd op ongeveer dezelfde plaats als de bestaande achtergebouwen en sluiten aan op het hoofdgebouw. Op die manier vormt de bebouwing na de werken een compact geheel.

 

     Bouwvolume:

Het hoofdgebouw van de beide woningen blijft ongewijzigd, er worden enkel interne verbouwingswerken uitgevoerd.

 

De bestaande achtergebouwen worden vervangen door nieuwe, ruime achtergebouwen. De totale gelijkvloerse bouwdiepte wordt op die manier voor de woning nr. 43  tot op 18 m gebracht, voor de woning nr. 45 tot op 18,56 m gebracht, hetgeen zeker aanvaardbaar is binnen deze woonomgeving. Het perceel is immers voldoende diep, en een dergelijke gelijkvloerse bouwdiepte laat een kwalitatieve inrichting van de leefruimtes van de woning toe.

 

Er wordt geen hinder verwacht voor de omringende percelen. De bouwdiepte is immers vergelijkbaar met deze van de buren, de bouwhoogte is aanvaardbaar. De muren op de perceelgrens worden gewijzigd. Hiervoor werd het akkoord verkregen van de eigenaars van het betreffende buurperceel.

 

Door de beide zijdelingse volumes aan elkaar te koppelen zowel qua hoogte als qua dakvorm ontstaan een harmonisch volume en worden geen nieuwe wachtgevels gecreëerd.

 

     Verschijningsvorm:

De voorgevel wordt geïsoleerd en krijgt een nieuwe gevelsteen in rood-geel genuanceerde kleur. Deze gewijzigde kleur heeft slechts een beperkte impact op het straatbeeld.

De sloop van de huidige achtergebouwen en de realisatie van een nieuwe achterbouw betekenen een sanering van de bebouwing op het perceel.

De uitbreiding integreert zich door zijn materiaalgebruik (metselwerk) binnen de bestaande bebouwing. De aluminium beplating is beperkt in oppervlakte en zal het straatbeeld niet schaden.

 

     Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

De functie van eengezinswoningen blijft behouden, bijgevolg wordt geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht. Er wordt bij elke woning een garage en fietsenberging voorzien. De gedeelde oprit is voldoende breed om 2 auto’s te stallen, echter dienen hiervoor de nodige onderlinge afspraken te worden gemaakt. De nieuw aan te planten boom dichtst bij de rooilijn in de voortuin van de woning 43 kan ifv de goede bereikbaarheid van de garage niet worden aangeplant op de voorziene plaats. Dat dient opgelegd te worden in de voorwaarden.

 

     Groen- en omgevingsaanleg:

Achter de beide woningen wordt een terras aangelegd. De woningen beschikt over een voldoende ruime tuinzone om een kwalitatieve tuin te kunnen aanleggen zodat deze voorziene bijkomende verharding te verantwoorden valt.

Na de werken wordt het contact tussen de leefruimtes van de woning en de tuinzone versterkt, wat de woonkwaliteit ten goede komt.

 

De woning nr. 43 beschikt tevens over een kleine voortuin. Deze zone dient, behoudens de oprit naar de garage en het toegangspad naar de voordeur steeds te worden aangelegd als voortuin met laagstammig groen.

 

De geplande verharding in de voortuin wordt voorzien in waterdoorlatende materialen, wat de waterhuishouding ten goede komt.

 

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.k     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l       Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.m  Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Vandeputte - Verleure wonende Pontstraat 45 te 8540 Deerlijk, voor het verbouwen en uitbreiden van 2 woningen, op een perceel gelegen Pontstraat 43 en 45 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 533 G en (afd. 1) sectie B 535 S, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De nieuw aan te planten boom dichtst bij de rooilijn in de voortuin kan, in functie van  de goede bereikbaarheid van de woning, niet worden aangeplant op de voorziene plaats.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.30. OMV 2021_201 - Vichtestraat 167 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen van een woning, op een perceel gelegen Vichtestraat 167 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 235 H aangevraagd door Tibergyn - Derammelaere wonende Pontstraat 30 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  9 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De bestaande kapel wordt niet weergegeven op de plannen. Vanuit historisch, religieus oogpunt is het noodzakelijk deze te behouden.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied met landelijk karakter.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 9 april 1985 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 maart 1997 door het college van burgemeester en schepenen voor het verplaatsen van de kapel (OLVrouw van Pelvoisin).

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 23 juli 1997 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een tuinhuis (4,20m x 3m) achter haar woning.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 1051 m² en is gelegen langs de Vichtestraat op ongeveer 1.650 m ten oosten van de kern van Deerlijk. De Vichtestraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Het is een vrij landelijke en smalle weg geflankeerd met lintbebouwing.

Het perceel is bebouwd. Op het perceel bevindt zich een open bebouwing opgetrokken met 1 bouwlaag en een dak. De woning bevindt zich op 18,60 m achter de rooilijn, heeft een bouwdiepte van 13,65 m en een breedte van 12 m. Achter de woning bevindt zich, op 2,75 m achter de achtergevel, een tuinberging met een oppervlakte van 20 m². In de achteruitbouwzone is de oprit naar de garage verhard in steenslag.  Ter hoogte van de rechter perceelsgrens, op ca. 3 m van de rooilijn is een kapelletje aanwezig.

 

De omgeving is een eerder landelijke, agrarische omgeving. Het wonen bestaat er bijna uitsluitend uit eengezinswoningen.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het intern verbouwen en wijziging van raamopeningen van de bestaande eengezinswoning.

De 3 kleinere raamopeningen op het gelijkvloers in de voorgevel worden vervangen door grote raampartijen. De garagepoort wordt vervangen door metselwerk. Op het verdiep worden de 2 ramen verplaatst. Ook de raamopeningen in de zij- en achtergevels worden deels vergroot, deels dichtgemetseld.

Het materiaalgebruik blijft integraal behouden. De gevelbekleding van de dicht te maken garagepoort betreft rood-bruin genuanceerde gevelsteen, hetzelfde als de bestaande gevelbekleding.  Het buitenschrijnwerk wordt voor het volledige gebouw gewijzigd naar zwart aluminium schrijnwerk.

Het bestaande hoofdvolume wordt intern verbouwd, waarbij onder meer de bestaande garage omgevormd wordt. Het gelijkvloers bestaat na verbouwing uit een hal, toilet, berging, leef- en zitruimte en open keuken, een wasplaats en slaapkamer.

Op het verdiep worden de 4 slaapkamers, badkamer en toilet behouden.

De voortuin wordt niet gewijzigd.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden niet om advies gevraagd aangezien de aanvraag geen betrekking heeft op werken aan scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

 

  1. Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, aan de bestemmingsvoorschriften voor een woongebied met landelijk karakter.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. + 6.1.2.2. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.

 

Woongebieden met landelijk karakter zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

Woongebieden met landelijk karakter zijn woongebieden bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven.

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Vichtestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

     Functie:

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een eengezinswoning. Deze functie blijft ongewijzigd en is passend binnen deze landelijke, agrarische omgeving.

Het ontwerp zorgt voor een herindeling en een rationalisering van de woning en beantwoordt zodoende aan de huidige normen van wooncomfort.

 

     Inplanting, bouwvolume en verschijningsvorm:

De inplanting van de woning op 18,60 m van de rooilijn en het bouwvolume blijven ongewijzigd.

Het hoofdgebouw van de woning blijft ongewijzigd, er worden enkel interne verbouwingswerken uitgevoerd.

De raamopeningen in de gevels worden gewijzigd, wat een heel beperkte impact heeft op het straatbeeld. Het gevelmetselwerk blijft behouden. Na de werken wordt het contact tussen de leefruimtes van de woning en de tuinzone versterkt, wat de woonkwaliteit ten goede komt.

Er wordt door de werken geen hinder verwacht voor de omringende percelen.

 

Er wordt opgemerkt dat de bestaande kapel niet wordt weergegeven op de plannen. Het is echter vanuit historisch, religieus  oogpunt noodzakelijk dat deze behouden blijft. Dat wordt opgelegd als voorwaarde.

  

     Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

De functie van eengezinswoning blijft behouden, bijgevolg wordt geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht. De bestaande inpandige garage wordt na de werken ingenomen als berging. Gezien er voldoende verharde ruimte is op eigen terrein om het parkeren van eigen wagens te organiseren zal dit geen bijkomende parkeerdruk veroorzaken op het openbaar domein.

 

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.m       Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Tibergyn - Derammelaere wonende Pontstraat 30 te 8540 Deerlijk, voor het verbouwen van een woning, op een perceel gelegen Vichtestraat 167 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 235 H, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De bestaande kapel wordt niet weergegeven op de plannen. Vanuit historisch, religieus oogpunt is het noodzakelijk deze te behouden.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.31. OMV 2021_198 - Kapelstraat 27 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het vellen van een hoogstammige boom, op een perceel gelegen Kapelstraat 27 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 618 N6 aangevraagd door Bruno Vancompernolle wonende Kapelstraat 27 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  9 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        In het eerstvolgende plantseizoen na het rooien van de boom moet in de tuinzone minstens één nieuwe boom van 2de grootte-orde aangeplant worden.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, Oude Pastorijstraat, 8 november 2012 met als bestemming zone voor centrumfuncties en wonen.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 29 juni 1994 door het college van burgemeester en schepenen voor het heropbouwen van de keuken en de badkamer.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De aanvraag is gelegen in de Kapelstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De Kapelstraat bevindt zich in het centrum van Sint-Lodewijk en bevat naast de woonfunctie nog een aantal centrumgebonden functies. De bebouwing is van het gesloten bebouwingstype met twee bouwlagen en een hellend dak. In de Kapelstraat zijn op het openbaar domein langsparkeerplaatsen aanwezig.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst 1 hoogstammige Berk te vellen. Deze bevindt zich op het einde van de tuinzone van de woning dicht tegen de perceelsgrens en heeft een stamomtrek van bijna 2 m op 1 m boven het maaiveld. Omwille van de standplaats nabij de perceelsgrens alsook de plannen tot heraanleg van de tuinzone wenst de aanvrager deze boom te laten vellen en te vervangen door een nieuwe laagstammige boom.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een stedenbouwkundige handeling.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

  1. Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP Oude Pastoriestraat gezien de eigendom gelegen is binnen de zone voor centrumfuncties en wonen en er verder geen bepalingen betreffende het rooien van bomen werden opgenomen in het RUP.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kapelstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

De woning is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed "Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen: Gemeente Deerlijk" zoals opgemaakt door de Vlaamse Overheid en wordt als volgt beschreven:

Winkel-woonhuis gebouwd in 1914 in opdracht van timmerman Jozef Dooms, zie kadastrale gegevens. Enkelhuis met parement van rode baksteen verfraaid door het rijkelijk gebruik van witte sierbaksteen voor onder meer de fries, muurbanden en ontlastingsbogen. Tussen de twee bouwlagen gecementeerd voormalig naambord. Getoogde vensters met vernieuwd schrijnwerk. Aangepast benedenvenster. Poort rechts verbouwd tot garage erboven vermoedelijk laadluik, thans venster.

De aanvraag heeft geen betrekking op de beschreven erfgoedkenmerken.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De te rooien boom bevindt zich op het einde van de tuinzone achter de woning nabij de perceelsgrens. Omwille van het feit dat deze hoogstammige boom heel dicht bij de perceelsgrens staat en de boom dermate groot is dat deze bij windval schade kan veroorzaken aan de eigendommen van de buren wenst de aanvrager de boom te rooien. De boom is samen met de overige bomen in de verschillende tuinzones zichtbepalend in de Oude Pastoriestraat. Hij staat echter zeer dicht bij de perceelgrens en nabij een tuinberging. Daarnaast heeft deze boom een dermate grote omvang zodat hij een zeer dominante verschijning heeft. Aangezien de aanvragers zelf ook aangeven hun tuin te willen heraanleggen en dat bij die aanleg ook ruimte is voor de aanplant van een nieuwe boom of bomen, kan over deze aanvraag een gunstig advies gegeven worden, mits het opleggen van de voorwaarde tot aanplant van minstens 1 hoogstammige boom van 2de grootteorde. Deze voorwaarde zal opgenomen worden in de beslissing zodat de aanvraag bijgevolg verenigbaar kan gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.l           Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.m       Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Bruno Vancompernolle wonende Kapelstraat 27 te 8540 Deerlijk, voor het vellen van een hoogstammige boom, op een perceel gelegen Kapelstraat 27 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 618 N6, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        In het eerstvolgende plantseizoen na het rooien van de boom moet in de tuinzone minstens één nieuwe boom van 2de grootte-orde aangeplant worden.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.32. Vichtesteenweg  werken op OD Fluvius - vergunning -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester wordt gevraagd een vergunning te verlenen voor werken op het openbaar domein ter hoogte van de Vichtesteenweg door Fluvius.

 

Motivering

 

Het Agentschap wegen en Verkeer (AWV), verleende op 1 december 2021 een vergunning aan Fluvius voor het uitvoeren van werken op het kruispunt Vichtesteenweg - Elf Novemberlaan betreffende het plaatsen van hoogspanningskabel.

De vergunning is enkel geldig onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat het gemeentebestuur eveneens een (gemeentelijke) vergunning verleent en op voorwaarde dat de aanvrager binnen de veertien dagen volgend op de afgifte van voorliggende vergunning, niet schriftelijk aan AWV heeft laten weten af te zien van de afgeleverde vergunning. Hierbij wordt de aandacht gevestigd dat, naast de Vlaamse overheid, ook de gemeente het recht heeft om op gewestdomein retributie te vragen.

Voor de aanleg van de hoogspanningskabel gelden de bijzondere voorwaarden van het Agentschap Wegen en Verkeer.

 

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit een vergunning te verlenen aan Fluvius voor het plaatsen van een hoogspanningskabel ter hoogte van de Vichtesteenweg - Elf Novemberlaan.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.33. Inname openbaar domein - kennisname -

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.34. Woonwijs - dagelijks bestuur - verslag van 30 november 2021 - kennisname -

 

Aanleiding en context

 

Het dagelijks bestuur van Woonwijs hield een vergadering op 30 november 2021.

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.

 

Motivering

 

De projectcoördinator vraagt in zijn mail van 8 december 2021 het verslag ter kennisgeving voor te leggen aan de colleges van burgemeester en schepenen van de vijf betrokken gemeenten.

 

De bijhorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.35. BMC 2 december 2021 - kennisname verslag en beslissing -

 

Aanleiding en context

 

De beperkte mobiliteitscommissie hield een vergadering op 2 december 2021. Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag en de adviezen van de commissie goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de besproken onderwerpen en neemt een beslissing aan de hand van het advies van de beperkte mobiliteitscommissie.

 

Volgende punten werden geadviseerd:

        Pladijsstraat: overdreven snelheid - zwaar vervoer

        Residentie Kerkplein 9: parkeren voor inrit

        Driesknoklaan: overdreven snelheid - voorrang van rechts

        Oliebergstraat: snelheid -  auto's op het voetpad

        Desselgemknokstraat: zwaar verkeer

        Kortrijkse Heerweg: verkeersdrukte

        Verkeerssituatie brug Pontstraat

        Kruispunt Breestraat/Waregemstraat: onvoldoende signalisatie

        Kleine Klijtstraat: overdreven snelheid - sluipverkeer

        Herinrichting Beverenstraat - stand van zaken studie

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1, Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van 2 december 2021 en beslist de adviezen van de beperkte mobiliteitscommissie te volgen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.36. MAT - verslag 1 december 2021 - kennisname -

 

Aanleiding en context

 

Het MAT hield een vergadering op 01/12/2021.

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.

 

Motivering

 

Het verslag van deze vergadering werd goedgekeurd door de leden van het managementteam. Het verslag is te vinden in bijlage.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het goedgekeurde verslag.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.37. Verzoek om statistische gegevens - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht statistische gegevens uit de registers te verstrekken aan syndicus A&V Consulting.

 

Motivering

 

In een mail van 7 december 2021 vraagt mevrouw Laura Delputte, administratief medewerkster bij syndicus A&V Consulting, Iepersestraat 102, 8500 Kortrijk om statistische gegevens uit de registers te verkrijgen nl. het aantal personen ingeschreven in de meergezinswoning gelegen Otegemse steenweg 36.  Zij vraagt deze gegevens op zodat zij het gratis tegoed voor tussenkomst van De Watergroep kan berekenen.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Art. 12 van het koninklijk besluit van 16 juli 1992 betreffende het verkrijgen van informatie uit de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de statistische gegevens uit de registers te verstrekken aan syndicus A&V Consulting.

 

Artikel 2

 

De gegevens zullen worden opgemaakt zodat identificatie van de in de registers ingeschreven personen niet mogelijk is.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.38. Tuutjesboom Deerlijk - datum inhuldiging - aanpassing - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een nieuwe datum voor de inhuldiging van de Tuutjesboom in Deerlijk goed te keuren.

 

Motivering

 

Op het college van burgemeester en schepenen van 11 maart 2020 werd het voorzien en het inhuldigen van een Tuutjesboom in Deerlijk goedgekeurd. Deze inhuldiging was voorzien tijdens de paaseierenraap van de Gezinsbond op 5 april 2020. Dit kon door de COVID-19 pandemie helaas niet doorgaan. Ook doorheen het jaar 2021 werd duidelijk dat dergelijk evenement beter vermeden kon worden.

 

Samen met de Gezinsbond werd een nieuw datum vastgelegd. De leden van de Gezinsbond wensen de inhuldiging nog steeds te koppelen met de paaseierenraap omdat de doelgroep dan reeds aanwezig is en de boom mooier zal zijn dan in de herfst of winter. De inhuldiging van de Tuutjesboom wordt daarom voorzien op zondag 10 april 2022.

 

Alle andere goedgekeurde bepalingen uit het college van burgemeester en schepenen van 11 maart 2020 betreffende dit onderwerp blijven gelden.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

Deze beslissing heeft geen financiële gevolgen. De financiële gevolgen van voorgaande beslissing van 11 maart 2020 blijven geldig.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de inhuldiging van een Tuutjesboom in Deerlijk te verplaatsen naar 10 april 2022.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

C.39. Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring -

 

Aanleiding en context

 

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Organisatiebeheersysteem

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2021/46 goed te keuren.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2021/73 goed te keuren.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

D.1. Aanbod recht van voorkoop - Stasegemstraat 29 -

 

Aanleiding en context

 

De Vlaamse Grondenbank heeft een aanbod van het recht van voorkoop ontvangen waarvan het gemeentebestuur de begunstigde is.

 

Motivering

 

De instrumenterende ambtenaar heeft het recht van voorkoop aangeboden in toepassing van de Vlaamse wooncode (woning is ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaard).  Het betreft een eigendom gelegen Stasegemstraat 29 (gekadastreerd afdeling 2, sectie D, nummer 70e3) te Deerlijk.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur.

        Andere :

        Decreet houdende de harmonisering van de procedures van voorkooprechten definitief goedgekeurd op 25 mei 2007

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit niet in te gaan op het aanbod en het recht van voorkoop bijgevolg niet uit te oefenen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

D.2. OMV 2021_125 - Kortrijkse heerweg 199 - beslissing -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het slopen van een aanbouw van de woning, herbouwen van een loods, slopen van een hangar/stal, het nieuw bouwen van een vakantiewoning en de verandering en hernieuwing van een bestaande exploitatie, op een perceel gelegen Kortrijkse heerweg 199 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 484 L, aangevraagd door de heer Yves Benoit wonende Kortrijkse heerweg 199 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  10 december 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De landbouwactiviteit op de site moet behouden blijven (als half-volwaardige tot volwaardige landbouwactiviteit) tot zolang de vakantiewoning uitgebaat wordt.

        De herbouwde loods moet gebruikt worden ikv landbouwdoeleinden.

        De functie van hoevewinkel in de voormalige woning zoals voorzien in deze aanvraag wordt uitgesloten van vergunning.

        De wijzigingen aan de verharding ten noorden van de voormalige woningen zoals voorzien in deze aanvraag worden uit de vergunning gesloten.

        De breedte van het terras bij de vakantiewoning dient teruggebracht te worden tot 6 m in plaats van de voorziene 9 m.

        De hemelwaterput dient een inhoud te hebben van 20.000 liter conform het hemelwaterformulier en het hemelwater moet aangewend worden i.f.v. hergebruik voor de toiletten, buitenkraan, .... Een aanzuigleiding voor hergebruik moet voorzien worden in de vakantiewoning.

        De groenaanplant mag in geen geval leiden tot vertuining en een verdergaande landschapsopbouw is wenselijk.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan, RUP Openruimtekamers Gavers en Esser, goedgekeurd op 23 maart 2017.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het Provinciaal RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

     Provinciale verordening inzake het overwelven van baangrachten, vastgesteld door de provincieraad in zitting van 23 juli 2008.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Bouwvergunning afgeleverd op 7 december 1950 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een werkplaats (landbouwmachines) bij zijn hofstede - woonplaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 25 oktober 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor de herstelling van het huisdak zijner woning, vervangen van huidige slechte eternietplaten door nieuwe rode, te leggen in koekvorm.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 maart 1957 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de afwasplaats op te richten in baksteen afgedekt met plat dak.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 13 april 1961 door het college van burgemeester en schepenen voor het optrekken van oogsthangar bij hofstede.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 3 januari 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een rundveestal en berging.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 3 oktober 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het vernieuwen van een dak en het herbouwen van bestaande hok.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 juli 1982 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van 2 sleufsilo’s (11 m x 16 m) in zijn bedrijf.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 21 september 1983 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van 2 bijkomende sleufsilo’s (11m x 5,25m en 16m x 5.25m) bij zijn bedrijfsgebouwen.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 8 mei 1985 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van de bestaande gebouwen.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 27 december 1989 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de zeugenstal.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 juli 2010 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van een loods en het bouwen van een eengezinswoning.

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende voorgaande vergunningen zijn gekend voor het betrokken goed:

        Pré-Vlarem dossier vergund op 14 oktober 1977 voor de uitbating van een landbouwbedrijf.

        Pré-Vlarem dossier vergund op 2 mei 1990 voor het uitbreiden van de varkensstal tot 430 varkens.

        Pré-Vlarem dossier vergund op 10 oktober 1990 betreffende de aktename van een ingedeelde inrichting klasse 2.

        Milieuvergunning afgeleverd op 2 mei 1990 voor het uitbaten-uitbreiden van een varkensstal (max. 130 zeugen en ca 300 biggen).

        Milieuvergunning afgeleverd op 9 september 2015 voor het uitbaten van een rundveehouderij.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        omgevingsvergunning afgeleverd op 12 mei 2021 door het college van burgemeester en schepenen voor de gehele overdracht van een bestaand landbouwbedrijf.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 10.000 m² en is gelegen langs de Kortrijkse heerweg op ongeveer 1500 m ten westen van de kern van Deerlijk en ten oosten van het provinciaal domein De Gavers.

De Kortrijkse heerweg is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De eigendom zelf is te bereiken via een private oprit die een vrij landelijke en smalle weg betreft geflankeerd door voornamelijk akker- en weiland.

Het perceel is bebouwd. Op het perceel bevindt zich een voormalig volwaardig landbouwbedrijf waar de landbouwactiviteiten momenteel in nevenfunctie nog aanwezig zijn. Het landbouwbedrijf bestaat uit een woning met achter- en naastgelegen bedrijfsgebouwen.

Volgende bedrijfsgebouwen zijn aanwezig: een bestaande en te behouden voormalige woning, zal ingezet worden als verkooppunt voor hoeveproducten en berging, aanliggend aan de straat, een te herbouwen varkensstal ten noorden, in het midden aanliggend aan de straat, een bestaande en te behouden loods/stal in het oosten van het perceel, een bestaande te slopen hangar/stal en te vervangen door een vakantiewoning en ten westen een bestaande, te behouden woning.

De bestaande voormalige woning  bevindt zich opca. 9,50 m van de rooilijn en op ca. 1,75 m van de linkerperceelsgrens. De woning bestaat uit 1 bouwlaag en een hellend dak.

De bestaande, te slopen varkensstal ten noorden van het perceel heeft een oppervlakte van 343 m², een volume van 957 m³ en is ingeplant ca. 3,70 m van de rooilijn. De varkensstal bestaat uit 1 bouwlaag met hellend dak.

De bestaande, te behouden varkensstal heeft een oppervlakte van 289 m², bevindt zich op ca. 10 m van de rooilijn en op ca. 23 m van de rechterperceelsgrens. Achter de varkensstal liggen 3 sleufsilo’s.

De bestaande, te slopen hangar/stal ten zuidwesten van het perceel heeft een oppervlakte van 772 m², een volume van 3.024 m³ en is ingeplant op ca 17 m van de westelijke perceelsgrens en op ca. 28 m van de zuidelijke grens. De stal bestaat uit 1 bouwlaag met een hellend dak. De kroonlijsthoogte ligt tussen de 2,06 m en de 2,58 m. De nokhoogte bedraagt ongeveer 6,30 m.

De te behouden woning ten westen van het perceel bevindt zich op min. 3,30 m van de perceelsgrens. De woning bestaat uit 1 bouwlaag en een hellend dak.

Het terrein is op vandaag zo goed als volledig verhard. De verharding bestaat uit een combinatie van betonverharding, klinkerverharding en steenslagverharding.

 

De omgeving is een landelijke, agrarische omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op een pand dat opgenomen is in de inventaris van het bouwkundig erfgoed.

 

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

 

Projectinhoud Versie 1

Sloop van een aanbouw aan de voormalige woning

De aanvrager wenst een bestaande aanbouw aan de voormalige woning te slopen. Deze aanbouw, met een oppervlakte van 21 m² bevindt zich ten zuidwesten van het gebouw. Tevens wenst de aanvrager de functie van de voormalige woning te wijzigen naar verkooppunt van hoeveproducten en berging.

Uit de aanvraag blijkt niet duidelijk welke producten er zullen verkocht worden, ook zijn geen plannen toegevoegd betreffende de indeling. De nieuwe functie wordt evenmin gemotiveerd.

 

Nieuwbouw vakantiewoning

De aanvrager wenst een vrijstaande vakantiewoning te bouwen, geschikt voor maximaal 19 personen, dit na sloop van een bestaande hangar en stal. De nieuwe vakantiewoning heeft een oppervlakte van 228,80 m² en een volume van 1410,82 m³.

De vakantiewoning wordt ingeplant op ongeveer 47 m van de rooilijn, op 7,70 m van de bestaande woning en op ca. 20 m van de linkerzijperceelsgrens. De vakantiewoning heeft een breedte van 20 m op een diepte van 17 m en wordt opgetrokken met 1 bouwlaag en een hellend dak. De kroonlijsthoogte bedraagt 3,60 m en de nokhoogte ligt op 8,52 m.

Op het gelijkvloers bevindt zich een inkom, eetruimte, woonkamer en keuken, berging, een slaapkamer met badkamer, 2 wc’s, een technische ruimte en een overdekt terras. Op de verdieping worden 5 slaapkamers met elk een badkamer, een nachthal en speelzolder ondergebracht.

De gevels worden afgewerkt in gevelsteen (Beerse klinker) en houten gevelbekleding, de dakbedekking bestaat uit  blauw gesmoorde dakpannen, het schrijnwerk van de ramen is voorzien in zwart aluminium en de deuren in hout. Rondom de vakantiewoning wordt klinkerverharding voorzien met een oppervlakte van 173 m².

Ten oosten van de woning worden 8 parkeerplaatsen afgebakend.

 

Herbouw loods

De aanvrager wenst een nieuwe loods te bouwen, na de sloop van een bestaande varkensstal. Deze loods zou gebruikt worden voor de opslag van landbouwmateriaal en mazout. De nieuwe loods heeft een oppervlakte van 406 m² en een volume van 1632,12 m³.

De loods wordt ingeplant op ongeveer 3,50 m van de rooilijn, op ca. 8 m van de voormalige woning en op 2,29 m van de bestaande varkensstal. De loods heeft een breedte van 14 m op een diepte van 29 m.

De loods wordt opgetrokken met 1 bouwlaag en een hellend dak. De kroonlijsthoogte bedraagt 2,90 m en de nokhoogte ligt op 5,08 m.

De gevels worden afgewerkt in grijze betonpanelen gevelbekleding, de dakbedekking bestaat uit  gelakte staalplaten in combinatie met lichtdoorlatend polycarbonaat, het schrijnwerk is voorzien in hout en de poort in antracietkleurig metaal.

 

De bestaande varkensstal ten noordoosten van het terrein wordt omgevormd tot landbouwgebouw en zal gebruikt worden voor het houden van extensief rundvee en voor de opslag van landbouwproducten (hooi en stro boven de boxen).

 

Tuinzone

De buitenruimte/tuinzone wordt voor een groot stuk onthard.  De totale oppervlakte aan verharding van 3.578 m² wordt na de werken gereduceerd tot 2.814 m². Alle verharding ten zuiden van de bestaande mestvaalt wordt opgebroken, ook de bestaande verharding rondom de te slopen hangar wordt opgebroken, alsook de bestaande steenslagverharding ten oosten van de bestaande sleufsilo’s.

Tussen de Kortrijkse Heerweg en de voormalige woning wordt de bestaande asfaltverharding met een oppervlakte van 37 m² vervangen door nieuwe klinkerverharding met een oppervlakte van 118 m². Tevens wordt de bestaande steenslagverharding uitgebreid tot een steenslagverharding van 187 m² tussen de weg en de voormalige woning. Het is niet duidelijk waarom hier bijkomende verharding noodzakelijk is.

Tussen de voormalige woning en de te herbouwen loods wordt een poort voorzien.

Ten westen van de bestaande woning wordt een nieuw terras met pad naar de voordeur aangelegd met een oppervlakte van 117 m² in klinkerverharding. Rondom de woning wordt een deeltje van de bestaande verharding opgebroken en worden er 2 knotwilgen aangeplant.

Rondom de nieuwe vakantiewoning wordt een klinkerverharding voorzien met een oppervlakte van 173 m². De opgebroken verharding wordt vervangen door gras en weide.

De bestaande asfaltverharding ten zuiden van de sleufsilo’s wordt vervangen door steenslagverharding. De muren ifv de sleufsilo’s worden integraal gesloopt.
Rondom de mestvaalt wordt bijkomende steenslagverharding voorzien. De oppervlakte wordt vermeerderd met 27 m².

Op het terrein worden verschillende nieuwe bomen aangeplant. Deze worden voorzien ten oosten van de sleufsilo’s en in de tuinzone van de vakantiewoning.

 

Gewijzigde projectinhoud V2

In navolging van de adviezen van de afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling werd de aanvraag gewijzigd met betrekking tot de herbouwde loods.

De loods wordt herbouwd binnen het bestaande volume.

De nieuwe loods heeft een oppervlakte van 276,90 m² en een volume van 944,20 m³.

De loods wordt ingeplant op ongeveer 12 m van de rooilijn, op ca. 8 m van de voormalige woning en op 3,29 m van de bestaande varkensstal. De loods heeft een breedte van 13 m op een diepte van 21,30 m.

De loods wordt opgetrokken met 1 bouwlaag en een hellend dak De kroonlijsthoogte bedraagt 2,40 m en de nokhoogte ligt op 4,42 m.

De gevels worden afgewerkt in grijze betonpanelen gevelbekleding, de dakbedekking bestaat uit  gelakte staalplaten in combinatie met lichtdoorlatend polycarbonaat, het schrijnwerk is voorzien in hout en de poort in antracietkleurig metaal.

 

De overige aangevraagde werkzaamheden uit de projectinhoud Versie 1 blijven in de PIV2 behouden.

 

3.c.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag betreft een landbouwbedrijf dat gericht wil investeren in de herbouw van een loods en de bouw van een vakantiewoning. Hierbij wordt de loods die de aanvrager wenst te herbouwen gebruikt voor de opslag van landbouwmaterialen en mazout. De te behouden loods/stal zal dienen voor extensief rundvee en voor de opslag van landbouwproducten. De voormalige woning zal ingezet worden als verkoopplaats voor hoeveproducten en als berging. En de bestaande loods achteraan de site wordt gesloopt en vervangen door een vakantiewoning.

 

Milieutechnisch houdt dit de volgende wijzigingen in:

        Het aantal runderen wordt gereduceerd tot 49 ten opzichte van het vergunde aantal.

        De mazouttank met verdeelslang wordt verplaatst.

        Het aantal voertuigen blijft ongewijzigd.

        Er wordt een grote koelberging voorzien (nieuw).

        Er wordt een gastank van 3.000 liter geplaatst.

        Fytoproducten worden opgeslagen in een apart lokaal.

        De mestvaalt wordt verplaatst (90 m³) en er wordt een bijhorende citerne voorzien (5 m³).

        De hoeveelheid opgepompt grondwater wordt gereduceerd.

 

Tevens wordt een afwijking gevraagd van de sectorale voorwaarde (5.53.2.2) die bepaalt dat bij elke grondwaterwinning een rechte, onvervormbare peilbuis moet geplaatst worden. De winningsput is bij deze grondwaterwinning voldoende ruim om zowel bij rust als bij winning het actuele grondwaterpeil te kunnen meten. Dit is dan ook de reden voor de vraag tot afwijking.

 

De ingedeelde inrichting en/of activiteit omvat:

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

6.5.1°

Hernieuwing + wijziging door CLP-verordening + wijziging door verplaatsing (Verandering)

1 verdeelslang

3

9.4.3.c)1°

Hernieuwing + wijziging door vermindering met 21 runderen (Verandering)

49 plaatsen

2

15.1.1°

Hernieuwing + wijziging door verplaatsing (Verandering)

8 voertuigen

3

16.3.2°a)

Frigo 5 kW (Nieuw)

5 kW

3

17.1.2.2.1°

Gastank 3000 liter (Nieuw)

3000 liter

3

17.3.2.1.1.1°b)

Hernieuwing + wijziging door CLP-verordening + wijziging door verplaatsing (Verandering)

2,04 ton

3

17.4.

250 kg/l fytoproducten (Nieuw)

250 liter

3

28.2.c)1°

Hernieuwing + wijziging door vermindering met 597 m³ (Verandering)

95 m³

3

45.4.d)

verkooppunt (Nieuw)

1 verkooppunt

3

53.8.1°a)

Hernieuwing + wijziging door vermindering met 56 m³ (Verandering)

624 m³/jaar

3

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 16 juli 2021 tot 14 augustus 2021. Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ingediend.

 

Naar aanleiding van de gewijzigde projectinhoud V2 werd een tweede openbaar onderzoek georganiseerd. Het openbaar onderzoek vond plaats van 29 oktober 2021 tot 27 november 2021. Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ingediend.

 

  1. Adviezen

 

Brandweerzone Fluvia werd om advies verzocht op 8 juli 2021. De adviesinstantie bracht op 26 juli 2021 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met bijgaand brandvoorkomingsverslag.’

 

Naar aanleiding van de gewijzigde projectinhoud V2 werd een 2de adviesvraag gericht aan de adviesinstantie op 21 oktober 2021. De adviesinstantie bracht op 5 november 2021 een gunstig advies uit met voorwaarden.

‘De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met bijgaand brandvoorkomingsverslag.’

 

De provincie West-Vlaanderen, dienst Waterlopen werd om advies verzocht op 8 juli 2021. De adviesinstantie bracht geen advies uit vanuit volgende motivatie:

‘Verharde oppervlakte aanvraag <= 1.000 m², aanvraag is niet op een perceel/percelen gelegen langs waterloop 2de categorie en aanvraag is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied (=zie pluviale overstromingskaart).’

 

Naar aanleiding van de gewijzigde projectinhoud V2 werd een 2de adviesvraag gericht aan de adviesinstantie op 21 oktober 2021. De adviesinstantie bracht geen advies uit om dezelfde reden als de eerste adviesvraag.

 

Vlaamse Overheid, Departement Landbouw en Visserij werd om advies verzocht op 8 juli 2021. De adviesinstantie bracht op 6 augustus 2021 ongunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘De aanvraag is gelegen in bouwvrij agrarisch gebied volgens het RUP ‘Open Ruimtekamers Gavers en Esser’. Op de aanvraagsite is een landbouwexploitatie gevestigd. De aanvrager heeft de exploitatie recent overgenomen van Ignace Benoit. De aanvrager baat een bedrijfsactiviteit Bevaco Services uit, volgens het KBO is dit bedrijf gespecialiseerd in zakelijke adviesverlening, en heeft dit bedrijf ook een activiteit geregistreerd met gites, vakantiewoningen en appartementen.

 

Er werden bij de aanvraag geen documenten aangeleverd die de beroepsbekwaamheid voor landbouwactiviteiten van de aanvrager aantonen, ook andere gegevens over de landbouwbedrijfsvoering werden niet bezorgd.

 

Op de aanvraagsite zou een bestaand landbouwgebouw gesloopt worden en herbouwd tot vakantiewoning met een volume van 1410m³. Een bestaande loods van 957m³ zou herbouwd worden en vergroot tot een volume van 1632m³.

Volgens het geldende RUP is nieuwbouw enkel toegelaten in functie van de landbouwbedrijfsvoering. De vakantiewoning staat niet in functie van de landbouwbedrijfsvoering en is bijgevolg niet aanvaardbaar. Op bestaande landbouwbedrijven kunnen verbredingsactiviteiten i.k.v. hoevetoerisme volgens het beoordelingskader van het Departement Landbouw en Visserij bovendien enkel ingericht worden in bestaande bedrijfsinfrastructuur, nieuwbouw is hiervoor niet toegelaten. De nieuwe ‘vakantiewoning’ heeft bovendien een volume van 1410m³, die het toegelaten volume voor zonevreemde en bedrijfseigen woningen ruim overstijgt.

In de motivatie van de aanvraag wordt deze vakantiewoning enerzijds aangeduid als hoevetoerisme bij het landbouwbedrijf, maar anderzijds wordt er ook verwezen naar het besluit over de zonevreemde functiewijzigingen. Volgens het Departement Landbouw en Visserij voldoet de aanvraag enerzijds niet aan de voorwaarden van het functiewijzigingenbesluit, en kan anderzijds de functiewijziging van een gedeelte van dit tot recent goed functionerend landbouwbedrijf gelegen in bouwvrij agrarisch gebied niet aanvaard worden.

 

Een 2de deel van de aanvraag betreft het herbouwen van een bestaande loods. De landbouwactiviteiten beperken zich tot een areaal akkerbouw van 16,5ha, de vergunning van het rundvee wordt beperkt tot 49, het is niet duidelijk of deze veeteeltactiviteit ook werkelijk wordt verdergezet. De noodzaak voor bijkomende infrastructuur voor de resterende landbouwactiviteiten werd niet aangetoond. Het Departement Landbouw en Visserij stelt vast dat er op de aanvraagsite enerzijds bestaande geschikte landbouwbebouwing wordt gesloopt om plaats te maken voor een vakantiewoning. Anderzijds wordt er daarna een industriële loods voorzien met een volume-uitbreiding van 957m³ naar 1632m³. Het kan vanuit landbouwkundig standpunt niet aanvaard worden dat in eerste instantie geschikte landbouwbedrijfsbebouwing wordt onttrokken om deze een andere functie te geven, om daarna onder het voorwendsel van landbouwactiviteiten bijkomende volumes op te richten. Dit staat haaks op de principes het Vlaams Regeerakkoord en het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen waarbij moet gestreefd worden naar het behoud en de ontharding van de open ruimte.

 

Voorliggende aanvraag voldoet niet aan de geldende normen, bovendien is ook de noodzaak van de aanpassingen in functie van de landbouwactiviteiten (die ook onvoldoende werden toegelicht) niet aangetoond.

 

Naar aanleiding van dit ongunstig advies heeft de aanvrager een bijkomende motivatienota toegevoegd met het verzoek een tweede advies in te winnen.

De Vlaamse Overheid, Departement Landbouw en Visserij werd bijgevolg om een 2de adviesverzocht op 14 september 2021. De adviesinstantie bracht op 8 oktober 2021 opnieuw een ongunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘…Uit de bijkomend aangeleverde informatie blijkt dat de aanvrager de nodige opleidingen in de landbouw gevolgd heeft, en zelfstandige in hoofdberoep is (er is niet vermeld dat dit in de landbouwsector is). Enerzijds is hij bedrijfsleider van een zakelijk adviesbureau, anderzijds oefent hij op de plaats van de aanvraag een beperkte landbouwactiviteit uit. Deze activiteiten zijn nl. beperkt tot het bewerken van 16 ha akkerland en het houden van max. 49 runderen. In de nota wordt gesteld dat dit een volwaardig, leefbaar landbouwbedrijf betreft. Dit wordt tegengesproken door het feit dat de aanvrager ook andere beroepsmatige activiteiten uitoefent, en aangeeft te willen investeren in hoevetoerisme om tot een leefbaar inkomen te komen. De omvang van de landbouwactiviteiten zijn te beperkt om van een voltijdse tijdsbesteding te kunnen spreken. Los van het economische gegeven kan het Departement Landbouw en Visserij de beperkte landbouwactiviteit die behouden blijft niet aanzien als een volwaardige landbouwuitbating. Verder wordt gesteld dat er door het geldende RUP geen serres mogen opgericht worden, vanwege het N-arrest zou het ook niet mogelijk zijn om hier meer dieren te houden. Dit zijn echter niet de enige mogelijkheden om de landbouwactiviteiten duurzaam te blijven uitbaten of te kunnen uitbouwen, er bestaan nog heel wat andere vormen van landbouw die hier wel terecht zouden kunnen.

 

In de bijkomende nota wordt aangehaald dat de combinatie van hoevetoerisme en landbouwactiviteiten perfect mogelijk is. Het Departement Landbouw en Visserij ontkent dit niet, maar kan niet akkoord gaan met een uitbreiding in volumes voor het oprichten van een landbouwloods, i.k.v. afgebouwde landbouwactiviteiten enerzijds, en het herbouwen van een landbouwgebouw i.k.v. toeristische verblijven anderzijds. In de nota wordt gesteld dat de aanvraag voldoet aan de voorschriften van het RUP. Het Departement Landbouw en Visserij betwijfelt dit : het herbouwen van constructies als toeristisch verblijf i.k.v. een landbouwbedrijf waar de effectieve landbouwactiviteiten verminderen, voldoet o.i. niet aan deze voorschriften. Het Departement Landbouw en Visserij behoudt het eerder uitgebrachte ongunstige advies : er is op deze site geen nood aan bijkomend volume, en de herbouw van een gebouw als toeristisch verblijf is niet gericht op de effectieve landbouwactiviteiten. Toeristische verblijven kunnen enkel ingericht worden in bestaande gebouwen die daar nog geschikt voor zijn. De bestaande landbouwbedrijfsgebouwen kunnen eventueel wel herbouwd worden als landbouwloods, en dit in kader van de effectieve akkerbouw/veeteeltactiviteit die op deze site behouden blijft.’

 

Naar aanleiding van dit ongunstig advies heeft de aanvrager de projectinhoud gewijzigd waarbij de loods herbouwd werd binnen het bestaande volume en niet langer voorzien werd in een uitbreiding.

De Vlaamse Overheid, Departement Landbouw en Visserij werd bijgevolg om een 3de advies verzocht op 21 oktober 2021. De adviesinstantie bracht op 23 november 2021 een gedeeltelijk gunstig en gedeeltelijk ongunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

…’ Intussen werd het dossier beperkt aangepast. De loods die afgebroken wordt, zal herbouwd worden binnen het bestaande volume. In de nota die bij het wijzigingsverzoek ingediend werd, wordt aangegeven dat dit deel van de aanvraag op die manier voldoet aan de zonevreemde wetgeving. Dit lijkt een vreemde redenering, aangezien het oprichten van het nieuwe vakantiehuis ter vervanging van een bestaand landbouwgebouw wel aangevraagd is i.k.v. de aanwezige landbouwactiviteit (=zone-eigen).

 

Zoals aangegeven in de voorgaande adviezen, kan het Departement Landbouw en Visserij akkoord gaan met het behoud van de agrarische functie op deze site. Ook het herbouwen van de loods en de herbouw ervan met behoud van volume is aanvaardbaar als dit herbouwde gebouw gebruikt wordt i.k.v. landbouwdoeleinden (zoals oorspronkelijk aangevraagd werd). Als het echter de bedoeling is van de aanvrager om alle landbouwactiviteiten stop te zetten, dan moet er een volledige functiewijziging van de site aangevraagd en beoordeeld worden, wat nu niet gebeurd is. De gevraagde herbouw van de loods wordt dan ook gunstig geadviseerd, op voorwaarde dat het gebouw effectief gebruikt wordt i.k.v. de overblijvende landbouwactiviteiten (16 ha akkerbouw en beperkte rundveehouderij).

 

Wat betreft het deel van de aanvraag m.b.t. de oprichting van een vakantiehuis ter vervanging van te slopen bebouwing, behoudt het Departement Landbouw en Visserij het eerder uitgebrachte ongunstige advies : het herbouwen van voormalige landbouwconstructies als toeristisch verblijf is niet noodzakelijk i.k.v. de overblijvende landbouwactiviteiten. Dit deel van de aanvraag voldoet o.i. niet aan de voorschriften van het PRUP, en wordt bijgevolg ongunstig geadviseerd.’

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.a         Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het PRUP Openruimtekamers Gavers en Esser. De eigendom is er bestemd als een zone voor bouwvrij agrarisch gebied.

In deze zone gelden in functie van voorliggende aanvraag onder meer volgende  stedenbouwkundige voorschriften:

 

Artikel 1.1 bestemming

Het gebied is bestemd voor de grondgebonden beroepslandbouw. CSA-boerderijen, pluktuinen & thuisverkoop gekoppeld aan een actief landbouwbedrijf zijn hier eveneens toegelaten. Ook individueel bewerkbare moestuinen zijn toegelaten, in die mate dat ze ofwel gekoppeld voorkomen bij een actief landbouwbedrijf, ofwel in groep voorkomen in een overkoepelend beheer en kaderen onder gemeenschapsvoorzieningen.

 

Volgende functiewijzigingen zijn niet toegestaan binnen een gebouw of gebouwencomplex met de hoofdfunctie landbouw in ruime zin: paardenhouderij, paardenpension, manege, kinderboerderij, dierenasiel, dierenpension.

In de toelichting bij deze passage is het volgende opgenomen:

Deze functiewijzigingen worden uitgesloten omwille van hun ruimtelijke impact op het landbouwgebied. De overige functiewijzigingen uit het uitvoeringsbesluit blijven van toepassing.

 

Artikel 1.3. Bouwmogelijkheden bestaande landbouwbedrijfszetels

De bestaande vergunde of vergund geachte landbouwbedrijven kunnen verbouwen, herbouwen of uitbreiden in functie van de landbouwbedrijfsvoering. Nieuwbouw is enkel toegelaten in functie van de uitbreiding van een bestaande landbouwbedrijfszetel en compact aansluitend aan deze landbouwbedrijfszetel….

 

Artikel 1.4. Bestaande bebouwing (niet zijnde woningbouw of landbouwgebouwen)

…Voor de overige vergunde functies zijn de bepalingen uit artikel 0.4 en de VCRO (basisrechten) van kracht

 

Artikel 1.6. Zonevreemde woningen

De wettelijke bepalingen zijn van kracht. (basisrechten uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening). Om vertuining van het landbouwgebied tegen te gaan dienen de particuliere tuinen zich te beperken tot de huiskavel. Het bijkomend omvormen van landbouwpercelen naar tuinpercelen is niet toegelaten.

 

Herbouw landbouwgebouw als vakantiewoning

In het RUP is bij de bestemmingen opgenomen dat een functiewijziging naar paardenhouderij, paardenpension, manege, kinderboerderij, dierenasiel, dierenpension niet toegelaten zijn omwille van hun ruimtelijke impact op het landbouwgebied. De overige functiewijzigingen uit het uitvoeringsbesluit blijven van toepassing zodat de functie van vakantiewoning wel mogelijk is conform de voorzieningen van het RUP.

 

De aanvrager beroept zich voor het realiseren van de vakantiewoning op artikel 11 van het zonevreemde functiewijzigingsbesluit evenals op de basisrechten van de VCRO.

Bij artikel 11 van het zonevreemde functiewijzigingsbesluit speelt de voorwaarde van bouwfysisch geschikt zijn niet waardoor een herbouw (binnen het bestaande volume) overeenkomstig de basisrechten van de VCRO mogelijk is.

Op basis van artikel 11 kan bij een bestaand (eventueel leegstaand) landbouwbedrijf de functie van de bedrijfswoning omgezet worden naar een residentiële woning en kunnen eventueel de bedrijfsgebouwen een nieuwe functie krijgen als woningbijgebouw of als accommodatie voor tijdelijk verblijf (hoevetoerisme) op voorwaarde dat landbouw als nevenbestemming aanwezig blijft.

Dit betekent dat de beroepslandbouwactiviteit  als half-volwaardig of volwaardig aanwezig moet zijn op de site. Indien deze activiteit niet of beperkt aanwezig is kan geen herbouw maar moet toepassing gemaakt worden van artikel 4 zijnde het inrichting van bestaande gebouwen voor plattelandstoerisme die hiervoor reeds bouwfysisch geschikt zijn).

Bijgevolg is het noodzakelijk als voorwaarde op te leggen dat de landbouwactiviteit op de site behouden moet blijven (als half-volwaardige tot volwaardige landbouwactiviteit) tot zolang de vakantiewoning uitgebaat wordt. Door het opleggen van deze voorwaarde blijft de bestaande landbouwzetel behouden en is een herbouw i.f.v. hoevetoerisme niet in strijd met het RUP.

 

Het bestaande landbouwgebouw is niet verkrot en is vergund geacht.

Het bestaande landbouwgebouw heeft een volume van 3.024 m³ en de vakantiewoning 1.410,82 m³ waardoor de herbouw gebeurt binnen het bestaande volume.

De vakantiewoning wordt opgetrokken op dezelfde plaats als het te slopen gebouw.

 

Herbouw loods

Afdeling landbouw stelt dat op de site geen volwaardig landbouwbedrijf actief is waardoor een uitbreiding van de bestaande loods bij herbouw niet mogelijk was. De aanvrager heeft in zijn PIV2 de herbouw van de stal beperkt heeft tot het herbouwen binnen het bestaande volume zonder uitbreiding en voldoet hiermee aan de basisrechten voor sites waarop geen volwaardige landbouwactiviteit aanwezig is.

Gelet op de koppeling met artikel 11 en op het advies van de afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling is het noodzakelijk als voorwaarde op te leggen dat de herbouwde loods gebruikt moet worden ikv landbouwdoeleinden.

 

7.b         Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kortrijkse heerweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.c         Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt in een mogelijks overstromingsgebied. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 20.000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een buffervoorziening met een volume van 20.000 liter. Gezien de moeilijk infiltreerbare bodem wordt geen infiltratievoorziening voorzien. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

Er zitten een aantal tegenstellingen in de funderingsplannen.

        Op het plan BA_Loods_P_N1.1_grondplan wordt vermeld dat de afwatering van de loods naar de hemelwaterput (van 15.000 liter) van de vakantiewoning gaat.

        Op het plan BA_vakantiewoning_P_N_1.3_fund_rio wordt een nieuw aan te leggen regenwaterput van 20.000 liter voorzien.

In het hemelwaterformulier wordt verwezen naar een regenwaterput van 20.000 liter zodat de hemelwaterput ook effectief deze inhoud moet hebben.

Uit de nota blijkt dat het hemelwater zal gebruikt worden voor het reinigen en het toilet. Dat blijkt niet uit de plannen. Het aanwenden van het hemelwater ifv hergebruik voor de toiletten, buitenkraan, ... wordt opgenomen als voorwaarde bij de vergunning.

 

7.d         Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.e         Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.f           Erfgoed-/archeologietoets

Het gebouw waaraan de werken voorzien worden, is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed "Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen: Gemeente Deerlijk" zoals opgemaakt door de Vlaamse Overheid en wordt als volgt beschreven:

Historische hoeve "Goed te Frans". In de volksmond ook wel "het verbrand hof" verwijzend naar het feit dat ze in de Eerste Wereldoorlog door de Duitsers in brand werd gestoken.

Centrum van de belangrijke heerlijkheid "te Frans" of "te Ferrants". De heerlijkheid hing rechtstreeks af van de graaf van Vlaanderen via zijn leenhof van Harelbeke. De heerlijkheid had ook twaalf achterlenen gelegen in Deerlijk, Harelbeke, Lendelede en Waregem. De heerlijkheid is tijdens het ancien régime eigendom van de belangrijke families van Caloen, Roose en de Tollenaere. De oudst gekende heer is ridder Blancart de Calonne (van Caloen), vermeld in een baljuwrekening van 1395-1396 bij verkoop van de heerlijkheid. Vanaf de 15de eeuw wordt de hoeve verpacht.

Site weergegeven op de Atlas der Buurtwegen (1849), maar de volumes zijn opgesteld met een andere configuratie. Ten noorden boerenhuis, vernieuwd na de Eerste Wereldoorlog. Verankerde baksteenbouw onder zadeldak bekleed met kunstleien (eterniet). Met schijnvoegen gecementeerde erfgevel geritmeerd door getoogde muuropeningen. Deur gevat in recent toegevoegde bakstenen omlijsting. Ten westen voormalige overdekte mestvaalt verbouwd tot stallingen. In het westen recente loodsen.

De erfgoedwaarden beschreven in de inventaris bouwkundig erfgoed zijn op heden al niet meer aanwezig zodat de aanvraag geen bijkomende negatieve impact heeft.

 

7.g         Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.h         Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.i           Milieuaspecten

Relevante potentiële effecten op de mobiliteit

Op het veeteeltbedrijf is er voornamelijk transport van dieren, voeder, mest en landbouwproducten. Deze transporten vinden niet dagelijks plaats. Tijdens de periode dat er mest uitgereden mag worden ligt het aantal vrachten iets hoger dan anders. De transporten in functie van de vakantiewoning zullen voornamelijk plaatsvinden met personenwagens. Hiervoor zullen voldoende parkeerplaatsen voorzien worden.

Gezien het aantal dieren daalt kunnen we ook verwachten dat het aantal transporten daalt. Gelet op de beperkte omvang van het bedrijf met vakantiewoning en hoevewinkel zullen de effecten op de mobiliteit in de omgeving ook beperkt zijn.

 

Relevante potentiële effecten op de bodem

Potentiële effecten op de bodem kunnen afkomstig zijn van de opslag en verspreiding van mest, opslag van voeders, beperkte opslag van gevaarlijke stoffen en het stallen van voertuigen. Om bodemverontreiniging te vermijden wordt zoveel als mogelijk gewerkt op een ondoordringbare vloer, worden mestkelders vloeistofdicht gemaakt, wordt het bedrijf algemeen net onderhouden, worden mest- en voedersappen afgeleid naar een citerne en wordt de mest uitgereden volgens de toepasselijke regels van het mestdecreet. De opslag van mazout en het tanken van de voertuigen gebeurt binnen op een vloeistofdichte ondergrond. Hierdoor zijn de effecten op de bodem in gevolge de uitbating van het bedrijf niet aanzienlijk.

 

Relevante potentiële effecten op het watersysteem

Enkel de oppervlakten die strikt noodzakelijk zijn voor de bedrijfsvoering worden verhard. Het hemelwater dat hierop terecht komt vloeit op een natuurlijke wijze af naar de naast gelegen onverharde zone. Verder wordt zoveel als mogelijk hemelwater opgevangen en gebruikt voor laagwaardige toepassingen. Door de genomen maatregelen en het duurzaam gebruik van water kan gesteld worden dat de effecten op het watersysteem niet aanzienlijk zijn.

 

Relevante potentiële effecten op de luchtkwaliteit

Op het veeteeltbedrijf is er voornamelijk emissie van ammoniak, geur en stof. De periode en duur van deze emissies wordt bepaald door de dierbezetting in de stallen. Er kan een korte periode van leegstand zijn tussen twee opeenvolgende rondes. Dit is de periode dat de stallen gereinigd worden om er een nieuwe ronde dieren in te kunnen zetten. Deze emissies zijn inherent aan het fokken van dieren. De emissies zijn sterk afhankelijk van het stalconcept, de ventilatie, het management door de exploitant, …. Tussen deze emissies is er een verband. De maatregelen die worden genomen om specifieke emissies te beperken hebben vaak een invloed op zowel ammoniak, geur en/of stof:

        Het maximumaantal dieren in elke stal wordt beperkt conform de welzijnsnormen.

        De kadavers worden op regelmatige tijdstippen afgehaald.

        De meeste oppervlakken die bereden worden, zijn verhard.

        De rundveestal wordt op natuurlijke wijze verlucht en dit geeft minder hinder omdat deze stallen zeer veel volume bevatten.

        Alle dieren worden gehuisvest op stro. Hierbij worden er minder ammoniak en geurstoffen ontwikkeld vermits er in de stroboxen weinig contact is tussen vaste mest en urine, de urine wordt onmiddellijk geabsorbeerd door het stro.

        De runderen worden hoofdzakelijk gevoederd met ruwvoeder, waarbij geen stofhinder kan veroorzaakt worden.

Door deze genomen maatregelen is te verwachten dat de effecten op de luchtkwaliteit binnen aanvaardbare grenzen blijven.

 

Relevante potentiële effecten van geluid of trillingen ten gevolge van de aanvraag

De bronnen van geluid en/of trilling op een veeteeltbedrijf zijn afkomstig van de dieren zelf of van transport van dieren, landbouwproducten, mest, … Het bedrijf ligt binnen het agrarisch gebied zodat deze mogelijke effecten eigen zijn aan de exploitatie en niet storend in de omgeving. Bijgevolg kan aangenomen worden dat de hinder ten gevolge van geluid en trillingen niet aanzienlijk zal zijn.

 

Relevante potentiële effecten op de biodiversiteit

Uit de voortoets en de berekening van impactscore is gebleken dat de stikstofemissie daalt met 31,1 % ten opzichte van de vorige vergunde situatie. Hiermee wordt voldaan aan de ministeriële instructie en bijhorende richtsnoer rond stikstofemissies. Bijgevolg kan ook geoordeeld worden dat de effecten op de biodiversiteit niet aanzienlijk zullen zijn.

 

Relevant potentieel risico op zware ongevallen of rampen

Gezien de aard van de exploitatie zijn geen zware ongevallen of rampen te verwachten.

 

Relevante potentiële effecten op onroerend erfgoed

De hoeve is opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed. Een verdere beoordeling in dit kader is terug te vinden in de erfgoed- en archeologietoets.

 

Relevante potentiële effecten van licht of straling ten gevolge van de aanvraag

De op het bedrijf eventuele aanwezige buitenverlichting werkt enkel ’s nachts wanneer dit belangrijk wordt geacht inzake een veilige bedrijfsvoering. Er zijn geen bronnen van straling aanwezig op het bedrijf.

 

Relevante potentiële effecten van de productie van afvalstoffen

Op het bedrijf bestaan de afvalstromen hoofdzakelijk uit krengen en dierlijke mest. Kadavers worden onmiddellijk uit de stal verwijderd en opgeslagen in een kadaveropslag, vervolgens wordt het destructiebedrijf gecontacteerd zodat het kreng zo spoedig als mogelijk opgehaald kan worden. De dierlijke mest wordt steeds afgevoerd conform de vigerende mestwetgeving, hetzij naar eigen gronden, hetzij naar de mestverwerking of op gronden van derden.

Het huishoudelijk afval (restafval, PMD, papier en karton) wordt opgehaald via de gemeentelijke inzameling.

 

Andere relevante potentiële effecten op milieu en/of omgeving

Geen andere relevante effecten te melden.

 

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

 

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

 

7.j           Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

        functionele inpasbaarheid

De aanvrager voorziet de hoeve verder uit te baten voor landbouwactiviteiten maar deze te laten ondersteunen door hoevetoerisme (vakantiewoning). De eigendom is gelegen nabij het provinciaal domein ‘De Gavers’ met een recreatief accent maar eveneens gericht op natuur en landschap. Een vakantiewoning in de nabijheid van dit provinciaal domein is functioneel inpasbaar. Door het behoud van landbouwactiviteit op de site en de beperkte omvang van de vakantiewoning zal geen ongewenste dynamiek ontstaan op de omgeving.

Op het inplantingsplan en in de nota wordt aangegeven dat de voormalige woning gebruikt zal worden als hoevewinkel. Uit de aanvraag blijkt echter niet duidelijk welke producten er zullen verkocht worden, ook zijn geen plannen toegevoegd betreffende de indeling. De nieuwe functie wordt evenmin gemotiveerd waardoor de functie van hoevewinkel in de voormalige woning in deze aanvraag uitgesloten wordt van vergunning.

 

        Mobiliteitsimpact

Gelet op de beperkte omvang van het landbouwbedrijf met vakantiewoning zullen de effecten op de mobiliteit in de omgeving ook beperkt zijn.

 

        Schaal

De bestaande loods voor de landbouwactiviteiten in nevenbestemming wordt herbouwd binnen het bestaande volume, met een kleinere grondoppervlakte en een beperkt grotere hoogte. De gewijzigde vormgeving blijft echter op schaal van de bestaande bebouwing. Ook de vakantiewoning blijft beperkt tot 1 bouwlaag en dak waardoor deze eveneens op schaal is van de bestaande bebouwing.

 

        ruimtegebruik en bouwdichtheid

De herbouwde constructies bevinden zich op de grondvesten van de bestaande te slopen bebouwing waardoor de gebouwenconfiguratie compact blijft. De vakantiewoning neemt een kleinere grondoppervlakte in dan het te slopen landbouwgebouw. De nieuwe inplanting sluit aan bij het centrale erf van de hoevesite zodat een deel van de site onthard kan worden.

 

        visueel-vormelijke elementen

De nieuwe loods zal afgewerkt worden in grijze betonpanelen en sluit daarmee aan bij de naastliggende bestaande te behouden loods. Gezien de beperkte hoogte van het gebouw zal dit materiaalgebruik niet storend zijn.

De vakantiewoning wordt afgewerkt in kleinschalige materialen, metselwerk aansluitend bij de bestaande woning en deels in een houten gevelbekleding dat zich in zijn naturel maximaal zal integreren in de landelijke omgeving.

 

De site wordt verder vergroend door de aanplant van knotwilgen en fruitbomen en door het inzaaien van onbebouwde stroken. De groenaanplant mag in geen geval leiden tot vertuining en een verdergaande landschapsopbouw is belangrijk. Dit wordt opgenomen als voorwaarde.

 

        cultuurhistorische aspecten en bodemreliëf

Een deel van de site wordt onthard, zo onder meer de verharding ten zuiden van de bestaande loods wat een positieve impact zal hebben op de waterhuishouding en de bodem.

Anderzijds wordt vastgesteld dat heel wat nieuwe klinkerverharding en steenslagverharding aangelegd wordt, op plaatsen waar nu geen verharding aanwezig is en waarbij soms enige motivatie ontbreekt.

De paden rondom de woning en de vakantiewoning hebben een breedte van 1,20 m in functie van toegankelijkheid. Bij de woning wordt aan de voorzijde (binnenplein) verharding opgebroken en wordt een terras aan de westelijke zijde voorzien waarbij standaardafmetingen gebruikt worden.

De verharding ten noorden van de voormalige woning wordt deels heraangelegd en deels vervangen, vermoedelijk ook in functie van het gebruik van de hoevewinkel. Aangezien in dit dossier de hoevewinkel uitgesloten wordt omwille van te weinig informatie/motivatie/plannen wordt ook de wijzigingen aan deze verharding uitgesloten van vergunning. De bestaande toestand kan behouden blijven of kan verder onthard worden.

Bij de vakantiewoning wordt een terras voorzien met een lengte van 9,50 m op een breedte van 9 m. Voor maximaal 18 personen is dat overgedimensioneerd. De breedte van het terras dient teruggebracht te worden tot 6 m in plaats van de voorziene 9 m.

 

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.k         Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van de beide openbare onderzoeken werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.l           Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.m       Bespreking adviezen

Advies Fluvia

Gelet op de specifieke problematiek en inhoud van het advies wordt dit integraal overgenomen en dient opgelegd te worden dat de voorwaarden geformuleerd in het brandpreventieverslag stipt nageleefd moet worden.

 

Advies Landbouw en Visserij

Het 3de advies van de afdeling Landbouw en Visserij is deels gunstig voor de herbouw van de loods en deels ongunstig voor de herbouw van de vakantiewoning.

De afdeling Landbouw is van mening dat een herbouw niet noodzakelijk is ifv de te behouden landbouwactiviteiten. Anderzijds dient bij toepassing van artikel 11 van het zonevreemde functiewijzigingsbesluit het bestaande gebouw niet geschikt te zijn voor de nieuwe functie en is een grondige verbouwing of zelfs een herbouw binnen het bestaande volume overeenkomstig de basisrechten van de VCRO mogelijk. (zie ook planologische toets) Bijgevolg wordt het advies van Land voor dat aspect weerlegd.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

        Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Yves Benoit wonende Kortrijkse heerweg 199 te 8540 Deerlijk, voor het slopen van een aanbouw van de woning, herbouwen van een loods, slopen van een hangar/stal, het nieuw bouwen van een vakantiewoning en de verandering en hernieuwing van een bestaande exploitatie, op een perceel gelegen Kortrijkse heerweg 199 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 484 L.

 

Artikel 2

 

De ingedeelde inrichting of activiteit wordt vergund voor onbepaalde duur en omvat voortaan volgende Vlarem rubrieken:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

6.5.1°

Hernieuwing + wijziging door CLP-verordening+ wijziging door verplaatsing (verandering)

1 verdeelslang

3

9.4.3.c)1°

Hernieuwing + wijziging door vermindering met 21 runderen (Verandering)

49 plaatsen

2

15.1.1°

Hernieuwing + wijziging door verplaatsing (verandering)

8 voertuigen

3

16.3.2°a)

Frigo 5kW (Nieuw)

5 kW

3

17.1.2.2.1°

Gastank 3000 liter (Nieuw)

3000 liter

3

17.3.2.1.1.1°b)

Hernieuwing + wijziging door CLP-verordening + wijziging door verplaatsing (verandering)

2,04 ton

3

17.4

250 kg/l fytoproducten (verandering)

250 liter

3

28.2.c)1°

Hernieuwing + wijziging door vermindering met 597 m² (verandering)

95 m²

3

45.4.d)

verkooppunt (Nieuw)

1 verkooppunt

3

53.8.1°a)

Hernieuwing + wijziging door vermindering met 56 m² (verandering)

624 m³/jaar

3

 

Artikel 3

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist aan de vergunning volgende specifieke voorwaarden op te leggen:

        De landbouwactiviteit op de site moet behouden blijven (als half-volwaardige tot volwaardige landbouwactiviteit) tot zolang de vakantiewoning uitgebaat wordt.

        De herbouwde loods moet gebruikt worden ikv landbouwdoeleinden.

        De functie van hoevewinkel in de voormalige woning zoals voorzien in deze aanvraag wordt uitgesloten van vergunning.

        De wijzigingen aan de verharding ten noorden van de voormalige woningen zoals voorzien in deze aanvraag worden uit te vergunning gesloten.

        De breedte van het terras bij de vakantiewoning dient teruggebracht te worden tot 6 m in plaats van de voorziene 9 m.

        De hemelwaterput dient een inhoud te hebben van 20.000 liter conform het hemelwaterformulier en het hemelwater moet aangewend worden ifv hergebruik voor de toiletten, buitenkraan, .... Een aanzuigleiding voor hergebruik moet voorzien worden in de vakantiewoning.

        De groenaanplant mag in geen geval leiden tot vertuining en een verdergaande landschapsopbouw is wenselijk.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/ .

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 15 DECEMBER 2021

D.3. Naleving sociale huurreglementering - controle - verslag -

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van het verslag van de digitale inspectie 'Controle naleving sociale huurreglementering' van 26 oktober 2021 en een principieel standpunt over het eigen gemeentelijk sociaal woonpatrimonium in te nemen.

 

Motivering

 

Op 26 oktober 2021 bezorgde de toezichthouder van de Afdeling Toezicht van het Agentschap Wonen-Vlaanderen het verslag van haar digitale inspectie 'Controle naleving sociale huurreglementering'. De gemeente Deerlijk heeft 3 sociale woningen, die verhuurd worden via het OCMW.

 

Het verslag stelt dat heel wat zaken niet meer volgens de vigerende wetgeving zijn en binnen een periode van twee maanden dienen aangepast te worden. Gelet op de gedane vaststellingen bij de controle en tevens uit het oogpunt van het één sociale woonspeler per gemeente principe is de conclusie dat het in beheer geven of de overdracht van de sociale woningen aan een sociale huisvestingsmaatschappij (SHM) of een erfpachtconstructie met een SHM ernstig in overweging moet genomen worden.

 

Begin 2020 kwam deze piste intern al ter sprake, werd dit aangekaart op het woonoverleg en werd hierrond verder onderzoek en overleg gepland, maar de coronacrisis gooide roet in het eten, waardoor dit dossier niet verder prioritair behandeld kon worden door het clusterhoofd burger en welzijn. Daarnaast was ook de deskundige wonen nog niet in de mogelijkheid dit verder op te nemen. Op basis van de recente inspectie dient dit thans prioritair opgenomen te worden. De personele situatie liet niet toe om dit binnen de twee maanden af te ronden, maar in de eerste helft van 2022 dient dit alle vereiste opvolging te krijgen.

 

Het lijkt aangewezen thans wel al principieel te beslissen dat de gemeentelijke sociale woningen niet verder in eigen beheer zullen opgevolgd worden, maar alle mogelijkheden richting andere sociale actoren (SHM of SVK) verder zullen onderzocht worden, op basis waarvan vervolgens een definitieve beslissing zal genomen worden.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit kennis te nemen van het verslag van de digitale inspectie 'Controle naleving sociale huurreglementering' van 26 oktober 2021.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit principieel op termijn het eigen gemeentelijk sociaal woonpatrimonium niet verder in eigen beheer te zullen opvolgen, maar alle mogelijkheden richting andere sociale actoren (SHM of SVK) verder te onderzoeken om op basis daarvan een definitieve beslissing te nemen.

  •                   

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/12/2021
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.