Zitting van CBS van 13 MEI 2020

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 6 mei 2020 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 6 mei 2020.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 6 mei 2020 goed te keuren.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Rapport audit sportinfrastructuur door Audit Vlaanderen - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van het rapport van Audit Vlaanderen omtrent de thema-audit sportinfrastructuur bij gemeente Deerlijk en de voorzitter te verzoeken dit punt de agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Motivering

In oktober 2019 startte Audit Vlaanderen een thema-audit rond de sportinfrastructuur bij gemeente Deerlijk.

Tot en met december 2019 gebeurde het terreinwerk waarbij er gesprekken werden gevoerd met verschillende betrokken medewerkers, documenten werden geanalyseerd en testen werden uitgevoerd op geselecteerde dossiers.

Eind januari ontving de organisatie het ontwerprapport met aanbevelingen, waarop er in februari een bespreking hiervan gebeurde. Daarop kon de organisatie een managementreactie formuleren.

In april 2020 ontving de gemeente het definitieve rapport, met daarin onder andere hun aanbevelingen, alsook de managementreactie.

De drie aanbevelingen zijn te vinden op pagina 26 en 27 van het rapport. Deze zullen conform het organisatiebeheerssysteem opgevolgd worden.

De managementreactie is te vinden op pagina 25 van het rapport.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 40, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het rapport van Audit Vlaanderen omtrent de thema-audit sportinfrastructuur bij gemeente Deerlijk en verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad dit punt te agenderen op de zitting van 28 mei 2020.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Dossierkosten huwelijk - vrijstelling - goedkeuring

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Afvoering van ambtswege - intrekking beslissing - goedkeuring

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Grafconcessie - toekenning - goedkeuring

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

COVID-19 - terugbetaling telefoniekosten - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd goedkeuring te verlenen aan de uitbetaling van kosten eigen aan de werkgever.

Motivering

Een aantal medewerkers van de organisatie maken tijdens de coronacrisis gebruik van een privaat telefoontoestel om burgers op te bellen ikv "Deerlijk Belt", het initiatief waarbij ouderen uit Deerlijk worden opgebeld om hun zorgnoden te detecteren en te bekijken op welke manier er kan hulp geboden worden.

Er wordt voorgesteld deze kosten op forfaitaire basis te vergoeden, gezien het uitpluizen van alle individuele telefoonrekeningen disproportioneel, weinig efficiënt en administratief log is.

De forfaitaire vergoeding kan vastgesteld worden op het bedrag dat standaard voorzien wordt als telefonieabonnement binnen de organisatie, zijnde 23 euro.

Van dit bedrag kan indien nodig gemotiveerd afgeweken worden door het clusterhoofd indien de gemaakte kosten het forfaitaire bedrag aantoonbaar overschrijden.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit een forfaitair bedrag van 23 euro te vergoeden (als kost eigen aan de werkgever) aan medewerkers die, omwille van de coronacrisis, ouderen hebben opgebeld voor "Deerlijk Belt", met een privaat telefoontoestel.

Van dit bedrag kan indien nodig gemotiveerd afgeweken worden door het clusterhoofd indien de gemaakte kosten het forfaitaire bedrag aantoonbaar overschrijden.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Verslag politiecollege - kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het aan de gemeente overgemaakte verslag van het politiecollege.

Motivering

Het verslag van het politiecollege van 24 april 2020 werd overgemaakt aan de gemeente.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het ontvangen verslag.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Diverse verslagen - kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.

Motivering

Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:

•          cvba Mijn Huis - verslag van het directiecomité van 9 april 2020

•          cvba Mijn Huis - verslag van het directiecomité van 27 april 2020

•          Leiedal - verslag van de Raad van Bestuur van 24 april 2020

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Zwembad - tariefreglement - aanpassing - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de aanpassing van het tariefreglement voor het intergemeentelijk zwembad Anzegem - Deerlijk te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Motivering

Voor het intergemeentelijk zwembad Anzegem - Deerlijk, geëxploiteerd door FARYS/TMVW, dient door de gemeenteraad van beide gemeenten een tariefreglement goedgekeurd te worden. De gemeenteraad keurde het tariefreglement goed in zitting van 20 april 2020.

Bij de verdere voorbereiding en uitrol van de exploitatie van het intergemeentelijk zwembad werden enkele voorstellen tot aanpassing van het tariefreglement geformuleerd en besproken op de stuurgroep. Volgende aanpassingen, aanvullingen en schrappingen worden voorgesteld:

•          Naast het MIA-tarief op abonnementen wordt ook het MIA-tarief op een individuele zwembeurt toegevoegd aan het reglement. Het MIA-engagement kan immers niet alleen genomen worden voor de abonnementen, maar moet toegepast worden op alle tarieven voor publiek zwemmen.

•          Het tarief voor gebruik van de haardrogers wordt geschrapt in het reglement. Om praktische redenen en omwille van diefstalpreventie werden de haardrogers aangepast naar niet-betalende toestellen.

•          Bij het gebruik van het zwembad door verenigingen, bedrijven, commerciële instellingen en particulieren wordt om praktische exploitatie-redenen ook de mogelijkheid gelaten om met een eigen gebrevetteerd redder aan het bad te werken. Deze mogelijkheid vraagt verschillende toevoegingen aan het tariefreglement.

Het voorstel van aangepast reglement omvat volgende tarieven:

1) Publiek zwemmen

2) Overige

3) Schoolzwemmen

4) Gebruikstarief per uur

◦          Bedrijven, commerciële instellingen en particulieren

◦          Verenigingen

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om volgend aangepast tariefreglement voor het intergemeentelijk zwembad Anzegem - Deerlijk te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020:

TARIEFREGLEMENT

INTERGEMEENTELIJK ZWEMBAD ANZEGEM - DEERLIJK

1) Publiek zwemmen

2) Overige

3) Schoolzwemmen

4) Gebruikstarief per uur

◦          Bedrijven, commerciële instellingen en particulieren

◦          Verenigingen

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Unizo - actie Koop bij mij - medewerking - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd haar medewerking te verlenen aan Unizo voor de actie "Koop bij mij".

Motivering

Per mail van 8 mei 2020 vraagt Unizo of de gemeente 6 herashekkens in driehoeksvorm kan voorzien op volgende plaatsen:

•          Centrum kerk;

•          Molenhoek (vroegere Sint-Annakerk);

•          Belgiek;

•          De Statie (aan kruispunt Kleine Brandstraat);

•          Sellewie kerk;

•          Barakke (aan frituur, zodat het zichtbaar is als men komt van zowel Harelbekestraat als Kortrijkse heerweg).

De hekkens zouden zo snel mogelijk moeten geplaatst worden en blijven staan tot eind juni 2020. Unizo zal instaan om de doeken te bevestigen.

Van de gevraagde locaties bevindt de Barakke zich evenwel niet op openbaar domein. Het gemeentebestuur kan daarom voor deze locatie geen akkoord geven om er herashekkens te plaatsen met werfdoeken. 

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit Unizo medewerking te verlenen door op volgende plaatsen herashekkens te voorzien:

•          Centrum kerk;

•          Molenhoek (vroegere Sint-Annakerk);

•          Belgiek;

•          De Statie (aan kruispunt Kleine Brandstraat);

•          Sellewie kerk.

Deze herashekkens worden zo snel mogelijk geplaatst en kunnen daar blijven staan tot eind juni 2020.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

POB - retributiereglement bibliotheek - aanpassing - goedkeuring

Aanleiding en contex

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de aanpassing van het retributiereglement van de openbare bibliotheek te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Motivering

De modaliteiten waaronder gebruik kan worden gemaakt van de gemeentelijke openbare bibliotheek, worden vastgelegd in het dienstreglement van de bibliotheek en in het retributiereglement. Het huidig retributiereglement werd het laatst aangepast in 2013 en in de gemeenteraadszitting van 26 september 2013. Een aantal wijzigingen dringen zich op door veranderingen op regionaal en Vlaams niveau.

Op 29 mei 2020 maakt de bibliotheek de overstap naar het Eengemaakt Bibliotheeksysteem. Met de verandering van de huidige bibliotheeksoftware Bidoc naar het Vlaamse Eengemaakt Bibliotheeksysteem waren een aantal aanpassingen nodig in het bestaande dienstreglement en retributiereglement. Meteen werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om het retributiereglement aan te passen aan de nieuwe noden.

De nieuwe bibliotheeksoftware van het Eengemaakt Bibliotheeksysteem biedt verregaande mogelijkheden tot samenwerking met verschillende bibliotheken. Naar aanleiding van de overstap oppert CultuurConnect dat bibliotheken die dat wensen kunnen stappen zetten naar een betere en optimalere samenwerking met een betere en ruimere dienstverlening naar de bibliotheekgebruikers toe. Dit kan volgens verschillende niveaus van niveau 0 (geen samenwerking) tot niveau 4 als regiobibliotheek. De bibliotheken van Zuidwest sluiten aan op niveau 1 met een gezamenlijk lidmaatschap. Om dit te kunnen uitrollen zijn een aantal aanpassingen nodig in het bestaande reglement. Daarnaast is de overstap naar het Eengemaakt Bibliotheeksysteem een opportuniteit voor de bibliotheken uit de regio Zuidwest om te streven naar meer gelijkvormigheid en een intensievere samenwerking naast het gemeenschappelijk lidgeld.  De huidige lokale bibliotheekreglementen werden tegen het licht gehouden op zoek naar gelijkenissen en verschillen. Voor een aantal basisregels werd er een compromis voorgesteld. Daarbij werden de volgende principes gehanteerd: maximum voordeel aan de klant die tijdig zijn materialen inlevert, maximum gemene deler van de huidige reglementen in de regio, éénduidigheid en transparantie waarbij de klant centraal staat.

•          Een lidgeld van 5 euro per jaar i.p.v. 2,5 euro voor iedereen vanaf 18, studenten krijgen een gratis lidmaatschap, mensen met een UiTkansenpas betalen slechts 1 euro. De gebruikers zijn dan meteen lid van alle bibliotheken van de regio en kunnen dan overal terecht door eenmaal te betalen.  De meerwaarde dat zij in de toekomst in 12 bibliotheken van Zuidwest terecht kunnen, zorgt dat dit het lidgeld van 5 euro rechtvaardigt. De leners krijgen een lidkaart. Bij verlies wordt een kaart afgeleverd tegen 2,50 euro i.p.v. 1,50 euro.

•          De prijs voor de service dat een boek kan overgebracht worden vanuit een andere bibliotheek wordt aangepast naar 3 euro i.p.v. 0,50 euro. Het interbibliothecair leenverkeer (IBL) wordt niet langer gesubsidieerd door de provincie en de prijs dekt ook de werkelijke kost niet waardoor een aanpassing wenselijk is. Bij 1 lidmaatschap voor de regio heeft een lener van de bibliotheek van Deerlijk toegang tot de hele collectie van de 12 bibliotheken. We verwachten dat de lener nu eerder het gevraagde werk zelf zal ophalen in de bibliotheek waar het werk aanwezig is. Dit is voor de lener immers sneller en goedkoper.

•          Het te-laat-geld (boete) is 0,20 euro per uitlening per dag i.p.v. 0,15 euro per week. Maximum voordeel aan de klant die tijdig zijn materialen inlevert.

•          Aanpassing en uitbreiding van de mogelijkheid van kopiëren en printen. Geen A3 formaat. Mogelijkheid tot printen en kopiëren in kleur.

•          Bewaren van gegevens op USB-stick. Gegevensopslag op diskette, cd-rom, dvd gebeurt niet meer.

•          Voortaan kan een bibliotheektas van de Zuidwestbibliotheken  aangekocht worden.

•          Opname van tarieven met betrekking tot de Uitpas van Zuidwest.

•          Toevoeging van een ticket per beurt voor gebruik van een publieke computer voor niet-leden van de bibliotheek.

•          Toevoeging van een verwerkingskost (beveiliging van de materialen door tags, etiketten, kaftwerk) bij verloren werken.

De retributie voor de onderstaande prestaties wordt vastgesteld als volgt:

Lidgeld (per jaar)  5,00 euro

MIA (per jaar)  1,00 euro

Nieuwe lenerskaart   2,50 euro

Te-laat-geld (per uitlening/per dag)  0,20 euro

Administratiekost  1,00 euro

Verwerkingskost  2,50 euro

Reservatie  0,50 euro

IBL (aanvraag werk in andere openbare bibliotheek) 3,00 euro

Kopie en print A4 zwart-wit (per zijde)  0,15 euro

Kopie en print A4 kleur (per zijde)  0,50 euro

USB-stick  4,00 euro

Ticket (per beurt) gebruik publieke computer   0,50 euro

Bibtas  1,00 euro

Uitpas  3,00 euro

Vervanging Uitpas  1,00 euro

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid:  Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de aanpassing van volgend reglement te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

RETRIBUTIEREGLEMENT BIBLIOTHEEK

Art. 1. - Onderstaand retributiereglement bibliotheek vangt aan op 29 mei 2020 en eindigt op 31 december 2020.

De retributie voor de onderstaande prestaties wordt vastgesteld als volgt:

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

POB - dienstreglement - aanpassing - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om de aanpassing van het dienstreglement van de gemeentelijke openbare bibliotheek te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Motivering

De modaliteiten waaronder gebruik kan worden gemaakt van de gemeentelijke openbare bibliotheek, worden vastgelegd in het dienstreglement van de bibliotheek en in het retributiereglement van de bibliotheek.

Het huidig dienstreglement dateert van 30 januari 2014. Een aantal wijzigingen dringen zich op door veranderingen op regionaal en Vlaams niveau.

Op 29 mei 2020 maakt de bibliotheek de overstap naar het Eengemaakt Bibliotheeksysteem. Met de verandering van de huidige bibliotheeksoftware Bidoc naar het Vlaamse Eengemaakt Bibliotheeksysteem waren een aantal aanpassingen nodig in het bestaande dienstreglement. Meteen werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om het reglement aan te passen aan nieuwe noden en het te herschrijven naar hedendaagse normen.

De nieuwe bibliotheeksoftware biedt verregaande mogelijkheden tot samenwerking met verschillende bibliotheken. Naar aanleiding van de overstap oppert CultuurConnect dat bibliotheken die dat wensen kunnen stappen zetten naar een betere en optimalere samenwerking met een betere en ruimere dienstverlening naar de bibliotheekgebruikers toe. Dit kan volgens verschillende niveaus van niveau 0 (geen samenwerking) tot niveau 4 als regiobibliotheek. De bibliotheken van Zuidwest sluiten aan op niveau 1 met een gezamenlijk lidmaatschap. Om dit te kunnen uitrollen zijn een aantal aanpassingen nodig in het bestaande reglement. Daarnaast is de overstap naar het Eengemaakt Bibliotheeksysteem een opportuniteit voor de bibliotheken uit de regio Zuidwest om te streven naar meer gelijkvormigheid en een intensievere samenwerking naast het gemeenschappelijk lidgeld.  De huidige lokale bibliotheekreglementen werden tegen het licht gehouden op zoek naar gelijkenissen en verschillen. Voor een aantal basisregels werd er een compromis voorgesteld. Daarbij werden de volgende principes gehanteerd: maximum voordeel aan de klant die tijdig zijn materialen inlevert, maximum gemene deler van de huidige reglementen in de regio, éénduidigheid en transparantie waarbij de klant centraal staat.

•          Een lidgeld van 5 euro per jaar i.p.v. 2,5 euro voor iedereen vanaf 18, studenten krijgen een gratis lidmaatschap, mensen met een UiTkansenpas betalen slechts 1 euro. De gebruikers zijn dan meteen lid van alle bibliotheken van de regio en kunnen dan overal terecht door eenmaal te betalen.  De meerwaarde dat zij in de toekomst in 12 bibliotheken van Zuidwest terechtkunnen, zorgt dat dit het lidgeld van 5 euro rechtvaardigt.

•          Voor de eenduidigheid zullen per kaart nu 15 i.p.v. 10 materialen ontleend kunnen worden. Dit aantal is enkel voor de gewone gebruiker, de uitzonderingen voor groepskaarten zoals klaskaarten  blijven van toepassing.

•          De prijs voor de service dat een boek kan overgebracht worden vanuit een andere bibliotheek wordt aangepast naar 3 euro i.p.v. 0,50 euro. Het interbibliothecair leenverkeer (IBL) wordt niet langer gesubsidieerd door de provincie en de prijs dekt ook de werkelijke kost niet waardoor een aanpassing wenselijk is. Bij 1 lidmaatschap voor de regio heeft een lener van de bibliotheek van Deerlijk toegang tot de hele collectie van de 12 bibliotheken. We verwachten dat de lener nu eerder het gevraagde werk zelf zal ophalen in de bibliotheek waar het werk aanwezig is. Dit is voor de lener immers sneller en goedkoper.

•          Het te-laat-geld (boete) is 0,20 euro per uitlening per dag i.p.v. 0,15 euro per week. Maximum voordeel aan de klant die tijdig zijn materialen inlevert.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het aangepaste dienstreglement van de gemeentelijke openbare bibliotheek. Het college van burgemeester en schepenen vraagt om dit dienstreglement samen te voegen met het retributiereglement voor de gemeentelijke openbare bibliotheek, en dit samengevoegd reglement vervolgens voor te leggen aan de gemeenteraad.

DIENSTREGLEMENT  GEMEENTELIJKE  OPENBARE  BIBLIOTHEEK

Art. 1

Dit reglement treedt in werking op 8 juni 2020 en vervangt alle vorige.

Art. 2

De gemeentelijke openbare bibliotheek Deerlijk is vrij toegankelijk.

Zij is een democratische instelling. Haar collectie, dienstverlening en activiteiten worden in een geest van objectiviteit aangepast aan al de behoeften aan ontwikkeling, opvoeding, informatie en ontspanning van de hele bevolking.

Art. 3

Alle tarieven die gelden in dit reglement zijn opgenomen in het retributiereglement van de gemeentelijke openbare bibliotheek.

Art. 4

Openingstijden

De dagen en uren van opening zijn:

maandag: 15.00 - 19.00 uur

dinsdag: 10.00 - 12.00 uur

woensdag: 15.00 - 19.00 uur

vrijdag: 13.30 - 20.00 uur

zaterdag: 10.00 - 12.00 uur

14.00 - 16.00 uur

Art. 5

Inschrijven

Inschrijven gebeurt bij voorkeur met de identiteitskaart. Na inschrijving kan de bibliotheekbezoeker materialen ontlenen of reserveren en het internet of andere digitale informatie raadplegen.

Na de inschrijving van een minderjarige ontvangt een ouder/voogd een brief waarin deze inschrijving wordt bevestigd. Deze personen zijn verantwoordelijk tot hun kinderen meerderjarig zijn. Indien de ouder of voogd niet langer akkoord is, kan deze inschrijving ongedaan gemaakt worden na inlevering van eventueel ontleende materialen en na betalen van eventueel openstaande kosten.

Iedereen die ingeschreven wordt, ontvangt een lenerskaart die gratis wordt afgeleverd. Bij verlies wordt een nieuwe lenerskaart afgeleverd tegen betaling.

Jongeren beneden de 18 jaar betalen geen lidgeld, evenals voltijdse studenten (op vertoon van een geldige studentenkaart). Aan nieuwe inwoners van de gemeente Deerlijk wordt er een jaar gratis lidmaatschap aangeboden. Houders van een geldige UiTpas met kansentarief krijgen korting. De individuele lenerskaart is geldig in alle bibliotheken van de regio Zuidwest, dit zijn de bibliotheken van Avelgem, Anzegem, Deerlijk, Harelbeke, Kortrijk, Kuurne, Lendelede, Menen, Waregem, Wervik, Wevelgem, Zwevegem.

Veranderingen van huis- of e-mailadres en telefoonnummer moeten door de lener zo spoedig mogelijk meegedeeld worden.

Art. 6

Uitlenen

De uitlening van werken is gratis. Het aantal werken of materialen dat tegelijkertijd op een lenerskaart uitgeleend kan worden, is tot 15 beperkt. De lener is zelf verantwoordelijk voor de correcte registratie van de materialen. De uitleentermijn bedraagt vier weken met uitzondering van sprinters (dit zijn populaire titels met een uitleentermijn van twee weken). De uitleentermijn van de geleende materialen kan met maximaal 4 weken verlengd worden. De uitleentermijn kan niet verlengd worden indien de materialen gereserveerd zijn door een andere lener. Verlengen van de uitleentermijn kan via mijn bibliotheek, via mail, telefonisch of aan de uitleenstations in de bibliotheek. Leerkrachten, studenten, begeleiders in opvanginitiatieven,… kunnen een groepskaart met aangepaste voorwaarden aanvragen.

De uitleningen zijn strikt persoonlijk. Het geleende werk mag niet verder uitgeleend worden. M.a.w. de lener is verantwoordelijk en aansprakelijk voor alle materialen die op zijn/haar lenerskaart staan. Bij minderjarige leners berust deze verantwoordelijkheid bij de ouder of voogd.

Leners tot en met 11 jaar kunnen geen materialen uit de volwassencollectie lenen. Vanaf 12 jaar heeft de lener toegang tot de volledige collectie.

Uitleningen via bib aan huis zijn mogelijk voor minder mobiele leners.

Bij verlies of diefstal van de lenerskaart moet de lener onmiddellijk aangifte doen bij de bibliotheek. Het lenersaccount wordt geblokkeerd om mogelijk misbruik te vermijden.

Elke beschadiging en/of tekort aan een materiaal dat de lener wenst te lenen, moet vooraf worden gemeld. Zo niet kan hij aansprakelijk gesteld worden.

De lener moet zorg dragen voor de ontleende werken. Na het terugbrengen van de materialen controleert het bibliotheekpersoneel op volledigheid en beschadiging. De lener kan tot 5 werkdagen na inlevering verantwoordelijk gesteld worden voor het niet correct inleveren van materiaal (bv. beschadigde cd of dvd, aanduidingen in het boek…). Bij verlies of totale beschadiging moet hij de kostprijs van het werk betalen, verhoogd met de verwerkingskosten. Voor werken die niet meer verkrijgbaar zijn, wordt bovendien een toeslag aangerekend die voor elk geval apart door de bibliothecaris wordt bepaald. Bij gedeeltelijke beschadiging van een werk bepaalt de bibliothecaris het bedrag van de schadevergoeding. Indien een essentieel onderdeel van een gezelschapsspel ontbreekt, moet het spel volledig vergoed worden. Bij een vervangbaar onderdeel wordt de stukprijs aangerekend. Verloren materialen waarvoor betaald is, worden bij het terugvinden niet teruggenomen, noch terugbetaald.

De lener betaalt te-laat-geld per uitlening en per dag voor de materialen die te laat binnengebracht of te laat verlengd werden. Het te-laat-geld gaat in op de dag na het verstrijken van de uitleentermijn, sluitingsdagen worden niet meegerekend. Als je als lener je e-mailadres opgeeft, word je per mail verwittigd wanneer de uitleentermijn van de materialen dreigt te verstrijken. Dit is een extra service. De klant blijft verantwoordelijk voor het bewaken van de vervaldatum van zijn uitgeleende materialen. Het niet-ontvangen van de e-mail is geen reden tot kwijtschelden van het te-laat-geld. De lener kan steeds zijn uitleentermijn controleren via mijn bibliotheek en op het uitleenbriefje. De bibliotheek stuurt tot drie herinneringen om de materialen terug te vorderen na het verstrijken van de uitleentermijn. Er worden twee herinneringen verstuurd via e-mail of per brief, de derde herinnering volgt altijd per post. De administratiekosten voor de brieven via postbedeling zijn ten laste van de lener. Wanneer aan deze herinneringen geen gevolg gegeven wordt, volgt een procedure via de financiële dienst. 

Een openstaand bedrag mag maximaal 5 euro bedragen. Vanaf 5 euro wordt de kaart geblokkeerd zowel voor gebruik in de bibliotheek als via mijn bibliotheek. Door het betalen van het openstaande bedrag wordt de blokkering automatisch opgeheven.

Uitgeleende werken of materialen kunnen gereserveerd worden mits betaling van een vergoeding. De lener wordt verwittigd wanneer het werk ter beschikking is. Werken die niet voorhanden zijn, kunnen -in het kader van het reglement op het leenverkeer onder bibliotheken- aangevraagd worden tegen betaling. De lener wordt verwittigd wanneer het werk ter beschikking is. Het gereserveerde werk blijft een week ter beschikking staan.

Art. 7

Dienstverlening, internet en wifi

Een gebruiker kan voor informatie, begeleiding en andere hulp altijd een beroep doen op het personeel.

Een gebruiker kan tegen betaling een kopie (zwart-wit/kleur) nemen in A4-formaat.

De bibliotheek stelt computers ter beschikking aan de leners. Het is wenselijk dat kinderen jonger dan 10 jaar vergezeld worden van een volwassene. Wie over een geldig lidmaatschap beschikt, heeft gratis toegang tot het internet op een toestel van de bibliotheek of kan gebruik maken van de publieke wifi op een eigen toestel. Niet-leden kunnen ook gebruik maken van de publieke computers. Hiervoor dient een ticket (per beurt) gekocht te worden.

Internet is beschikbaar voor maximum 1 uur per beurt en in volgorde van aanmelding. Vooraf reserveren wordt aangeraden, is gratis en kan voor de lopende of volgende week. Elke gebruiker kan maximum 2 uur per week reserveren. Wie zich tien minuten na het begintijdstip van de gereserveerde beurt niet aangemeld heeft, verliest zijn reservatie.

Er wordt verondersteld dat de gebruiker vertrouwd is met  internet. Het bibliotheekpersoneel verstrekt enkel basishulp. Surfen naar websites in strijd met de openbare orde en goede zeden is verboden. Schending van dit verbod kan leiden tot tijdelijke of definitieve toegang tot de bibliotheek.

Informatie kan worden opgeslagen of geprint. Elke printopdracht moet betaald worden.

Bij het gebruik van USB-sticks dient de bibliotheekgebruiker deze regelmatig te controleren op virussen, en indien noodzakelijk virusvrij te maken. Software overgenomen van internet kan virussen bevatten.

De bibliotheek kan nooit verantwoordelijk gesteld worden voor schade aan de apparatuur van de gebruiker.

De bibliotheek kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor het tijdelijk niet beschikbaar zijn van internet, de online catalogus of databanken.

Bij vaststelling van schade aan hard- en/of software bepaalt de bibliothecaris de te betalen vergoeding.

Art. 8

Algemene bepalingen

Dieren, met uitzondering van blindengeleide- en surveillancehonden, steps, skateboards, e.d. zijn niet toegelaten in de bibliotheek.

De toegang tot de bibliotheek, d.w.z. de trappen en het hellend vlak, moet vrijgehouden worden voor de bibliotheekgebruikers en mag nooit gebruikt worden om te fietsen of te skateboarden e.d..

In de leeszaal moet de gebruiker ervoor zorgen dat de studieatmosfeer niet verstoord wordt. De referentiewerken, het recentste nummer van een tijdschrift en de dagbladen kunnen enkel ter plaatse geraadpleegd worden.

Kinderen jonger dan 12 jaar mogen enkel na toelating in de afdeling voor volwassenen verblijven.

Verloren voorwerpen worden maximaal 30 dagen bijgehouden.

De bibliotheekbezoeker gedraagt zich respectvol tegenover de andere bezoekers, het personeel, de aanwezige materialen en het meubilair. Extreem storend gedrag, gedrag dat niet strookt met de goede zeden kunnen leiden tot sancties zoals de uitzetting uit het gebouw, het verlies van leenrecht en/of de ontzegging om nog gebruik te maken van alle diensten die de bibliotheek biedt. Bij overlast door gebrek aan hygiëne, zal gevraagd worden om de bibliotheek te verlaten.

Bij vandalisme, diefstal of beschadiging van eigendommen van de bibliotheek of agressief en ontoelaatbaar gedrag ten aanzien van medewerkers of bezoekers, zal er aangifte gedaan worden bij de politie. Bezoekers die zelf het slachtoffer zijn van dergelijke zaken, worden steeds aangeraden hetzelfde te doen.

De bibliotheek is niet verantwoordelijk voor eventueel verlies, diefstal of beschadiging van persoonlijke eigendommen. De bibliotheek is niet verantwoordelijk voor eventuele ongevallen.

De persoonlijke gegevens zijn vertrouwelijk en worden enkel voor bibliotheekdoeleinden gebruikt. Elke lener heeft het recht op inzage en verbetering van zijn identiteitsgegevens en die van de aan zijn zorg toevertrouwde minderjarigen op de wijze zoals bepaald door Algemene Verordening Gegevensbescherming (EU 2016/679, 26 april 2016).

Door zich in de bibliotheek in te schrijven, verklaart de gebruiker zich akkoord met dit reglement, dat hem/haar bij de inschrijving overhandigd wordt.

Personen die dit reglement niet naleven of de goede gang van zaken verstoren, kunnen tijdelijk of definitief uitgesloten worden van toegang en gebruik van de bibliotheek.

Bij ernstige vergrijpen kan politioneel of juridisch optreden gevraagd worden.

De bibliothecaris behandelt alle niet door dit reglement voorziene gevallen.

Overzicht tarieven

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Premie kleine landschapselementen - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een premie toe te kennen naar aanleiding van de aanleg of het onderhoud van kleine landschapselementen.

Motivering

We ontvingen de volgende aanvraag

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Het gemeentelijk premiereglement betreffende betoelaging voor aanleg en onderhoud kleine landschapselementen (KLE's), goedgekeurd door de gemeenteraad op 19 december 2019.

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de premie uit te betalen.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

OMV VK 2020.5 - Pladijsstraat 248 - opening openbaar onderzoek - goedkeuring

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Aanvraag aanbrengen signalisatie - jaarvergunning 2020 - kennisname

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

OMV 2020_57 - Hazewindstraat 39 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het aanbouwen van een bijgebouw aan de woning, op een perceel gelegen Hazewindstraat 39 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 320 A6 aangevraagd door Ines Lemahieu wonende Hazewindstraat 39 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  7 mei 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is wel in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 december 1957 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een winkelhuis.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 6 mei 1964 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van een woonhuis.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 mei 2014 door het college van burgemeester en schepenen voor het samenvoegen van 2 woningen en het samenvoegen en wijzigen van de voorgevel.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Hazewindstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De omgeving wordt gekenmerkt door in hoofdzaak eengezinswoningen bestaand uit 2 bouwlagen met een hellend dak. Het gevelmateriaal is veelal baksteen in rode of geelbruine tinten, een aantal gebouwen zijn wit geschilderd. Er zijn een aantal woningen met een inpandige garage, het parkeren gebeurt voor het overige op de openbare weg. De woning van de aanvrager maakt deel uit van een rijbebouwing.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst in de linkerhoek van de tuin tegen de achtergevel van de woning en tegen de linkerzijperceelsgrens een bijgebouw op te trekken. Het betreft een op zich staande constructie die tegen de bestaande scheidingsmuur geplaatst wordt maar er niet aan bevestigd wordt. De bestaande scheidingsmuur blijft aldus volledig behouden. Het bijgebouw heeft een breedte van 2,85 m op een lengte van 13,90 m. Het wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 3 m ter hoogte van de woning en een hoogte van 2,69 m ter hoogte van de tuingevel. Het hoogteverschil wordt intern weggewerkt door een trede in te brengen. Het bijgebouw bestaat deels uit een gesloten volume en deels uit een overdekt terras. Het betreft een houten constructie die bekleed zal worden met hout of plaatmateriaal. De bestaande opening in de achtergevel van de woning blijft behouden.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden getoetst aan de voorschriften van het gewestplan, meerbepaald aan de voorschriften van het woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een bijgebouw bij een eengezinswoning zodat deze in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Hazewindstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een bijgebouw bij de bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het bijgebouw wordt geplaatst in de hoek van het perceel waardoor de overgebleven ruimte ingericht kan worden tot een kwalitatieve buitenruimte. Het bijgebouw bevindt zich in de tuinzone zodat het bestaande straatbeeld niet geschaad wordt. De aanvrager wijzigt niets aan de bestaande scheidingsmuur zodat er geen negatieve impact zal ontstaan naar de aanpalende eigendommen. Het bijgebouw wordt afgewerkt in traditionele materialen. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Ines Lemahieu wonende Hazewindstraat 39 te 8540 Deerlijk, voor het aanbouwen van een bijgebouw aan de woning, op een perceel gelegen Hazewindstraat 39 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 320 A6.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

OMV 2020_25 - Gaversstraat 19/23 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het uitbreiden van de bestaande insectenkwekerij, op een perceel gelegen Gaversstraat 19/23 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 423 N aangevraagd door de heer Alexander Maroy namens ENTOFACT BVBA gevestigd Gaversstraat 23 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  7 mei 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        Het advies van de VMM en de specifieke voorwaarden uit het advies zoals hieronder weergegeven dienen strikt gevolgd te worden:

• De 5m-erfdienstbaarheidszone langsheen de Gaverbeek moet gerespecteerd worden en moet te allen tijde toegankelijk blijven in het kader van het onderhoud aan de waterloop.
• Afsluitingen moeten geplaatst worden op een afstand tussen 0,75 m en 1 m van de kruin van de waterloop, en mogen een hoogte van 1,5 m niet overschrijden; struikgewas moet tot op deze hoogte kunnen worden teruggesnoeid.
• Deze 5m-erfdienstbaarheidszone moet op het terrein voor de aanvang van de werken uitgezet worden en moet gemeten worden vanaf de bovenrand van het talud van de Gaverbeek.
• Om te voorkomen dat er water terug kan stromen naar de hemelwater- en bufferput dient men een terugslagklep te plaatsen op de leiding van de bufferput naar de Gaverbeek.
• Er zal vermoedelijk gebruik gemaakt worden van een bestaande aansluiting op de Gaverbeek voor de afvoer van het overtollige hemelwater. Mocht er toch een nieuwe aansluiting geplaatst worden waardoor er werken worden uitgevoerd binnen de bedding van de Gaverbeek, dan dient men hiervoor nog een afzonderlijke machtiging aan te vragen.
• De aanvrager dient de VMM minstens 10 dagen voor de aanvang van de werken op de hoogte te stellen.

        De voorwaarden uit het brandpreventieverslag dienen nageleefd te worden.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/ .

        In de zone tussen de Gaversstraat, de noordelijke toegang, de zijkant van het gebouw en de Gaverbeek moeten minstens 20 hoogstammige bomen van plantmaat 12-14 verspreid ingeplant worden en dit binnen het eerstvolgend plantseizoen na het van kracht worden van de omgevingsvergunning, dit om de landschappelijke inkleding naar de Gavers te optimaliseren.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De eigendom is beperkt gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg, Marquettestraat, wijziging A, 11 oktober 1988. Het onderwerp van de aanvraag situeert zich buiten de grenzen van het BPA.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Provinciale verordening inzake het overwelven van baangrachten, vastgesteld door de provincieraad in zitting van 23 juli 2008.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 13 maart 1964 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van 3 hoenderhokken en het slopen van bestaande oude gebouwen.

        Stedenbouwkundige vergunning geweigerd op 23 oktober 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een opfokhok en een voederopslagplaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 30 mei 1979 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een opfokhok en voederopslagplaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 februari 1986 door het college van burgemeester en schepenen voor het vellen van  een populier achter de kippenkwekerij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 september 1988 door het college van burgemeester en schepenen voor plaatsen van 2 lichtbakken evenwijdig met de gevels van het handelshuis.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 december 1988 door het college van burgemeester en schepenen voor het vellen van 5 populieren.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 11 januari 1989 door het college van burgemeester en schepenen voor vellen van 3 populieren.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 19 september 1990 door het college van burgemeester en schepenen voor plaatsen van een lichtreclame.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 24 april 1991 door het college van burgemeester en schepenen voor plaatsen van ramen in de zijgevel, opmetsen van deze zijgevel en plaatsen van ramen en deuren in de voorgevel van de vroegere kippenstal.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 20 maart 1996 door het college van burgemeester en schepenen voor vellen van 4 populieren.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 10 september 2014 door het college van burgemeester en schepenen voor wijzigen van de functie van een landbouwbedrijfsgebouw naar een opslagplaats voor meubels en plaatsen van een bardage aan de gevels.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 29 november2017 door het college van burgemeester en schepenen voor het wijzigen van de functie van opslag naar insectenkwekerij en bouwen van een nieuw uitbreiding.

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Pré-Vlarem vergunning afgeleverd op 9 juni 1977 voor de uitbating van een leghennenfokkerij (klasse 1).

        Pré-Vlarem vergunning afgeleverd op 9 mei 1985 voor de uitbreiding van de vergunde leghennenfokkerij (klasse 1).

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning waarvan aktegenomen op 16 juni 2018 voor de uitbating van een insectenkwekerij.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Gaversstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Het perceel paalt aan de achterzijde aan de gewestweg N36. Rechts van het perceel loopt de Gaverbeek (WL 27.5). De omgeving is landelijk en wordt gekenmerkt door een menging van functies en bouwstijlen. Aan de overzijde van de Gaversstraat is een fietsersbrug over de N36 aanwezig. In de ruimere omgeving bevindt zich het provinciaal domein ‘De Gavers’. Het perceel van de aanvraag heeft een oppervlakte van 9.010 m² en is op heden bebouwd met bestaande loodsen die ingericht zijn als insectenkwekerij.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst de bestaande gebouwen beperkt uit te breiden. De nieuwe uitbreiding wordt aan de zuidkant van het bestaande gebouw voorzien, tussen het gebouw en de Gaversstraat. Het gebouw wordt opgetrokken daar waar er nu een steenslagverharding ligt ter hoogte van de rechtse oprit. Het nieuwe volume zal een breedte hebben van 19,92 m op een diepte van 18,22 m. Het bevindt zich tot op dezelfde voorgevelbouwlijn als het bestaande gebouw, zijnde op ongeveer 30 m van de rooilijn van de Gaversstraat. Tussen het bestaande gebouwenvolume links van de uitbreiding is een afstand van 3 m gevrijwaard. Ten opzichte van de bovenkant van de naastliggende beek wordt een afstand van minstens 5 m gevrijwaard. Het nieuwe gebouw wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 4,80 m. De gevels van dit nieuwe gedeelte worden afgewerkt in antraciet grijze sandwichpanelen in aansluiting met de overige gevels zodat het nieuwe en het bestaand tot één geheel gevoegd wordt.  De poorten worden voorzien in donkergrijze aluminium naar analogie met fase 1. De loods zal dienst doen als stockageruimte en verpakkingsruimte.

Tussen de Gaversstraat en het bestaande volume ligt een groenzone van gemiddeld 30 m diepte. Deze groenzone blijft ongewijzigd. Ook beide opritten blijven behouden zoals op heden. De linkse oprit zal als hoofdtoegang dienen naar de insectenkwekerij. Het nieuwe gebouw wordt ten opzichte van de straat ingekleed met een haagmassief. De bestaande verhardingen (beton, asfalt en steenslag) worden grotendeels behouden. Voor het nieuwe gebouw wordt een nieuwe betonverharding met een oppervlakte van 115 m² voorzien teneinde gemakkelijker in- en uit te rijden. Zodoende zal de totale verharde oppervlakte ongeveer 1373 m² bedragen.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Het betreft een nieuw ingedeelde inrichting op naam van Entofact BVBA.

Het doel van deze aanvraag is het verkrijgen van een vergunning voor het optrekken van een nieuwe loods en de melding van de vergunningsplichtige activiteiten.

Verder is de noodstroomgenerator en stookinstallaties niet meldings- of vergunningsplichtig.

In de gewenste situatie zal de inrichting volgende activiteiten omvatten: 4 voertuigen en/of aanhangwagens, 37,1 kW koelinstallaties, 896 liter gasopslag in verplaatsbare recipiënten, 2.700 liter gasopslag in vaste recipiënten en 0,85 ton (=1.000 liter) mazoutopslag

Productieproces

Sprinkhanen

Sprinkhanen worden gekweekt bij 38 °C, en een luchtvochtigheid van 70. Ze worden gehuisvest in bakken en kooien die op regelmatige tijdstippen overgoten worden met water. Ze worden dagelijks 4x gevoederd met vers gras. Indien zij de gewenste afmetingen hebben, worden zij levend verpakt.

Afzet: De sprinkhanen worden verkocht aan dierentuinparken, waar de sprinkhanen gevoederd worden aan reptielen en amfibieën. Verder worden ze ook verkocht aan de groothandel, die voeding levert voor huisdieren aan winkels.

Meelwormen

Productieproces: Meelwormen worden gekweekt in bakken met tarwe-bijproducten en groenten. De wormen worden gegenereerd uit meeltorren die hun eieren leggen in hun voeding. De kleine wormpjes worden wekelijks gezeefd om dan verder te groeien in de voerbakken. Als ze voldoende groot zijn, worden ze opnieuw gezeefd en finaal in bakken verpakt, en vermarkt.

Afzet: Meelwormen worden gevoederd aan vogels en reptielen.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

5.   Adviezen

Brandweerzone Fluvia, dienst brandpreventie werd om advies verzocht 16 maart 2020. De adviesinstantie bracht op 20 maart 2020 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met bijgaand brandvoorkomingsadvies.

In functie van de maatgevende brandbelasting werd het industriegebouw door de bouwheer ingedeeld in klasse A.’

De Vlaamse Overheid, departement landbouw & visserij werd om advies verzocht op 16 maart 2020. De adviesinstantie bracht op 15 april 2020 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘De aanvraag is gelegen in agrarisch gebied met verspreide bebouwing. De aanvrager baat ter plekke een professioneel insectenkwekerij (Nusect) uit. De aanvraag betreft het bouwen van een loods.

Concreet wenst de aanvrager de bestaande insectenkwekerij uit te breiden d.m.v. het bouwen van een loods van 363 m² met bijhorende betonverharding. Deze loods zal dienst doen als stockage- en verpakkingsruimte, ze wordt aan de zuidzijde van de bestaande bebouwing gebouwd en wordt via een buitenruimte verbonden met de bestaande gebouwen. Een bestaande erfdienstbaarheid (doorweg naar het achtergelegen perceel) wordt ter hoogte van de te bouwen loods verplaatst naar de zone langs de Gaverbeek. De aanvraag is geïntegreerd in het bestaande gebouwencomplex.

De gevraagde uitbreiding van de bedrijfsinfrastructuur zal de aanvrager toelaten het bedrijf op een duurzame manier verder uit te bouwen. Het Departement Landbouw en Visserij brengt bijgevolg een gunstig advies uit voor deze aanvraag.’

De Vlaamse Milieumaatschappij, afdeling Operationeel Waterbeheer werd om advies verzocht op 31 maart 2020. De adviesinstantie bracht op 22 april 2020 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘De locatie te Deerlijk, Afd. 2, Sectie C, nr(s) 423N is gelegen langs en stroomt af naar de Gaverbeek, een onbevaarbare waterloop van eerste categorie die beheerd wordt door de VMM – afdeling Operationeel Waterbeheer. Het gebied is volgens de watertoetskaarten deels mogelijk en deels effectief overstromingsgevoelig gebied.

De aanvraag omvat het uitbreiden van een bestaande insectenkwekerij.

Gewijzigd infiltratieregime

Voor wat betreft het aspect infiltratie kunnen de schadelijke effecten worden ondervangen indien de aanvraag minstens voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten e.a. (GSV). Prioriteit moet uitgaan naar hergebruik van hemelwater, en vervolgens naar infiltratie boven buffering met vertraagde afvoer.

De nieuwe horizontale dakoppervlakte bedraagt 363 m2. Er wordt ook rekening gehouden met 363 m2 van de bestaande dakoppervlakte. Het dakwater wordt in eerste instantie opgevangen in een hemelwaterput voor hergebruik met een volume van 10.000 liter. De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een bufferput met een volume van 20.000 liter van waaruit vertraagd wordt afgevoerd naar de Gaverbeek. Gezien de natte kleibodem kunnen we hiermee akkoord gaan. Er zal vermoedelijk gebruik gemaakt worden van een bestaande aansluiting op de Gaverbeek. Mocht er toch een nieuwe aansluiting geplaatst worden waardoor er werken worden uitgevoerd binnen de bedding van de Gaverbeek, dan dient men hiervoor nog een afzonderlijke machtiging aan te vragen.

Risico op wateroverlast

Het betrokken perceel is deels effectief overstromingsgevoelig volgens de watertoetskaart. De uitbreiding wordt voorzien ter hoogte van mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Uit scenario-analyse met het bestaande model van de Gaverbeek blijkt dat waterstanden met een terugkeerperiode van 100 jaar ter hoogte van het perceel in kwestie van 13,72 m TAW kunnen optreden. Met het zicht op klimaatverandering kunnen hogere overstromingspeilen tot 14,11 m TAW echter niet uitgesloten worden. De nodige beveiligingsmaatregelen dienen dan ook te worden getroffen.

Het vloerpeil van de toekomstig aan te leggen uitbreiding dient voldoende hoog gekozen te worden, zeker boven 14,11 m TAW, zodat deze overstromingsvrij gebouwd wordt. Een ophoging enkel is toegelaten ter hoogte van de uitbreiding. Het omliggende terrein mag alleszins niet opgehoogd worden.

Op de plannen is duidelijk aangegeven dat het vloerpeil zal voorzien worden op 14,11 m TAW. Het terreinprofiel blijft verder ongewijzigd.

Om te voorkomen dat er water terug kan stromen naar de hemelwater- en bufferput willen we wel nog vragen om een terugslagklep te plaatsen op de leiding van de bufferput naar de Gaverbeek.

5m-erfdienstbaarheidszone waterloop

Aangezien de Gaverbeek een geklasseerde onbevaarbare waterloop is, dient langs deze waterloop te allen tijde een strook van 5 m breed toegankelijk te zijn voor het onderhoud (ruimingswerken, herstel van oevers), overeenkomstig het decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003 en de wet van 28 december 1967 op de onbevaarbare waterlopen. Er mogen bijgevolg geen nieuwe bovengrondse constructies worden opgericht binnen vijf meter landinwaarts vanaf de bovenste rand van het talud van de Gaverbeek. Eventuele afsluitingen, bomen of struikgewas langs de waterloop moeten op minstens 0,75 m van de taludinsteek worden geplaatst. Afsluitingen moeten geplaatst worden op een afstand tussen 0,75 m en 1 m van de kruin van de waterloop, en mogen een hoogte van 1,5 m niet overschrijden; struikgewas moet tot op deze hoogte kunnen worden teruggesnoeid. Bomen langs de waterloop moeten op een tussenafstand van minstens 10 m worden geplant. Dwarsafsluitingen mogen de toegang tot de werkstrook niet belemmeren en moeten daarom gemakkelijk wegneembaar en terugplaatsbaar zijn. Ook mag de 5m-strook langs de waterloop niet worden opgehoogd. Er wordt hierbij gewezen op de bepalingen van artikel 10 § 1 4° van het decreet integraal waterbeleid, artikels 12, 14 en 17 van de wet van 28 december 1967 en de artikels 8, 10, 12 en 13 van het KB van 5 augustus 1970 houdende algemeen politiereglement op de onbevaarbare waterlopen.

Er wordt aangegeven dat erfdienstbaarheid tussen het gebouw en Gaverbeek bewaard blijft.

Op het funderingsplan is aangegeven dat de haag langs de Gaverbeek zal verwijderd worden en op het inplantingsplan is een haagmassief ingetekend in de 5m-zone.

De haag die de erfdienstbaarheidszone dwarst zal moeten verwijderd worden zodat de erfdienstbaarheidzone (gele zone op het plan) bereikbaar wordt. De rest van het haagmassief dat parallel loopt met de Gaverbeek mag in principe blijven en is in regel met de wetgeving. Wel mag deze haag slechts maximum 1,5m hoog zijn. Indien er een nieuwe haag wordt geplant zal deze ook in overeenstemming moeten zijn met bovenstaande voorwaarden.

Daarnaast geldt een verbod op het gebruik van pesticiden op minder dan 6 meter van het talud van het oppervlaktewater voor alle openbare diensten en voor alle commerciële activiteiten met uitzondering van de land- en tuinbouwactiviteiten. Dit is vastgelegd in het besluit houdende nadere regels inzake duurzaam gebruik van pesticiden van 15 maart 2013 in artikel 3 (oplijsting van de terreintypes) en artikel 4 (bepaling van het verbod).

De aanvrager dient de buitendienst van VMM – afdeling Operationeel Waterbeheer minstens 10 dagen voor de aanvang van de werken op de hoogte te stellen.

BESLUIT

Het project wordt voorwaardelijk gunstig geadviseerd en is in overeenstemming te brengen met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid indien rekening wordt gehouden met volgende voorwaarden:

-       de 5m-erfdienstbaarheidszone langsheen de Gaverbeek moet gerespecteerd worden en moet te allen tijde toegankelijk blijven in het kader van het onderhoud aan de waterloop.

-       Afsluitingen moeten geplaatst worden op een afstand tussen 0,75 m en 1 m van de kruin van de waterloop, en mogen een hoogte van 1,5 m niet overschrijden; struikgewas moet tot op deze hoogte kunnen worden teruggesnoeid.

-       deze 5m-erfdienstbaarheidszone moet op het terrein voor de aanvang van de werken uitgezet worden en moet gemeten worden vanaf de bovenrand van het talud van de Gaverbeek.

-       Om te voorkomen dat er water terug kan stromen naar de hemelwater- en bufferput dient men een terugslagklep te plaatsen op de leiding van de bufferput naar de Gaverbeek.

-       Er zal vermoedelijk gebruik gemaakt worden van een bestaande aansluiting op de Gaverbeek voor de afvoer van het overtollige hemelwater. Mocht er toch een nieuwe aansluiting geplaatst worden waardoor er werken worden uitgevoerd binnen de bedding van de Gaverbeek, dan dient men hiervoor nog een afzonderlijke machtiging aan te vragen.

Bijkomende aandachtspunten:

-       de aanvrager dient de VMM minstens 10 dagen voor de aanvang van de werken op de hoogte te stellen.’

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

Deze aanvraag is volgens het Origineel gewestplan Kortrijk, goedgekeurd op 4 november 1977 gelegen in een agrarisch gebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan, gezien de aanvraag betrekking heeft op het uitbreiden van een volwaardige en professionele insectenkwekerij.

Een deel van het perceel waarop de aanvraag betrekking heeft is gelegen binnen het goedgekeurd bijzonder plan van aanleg Marquettestraat, wijziging A. Het voorwerp van de aanvraag is echter niet gelegen binnen de grenzen van het bovenvermeld goedgekeurd bijzonder plan van aanleg zodat het BPA niet van toepassing is.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Gaversstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) doch ligt deels in mogelijks overstromingsgevoelig en deels in effectief overstromingsgevoelig gebied.

Er wordt een afwijking gevraagd van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. De aanvrager wenst een hemelwaterput te voorzien van 10.000 liter in functie van hergebruik voor toiletten en het reinigen van de kwekerij en de loods. Aangezien de infiltratiecapaciteit van de ondergrond slecht is wordt eveneens een afwijking gevraagd voor het plaatsen de infiltratievoorziening. De aanvrager voorziet in de plaats een bufferput van 20.000 liter met vertraagde afvoer. De bijkomende verharding van de nieuwe de oprit wordt afgewaterd in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Deze voorzieningen zijn voldoende om de afwijking te motiveren. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Relevante potentiële effecten op de mobiliteit

Op het bedrijf heeft men voornamelijk transport van dieren, voeder en producten. Deze transporten vinden niet dagelijks plaats. De exploitatie beschikt over een weegbrug, hierdoor kunnen de vrachtwagens steeds optimaal geladen worden. Het aantal transporten op de inrichting zal beperkt zijn. De voornaamste transporten zijn aanvoer van voeder en afvoer insecten. Door het grote laadvermogen van de vrachtwagens is hierdoor het transport beperkt.

Door de genomen maatregelen is te verwachten dat de negatieve effecten van vervoer uiterst beperkt zullen zijn.

Relevante potentiële effecten op de bodem

Niet geplande potentiële emissies naar bodem en/of grondwater kunnen ontstaan door opslag van voeders of het stallen van voertuigen. Om dit te voorkomen worden de volgende maatregelen genomen:

-          Verharde oppervlakken zijn weinig of niet bevuild omdat deze in de mate van het mogelijke gereinigd en onderhouden worden. Regenwater wordt daardoor niet bevuild.

-          De tanks voor opslag van mazout zijn ingekuipt/dubbelwandig. Hierdoor wordt doorlekken naar de bodem en oppervlaktewaters verhinderd.

Er kunnen calamiteiten optreden door de opslag van gevaarlijke stoffen. Die kans is echter zeer klein omwille van maatregelen die het bedrijf neemt. De opslag van gevaarlijke stoffen, enzoverder gebeurt conform Vlarem waardoor verontreiniging naar de bodem verwaarloosbaar is. Gezien de genomen maatregelen is te verwachten dat de effecten op de bodem niet aanzienlijk zullen zijn.

Relevante potentiële effecten op het watersysteem

De te verwachten effecten op het watersysteem zijn niet aanzienlijk omdat:

-          Het hemelwater opgevangen wordt via het dak van de nieuwe constructie.

-          Het hemelwater dat op de verhardingen terecht komt kan infiltreren op natuurlijke wijze in de eigen bodem.

-          Het opgevangen hemelwater wordt gebruikt voor laagwaardige toepassingen (sanitair).

Relevante potentiële effecten op de luchtkwaliteit

Er zijn geen potentiële effecten op de luchtkwaliteit door het exploiteren van deze inrichting.

Relevante potentiële effecten van geluid of trillingen ten gevolge van de aanvraag

Om geluidshinder van de exploitatie zoveel mogelijk te voorkomen worden er maatregelen genomen:

-          Het leveren van voeder en producten vindt overdag plaats.

-          Er is geen ventilatie aanwezig.

-          De stookinstallaties bevinden zich in de loods waardoor er geen geluidsoverlast is.

Door de genomen maatregelen zal ernaar geluid en trillingen toe weinig hinder te verwachten zijn.

Relevante potentiële effecten op de biodiversiteit

Er zijn geen potentiële effecten op de biodiversiteit door het exploiteren van deze inrichting.

Relevant potentieel risico op zware ongevallen of rampen

Gezien de aard van de bedrijvigheid is er geen risico op zware ongevallen of rampen

Relevante potentiële effecten op onroerend erfgoed

Er zijn geen potentiële effecten op het onroerend erfgoed.

Relevante potentiële effecten van licht of straling ten gevolge van de aanvraag

Op het bedrijf is er enkel straling in de vorm van verlichting. De verlichting van het bedrijf is om een veilige bedrijfsuitbating mogelijk te maken. Er wordt over gewaakt dat de aangebrachte verlichting zo weinig mogelijk hinderlijk is voor derden. Gezien de beperkte verlichting die er op de inrichting wordt gebruikt, is te verwachten dat de effecten van licht of straling verwaarloosbaar zullen zijn.

Relevante potentiële effecten van de productie van afvalstoffen ten gevolge van de aanvraag andere dan deze ten gevolge van opslag en verwerking

Er wordt slechts een beperkte hoeveelheid bedrijfseigen afvalstoffen geproduceerd worden. Deze zullen via de reguliere huisvuilophaling aangeboden worden voor zover dit haalbaar is. Van zodra deze reguliere ophaling onvoldoende blijkt zal gebruik gemaakt worden van een erkende ophaler voor de gescheiden fracties.

Andere relevante potentiële effecten op milieu en/of omgeving

Er zijn geen andere potentiële effecten op de omgeving te verwachten.

Te verwachten cumulatieve effecten door de relatie met andere projecten

Er zijn geen cumulatieve effecten ten gevolgen van andere projecten te verwachten.

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvrager baat een volwaardig landbouwbedrijf uit en de gevraagde gebouwen zijn in functie van de uitbreiding van dit landbouwbedrijf zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De uitbreiding van de bebouwing is beperkt, sluit qua inplanting compact aan bij de bestaande bebouwing en heeft eveneens dezelfde vormgeving als de bestaande bebouwing. De bestaande verharding wordt deels omgevormd van steenslag verharding naar betonverharding is ook beperkt qua omvang. In de vergunning afgeleverd op 29 november 2017 werd opgenomen dat in de zone tussen de Gaversstraat, de noordelijke toegang, de zijkant van het gebouw en de Gaverbeek minstens 20 hoogstammige bomen van plantmaat 12-14 verspreid ingeplant moeten worden en dit ze aangeplant moesten worden binnen het eerstvolgend plantseizoen na het van kracht worden van de stedenbouwkundige vergunning, dit om de landschappelijke inkleding naar de Gavers te optimaliseren. Deze aanplant is op heden echter nog niet uitgevoerd. Gelet op de nabijheid van het natuurgebied van de Gavers en het feit dat het gebouw, ondanks zijn nieuwe gevelbekleding, nog steeds geen landelijk karakter zal hebben, dient de landschappelijke inkleding van de site alsnog te gebeuren. De voorwaarde zoals opgenomen in de vergunning van 29 november 2017 dient hernomen te worden. Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Advies Fluvia

Gelet op de specifieke problematiek en inhoud van het advies dient opgelegd te worden dat de voorwaarden geformuleerd in het brandpreventieverslag stipt nageleefd moet worden.

Advies Departement landbouw en visserij

Gelet op het gunstig advies van deze adviesinstantie is een verdere bespreking niet nodig.

Advies VMM, afdeling Operationeel Waterbeheer

Gelet op de specifieke inhoud van het advies dient opgenomen te worden dat de volgende voorwaarden stipt nageleefd moeten worden:

-          de 5m-erfdienstbaarheidszone langsheen de Gaverbeek moet gerespecteerd worden en moet te allen tijde toegankelijk blijven in het kader van het onderhoud aan de waterloop.

-          Afsluitingen moeten geplaatst worden op een afstand tussen 0,75 m en 1 m van de kruin van de waterloop, en mogen een hoogte van 1,5 m niet overschrijden; struikgewas moet tot op deze hoogte kunnen worden teruggesnoeid.

-          deze 5m-erfdienstbaarheidszone moet op het terrein voor de aanvang van de werken uitgezet worden en moet gemeten worden vanaf de bovenrand van het talud van de Gaverbeek.

-          Om te voorkomen dat er water terug kan stromen naar de hemelwater- en bufferput dient men een terugslagklep te plaatsen op de leiding van de bufferput naar de Gaverbeek.

-          Er zal vermoedelijk gebruik gemaakt worden van een bestaande aansluiting op de Gaverbeek voor de afvoer van het overtollige hemelwater. Mocht er toch een nieuwe aansluiting geplaatst worden waardoor er werken worden uitgevoerd binnen de bedding van de Gaverbeek, dan dient men hiervoor nog een afzonderlijke machtiging aan te vragen.

-          de aanvrager dient de VMM minstens 10 dagen voor de aanvang van de werken op de hoogte te stellen

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

      Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Alexander Maroy namens ENTOFACT BVBA gevestigd Gaversstraat 23 te 8540 Deerlijk, voor het uitbreiden van de bestaande insectenkwekerij, op een perceel gelegen Gaversstraat 19/23 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 423 N.

Artikel 2

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen besluit de vergunning af te leveren mits naleving van volgende specifieke voorwaarden:

        Het advies van de VMM en de specifieke voorwaarden uit het advies zoals hieronder weergegeven dienen strikt gevolgd te worden:

• De 5m-erfdienstbaarheidszone langsheen de Gaverbeek moet gerespecteerd worden en moet te allen tijde toegankelijk blijven in het kader van het onderhoud aan de waterloop.
• Afsluitingen moeten geplaatst worden op een afstand tussen 0,75 m en 1 m van de kruin van de waterloop, en mogen een hoogte van 1,5 m niet overschrijden; struikgewas moet tot op deze hoogte kunnen worden teruggesnoeid.
• Deze 5m-erfdienstbaarheidszone moet op het terrein voor de aanvang van de werken uitgezet worden en moet gemeten worden vanaf de bovenrand van het talud van de Gaverbeek.
• Om te voorkomen dat er water terug kan stromen naar de hemelwater- en bufferput dient men een terugslagklep te plaatsen op de leiding van de bufferput naar de Gaverbeek.
• Er zal vermoedelijk gebruik gemaakt worden van een bestaande aansluiting op de Gaverbeek voor de afvoer van het overtollige hemelwater. Mocht er toch een nieuwe aansluiting geplaatst worden waardoor er werken worden uitgevoerd binnen de bedding van de Gaverbeek, dan dient men hiervoor nog een afzonderlijke machtiging aan te vragen.
• De aanvrager dient de VMM minstens 10 dagen voor de aanvang van de werken op de hoogte te stellen.

        De voorwaarden uit het brandpreventieverslag dienen nageleefd te worden.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/ .

        In de zone tussen de Gaversstraat, de noordelijke toegang, de zijkant van het gebouw en de Gaverbeek (in de grasstrook) moeten minstens 20 hoogstammige bomen van plantmaat 12-14 verspreid ingeplant worden, binnen het eerstvolgend plantseizoen na het van kracht worden van de omgevingsvergunning, dit om de landschappelijke inkleding naar de Gavers te optimaliseren.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

OMV 2020_17 - Pladijsstraat 225 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van keermuren in de voortuin ten opzichte van de straat en de oprit, op een perceel gelegen Pladijsstraat 225 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 238 M, aangevraagd door Tom De Weirdt met als contactadres Pladijsstraat 225 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  7 mei 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De voorziene klimop langs de straatzijde van de betonelementen moet aangeplant worden onmiddellijk aansluitend bij of ten laatste in het eerstvolgend plantseizoen na plaatsing van de betonelementen.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied voor de eerste 50 m vanaf de rooilijn en agrarisch gebied voor de rest van het perceel.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is wel  in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 20 december 1967 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van de woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 8 oktober 1975 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een duivenvolière naast de woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 26 oktober 1977 door het college van burgemeester en schepenen voor het afbreken van oude muren, het vergroten van de keuken, het bijbouwen van een berging en het vergroten van de wasplaats van de woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 oktober 2015 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van een woning.

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Melding klasse 3 waarvan akte genomen op 30 september 1970 voor het plaatsen van een propaantank van 1.000 liter.

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Pladijsstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De omgeving wordt gekenmerkt door een vrijstaande residentiële bebouwing. Achterliggend de eigendom is een landbouwzone aanwezig. Op het perceel van de aanvrager staat een vrijstaande eengezinswoning met diverse aangebouwde bijgebouwen in een U-vormige configuratie.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager ontving op 7 oktober 2015 een stedenbouwkundige vergunning voor het verbouwen van de woning. Ook was voorzien in de aanleg van een nieuwe oprit aan de rechterzijde van het perceel en het verwijderen van de bestaande groenaanplant/haag langs de straatzijde. Deze werken (oprit en verwijderen bomen/haag) zijn op heden nog niet uitgevoerd en worden bijgevolg opnieuw aangevraagd met beperkte aanpassingen.

De aanvrager wenst nog steeds de oprit te voorzien aan de rechterzijde van het perceel en volgens de breedte zoals oorspronkelijk vergund (6,50 m). De oprit wordt uitgevoerd in waterdoorlatende betontegels opgevuld met kiezel. Op heden wordt het niveauverschil van het terrein ten opzichte van de straat opgevangen door een muur in kasseien. De aanvrager wenst, aangezien het hoogteverschil op sommige plaatsen meer is dan 1 m, een muur te plaatsen in betonelementen, zowel langs de straatzijde als ten opzichte van de oprit en de rechter buur. De betonmuur zou geplaatst worden op 0,50 m vanaf de straat zodat er langs de straatzijde nog ruimte is om klimop aan te planten tegen de muur.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

De aanpalende eigenaars werden op 26 februari 2020 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan. De werken situeren zich volledig in het gedeelte woongebied volgens het gewestplan.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De werken worden uitgevoerd bij een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Pladijsstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen. Een deel van het perceel ligt in een mogelijks overstromingsgevoelig gebied. De voorziene verharding is waterdoorlatend zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Het gebouw is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed "Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen: Gemeente Deerlijk" zoals opgemaakt door de Vlaamse Overheid en wordt als volgt beschreven:

‘Pladijsstraat nr. 225. Dieper in gelegen en dwars op de straat ingeplant boerenhuisje met deels ingewerkte nieuwbouw. Volume reeds weergegeven op het primitief kadasterplan (ca. 1835). Volgens de kadastrale gegevens wordt de woning in 1885 afgebroken en heropgebouwd. In 1917 wordt de woning uitgebreid met een dwars vleugel, die in 1960 vervangen wordt.

Gecementeerde verankerde baksteenbouw onder pannen zadeldak. Getoogde muuropeningen met vernieuwd schrijnwerk. Bewaarde luikduimen. Bewaarde handpomp.’

De kenmerken zoals beschreven in de inventaris werden bij de verbouwen van 2015 reeds ingrijpend gewijzigd. Voorliggende aanvraag heeft enkel betrekking op de inrichting van de voortuinstrook zodat dit geen impact heeft op de overgebleven erfgoedkenmerken.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De werken hebben betrekking op de herinrichting van de voortuin bij een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De ligging en de breedte van de oprit blijft behouden zoals oorspronkelijk vergund. Er is op heden reeds niveauverschil aanwezig tussen de voortuin en het straatniveau dat opgevangen wordt door een muur in kasseien. Met voorliggende aanvraag wordt voorzien in het verwijderen van deze muur in kasseien en in het plaatsen van een muur in betonelement. Deze wijziging zal visueel meer impact hebben op het bestaande straatbeeld maar door deze te laten bekleden met klimop zal op termijn opnieuw een groener en natuurlijker aanblik aanwezig zijn in het straatbeeld. Teneinde voldoende garanties te hebben dat deze klimop ook daadwerkelijk aangeplant zal worden dient in de voorwaarden opgenomen te worden dat de klimop onmiddellijk aansluitend bij de plaatsing van de betonelementen, of ten laatste in het eerstvolgend plantseizoen, aangeplant moeten worden. Ook in de omgeving worden de niveauverschillen op deze manier opgevangen of zal dit zo opgevangen worden zodat de aanvraag niet als storend ervaren wordt. De aanpalende eigenaars hebben geen negatieve opmerkingen geformuleerd naar aanleiding van de adviesvraag. Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Tom De Weirdt met als contactadres Pladijsstraat 225 te 8540 Deerlijk, voor het plaatsen van keermuren in de voortuin ten opzichte van de straat en de oprit, op een perceel gelegen Pladijsstraat 225 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 238 M, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De voorziene klimop langs de straatzijde van de betonelementen moet aangeplant worden onmiddellijk aansluitend bij of ten laatste in het eerstvolgend plantseizoen na plaatsing van de betonelementen.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

RUP 19.1 - Deknudt-Decora - definitieve vaststelling - verzoek tot agendering - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de definitieve vaststelling van het RUP Deknudt-Decora te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het RUP 19-1 Deknudt-Decora, versie mei 2020, definitieve vaststelling, dat aangepast werd aan het advies van het college van burgemeester en schepenen van 22 april 2020. Het RUP kan bijgevolg voor definitieve vaststelling voorgelegd worden aan de gemeenteraad.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de definitieve vaststelling van het RUP 19-1 Deknudt-Decora, versie mei 2020 te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

Aanleiding en context

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere: Organisatiebeheersysteem

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2020/19 goed te keuren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2020/31 goed te keuren.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Dagelijks bestuur - hervaststelling - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de hervaststelling van de definitie van het begrip "dagelijks bestuur" te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Motivering

Artikel 41, 8° van het Decreet Lokaal Bestuur stipuleert dat het vaststellen van wat onder het begrip “dagelijks bestuur” moet worden verstaan, tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.

Artikel 56, § 3, 5° van het Decreet Lokaal Bestuur stipuleert dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip “dagelijks bestuur” vermeld in artikel 41, 8°.

In de gemeenteraad van 28 januari 2016 werd het begrip “dagelijks bestuur” vastgelegd als volgt:

•          het vaststellen van de wijze waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden gegund en het vaststellen van de voorwaarden ervan, voor wat betreft opdrachten waarvoor krediet is voorzien op het exploitatiebudget;

•          het vaststellen van de wijze waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden gegund en het vaststellen van de voorwaarden ervan, voor wat betreft opdrachten waarvoor krediet is voorzien op het investeringsbudget en waarvan het bedrag niet hoger is dan of gelijk aan 8.500 euro excl. BTW, zijnde op vandaag het bedrag bepaald in artikel 105, § 1, 4° van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011.

In de nieuwe wet overheidsopdrachten van 17 juni 2016 werd het grensbedrag van de aanvaarde factuur verhoogd van 8.500 euro naar 30.000 euro (art. 92 wet overheidsopdrachten 17 juni 2016).

Audit Vlaanderen adviseert om geen administratief zware procedures te kiezen die niet realistisch zijn.  Kleine aankopen, die snel en flexibel moeten kunnen gebeuren, dienen vaak een hele administratieve weg af te leggen vooraleer de aankoop kan plaatsvinden.

Om een soepele en efficiënte werking te behouden is het aangewezen om de definitie dagelijks bestuur aan te passen naar analogie met het nieuwe drempelbedrag van de aanvaarde factuur, zijnde 30.000 euro.  Bij wijziging van het bedrag in dit wetsartikel, zal dit wijzigen zonder dat hiervoor onderstaande beslissing dient aangepast te worden.

Op 1 januari 2019 trad het Decreet Lokaal Bestuur in werking.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de hervaststelling van de definitie van het begrip "dagelijks bestuur" te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Trage weg Oliebergstraat - Kappaert - aan te kopen grond - start procedure - goedkeuring

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Lidmaatschap netwerk Mayors for Peace - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om een bijdrage voor het lidmaatschap van het internationale netwerk Mayors for Peace te betalen en zich te engageren voor meer zichtbaarheid van het netwerk door gezamenlijke acties.

Motivering

Mayors for Peace is een internationaal netwerk van steden en gemeenten dat onder het voorzitterschap van de Japanse steden Hiroshima en Nagasaki sedert 1982 wereldwijd ijvert voor nucleaire ontwapening. Het netwerk telt bijna 8.000 leden in 163 landen. België telt 375 leden.

Het hoofdsecretariaat zetelt in Hiroshima. Door de snelle groei van het netwerk wordt sinds 2017 gewerkt met het systeem van "Lead cities" met een brugfunctie tussen het hoofdsecretariaat en de lid-staten. De stad Ieper treedt hierbij op als Lead City, regio-verantwoordelijke voor ons land.

Vorig jaar introduceerde de stad Ieper het lidgeld, dat op 6.000 yen (ongeveer 50 euro) werd vastgesteld. Een derde van dit lidgeld wordt over gemaakt aan het hoofdsecretariaat om de algemene werking te helpen mee financieren. Het resterend bedrag wordt hier in België gebruikt voor de verdere uitbouw en het opzetten van initiatieven.

Tevens lanceerde de stad Ieper een initiatief waarbij leden die hun lidgeld betaalden, een Mayors for peace -vlag ontvingen, die kon worden opgehangen op 6 augustus en 9 augustus.

Omwille van het succes van dit initiatief werd beslist hiervan een jaarlijks initiatief te maken.

Steden die voor de tweede keer lidgeld betalen en graag een extra vlag ontvangen, kunnen die aanvragen via vrede@ieper.be.

Omdat het dit jaar 75 jaar geleden is dat de steden werden aangevallen, vertaalde de stad Ieper een poster-tentoonstelling (18 posters) over de beide atoomaanvallen en wil deze ter beschikking stellen van de leden via een geprinte versie. Hiermee kan men de inwoners van de gemeente informeren over wat het inzetten van massavernietigingswapens betekent.

In hun brief van 5 mei 2020 vraagt de stad Ieper aan het college van burgemeester en schepenen om:

•          het bedrag van 50 euro over te schrijven op BE08 0910 2205 6213 van Mayors for Peace;

•          mee te werken aan het initiatief om het netwerk van 6 tot 9 augustus 2020 zichtbaar te maken door de vlag van Mayors for Peace op te hangen op een zichtbare plaats in de gemeente en de stad Ieper hierover te informeren;

•          aan te geven of het bestuur een geprinte versie wil ontvangen van de poster-tentoonstelling.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om het lidgeld van 50 euro te betalen aan Mayors for Peace.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit om zich te engageren om mee te werken aan de zichtbaarheid van het netwerk door deelname aan het initiatief en van 6 tot 9 augustus 2020 de vlag van Mayors for Peace op te hangen op een zichtbare plaats in de gemeente.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen besluit geen extra vlag aan te vragen via vrede@ieper.be

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen besluit geen geprinte versie van de poster-tentoonstelling over de atoomaanvallen aan te vragen.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Premiereglement investeringspremie Kinderboerderij Bokkeslot - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken het premiereglement investeringspremie Kinderboerderij Bokkeslot te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Motivering

Het premiereglement investeringspremie Kinderboerderij Bokkeslot is een nieuw premiereglement.

Voor 2020 kon vzw Kinderboerderij Bokkeslot een premie aanvragen voor renovaties aan hun gebouwen via het premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen. Volgens artikel 4 van dat premiereglement bedraagt de premie 50 % van de kostprijs van de uitgevoerde renovatie- en/of herstellingswerken.

De werking en context van de kinderboerderij, waarbij de gebouwen ook eigendom zijn van de gemeente en waarbij vzw Kinderboerderij Bokkeslot bij aankoop van de boerderij reeds een aanzienlijke huur aan de gemeente betaalde, brachten bij evaluatie naar boven dat bovenstaand premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen niet het optimale reglement is om tegemoet te komen aan de renovatie- en investeringsnoden van de kinderboerderij.

Dit werd opgenomen in het meerjarenplan 2020 - 2025 en goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 19 december 2019, onder actie A-3.01.1 Ondersteunen van verenigingen en initiatieven door middel van een doelgericht en transparant subsidiebeleid:

- We verankeren de samenwerking met en ondersteuning van Kinderboerderij Bokkeslot in een omvattend subsidiereglement en een investeringstoelage.

Het college van burgemeester en schepenen ging in die context in zitting van 18 december 2019 principieel akkoord om bij de uitwerking van het reglement inzake de toekenning van de investeringstoelage voor structurele renovaties op te nemen dat het investeringsbedrag integraal (100 % in plaats van 50 %) kan worden opgevraagd door vzw Kinderboerderij Bokkeslot, met uitzondering van premies of subsidies toegekend door een overheid.

Er werd een ontwerp premiereglement opgemaakt door de jeugdconsulent, hetwelke werd doorsproken met de schepen van jeugd, het diensthoofd vrije tijd en de raad van bestuur van vzw Kinderboerderij Bokkeslot. De beleidsmedewerker en de financieel directeur verleenden positief advies bij voorliggend ontwerp premiereglement.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om volgend premiereglement te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020:

PREMIEREGLEMENT INVESTERINGSPREMIE VOOR KINDERBOERDERIJ BOKKESLOT

Art.1. - Aan vzw Kinderboerderij Bokkeslot wordt een premie toegekend voor structurele investeringen aan de gebouwen en bijhorende grond gelegen langs de Tapuitstraat nummer 57 te Deerlijk (gekadastreerd sectie D, nummers 372B en 376D) die vzw Kinderboerderij Bokkeslot gebruikt voor het voeren van hun dagelijkse werking onder de bij dit besluit gestelde voorwaarden.

Art.2. - Om voor betoelaging in aanmerking te komen dient bij de voorbereiding van de investeringswerken rekening gehouden te worden met werken die vallen onder volgende thema’s:

•          veiligheid (brandveiligheid, stevigheid, elektrische installatie, inbraak- en vandalismebeveiliging etc.)

•          toegankelijkheid

•          nutsvoorzieningen (met aandacht voor sanitair en hygiëne)

•          duurzaamheid

•          structurele instandhoudingswerken

De bovenstaande rangorde is niet prioriteitsbepalend.

Er wordt aangetoond wat het ruimer kader is van de investeringswerken en wat de meerwaarde ervan is. Vzw Kinderboerderij Bokkeslot kan door het aanvragen van deze investeringspremie geen aanspraak maken op andere premies van de gemeente Deerlijk die betrekking hebben op structurele investeringen aan gebouwen.

Art.3. - Kosten die niet in aanmerking komen voor betoelaging zijn:

•          gewone onderhoudskosten

•          kosten voor los meubilair

•          kosten voor deskundigen (vb. architect, vergunning, administratieve kosten,…)

•          luxe-uitvoeringen

Deze opsomming is niet limitatief.

Art.4. - Een eventuele goedkeuring van deze investeringspremie staat niet gelijk aan het verkrijgen van een vergunning voor bepaalde werken. Vergunningen dienen nog altijd via de gangbare weg aangevraagd te worden bij de bevoegde instanties.

Art.5. - De premie bedraagt 100 % van de kostprijs van de uitgevoerde investeringswerken met een maximum van 30.000 euro per beleidsperiode.

•          Hierbij moet vzw Kinderboerderij Bokkeslot ook inspanningen doen om voor de ingediende investeringswerken ook subsidies van een overheid aan te vragen. Hierover wordt open gecommuniceerd en deze inspanningen moeten ook aangetoond worden bij het indienen van het aanvraagformulier.

•          Indien er van een overheid een subsidie voor dezelfde investeringswerken bekomen wordt, dan wordt deze in mindering gebracht van deze premie. Het is niet de bedoeling dat een investeringsproject dubbel gefinancierd wordt.

Art.6. - De aanvraag tot principiële toekenning van de investeringspremie dient vóór 1 juni van het desbetreffende jaar gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen op het daartoe voorziene aanvraagformulier.

Bij de aanvraag dient toegevoegd te worden:

•          een beschrijving van de geplande werken met een timing van uitvoering

•          een gedetailleerde kostenraming van de werken of bestekken

•          een overzicht van eventuele andere subsidies die voor dit project aangevraagd worden

Art.7. - Uiterlijk twee maanden na de indiening van het volledige principe-aanvraagdossier brengt het college van burgemeester en schepenen, na advies ingewonnen te hebben bij het omgevingsloket, de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de subsidieerbaarheid van het voorgestelde dossier.

Art. 8. - Indien de aanvrager niet over voldoende middelen beschikt, kan de aanvrager na de principiële goedkeuring van het voorgestelde dossier een voorschot op de premie aanvragen bij het college van burgemeester en schepenen.

Art.9. - Na het einde van de investeringswerken dient de aanvraag voor definitieve toekenning van de premie aan het college van burgemeester en schepenen gericht te worden op het daartoe voorziene aanvraagformulier.

Bij deze aanvraag dienen gevoegd te worden:

•          de voor echt verklaarde facturen

•          het betalingsbewijs van deze facturen.

•          het eventuele toekenningsbewijs van een subsidie voor dit project van andere overheden

Indien de aanvrager overeenkomstig artikel 8 reeds een voorschot op de premie heeft ontvangen, wordt het saldo van de premie berekend in functie van een terugvordering of nastorting.

De bevoegde diensten kunnen in functie van de definitieve toekenning van de premie een plaatsbezoek doen om vast te stellen of de werken effectief werden uitgevoerd.

Art. 10. - Betwistingen

Het college van burgemeester en schepenen beslist over mogelijke betwistingen bij de toepassing van dit reglement. Het heeft daarenboven het recht aanvullende inlichtingen of bewijsstukken te vragen indien de voorgelegde documenten niet als staving zouden volstaan.

Indien blijkt dat onjuiste gegevens zijn verstrekt of wanneer de voorwaarden van dit reglement niet worden nageleefd, kan het college van burgemeester en schepenen de premie geheel of gedeeltelijk weigeren of de toegekende premie geheel of gedeeltelijk terugvorderen voor het bedrag waarop vzw Kinderboerderij Bokkeslot geen recht heeft conform dit reglement.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Renovatiedossiers en aankoop kampmateriaal 2020 - principiële goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de principiële aanvragen 2020 voor de premie 'investeringen in jeugdlokalen - renovatie- en/of herstellingswerken' en de 'premie aankoop kampmateriaal' goed te keuren.

Motivering

1)      Renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen

Het premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 november 2019, stipuleert dat de aanvraag voor principiële toekenning vóór 20 februari moet ingediend worden.

Volgende aanvragen tot principiële toekenning, besproken op de jeugdraad van 1 maart 2020, liggen voor:

•          Scouts

* Volgens artikel 3 van het premiereglement komen kosten voor los meubilair niet in aanmerking.

•          Chiro Joeki

* Volgens artikel 3 van het premiereglement komen kosten voor los meubilair niet in aanmerking.

•          KSA Deerlijk

•          Chiro Sellewie

•          13+

•          Jeugd Rode Kruis

2)      Aankopen kampmateriaal

Het premiereglement aankoop kampmateriaal goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 november 2019, stipuleert dat de aanvraag voor principiële toekenning vóór 20 februari moet ingediend worden.

De aanvragen van het Jeugd Rode Kruis, Chiro Sellewie en de Scouts werden op tijd ingediend. 

Op de jeugdraad van 1 maart 2020 werd echter afgesproken in aanwezigheid van de schepen van jeugd en de jeugdconsulent dat andere jeugdverenigingen alsnog een aanvraag mochten indienen aangezien er wat onenigheid ontstond tijdens de bespreking van de aanvragen op de jeugdraad van 1 maart 2020. Er werd afgesproken dat de nieuwe aanvragen voor 1 april 2020 ingediend moesten worden. Chiro Joeki en 13+ dienden nog voor 1 april 2020 hun aanvraag in.

Volgende aanvragen tot principiële toekenning, besproken op de jeugdraad van 1 maart 2020, liggen voor:

•          Jeugd Rode Kruis

•          Chiro Sellewie

* De jeugdraad gaf een negatief advies voor de wortelrasper.

•          Scouts

* De jeugdraad gaf een negatief advies voor de grondboren, spades, flessen waterdicht product,  voetballen en afdekzeilen.

•          Chiro Joeki

•          13+

•          Intern:

Jeugddienst

Het aanleggen van een afvoer in het lokaal van 13+ in Pand Rotsaert is niet zo vanzelfsprekend en zal zeker in samenspraak met de gemeente moeten gebeuren.

Vanuit de technische diensten van de gemeente werden er al verschillende opties bekeken, maar nog geen enkele optie kon uitgevoerd worden.

en

•          Extern:

Jeugdraad

Op de samenkomst van de jeugraad op 1 maart 2020 werden de principiële aanvragen van de renovatiedossiers en de aankoop van kampmateriaal 2020 besproken.

De jeugdraad keurde al de aanvragen voor de premie renovatie goed op twee aanvragen na. Het negatief advies was voor de aanvraag van Chiro Joeki voor een nieuw mobiele toog en het plaatsen van kasten in de lokalen van Scouts en Gidsen Deerlijk. Dit omdat artikel 3 van het premiereglement zegt dat losstaand meubilair niet in aanmerking kan komen voor het aanvragen van deze premie.

In totaal werden er aanvragen voor de premie renovatie ingediend voor een totaal van 33.918,97 euro. Het te subsidiëren bedrag komt dan neer op 16.959,49 euro.

Origineel dienden het Jeugd Rode Kruis, Chiro Sellewie en de Scouts een aanvraag in voor de premie aankoop kampmateriaal.

Over de aanvraag van Chiro Sellewie en de Scouts ontstonden er wat discussies. Bij de aanvraag van de Scouts werd er ook materiaal opgenomen dat aangekocht werd voornamelijk voor hun evenement de Fancy Fair. Daar dient de premie aankoop kampmateriaal niet voor. Verder werd er veel spelmateriaal als kampmateriaal gezien. Na het bekijken van de regels werd er afgesproken dat spelmateriaal niet onder kampmateriaal valt en dus ook niet kan worden aangevraagd. Er werd over elk voorwerp een stemming gehouden en zo werd er beslist welk materiaal een positief of negatief advies kreeg. De resultaten hiervan zijn terug te vinden in het verslag van de jeugdraad van 1 maart 2020.

Er waren na deze stemming nog veel vragen omtrent de aanvragen voor de aankoop van kampmateriaal en na het bekijken van deze premie werd voorgesteld dat elke vereniging nog een optie had om extra aanvragen in te dienen tegen 1 april 2020. Hieruit kwamen 2 extra aanvragen. Eén voor gasslangen en ontspanners (13+) en een aanvraag voor een mobiele toog die meegaat op kamp (Chiro Joeki).

Het totaal te subsidiëren bedrag voor de aankoop van kampmateriaal komt zo op een totaal van 5.039,59 euro. Er werden aanvragen ingediend voor een totaal van 10.079,18 euro.

ADVIES

De jeugdraad adviseert om de principiële aanvragen van de renovatiedossiers en kampmateriaal 2020 goed te keuren volgens het advies en de totale bedragen die hierboven meegegeven werden.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

1)      Renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen

2)      Aankoop kampmateriaal

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit bovenstaande aanvragen voor principiële toekenning voor de renovatie en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen goed te keuren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit bovenstaande aanvragen voor principiële toekenning voor de aankoop van kampmateriaal goed te keuren.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Premiereglement exploitatie Kinderboerderij Bokkeslot - aanpassing - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de aanpassing en de verlenging van het premiereglement exploitatiepremie Kinderboerderij Bokkeslot te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020.

Motivering

Het premiereglement exploitatiepremie Kinderboerderij Bokkeslot werd verlengd in de gemeenteraadszitting van 19 december 2019 en loopt af op 31 december 2020.

In het voorjaar werd bovenstaand reglement grondig geëvalueerd door de jeugddienst, de schepen van jeugd, het diensthoofd vrije tijd en vzw Kinderboerderij Bokkeslot. De beleidsmedewerker en de financieel directeur verleenden positief advies bij voorliggend premiereglement.

Daarnaast ging het college van burgemeester en schepenen in zitting van 18 december 2019 reeds principieel akkoord om een aanpassing van de jaarlijkse exploitatietoelage voor vzw Kinderboerderij Bokkeslot op te trekken naar 37.000 euro.

Oude versie:

Art. 1. - Bedrag jaarlijkse premie

De gemeente verleent een jaarlijkse premie van 31.440 euro aan de kinderboerderij Bokkeslot.

Art.2. - Waarvoor gebruiken?

De kinderboerderij dient de in artikel 1 vermelde exploitatiepremie aan te wenden voor haar werking zoals vermeld in artikel 1.

Art. 3. - Voorwaarden jaarlijkse premie

De in artikel 1 vermelde premie wordt aan de kinderboerderij toegekend onder volgende cumulatief te vervullen voorwaarden:

1)      In de algemene vergadering van de kinderboerderij zetelt naast de schepen van jeugd een gemeenteraadslid van elk van de in de gemeenteraad zetelende politieke partijen.

2)      In de raad van bestuur van de kinderboerderij zetelt de schepen van jeugd ambtshalve.

3)      De kinderboerderij dient zowel in de gemeentelijke jeugdraad als in de gemeentelijke milieuraad een vertegenwoordiger van haar raad van bestuur af te vaardigen.

4)      De kinderboerderij dient jaarlijks haar begroting en haar rekening, onmiddellijk na hun vaststelling, aan het college van burgemeester en schepenen voor te leggen.

Vóór 15 oktober van elk jaar dient een ontwerp van begroting voor het volgende jaar voorgelegd te worden.

De kinderboerderij dient de eventueel daarop door het college van burgemeester en schepenen geformuleerde opmerkingen aan haar eerstvolgende raad van bestuur en algemene vergadering mee te delen.

5)      De kinderboerderij maakt de verslagen van elke raad van bestuur en algemene vergadering over aan het college van burgemeester en schepenen.

6)      De kinderboerderij dient elke klasgroep van alle Deerlijkse scholen eenmaal per jaar een gratis bezoek aan te bieden met dien verstande dat de materiaalkost van de activiteiten kan doorgerekend worden. Een dergelijk bezoek dient geregeld te worden via het vigerende registratiesysteem.

De kinderboerderij dient deze bezoekmogelijkheden en de (vernieuwde) ‘pedagogische projecten’ bekend te maken bij het betrokken onderwijzend personeel.

7)      De kinderboerderij dient binnen haar werking speelpleinwerking Kerekewere! als bevoorrechte partner te beschouwen. Daartoe worden initiatieven ontwikkeld en/of verder gezet o.a. de gezamenlijke organisatie van boerderijkampen in de vakantieperiode, de organisatie van een animatorencursus voor begeleiders in functie van de bezoeken van kinderen van het speelplein.

8)      De kinderboerderij werkt vanuit haar milieu-educatieve functie mee aan de educatieve projecten georganiseerd door de gemeente. De kinderboerderij wordt betrokken bij het beheer van de gemeentelijke milieugebieden. Daartoe dient de kinderboerderij zijn coördinator en een lid van haar raad van bestuur af te vaardigen op de werkvergaderingen met Constructief en/of Natuurpunt.

Art. 4. - Bedrag projectpremie

De kinderboerderij dient jaarlijks haar begroting en haar jaarrekening, onmiddellijk na hun vaststelling, aan het college van burgemeester en schepenen voor te leggen. Het indienen van haar vastgestelde begroting en jaarrekening wordt als aanvraag van de jaarlijkse exploitatiepremie beschouwd.

Art. 5. - Principiële aanvraag

Om voor toekenning van de in artikel 4 vermelde premie in aanmerking te komen dient de kinderboerderij een principiële aanvraag aan het college van burgemeester en schepenen te richten met een omschrijving van het voorgenomen project of de verdere uitwerking van een bestaand project, vergezeld van zijn kostenraming en een timing van uitvoering.

Het college van burgemeester en schepenen beoordeelt het voorgenomen project of de verdere uitwerking van een bestaand project op zijn inpasbaarheid in het gemeentelijk jeugd-, milieu- en educatief beleid waarop al dan niet een principiële toezegging van premie volgt.

Art. 6. - Definitieve aanvraag

Om de premie te bekomen dient de kinderboerderij bij het college van burgemeester en schepenen vóór 15 oktober zijn definitieve aanvraag tot premie in, vergezeld van de nodige documenten waaruit de gedane kosten blijken alsook de betaling ervan. De aldus bewezen kosten worden integraal betoelaagd met een maximum van 2.500 euro.

Art. 7. - Voorwaarde projectpremie

De kinderboerderij kan de in artikel 4 vermelde premie slechts bekomen op voorwaarde dat de in artikel 1 vermelde premie bekomen wordt.

Nieuwe versie:

Art. 1. - Bedrag jaarlijkse premie

De gemeente verleent een jaarlijkse exploitatiepremie van 37.000 euro aan vzw Kinderboerderij Bokkeslot. De werking van voorgenoemde vormt zowel op educatief, sociaal als recreatief vlak een meerwaarde voor onze gemeente en haar inwoners, met aandacht voor kansengroepen, duurzaamheid, innovatie en toegankelijkheid.

Art.2. - Waarvoor gebruiken?

De kinderboerderij dient de in artikel 1 vermelde exploitatiepremie aan te wenden voor haar werking.

Art. 3. - Voorwaarden jaarlijkse premie

De in artikel 1 vermelde exploitatiepremie wordt aan de kinderboerderij toegekend wanneer cumulatief aan volgende extra voorwaarden wordt voldaan:

9)      De kinderboerderij biedt jaarlijks minstens het volgende aan:

•          Open aanbod voor Deerlijkse scholen.

•          Een gratis bezoek voor klasgroepen van alle Deerlijkse scholen via het vigerende registratiesysteem, waarbij de materiaalkost van de activiteiten kan doorgerekend worden aan de betreffende school. De bezoekmogelijkheden en pedagogische arrangementen daartoe worden gecommuniceerd naar de Deerlijkse schooldirecties.

•          Publiektoegankelijke activiteiten, evenementen en boerderijkampen.

•          Een aanbod creëren voor kansengroepen via samenwerkingsinitiatieven met actoren uit betrokken sectoren (zoals bijzondere jeugdzorg, voorzieningen voor mensen met een beperking,…).

10)In de algemene vergadering van de kinderboerderij zetelt naast de schepen van jeugd een vertegenwoordiger van elk van de in de gemeenteraad zetelende politieke partijen. De jeugdconsulent wordt opgenomen in de algemene vergadering met een adviserende rol.

11)De verslagen van de raad van bestuur en de algemene vergadering worden na goedkeuring in haar raad van bestuur bezorgd aan de jeugdconsulent en ter kennisname voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.

12)De kinderboerderij, het gemeentebestuur en de gemeentelijke administratieve diensten voorzien in een onderlinge, open en transparante dialoog. Daarbij worden de inspanning met betrekking tot kansengroepen, duurzaamheid, innovatie en toegankelijkheid afgetoetst en geëvalueerd.

13)De kinderboerderij vaardigt een vertegenwoordiger aangesteld door haar raad van bestuur af in de gemeentelijke jeugdraad.

14)Gemeentelijke speelpleinwerking Kerekewere! kan als een bevoorrechte partner van de kinderboerderij iedere kleine vakantie één dag op bezoek komen naar de kinderboerderij in overleg met de reservatieverantwoordelijke van de kinderboerderij. 

15)De kinderboerderij werkt vanuit haar milieu-educatieve functie mee aan milieu-educatieve projecten georganiseerd door de gemeente.

16)De gemeente kan, in overleg en in samenwerking met de kinderboerderij, publieksactiviteiten en -evenementen organiseren op de gronden van de kinderboerderij indien deze kaderen in de visie en missie van de kinderboerderij.

17)Het educatieve aspect van de werking wordt vertaald in een actieplan en doorsproken met de jeugddienst.

Artikels 4 tot en met 7 uit de oude versie in verband met de projectpremie werden geschrapt in de nieuwe versie.

Er werden 3 extra artikels toegevoegd aan de nieuwe versie:

Art. 4. - Begroting en jaarrekening

De kinderboerderij dient jaarlijks haar begroting en haar jaarrekening, onmiddellijk na hun vaststelling, aan het college van burgemeester en schepenen voor te leggen. Het indienen van haar vastgestelde begroting en jaarrekening wordt als aanvraag van de jaarlijkse exploitatiepremie beschouwd.

Daarnaast dient vóór 15 oktober van elk jaar een ontwerp van begroting voor het volgende jaar voorgelegd te worden aan het college van burgemeester en schepenen. Het college van burgemeester en schepen kan daarop eventuele opmerkingen formuleren die de kinderboerderij dient mee te delen op haar eerstvolgende raad van bestuur en algemene vergadering.

Art. 5. - Cumulatief met investeringspremie Kinderboerderij Bokkeslot

Deze premie is cumulatief met het premiereglement ‘investeringspremie voor Kinderboerderij Bokkeslot’, maar niet met andere gemeentelijke premies ter ondersteuning van de algemene werking van verenigingen en andere gemeentelijke investerings- en renovatiepremies.

Art. 6. - Betwistingen

Het college van burgemeester en schepenen beslist over mogelijke betwistingen bij de toepassing van dit reglement. Het heeft daarenboven het recht aanvullende inlichtingen of bewijsstukken te vragen indien de voorgelegde documenten niet als staving zouden volstaan.

Indien blijkt dat onjuiste gegevens zijn verstrekt of wanneer de voorwaarden van dit reglement niet worden nageleefd, kan het college van burgemeester en schepenen de premie geheel of gedeeltelijk weigeren of de toegekende premie geheel of gedeeltelijk terugvorderen voor het bedrag waarop vzw Kinderboerderij Bokkeslot geen recht heeft conform dit reglement.

Er wordt voorgesteld om dit reglement te laten ingaan bij goedkeuring door de gemeenteraad op 28 mei 2020 en te laten aflopen op 31 december 2025.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere: Premiereglement kinderboerderij, goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 19 december 2019

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de aanpassing en verlenging van volgend reglement te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020:

PREMIEREGLEMENT EXPLOITAITIEPREMIE VOOR KINDERBOERDERIJ BOKKESLOT

Art.1. - Bedrag jaarlijkse premie

De gemeente verleent een jaarlijkse exploitatiepremie van 37.000 euro aan vzw Kinderboerderij Bokkeslot. De werking van voorgenoemde vormt zowel op educatief, sociaal als recreatief vlak een meerwaarde voor onze gemeente en haar inwoners, met aandacht voor kansengroepen, duurzaamheid, innovatie en toegankelijkheid.

Art.2. - Waarvoor gebruiken?

De kinderboerderij dient de in artikel 1 vermelde exploitatiepremie aan te wenden voor haar werking. 

Art.3. - Voorwaarden jaarlijkse premie

De in artikel 1 vermelde exploitatiepremie wordt aan de kinderboerderij toegekend wanneer cumulatief aan volgende extra voorwaarden wordt voldaan:

1)      De kinderboerderij biedt jaarlijks minstens het volgende aan:

•          Open aanbod voor Deerlijkse scholen.

•          Een gratis bezoek voor klasgroepen van alle Deerlijkse scholen via het vigerende registratiesysteem, waarbij de materiaalkost van de activiteiten kan doorgerekend worden aan de betreffende school. De bezoekmogelijkheden en pedagogische arrangementen daartoe worden gecommuniceerd naar de Deerlijkse schooldirecties.

•          Publiek toegankelijke activiteiten, evenementen en boerderijkampen.

•          Een aanbod creëren voor kansengroepen via samenwerkingsinitiatieven met actoren uit betrokken sectoren (zoals bijzondere jeugdzorg, voorzieningen voor mensen met een beperking,…).

2)      In de algemene vergadering van de kinderboerderij zetelt naast de schepen van jeugd een vertegenwoordiger van elk van de in de gemeenteraad zetelende politieke partijen. De jeugdconsulent wordt opgenomen in de algemene vergadering met een adviserende rol.

3)      De verslagen van de raad van bestuur en de algemene vergadering worden na goedkering in haar raad van bestuur bezorgd aan de jeugdconsulent en ter kennisname voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.

4)      De kinderboerderij, het gemeentebestuur en de gemeentelijke administratieve diensten voorzien in een onderlinge, open en transparante dialoog. Daarbij worden de inspanning met betrekking tot kansengroepen, duurzaamheid, innovatie en toegankelijkheid afgetoetst en geëvalueerd.

5)      De kinderboerderij vaardigt een vertegenwoordiger aangesteld door haar raad van bestuur af in de gemeentelijke jeugdraad.

6)      Gemeentelijke speelpleinwerking Kerekewere! kan als een bevoorrechte partner van de kinderboerderij iedere kleine vakantie één dag op bezoek komen naar de kinderboerderij in overleg met de reservatieverantwoordelijke van de kinderboerderij. 

7)      De kinderboerderij werkt vanuit haar milieu-educatieve functie mee aan milieu-educatieve projecten georganiseerd door de gemeente.

8)      De gemeente kan, in overleg en in samenwerking met de kinderboerderij, publieksactiviteiten en -evenementen organiseren op de gronden van de kinderboerderij indien deze kaderen in de visie en missie van de kinderboerderij.

9)      Het educatieve aspect van de werking wordt vertaald in een actieplan en doorsproken met de jeugddienst.

Art.4. - Begroting en jaarrekening

De kinderboerderij dient jaarlijks haar begroting en haar jaarrekening, onmiddellijk na hun vaststelling, aan het college van burgemeester en schepenen voor te leggen. Het indienen van haar vastgestelde begroting en jaarrekening wordt als aanvraag van de jaarlijkse exploitatiepremie beschouwd.

Daarnaast dient vóór 15 oktober van elk jaar een ontwerp van begroting voor het volgende jaar voorgelegd te worden aan het college van burgemeester en schepenen. Het college van burgemeester en schepen kan daarop eventuele opmerkingen formuleren die de kinderboerderij dient mee te delen op haar eerstvolgende raad van bestuur en algemene vergadering.

Art.5. - Cumulatief met premiereglement 'investeringpremie voor Kinderboerderij Bokkeslot Deze premie is cumulatief met het premiereglement ‘investeringspremie voor Kinderboerderij Bokkeslot’, maar niet met andere gemeentelijke premies ter ondersteuning van de algemene werking van verenigingen en andere gemeentelijke investerings- en renovatiepremies.

Art. 6. - Betwistingen

Het college van burgemeester en schepenen beslist over mogelijke betwistingen bij de toepassing van dit reglement. Het heeft daarenboven het recht aanvullende inlichtingen of bewijsstukken te vragen indien de voorgelegde documenten niet als staving zouden volstaan.

Indien blijkt dat onjuiste gegevens zijn verstrekt of wanneer de voorwaarden van dit reglement niet worden nageleefd, kan het college van burgemeester en schepenen de premie geheel of gedeeltelijk weigeren of de toegekende premie geheel of gedeeltelijk terugvorderen voor het bedrag waarop vzw Kinderboerderij Bokkeslot geen recht heeft conform dit reglement.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Inrichting kunstonderwijs SAMWD - schooljaar 2020-2021 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om onderstaand voorstel met betrekking tot het inrichten van lesuren kunstonderwijs goed te keuren.

Motivering

Op 4 mei 2020 ontving het college van burgemeester en schepenen een brief van SAMWD Harelbeke in verband met het hernieuwen van niet-gesubsidieerde uren, het hernieuwen van het project samenspel, de pre-financiering van de verdere uitbouw van enkele nieuwe opties en het opstarten van een nieuwe afdeling op de Belgiek.

Voor schooljaar 2020-2021 vraagt de academie naar de hernieuwing van de 23/32 uren toezicht. Deze worden waargenomen door:

•          Dries Dewaele voor 17 uren in Deerlijk

•          Griet Gousseau voor 7 uren in Sint-Lodewijk

De afdeling St.-Lodewijk breidt gestaag uit. Wanneer voor de collectieve vakken toezicht voorzien wordt, is er één contactuur te weinig om alles op te vangen. De nieuwe vestigingsplaats Belgiek is zo opgevat dat naar toezicht toe, een combinatie met Deerlijk centrum mogelijk is. Dries Dewaele zou in principe deze opdracht kunnen combineren. Zo heeft de opstart van een nieuwe vestigingsplaats in dit eerste jaar alsnog geen extra toezichter nodig.

De academie vraagt voor het schooljaar 2020-2021 ook naar de hernieuwing van 1 lesuur voor het project samenspel (lesgever: Wouter Deprez). Ook de deelnemende vereniging (Kon. Fanfare Sint-Cecilia) is hierbij vragende partij.

De academie vraagt verdere financiering van 1 uur in de hogere graad DJ-technieken (lesgever: Michaël Minjauw) met het oog op de verdere uitbouw van verschillende niveaugroepen. Deze programmatie werd opgestart in Deerlijk met het nieuwe decreet. Het eerste jaar met twee uren ten laste van de gemeente Deerlijk, het tweede jaar nog 1 uur ten laste van de gemeente en 2 gesubsidieerde uren. Intussen zijn naast 4e graads-leerlingen, ook 3e graads-leerlingen gestart. De optie DJ heeft dus een spectrum van 6 leerjaren, momenteel worden twee niveaugroepen ingericht. Met één extra uur, kan een nieuwe niveaugroep gestart worden en verhoogt de kwaliteit van de opleiding.

Daarnaast biedt zich ook de opportuniteit aan om te starten met een nieuwe afdeling in de Belgiek. Hiervoor worden 3 lesuren voorzien (lesgever: Nele Decavel). Het gaat om 1 uur domein-overschrijdende initiatie en 2 uren eerste jaar van de tweede graad muziekatelier.

Nele Decavel werd geselecteerd bij de aanwervingsproef in Deerlijk voor het vak initiatie.

Zij gaf enkele jaren pre-notenleer in Deerlijk, 2 uren ten laste van Deerlijk. Sinds het nieuw decreet is pre notenleer overgegaan in domein-overschrijdende initiatie. Vorig jaar werd evenwel nog 1 uur door de gemeente Deerlijk gefinancierd. Vanaf het tweede jaar (na telling leerlingen) kunnen gesubsidieerde uren toegekend worden voor het volgende jaar en vervalt de financiering door de gemeente.

De optie theatermaker, die tot dit jaar (gedeeltelijk) gefinancierd werd door de gemeente, zit intussen volledig binnen de gesubsidieerde uren. Ook twee uren van de optie DJ worden intussen gesubsidieerd door de Vlaamse overheid.

In totaal gaat het om een uitbreiding met 2 uren voor de volledige afdeling Deerlijk (1 uur lesopdracht en 1 uur toezicht).

Hiervoor is geen retributie van toepassing, omdat de inschrijvingen via de academie zelf verlopen. De gemeente Deerlijk ontvangt hierbij dus geen inkomsten.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met bovenstaand voorstel voor het inrichten van de uren kunstonderwijs voor de academie SAMWD Harelbeke, voor het schooljaar 2020-2021.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Plaatsing regionale deelfietsen in samenwerking met Contrei - deelname - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd zijn akkoord te verlenen voor het plaatsen van een aantal deelfietsen in de gemeente in het kader van een regionaal deelfietsproject vanuit Leiedal.

Motivering

In het kader van het Interreg-project SHARE North onderzoekt Leiedal het potentieel van fietsdelen in de regio en daarvoor willen ze een testperiode koppelen aan het kunstenparcours Contrei Live (www.contreilive.be).

De raad van bestuur van Leiedal gunde op 13 maart 2020 de opdracht ‘Leasing deelfietsen incl. slimme sloten + onderhoud’ aan het Deense Donkey Republic, een grote speler met heel veel expertise ter zake. Donkey Republic voorziet binnen dit regionaal project een 120-tal deelfietsen die gedurende anderhalf jaar kunnen getest worden in de regio, opgesplist in 2 fases:

•          tijdens de 1e fase (juni - oktober 2020): deelfietsen worden gratis ter beschikking gesteld in de context van het kunstenparcours Contrei Live;

•          tijdens de 2e fase (oktober 2020 - oktober 2021): deelfietsen worden in geïnteresseerde gemeenten ter beschikking gesteld tegen betaling door de gebruiker.

In Deerlijk zouden een 6-tal deelfietsen kunnen opgesteld worden. Om het succes van deze testfase te verhogen is het belangrijk dat deze fietsen goed zichtbaar en centraal opgesteld worden. Bij de keuze van de locatie waar deze fietsen beschikbaar zijn ter ontlening wordt rekening gehouden met de volgende criteria:

•          nabijheid van één of meerdere installaties van het kunstenparcours Contrei Live (streefdoel fietsafstand 5 min. = ca. 1 km);

•          potentie als toekomstig ‘mobipunt’;

•          opstappotentieel (link met fietslussen Contrei Live) + nabijheid van parking en/of station.

Daarom wordt na overleg tussen Leiedal en de dienst Ruimte voorgesteld om op de parking voor de brandweerkazerne, aan de kant van het Leon Defraeyeplein, 3 parkeerplaatsen om te vormen tot fietsparking door een 8-tal fietsnietjes (max. 16 fietsen) aan te kopen en te plaatsen.

Dit past ook binnen de actie 'A-1.02.3: Voorzien van voldoende en kwaliteitsvolle fietsparkeerplaatsen' opgenomen in het meerjarenplan. Bovendien kunnen de nietjes makkelijk terug verwijderd worden en verplaatst worden als dit nodig zou zijn in het kader van de herinrichting van de oude brandweersite.

Met de ervaringen en verzamelde data van deze testperiode kan de potentie om een regionaal fietsdeelsysteem uit te rollen geëvalueerd worden en kunnen plekken toegevoegd, gewijzigd en/of geschrapt worden volgens de noden.

Het regionaal fietsdeelsysteem kan op termijn een aanvulling zijn op het fietsdeelsysteem dat binnen de vervoerregio wordt uitgewerkt en dat vooral zal inzetten op natransport (vanuit een belangrijke halte/knooppunt voor openbaar vervoer naar attractiepolen in de regio).

Momenteel is er geen locatie in Deerlijk opgenomen voor het fietsdeelsysteem vanuit de vervoerregio.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing tot deelname aan het regionaal deelfietsproject heeft op zich geen financiële gevolgen. Enkel de inrichting van een geschikte fietsparkeerplaats heeft financiële gevolgen maar dit was toch reeds voorzien, los van het regionaal deelfietsproject.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met de installatie van een 6-tal deelfietsen in het kader van het regionaal project uitgewerkt door Leiedal en een fietsparkeerplaats in te richten op de parking tegenover het gemeentehuis waar deze deelfietsen kunnen geplaatst worden.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Heraanleg plantvakken Koningswijk - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om in het kader van de heraanleg van verschillende paden in de Koningswijk een beslissing te nemen in verband met de heraanleg van voortuintjes en parkeervakken.

Motivering

De aannemer Steenhaut van Deerlijk werd aangesteld voor de heraanleg van de paden in de Koningswijk, Bottenhoek en Chiroheem.

In het kader van de heraanleg van de voetpaden in de Koningswijk werden ter plaatse enkele zaken vastgesteld:

•          De voortuintjes langs het Fabiolapad nummer 1 tot en met 39 en het Albertpad van nummer 19 tot en met 25 bevinden zich op openbaar domein. De beplanting in die voortuintjes werd in de loop van de tijd door de bewoners vervangen door losse granulaten. De woningen langsheen die paden zijn op twee na eigendom van Mijn Huis. De meeste van die voortuintjes geven een verwaarloosde indruk. Bij de heraanleg van de paden zal ook een deel van die voortuintjes moeten opgebroken worden voor het plaatsen van de fundering.

•          Op een drietal plaatsen gaat het voetpad via een parkeervak over naar de openbare weg. Ook is er door de aanwezigheid van een boordsteen en een parkeervak geen geleidelijke en veilige overgang naar de openbare weg.

De dienst infrastructuur en openbare werken stelt het volgende voor:

•          In het kader van de heraanleg van de paden, kan langs het Fabiolapad van nummer 1 tot en met 39 en het Albertpad van nummer 19 tot en met 25 van de gelegenheid gebruik worden gemaakt om de voortuintjes terug te beplanten of in te zaaien volgens het voorstel van de gemeente.

De voortuintjes langs het Albertpad van nummer 1 tot en met 17 werden reeds op die manier heraangelegd. Zo bekomen we terug een uniforme en verzorgde indruk. Het verdere onderhoud gebeurt dan door de gemeente.

Op de Vogelwijk werden bij de heraanleg van de paden ook verschillende voortuintjes heraangelegd en onderhouden door de gemeente tot tevredenheid van de bewoners.

•          Op de drie plaatsen waar het pad uitkomt op een openbaar parkeervak, kan door middel van het verwijderen van de boordsteen en het doortrekken van het nieuw aan te leggen pad een veilige en vlotte overgang gemaakt worden naar de openbare weg. Om dit te kunnen uitvoeren zal telkens één parkeerplaats parkeervrij gemaakt worden. Er blijft nog voldoende parking over.

Op vraag van het college van burgemeester en schepenen werden de betrokken bewoners  per brief op de hoogte gebracht van de geplande werken in de Koningswijk. In de brief werd gevraagd of ze hun voortuin wilden behouden of laten heraanleggen door de gemeente. Bij een heraanleg door de gemeente wordt het onderhoud ook verder opgenomen door de uitvoerende technische dienst van de gemeente. In de brief werd ook vermeld dat de aanpak zou afgestemd worden op wat de meerderheid kiest.

•          Van de 24 aangeschreven bewoners willen er 8 hun huidige toestand bewaren.

•          Van die 8 voortuinen is de toestand het volgende:

◦          Fabiolapad 39: Hortensia's: goed onderhouden

◦          Fabiolapad 29: Lonicera nitida, goed onderhouden

◦          Fabiolapad 21: gras, goed onderhouden

◦          Fabiolapad 13: eigenaar heeft op eigen initiatief de voortuin verhard met klinkers

◦          Fabiolapad 11: Kiezelsteentjes, goed onderhouden

◦          Fabiolapad 9:  Kiezelsteentjes goed onderhouden

◦          Fabiolapad 3:  Gazon

◦          Fabiolapad 1:  Gazon en beplanting, goed onderhouden

De meerderheid kiest dus voor de heraanleg van de voortuintjes. De dienst infrastructuur en openbare werken blijft daarom bij het voorstel om alle voortuinen her aan te leggen zodat een uniform uitzicht bekomen wordt en het onderhoud in eigen beheer kan opgenomen worden.

Voor het meerwerk voor de opbraak van de voortuintjes en het terug aanvullen met teelaarde heeft de aannemer Steenhaut een raming opgemaakt. De beplanting of inzaai van gras gebeurt door de gemeente. De overgang van de paden naar de openbare weg zal verrekend worden volgens de eenheidsprijzen in de opdracht voor de heraanleg van de paden Koningswijk.

Juridische gronden

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voortuinen langs het Fabiolapad van nummer 1 tot en met 31 en langs het Albertpad van nummer 19 tot en met 25 ook te laten opbreken door de aannemer, her aan te leggen met beplanting of gazon en verder te onderhouden door de uitvoerende technische dienst van de gemeente

Artikel 2

De her aan te leggen paden ter hoogte van de verschillende overgangen door te trekken tot aan de openbare weg en telkens een parkeervak te verwijderen.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Residentie De Beuk - omgevingsaanleg - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd goedkeuring te verlenen voor de omgevingsaanleg en de herstel- en aanpassingswerken aan het openbaar domein ter hoogte van residentie De Beuk in de Sint-Amandusstraat.

Motivering

In januari 2017 werd aan de bouwheer Steenoven nv een vergunning afgeleverd voor het afbreken van de bestaande garageboxen en loods en het nieuw bouwen van 27 appartementen met een commerciële ruimte.

1)                  Omgevingsaanleg

In kader van die vergunning wordt de ruimte links en achter het nieuwe volume eveneens heringericht. Een deel van de ruimte links van het gebouw, waar zich de bestaande doorgang naar de school bevindt, situeert zich deels op privaat en deels op gemeentelijk terrein. Op gemeentelijk domein bevindt zich een deel van de strook voor langsparkeren (30 cm), een haag, een wandel- en fietspad (2,00 m) en opnieuw een haag. Voor de omgevingsaanleg werd door Steenoven nv een plan en een meetstaat opgemaakt.

Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 11 januari 2017 machtiging verleend aan de bouwheer om ook die strook op gemeentelijke eigendom te gaan herinrichten. Gezien het openbaar karakter van die herinrichting gaat de bouwheer er van uit dat de daaraan verbonden kosten ten laste zijn van de gemeente.

Op heden is de omgevingsaanleg uitgevoerd met uitzondering van het fietspad ter hoogte van de bestaande doorgang naar de school.

De bouwheer maakte een offerte over aan de gemeente van de kosten voor de omgevingsaanleg die ze willen aanrekenen aan de gemeente. De totale kostprijs bedraagt 29.658,07 euro excl. btw, waarvan:

•          de parkeerstrook: 10.901,18 euro;

•          het fietspad: 14.453,89 euro;

•          kosten die niet geheel duidelijk zijn: 4.303,00 euro.

In het verdere voorstel houden we enkel rekening met de kosten voor de parkeerstrook en het fietspad. Er wordt geen rekening gehouden met de overige kosten.

2)                  Openbaar domein

Vóór de aanvang van de bouwwerken werd de staat van het openbaar domein vastgesteld.

Na uitvoering van die werken werd het volgende vastgesteld:

◦                      het betonnen wegdek vertoont verschillende barsten;

◦                      de greppel, bestaande uit kasseien, is verzakt;

◦                      het bestaande voetpad moet aangepast worden aan de nieuwe toestand.

De kosten voor het herstel van het betonnen wegdek en het vernieuwen van het voetpad worden geraamd op 19.926 euro excl. 21 % btw, waarvan:

◦                      voetpad: 8.381,00 euro;

◦                      heraanleg wegdek over de volledige lengte: 11.545,00 euro.

Er wordt voorgesteld om de totale kost van de werken, zijnde de parkeerstrook, het fietspad, het herstel van het wegdek en de heraanleg van het voetpad voor een geraamd bedrag van 45.281,07 euro excl btw of 54.749,09 euro incl. btw te verdelen a rato van 50 % voor de gemeente en 50 % voor de bouwheer.

De gemeente voert de resterende werken uit en verrekent die volgens het hierboven geformuleerde voorstel. Hierbij worden de kosten voor de parkeerstrook die reeds werd aangelegd en bekostigd door de bouwheer, verrekend. Het resterende bedrag zal verhaald worden op de bouwheer.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

Een deel van deze kosten zullen verhaald worden op de bouwheer.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de resterende werken aan residentie De Beuk in de Sint-Amandusstraat, zoals beschreven, uit te voeren en 50 % van de totale kosten op de bouwheer van residentie De Beuk te verhalen.

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Klacht mogelijke overtreding op de VCRO en het VLAREM - aanmaning eigenaar - goedkeuring

Zitting van CBS van 13 MEI 2020

Gemeenteraad van 28 mei 2020 - agendapunten - verzoek agendering - goedkeuring

Aanleiding en context

De agenda van de gemeenteraad bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld.

Het college en burgemeester en schepenen wordt gevraagd de agenda voor de komende gemeenteraad te overlopen.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen overloopt de voorziene punten voor de gemeenteraadszitting van 28 mei 2020.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Art. 19 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om volgende punten te agenderen op de gemeenteraad van 28 mei 2020:

OPENBARE ZITTING

1)      Besluit burgemeester ivm virtuele gemeente- en OCMW-raad op 28 mei 2020 - bekrachtiging - goedkeuring

2)      Gemeenteraad - 30 april 2020 - notulen en zittingsverslag - goedkeuring

3)      Rapport audit sportinfrastructuur door Audit Vlaanderen - kennisname

4)      Dagelijks bestuur - hervaststelling - goedkeuring

5)      Herlokalisatie depot - aankoop gebouw Weverijstraat 40-42 - ontwerpakte - goedkeuring

6)      Aankoop piano's - lastvoorwaarden, wijze van gunnen en raming - goedkeuring

7)      LEIEDAL - algemene vergadering van 9 juni 2020 - goedkeuring

8)      LO/BBO - scholengemeenschap Kadanz - aanduiding vertegenwoordigers - goedkeuring

9)      Zwembad - tariefreglement - aanpassing - goedkeuring

10)Jeugd - Premiereglement investeringspremie Kinderboerderij Bokkeslot - goedkeuring

11)Jeugd - Premiereglement exploitatiepremie Kinderboerderij Bokkeslot - aanpassing - goedkeuring

12)Gemeentelijke speelpleinwerking - retributiereglement - aanpassing - goedkeuring

13)POB - Bibliotheekreglement (dienst- en retributiebepalingen) - goedkeuring

14)Centrumpark en sociaal woonpark - projectfiche en samenwerkingsovereenkomst ikv deelname WinVorm selectie - goedkeuring

15)Overdracht riolering - toetredingsovereenkomst Riopact - goedkeuring

16)RUP 19-1 - Deknudt-Decora - definitieve vaststelling - goedkeuring

17)Buurtweg 41 en 89 - gedeeltelijke verplaatsing in het kader van een omgevingsvergunning voor het verkavelen van grond - gewijzigde rooilijnplannen - goedkeuring

18)OMV VK 2019_8 - Tapuitstraat - verkavelen van grond - wegtracé - goedkeuring

19)OMV_2019120619 - verkaveling Tapuitstraat - aanpassing verkavelingsovereenkomst - goedkeuring

20)Legislatuurovereenkomst mbt samenwerking ikv Stadlandschap Leie en Schelde - goedkeuring

21)Samenwerkingsovereenkomst tussen Provincie West-Vlaanderen en gemeente Deerlijk binnen het Interprovinciaal Kenniscentrum Milieu - goedkeuring

22)Uitnodiging van Gaselwest om in te tekenen op aandelen Apt - goedkeuring

23)Vragen gesteld door raadsleden

BESLOTEN ZITTING

24)Ereburgerschap - toekenning - goedkeuring