Zitting van CBS van 06 MEI 2020
College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 29 april 2020 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 29 april 2020.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 29 april 2020 goed te keuren.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Beslissingen algemeen directeur - april 2020 - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de besluiten van de algemeen directeur van de maand april 2020.
Motivering
De algemeen directeur staat in voor de algemene leiding van de diensten van de gemeente en van de diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.
De algemeen directeur rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, aan het vast bureau en aan het bijzonder comité voor de sociale dienst.
Er zijn geen adviezen nodig.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 170 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de besluiten van de algemeen directeur van de maand april 2020.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Diverse verslagen - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.
Motivering
Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:
• Gaselwest - verslag van de Raad van Bestuur van 12 december 2019
• Gaselwest - verslag van de Raad van Bestuur van 10 februari 2020
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Verslag politiecollege - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het aan de gemeente overgemaakte verslag van het politiecollege.
Motivering
Het verslag van het politiecollege van 10 april 2020 werd overgemaakt aan de gemeente.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het ontvangen verslag.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Aankoop herbruikbare stoffen mondmaskers inwoners - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aankoop van herbruikbare stoffen mondmaskers voor de inwoners goed te keuren.
Motivering
Stad Kortrijk organiseerde een overheidsopdracht met betrekking tot de aankoop van herbruikbare stoffen mondmaskers voor de 15 gemeenten van de HVZ Fluvia, incl. Wervik. Er wordt een herbruikbaar stoffen mondmasker voorzien voor alle inwoners van de betrokken gemeenten, vanaf 12 jaar.
Stad Kortrijk fungeert als aankoopcentrale voor de desbetreffende gemeenten.
De gemeente Deerlijk kan van de mogelijkheid tot afname van de raamovereenkomst via de aankoopcentrale gebruik maken waardoor zij krachtens artikel 47, § 2 van de wet van 17 juni 2016 is vrijgesteld van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren.
Het college van burgemeester en schepenen van de stad Kortrijk keurde in zitting van 24 april 2020 de gunning goed. De gunning werd toegewezen aan 2 firma's, zijnde Confectiebedrijf Celesta nv, Nieuwstraat 105 te 8560 Wevelgem en Verdolux, Vaarnewijkstraat 15 te 8530 Harelbeke.
Voor de gemeente Deerlijk worden de herbruikbare stoffen mondmaskers geleverd door de firma Verdolux, Vaarnewijkstraat 15 te 8530 Harelbeke.
De gemeente Deerlijk heeft nood aan 11.200 herbruikbare stoffen mondmaskers.
De stad Kortrijk zal de bestelling plaatsen in naam van alle 15 gemeenten en zal deze aankoop pre-financiëren, waarna de totalen zullen worden doorgerekend naar de betrokken gemeenten, op basis van een gesocialiseerd tarief van 1,47 euro excl. btw (gewogen gemiddelde prijs).
De provincie West-Vlaanderen voorziet een tussenkomst van 1 euro per mondmasker.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere: Art. 47, § 2 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Bedrag | 16.464,00 excl. btw of 19.921,44 incl. btw |
Actie | Verrichtingen zonder beleidsdoelstellingen |
Jaarbudgetrekening | 0989-00/61500000 |
Visum | G-2020-13 dd 30/04/2020 |
11.200 stuks x 1,47 euro = 16.464,00 excl. btw of 19.921,44 euro incl. btw
De provincie West-Vlaanderen voorziet een tussenkomst van 1 euro per mondmasker.
Dit brengt de totale netto kost voor Deerlijk op 8.721,44 euro.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de aankoop van 11.200 herbruikbare stoffen mondmaskers voor de inwoners van de gemeente Deerlijk goed te keuren tegen het bedrag van 16.464,00 euro excl. btw of 19.921,44 euro incl. btw.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Aanstellen ontwerper – verhuis uitvoerende technisch dienst naar nieuwe site Weverijstraat - starten procedure en lijst uit te nodigen firma's - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de lijst met uit te nodigen firma’s en het opstarten van de plaatsingsprocedure goed te keuren.
Motivering
In het kader van de opdracht “Aanstellen ontwerper – verhuis uitvoerende technisch dienst naar nieuwe site Weverijstraat” werd een bestek met nr. 2020-12 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 22.950,00 euro excl. btw of 27.769,50 euro incl. 21% btw.
De gemeenteraad verleende in zitting van 30 april 2020 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Volgende ondernemers komen in aanmerking om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
Er wordt voorgesteld om de plaatsingsprocedure op te starten en de uitnodigingen tot offerte te verzenden.
Als limietdatum voor het indienen van de offertes wordt 9 juni 2020 om 12.00 uur voorgesteld.
Juridische gronden
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
De onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking voor de opdracht “Aanstellen ontwerper – verhuis uitvoerende technisch dienst naar nieuwe site Weverijstraat” wordt opgestart.
Artikel 2
Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
Artikel 3
De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 9 juni 2020 om 12.00 uur.
Artikel 4
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2020, op de jaarbudgetrekening 0200-00/22100000/GEMEENTE/CBS/IP-35 (actie A-2.1.02).
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Renovatie sportvloeren Gaverhal & Sportbeuk - starten procedure en lijst uit te nodigen firma's - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de lijst met uit te nodigen firma’s en het opstarten van de plaatsingsprocedure goed te keuren.
Motivering
In het kader van de opdracht “Renovatie sportvloeren Gaverhal & Sportbeuk” werd een bestek met nr. 2020-05 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 119.000,00 euro excl. btw of 143.990,00 euro incl. 21% btw (24.990,00 euro btw medecontractant).
De gemeenteraad verleende in zitting van 30 april 2020 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Volgende ondernemers komen in aanmerking om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
Er wordt voorgesteld om de plaatsingsprocedure op te starten en de uitnodigingen tot offerte te verzenden.
Als limietdatum voor het indienen van de offertes wordt 4 juni 2020 om 11.00 uur voorgesteld.
Juridische gronden
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
De onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking voor de opdracht “Renovatie sportvloeren Gaverhal & Sportbeuk” wordt opgestart.
Artikel 2
Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
Artikel 3
De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 4 juni 2020 om 11.00 uur.
Artikel 4
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2020, op jaarbudgetrekening 0742-00/22800000/BESTUUR/CBS/0/IP-22 (actie A-3.03.4).
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Renovatie woning Burg. Hector Isebaertstraat 8 - starten procedure en lijst uit te nodigen firma's - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de lijst met uit te nodigen firma’s en het opstarten van de plaatsingsprocedure goed te keuren.
Motivering
In het kader van de opdracht “Renovatie woning Burg. Hector Isebaertstraat 8” werd een bestek met nr. 2020-02 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer in samenwerking met Leiedal.
Deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen:
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 30.500,00 euro excl. btw of 32.330,00 euro incl. 6% btw (1.830,00 euro btw medecontractant).
De gemeenteraad verleende in zitting van 30 april 2020 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Volgende ondernemers komen in aanmerking om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
Als limietdatum voor het indienen van de offertes wordt 4 juni 2020 om 09.30 uur voorgesteld.
Juridische gronden
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
De onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking voor de opdracht “Renovatie woning Burg. Hector Isebaertstraat 8” wordt opgestart.
Artikel 2
Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
Artikel 3
De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 4 juni 2020 om 09.30 uur.
Artikel 4
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget van 2020, op jaarbudgetrekening 0950-00/22100000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (actie GBB).
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Grafconcessie - bijzetting - kennisname
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Grafconcessie - bijzetting en hernieuwing - goedkeuring
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Grafconcessie - aktename voortijdige beëindiging - goedkeuring
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Speelpleinwerking - aanpassing retributiereglement - agendering GR
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de aanpassing van het retributiereglement gemeentelijke speelpleinwerking te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Motivering
In zitting van 15 januari 2020 besliste het college van burgemeester en schepenen principieel akkoord te gaan met het voorstel om vanaf de zomervakantie 2020 niet langer frisdranken aan te bieden op de speelpleinwerking Kerekewere!
Het college van burgemeester en schepenen verzocht daarbij om de wijziging van het retributiereglement gemeentelijke speelpleinwerking betreffende het aanbieden van frisdranken, samen met eventuele andere wijzigingsvoorstellen in het retributiereglement, ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad in zitting van 28 mei 2020.
De uitwerking en uitrol van de eerste fase van een digitaal inschrijvingssysteem voor de speelpleinwerking vanaf de zomervakantie 2020 impliceert geen andere wijzigingsvoorstellen in het retributiereglement.
De goed te keuren aanpassing van het retributiereglement door de gemeenteraad op 28 mei 2020 beperkt zich dus tot het niet langer aanbieden van frisdranken op de speelpleinwerking Kerekewere! vanaf de zomervakantie 2020.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de aanpassing van het retributiereglement gemeentelijke speelpleinwerking ter goedkeuring te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Inname openbaar domein - kennisname
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de lijst in bijlage voor de ingediende aanvragen betreffende de inname van het openbaar domein en/of wegenis.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de lijst in bijlage voor de gevraagde inname(s) van het openbaar domein.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV 2020.60 - Breestraat 31 - opening openbaar onderzoek
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV VK 2020.3 - Wijmelbeekstraat 15 en Windmolenstraat - opening openbaar onderzoek - goedkeuring
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV 2020.53 - Lisdoddelaan 37 tem 46 - opening openbaar onderzoek - goedkeuring
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV 2020.48 - Kerkplein 12, 14 en 16 - opening openbaar onderzoek
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV 2020.26 - Paanderstraat 47A - opening openbaar onderzoek - goedkeuring
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV 2020.29 - Heulselaan 14 - opening openbaar onderzoek - goedkeuring
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Legislatuurovereenkomst mbt samenwerking ikv Stadlandschap Leie en Schelde - verzoek tot agendering gemeenteraad - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het voorstel tot afsluiten van een legislatuurovereenkomst met de Provincie West-Vlaanderen in het kader van Stadlandschap Leie en Schelde goed te keuren en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit punt te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Motivering
Sinds 2015 is Deerlijk lid van het Stadlandschap Leie en Schelde. Hiertoe werd tussen de gemeente Deerlijk en de provincie West-Vlaanderen een overeenkomst opgemaakt. In uitvoering van die overeenkomst werd jaarlijks in samenwerking met de gemeente een werkplan opgemaakt, met concrete projecten voor dat jaar.
De deputatie streeft ernaar om in alle regio's van de provincie de stadlandschappen en regionale landschappen gelijk te schakelen op het vlak van werking. Voor het Stadlandschap Leie en Schelde houdt dat enkele aanpassingen in.
Het provinciebestuur wenst een nieuwe overeenkomst met de gemeente Deerlijk af te sluiten, maar nu voor de duurtijd van het meerjarenprogramma van de provincie en de gemeente (tot en met 2025). Er zal ook nog steeds een jaarlijks actieprogramma worden opgemaakt, maar ditmaal als een globaal programma voor de hele regio Zuid-West-Vlaanderen, en niet langer bilateraal met elke gemeente. Het Stadlandschap Leie en Schelde zal worden aangestuurd door middel van een initiatiefgroep waarin zowel politieke als ambtelijke vertegenwoordiging van elke gemeente/stad zal worden uitgenodigd.
Daarnaast wordt gerekend op een financiële bijdrage van elke gemeente/stad (vanaf 2021). Die bijdrage zal berekend worden op basis van het aantal inwoners: 0,20 euro/inwoner. Op die becijferde waarde wordt een forfaitaire en cumulatieve index toegepast van 1,5 % per kalenderjaar. Dergelijke bijdrage is nieuw voor de regio Zuid-West-Vlaanderen, maar betreft een gelijkschakeling met andere stadlandschappen in West-Vlaanderen, 't West-Vlaamse Hart. Alle bijdragen van steden en gemeenten zullen integraal in surplus toegevoegd worden aan het werkingsbudget van het Stadlandschap, en zullen dus voor de volledige som ten goede komen aan de concrete projectwerking van het Stadlandschap (landschapsprojecten, biodiversiteitsprojecten, projecten rond "groen in de stad", ...). Het Stadlandschap Leie en Schelde staat borg voor een goede spreiding van de projectwerking in het volledige werkingsgebied.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Raming of bedrag | 2.416 euro |
Hiervoor zal krediet moeten voorzien worden.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen keurt de legislatuurovereenkomst met de provincie West-Vlaanderen in het kader van Stadlandschap Leie en Schelde goed en besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit punt voor te leggen aan de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Renovatiepremie eigenaars-bewoners - goedkeuring
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Samenwerkingsovereenkomst tussen de Provincie West-Vlaanderen en gemeente Deerlijk binnen het Interprovinciaal Kenniscentrum Milieu - verzoek tot agendering
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het voorstel tot afsluiten van een overeenkomst met de Provincie West-Vlaanderen binnen het Interprovinciaal Kenniscentrum Milieu goed te keuren en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit punt te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Motivering
In de 5 Vlaamse Provincies is er heel wat knowhow aanwezig omtrent milieu- en aanverwante thema’s. Al sinds 2013 maken de Provincies onderling intensief gebruik van die bestaande expertise onder de noemer van het Interprovinciaal Kenniscentrum voor Milieu (IPKC).
Elk van de 5 Vlaamse Provincieraden keurde een overeenkomst goed in verband met deze interprovinciale samenwerking.
Het aanbod en de werking van het IPKC wordt nu ook ter beschikking gesteld van de gemeenten. Tegelijk wilt de Provincie West-Vlaanderen de werking nog meer gelijkschakelen en optillen naar een hoger niveau. Daartoe keurde de provincieraad van West-Vlaanderen op 5 maart 2020 bijkomend het voorstel voor een overeenkomst met West-Vlaamse gemeenten goed.
Gemeenten die een overeenkomst met de Provincie West-Vlaanderen ondertekenen, kunnen langs deze weg ook een beroep doen op de expertise bij een ander provinciebestuur. Dit kan doordat er tussen de 5 Provincies onderling al een overeenkomst is. Het is zeker niet de bedoeling van de Provincie om te concurreren met het bestaande aanbod via ondermeer streekintercommunales.
De samenwerking wilt via het IPKC wel de focus leggen op een aanbod van complementaire diensten en ondersteuning.
Wat betekent dit concreet?
• Ondertekening van de overeenkomst verplicht de gemeente tot niets. Het schept wel de mogelijkheid om, dankzij de overeenkomst tussen gemeente en eigen provinciebestuur, à la carte een beroep te doen op expertise bij een ander provinciebestuur (doordat er tussen de 5 Provincies onderling al een overeenkomst is). Dit is juridisch afgetoetst en is in overeenstemming met de geldende wetgeving inzake overheidsopdrachten.
• Dit is geen exclusiviteitscontract. Het staat de gemeente nog steeds vrij om offerte te vragen bij een studiebureau of streekintercommunale. Wel is het zo dat een deel van de geboden expertise amper beschikbaar is “op de markt”.
• Ondertekenen van de overeenkomst voor West-Vlaamse gemeenten is gratis.
Aanvraag voor ondersteuning dient te gebeuren via een online sharepoint-platform.
Bij aanvraag wordt door de aanbieder-provincie bekeken tegen welke kostprijs de uitvoering kan gebeuren (is veelal maatwerk), de gemeente krijgt dan een offerte. Het staat de gemeente vrij om al dan niet akkoord te gaan met deze offerte en er dus wel of niet op in te gaan.
• De overeenkomst bestaat uit een tekst met 2 bijlagen: een actielijst en praktische afspraken.
Deze tekst met bijlagen moet goedgekeurd worden door de gemeenteraad en bezorgd worden aan de Provincie zodat de deputatie dit kan goedkeuren/ondertekenen.
• Personeelsinzet is bewust niet voorzien in de overeenkomst omdat de Provincie een rol heeft in de omgevingsvergunningsprocedure als beroepsinstantie; zij willen om belangenvermenging te vermijden geen rol opnemen binnen de gemeentelijke beoordeling van omgevingsvergunningsaanvragen. Technische of inhoudelijke ondersteuning bij de voorbereiding van advies rond omgevingsvergunningsaanvragen kan wel (bv. hulp bij interpretatie van bepaalde metingen of modelleringen die als onderdeel van vergunningsaanvraag worden ingediend).
Timing en verder verloop
• De Provincie vraagt de gemeenten die interesse hebben om deze overeenkomst voor te leggen aan de gemeenteraad van uiterlijk juni.
De ondertekende overeenkomst en het besluit van CBS wordt dan uiterlijk tegen maandag 13 juli 2020 aan de Provincie West-Vlaanderen bezorgt.
• De deputatie zal dan in de loop van juli de overeenkomsten met de verschillende gemeenten goedkeuren.
• Vanaf september worden dan verdere afspraken gemaakt met de gemeenten die deze overeenkomst ondertekend hebben.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen keurt de overeenkomst met de Provincie West-Vlaanderen binnen het Interprovinciaal Kenniscentrum Milieu goed en besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit punt voor te leggen aan de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV 2020_38 - Breestraat 65 - toekenning - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het afbreken en heropbouwen van een naschoolse kinderopvang en 2 klaslokalen voor de basisschool, op een perceel gelegen Breestraat 65 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 850 X en (afd. 1) sectie B 851 N aangevraagd door mevrouw Sabine Michiels namens Vrije Basisscholen Sint-Vincentius Deerlijk VZW gevestigd Hoogstraat 41 te 8540 Deerlijk.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 april 2020.
Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):
De voorwaarden geformuleerd in het brandpreventieverslag moeten stipt nageleefd te worden.
Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
1. Stedenbouwkundige basisgegevens
Gewestplan
De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.
Ruimtelijk uitvoeringsplan
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Bijzonder plan van aanleg
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
Verkaveling
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is wel in overeenstemming met de vigerende voorschriften.
Stedenbouwkundige verordeningen
Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.
Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.
2. Historiek
Relevante stedenbouwkundige vergunningen
Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 juli 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een artisanaal gebouw.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 26 mei 1971 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een opslagplaats.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 september 1979 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van bedrijfsgebouwen.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 19 maart 1997 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van leslokalen.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 25 juli 2001 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de Vrije Basisschool Sint-Vincentius en het uitvoeren van verbouwingswerken aan een woning in functie van de school.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 2 februari 2005 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een schoolgebouw met 4 klassen.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 6 april 2005 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van 4 gebouwen en een luifel, het bouwen van een lerarenlokaal en omvormen van een fabriekspand tot refter en turnzaal voor een basisschool.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 juli 2010 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van zonnepanelen.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 18 januari 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een luifel boven een speelplaats bij een schoolgebouw.
Relevante milieuvergunningen
Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
Melding klasse 3 waarvan aktegenomen door het college van burgemeester en schepenen op 16 maart 2016 voor de uitbating van een school.
Relevante omgevingsvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag
3.1. Beschrijving van de omgeving
De eigendom is gelegen langsheen de Breestraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De aanvraag heeft betrekking op de gebouwen van de Vrije Basisschool Belgiek. De omgeving wordt gekenmerkt door een diversiteit aan gebouwenvolumes in hoofdzaak eengezinswoningen maar ook een aantal grootschaliger gebouwen met handelsactiviteiten, casino, etc. De woningen in de omgeving bestaan zowel uit rijbebouwing (de historisch gegroeide bebouwing) als uit vrijstaande woningen.
3.2. Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvrager wenst 2 klaslokalen en een naschoolse kinderopvang af te breken. Deze situeren zich centraal en achteraan de site. Het betreffen minderwaardige gebouwen in houten prefabstructuren.
Vervolgens wenst men de naschoolse kinderopvang en de 2 klaslokalen te herbouwen. Het nieuwe gebouw situeert zich grotendeels op de plaats waar zich nu de naschoolse opvang bevindt, zijnde in de oksel tussen de bestaande klaslokalen langs de Breestraat en de bestaande refter. De klassen worden voorzien boven de naschoolse opvang waardoor bijgevolg een gebouw in 2 bouwlagen noodzakelijk is maar met een kleinere footprint dan in huidige situatie. Het nieuwe gebouw heeft een breedte van 20,10 m op het gelijkvloers en 16,90 m op de verdieping. De diepte bedraagt zowel op het gelijkvloers als op de verdieping 10,70 m. Het nieuwe gebouw wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 7,40 m voor het gedeelte van 2 bouwlagen en 3,50 m voor het gedeelte van 1 bouwlaag. De gelijkvloerse gevels worden afgewerkt in glad bekist prefab architecturaal beton (grijs), het verdiepingsgedeelte met houten gevel bekleding en het schrijnwerk bestaat uit aluminium. De ruimte waar de oude klaslokalen stonden wordt nu ingericht als tuin aan te leggen met streekeigen groen en bomen.
3.3. Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten
De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.
4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar
Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.
5. Adviezen
Fluvia, dienst brandpreventie werd om advies verzocht op 2 april 2020. De adviesinstantie bracht op 6 april 2020, ontvangen 9 april 2020 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
‘De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met bijgaand brandvoorkomingsverslag.’
6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)
De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier
Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.
7.1 Planologische toets
De eigendom is volgens de voorzieningen van het gewestplan gelegen in een woongebied.
In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een bestaande basisschool in een bebouwde omgeving zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan
7.2 Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Breestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.
7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)
Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 12.000 liter en een referentieoppervlakte van 21,10 m² met overloop naar de gracht. De aanvrager vraagt een afwijking op de plaatsing van een hemelwaterput aangezien er op heden op de site reeds is voorzien in regenwateropvang van 3 x 20.000 liter waarvan 2 x 20.000 liter als bluswatervoorraad en 1 x 20.000 liter in functie van hergebruik voor de toiletten. Deze hoeveelheid is meer dan voldoende in functie van hergebruik zodat volledig ingezet wordt op infiltratie en bijgevolg een afwijking gevraagd wordt. Deze afwijking kan gevolgd worden zodat bijgevolg in alle redelijkheid geoordeeld kan worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.
7.4 Mer-screening
De aanvraag valt onder de bijlage III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004, meerbepaald rubriek 10b – stadsontwikkelingsprojecten.
In navolging van het Besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 (BS 29 april 2013) dient er voor de aanvraag een project-m.e.r.-screening te gebeuren (bijlage III bij het project-m.e.r.-besluit). Een project-m.e.r.-screeningsnota volgens het modelformulier maakt deel uit van het aanvraagdossier. In deze nota zijn de mogelijke effecten van het project op de omgeving onderzocht en gemotiveerd waarom deze niet aanzienlijk zijn. Bij het ontvankelijkheids- en volleigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.
7.5 Natuurtoets
Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.
7.6 Erfgoed-/archeologietoets
Het pand is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed zoals opgemaakt door de Vlaamse Overheid. Het pand wordt er als volgt omschreven:
Wijkschooltje van het gehucht Belgiek.
Het vroegste onderwijs in het gehucht dateert van 1823. Vanaf 1892 staan de zusters van Sint-Vincentius à Paulo, met vestigingsplaats in de Hoogstraat te Deerlijk, in voor het onderwijs in het gehucht. In 1919 wordt door de congregatie besloten om grond aan te kopen en het schoolhuis en vier klaslokalen te bouwen. Volgens de kadastrale gegevens wordt de klassenvleugel in 1930 uitgebreid.
Aan de straat gelegen voormalig schoolhuis. (is ondertussen gesloopt) Eenvoudige verankerde baksteenbouw onder pannen zadeldak. Getoogde muuropeningen onder strek. Bovenvensters met doorgetrokken bakstenen onderdorpels. Boven de deur beglaasde muurnis in omlijsting van zwarte baksteen. Beeld van de Heilige Antonius.
Dwars ingeplante klassenvleugel. Gevel zijde speelplaats geritmeerd door typerende grote vensters onder ijzeren I-balk. Vrij gesloten achtergevel met hooggeplaatste getoogde vensters.
De aanvraag heeft geen betrekking op de gebouwen zoals omschreven in de inventaris en het nieuwe volume is sober van vormgeving en materialen zodat het geen negatieve impact zal hebben op de erfgoedkenmerken.
7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)
Niet van toepassing
7.8 Decreet grond- en pandenbeleid
Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.
7.9 Milieuaspecten
Niet van toepassing
7.10 Goede ruimtelijke ordening
Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.
De aanvraag heeft betrekking op de herbouw van bestaande onderdelen van een bestaande basisschool zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Deze aanvraag heeft niet tot doel de capaciteit van de school te gaan uitbreiden zodat de impact op mobiliteit en hinderaspecten beperkt is. De werken situeren zich aan de achterzijde van de site zodat het straatbeeld niet wijzigt. Door de klaslokalen bovenop de naschoolse kinderopvang te voorzien ontstaat een kleinere footprint op het perceel en kan de rest als kwalitatieve buitenruimte ingericht worden. De hoogte van het nieuwe volume is niet hoger dan de bestaande nokhoogtes van de bestaande aanpalende gebouwen en de afstanden tot de aanpalende eigendommen is voldoende ruim teneinde geen hinder te creëren (noch qua lichtafname als qua privacy) op de aanpalers. Ook de afstand tot de achterkavelgrens is voldoende ruim. Door de sloop van de bestaande klaslokalen en deze op een andere plaats te herbouwen ontstaat een openheid naar het achterliggende landbouwgebied, komen de gebouwen op een ruimere afstand van dit landbouwgebied en wordt de zone met groen ingericht als overgang naar dit landbouwgebied wat een positieve impact zal hebben op de aanpalende landbouwstructuren. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.
7.11 Resultaten openbaar onderzoek
Niet van toepassing
7.12 Scheidingsmuren
Niet van toepassing.
7.13 Bespreking adviezen
Advies Fluvia
Gelet op de specifieke problematiek en inhoud van het advies dient opgelegd te worden dat de voorwaarden geformuleerd in het brandpreventieverslag stipt nageleefd moet worden.
Juridische gronden
Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan mevrouw Sabine Michiels namens Vrije Basisscholen Sint-Vincentius Deerlijk VZW gevestigd Hoogstraat 41 te 8540 Deerlijk, voor het afbreken en heropbouwen van een naschoolse kinderopvang en 2 klaslokalen voor de basisschool, op een perceel gelegen Breestraat 65 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 850 X en (afd. 1) sectie B 851 N, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):
De voorwaarden geformuleerd in het brandpreventieverslag moeten stipt nageleefd te worden.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Attest van verdeling - Tapuitstraat 117 - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen Tapuitstraat.
Motivering
Op 23 april 2020 verstuurde men vanuit het notariaat Saey, Taelman & Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen Tapuitstraat, gekadastreerd afdeling 2, sectie D, deel van nummer 350 B, met een oppervlakte volgens metingsplan van 102 m².
Dit deel wordt afgesplitst van een groter geheel teneinde te verkopen bij de eigendom Tapuitstraat 117.
De bestemming van het goed is volgens de akte woonuitbreidingsgebied en volgens de verwerver strook tuingrond om zich rond de woning gelegen op perceel D347D te kunnen begeven.
De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling.
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
◦ Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV 2019_171 - Veldstraat 9A - toekenning - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het renoveren van een bestaande eengezinswoning, op een perceel gelegen Veldstraat 9A en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 135 Y2 aangevraagd door de heer Philip Bruyneel wonende Veldstraat 9 te 8540 Deerlijk.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 april 2020.
Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):
Deze woning moet van dezelfde eigenaar blijven als de hoofdwoning op het perceel en moet ondergeschikt blijven aan de hoofdwoning. Dit betekent dat deze niet afgesplitst kan worden.
De 2e slaapkamer (eenpersoons slaapkamer) mag niet ingericht worden als slaapkamer en moet de functie als berging behouden.
Het advies wordt als volgt gemotiveerd:
1. Stedenbouwkundige basisgegevens
Gewestplan
De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.
Ruimtelijk uitvoeringsplan
De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Bijzonder plan van aanleg
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg, Gavers wijziging B, goedgekeurd bij Ministerieel besluit van 1 september 1987, met als bestemming zone voor wonen.
Verkaveling
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
Het BPA is van toepassing op de aanvraag.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is niet volledig in overeenstemming met de vigerende voorschriften.
Stedenbouwkundige verordeningen
Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.
Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.
2. Historiek
Relevante stedenbouwkundige vergunningen
Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 juli 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning.
Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 februari 1966 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een autobergplaats.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 20 juni 2018 om de constructie gelegen Veldstraat 9A, op het kadastraal perceel afdeling 2, sectie C, nummer 135Y2 als vergund geachte woning op te nemen in het vergunningenregister.
Relevante milieuvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
Relevante omgevingsvergunningen
Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.
3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag
3.1. Beschrijving van de omgeving
De eigendom is gelegen in de Veldstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De onmiddellijke omgeving wordt gekenmerkt door in hoofdzaak halfopen eengezinswoningen. De woning van de aanvrager maakt deel uit van een koppelbebouwing bestaand uit 2 bouwlagen en een hellend dak. In de tuinzone is op beide percelen een bijgebouw aanwezig, eveneens gekoppeld.
3.2. Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvankelijk als berging gebouwde constructie is reeds sinds de jaren 60 bewoond en werd bijgevolg als vergund geachte woning opgenomen in het vergunningenregister. Aan deze vergund geachte woning worden instandhoudings- en renovatiewerken uitgevoerd. De bestaande bebouwde oppervlakte en het bestaande bouwvolume nemen niet toe, tenzij om te isoleren. Het plat dak wordt deels vernieuwd om te voldoen aan de hedendaagse normen en om één geheel te vormen (nu is een combinatie van diverse dakhellingen aanwezig). Na het isoleren worden de gevels voorzien van een rode baksteen. In de achtergevel wordt een groter raam geplaatst om meer contact te hebben met de achterliggende tuin. Intern wordt de badkamer verplaatst en wordt een deel van de berging ingericht als extra slaapkamer zodat 2 slaapkamers aanwezig zullen zijn.
3.3. Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten
De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.
4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar
De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 27 december 2019 tot 25 januari 2020. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.
5. Adviezen
Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.
6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)
De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier
Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.
7.1 Planologische toets
De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het bijzonder plan van aanleg.
De aanvraag wijkt af van de voorschriften. Hiervoor wordt toepassing gemaakt van artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:
Plan schrijft voor: | ontwerp voorziet: |
Hoogte bijgebouw op de perceelsgrens maximaal 2,70 m | Hoogte bijgebouw op de perceelsgrens 3 m |
Het gevraagde is voor het overige in overeenstemming met de voorzieningen van het BPA gezien bestaande vergunde of vergund geachte constructies behouden kunnen blijven en verbouwd worden (instandhoudingswerken), de bebouwde oppervlakte niet wijzigt en de functie niet wijzigt.
Artikel 4.4.1 van de VCRO voorziet dat na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen kunnen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.
De afwijking heeft betrekking op afmetingen van de constructie zodat een afwijking overwogen kan worden. Het bestaande gebouw heeft reeds een hoogte van meer dan 2,70 m, de hoogte van 3 m is lager dan een deel van de bestaande hoogte zodat de afwijking ten opzichte van de bestaande toestand vermindert en de impact voor de omgeving beperkter wordt. De aanpalende eigenaar formuleerde geen bezwaar. Bijgevolg kan de afwijking als beperkt beoordeeld worden.
7.2 Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Veldstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.
7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)
Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
7.4 Mer-screening
De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.
7.5 Natuurtoets
Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.
7.6 Erfgoed-/archeologietoets
Niet van toepassing.
7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)
Niet van toepassing
7.8 Decreet grond- en pandenbeleid
Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.
7.9 Milieuaspecten
Niet van toepassing.
7.10 Goede ruimtelijke ordening
Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.
Door de ligging in de tuinzone bij de woning past de woning zich niet functioneel in, evenwel betreft dit hier een vergund geachte toestand. Aangezien de woning vergund geacht is, zijn de instandhoudingswerken en aanpassingswerken aan de hedendaagse normen te verantwoorden. Op heden is deze tweede woning gelegen op het perceel van dezelfde eigenaar als de hoofdwoning en ook ondergeschikt aan de hoofdwoning. Dit dient ook in de toekomst zo behouden te blijven zodat dit als voorwaarde opgelegd zal worden en eraan gekoppeld wordt dat een afsplitsing niet mogelijk is. De afwijkingen qua functie nemen niet toe aangezien noch het bouwvolume, noch de bebouwde oppervlakte wijzigt. Echter wordt vastgesteld dat een extra slaapkamer gecreëerd wordt, waardoor de woning een grotere bezettingsgraad kan hebben. Gelet op de ligging in de tuinzone is het creëren van extra bezetting door bewoning niet wenselijk. Bijgevolg dient opgelegd te worden dat de 2e slaapkamer niet ingericht kan worden en de functie als berging voor deze ruimte behouden moet blijven.
Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.
7.11 Resultaten openbaar onderzoek
Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.
7.12 Scheidingsmuren
Niet van toepassing.
7.13 Bespreking adviezen
Niet van toepassing.
Juridische gronden
1. Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
2. Andere:
2.1. Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning
2.2. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Philip Bruyneel wonende Veldstraat 9 te 8540 Deerlijk, voor het renoveren van een bestaande eengezinswoning, op een perceel gelegen Veldstraat 9A en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 135 Y2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):
- Deze woning moet van dezelfde eigenaar blijven als de hoofdwoning op het perceel en moet ondergeschikt blijven aan de hoofdwoning. Dit betekent dat deze niet afgesplitst kan worden.
- De 2e slaapkamer (eenpersoons slaapkamer) mag niet ingericht worden als slaapkamer en moet de functie als berging behouden.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Uitnodiging van Gaselwest om in te tekenen op aandelen Apt - agendering GR - goedkeuring
Aanleiding en context
Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de intekening op de uitgifte van aandelen Apt bij Gaselwest ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Motivering
De gemeente Deerlijk beschikt op vandaag over Gaselwest-Apt aandelen ter waarde van 886.792,45 euro. Gaselwest participeert met al haar Apt-aandelen in de holding Publi-T. De holding Publi-T heeft een belang van 44,87% en dus een exclusieve controle in de hoogspanningsnetbeheerder Elia, en staat dus in voor de publieke verankering van een onderneming met een ontegensprekelijke positie in het energiesysteem en een belangrijke rol in de bevoorradingszekerheid van ons land en het realiseren van de energietransitie.
Onze aandelen Apt genereren, samen met andere participaties die Gaselwest voor ons aanhoudt, een jaarlijks vaste dividendenstroom, die onze autofinancieringsmarge mee helpt positief te houden.
Elia heeft in het voorjaar 2019 een kapitaalverhoging doorgevoerd om het eigen vermogen te versterken, om de onderzeese kabel met het Verenigd Koninkrijk te financieren en om het ontwikkelingsplan in het kader van de energietransitie uit te voeren. Publi-T heeft op deze kapitaalverhoging ingetekend teneinde haar belang in Elia niet te laten verwateren. Om dit te financieren besliste Publi-T op haar beurt om een kapitaalverhoging door te voeren. De raad van bestuur van Gaselwest heeft in december 2019 beslist om in te tekenen op deze kapitaalverhoging van Publi-T en om dit te financieren heeft Gaselwest nieuwe Apt-aandelen uitgegeven. Alle lokale besturen hebben nu het recht om, volgens hun bestaande verhouding Apt-aandelen, in te tekenen op nieuwe Apt-aandelen, zodat hun respectievelijk aandeel hierin niet verwatert. Ze kunnen ook kandidaat zijn om op extra Apt-aandelen in te tekenen, in het geval dat andere besturen aan hun recht verzaken.
Deerlijk heeft het recht om in te tekenen op 9.932 nieuwe Apt-aandelen bij Gaselwest, voor een waarde van 264.091,88 euro. Deze intekening kan gefinancierd worden hetzij met middelen van de gemeente Deerlijk (te betalen begin 2021), hetzij met middelen uit het beschikbaar eigen vermogen van Gaselwest, die zij voor Deerlijk aanhoudt, hetzij met een combinatie van beide voorgaande mogelijkheden. Op vandaag is 179.374,50 euro beschikbaar eigen vermogen van Gaselwest, die zij voor Deerlijk aanhoudt, aanwezig, en dit kan indien gewenst aangevuld worden met 84.717,38 uit toekomstige winsten, die niet voor uitkering voorzien waren, en die Gaselwest dan gedurende vijf jaar pre-financiert. In dit geval gebeurt dit dus zonder onze vooropgestelde dividenden te verlagen.
De financieel directeur adviseert om in te tekenen op deze 9.932 nieuwe Apt-aandelen, zowel vanuit het gegeven dat Deerlijk mee helpt aan de publieke (lokale) verankering van onze nutsvoorzieningen, als vanuit het gegeven dat onze deelnemingen een vaste inkomstenbron zijn in onze meerjarenplanning, die onze autofinancieringsmarge mee helpt positief te houden. Hij adviseert om deze intekening te financieren met het huidig beschikbaar eigen vermogen van Gaselwest voor 179.374,50 euro, aangevuld met een tijdelijke financiering op vijf jaar binnen Gaselwest van onze toekomstige winsten voor 84.717,38 euro. Op deze manier hoeft de gemeente geen enkele betaling te doen aan Gaselwest. Hij ziet ook geen noodzaak om te willen intekenen op extra aandelen, in het geval andere besturen aan hun recht verzaken.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit aan de gemeenteraad voor te stellen om in te tekenen op de uitgifte van 9.932 aandelen Apt voor een totaal bedrag van 264.091,88 euro, en hiervoor beroep te doen op het financieringsvoorstel van Gaselwest, zodat geen enkele betaling met eigen middelen vanuit Deerlijk moet gebeuren en verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om deze beslissing te agenderen op de zitting van 28 mei 2020.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring
Aanleiding en context
Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.
Motivering
Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur
• Andere: Organisatiebeheersysteem
Adviezen
Er zijn geen adviezen nodig.
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2020/18 goed te keuren.
Artikel 2
Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2020/29 goed te keuren.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV_2019120619 - Tapuitstraat - aanpassing verkavelingsovereenkomst - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de aanpassing aan de type overeenkomst verkavelaar - gemeente in functie van de omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2019120619 te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad.
Motivering
De aflevering van een vergunning voor het verkavelen van gronden waarbij uitrustingswerken dienen te gebeuren, wordt gekoppeld aan het ondertekenen door de verkavelaar van een verkavelingsovereenkomst. Deze overeenkomst regelt de grondafstand, de uitvoering van wegenis- en rioleringswerken, voetpaden, groenaanleg, de aanleg van nutsleidingen enz., evenals de hoegrootheid van de financiële borg die gesteld moet worden door de verkavelaar ter waarborging van de uitvoering van de eerder genoemde werken en de manier van vrijgave van de borg.
Een type-overeenkomst tussen de verkavelaar en de gemeente bij een verkavelingsaanvraag werd goedgekeurd bij gemeenteraadsbeslissing van 8 juli 2015.
Op heden is een procedure lopende tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het verkavelen van grond met wegenisaanleg voor gronden gelegen langs de Tapuitstraat, Knokbosstraat, Sint-Elooistraat en Paterstraat, ingediend door de NV Debaere gevestigd Steenweg Deinze 150 te 9810 Nazareth (OMV_2019120619).
Artikel 3 in de verkavelingsovereenkomst stipuleert de grondafstand. Aangezien in voormeld dossier niet enkel de wegenis en de aangelegde groenzone (lot 96) overgedragen wordt maar nog de loten 97 en 98 zoals voorzien op het verkavelingsontwerp is het wenselijk het artikel 3 uit de type verkavelingsovereenkomst, voor dit specifiek dossier, als volgt te wijzigen:
Art. 3. - Partij enerzijds verbindt er zich toe kosteloos, vrij en onbelast aan partij anderzijds de gronden af te staan die bestemd zijn om ingelijfd te worden in het openbare domein.
Bedoelde gronden zijn thans ten indicatieve titel aangeduid als wegenis en de loten 96, 97 en 98 op voormeld verkavelingsplan. Ze zullen het voorwerp uitmaken van een latere nauwkeurige opmeting, op exclusieve kosten van partij enerzijds. Deze plannen zullen aan partij anderzijds overgemaakt worden bij de voorlopige oplevering van de wegenis- en rioleringswerken.
De gronden, waarvan sprake in dit artikel zullen afgestaan worden vrij van gebruik en bebouwing aan partij anderzijds.
De overdracht van de voormelde gronden aan partij anderzijds zal pas doorgang vinden nadat de groenzone, aangeduid als lot 96 op het verkavelingsplan, definitief is opgeleverd.
De lasten, belastingen, heffingen, retributies en alle andere verplichtingen die worden opgelegd aan de eigenaar van de voormelde, voor eigendomsoverdracht bestemde, gronden zullen pas door partij anderzijds worden gedragen nadat de effectieve eigendomsoverdracht aan haar heeft plaatsgevonden.
Onder het hoger vermelde begrip “verplichtingen” wordt tevens, maar niet-exhaustief, begrepen:
(i) de uit te voeren en al uitgevoerde maatregelen zoals opgegeven in de archeologienota bij het voorliggende project en (ii) het onderhoud en het herstel van eventuele wegenis, riolering en nutsvoorzieningen.
Alle belastingen, heffingen en retributies zullen slechts pro rata ten laste worden genomen door partij anderzijds in overeenstemming met de periode waarin zij effectief het eigendomsrecht heeft uitgeoefend over de voormelde gronden.
Er zijn geen adviezen nodig.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad de aanpassing aan artikel 3 van de type verkavelingsovereenkomst zoals gestipuleerd in het overwegend gedeelte, voor het dossier OMV_2019120619 (verkaveling Tapuitstraat) te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
OMV VK 2019_8 - Tapuitstraat - verkavelen van grond - sluiting openbaar onderzoek, verlegging buurtweg en zaak der wegen - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het openbaar onderzoek te sluiten en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de definitieve vaststelling van de gewijzigde rooilijnplannen voor de buurtwegen nr. 41 en 89 én de goedkeuring van het wegenisontwerp van de verkaveling te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad.
Motivering
Een aanvraag tot omgevingsvergunning voor het verkavelen van grond in 98 loten waarvan 82 loten voor woningbouw met wegenisaanleg en aanhorigheden op een perceel gelegen Tapuitstraat en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 305 H, (afd. 2) sectie D 313 A, (afd. 2) sectie D 315 C, (afd. 2) sectie D 316 B, (afd. 2) sectie D 328 A, (afd. 2) sectie D 333 A, (afd. 2) sectie D 334, (afd. 2) sectie D 335 C, (afd. 2) sectie D 346 A, (afd. 2) sectie D 350 B en (afd. 2) sectie D 351 A werd ingediend door DEBAERE NV, Myriam Vande Wiele, gevestigd Steenweg Deinze 150 te 9810 Nazareth.
a) Sluiting openbaar onderzoek en adviezen
De omgevingsvergunning voor het verkavelen van grond met wegenisdossier werd onderworpen aan een openbaar onderzoek van 17 januari 2020 tot 15 februari 2020. Gedurende de periode van het openbaar onderzoek werden vijf schriftelijke of mondelinge bezwaren of opmerkingen geformuleerd.
De bezwaren handelen samengevat over volgende bezwarende elementen:
1) In Tapuitstraat/Stationsstraat is extra verkeersoverlast, komt de verkeersveiligheid in het gedrang en is er gevaar voor de veiligheid van de kinderen.
2) De bijkomende verkeersdruk leidt tot (lucht)vervuiling.
3) De Tapuitstraat is niet ingericht voor de afwikkeling van drukke verkeerssituaties.
4) Impact van bebouwing op de waterhuishouding ten gevolge van niveauverschillen.
5) Aanwezigheid van ondergrondse leidingen ondermeer in de voorziene groenzone zijn niet opgenomen en afvoer moet gegarandeerd blijven.
6) Gebrek aan contactname door de vergunningsaanvrager.
7) Stijl van de woning is niet duidelijk.
Alle bezwaren zijn tijdig ingediend en aldus ontvankelijk.
Over de ingediende bezwaren kan volgend standpunt ingenomen worden:
1) In Tapuitstraat/Stationsstraat is extra verkeersoverlast, komt de verkeersveiligheid in het gedrang en is er gevaar voor de veiligheid van de kinderen
Binnen de verkaveling wordt alle verkeer gebundeld en wordt via één centrale ontsluitingsweg aangesloten op de Tapuitstraat. De aansluiting op de Tapuitstraat is voldoende ver verwijderd van de bocht waardoor de aansluiting op de Tapuitstraat een afdoende overzicht kan bieden vanuit de verkaveling. Zo bedraagt de breedte van de rijweg ter hoogte van de aansluiting op de hoofdas van de Tapuitstraat 14,45 m. Hierdoor kan uitrijdend verkeer zich positioneren op dusdanige wijze dat zij een duidelijk zicht hebben op aankomend verkeer. Bovendien geldt op de Tapuitstraat een snelheidsregime van 50 kilometer per uur, waardoor ook het aankomend verkeer een degelijk overzicht zal hebben op het kruispunt.
De impact op het verkeer zal hoofdzakelijk plaats vinden tijdens de spitsuren. Een deel zal invoegen in het verkeer via de Stationsstraat en een aantal zal wegrijden via de Tapuitstraat naar de Pontstraat. Bijgevolg zal een zekere spreiding ontstaan van het verkeer. Buiten de spitsuren zal de verkeersimpact veel kleiner zijn.
In de bezwaren wordt tevens verwezen naar de aanwezigheid van de kinderboerderij. Deze bevindt zich daarentegen op een afstand van circa 475 meter van de voorziene aansluiting van de toegangsweg van de verkaveling op de openbare weg. Aangezien verkeer zich bovendien verspreid in de tijd zal verplaatsen, kan worden aangenomen dat dit geen bijkomend risico zal vormen.
2) De bijkomende verkeersdruk leidt tot (lucht)vervuiling
De aanvraag betreft een zuiver residentieel project. De potentiële vervuiling vloeit dan ook enkel voort uit de verplaatsingen via personenwagen. Andere vormen van emissies vallen niet te verwachten.
Doordat verkeer zich gespreid over de tijd verplaatst, kan worden aangenomen dat de impact op de luchtkwaliteit beperkt zal zijn.
3) De Tapuitstraat is niet ingericht voor de afwikkeling van drukke verkeerssituaties
De bezwaarindieners vrezen dat de voorziene ontwikkeling tot een verkeersinfarct zal leiden, onder andere omdat in de Tapuitstraat geen kruisend verkeer mogelijk zou zijn.
Dit standpunt wordt niet gevolgd. De Tapuitstraat richting Stationsstraat is afdoende ingericht om kruisend verkeer toe te staan. Zo is er op heden reeds een ontsluiting van de winkelketen Okay aanwezig waardoor op heden het verkeer reeds kruist.
De Stationsstraat bestaat uit twee duidelijk afzonderlijk gemarkeerde wegdekken, waardoor ook redelijkerwijze kan worden aangenomen dat deze geschikt is om het gegenereerde verkeer te verwerken.
In de rijrichting naar de Lisbonnastraat/Klijtstraat/Pontstraat wordt de Tapuitstraat door een beperktere asfaltstrook gekenmerkt. Naast deze asfaltstrook zijn echter afdoende uitwijkmogelijkheden (grindverharding) voorhanden. Hierdoor is er wel degelijk kruisend verkeer mogelijk.
4) Impact van bebouwing op de waterhuishouding ten gevolge van niveauverschillen
De aanvraag voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater. Deze verordening houdt rekening met alle bijkomende verhardingen. Bijgevolg kan redelijkerwijze worden aangenomen dat alle niet-waterdoorlatende verharding wordt gecompenseerd en bijgevolg geen bijkomende hinder kan worden verwacht.
In het kader van de watertoets werd ook een positief advies ontvangen van de Vlaamse Milieumaatschappij, Operationeel Waterbeheer en een voorwaardelijk gunstig advies van de Provincie West-Vlaanderen, dienst Waterlopen. Door de voorwaarden uit beide adviezen over te nemen bij afgifte van de vergunning kan er bijgevolg geoordeeld worden dat de schadelijke effecten op de waterhuishouding beperkt zullen zijn.
Bovendien zijn de nagenoeg alle loten bestemd voor bebouwing niet gelegen binnen (mogelijk) overstromingsgevoelig gebied. Enkel een 3-tal loten aan de noordzijde van het project en de voorziene groenzone zijn gelegen binnen een mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Bijgevolg valt er geen impact op de bestaande, noch op de voorziene woningen te verwachten.
5) Aanwezigheid van ondergrondse leidingen onder meer in de voorziene groenzone zijn niet opgenomen en afvoer moet gegarandeerd blijven
Het loutere feit dat één kaart in de motivatienota bepaalde ondergrondse leidingen niet vermeldt houdt niet noodzakelijkerwijze in dat de aanwezigheid van deze leidingen niet gekend zouden zijn aan de vergunningsaanvrager.
Bovendien zijn deze kwestieuze leidingen op privé-eigendom van de vergunningsaanvrager gelegen, waardoor de aanwezigheid van deze leidingen in se een burgerrechtelijk aspect uitmaakt. Vergunningen worden steeds verleend onder voorbehoud van burgerlijke rechten en vormen aldus op zich geen machtiging voor het verwijderen of supprimeren van de aanwezige leidingen.
De aanvraag voorziet niet in het tenietdoen van bepaalde erfdienstbaarheden, waardoor eventuele rechten van omwonenden onverlet worden gelaten.
Bovendien lijkt het aangevraagde project een oplossing te kunnen bieden door de voorziene infrastructuurwerken. Desgevallend kan worden aangesloten op voorziene riolering binnen de aanvraag.
6) Gebrek aan contactname door de vergunningsaanvrager
Alhoewel contactname door de vergunningsaanvrager enkel kan worden aangemoedigd, bestaat hiertoe geen decretale verplichting.
Een gebrek aan communicatie vormt aldus geen weigeringsgrond in het kader van een vergunningsaanvraag.
7) Stijl van de woning is niet duidelijk
De bouw van de woningen is niet voorzien in de voorliggende aanvraag die enkel strekt tot de terreinaanlegwerken en het verkavelen van de gronden. De verkavelingsvoorschriften leggen geen specifieke stijl op voor de woningen. Wel wordt opgelegd dat per fase de woningen architecturaal op elkaar dienen te worden afgestemd.
De overeenstemming met de onmiddellijke omgeving dient te worden beoordeeld op niveau van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen.
Externe adviezen
Brandweerzone Fluvia - Hulpverleningszone Fluvia
Het dossier werd op 8 januari 2020 voor advies overgemaakt aan Brandweerzone Fluvia - Hulpverleningszone Fluvia (Kortrijk). De adviesinstantie bracht op 23 januari 2020, ontvangen op 24 januari 2020 volgend advies uit:
‘Indien de verkaveling meergezinswoningen omvat, dient rekening gehouden met de richtlijnen i.v.m. inplanting en toegangswegen, vervat in het KB van 7/7/1994.
Inzake groenaanleg wordt de verkaveling gunstig geadviseerd voor zover de aangeplante bomen tijdens hun levensduur de vrije doorgang van brandweervoertuigen niet zullen hinderen.
Inzake bluswatervoorziening wordt de verkaveling gunstig geadviseerd voor zover:
◦ het een residentiële verkaveling betreft (woningbouw);
◦ langs de openbare wegenis een openbaar waterleidingnet aanwezig is met een minimum binnendiameter van 80 mm;
◦ op het waterleidingnet hydranten aangesloten worden op max. 100 m van elkaar en op 0,60 m (horizontaal gemeten) weg van de kant der straten, wegen of doorgangen waarop voertuigen kunnen rijden en parkeren;
◦ de aanleg van wegenis, circulatie- en parkeerzones rekening houdt met een permanente toegankelijkheid van de hydranten;
◦ de aanduiding van de watervoorraden gebeurt cfr. de M.O. d.d. 14 oktober 1975.'
Lokale Politiezone Deerlijk - Harelbeke IPZ "Gavers"
Het dossier werd op 8 januari 2020 via mail voor advies overgemaakt aan de lokale politiezone Deerlijk - Harelbeke IPZ "Gavers. De adviesinstantie heeft geen advies uitgebracht zodat aan de adviesvereiste voorbijgegaan mag worden.
FOD Binnenlandse zaken - ASTRID Veiligheidscommissie
Het dossier werd op 8 januari 2020 voor advies overgemaakt aan het FOD Binnenlandse zaken - ASTRID Veiligheidscommissie. De adviesinstantie bracht op 21 januari 2020, ontvangen op 21 januari 2020 volgend advies uit:
'Gezien dit infrastructuurwerk zich in open lucht bevindt kan er geen sprake zijn van indoordekking.'
Provincie West-Vlaanderen
Het dossier werd op 8 januari 2020 voor advies overgemaakt aan de Provincie West-Vlaanderen, dienst waterlopen. De adviesinstantie bracht op 9 april 2020, ontvangen op 9 april 2020 volgend advies uit:
'Beschrijving van de vergunningsaanvraag:
Voorliggende vergunningsaanvraag betreft het verkavelen van gronden (82 kavels; waarvoor 80 m² per woning in rekening wordt gebracht) incl. openbare wegenis. Uit de beschrijvende nota is af te leiden dat het project voorziet in 1.922 m² ondoorlatende openbare wegenis en 1.468 m² waterdoorlatende openbare verharding (die maar voor 50 % in rekening wordt gebracht); een precieze kwantificering van de totale private verharde oppervlakte is niet meegegeven. Er is in het ontwerp van de infiltratievoorzieningen uitgegaan van een totale verharding van 9.950 m².
Het hemelwater van de verkaveling zal via de ontworpen RWA-leidingen met diameter 400 mm afwateren naar een cascade van 3 infiltratie-/buffervoorzieningen in het westen van de verkaveling. Er is afwaarts een aansluiting voorzien op de gracht in de Tapuitstraat.
Er zijn 3 infiltratiebekkens voorzien (bekken 1, 2 en 3; in totaal 377 m³ respectievelijk 461 m²), met afwaarts telkens een vertraagde doorvoer (11,39 l/s) den parallel een overstort (A, B en C; drempelbreedte 2 m).
Er wordt binnen het project ook een vierde bekken aangelegd, waar afwaarts geen vertraagde doorvoer voorzien wordt. Dit bekken heeft dan ook voornamelijk een landschappelijke functie.
Er zijn infiltratieproeven uitgevoerd op 16 juni 2018 waarbij een infiltratiesnelheid tussen 0,24 m/dag en 3,60 m/dag is gemeten. Er is bij het ontwerp voor de verschillende infiltratiebekkens gerekend met de laagst gemeten waarde van 0,24 m/dag (of 2,77 x 10-6 m/s of 10 mm/u).
Voor het RWA-ontwerp is een constante randvoorwaarde aangenomen die overeenkomt met een halfgevulde afwaartse gracht. Er is een peil opgelegd van 14,20 mTAW ter hoogte van K8. De RWAleidingen zijn ontworpen aan een minimum helling van 2 mm/m.
Het terrein zelf is momenteel onbebouwd.
Het reliëfverschil is op het terrein is niet markant. Het terrein helt af naar de Tapuitstraat. Er is een lichte depressie aan de westelijke rand van de verkaveling.
Gegevens en bemerkingen met betrekking tot de watertoets:
• Het project paalt niet rechtstreeks aan een waterloop van 2de of 3de categorie.
• Voorliggend project ligt in het stroomgebied van de Veemeersbeek van 2e categorie met nummer WL.27.1.2.
• Het project ligt niet in overstromingsgevoelig gebied (zie kaart watertoets in bijlage).
• Het project ligt volgens bijgevoegd uittreksel in een gebied met een infiltreerbare bodem. De infiltratieproeven uit het dossier bevestigen dit.
• Om schadelijke effecten te vermijden en te compenseren zijn, uit het oogpunt van onze terreinkennis met betrekking tot het afwaartse gebied, volgende voorwaarden van toepassing:
• Er moet een infiltratievoorziening met een infiltratie-oppervlakte van minimaal 400m²/ha verharde oppervlakte worden voorzien, zoals in de gewestelijke stedenbouwkundige verordening is opgenomen. Deze infiltratievoorziening mag echter niet dieper zijn dan de hoogste grondwatertafelstand (max. 1m diep) en moet minstens 330 m³/ha verharde oppervlakte kunnen bufferen. Op 0,10m boven de bodem moet een leegloop voorzien worden, met vertraagde afvoer van 10 l/s per ha aangesloten verharding, die vervolgens gravitair aansluit op het oppervlaktewaternet.
Na overleg tussen VMM en de Provinciale Dienst Waterlopen wordt de buffering opgesplitst
- Infiltratiebekken zonder leegloop van 250 m³/ha verharde oppervlakte (dus 100 % iniltratie);
- Buffer van 80 m³/ha verharde oppervlakte met vertraagde afvoer van 10 l/s per ha verharde oppervlakte; de gravitaire afvoer sluit aan op de gracht langs de Tapuitstraat.
• Concreet betekent dit voor voorliggend project dat 100% de openbare verharde oppervlakte + 100% de private verharde oppervlakte in beschouwing moet worden genomen.
• In de berekening van het noodzakelijke buffervolume moet geen rekening gehouden worden met de mogelijke extra verharding door het/de eventuele bijgebouw(en) dat kan/kunnen gerealiseerd worden, gezien aangegeven is dat deze oppervlakken naar naastliggende bodem zullen afwateren.
• Er dient ook rekening gehouden te worden met het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 (B.S. 08.10.2013) houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
• De bestaande afwatering van de omliggende percelen dient gegarandeerd te blijven. Afvloei van hemelwater naar aanpalende zones voor infiltratie/buffering mag enkel op de eigen terreinen plaats vinden. Het kan niet de bedoeling zijn buurpercelen wateroverlast te bezorgen.
In dit kader is het belangrijk dat de bestaande afwatering van de walgracht (perceel 331 e) in stand wordt gehouden.
Advies Dienst Waterlopen met betrekking tot de watertoets:
Het advies van onze dienst voor voorliggende vergunningsaanvraag is voorwaardelijk gunstig. Er dient rekening gehouden te worden met volgende voorwaarden:
• Regenwaterputten hebben geen bufferende functie meer eens deze volledig zijn gevuld. Enkel het deel boven de overloop mag gerekend worden als bufferend. De regenwaterputten kunnen elke woning voorzien van een hoeveelheid beschikbaar water.
• Om schadelijk effecten te vermijden en te compenseren zijn, uit het oogpunt van onze terreinkennis met betrekking tot het afwaartse gebied, volgende voorwaarden van toepassing:
◦ Er moet een infiltratievoorziening met effectief buffervolume van minstens 330 m³/ha verharde oppervlakte (100% alle openbare én private) worden voorzien. Met de vooropgestelde opsplitsing (in eerste instantie 250 m³/ha beschikbaar voor infiltratie; boven dit volume een vertraagde afvoer waardoor nog eens een volume van 80 m³/ha beschikbaar is voor buffering met vertraagde afvoer) kan de Provinciale Dienst Waterlopen akkoord gaan.
◦ Op de buffervoorziening moet een overloop aanwezig zijn die voldoet aan de voorwaarden van vertraagde afvoer nl. een maximum afvoerdebied van 10 liter/sec/ha.
◦ De infiltratievoorziening (maximaal 1m-MV) moet een infiltratie-oppervlakte van minstens 400 m²/ha aangesloten verharde oppervlakte hebben.
◦ In de berekening van het noodzakelijke buffervolume moet de bebouwbare oppervlakte per kavel voor 100 % (en niet 80 m²) meegerekend worden.
◦ De infiltratie/buffervoorziening moet een open volume zijn, waarop alle overlopen worden aangesloten (cf. art. 9 GSV)
◦ cf. de beginselen en de doelstellingen van het Decreet Integraal Waterbeleid mag geen grondwater naar het oppervlaktewatersysteem worden afgevoerd.
• De bestaande afwatering van de omliggende percelen gegarandeerd dient te blijven. Afvloei van hemelwater naar aanpalende zones voor infiltratie/buffering mag enkel op de eigen terreinen plaats vinden. Het kan niet de bedoeling zijn buurpercelen wateroverlast te bezorgen.
Vlaamse Milieumaatschappij - Afdeling Operationeel Waterbeheer
Het dossier werd op 8 januari 2020 voor advies overgemaakt aan de Vlaamse Milieumaatschappij - afdeling operationeel waterbeheer. De adviesinstantie bracht op 21 januari 2020, ontvangen op 27 januari 2020 volgend advies uit:
'Onder verwijzing naar artikel 1.3.1.1. van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018, werd onderzocht of er een schadelijk effect op de waterhuishouding uitgaat van de geplande ingreep. Deze adviesverlening geldt voor het domein grondwater in uitvoering van artikel 5 van het besluit van de Vlaamse regering van 20 juli 2006.
De locatie te Deerlijk, zoals beschreven in de aanvraag, is volgens de watertoetskaarten beperkt mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Mogelijke schadelijke effecten op het grondwater zouden kunnen ontstaan als gevolg van veranderingen in infiltratie van hemelwater, kwaliteitsverlies van grondwater en de wijziging in grondwaterstroming.
De aanvraag omvat het verkavelen van gronden met aanleg van wegenis.
Voor wat betreft het aspect infiltratie kunnen de schadelijke effecten worden ondervangen indien de verkaveling met wegenis minstens voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten e.a. (GSV). Deze verordening legt op dat altijd en overal geïnfiltreerd dient te worden tenzij wordt aangetoond dat dit niet haalbaar is.
De VMM had in eerste instantie een ongunstig advies gegeven voor dit project (ons kenmerk WT 2018 G 0641) omdat slechts heel beperkt werd ingezet op infiltratie van het hemelwater. Het rioleringsontwerp werd in overleg, ook samen met de Provincie West-Vlaanderen, aangepast zodat er in eerst een volume 250 m3/ha beschikbaar was voor infiltratie. Boven dit volume werd een vertraagde afvoer voorzien zodat er nog eens een volume van 80 m3/ha beschikbaar was voor buffering met vertraagde afvoer. Het aangepaste rioleringsontwerp was in overeenstemming met wat werd afgesproken en werd bijgevolg gunstig geadviseerd (ons kenmerk WT 2018_2).
In het nieuwe ontwerp is er door aanpassing van de weginfrastructuur ongeveer 10% minder verharde oppervlakte. Het principe van de hemelwaterhuishouding werd wel behouden. We verwijzen daarom verder naar ons eerdere advies met kenmerk WT 2018 G 0641_2).
BESLUIT
Het project wordt gunstig geadviseerd en is in overeenstemming te brengen met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid met betrekking tot het aspect grondwater.
Bijkomende aandachtspunten in het kader van de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid:
• de aanleg van riolering moet in overeenstemming zijn met de bepalingen van Vlarem II en de code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen;
• de volledig gescheiden aansluiting moet uitgevoerd worden conform art. 6.2.2.1.2 § 3 van Vlarem II.
• er geldt een verbod op het gebruik van pesticiden op alle terreinen in gebruik voor een openbare dienst.'
b) Gedeeltelijke verlegging buurtwegen 41 en 89 - wijziging gemeentelijk rooilijnplan
Binnen de contour van het verkavelingsplan is voorzien in een verlegging van de buurtwegen 41 en 89 op de kadastrale percelen 335C, 328A, 334 en 346A. Deze kadastrale percelen zijn allen eigenaar van de NV Debaere.
De buurtweg 41 sluit aan op de Tapuitstraat (nagenoeg ter hoogte van de nieuwe ontsluitingsweg) en is op de plaats van het te verkavelen perceel niet meer zichtbaar op het terrein en in onbruik. De buurtweg 89 is ter hoogte van de verkaveling niet meer zichtbaar en net als voetweg nr. 41 in onbruik. De aansluiting naar de Tapuitstraat gebeurt ter hoogte van de kadastrale percelen 344D en 369V2 is wel nog zichtbaar op het terrein. Dit deel is wel gelegen buiten de grenzen van de verkaveling.
De aanvrager wenst de buurtweg te verleggen en deze te integreren in de nieuw aan te leggen wegenis met aansluiting op de bestaande buurtwegen net buiten de verkaveling.
Aangezien de beide buurtwegen (zowel de beide bestaande als de beide verlegde) gelegen zijn op percelen van dezelfde eigenaar die ook verkavelaar is, is er geen waardevermeerdering of waardevermindering van toepassing.
In het kader van artikel 4 van het decreet houdende de gemeentewegen kan de verplaatsing als volgt gemotiveerd worden:
1) wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang:
▪ Het algemeen belang wordt niet geschonden gezien de feitelijke toestand van de in onbruik geraakte gemeentewegen.
▪ In de nieuwe ontwikkeling worden de oorspronkelijke buurtwegen in ere hersteld. In het plan wordt voorzien in een nieuwe aansluiting op het resterende deel van de buurtwegen, zodat er doorgang mogelijk is vanuit de bestaande woonomgeving in de Tapuitstraat, doorheen de nieuwe ontwikkeling, tot aan de nieuw te ontwikkelen sportterreinen. De nieuwe delen van de buurtwegen worden geïntegreerd enerzijds in de nieuwe wegenis, die aangelegd wordt met aandacht voor zwakke weggebruikers en anderzijds in de groenzone. Deze nieuwe verbinding vormt bijgevolg voor de trage weggebruikers een waardevol alternatief voor de Tapuitstraat.
2) een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd:
▪ De verlegging heeft niet tot doel meer woningen op het terrein te kunnen realiseren maar door de verlegging van de buurtwegen ontstaat een meer kwalitatief verkavelingsontwerp dat beter ingepast wordt in de ruimere context door een volwaardige afwerking langs de Tapuitstraat, door ruimte te creëren voor de aanleg van een groenbuffer naar de woningen van de Tapuitstraat 105-111 en door een zichtas in te richten naar het onbebouwde naastliggende landschap en de toekomstige sportterreinen.
3) de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen:
▪ Aangezien de bestaande buurtwegen in onbruik zijn voor het gedeelte gelegen in het plangebied van de verkaveling wordt er met de verlegging niet geraakt aan de ontsluiting van aangrenzende percelen. Ieder perceel kan nog steeds ontsluiten.
▪ Het voorstel tot verlegging komt de verkeersveiligheid eerder ten goede aangezien op het kruispunt met de Tapuitstraat de ontsluiting van de verkaveling en de aansluiting van de buurtweg 41 op dezelfde plaats gebeurt en het aantal mogelijke conflictpunten bijgevolg vermindert en aangezien het verplaatste gedeelte van de buurtweg 89 gelegen is in de secundaire verkeerslussen van de verkaveling die verkeersluw ingericht worden.
4) wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief:
▪ De verlegging van de gemeentewegen 'buurtweg 41 en 89' hebben geen impact op het wegennet van naburige gemeenten gezien de ruime afstand tot de gemeentegrens.
5) bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen:
▪ Het onbruik van de te verleggen delen van de gemeentewegen staat vast, wat met zich meebrengt dat de actuele functie van deze weg zo goed als onbestaande is.
▪ De verlegde buurtwegen zullen een functie hebben als lokale ontsluiting voor de aanpalende woningen maar evenzeer een functie voor trage weggebruikers tussen de Tapuitstraat en in een later stadium de outdoor sportterreinen en de Stationsstraat. Dit kan in de toekomst voor de trage weggebruikers een kwalitatief alternatief vormen voor de Tapuitstraat.
Het decreet betreffende de gemeentewegen belast de gemeenteraad met het nemen van de beslissing over het al dan niet wijzigen van het gemeentelijk rooilijnplan alvorens de goedkeuring van van het wegenisdossier (tracé van de wegenis en uitrusting van de wegenis).
c) Zaak der wegen
Overeenkomstig artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning dient als de vergunningsaanvraag wegenwerken omvat waarover de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft, de gemeenteraad een beslissing te nemen over de zaak der wegen voor de bevoegde overheid een beslissing neemt over de aanvraag.
Overeenkomstig artikel 47 van het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingvergunning dient de gemeenteraad, bij het nemen van een besluit over de wegenwerken, daarbij kennis te nemen van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.
Aangezien in voorliggende aanvraag een nieuwe wegenis aangelegd wordt, moet het wegenisontwerp ter goedkeuring voorgelegd worden aan de gemeenteraad.
Het wegenisdossier bestaat uit de voorliggende plannen, zijnde grondplannen bestaande toestand, ontworpen wegenis, ontworpen riolering, lengteprofielen, dwarsprofielen, detailtekeningen en bijhorend bestek, meetstaat, raming en verklaring kosteloze grondafstand, met dossiernummer OMV_2019120619, opgemaakt door Infraplan bvba, Tuttegemtraat 30 te 9870 Zulte.
De bezwaren gerelateerd aan de wegenis hebben hoofdzakelijk betrekking op de verkeersafwikkeling, - leefbaarheid en - veiligheid. Deze hebben geen impact op het tracé van de wegenis, de uitrusting van de wegenis en de overdracht naar het openbaar, noch op de wijziging van het tracé van de buurtweg zodat naar aanleiding van de bezwaren geen wijzigingen noodzakelijk zijn aan het wegenisontwerp.
Naar aanleiding van de uitgebrachte adviezen zijn geen wijzigingen vereist aan het wegenisdossier. De verdere behandeling van de adviezen wordt opgenomen bij de afgifte van de vergunning.
Het inzetten van duurzame energiebronnen in plaats van fossiele brandstoffen is belangrijk om de CO2 uitstoot te gaan verminderen. In dat kader worden verkavelaars gestimuleerd om gasloos te bouwen. De verkavelaar volgt de visie om geen aardgasdistributienet aan te leggen. Alternatieven kunnen zijn de aanleg van biogasnetten of warmtenetten op basis van restwarmte, hernieuwbare energiebronnen of kwalitatieve wartekrachtkoppeling op het niveau van de verkaveling of de realisatie van gegroepeerde woningen of gebouwen met een energieprestatiepeil lager dan E20 of die voorzien in hun volledige verwarmingsbehoefte door middel van hernieuwbare energiebronnnen. De verkavelaar opteert ervoor de alternatieven voor gas op het niveau van de individuele woningen te laten realiseren.
Bijgevolg dient bij afgifte van de omgevingsvergunning voor het verkavelen volgende voorwaarde opgenomen te worden:
De gegroepeerde wooneenheden of gebouwen moeten opgetrokken worden met een energieprestatiepeil lager den E20 of voorzien in hun volledige verwarmingsbehoefte door middel van hernieuwbare energiebronnen zodat de wegenis als ontsloten beschouwd kan worden in het kader van de decretaal opgelegde aansluitbaarheidsgraad voor het aardgasnet. Bijgevolg is de verkavelaar niet verplicht een aardgasdistributienet in het project de laten aanleggen.
In het bestek en de raming is niets opgenomen met betrekking tot de plaatsing van straatnaamborden. Aangezien dit eveneens een last is die door de verkavelaar dient uitgevoerd te worden, is het college van burgemeester en schepenen van mening dat bij de goedkeuring van het tracé en het bestek als voorwaarde opgenomen moet worden dat de verkavelaar de nodige straatnaamborden, waarvan het type wordt bepaald door de gemeente moet voorzien.
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
◦ Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen
◦ Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
◦ Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.
◦ Decreet van 3 mei houdende de gemeentewegen
Financiën
De beslissing heeft geen financiële gevolgen.
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen sluit het openbaar onderzoek en beslist de bezwaren ongegrond te verklaren zoals gemotiveerd in het overwegend gedeelte van deze beslissing.
Artikel 2
Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad de definitieve vaststelling van de gewijzigde gemeentelijke rooilijnplannen voor de buurtwegen nr. 41 en 89 in het plangebied van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.
Artikel 3
Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad de goedkeuring van het wegenisontwerp (tracé van de wegenis en uitrusting van de wegenis) van de verkaveling te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020 mits volgende voorwaarden na te leven:
• De gegroepeerde wooneenheden of gebouwen moeten opgetrokken worden met een energieprestatiepeil lager dan E20 of voorzien in hun volledige verwarmingsbehoefte door middel van hernieuwbare energiebronnen zodat de wegenis als ontsloten beschouwd kan worden in het kader van de decretaal opgelegde aansluitbaarheidsgraad voor het aardgasnet. Bijgevolg is de verkavelaar niet verplicht een aardgasdistributienet in het project de laten aanleggen
• De verkavelaar moet instaan voor de plaatsing van de nodige straatnaamborden, waarvan het type wordt bepaald door de gemeente,
Zitting van CBS van 06 MEI 2020
Werken op afspraak - aankoop afsprakenmodule - gunning - goedkeuring
Aanleiding en context
Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om het werken op afspraak en de aankoop van een afsprakenmodule goed te keuren.
Motivering
In de loop van 2018 werd een eerste werkgroep opgericht om werken op afspraak binnen de organisatie te kunnen invoeren. Het principe werd door het college van burgemeester en schepenen voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen in 2018 al afgetoetst en goedgekeurd. Met het vertrek van de algemeen directeur (trekker van het project), de werkzaamheden rond de integratie gemeente/OCMW, de verkiezingen, de opstart van de nieuwe ploeg en de voorbereidingen van de meerjarenplanning was er echter geen ruimte om hier verder uitvoering aan te geven.
Binnen het nieuwe meerjarenplan is de beleidsdoelstelling ‘Dynamische en flexibele organisatie’ opgenomen met ‘Werken op afspraak’ als actie.
De coronacrisis duidt ons nogmaals extra op het nut, de noodzaak en de voordelen voor burger en organisatie om dit door te voeren.
Sinds de uitbraak van de coronacrisis kan alleen dringende en essentiële dienstverlening aangeboden worden aan de bevolking. Voor het aanbieden van de volledige dienstverlening wordt voorgesteld om het werken op afspraak in te voeren, dit om volgende redenen:
• Wanneer we gebruik maken van een professionele software, kunnen bezoekers hun afspraak vastleggen via de website en kan men zelf een tijdstip kiezen.
• Via de afsprakenmodule op de website kunnen we burgers makkelijker sturen: bepaalde producten zijn namelijk te verkrijgen via het e-loket en behoeven dus geen bezoek aan het gemeentehuis. Wanneer burgers een afspraak maken via de website, kunnen ze meteen duidelijk zien voor welke producten een bezoek aan het gemeentehuis noodzakelijk is en welke producten ze ‘op afstand’ kunnen aanvragen.
• Wanneer afspraken online worden geregeld, krijgt de aanvrager een mooi en duidelijk overzicht van alle zaken die hij dient mee te brengen bij zijn afspraak. Ook de kostprijs van het product is meteen duidelijk.
• Tegelijk heeft de medewerker de mogelijkheid om zich op de afspraak voor te bereiden. Zo wordt de burger op een efficiëntere én kwalitatievere manier geholpen.
• Het biedt de organisatie een belangrijke bron van data, waarop de dienstverlening en de processen in de toekomst kunnen gestroomlijnd worden.
• Burgers zijn nu gewoon om communicatie goed op te volgen. We kunnen hiervan gebruik maken om onze communicatie in verband met werken op afspraak te verspreiden.
• We kunnen geleidelijk aan opstarten met de dienst burgerzaken en daarna, op basis van ervaring, verder uitrollen naar andere diensten. Ondertussen bouwen we het vertrouwd worden met ‘werken op afspraak’ verder op.
• De tijd die vrijkomt omdat er minder bezoek aan de loketten komt, kunnen we gebruiken om het volledige systeem uit te rollen.
• We kunnen meer gecontroleerd de deuren van het gemeentehuis en sociaal huis openen. Het geeft ons meer zicht op wie en met hoeveel personen we in het gebouw aanwezig zijn. We dienen bovendien geen rekening te houden met social distance wachtrijen, gezien de afspraken goed ingepland worden. Wachtrijen worden hierdoor tot een minimum beperkt. Dit alles moet het gevoel van veiligheid bij zowel de burger als het personeel verhogen. De dienstverlening kan dus veilig en gecontroleerd verlopen voor zowel bezoeker als personeel. Zo wordt voldaan aan de voorwaarden van de exitstrategie tijdens de coronacrisis.
Een rondvraag in de regio leert dat heel wat besturen reeds op dergelijke manier werken. Zo begint de gemeente Zwevegem volgende week met werken op afspraak, werkt de gemeente Kuurne al een tijd op afspraak en heeft de Stad Harelbeke het principe van werken op afspraak sedert begin dit jaar doorgevoerd, dit tot grote tevredenheid van zowel burgers als personeel.
In de huidige omstandigheden wordt beslist om ons te beroepen op de gevoerde procedure van de gemeente Zwevegem. Op basis van artikel 42, § 1 van de wet overheidsopdrachten, waarbij men verwijst naar een prijsvraag bij meerdere ondernemers, 'indien mogelijk', besloot de gemeente Zwevegem, op basis van een eerdere marktverkenning en de nood aan de versnelde invoering van werken op afspraak, prijs te vragen bij 2 aanbieders in plaats van 3, zijnde JCC en Communited. Vergelijking van de offertes door gemeente Zwevegem leert ons dat de offerte van Communited prijs-kwaliteit het beste tegemoet komt aan de wensen. Ook op vlak van leveringstermijn kan Communited ons het best tegemoet komen. De dienstverlening wordt namelijk vanaf 11 mei terug volledig opgestart. De medewerkers kunnen voorlopig telefonisch afspraken inboeken, maar dit kan geen maand aangehouden worden want dit is moeilijk werkbaar. De leveringstermijn van JCC is 8 weken (2 weken indien we zelf alle info aanleveren, wat niet mogelijk is op korte termijn), terwijl dit voor Communited slechts 5 werkdagen is, gezien de omgeving van stad Harelbeke kan gekopieerd worden. Het gros van de producten is namelijk identiek, en onderweg kunnen we verder schaven aan de catalogus. Zo kunnen we alles snel uitrollen en de oefening van producten en behandeltijd overslaan, wat een bijzonder tijdsintensieve oefening is. De stad Harelbeke heeft bovendien deze oefening over de aan te bieden producten op afspraak heel grondig gedaan.
De aangeboden software van Communited wordt daarnaast met grote tevredenheid gebruikt door Stad Harelbeke. Daarenboven zou de integratie in onze gemeentelijke website vrij gemakkelijk moeten kunnen gebeuren, gezien de website van Harelbeke en Deerlijk dezelfde opbouw hebben.
De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan Communited bv (Timeblockr), Maseratilaan 4A te 3261 NA Oud-Bijerland, Nederland, tegen volgend offertebedrag:
• éénmalige implementatie: 4.200,00 euro excl. btw
• maandelijkse vergoeding: 425,00 euro excl. btw
• looptijd 4 jaar
Juridische gronden
• Algemene basisbevoegdheid: Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 3, 4° betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.
• Andere:
◦ Bestuursdecreet van 7 december 2018
◦ Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht
◦ Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 92 (de geraamde waarde excl. btw bereikt de drempel van 30.000,00 euro niet)
◦ Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
◦ Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
◦ Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen
◦ Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen
Financiën
De beslissing heeft financiële gevolgen.
Bedrag | • éénmalige implementatie: 4.200,00 euro excl. btw • maandelijkse vergoeding: 425,00 euro excl. btw |
Actie | Invoeren werken op afspraak |
Jaarbudgetrekening | 0190-00/61410000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN |
Visum | G-2020-14 dd 06/05/2020 |
BESLUIT
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen besluit het werken op afspraak goed te keuren.
Artikel 2
De aankoop van een afsprakenmodule wordt gegund aan Communited bv (Timeblockr), Maseratilaan 4A te 3261 NA Oud-Bijerland, Nederland, tegen volgend offertebedrag:
• éénmalige implementatie: 4.200,00 euro excl. btw
• maandelijkse vergoeding: 425,00 euro excl. btw
• looptijd 4 jaar
Artikel 3
Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord om te starten met de producten van de dienst burgerzaken en het systeem gaandeweg verder uit te plooien over de rest van de gemeentelijke diensten en deze van het sociaal huis.
Artikel 4
De betaling zal gebeuren overeenkomstig de bepalingen voorzien in de offerte en met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van 2020, op jaarbudgetrekening 0190-00/61410000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (actie A-2.2.1) en in het budget van de volgende jaren.