Zitting van CBS van 22 MEI 2019

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 15 mei - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 15 mei 2019.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 15 mei 2019 goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Woonwijs - Stuurgroep- verslag van 3 mei 2019- kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag van de stuurgroep van woonwijs van 3 mei 2019.

Motivering

De stuurgroep van Woonwijs hield een vergadering op 3 mei 2019.

De stuurgroep ging akkoord met het ontwerp van het subsidiedossier 2020-2025 en voegde een extra aanvullende actie toe voor Deerlijk, namelijk dat Deerlijk misschien vanaf 2023 zal inzetten op een uniek loket voor alle woonactoren die werkzaam zijn in de gemeente (AA3_1). Dit onder voorbehoud van onder andere een verhuis van de OCMW-diensten.

De projectcoördinator vraagt in zijn mail van 13 mei 2019 het verslag ter kennisgeving voor te leggen aan de colleges van de vier betrokken gemeentes.

De bijbehorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Woonwijs - samenwerkingsovereenkomst - aanpassing - verzoek tot agendering

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de vernieuwde ‘Samenwerkingsovereenkomst met statutaire draagkracht betreffende de Interlokale Vereniging Wonen' te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad.

Motivering

De gemeenteraad besliste op 29 april 2010 tot de oprichting en goedkeuring van de overeenkomst met statutaire draagkracht betreffende de interlokale vereniging wonen Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede.

De samenwerkingsovereenkomst werd opgemaakt voor onbepaalde duur en ondertekend door 8 deelnemers aan de interlokale vereniging: gemeentebesturen en OCMW’s van Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede.

De gemeente Zwevegem is vragende partij om zich voor de vierde subsidieperiode (2020-2025) aan te sluiten bij Woonwijs. Uit de financiële calculatie blijkt dat een instap van Zwevegem over de volledige ‘subsidieperiode 2020-2025’ geen negatieve impact heeft op de gemeentelijke bijdragen voor het project.

De stuurgroep adviseert om Zwevegem op te nemen vanaf het volgende subsidiedossier 2020-2025. Hiervoor werd een nieuwe samenwerkingsovereenkomst opgesteld.

De nieuwe interlokale vereniging zal bij de instap van Zwevegem voor de leesbaarheid afgekort worden naar ‘Interlokale Vereniging Woonwijs’.

Door de toetreding van Zwevegem zal de nieuwe samenwerkingsovereenkomst in de toekomst uit 10 deelnemers bestaan (gemeenten en OCMW’s van Deerlijk, Harelbeke, Kuurne, Lendelede en Zwevegem).

Daarnaast zijn nog enkele kleine wijzigingen betreffende de werking en uitnodiging van de ‘stuurgroep (lees: beheerscomité, zie art. 395 DLB)’ (punt 2.4):

•          Aangezien de aanwezigheid van de meerderheid van de stemgerechtigde vertegenwoordigers in de stuurgroepvergadering niet vereist is, wordt de term ‘aanwezig’ vervangen door ‘vertegenwoordigd’.

•          Uitnodigingen worden in de praktijk steeds per mail verstuurd. Dit maakt de ‘brief-vermelding’ overbodig.

De vernieuwde samenwerkingsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2020, en vervangt de ‘samenwerkingsovereenkomst met statutaire draagkracht betreffende de oprichting van de Interlokale Vereniging Wonen Deerlijk – Harelbeke – Kuurne – Lendelede’ zoals goedgekeurd in zitting van 28 februari 2019.

De vernieuwde samenwerkingsovereenkomst wordt aan de gemeenteraad ter goedkeuring voorgelegd.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Samenwerkingsovereenkomst Woonwijs van 11 mei 2010, 1 oktober 2017 en 28 februari 2019

◦          Besluit van de Vlaamse Regering over het Lokaal Woonbeleid van 16 november 2018 houdende de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad de vernieuwde 'Samenwerkingsovereenkomst met statutaire draagkracht betreffende de Interlokale Vereniging Wonen' te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Woonwijs - vierde subsidieperiode - subsidieaanvraag 2020-2025 - verzoek tot agendering - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de goedkeuring van de subsidieaanvraag voor de periode 2020-2025 te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad.

Motivering

De gemeenteraad besliste op 29 april 2010 tot de oprichting van de interlokale vereniging wonen Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede (werknaam Woonwijs). Deze interlokale vereniging werd opgericht voor onbepaalde duur, opgedeeld in opeenvolgende subsidieperiodes.

De gemeenteraad ging in zitting van 27 mei 2010 akkoord met de subsidieaanvraag voor de periode oktober 2011- september 2014, in zitting van 27 maart 2014 voor de periode oktober 2014 – september 2017 en in zitting van 26 januari 2017 voor de periode oktober 2017- december 2019.

De voorliggende subsidieaanvraag loopt over de periode ‘2020-2025’.

Het college ging op 27 maart 2019 principieel akkoord met de opmaak van een vierde subsidiedossier. Ook de drie andere gemeenten (Harelbeke, Kuurne en Lendelede) gaven hun akkoord. Hiermee gaven de vier gemeenten aan dat ze de intergemeentelijke samenwerking wensen verder te zetten, middels het verkrijgen van Vlaamse subsidies aan de hand van een vierde subsidiedossier. Zwevegem was vragende partij om toe te treden. Het subsidieaanvraagdossier omvat aldus 5 gemeenten en 5 OCMW’s.

Op 16 november 2018 keurde de Vlaamse Regering het besluit betreffende de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid goed.

Zoals in de huidige subsidieperiode wordt er terug met basis- en aanvullende subsidie gewerkt, gekoppeld aan de uitgevoerde activiteiten. Vanaf 2020 is de subsidiëring van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden verbonden aan de beheers- en beleidscyclus van de gemeenten en dit telkens voor de duur van de legislatuur.

De aangevraagde basissubsidie bedraagt in de eerste driejarige periode jaarlijks 108.000 euro en in de laatste driejarige periode jaarlijks 96.000 euro. De woonwijsgemeenten engageren zich (zie engagementsverklaring in het subsidiedossier) daartegenover om een aantal verplichte activiteiten uit te voeren. De uit te voeren activiteiten worden gebundeld onder 3 beleidsprioriteiten:

1)      De gemeente zorgt voor een divers en betaalbaar woonaanbod in functie van de woonnoden;

2)      De gemeente werkt aan de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving;

3)      De gemeente informeert, adviseert en begeleidt inwoners met vragen over wonen.

Naast de verplichte activiteiten zetten Deerlijk, Harelbeke, Kuurne, Lendelede en Zwevegem ook in op tal van aanvullende activiteiten. Niet elke activiteit wordt door elke gemeente gedaan. Dit werd voorbereid en is maatwerk per gemeente:

4)      Een ruimtelijk beleid voeren op basis van een visie om het beschikbare aanbod aan panden op het grondgebied te activeren voor wonen (AA 1_1).

5)      De woonprogrammatie afstemmen op de woonbehoefte, zowel op het niveau van de gemeente als op het niveau van het project en zijn randgemeenten (AA 1_2).

6)      Inspelend op de maatschappelijke noden een instrument uitwerken en toepassen dat alternatieve woonvormen mogelijk maakt (AA 1_3).

7)      De verplichting om de huurprijs en de gemeenschappelijke lasten van private huurwoningen bekend te maken opvolgen en inbreuken op die verplichting beboeten (AA 1_6).

8)      Op eigen initiatief conformiteitsonderzoeken uitvoeren en gratis conformiteitsattesten afgeven (AA 2_1).

9)      Een verordening vaststellen en toepassen waarbij het conformiteitsattest verplicht wordt gesteld in bepaalde situaties (AA 2_2).

10)Een verordening vaststellen en toepassen waarbij de geldigheidsduur van het conformiteitsattest beperkt wordt, en woningen met dergelijke conformiteitsattesten opvolgen (AA 2_3).

11)Verwaarloosde gebouwen en woningen opsporen, registreren en aanpakken (AA 2_6).

12)Een afsprakenkader met de minister en het sociaal verhuurkantoor dat actief is in de gemeente aanvragen en, als het afsprakenkader wordt gesloten, conformiteitsonderzoeken uitvoeren met het oog op de inhuurneming van woningen en kamers door het sociaal verhuurkantoor  (AA 2_7).

13)De lokale partners via structurele samenwerking betrekken bij het lokale woningkwaliteitsbeleid (AA 2_8).

14)De ongeschiktheid, onbewoonbaarheid en de datum van vaststelling aanbrengen op de gevel van private huurwoningen (AA 2_10).

15)Een uniek loket installeren voor alle lokale woonactoren die werkzaam zijn in de gemeente (AA 3_1).

16)Sociaal en/of technisch begeleiden op maat van kwetsbare inwoners  (AA 3_2).

De aangevraagde aanvullende subsidie bedraagt voor de eerste driejarige periode jaarlijks 46.688 euro en voor tweede driejarige periode jaarlijks 44.655 euro.

De geraamde totale projectkost (personeels-, werkings-, en investeringskosten) bedraagt jaarlijks 225.458 euro. Na aftrek van de Vlaamse subsidies, wordt het restbedrag procentueel verdeeld onder de deelnemende gemeentes op basis van het aantal huishoudens.

Rekening houdend met de huidige samenwerkingsovereenkomst komt dit voor de gemeente Deerlijk neer op een geraamde jaarlijkse bijdrage van 9.943 euro (voor de jaren 2020,2021 en 2022), en een jaarlijks bijdrage van 11.915 euro voor de tweede driejarige periode (2023 - 2025).

Het voorliggende subsidieaanvraagdossier is opgemaakt volgens het aangeleverde sjabloon van Wonen-Vlaanderen en omvat enkel een opsomming van de gekozen aanvullende activiteiten en een beschrijving van de uitvoering van de aanvullende activiteiten gedurende de twee eerste jaren van de subsidieperiode. De aanvraag werd met verschillende werkgroepen besproken en afgetoetst met Wonen-Vlaanderen tijdens een verkennend gesprek. Uiteindelijk werd de subsidieaanvraag op 3 mei 2019 positief geadviseerd in de stuurgroep (beheerscomité) van Woonwijs.

Het subsidiedossier dient uiterlijk eind juni 2019 bij het Vlaamse Gewest te worden ingediend.

Het komt de gemeenteraad toe om het definitieve subsidiedossier goed te keuren.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Besluit van de Vlaamse Regering over het Lokaal Woonbeleid van 16 november 2018 houdende de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad de goedkeuring van de subsidieaanvraag voor de periode 2020-2025 te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Modulaire units - gebruiksovereenkomst - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het ontwerp van gebruiksovereenkomst met betrekking tot de modulaire units in de Vercruysse de Solartstraat goed te keuren.

Motivering

In zitting van 2 mei 2019 keurde het college van burgemeester en schepenen de gunning voor het huren van modulaire units voor een cafetaria op het Gaverdomein goed.

Deze units zullen van 25 mei 2019 tot en met 17 september 2019 als lokaal gebruikt worden door de tennisclub TC Gaverkasteel.

Het is wenselijk een gebruiksovereenkomst af te sluiten tussen de gemeente en de tennisclub.

Een ontwerp van overeenkomst ligt voor aan het college van burgemeester en schepenen.

Er werd advies gegeven door de sportdienst, het clusterhoofd vrije tijd en het clusterhoofd ruimte. Het ontwerp werd ook reeds voorgelegd aan de tennisclub.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 1° Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

De lokaal-gebruiker is geen vergoeding verschuldigd voor het gebruik van het lokaal.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het ontwerp van gebruiksovereenkomst tussen de gemeente en tennisclub TC Gaverkasteel met betrekking tot de modulaire units in de Vercruysse de Solartstraat goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Heraanleg wegenis diverse plaatsen - agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de goedkeuring van de lastvoorwaarden en wijze van gunnen voor de heraanleg van de wegenis op diverse plaatsen te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Motivering

Op diverse plaatsen vertoont de wegenis in asfaltverharding verouderingsscheuren, spoorvorming en oneffenheden door rioolaansluitingen. Daarom stelt de dienst infrastructuur en openbare werken voor om jaarlijks de wegen te vernieuwen naargelang de noodzaak en verkeersintensiteit.

In het kader van de opdracht "Heraanleg wegenis op diverse plaatsen" werd een bestek  met nr. 2019/15 opgemaakt door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

Deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen:

•          Perceel 1 (Kapelstraat), raming: 138.615,72 euro excl. btw of 167.725,02 euro incl. 21% btw;

•          Perceel 2 (Guido Gezellelaan), raming: 52.607,50 euro excl. btw of 63.655,08 euro incl. 21% btw;

•          Perceel 3 (Stationswijk), raming: 15.300,60 euro excl. btw of 18.513,73 euro incl. 21% btw;

•          Perceel 4 (Oude Heerweg), raming: 10.964,50 euro excl. btw of 13.267,05 euro incl. 21% btw;

•          Perceel 5 (Ommegangstraat), raming: 18.409,50 euro excl. btw of 22.275,50 euro incl. 21% btw;

•          Perceel 6 (Vrijputstraat), raming: 7.935,50 euro excl. btw of 9.601,96 euro incl. 21% btw.

De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 243.833,32 euro excl. btw of 295.038,34 euro incl. 21% btw (51.205,02 euro btw medecontractant).

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1. Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van gemeenteraad te verzoeken de goedkeuring van de lastvoorwaarden en wijze van gunnen voor de heraanleg van de wegenis op diverse plaatsen te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Heraanleg paden Koningswijk, Bottenhoek en Kardinaal Cardijnlaan - agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de goedkeuring van de lastvoorwaarden en wijze van gunnen voor de heraanleg van paden in de Koningswijk, Bottenhoek en Kardinaal Cardijnlaan te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Motivering

De huidige toestand van de voetpaden is verouderd en aan vervanging toe. Door het vervangen van de huidige verharding in uitgewassen beton wordt een duurzame en onderhoudsvriendelijke verharding bekomen.

In het kader van de opdracht "Heraanleg paden Koningswijk, Bottenhoek en Kardinaal Cardijnlaan" werd een bestek met nr. 2019/13 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 84.800,00 euro excl. btw of 102.608,00 euro incl. 21% btw (17.808,00 euro btw medecontractant).

De opdracht wordt opgedeeld in 3 percelen.

•          Koningswijk

•          Bottenhoek

•          Kardinaal Cardijnlaan (Chiroheem)

Er wordt voorgesteld om de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1. Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de goedkeuring van de lastvoorwaarden en wijze van gunnen voor de heraanleg van paden in de Koningswijk, Bottenhoek en Kardinaal Cardijnlaan te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Vernieuwen voetpaden dienstjaren 2019-2020-2021 - agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de goedkeuring van de lastvoorwaarden en wijze van gunnen voor het vernieuwen van de voetpaden voor de dienstjaren 2019, 2020 en 2021 te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Motivering

Elke 3 jaar wordt een aannemer aangesteld om de voetpaden die aan vernieuwing toe zijn her aan te leggen. De opdracht loopt over de dienstjaren 2019, 2020 en 2021.

In het kader van de opdracht “Vernieuwen voetpaden dienstjaren 2019,2020 en 2021” werd een bestek met nr. 2019/12 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 256.675,00 euro excl. btw of 301.099,45 euro incl. btw waarvan:

•          211.545,00 euro excl. btw of 255.969,45 euro incl. 21% btw voor de wegenis

•          45.130,00 euro btw medecontractant voor de riolering

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1. Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de goedkeuring van de lastvoorwaarden en de wijze van gunnen voor het vernieuwen van de voetpaden voor de dienstjaren 2019, 2020 en 2021 te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Verkiezingen 2019 - Schrappen persoon kiezerslijst - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Grafconcessie - nominatieve uitbreiding en bijzetting - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Grafconcessie - toekenning - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Grafconcessie - toekenning - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Kandidaturen jobstudenten 2019 - kennisname

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Gemeentelijke Holding NV - in vereffening - algemene vergaderingen - vertegenwoordiging - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

De Gemeentelijke Holding NV - in vereffening, nodigt de gemeente uit tot het bijwonen van haar algemene vergadering die plaatsvindt op woensdag 26 juni 2019 om 14.00 uur in het Bluepoint Brussels Business Centre, A. Reyerslaan 80 te 1030 Brussel.

Motivering

De gemeente Deerlijk is aandeelhouder van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening, en wordt bijgevolg, bij schrijven van 14 mei 2019, uitgenodigd tot het bijwonen van de algemene vergadering die plaatsvindt op woensdag 26 juni 2019.

Het college van burgemeester en schepenen overloopt de agenda met volgende punten:

1)      Bespreking van de werkzaamheden van de vereffenaars over de periode 01.01.2018 tot en met 31.12.2018

2)      Bespreking van de jaarrekening over de periode 01.01.2018 - 31.12.2018 door de vereffenaars

3)      Bespreking van het jaarverslag van de vereffenaars over de periode 01.01.2018 tot en met 31.12.2018 inclusief beschrijving van de vooruitgang van de vereffening en redenen waarom de vereffening nog niet kon worden afgesloten

4)      Bespreking van het verslag van de commissaris over de jaarrekening over de periode 01.01.2018 tot en met 31.12.2018

5)      Voorstel van de vereffenaars tot benoeming van een commissaris

6)      Stemming over de benoeming van de commissaris

7)      Vraagstelling

Artikel 41, § 2, 4° Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat het oprichten van en het toetreden tot rechtspersonen en het beslissen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.

Er werd voor de legislatuur 2019-2024 nog geen vertegenwoordiger aangesteld in de algemene vergaderingen van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening.

De financieel directeur heeft hieromtrent geen opmerkingen om reden dat er geen financiële link is.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de aanduiding van een vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening, voor de legislatuur 2019-2024, te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit de agenda goed te keuren en verzoekt de aangeduide vertegenwoordiger of zijn plaatsvervanger op te dragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in onderhavig besluit en als dusdanig de op de agenda geplaatste punten, waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

De Lijn - algemene vergaderingen - vertegenwoordiging - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken volgend punt te agenderen op de gemeenteraadszitting van 6 juni 2019:

•          de aanduiding van een effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van De Lijn voor de legislatuur 2019-2024.

Motivering

De gemeente is aandeelhouder van De Lijn en wordt bijgevolg, bij schrijven van 6 mei 2019, uitgenodigd tot het bijwonen van de algemene vergadering die plaatsvindt op dinsdag 28 mei 2019.

Het college van burgemeester en schepenen overloopt de agenda met volgende punten:

1)      Verwelkoming en inleiding

2)      Mededeling van het verslag van de raad van bestuur en van het verslag van het college van commissarissen-revisoren

a) Beleidsverslag

b) Commentaar bij de jaarrekening

c) Mededeling van het verslag van het college van commissarissen-revisoren

d) Kennisgeving van de geconsolideerde jaarrekening

3)      Goedkeuring van het verslag van de raad van bestuur en van het verslag van het college van commissarissen-revisoren

4)      Goedkeuring jaarrekening

5)      Kwijting van de uitoefening van het mandaat aan de raad van bestuur en het college van commissarissen-revisoren

6)      Aanstelling van de commissarissen-revisoren voor de boekjaren 2019, 2020 en 2021, éénmaal verlengbaar met drie jaar

7)      Mededeling omtrent de werking van de raad van bestuur

8)      Varia - rondvraag

Artikel 41, § 2, 4° Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat het oprichten van en het toetreden tot rechtspersonen en het beslissen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.

Er werd voor de legislatuur 2019-2024 nog geen vertegenwoordiger aangesteld in de algemene vergaderingen van De Lijn.

De financieel directeur heeft hieromtrent geen opmerkingen om reden dat er geen financiële link is.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de aanduiding van een vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van De Lijn, voor de legislatuur 2019-2024, te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Aanvraag financiële steun - Oxfam - cycloon in Mozambique, Malawi en Zimbabwe - weigering

Aanleiding en context

Oxfam vraagt in hun schrijven van 7 mei 2019 om financiële hulp voor de slachtoffers van de cycloon in Mozambique, Malawi en Zimbabwe.

Motivering

Op 25 april verwoestte cycloon Kenneth het noorden van Mozambique. De zware regenbuien veroorzaakten stortvloeden en overstromingen. Kenneth is de tweede cycloon in minder dan zes weken tijd, nadat cycloon Idai Mozambique, Malawi en Zimbabwe ernstig trof.

Gezien de omvang van de schade en de accumulatie van twee rampen in minder dan twee maanden, nodigt Oxfam alle overheidsinstanties uit om een bijdrage te leveren.

Omwille van de frequentie van het aantal aanvragen voor financiële hulp is het voor een gemeente onmogelijk geworden om alle initiatieven en organisaties die op een of andere manier aan ontwikkelingssamenwerking doen, financieel te ondersteunen.

Bovendien is het geen gemeentelijke taak aangezien elke burger individueel kan bijdragen om de vraag naar noodhulp te ondersteunen.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit niet in te gaan op deze vraag.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Advies jeugdraad - wensennota 2019 - kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepen wordt gevraagd kennis te nemen van de herschreven wensennota van de jeugdraad.

Motivering

Tijdens de jeugdraad van 5 mei 2019 werd de herschreven wensennota besproken.

De jeugdraad heeft het in de wensennota over verschillende grote thema's met daaronder enkele voorstellen tot aandachtspunten:

1)      Beleidsparticipatie

a)      Blijvende steun en aandacht aan de jeugd geven.

b)      Nood aan bredere participatietrajecten waardoor meer jongeren in het beleid kunnen betrokken worden. Daarbij zeker plaats maken voor terugkoppeling en verantwoording en actief naar inspraak op zoek gaan.

c)      Jeugd is geen sector, maar een categorie. Een categorie die bij ieder stukje beleid kan en moet betrokken worden.

d)      De jeugdraad, jeugddienst en schepen van jeugd staan altijd in positief contact met elkaar. Dit is een grote troef en dient behouden te worden.

2)      Veiligheid en welzijn

a)      Het is belangrijk dat, als alle vrijetijdsdiensten in één locatie en entiteit worden opgenomen, er een rechtstreekse verbinding tussen de jeugd en de jeugddienst kan blijven bestaan. Jongeren mogen letterlijk noch figuurlijk vast komen te zitten aan een balie voor ze bij de jeugddienst welkom zijn.

b)      Er is nood aan een volwaardige hangplek waar jongeren, weg van huis, veilig en onafhankelijk zichzelf kunnen zijn. Idealiter niet op het Gaverdomein want dit zou eerder een familieplek moeten zijn.

c)      Nood aan meer en vooral evidentere Deerlijkse aanspreekpunten in het kader van het welzijn van kinderen en jongeren. Wat is de rol van de jeugddienst en wat van het OCMW ?

d)      Weten Deerlijkse jongeren genoeg hoe ze met geld moeten omgaan ? Wat kan de gemeente daar aan doen als het antwoord op deze vraag negatief is ?

e)      We hopen dat de gemeente een actieve rol blijft opnemen in het promoten en faciliteren van het UiTPAS systeem en verder helpt uitbreiden naar andere verenigingen.

3)      Ruimtelijke ordening

a)      De kans voor het aanleggen van een nieuw, autovrij en idealiter groen dorpsplein met de Sint-Columbakerk als onmiskenbaar centrum. Ook een algemene vergroening van het centrum zou geen slecht idee zijn.

b)      De jeugdraad droomt van groene assen die enkele of alle Deerlijkse hotspots met elkaar zouden verbinden.

c)      De jeugdraad vraagt dat er bij het opwaarderen van het Gaverdomein gezorgd wordt voor voldoende speelruimte met een gezonde balans tussen speeltuigen en speelnatuur. Hierbij niet enkel de mening vragen van de jeugdraad, maar ook specifiek de gebruikers van het domein inspraak geven.

d)      Zowel een beter openbaar vervoer als deelfietsen zouden ervoor moeten zorgen dat Deerlijk een stabielere connectiviteit heeft met spoorwegen en andere mogelijkheden van duurzame mobiliteit.

e)      Het verhaal van de fietsstraten uitbreiden naar Sint-Lodewijk en vooral de andere Deerlijkse scholen aan de hand van een participatietraject.

f)        Bij de aanleg van nieuwe straten meer aandacht hebben voor voldoende ruimte voor fietspaden.

g)      De jeugdraad vraagt zich af hoe het nu zit met de toekomst van de site aan de brandweerkazerne ? De jeugdraad vraagt een zo spoedig mogelijk antwoord.

h)      De jeugdraad wil ook een signaal geven over de eventueel aankoop van het grasveld aan de overkant van de KSA en er een speelruimte van te maken.

4)      Onderwijs

a)      Voorstel om met alle Deerlijkse scholen het gemeentehuis te bezoek en zo de werking leren kennen van de gemeente. Eventueel later uit te breiden met een bezoek aan de jeugdraad en de jeugddienst.

b)      Dromen van een vestiging van secundair onderwijs in onze gemeente.

5)      Vrije tijd

a)      Een grotere inzet op cultuur voor en door jongeren en dit met inspraak van de jongeren zelf.

b)      De eigenheid van de jeugddienst behouden. Dit heeft in principe niets met de locatie te maken, maar eerder met het karakter en de toegankelijkheid van de jeugddienst.

c)      Participatietrajecten voor de niet-aangesloten Deerlijkse jeugd over het vrijetijdsaanbod.

d)      Voorstander van een centrale evenementenkalender.

e)      Het behouden van de huidige subsidies voor jeugd en eventueel zelfs uitbreiden.

f)        Een apart subsidiereglement voor het jeugdhuis.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de wensennota van de jeugdraad.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Premiereglement kadervorming - advies jeugdraad - kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepen wordt gevraagd kennis te nemen van het advies van de jeugdraad met betrekking tot het premiereglement kadervorming

Motivering

Tijdens de jeugdraad van 5 mei 2019 werd er gesproken over premiereglement kadervorming.

De jeugdraad omschrijft het advies als volgt:

"De jeugdraad stelt voor een andere en duidelijkere naamgeving aan het premiereglement geven want de term kadervorming is bij de jongeren niet gekend, met gevolg dat deze weinig wordt aangevraagd. Ten tweede zegt het huidig reglement dat de premie dient aangevraagd te worden voor 1 november. Dit is problematisch aangezien sommige cursussen nog later dan die datum worden georganiseerd. De jeugdraad stelt voor om deze passage aan te passen naar binnen één jaar na de cursus."

De jeugdraad adviseert om de premie voor kadervorming aan de hand van de hierboven beschreven suggesties aan te passen.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de jeugdraad met betrekking tot het premiereglement kadervorming en besluit dit advies te volgen.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Jeugdraad- verslag van 7 april 2019 - kennisname

Aanleiding en context

De jeugdraad hield een vergadering op zondag 7 april 2019.

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.

Motivering

Het verslag van deze vergadering werd goedgekeurd in een volgende zitting van 5 mei 2019.

De bijbehorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het goedgekeurde verslag.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Buitenspeeldag 24 april 2019 - vrijwilligersvergoedingen - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Mokka en Meer - 5 jarig bestaan - 1 juni 2019 - goedkeuring

Aanleiding en context

Op 20 mei 2019 werd een aanvraag ingediend door Mokka en Meer voor volgend evenement:

Motivering

1. Het college van burgemeester en schepenen overloopt volgende onderdelen van de aanvraag:

•          aanvraag geluidsactiviteit als volgt:

95 – 100 dB

De aangevraagde muziekactiviteit vindt plaats in een woonomgeving of in de nabijheid van een bewoonde omgeving.

Het gaat hier om een muziekactiviteit naar aanleiding van een bijzondere gelegenheid en de aangevraagde activiteit is beperkt in duur.

De aangevraagde muziekactiviteit kan toegestaan worden maar het is evenwel noodzakelijk om het toegelaten geluidsniveau en de toegelaten periode nauwkeurig vast te leggen.

Deze toelating betekent in geen geval een vrijgeleide om onbeperkt hinder te veroorzaken.

Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 30 maart 2011 beslist om de afwijking op de geluidsnormen tot 2 uur te behouden en dat het aangewezen is geen precedenten te scheppen.

•          aanvraag politionele medewerking

Parkeerverbod op volgende plaats: Ommegangstraat van nummer 2 tot en met nummer 10 op 1 juni 2019 van 14.00 uur tot en met 2 juni 2019 om 02.00 uur.

Het verkeersvrij houden van volgende straat: Ommegangstraat van nummer 2 tot en met nummer 10 op 1 juni 2019 van 14.00 uur tot en met 2 juni 2019 om 02.00 uur.

Politiezone Gavers verleende hiervoor op 21 mei 2019 positief advies.

•          aanvraag tijdelijke inname openbaar domein

Ommegangstraat van nummer 2 tot en met nummer 10 op 1 juni 2019 van 14.00 uur tot en met 2 juni 2019 om 02.00 uur.

2. De evenementencel verleent volgend advies voor dit evenement:

Men moet rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Alsook moet de organisator een risico-analyse (lijst opmaken met de mogelijke risico’s en maatregelen om deze te verhelpen/op te lossen) en plan met aanduiding opstelling, evacuatiewegen, ... opmaken.

Alle cateringstanden dienen te beschikken over geldige en blanco keuringsverslagen (conformiteit installatie en gasdichtheid beiden uitgevoerd door een EDTC).

Bijkomend specifiek advies kan later nog volgen vanuit de veiligheidscel.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, §1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Toelating geluidsactiviteit

◦          Decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement;

◦          Besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999;

◦          Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999;

◦          Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 februari 1977 houdende vaststelling van geluidsnormen voor muziek in openbare en private inrichtingen, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, wat betreft het maximaal geluidsniveau van muziek in inrichtingen;

◦          Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 30 maart 2011

•          Plaatsing verkeerssignalisatie

◦          Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit evenement mits er twee verantwoordelijken aangesteld worden. De eindverantwoordelijke zorgt voor de veiligheid in en rond het evenemententerrein. De andere verantwoordelijke houdt toezicht in de omgeving en zal, indien nodig, politiezone Gavers contacteren.

Artikel 2

De aangevraagde muziekactiviteit wordt toegelaten mits naleving van volgende voorwaarden:

Voorwaarden met betrekking tot het maximaal geluidsniveau.

Voorwaarden met betrekking tot de duur van de muziekactiviteit:

Voorwaarden met betrekking tot de buurt:

•          De inrichters als bedieners van de muziekinstallatie moeten zich houden aan een voor de buurt aanvaardbaar geluidsniveau. In geen geval mag de muziek de nachtrust van de omwonenden storen. Klachten inzake nachtlawaai dienen vermeden. In voorkomend geval moeten de richtlijnen van de politiediensten strikt worden opgevolgd.

•          De inrichters verwittigen de inwoners van de omliggende straten van de muziekactiviteit.

De organisator brengt de politie op de hoogte van de muziekactiviteit.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor de tijdelijke inname van het openbaar domein op 1 juni 2019 van 14.00 uur tot en met 2 juni 2019 om 02.00 uur meer bepaald voor de Ommegangstraat van nummer 2 tot en met nummer 10.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen besluit de gevraagde politionele medewerking te verlenen.

De inrichter dient zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de politie. De politie zal enkel instaan voor het toezicht op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie.

De levering van de verkeerssignalisatie gebeurt door de technische diensten van de gemeente. De controle op de naleving van het eventuele parkeerverbod gebeurt door de politie.

Artikel 5

De inrichter moet de richtlijnen volgen van de hulpverleningszone Fluvia inzake veiligheid.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Festival Bokal - aanvraag projectpremie - goedkeuring

Aanleiding en context

Op 2 mei 2019 diende Kinderboerderij Bokkeslot een aanvraag in voor een projectpremie voor hun project Festival Bokal. Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag voor de projectpremie goed te keuren.

Motivering

Het project werd toegelicht aan een jury op 15 mei 2019. Deze jury bestaat uit een afgevaardigde uit de jeugdraad, seniorenraad en cultuurraad. Deze jury adviseert het college van burgemeester en schepenen om de premieaanvraag goed te keuren voor een totaalbedrag van 600 euro.

Volgens het premiereglement gebeurt de betaling in twee schijven. 50% van het toegekende bedrag wordt bij de opstart van het project betaald, 50% wordt na afloop van het project uitbetaald, indien de organisatie het evaluatieformulier en de nodige bewijsstukken indient.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere: premiereglement projectpremie (goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 15 december 2017)

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

Dit bedrag mag worden gestort op rekeningnummer BE55 7380 1919 8544 op naam van Kinderboerderij Bokkeslot vzw.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het advies van de jury te volgen en de premieaanvraag van Festival Bokal goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Inname openbaar domein - nieuwe aanpak - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de nieuwe aanpak voor het verwerken van de aanvragen betreffende inname openbaar domein goed te keuren.

Motivering

Sinds kort wordt gebruik gemaakt van de software Eagle voor het verwerken van aanvragen betreffende inname van het openbaar domein. Via de website en het gemeentenieuws werd gecommuniceerd dat de aanvragers nu hun aanvraag digitaal kunnen indienen. Het is de bedoeling om aanvragers zoveel mogelijk naar de online-tool te verwijzen voor aanvragen inname openbaar domein. Vanuit het omgevingsloket kan hierbij wel ondersteuning geboden worden.

De opstart en implementatie werd voorbereid samen met Harelbeke en de verkeersdienst van de politie omdat een uniforme manier van werken binnen de politiezone wenselijk is.

Het gebruik van de Eagle-software biedt volgende voordelen:

•          Alles is geautomatiseerd waardoor onderling mailverkeer tussen politie en gemeente wegvalt.

•          Er is een duidelijk overzicht van alle aanvragen inname openbaar domein.

•          Mogelijke conflicten worden gedetecteerd.

•          Er kan efficiënter en vlugger gewerkt worden. Via automatische mails wordt de aanvrager geïnformeerd over zijn dossier.

•          Er wordt één vergunning afgeleverd die zowel de machtiging van de wegbeheerder betreft als ook geldt als signalisatievergunning.

•          Er is een koppeling met GIPOD waardoor de innames niet meer apart in GIPOD moeten ingetekend worden. Op die manier wordt de informatie via geopunt.be en hinderinkaart.be ook direct zichtbaar voor derden.

In het verwerkingsproces zijn er verschillende stappen:

•          Bij de validatie bekijkt de gemeentelijke administratie of alle gegevens beschikbaar zijn om de aanvraag te kunnen behandelen. Hierbij wordt eventueel ook een probleem (bv. 2 verschillende aanvragen in dezelfde zone) gedetecteerd.

•          In de stap signalisatie bekijkt de verkeersdienst van de politie welke signalisatie er moet geplaatst worden.

•          De laatste stap is de autorisatie. Na autorisatie wordt er vanuit het programma automatisch een mail verstuurd naar de aanvrager met daarbij de vergunning.

In overleg met Harelbeke en de politiezone, en rekening houden met de ervaringen uit het verleden, werd via de software ingesteld dat aanvragen voor parkeerverbodsborden of een verhuislift tot 3 dagen op voorhand kunnen aangevraagd worden. Alle andere innames moeten minstens 7 dagen op voorhand aangevraagd worden. Voor grotere, complexere innames wordt sowieso aangeraden om vooraf contact op te nemen met de verkeersdienst van de politie.

Gezien de beperkte verwerkingstijd, de automatische verwerking en het feit dat een groot aandeel van de gevraagde innames een eerder beperkte impact hebben op omgeving worden voorgesteld om vanaf heden een lijst van de gevraagde innames ter kennisname op het college van burgemeester en schepenen te agenderen.

Complexere innames met een grotere impact naar verkeer en handelaars/bewoners zullen als apart punt geagendeerd worden.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de nieuwe aanpak voor de verwerking van de aanvragen inname openbaar domein goed te keuren. Concreet zullen de innames administratief verwerkt worden en zal er een lijst van de gevraagde innames ter kennisname geagendeerd worden. Complexe innames worden apart geagendeerd.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Inname openbaar domein - kennisname

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Verharden parking Guido Gezellelaan - gewijzigde uitvoering meer- en minprijzen - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de gewijzigde uitvoering en de daarmee gepaarde meer- en minprijzen in het dossier "Verharden parking Guido Gezellelaan" goed te keuren.

Motivering

Gezien de droge en goede omstandigheden is het plaatsen van drainering niet nodig. Deze drainering was niet functioneel voor de uiteindelijke parkeerplaats maar was enkel als afwatering van de werf voorzien. Posten 49 en 50 komen hierdoor te vervallen.

Naar aanleiding van de zeer goede resultaten van de op vrijdag 3 mei 2019 uitgevoerde plaatproeven, besloot het studiebureau dat de onderfundering niet dient geplaatst te worden.

Post 51 komt hierdoor te vervallen.

Voor de plaatsing van de grasdallen stelde het studiebureau een nieuw type grasdallen voor. Dit type heeft vlakke afstandhouders en vormt zo een stabielere aansluiting met de omringende bestrating wat een betere technische oplossing is dan de oorspronkelijk in het bestek voorziene type grasdallen. Op het moment van de aanbesteding was dit type grasdallen nog niet op de markt. De firma Steenhaut informeerde bij zijn leverancier en stelt een meerprijs voor op post 66 van 1,65 euro per m².

Langs de toegang naar de voetbalterreinen was nog een bouwvallige afsluiting in betonplaten aanwezig. Deze afsluiting was niet voorzien in het bestek. De firma Steenhaut stelde voor deze afbraak een forfaitaire prijs voor van 175 euro.

Samenvatting

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 § 3, 4° Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen (minprijs)

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de in de motivering aangehaalde meer- en minprijzen goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Verkaveling Schepen Vanaverbekestraat - Voorlopige oplevering na gedeeltelijke uitvoering omgevingsaanleg - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd goedkeuring te verlenen voor de voorgestelde aanpak om vervroegd een deel van de borg gesteld voor fase 2: omgevingaanleg van de verkaveling Schepen Vanaverbekestraat te kunnen vrijgeven.

Motivering

Op 14 september 2016 werd een vergunning afgeleverd aan de NCV bvba, Lavoordestraat 33a, 8750 Wingene voor het verkavelen van grond in 12 loten met aanleg van nieuwe wegenis, nutsvoorzieningen en groenaanleg. In het kader van deze vergunning werd een verkavelingsovereenkomst ondertekend die de grondafstand, de uitvoering van wegenis- en rioleringswerken, voetpaden en groenaanleg, de aanleg van nutsleidingen enz. evenals de grootte van de financiële borg die gesteld moet worden door de verkavelaar om de uitvoering van de eerder genoemde werken te waarborgen en de manier van vrijgave van deze borg regelt.

Deze overeenkomst werd overgedragen van de NCV bvba naar de Infra-Struct bvba.

De infrastructuurwerken (fase 1 van de verkavelingsovereenkomst) werden voorlopig opgeleverd op 30 januari 2018. De omgevingsaanleg moet nog opgeleverd worden.

Het college van burgemeester en schepenen besliste op 14 maart 2018 niet in te gaan op de vraag tot voorlopige oplevering van de omgevingsaanleg gezien die werken niet volledig werden uitgevoerd.

Op heden vraagt de verkavelaar of het mogelijk is reeds een gedeelte van de borg vrij te geven voor de omgevingsaanleg (fase 2) ondanks het feit dat er nog een deel groen niet is aangelegd.

Conform de samenwerkingsovereenkomst is het enkel mogelijk het eerste deel van de borg (80%) vrij te geven na voorlopige oplevering.

Vanuit de diensten werd de mogelijkheid bekeken om toch al tot de oplevering van de omgevingsaanleg over te gaan, ondanks het feit dat die werken nog niet volledig werden uitgevoerd. In het PV van de voorlopige opleving kan dan bij de opmerkingen vermeld worden welke werken er voor de omgevingsaanleg nog moeten uitgevoerd worden.

De nog uit te voeren werken en bedragen zijn opgenomen in onderstaande tabel

Bij voorlopige oplevering van de omgevingsaanleg (fase 2) kan 80% van de borg vrijgegeven worden. Er werd een borg van 88.850,10 euro vastgelegd. Dus concreet zou er na voorlopige oplevering nog een borg van 17.770,02 euro behouden blijven. Die borg is net voldoende om de nog uit te voeren werken en het onderhoud gedurende 3 jaar na voorlopige oplevering.

De dienst infrastructuur en openbare werken adviseert om de omgevingsaanleg voorlopig op te leveren mits de volgende bijkomende voorwaarden:

•          De volledige omgevingsaanleg moet uitgevoerd zijn 1 jaar na de voorlopige oplevering, ook bij de nog braakliggende percelen, zodat een deel van het onderhoud ook nog gebeurt door de verkavelaar.

•          De onderhoudsperiode van 3 jaar start zoals beschreven in het bestek onder punt 6.9 na de voorlopige oplevering.

•          De aanplant van de hagen wordt uitgevoerd door de aannemer en kan niet overgedragen worden naar de kopers.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit over te gaan tot de voorlopige oplevering van de omgevingsaanleg (fase 2) ondanks het feit dat een deel van de werken nog niet werd uitgevoerd. Hierbij zullen volgende opmerkingen opgenomen worden in het PV van de voorlopige oplevering:

•          De nog uit te voeren werken worden duidelijk opgelijst en omschreven.

•          De volledige omgevingsaanleg moet uitgevoerd zijn 1 jaar na de voorlopige oplevering, ook bij de nog braakliggende percelen.

•          De onderhoudsperiode van 3 jaar start zoals beschreven in het bestek onder punt 6.9 na de voorlopige oplevering.

•          De aanplant van de hagen wordt uitgevoerd door de aannemer en kan niet overgedragen worden naar de kopers.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Vaststelling verhaalbare uitgaven - IBA's - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de verhaalbare uitgave vast te stellen voor een aantal IBA's geplaatst in het kader van de collectieve aanpak.

Motivering

De gemeenteraad besliste in zitting van 11 april 2018 om de opdracht tot plaatsing en indienststelling van IBA's op te nemen in het takenpakket in het kader van de Riopact-overeenkomst.

Door Riopact werden de voorbije maanden enkele IBA's geplaatst en in dienst gesteld. In toepassing van het belastingreglement voor de indienststelling van een IBA moeten de verhaalbare uitgaven vastgesteld worden door het college van burgemeester en schepenen.

Volgende uitgaven komen in aanmerking:

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Het gemeentelijk belastingreglement indienststelling IBA geplaatst in het kader van het door de gemeente georganiseerde collectieve aanbod, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 oktober 2013.

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen (inkomsten)

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen stelt de afrekening van de verhaalbare uitgaven en het aandeel van de belastingplichtigen in deze uitgaven vast en beslist een staat hiervoor te verzenden naar de belastingplichtigen.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Renovatiepremie eigenaars-bewoners - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

OMV 2019.58 - Sint-Amandusstraat 26 en 28, Hoogstraat 70 en 72 (deel) - opening openbaar onderzoek - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

OMV 2019.55 - Kapelstraat 45-49 - opening openbaar onderzoek - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Premie herbruikbare luiers - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

OMV 2019.73 - Oliebergstraat 45  - melding - aktename

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor een bronbemaling ten behoeve van woningbouw op een perceel met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 129 P ingediend door mevrouw Jennifer Oufflin wonende Oliebergstraat 116 te 8540 Deerlijk.

Motivering

De melding ingediend door mevrouw Jennifer Oufflin wonende Oliebergstraat 116 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 8 mei 2019.

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt:

“De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens:

1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM;

2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.

Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.

Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”

VOORWERP VAN DE MELDING

De melding heeft betrekking op een terrein kadastraal bekend afdeling 2 sectie E nr. 129P.

De melding omvat de volgende ingedeelde inrichting of activiteit: bronbemaling ten behoeve van woningbouw.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

BEVOEGDHEID

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.

Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER

Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.

De gemelde exploitatie van een ingedeelde inrichting en/of activiteit is meldingsplichtig en niet verboden.

De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het meldingsdossier. Er zijn geen adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit alles met omzichtigheid benaderd worden.

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde gewestplan Kortrijk met bestemming woongebied.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

De ingedeelde inrichting en/of activiteit is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, § 3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandsregels.

Juridische gronden

      Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

      Andere:

o      Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

o      Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)

o      Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door mevrouw Jennifer Oufflin wonende Oliebergstraat 116 te 8540 Deerlijk voor de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde de bronbemaling ten behoeve van woningbouw gelegen op een perceel met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 129 P

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

Artikel 2

De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.

Artikel 3

De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden:

Algemene en sectorale voorwaarden

Volgende algemene voorwaarden zijn van toepassing:

o        Hoofdstuk 4.1: Algemene voorschriften

Volgende sectorale voorwaarden zijn van toepassing:

o        Hoofdstuk 5.53: Winning van grondwater

De opgesomde algemene en sectorale milieuvoorwaarden staan in titel II van het VLAREM. Deze opsomming is louter indicatief. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Vernieuwd Burgemeestersconvenant - actielijst  - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de actielijst opgemaakt ter voorbereiding van het vernieuwde Burgemeestersconvenant met de ambitie tot 2030, goed te keuren.

Motivering

Op regionaal niveau is het de doelstelling om voor de zomer het vernieuwde Burgemeestersconvenant te ondertekenen en de krijtlijnen van een gezamenlijk actieprogramma goed te keuren. Dit wordt ondersteund door Leiedal die erkend is als regionaal coördinator voor het vernieuwde Burgemeestersconvenant.

In het 'oude' Burgemeestersconvenant streefde de regio naar een vermindering van de CO2-uitstoot met 20% tegen 2020. Het vernieuwde Burgemeestersconvenant omvat de ambitie om tegen 2030 40% CO2 te besparen t.o.v. 2005 én om acties rond klimaatadaptatie op te pakken.

In april 2019 werden twee werksessies georganiseerd om te komen tot de krijtlijnen van een gezamenlijk actieprogramma. De gemeente Deerlijk heeft hier constructief aan meegewerkt. Aan de hand van deze werksessies werd gepeild naar prioritaire acties en enkele speerpunten zowel op lokaal als op regionaal niveau. Een verdere uitwerking en verfijning van dit actieprogramma volgt nog de komende tijd.

Vanuit Leiedal wordt gevraagd om het actielijst nog eens te bekijken en eventuele opmerkingen toe te voegen tegen 29 mei 2019. De lijst is terug te vinden in bijlage. Er wordt benadrukt dat de actielijst niet exhaustief is en dat er na de ondertekening van het Burgemeestersconvenant op 14 juni 2019 nog wijzigingen kunnen aangebracht worden. Dit is slechts een stap binnen het ganse traject.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet lokaal bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de actielijst opgemaakt ter voorbereiding van het vernieuwde Burgemeestersconvenant goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

OMV 2019_44 - Lisdoddelaan  - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een geprefabriceerde betonnen hoogspanningscabine voor openbaar nut in de verkaveling inwaarts de De Cassinastraat en akte te nemen van de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, op een perceel gelegen Lisdoddelaan en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 65 D aangevraagd door Conrad Everaerdt namens Fluvius System Operator CVBA met als contactadres President Kennedypark 12 te 8500 Kortrijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 16 mei 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

1.1.            De voorziene beplanting rondom de cabine moet afgestemd worden op de beplanting van de naastliggende groenzone.

1.2.            De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, De Gavers, 26 mei 2016 met als bestemming zone voor wonen met beperkte nevenfuncties.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 11 oktober 2017 (dossiernummer 0011-9/2017.5)

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De verkavelingsvoorschriften zijn van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen in het binnengebied tussen de Stationsstraat – De Cassinastraat – N36, in een recente verkaveling in het centrum van Deerlijk. De woningen in een ruimere omgeving hebben vooral een gesloten typologie. Ten westen van de verkaveling is ook een zone voor milieubelastende industrie gelegen. De verkaveling is nog in ontwikkeling.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst een nieuwe hoogspanningscabine te bouwen voor openbaar nut, in functie van de nieuwe verkaveling. De cabine wordt geplaatst op het lot HS, naast een groenzone, direct aansluitend op de wegenis. De cabine wordt ingeplant op iets meer dan 1 m van het ontworpen voetpad, en op 1,30 m van de zijperceelsgrenzen en op minimum 0,50 m van de achterkavelgrens. De bouwvrije stroken ten opzichte van de aanpalende percelen kunnen worden aangeplant met streekeigen planten en/of struiken. De cabine is een type “Taurus” met een breedte van 2,7 m op een diepte van 3,45 m, afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 2,44 m. De wanden en het dak van de cabine worden afgewerkt in prefab beton en voorzien van olijfgroene crepi.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvrager wenst een elektriciteitscabine te bouwen met een capaciteit van 630 kVA in functie van de realisatie van de verkaveling (hoogspanningscabine voor openbaar nut).

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de voorschriften van de verkaveling zoals goedgekeurd op 11 oktober 2017.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften van de verkaveling gezien de zone voor een elektriciteitscabine voorzien is op het verkavelingsplan, de lengte en breedte van de cabine voldoet aan de zone voorzien op het verkavelingsplan.

7.2    Wegenis

Op heden zijn de wegeniswerken nog niet volledig afgewerkt en bijgevolg nog niet voldoende uitgerust. Voorliggende aanvraag is noodzakelijk om deze wegenis verder uit te rusten.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur, op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/.

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag voor het plaatsen van een elektriciteitscabine staat garant voor de toevoer van de elektriciteitsbehoefte van de inwoners van de nieuwe verkaveling. Deze is voorzien in de daarvoor aangeduide zone en is conform de voorschriften van de verkaveling. Op het plan is aangegeven dat de zone rondom de cabine een minimale bouwvrije strook heeft van 0,5 m en deze kan aangeplant worden met streekeigen planten of struiken. In functie van een voldoende integratie in de naastliggende groenzone en het straatbeeld is het wenselijk sowieso een beplanting te voorzien rondom de cabine en de beplanting af te stemmen op de voorziene beplanting van de groenzone. Enkel de toegang tot de cabine wordt verhard. De aanvraag is bijgevolg verenigbaar met de goede plaatselijke aanleg en zijn onmiddellijke omgeving.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

2.   Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

3.   Andere:

3.1.         Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

3.2.         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

3.3.         Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Conrad Everaerdt namens Fluvius System Operator CVBA met als contactadres President Kennedypark 12 te 8500 Kortrijk, voor het plaatsen van een geprefabriceerde betonnen hoogspanningscabine voor openbaar nut in de verkaveling inwaarts de De Cassinastraat, op een perceel gelegen Lisdoddelaan en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 65 D.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit akte te nemen van de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit. De ingedeelde inrichting omvat voortaan:

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende specifieke voorwaarden op te leggen:

1.1.            De voorziene beplanting rondom de cabine moet afgestemd worden op de beplanting van de naastliggende groenzone.

1.2.            De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

OMV 2019_32 - Windhalmlaan 2 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het exploiteren van een uitvaartcentrum, op een perceel gelegen Windhalmlaan 2 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 157 T2 aangevraagd door Geert Vandercruyssen namens UITVAARTCENTRUM VANDERCRUYSSEN NV gevestigd Windhalmlaan 2 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 15 mei 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

o        Het advies van de hulpverleningszone Fluvia dient strikt nageleefd te worden.

o        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, Sint-Lodewijk centrum, 1 september 2011 met als bestemming zone voor wonen en beperkte nevenfuncties.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het RUP is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 31 mei 1978 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van 2 lichtreclames met aanduidingen.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 juni 1989 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van het funerarium.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langs de Windhalmlaan in het centrum van Sint-Lodewijk. De omgeving wordt gekenmerkt door in hoofdzaak eengezinswoningen. De woningen in de omgeving hebben zowel een halfopen als een gesloten typologie. Op het einde van de Windhalmlaan is er een aansluiting op een nieuwe verkaveling die al deels in ontwikkeling is.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag heeft geen betrekking op een stedenbouwkundige handeling.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Het betreft een administratief nieuwe inrichting. De bestaande exploitatie heeft op heden nog geen vergunning voor de uitbating van een uitvaartcentrum.

Deze omgevingsvergunningsaanvraag betreft een bestaand rouwcentrum.

De overledenen worden opgehaald en worden overgebracht naar het rouwcentrum.

Er zijn tien rouwkamers aanwezig. De overledenen verblijven slechts een beperkte tijd in de rouwkamer. Na het bezoekuur worden ze terug overgebracht naar de koelcel.

De exploitanten verzorgen ook de rouwdienst.

Bij het rouwcentrum hoort een winkel en toonzaal, voor de verkoop van doodskisten, urnen en grafstukken.

De inrichting bestaat uit de volgende ruimten: 

• een plaats bestemd voor het in- en uitladen van de lijken
• een lokaal bestemd voor de lijkverzorging
• een bewaarruimte voor de lijken, die ofwel is ingericht in het lokaal bedoeld in sub 2, ofwel met dit lokaal in rechtstreekse verbinding staat
• een lokaal bestemd voor het opbaren van de lijken
• een wachtkamer voorzien van een vestiaire en een toilet ten behoeve van de bezoekers

De schikking van bovenvermelde plaatsen is zodanig dat het laden en lossen van de lijken aan het zicht van derden is onttrokken.

De inrichting wordt uitsluitend gebruikt voor het bewaren en opbaren van lijken. Elke andere activiteit die verband houdt met de begrafenisonderneming dient in lokalen te gebeuren die niet in rechtstreekse verbinding staan met bovenvermelde lokalen.

De lokalen en ruimten worden doeltreffend geventileerd. Deze ventilatie is geen bron van geur- of geluidshinder voor de omwonenden.

Ventilatie- en andere openingen zijn voorzien van roosters en/of vliegengaas.

De bewaarruimte voor lijken is voldoende ruim om het aantal lijken te bevatten waarvoor de toelating in de omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit is gevraagd. De wanden van de bewaarruimte zijn bekleed met een effen afwasbaar materiaal.

De bewaarruimte laat toe de lichamen te bewaren op een temperatuur die lager ligt dan + 4°C. Het lokaal bestemd voor het opbaren van de lijken heeft een afzonderlijke ingang voor de bezoekers, volledig gescheiden van de lokalen bestemd voor de lijkverzorging en de bewaarruimte. Het lokaal bestemd voor het opbaren van de lijken wordt bereikt langs de wachtkamer. Het lokaal bestemd voor de lijkverzorging is voldoende groot om toe te laten dat alle manipulaties aan en met de lijken op een veilige manier kunnen worden uitgevoerd.

De vloer van dit lokaal bestaat uit een harde gemakkelijk afwasbare bedekking en is voorzien van een put voor waterafvoer vanwaar het water via een afvoerleiding met reukafsnijder naar de lozingsinrichting wordt afgevoerd. Voormelde vloer is vrij van materialen die aanleiding kunnen geven tot rotting of schimmelvorming.

De wanden van dit lokaal zijn tot op een hoogte van tenminste 1,5 m voorzien van een effen, goed afwasbare bekleding. Deze wanden zijn vrij van materialen die aanleiding kunnen geven tot rotting of schimmelvorming.

Dit lokaal is voorzien van een lavabo met stromend water.

Tijdens de exploitatie is de inrichting nooit zonder toezicht. Hiervoor is het noodzakelijk dat of de exploitant of zijn aangestelde in de onmiddellijke omgeving van de inrichting woont of dat er een elektronische inbraak- en koelgroepbeveiliging is.

Dieren worden in de inrichting niet toegelaten, tenzij assistentiehonden.

Elke activiteit bij de verzorging van de lijken gebeurt op een wijze dat deze geheel aan het zicht van buitenaf onttrokken is

In alle lokalen heerst de nodige netheid. Werkzame reiniging- en ontsmettingsmiddelen zijn steeds ter plaatse aanwezig. Er zijn geen bronnen van geurhinder of van aanwezigheid van ongedierte op de exploitatie.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 12 april 2019 tot 11 mei 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

5.   Adviezen

Hulpverleningszone Fluvia werd om advies verzocht op 2 april 2019. De adviesinstantie bracht op 10 april 2019 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

Het voorwerp van de aanvraag impliceert geen brandvoorkomingsmaatregelen, voor zover voldaan wordt aan de algemene reglementeringen (bv. ARAB, CODEX, AREI, VLAREM, …) en normeringen.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de voorschriften van het RUP Sint-Lodewijk centrum, meer bepaald aan de voorschriften van de zone 5, dit is de zone voor wonen met beperkte nevenfuncties. Het gevraagde is in overeenstemming met de voorschriften gezien de bestaande bebouwing die vergund (geacht) is, die afwijkt van de gestelde bepalingen mag behouden blijven en de exploitatie van een uitvaartcentrum geen abnormale hinder in de omgeving veroorzaakt.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Windhalmlaan een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Effecten op de mobiliteit

Organisatie van het personenverkeer van en naar het project

Het personenverkeer van en naar het rouwcentrum gebeurt voornamelijk met personenwagens.

Er wordt enkel mogelijkheid geboden tot begroeting van de overledene, er worden geen uitvaartdiensten gehouden. Deze laatste zullen op een andere locatie doorgaan.

Gebruikte mobiliteitsmiddelen voor goederentransport

Het rouwcentrum beschikt over een afhaalwagen en 3 rouwwagens (om de ceremonies te doen).  

Aan- en afvoerfrequenties + tijdstippen

Zowel de aan- en afvoerfrequentie van de eigen voertuigen als van de bezoekers is afhankelijk van het aantal overledenen.

• aanvoer overledenen: gemiddeld een 3 tal per week met lijkwagen
• bezoekers rouwcentrum: gemiddeld een 20 tal bezoekers per dag

Er zijn parkeerplaatsen voorzien op het eigen bedrijfsterrein. Er zullen geen of weinig voertuigen op de straat moeten parkeren.

Het bezoekuur is ook beperkt tussen:

• weekdagen: van 15.00 uur tot 18.30 uur.
• zaterdag:  van 15.00 uur tot 17.30 uur.

Zwaar verkeer

De inrichting is gelegen dicht bij het centrum van Sint-Lodewijk (Deerlijk).

Het betreft geen productie-inrichting. Er dient geen zwaar verkeer de inrichting te bereiken.

Effecten op de bodem

Mogelijke bronnen van emissies naar de bodem

Opslag van gevaarlijke producten (met CLP classificatie)

Maatregelen die worden ingezet om effecten op de bodem te voorkomen of te beperken

Het bedrijf is geen risico-bedrijf voor het veroorzaken van bodemverontreiniging. De gevaarlijke producten die worden opgeslagen zijn allen in verpakkingen van maximum 30 liter of 30 kg. De totale opslag wordt ook beperkt tot 50 liter. Om calamiteiten zo snel mogelijk aan te pakken is absorptiemateriaal in de inrichting aanwezig.

Effecten op het watersysteem

Het betreft de aanvraag van een administratief nieuwe inrichting. Alle gebouwen en verhardingen zijn reeds aanwezig en/of vergund. Er worden geen verharde oppervlaktes (verhardingen en/of overdekte constructies) extra aangevraagd.

Bijgevolg zijn er geen effecten te verwachten op het watersysteem door deze aanvraag.

Effecten van geluid en trillingen

Gezien de aard van de activiteiten zijn geen bronnen van trillingen aanwezig. De enige geluidsbronnen zijn deze van de bezoekers van het rouwcentrum en de technische installaties (koeling en ventilatie). Hierover zijn in het verleden nagenoeg geen klachten of meldingen gebeurd, zodat we in alle redelijkheid kunnen aannemen dat er ook op het vlak van geluid geen hinder te verwachten is.

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur, op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Het uitvaartcentrum is gelegen langsheen de Windhalmlaan. De omgeving wordt hoofdzakelijk gekenmerkt door woonfuncties. Er worden geen stedenbouwkundige vergunningsplichtige werken uitgevoerd zodat kan geoordeeld worden dat er voldaan is aan de doelstellingen van artikel 1.1.4. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bijgevolg is de aanvraag verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Het advies geformuleerd door de hulpverleningszone Fluvia dient strikt nageleefd te worden.

Juridische gronden

      Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

      Andere:

o      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

o      Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Geert Vandercruyssen namens UITVAARTCENTRUM VANDERCRUYSSEN NV gevestigd Windhalmlaan 2 te 8540 Deerlijk, voor het exploiteren van een uitvaartcentrum, op een perceel gelegen Windhalmlaan 2 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 157 T2,

Artikel 2

De ingedeelde inrichting omvat voortaan:

Artikel 3

De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend voor een termijn van onbepaalde duur.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende voorwaarden op te leggen:

o        Het advies van de hulpverleningszone Fluvia dient strikt nageleefd te worden.

o        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Zefier cvba - borgstelling - agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akkoord te gaan met de vraag van Zefier cvba om borg te staan voor de financiering van strategische participaties voor de gemeente Deerlijk, en deze vraag ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.

Motivering

De gemeente Deerlijk heeft via Zefier strategische participaties onderschreven die Zefier verkregen heeft na een herstructurering van de Vlaamse financieringsverenigingen waaronder Figga.

Zefier heeft besloten om een thesauriebewijzenprogramma op te zetten voor de eventuele financiering van de verwerving van strategische participaties, zoals destijds door Figga gebeurde, en vraagt eveneens aan haar deelnemers om zich borg te stellen voor de financiering.

Deze borg geldt enkel voor dat deel van de financieringen dat Zefier aangaat op verzoek van de gemeente Deerlijk.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56,  § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met de vraag van Zefier om borg te staan voor de financiering van strategische participaties op verzoek van de gemeente Deerlijk en vraagt de voorzitter van de gemeenteraad om dit ter goedkeuring voor te leggen in zitting van 6 juni 2019.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

Aanleiding en context

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere: Organisatiebeheersysteem

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2019/19 goed te keuren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2019/29 goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Reprobel - overeenkomst gemeente en OCMW voor reproducties op papier - agendering GR - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de ontwerpen van overeenkomsten met betrekking tot reproducties op papier met betrekking tot de bibliotheek enerzijds en de andere diensten anderzijds te overlopen en ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.

Motivering

Auteursrechten voor kopiëren en printen

Voor het kopiëren van auteursrechtelijk beschermde werken moeten auteursrechten betaald worden. Ook lokale besturen betalen die. Tot en met 2017 deden gemeenten, OCMW's en politiezones dat in het kader van een raamakkoord met Reprobel, de dienst die de rechten int. Het raamakkoord legde een forfaitair tarief vast per kopie en een forfaitair aantal kopieën per relevant personeelslid.

Het voordeel van dergelijk raamakkoord ? Besturen moeten dan geen aangifte doen op grond van reële cijfers, wat tijdrovend en administratief belastend is. Ze besparen zich ook controles van Reprobel bij onrealistisch ogende cijfers.

Nieuw raamakkoord Reprobel

In 2017 werden de tarieven aangepast als gevolg van gewijzigde wetgeving. Een nieuw raamakkoord drong zich op.

De koepelverenigingen, waaronder de VVSG, hebben overleg gepleegd met Reprobel in het kader van de licentie voor reprografie (kopiëren) enerzijds en die voor het afprinten anderzijds. Reprobel stelt naar aanleiding daarvan voor om voor fotokopieën en prints een gezamenlijk jaartarief van 13,30 euro per administratief medewerker te hanteren.

Conclusie: raamovereenkomst of aangifte ?

Lokale besturen hebben nu dus twee mogelijkheden: ofwel ondertekenen ze de raamovereenkomst waarin deze bedragen zijn opgenomen, ofwel geven ze het geraamde aantal fotokopieën en afdrukken zelf aan.

De beleidsmedewerker raadt af om zelf het geraamde aantal fotokopieën en afdrukken aan te geven. Aangifte doen op grond van reële cijfers is tijdrovend en administratief belastend. Ook worden we bespaard van controles bij onrealistisch ogende cijfers.

De beleidsmedewerker stelt voor om in de raamovereenkomst te stappen.

Het ontwerp van overeenkomst zit in bijlage bij deze beslissing en ligt voor aan het college van burgemeester en schepenen.

Uitzondering op de raamovereenkomst: de bibliotheek

Voor bibliotheken zijn er aparte afspraken en geldt de bovenvermelde raamovereenkomst niet.

Hiervoor ontving de gemeente een afzonderlijk voorstel van overeenkomst op 3 mei 2019. Dit voorstel is in bijlage gevoegd.

In de overeenkomst voor de bibliotheek wordt een tarief van 158 euro excl. BTW per jaar per VTE gerekend. Dit is meer dan het tarief uit de andere hoger genoemde raamovereenkomst, waar er slechts 13,30 euro excl. BTW per VTE per jaar wordt gerekend. Het verschil is te verklaren doordat er in het tarief van de bibliotheek ook een vergoeding is gerekend voor alle bibliotheekgebruikers en dus niet enkel voor het personeel van de bibliotheek. Ze rekenen dat er in het algemeen 2.860 kopieën per jaar genomen worden door personeel en gebruikers van de bibliotheek samen.

Er werd advies gevraagd aan de personeelsdienst, de dienst financiën en de cluster welzijn.

Reprobel vraagt de overeenkomst met betrekking tot de bibliotheek tegen 31 mei 2019 te ondertekenen. Gezien de gemeenteraad pas plaatsvindt op 6 juni 2019, werd een uitzondering toegestaan.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Koninklijk besluit van 19 september 2017 waarbij een vennootschap gelast wordt de inning en verdeling te verzekeren van de vergoeding voor reprografie en van de vergoeding voor uitgevers voor reproducties op papier van hun uitgaven op papier

◦          Koninklijk besluit van 11 oktober 2018 waarbij een vennootschap gelast wordt de inning en verdeling te verzekeren van de vergoeding voor reprografie en van de vergoeding voor uitgevers voor reproducties op papier van hun uitgaven op papier

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit akkoord te gaan met de ontwerpen van overeenkomsten met betrekking tot reproducties op papier met betrekking tot de bibliotheek enerzijds en de andere diensten anderzijds en deze ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Aanstelling jobstudenten 2019 - goedkeuring

STEMMINGEN

Eenparig goedgekeurd

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Gemeenteraad van 6 juni 2019 - agendapunten - verzoek agendering - goedkeuring

Aanleiding en context

De agenda van de gemeenteraad bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld.

Het college en burgemeester en schepenen wordt gevraagd de agenda voor de komende gemeenteraad te overlopen.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen overloopt de voorziene punten voor de gemeenteraadszitting van 6 juni 2019.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Art. 19 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om volgende punten te agenderen op de gemeenteraad van 6 juni 2019:

OPENBARE ZITTING

1)      Gemeenteraad - 25 april 2019 - notulen en zittingsverslag - goedkeuring

2)      OCMW - budgetwijziging 2019-1 - goedkeuring

3)      Zefier cvba - borgstelling - goedkeuring

4)      Reprobel - overeenkomst gemeente en OCMW voor reproducties op papier - goedkeuring

5)      Kapelstraat 5 - Pastorij St Lodewijk - verkoop - goedkeuring

6)      Zwembad - aankoop projectgrond - ontwerpakte - goedkeuring

7)      Vernieuwen voetpaden dienstjaren 2019-2020-2021 - lastvoorwaarden en wijze van gunnen - goedkeuring

8)      Heraanleg wegenis op diverse plaatsen - lastvoorwaarden en wijze van gunnen - goedkeuring

9)      Heraanleg paden Koningswijk, Bottenhoek en Kardinaal Cardijnlaan - lastvoorwaarden en wijze van gunnen - goedkeuring

10)Gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening (GECORO) - hersamenstelling - aanduiding aantal maatschappelijke geledingen en aantal deskundigen - goedkeuring

11)Woonwijs - samenwerkingsovereenkomst - aanpassing - goedkeuring

12)Woonwijs - vierde subsidieperiode - subsidieaanvraag 2020-2025 - goedkeuring

13)Gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2019 - mededeling kantmelding - kennisname

14)Imog - (B)AV - plaatsvervangend vertegenwoordiger - besluit van 28 februari 2019 - aanpassing - goedkeuring

15)EthiasCo cvba - algemene vergaderingen - aanduiding effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger- legislatuur 2019-2024 - goedkeuring

16)De Lijn - algemene vergaderingen - aanduiding effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger- legislatuur 2019-2024 - goedkeuring

17)Gemeentelijke Holding NV - in vereffening - algemene vergaderingen - aanduiding effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger- legislatuur 2019-2024 - goedkeuring

18)Intercommunale maatschappij voor Gas en Elektriciteit van het Westen (GASELWEST) - algemene vergadering van 17 juni 2019 - goedkeuring

19)Intergemeentelijke Vereniging voor Crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen (PSILON) - algemene vergadering van 18 juni 2019 - goedkeuring

20)TMVW ov - algemene vergadering van 21 juni 2019 - goedkeuring

21)Vragen gesteld door raadsleden

BESLOTEN ZITTING

22)Mandatarissen - eretitel - toekenning - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Oppensioenstelling - ontvangst - goedkeuring

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Programma - ereburgerschap - Niels Destadsbader - kennisname

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Lokale preventiewerking - voornemen tot starten van lokale preventiewerking - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd te beslissen over het voornemen tot starten van een lokale preventiewerking.

Motivering

In opvolging van een overleg van 15 mei 2019 met vertegenwoordigers van de lokale besturen, W13 en Leiedal brengt Logo Leieland het college van burgemeester en schepenen ervan op de hoogte dat er subsidies beschikbaar worden gesteld door de Vlaamse overheid ter ondersteuning van het lokaal gezondheidsbeleid (voor personeelsinzet).

Het indienen van een voornemen tot deelname ten laatste op 31 mei 2019 is evenwel een voorwaarde om dit jaar aanspraak te kunnen maken op het totale subsidiebedrag van 2019. Het indienen van dit voornemen opent mogelijkheden maar impliceert echter geen verplichte deelname.

Bij het starten van deze gesubsidieerde lokale preventiewerking  is een intergemeentelijke samenwerking van minimum twee aaneensluitende lokale besturen binnen de eerstelijnszone noodzakelijk. De aanvraag wordt ingediend door een bestaande of nieuw op te starten intergemeentelijke samenwerking.

Het betreft daarbij een co-financiering voor een geraamd bedrag gebaseerd op een basisbedrag van 3.000 euro + 0,08 euro per inwoner+ 0,08 euro per inwoner met verhoogde tegemoetkoming. De inbreng van het lokaal bestuur kan bestaan in arbeidstijd geïnvesteerd in gezondheidsbeleid.

In afspraak met de aanwezigen op het overleg van 15 mei 2019 stelt Logo Leieland graag volgende werkwijze  voor :

•          lokale besturen uit onze regio dienen hun voornemen tot deelname in ten laatste op 28 mei 2019 bij Logo Leieland (zo kunnen zij nog op het maximum van de subsidies beroep doen). Dit voornemen opent de mogelijkheid om in te stappen en houdt geen verplichting in. Logo Leieland hoopt alle lokale besturen per eerstelijnszone te kunnen invullen. Er wordt voorgesteld om de bestaande intergemeentelijke samenwerkingen W13 of Leiedal hierbij te noteren.

•          W13 of Leiedal en Logo Leieland engageren zich om de verdere aanpak samen uit te werken en te concretiseren in nauw overleg met de lokale besturen.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1. Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om het voornemen tot starten van een lokale preventiewerking goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

BuikRock - Representatie gemeentebestuur

Dit punt werd uitgesteld naar een volgende zitting.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Kubus - Deerlijkbon - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de vraag tot opmaak van een Deerlijkbon in het kader van Kubus goed te keuren.

Motivering

Op zaterdag 25 mei 2019 wordt Kubus georganiseerd. Voor deze editie wordt een hoeve als locatie gekozen. Deze hoeve in de Oude Heerweg 24 wordt ter beschikking gesteld door Jan en Monica Vanneste. Om de eigenaars hierin tegemoet te komen, wordt als attentie een Deerlijkbon ter waarde van 75 euro voorgesteld.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: art. 56, §1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit bovenstaande vraag tot opmaak van een Deerlijkbon in het kader van Kubus goed te keuren.

Zitting van CBS van 22 MEI 2019

Dammeke - herstel wegenis en voetpad - standpunt ivm last

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een standpunt in te nemen over wie het afwerken van de wegenis in het Dammeke en de aanleg van het voetpad ter hoogte van de toegang van het vernieuwde woonzorgcentrum ten laste moet nemen.

Motivering

In 2012 werd aannemer Koch Ockier aangesteld voor de heraanleg van de wegenis en riolering van de Pontstraat en het Dammeke. Tegelijkertijd waren de werken voor het nieuwe woonzorgcentrum lopende. Die werken werden uitgevoerd door bouwonderneming Damman NV.

Ter hoogte van de werftoegang van het woonzorgcentrum diende de toplaag van het asfalt, de boordsteen, greppel en het voetpad nog aangelegd te worden. Na verschillende tevergeefse pogingen om tot een overeenkomst te komen, besliste het college van burgemeester en schepenen op 12 december 2012 om de wegenis en het voetpad volledig door de aannemer Koch Ockier te laten afwerken.

Damman ging hiermee niet akkoord aangezien hun werf dan enige tijd niet meer bereikbaar zou zijn. Daarom werd de firma Damman uitgenodigd op de werfvergadering van 10 januari 2013. Op deze vergadering werden 2 opties voorgesteld: ofwel het voetpad en de toplaag plaatsen zoals voorzien maar dan zou de werf tijdelijk niet toegankelijk zijn, ofwel de toplaag tot de helft van de rijweg aanleggen en dan de rest later door Damman zelf laten uitvoeren. Damman zou bekijken welke optie zij kozen. (punt 52.2.1 van het werfverslag)

Het college van burgemeester en schepenen besliste op 23 januari 2013 om de beslissing van 12 december 2012 in te trekken en de heer Damman uit te nodigen bij de burgemeester voor een overleg hierover.

Uit een interne nota, ter voorbereiding van het gesprek met de burgemeester, blijkt dat Damman bereid was om de 'latere aanleg van gedeelte kws verharding, greppels, boordstenen en voetpad ten laste te nemen, maar stelde daar als voorwaarde tegenover dat de gemeente de retributie voor de inname van het openbaar domein liet vallen'.

Aangezien het voetpad niet werd aangelegd en de toplaag tot de helft van de rijweg werd aangelegd, wordt er van uitgegaan dat verdere afwerking voor Damman is. Bovendien werd dit zo uitgevoerd in hun voordeel zodat zij hun werken niet tijdelijk moesten opschorten.

De klinkers voor het voetpad werden op het gemeente depot geleverd door de aannemer van de wegeniswerken en kunnen ter beschikking gesteld worden.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen blijft bij zijn standpunt dat de afwerking van het voetpad en de wegenis ter hoogte van de vroegere werftoegang van het vernieuwde woonzorgcentrum, als ook de hiermee samenhangende kosten, ten laste zijn van de firma Damman met uitzondering van de klinkers voor het voetpad die reeds geleverd werden en ter beschikking worden gesteld.