DEERLIJK

1 APRIL 2020

 

AANWEZIG

 

Burgemeester: Claude Croes

 

Schepenen: Regine Vanwynsberghe-Rooryck, Sandra De Leeuw-Goussey, Matthias Vanneste, Louis Vanderbeken

Algemeen directeur: Hans Piepers

 

VERONTSCHULDIGD

 

Schepen: Bert Schelfhout

 

 

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 25 maart 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 25 maart 2020.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 25 maart 2020 goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

LO/BBO - oprichting nieuwe scholengemeenschap - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de aanvraag en overeenkomst tot het oprichten van de nieuwe netoverschrijdende scholengemeenschap interlokale vereniging 'Kadanz' en de aanstelling van een vertegenwoordiger en een plaatsvervangend vertegenwoordiger in 'Kadanz'.

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad deze ter goedkeuring te agenderen op de gemeenteraad van 30 april 2020.

 

Motivering

 

In het kader van de organisatie van zijn onderwijs, kan een schoolbestuur een scholengemeenschap vormen met onderwijsinstellingen van andere schoolbesturen. De scholengemeenschap moet zowel kleuter- als lager onderwijs bevatten en moet op de eerste schooldag van februari 2020 minstens 900 gewogen leerlingen tellen en mag zich hoogstens over vijf aangrenzende onderwijszones uitstrekken.

 

Gezien de nauwe samenwerking met de vrije basisschool in Deerlijk sedert 1998 en gezien de nauwe samenwerking tussen de 2 scholengemeenschappen, groeide de vraag naar een netoverschrijdende scholengemeenschap.

Na overleg besloten volgende schoolbesturen en volgende scholen samen de netoverschrijdende scholengemeenschap interlokale vereniging 'Kadanz' vanaf 1 september 2020 op te richten:

 

Gemeentebestuur Anzegem, schoolbestuur van:

De gemeentelijke lagere school uit Vichte – Ingooigem

Gemeentebestuur Deerlijk, schoolbestuur van:

De gemeentelijke lagere school uit Deerlijk

De gemeentelijke school voor buitengewoon basisonderwijs  De KIM uit Deerlijk

De gemeentelijke lagere school voor buitengewoon basisonderwijs De SAM uit Deerlijk

Stadsbestuur Kortrijk, schoolbestuur van:

De gemeentelijke basisschool uit Kortrijk – Kooigem

Vzw Katholiek Onderwijs Sint-Jan, schoolbestuur van:

De gesubsidieerde vrije basisschool Sint-Jan Anzegem

Vzw Vrije Basisschool Sint-Theresia Anzegem, schoolbestuur van:

De gesubsidieerde vrije basisschool Sint-Theresia Anzegem

Vzw Katholieke Basisscholen V.I.K.T., schoolbestuur van:

De gesubsidieerde vrije basisschool uit Vichte – Ingooigem

De gesubsidieerde vrije Basisschool uit Kaster

De gesubsidieerde vrije Basisschool uit Tiegem

Vzw Vrije Basisscholen Sint-Vincentius Deerlijk, schoolbestuur van:

De gesubsidieerde vrije basisschool Deerlijk uit Deerlijk

De gesubsidieerde vrije Basisschool Belgiek uit Deerlijk 

Vzw Sint-Vincentiusschool Kachtem, schoolbestuur van:

De gesubsidieerde vrije basisschool uit Kachtem

 

          Extern:

 

In bijlage het advies van de schoolraden van de gemeentelijke lagere school en van de gemeentelijke scholen voor buitengewoon onderwijs.

In bijlage ook het advies van het ABOC van de gemeentelijke lagere school en van de gemeentelijke scholen voor buitengewoon onderwijs.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 388 tem 395 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, de artikelen 125bis tot en met 125quaterdecies, zoals gewijzigd door het decreet van 5 april 2019 betreffende het onderwijs XXIX

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit akte te nemen van de aanvraag en overeenkomst tot het oprichten van de nieuwe netoverschrijdende scholengemeenschap interlokale vereniging 'Kadanz' waartoe de drie Deerlijkse gemeentescholen vanaf 1 september 2020 zullen toe behoren en verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om dit ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad van 30 april 2020.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de aanstelling van de heer burgemeester Claude Croes (met de bevoegdheid onderwijs) als vertegenwoordiger van het schoolbestuur in deze scholengemeenschap ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad van 30 april 2020.

 

Artikel 3

 

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de aanstelling van Louis Haerinck als plaatsvervangend vertegenwoordiger van het schoolbestuur in deze scholengemeenschap ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad van 30 april 2020.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

MAT - verslag 4 maart 2020 - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het MAT hield een vergadering op 4 maart 2020.

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.

 

Motivering

 

Het verslag van deze vergadering werd goedgekeurd door de leden van het managementteam.

 

De bijhorende toelichting is te vinden in het verslag in bijlage.

 

Gezien de huidige situatie inzake corona, zullen verschillende agendapunten later moeten herbekeken worden, onder andere op vlak van timing.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het goedgekeurde verslag.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Dagvaarding Daniel Seru & Zonen - vonnis Rechtbank van Eerste Aanleg - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van het vonnis van de Rechtbank van Eerste Aanleg in het dossier "Herinrichting begraafplaats Sint-Lodewijk en overdekte afscheidsruimte centrum".

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen keurde in zitting van 19 december 2018 de gunning goed van bovengenoemde opdracht. De opdracht werd gegund aan nv Arbowar, Driesstraat 80 te 8790 Waregem.

 

Op 20 februari ontving de gemeente een dagvaarding van de firma Daniël Seru & Zonen. In deze dagvaarding stelt Daniël Seru en Zonen een vordering in tot het bekomen van een schadevergoeding gelijk aan 10 % van de laagst regelmatige offerte, in casu de offerte van Daniël Seru & Zonen.

 

Meester Dewaele van DSD Advocaten, Groeningestraat 33 te 8500 Kortrijk, werd aangesteld om in naam van de gemeente op te treden.

 

Op 20 maart 2020 deed de Rechtbank van Eerste Aanleg uitspraak in dit dossier.  De vordering tot schadevergoeding werd ontvankelijk doch ongegrond verklaart.  De Rechtbank van Eerste Aanleg veroordeelt Daniël Seru en Zonen tot het betalen van de kosten van het geding.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het vonnis van de Rechtbank van Eerste Aanleg waarin de vordering tot schadevergoeding, ingediend door Daniël Seru & Zonen, ontvankelijk doch ongegrond wordt verklaard.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Grafconcessie - toekenning - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Grafconcessie - toekenning - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Afvoering van ambtswege - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Jubileum - bezoek feestzaal - aanpassing datum - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Diverse verslagen - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.

 

Motivering

 

Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:

 

          RSVK Waregem - verslag van de algemene vergadering van 4 maart 2020

          RSVK Waregem - verslag van de raad van bestuur van 4 maart 2020

          Leiedal - verslag van de raad van bestuur van 13 maart 2020

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Verslagen politiecollege - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen van het politiecollege.

 

Motivering

 

De verslagen van de politiecolleges van 6 en 13 maart 2020 werden overgemaakt aan de gemeente.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Zwembad - offertes en raamcontracten - 2020 - week 14 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de offertes met betrekking tot bestellingen en raamcontracten in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk goed te keuren.

 

Motivering

 

FARYS/TMVW legt offertes voor bestellingen en raamcontracten in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk steeds ter goedkeuring voor aan beide gemeenten.

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft hiertoe het budgethouderschap.

 

Volgende offertes voor bestellingen worden ter goedkeuring voorgelegd:

 

          Whitemilk bvba, offerte 3023:

          Zebrix TV-scherm en beugel, activatie en installatie (incl. kabels doortrekken): 2.052,00 euro, excl. btw.

 

          STS, offerte-e-mail:

          Op maat maken van leuning, rekken, bergingen (levering en plaatsen inbegrepen): 3.867,00 euro, excl. btw.

 

          Cegelec:

          Doortrekken telefoonlijn (voor oproep zwemmers bij problemen kiosken): 271,60 euro, excl. btw.

 

          TVH, huurofferte 20/03/20:

          Huur hoogtewerker en rijplaten voor 1 week in functie van ontstoffen muren door redders (ipv die door een externe dienstverlener te laten doen overeenkomstig offerte FARYS ZWEMBAD VICHTE opkuis update 19 maart 2020 ten bedrage van 3.472 euro, excl. btw): 363,75 euro, excl. btw.

 

Volgende nieuwe raamcontracten worden ter goedkeuring voorgelegd:

 

          Whitemilk bvba, offerte 3024:

          Jaarlijkse licentie TV-scherm Zebrix: 240 euro/jaar, excl. btw

 

          G4S, raamovereenkomst:

          Doormelding inbraak en brandcentrale naar G4S: 242,28 euro/jaar, excl. btw

 

          Ricoh, raamovereenkomst 4600005623:

          Huur kopieerapparaat: 430,56 euro/jaar, excl. btw

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

Eénmalige kosten: 6.555,35 euro, excl. btw

(waarvan aandeel Deerlijk: 3.277,675 euro,

excl. btw)

 

Jaarlijkse kosten: 912,84 euro, excl. btw

(waarvan aandeel Deerlijk: 456,42 euro,

excl. btw)

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de offertes voor de bestellingen en nieuwe raamcontracten, zoals hierboven aangegeven, goed te keuren in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem - Deerlijk.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Kinderboerderij Bokkeslot - vraag ondersteuning nav coronacrisis - standpunt - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van het schrijven van vzw Kinderboerderij Bokkeslot omtrent de impact van de maatregelen van de COVID-19 (corona)crisis op de werking van de vzw en de vraag naar meervoudige ondersteuning vanuit het gemeentebestuur.

 

Motivering

 

In haar schrijven van 28 maart 2020, gericht aan het college van burgemeester en schepenen en de leden van de gemeenteraad, schetst vzw Kinderboerderij Bokkeslot de impact van de maatregelen van de COVID-19 (corona)crisis op haar werking en vraagt daarbij naar meervoudige ondersteuning vanuit het gemeentebestuur.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepen besluit dat de jaarlijkse werkingspremie uitzonderlijk al kan worden aangevraagd en uitbetaald op basis van de jaarrekening 2019 en begroting 2020 in afwachting van goedkeuring van deze jaarrekening 2019 en begroting 2020 door de algemene vergadering van vzw Kinderboerderij Bokkeslot, en voor zover aan alle andere voorwaarden uit het premiereglement is voldaan.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het schrijven van vzw Kinderboerderij Bokkeslot en besluit de vraag naar meervoudige ondersteuning verder mee te nemen bij de opmaak van een globaal standpunt en plan met betrekking tot financiële tegemoetkoming aan en/of ondersteuning van externe organisatoren in een gemeentelijke context.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

BMC - verslagen en diverse beslissingen - kennisname

 

Aanleiding en context

 

De beperkte mobiliteitscommissie hield een vergadering op 13 en 27 februari en op 12 maart 2020. Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van die verslagen en een beslissing te nemen in verband met het plaatsen van gevelbanken.

 

Motivering

 

De verslagen van deze vergaderingen werden goedgekeurd.

 

Het college van burgemeester en schepen wordt gevraagd een beslissing te nemen voor:

 

Een bewoner uit de Schoolstraat nr. 2 vraagt of het mogelijk is om een gevelbank te monteren aan de gevel van zijn fotowinkel. De bank bestaat uit twee stijlvolle stalen uitplooibare driehoeken die aan de gevel worden gemonteerd waarop dan een plank kan worden geplaatst. Bij mooi weer klap je de driehoeken open en plaats je de plank. Wanneer de driehoeken niet open geplooid zijn, kunnen ze gebruikt worden als anker voor een fietsslot.

De dienst infrastructuur en openbare werken heeft geen bezwaar tegen het plaatsen van gevelbanken mits het in acht nemen van volgende algemene voorwaarden:

          er moet ten allen tijde een vrije en veilige doorgang van ten minste 1,50 m behouden blijven, ook bij het plaatsen van fietsen;

          de bank die wordt geplaatst door de aanvrager moet bestaan uit degelijk en duurzaam materiaal;

          onderhoud en instandhouding zijn ten laste van de eigenaar;

          de bevestiging aan de muur wordt deskundig en met de te verwachten draagkracht uitgevoerd;

          er wordt gestreefd naar uniformiteit.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de besproken onderwerpen:

          aanbrengen van gele onderbroken markering De Cassinastraat;

          aanbrengen van belijning in de Pontstraat;

          voorrangsregeling versmallingen Driesknoklaan;

          overdreven snelheid Pikkelstraat;

          overdreven snelheid Kleine Brandstraat;

          plaatsen spiegel Driesknoklaan - Desselgemstraat;

          gevaarlijke oversteek Sint-Rochusweg;

          voorrangsregeling kruispunt Dammeke - Pontstraat;

          gele onderbroken markering De Cassinastraat.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist het plaatsen van gevelbanken toe te laten volgens de opgesomde voorwaarden.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de goedgekeurde verslagen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Inname openbaar domein - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Attest van verdeling - Pladijsstraat 296 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen Pladijsstraat 296.

 

Motivering

 

Op 17 maart 2020 verstuurde men vanuit het notariaat Vancoppernolle - Sabbe een attest van verdeling voor de eigendom gelegen Pladijsstraat 296, gekadastreerd afdeling 2, sectie E, delen van nummers 168G2 en 168F2, met een benaderende oppervlakte van 645 m².

 

Een deel van de eigendom wordt afgesplitst teneinde te verkopen (loten A en C volgens plan in bijlage) en een erfpacht te vestigen op het niet overgedragen deel (lot B op bijgevoegd plan) ten behoeve van de aanpalende school.

De bestemming van het goed is volgens de verwerver meergezinswoning voor de loten A en C en school voor het lot B.

 

De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling gezien de bestemming meergezinswonen voorzien is in de bestemmingsvoorschriften van het RUP Sint-Lodewijk centrum.

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

OMV 2020_13 - Kerkstraat 242 - toekenning - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen en uitbreiden van de bestaande eengezinswoning, op een perceel gelegen Kerkstraat 242 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 374 L2 aangevraagd door de heer Stijn Vanhoutte wonende Kerkstraat 242 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 26 maart 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        de vrije topgevel van het bestaande hoofdvolume dient bekleed te worden in een kleur dat aansluit bij de overige materialen (rood/bruin of hout).

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied met landelijk karakter.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Kerkstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg in het zuiden van de gemeente. De Kerkstraat vormt de verbindingsweg met Anzegem. De omgeving wordt gekenmerkt door een diversiteit aan types bebouwing gaande van vrijstaande, en halfopen bebouwing tot rijbebouwing. De functies betreffen in hoofdzaak eengezinswoningen en in de ruimere omgeving ook bedrijfsgebouwen. De bebouwing in de omgeving wordt hoofdzakelijk afgewerkt met hellende daken met een heel verscheiden verschijningsvorm (noklijn loodrecht op de straat, noklijn evenwijdig met de straat, mansardedak, noordboomdak, etc.). De woning maakt deel uit van een koppelbebouwing, bestaand uit een hoofdvolume van 2 bouwlagen met zadeldak en een nevenvolume zowel aan de rechterzijde als aan de achterzijde van de woning. De bestaande bebouwing bevindt zich tot nagenoeg op de achterkavelgrens en de tuinzone situeert zich aan de rechterzijde van de woning. Op het perceel is nog een vrijstaand bijgebouw aanwezig.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst de bestaande woning te verbouwen door het bestaande volume aan de straat te behouden en de volledig verouderde achterbouw te slopen en te vervangen door een nieuw L-vormig volume onder een plat dak. Een deel van dit nieuwe volume bestaat uit 2 bouwlagen en een deel uit één bouwlaag. Het gedeelte van één bouwlaag heeft een breedte van respectievelijk 11,33 m ter hoogte van het bestaande volume en 5 m aan de achterzijde op een diepte van respectievelijk 20,89 m ter hoogte van de zijperceelsgrens en 5,40 m ter hoogte van de rechter gevel. Het nieuwe verdiepingsgedeelte heeft een breedte van 7,87 m ter hoogte van de nieuwe achtergevel, springt ter hoogte van het bestaande verdiepingsgedeelte 4,34 m uit in de breedte en heeft een diepte van 5,86 m wat de totale diepte op de verdieping tot 11,36 m brengt. Het gedeelte van één bouwlaag zal een hoogte hebben van 3,30 m ten opzichte van het vloerpas en het gedeelte van 2 bouwlagen een hoogte van 6,30 m boven het vloerpas. Het gelijkvloers wordt ingericht met een inkomhal met toilet, een bureauruimte en een berging in het bestaande gedeelte en met een leefruimte, keuken, badkamer, wasplaats en garage in het nieuwe gedeelte. De garage ontsluit aan de achterzijde op de achterliggende uitweg met erfdienstbaarheid (zoals ook de reeds bestaande garage op het perceel). Op de verdieping bevindt zich de badkamer en één slaapkamer in het bestaande gedeelte en nog eens twee slaapkamers in het nieuwe gedeelte. De voorgevel wordt afgewerkt in een gevelmetselwerk in deels rode en deels bruine kleur, de gelijkvloerse bestaande zijgevel en het nieuwe gelijkvloerse volume worden afgewerkt in een gevelmetselwerk in bruine kleur aansluitend op het nieuwe geveldeel aan de voorgevel, de uitbreiding op het verdiepingsgedeelte wordt bekleed met een houten beplanking en de vrije topgevel van het bestaande volume wordt voorzien van een gevelbepleistering op isolatie in een witte kleur. De bestaande oprit in de vrije zijstrook naar de bestaande garage blijft behouden. Bij de woning, in de oksel van het L-vormig volume, wordt een nieuwe terras aangelegd.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanpalende eigenaars werden  op 21 februari 2020 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde de voorschriften voor het woongebied met landelijk karakter.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :

 

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De woongebieden met een landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven;

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een bestaande eengezinswoning met behoud van deze functie zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan;

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kerkstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: de plaatsing van een regenwaterput is niet verplicht toch wordt er een regenwaterput van 15.000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 4.000 liter en een referentieoppervlakte van 6 m², het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Het gebouw waaraan de werken voorzien worden, is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed "Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen: Gemeente Deerlijk" zoals opgemaakt door de Vlaamse Overheid en wordt als volgt beschreven:

Kerkstraat nrs. 242-244. Samenstel van een diep- en breedhuis uit de jaren 1920. Nr. 242 met brede bakstenen trapgevel met spaarnis afgelijnd door muizentandfries. Korfbogige muuropeningen met vernieuwd schrijnwerk. Nr. 244. Lijstgevel doorbroken door dakvenster met trapgevel. Hoeklisenen verbonden door fries. Aangepaste begane grond en rechts, latere uitbreiding van één bouwlaag onder plat dak.

De aanvrager behoudt de hoeklisenen en het fries, het dakvenster dat de lijstgevel doorbreekt is op heden reeds niet meer aanwezig en de uitbreiding met plat dak blijft ook behouden. Enkel de begane grond wordt gewijzigd waardoor de erfgoedkenmerken grotendeels bewaard blijven en de erfgoedtoets positief is.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een bestaande eengezinswoning met behoud van zijn functie zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De bebouwde oppervlakte op het perceel neemt slechts beperkt toe (8 m²) en de bestaande bouwdiepte van het nevenvolume blijft aangehouden. Evenwel bevindt de tuinzone zich naast de woning en blijft dit ook zo behouden. Door de vormgeving van de nieuwe uitbouw zal de tuinzone meer kwalitatief ingericht kunnen worden en meer aansluiten bij de leefruimtes van de woning. Bijgevolg kan het behoud van de bestaande bebouwingsconfiguratie gevolgd worden. De uitbreiding van de bouwdiepte op de verdieping valt binnen de standaard van 12 m. Ook de hoogte van de nieuwe volumes is standaard. De aanpalende eigenaar formuleerde geen bezwaren. Het hoofdvolume met zijn hellende dakvorm blijft behouden, de nieuwe volumes met platte dakvorm bevinden zich dieper op het perceel en zullen vanaf het straatbeeld een ondergeschikte visuele impact hebben. Het materiaalgebruik bestaat uit gevelmetselwerk gecombineerd met hout wat aansluit bij het materiaalgebruik uit de onmiddellijke omgeving. De aanvrager voorziet de topgevel van de bestaande woning te voorzien van een witte gevelbepleistering na isolatie. In functie van maximale integratie en visuele inpasbaarheid in het bestaande straatbeeld dient de vrije topgevel van het bestaande hoofdvolume bekleed te worden in een kleur dat aansluit bij de overige materialen (rood/bruin of hout). De aanvrager voorziet de bouw van een garage aansluitend op de achterliggende private toegangsweg zodat op eigen terrein voorzien wordt in parkeerruimte en de impact op mobiliteit bijgevolg beperkt zal zijn. Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Stijn Vanhoutte wonende Kerkstraat 242 te 8540 Deerlijk, voor het verbouwen en uitbreiden van de bestaande eengezinswoning, op een perceel gelegen Kerkstraat 242 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 374 L2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        de vrije topgevel van het bestaande hoofdvolume dient bekleed te worden in een kleur dat aansluit bij de overige materialen (rood/bruin of hout).

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

OMV 2020_11 - Pontstraat 55 - toekenning - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het slopen van de bestaande winkel met woongelegenheden en een deel van het magazijn, op een perceel gelegen Pontstraat 55 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 537 S2 en (afd. 1) sectie B 537 Y aangevraagd door de heer Jelle D'hont wonende Pontstraat 57 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  26 maart 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

        Indien aanwezig moet asbesthoudend afval met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

        Het sloopopvolgplan dient nageleefd te worden (de gegevens van het SOP mogen verder aangevuld worden tot voor de start van de werken).

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oosthoek, goedgekeurd op 7 april 2016 met als bestemming zone voor wonen met beperkte nevenfuncties en overdrukzone behoud handel.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gemeentelijk RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is wel in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 2 juli 1953 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een weverij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 31 maart 1955 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 18 juli 1958 door het college van burgemeester en schepenen voor het optrekken van een scheidingsmuur.

        Stedenbouwkundige vergunning geweigerd op 22 augustus 1958 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een bestaand fabrieksgebouw.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 26 augustus 1958 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een bestaande weverij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 23 juli 1970 door het college van burgemeester en schepenen voor vernieuwen van het dak van het nijverheidsgebouw.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 2 april 1975 door het college van burgemeester en schepenen voor het vernieuwen van het dak van het nijverheidsgebouw.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 juni 1975 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de fabriek.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 1 oktober 1975 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de fabriek.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 21 oktober 1998 door het college van burgemeester en schepenen voor het wijzigen van de voorgevel van de handelszaak.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 13 juni 2012 door het college van burgemeester en schepenen voor het regulariseren van een verkoopsruimte.

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn gekend op het goed:

        Pré-Vlarem vergunning afgeleverd op 16 oktober 1956 voor de oprichting van een machinale weverij.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Pontstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De Pontstraat wordt gekenmerkt door een residentiële bebouwing met eengezinswoningen van zowel het gesloten, halfopen als open bebouwingstype. Op het perceel van de aanvrager is een bedrijfspand aanwezig met vooraan een handelsruimte en bovenliggende woongelegenheden. Aan de rechterzijde is een halfopen eengezinswoning aanwezig met vrijstaand bijgebouw. Aan de linkerzijde is een vrijstaande eengezinswoning aanwezig. Aan de achterzijde van de eigendom is het natuurgebied Wijmelbroek aanwezig.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst het grootste deel van de bestaande bebouwing te slopen. De winkel en bovenliggende woning evenals de stapelplaats worden gesloopt, behoudens de laatste 3 beuken van de stapelplaats over een diepte van 12,85 m. Ook de beide zijmuren worden behouden tot op de hoogte van de naastliggende aanbouwen die tot tegen deze zijmuren ingeplant staan. De muur wordt wel verlaagd tot op de hoogte van de aanbouwen. Het laatste deel van de stapelplaats zal ingericht worden als private overdekte buitenruimte bij de naastliggende rechter woning (is dezelfde eigenaar). Het voorste deel van de eigendom (waar de gebouwen gesloopt werden) wordt ingezaaid met gras, er worden een aantal bomen en struiken aangeplant en aan de voorzijde wordt een lichte omheining geplaatst voor het houden van een aantal schapen.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanpalende eigenaars werden op 20 februari 2020 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gemeentelijk RUP.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP gezien de zone bestemd is voor wonen en het perceel als tuin gevoegd wordt bij de aanpalende woning, door de sloop de overdrukzone niet meer van toepassing is, de terreinbezetting van de bebouwing voor dit perceel minder dan 50 % bedraagt en minimaal 25 % van het perceel ingericht wordt met levend groen.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Pontstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er wordt heel wat verharding verwijderd waardoor bijkomende infiltratie op eigen terrein mogelijk wordt en dit een positieve impact zal hebben op de waterhuishouding.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op de sloop van een voormalige weverij met winkel en woning en de inrichting van het perceel als bijkomende tuinzone bij de naastliggende woning zodat de aanvraag zich in de residentiële omgeving functioneel aanpast. De gebouwen zijn niet meer geschikt om in te zetten als handelszaak, er zijn bijna geen parkeerplaatsen op eigen terrein en een aantal ingerichte woongelegenheden zijn niet vergund zodat het behoud van de bestaande bebouwing niet wenselijk is. De sloop van minstens het voorste deel van de gebouwen en de inrichting als tuinzone zal een positieve impact hebben op het bestaande straatbeeld en de onmiddellijke omgeving. Teneinde de sloop op een kwalitatieve manier uit te voeren is het opleggen van volgende voorwaarden wenselijk:

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe-bestemde plaats.

        Indien aanwezig moet asbesthoudend afval met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

7.14     Sloopopvolgingsplan (SOP)

Aangezien een niet-residentieel gebouw met een totaal bouwvolume van meer dan 1.000 m³ gesloopt wordt, is een sloopopvolgingsplan noodzakelijk. In het dossier is een sloopopvolgplan toegevoegd, opgemaakt door Tracimat.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Jelle D'hont wonende Pontstraat 57 te 8540 Deerlijk, voor het slopen van de bestaande winkel met woongelegenheden en een deel van het magazijn, op een perceel gelegen Pontstraat 55 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 537 S2 en (afd. 1) sectie B 537 Y, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

        Het sloopafval moet onmiddellijk van het terrein verwijderd worden naar een daartoe bestemde plaats.

        Indien aanwezig moet asbesthoudend afval met de nodige omzichtigheid en volgens de wettelijke bepalingen verwijderd worden.

        Het sloopopvolgplan dient nageleefd te worden (de gegevens van het SOP mogen verder aangevuld worden tot voor de start van de werken).

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

OMV 2020_10 - De Spijker 8 - toekenning - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een magazijn met bureel en inpandige bedrijfswoning (trailer service), op een perceel gelegen De Spijker 8 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 573 F, (afd. 1) sectie B 573 E, (afd. 1) sectie B 575 en (afd. 1) sectie B 576 aangevraagd door Frederik Delbeke namens Delbeke Frederik gevestigd Olekenbosstraat 23 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  26 maart 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De voorwaarden geformuleerd in het brandvoorkomingsadvies dienen strikt gevolgd te worden.

        In toepassing van de gewestelijke verordening hemelwater mag slechts één regenwaterput van 10.000 liter voorzien worden.

        De onderstaande voorwaarden geformuleerd in het advies van de intercommunale Leiedal moeten stipt nageleefd worden:

  • De draagkracht van het dak moet voldoende sterk zijn om zonnepanelen te kunnen installeren en onderhouden.
  • Bijzondere aandacht moet besteed worden aan de kwaliteit van de betonpanelen voor de buitenwanden.
  • Parkeerplaatsen moeten aangelegd worden in waterdoorlatende verharding.
  • De parkeerplaats voor personen met een beperking moet omwille van gebruiksgemak verhard worden in aangepaste materialen.
  • De oprit moet uitgevoerd worden in grijze betonstraatstenen 220/110/100 in halfsteensverband conform de voorwaarden van De Spijker punt 3.1.2.
  • De riolering moet gescheiden aangesloten worden op de reeds, op het private perceel, aanwezige wachtaansluitingen voor vuil water (DWA) en op de wadi achteraan het perceel voor RWA.
  • De afwatering van de volledige buitenverharding moet aangesloten worden op de RWA en waar nodig voorzien worden van een olie-afscheider.
  • Bij de private afwatering van de buitenverharding dient rekening gehouden te worden met de reeds aangelegde openbare RWA-riolering 0700 in de strook “ondergrondse erfdienstbaarheid riolering”.
  • Er moeten 4 fietsparkeerplaatsen voorzien worden voor bezoekers door middel van 2 fietsaanleunbeugels.
  • De uitvoering van de afsluitingen moet beantwoorden aan de voorwaarden gesteld in het advies van Leiedal.
  • De buitenverlichting moet beantwoorden aan de voorwaarden gesteld in het advies van Leiedal.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woonuitbreidingsgebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg Vichtesteenweg, goedgekeurd bij ministerieel besluit op 5 februari 2009.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het BPA is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet volledig in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2017.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

      Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 maart 2018 door de Vlaamse overheid voor het uitvoeren van infrastructuurwerken voor het bedrijventerrein De Spijker, meerbepaald de aanleg van een nieuwe riolering, nieuwe wegenis, een HS-cabine, een bufferbekken, infiltratiebekken en een langsgracht met buffercapaciteit en het rooien van bomen.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

      Omgevingsvergunningsaanvraag waarvan akte genomen op 12 september 2018 voor de bronbemaling ten behoeve van de wegenbouw

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom situeert zich langs De Spijker, een voldoende uitgeruste weg. Deze weg is ingericht als een doodlopende straat, aansluitend op de Vichtesteenweg. De Vichtesteenweg is de verbindingsweg tussen het centrum van de gemeente Deerlijk met de N36 en het afrittencomplex van de E17. De Spijker betreft een recent ontwikkelde KMO-zone waarvoor op heden diverse omgevingsvergunningen aangevraagd worden en reeds ontwikkelingen gestart zijn.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag heeft betrekking op het perceel H van de KMO-zone. Het perceel bevindt zich in het noorden van de aangelegde weg, heeft een breedte van ongeveer 40 m, een diepte van ongeveer 81 m en is trapeziumvormig met een schuine kant achteraan rechts. De oppervlakte van het perceel bedraagt 2.823,75 m². Op het perceel wordt een bedrijfsgebouw opgetrokken. Het bedrijfsgebouw wordt ingeplant op de linkerzijperceelsgrens, op 15 m van de rooilijn, op 7 m van de rechterzijperceelsgrens en achteraan wordt nog een ruime open betonverharding voorzien waardoor vrachtwagens kunnen indraaien in de poorten achteraan het bedrijfsgebouw. Het geheel betreft een rechthoekig volume aan de linkerkant op de perceelsgrens met een breedte van 25,48 m op een diepte van 35 m. Dit deel omvat de loods of hangar van de exploitatie. Aan de rechterzijde van dit volume wordt een langwerpig volume gebouwd met een schuine achterkant (die volgt de perceelsgrens) met vooraan de bedrijfswoning en burelen en achteraan een magazijn. Het ganse geheel wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 8 m. Vooraan wordt de loods voorzien van een luifel van 5 m diep over de ganse breedte van de loods (25,68 m). De loods bevat 1 bouwlaag. De bedrijfswoning bevindt zich op de verdieping van het deel rechts van de loods.  Het gelijkvloers van het rechtse deel wordt ingericht als bureau met bijhorende keuken, vestiaire, archiefruimte, douche, inkomhal en een sanitair blok. Achteraan dit gelijkvloers is een magazijn voorzien. Op de verdieping bevindt zich de bedrijfswoning met vooraan een open terras van 3,8 m diep en 7,1 m breed. Verder bevat dit woongedeelte een zitruimte, eetruimte, keuken, wasplaats, koele berging, badkamer, nachthal met apart toilet en 3 slaapkamers. Centraal wordt ook een liftkoker voorzien. De bedrijfswoning zal een oppervlakte van ongeveer 194 m² hebben. Het gebouw wordt opgetrokken als een metaalstructuur met gladde, geïsoleerde betonpanelen in lichtgrijze kleur. Het afdak boven de poorten van de voorgevel wordt bekleed met vlakke metalen sandwichpanelen in donkergrijze kleur. Voor het gedeelte kantoor/woning wordt er eveneens gewerkt met betonnen sandwichpanelen. De sectionaalpoorten en het buitenschrijnwerk zijn in donkergrijs aluminium en het dakrandprofiel is in aluminium naturel grijs. De nieuwe dorpels zijn in arduin, blauw gezoet. De dorpels van de ramen zijn donkergrijs aluminium. Het ontwerp voorziet ook een reclamepaneel in het gevelvlak boven de poorten met een breedte van 4,4 m en een hoogte van 2,1 m. Vooraan wordt parkeergelegenheid voorzien voor 5 personenwagens waaronder 1 plaats voor minder validen.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De exploitatie omvat een nieuwe ingedeelde inrichting klasse 3. De activiteit die op deze site zal uitgevoerd worden in een garage voor onderhoud van vrachtwagens. De exploitant/aanvrager is een zelfstandig garagist, gespecialiseerd in onderhoud, herstel en keuring van opleggers, vrachtwagens en aanhangwagens alsook onderhoud en herstellingen van heftrucks. Het aantal werknemers zal in de toekomst stijgen door het exploiteren van de nieuwe inrichting. Momenteel werkt de exploitant alleen, maar wenst minstens één extra werknemer tewerk te stellen. De werkplaats/garage zal open zijn van 7 uur ’s morgens tot 19 uur ’s avonds.

 

De exploitatie zal de volgende ingedeelde inrichtingen omvatten:

  • Er wordt 1.000 liter mazout opgeslagen in een bovengrondse tank voor het vullen van de heftruck.
  • Er wordt bij deze opslag 1 verdeelslang voorzien (opslag en verdeelslang bevinden zich in het gebouw).
  • Er zullen maximaal 15 voertuigen (die geen personenwagens zijn) gestald worden, zijnde 10 aanhangwagens/opleggers, 1 heftruck en 4 vrachtwagens.
  • Er zijn 2 schouwputten en 2 (mobiele) bruggen aanwezig.
  • Opslag van gassen in verplaatsbare recipiënten (totaal 400 liter).
  • Opslag van 800 liter aan brandbare stoffen brandklasse 3 (olie en vet).
  • Opslag van 255 liter aan stoffen die onder CLP codering vallen (diverse kleine verpakkingen).

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat de volgende rubrieken:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

6.4.1°

Opslag van 1000 liter mazout voor het vullen van een heftruck. (Nieuw)

1000 liter

3

6.5.1°

Er is 1 verdeelslang aangesloten op de  opslagtank van 1000 liter mazout voor het vullen van een heftruck. (Nieuw)

1 verdeelslang

3

15.1.1°

Volgende voertuigen zullen gestald worden:

10 aanhangwagens/opleggers

1 heftruck

4 vrachtwagens (Nieuw)

15 voertuigen

3

15.2.

Er zijn 2 schouwputten aanwezig voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen.

Er zijn 2 (mobiele) bruggen aanwezig oor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen. (Nieuw)

4 schouwbruggen of schouwputten

3

17.1.2.1.1°

Opslag van gevaarlijke gassen in verplaatsbare recipiënten

SAGOX 2 x 50 liter

Acytyleen 2 x 50 liter

Zuurstof 2 x 50 liter

Argon 2 x 50 liter (Nieuw)

400 liter

3

17.3.2.1.1.1°b)

Er wordt 800 liter aan brandbare stoffen van brandklasse 3 opgeslagen.

(Gemiddelde massadichtheid van olie 0,85 kg / l)

200 liter hydraulische olie

200 liter smeerolie

200 liter smeervet

200 liter motorolie (Nieuw)

0,68 ton

3

17.4.

Volgende stoffen met minstens 1 gevaren pictogram met een maximale inhoudsvermogen per verpakking van 30 liter of kilogram worden opgeslagen:

 

Koelvloeistof 40 liter

Ruitensproeier vloeistof 40 liter

Thinner 25 liter

Motorolie (in kleine verpakking) 15 liter

Hydraulische olie (in kleine verpakking) 30 liter

Kleine spuitbussen (500 ml) (bv. Remmen reiniger, vaseline spray, WD-40...) met een maximale capaciteit van 75 liter

Verf 30 liter (Nieuw)

255 liter

3

29.5.2.1°a)

Volgende toestellen zijn aanwezig voor het mechanisch behandelen van metalen:

 

Metaalzaag: 2,2 kW

Slijpschijf: 2,2 kW

Metaalfrees: 1,4 kW

 

Kleine toestellen:

Slijpschijf 7 x 1,1 kW

Groter model slijpschijf 1 x 2.2 kW (Nieuw)

15,7 kW

3

29.5.3.1°a)

3 lasposten

Gemiddeld vermogen laspost 1: 15 kW

Gemiddeld vermogen laspost 2: 10 kW

Gemiddeld vermogen laspost 3: 5 kW (Nieuw)

30 kW

3

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Brandweerzone Fluvia, dienst brandpreventie werd om advies verzocht 19 februari 2020. De adviesinstantie bracht op 28 februari 2020, ontvangen 5 maart 2020 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

‘De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met bijgaand brandvoorkomingsadvies.

In functie van de maatgevende brandbelasting werd het industriegebouw door de bouwheer ingedeeld in klasse A.’

 

De Intercommunale Leiedal werd om advies verzocht 19 fabruari 2020. De adviesinstantie bracht op 20 maart 2020 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.      ‘Toetsingskader

Verkoopsvoorwaarden en inplantingsvoorschriften De Spijker, kortweg “Voorwaarden De Spijker”.

 

2.      Bemerkingen en vaststellingen

2.1.            Bedrijfsgebouw

(2.1.1)

De plannen geven geen indicatie van de sterkte van de dakstructuur. Conform de voorwaarden De Spijker, punt 2.3, moet de draagkracht van het dak voldoende sterk zijn om zonnepanelen te kunnen installeren en onderhouden.

(2.1.2)

De buitenwanden zijn deels opgebouwd uit vlakke betonpanelen. Noch de plannen noch de beschrijvende nota van de architect geven meer detailgegevens rond de aard van het materiaal. Omdat het uitwendig voorkomen van de aanwezige bedrijfsgebouwen in aanzienlijke mate mede beeldbepalend is voor het visueel totaalbeeld van het bedrijventerrein "De Spijker", benadrukt Leiedal het belang om bijzondere aandacht te besteden aan de kwaliteit van de betonpanelen. Deze kan qua uitzicht met name sterk variëren.

(2.1.3)

Omwille van de brandveiligheidsvereisten werd een compartimentwand tussen de burelen/bedrijfswoning en de loods voorzien, die 1 m boven het dakoppervlak uitkomt. Met het oog op de gewenste beeldkwaliteit van de bedrijfsgebouwen op de zone, adviseert Leiedal voor een aanpassing van het plan, met name voor een uitvoering van de compartimentwand die aansluit met het dak langs weerszijden van de wand over een horizontale afstand van ten minste 2 m. Wij verwijzen hiervoor naar artikel 3.4.3 van de "bijlage 6 - Industriegebouwen" horende bij het KB van 1 maart 2009:

3.4.3 De aansluiting van de compartimentwand met het dak of gevel is zo ontworpen en uitgevoerd dat in geval van brand het risico van verspreiding van brand en rook naar het aanpalend compartiment beperkt wordt.

Voor het dak kan men dit op twee mogelijke manieren realiseren:

  • ofwel de compartimentwand ten minste 1 m boven het dakopperv/ak uitsteken;
  • ofwel de compartimentwand aansluiten met het dak dat langs weerszijden van de wand over een horizontale afstand van ten minste 2 m een brandweerstand E 60 of E 120 heeft (afhankelijk van de vereiste brandweerstand van de wand). Dit gedeelte van het dak, met uitzondering van de dakafdichting, is opgebouwd uit materialen A1.

 

2.2.            Buitenverharding

Op het inplantingsplan is de volledige buitenaanleg aangeduid als betonverharding, ook voor de parkeerplaatsen. Conform de voorwaarden De Spijker, punt 3.1.3, moeten de parkeerplaatsen uitgevoerd worden in waterdoorlatende materialen. Omwille van het beoogde gebruiksgemak voor het doelpubliek, wordt geadviseerd om de parkeerplaats voor personen met een beperking evenwel te verharden in aangepaste materialen.

 

2.3.            Oprit

De uitvoering van de oprit werd niet vermeld op de plannen. Conform de voorwaarden De Spijker, punt 3.1.2, moet de oprit uitgevoerd worden in grijze betonstraatstenen 220/110/100 mm in halfsteenverband. Voor de uitvoering van de zijkanten van deze oprit, verwijzen we naar hetzelfde artikel.

 

2.4.            Rioleringen

Algemeen:

Onder artikel 4.1. van de Voorwaarden de Spijker is onder andere opgenomen dat de kopers verplicht rekening dienen te houden met het gescheiden afwateringsstelsel en met de eisen van de milieureglementering terzake en dat ze daarop hun privaat rioolstelsel dienen af te stemmen.

Het bedrijf dient dus enerzijds het regenwater (met inbegrip van het oppervlaktewater), en anderzijds het afvalwater, volstrekt gescheiden op te vangen en af te voeren naar het openbaar rioolstelsel (opgevat als een dubbel rioolstelsel).

(2.4.1)

De afwatering van de buitenverharding is niet volledig uitgetekend. Deze moet volledig op de RWA aangesloten worden, en waar nodig voorzien worden van een olie-afscheider om zo te voldoen aan de normen om te lozen op oppervlaktewater.

(2.4.2)

Als eerste aandachtspunt geven we mee, i.f.v. een correcte uitvoering van de aansluitingen, dat er gescheiden aangesloten moet worden op de reeds - op het private perceel - aanwezige wachtaansluitingen voor vuil water (DWA) en hemelwater (RWA). De specifieke locatie van de wachtaansluitingen voor dit perceel is consulteerbaar op het officiële opmetingsplan van Bart Degezelle van 24/01/2020. Op dit plan staan de aansluitingsbuizen vuilwater en hemelwater correct aangegeven.

(2.4.3)

Als tweede aandachtspunt geven we mee dat de bouwheer voor de private afwatering van de buitenverharding rekening moet houden met de reeds aangelegde openbare RWA-riolering 0700 op het perceel, nl. in de strook "ondergrondse erfdienstbaarheid riolering" (zie ook punt 2.6.3).

 

2.5.            Fietsstalling voor bezoekers

Op de plannen ontbreekt de fietsstalling voor bezoekers. Conform de voorwaarden De Spijker, punt 3.1.3, dient het bedrijf te voorzien in 4 fietsparkeerplaatsen voor bezoekers door middel van 2 fietsaanleunbeugels.

 

2.6.            Afsluitingen

(2.6.1)

Op het inplantingsplan is een afsluiting aangeduid vóór de inplantingslijn. De afsluiting dient achter de haag te komen.

(2.6.2)

Op het inplantingsplan is de afsluiting t.h.v. de westelijke perceelsgrens aangeduid op de perceelsgrens. Deze afsluiting dient bij voorkeur achter de haag te komen.

(2.6.3)

Op het perceel rust een ondergrondse erfdienstbaarheid riolering en een bovengrondse erfdienstbaarheid voor doorgang. Voor beide erfdienstbaarheden betreft dit een strook met een breedte van 4m t.o.v. de oostelijke perceelsgrens. We verwijzen hiervoor naar de aankoopverbintenis punt 2.2.9 en het officiële opmetingsplan van Bart Degezelle van 24/01/2020. Dit betekent dat binnen de omschreven strook, behalve de nodige aansluitingen op de nutsvoorzieningen, geen bovengrondse noch ondergrondse hindernissen mogen worden aanbracht (zoals onder meer kamers voor watermeters, rioolen regenputten, benzine- en stookolietanks, pompeilanden, benzinepompen, laadkaden, buisleidingen of welkdanige constructies ook). De bouwheer dient dus, m.b.t. de bovengrondse erfdienstbaarheid voor doorgang, een poort te voorzien aan de achterperceelsgrens t.h.v. deze erfdienstbaarheidsstrook, om zo toegang te kunnen verlenen tot de wadi.

(2.6.4)

Voor alle afsluitingen die op de perceelsgrens worden geplaatst, is het aangewezen dat de bouwheer voorafgaandelijk met de eigenaars van de aanpalende percelen overlegt i.f.v. de vereiste toestemming en i.f.v. de afstemming van beide plannen.

 

2.7.            Buitenverlichting

Op vandaag is er geen buitenverlichting voorzien in de plannen. Mocht de bouwheer in de toekomst toch  buitenverlichting wensen te plaatsen, dan moet de uitvoering ervan conform zijn aan punt 4.3 van de voorwaarden De Spijker.’

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden getoetst aan de voorschriften van het BPA Vichtesteenweg, zone 7, zone voor lokaal bedrijventerrein, kleine en middelgrote ondernemingen

 

Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van het BPA gezien het perceel voor minder dan 75 % bebouwd is, de perceelsgrootte beperkt is tot 5000 m², er inpandig 1 bedrijfswoning van maximaal 200 m² wordt voorzien, de activiteiten niet louter gericht zijn op detailhandel, de bedrijfsactiviteit niet storend is voor de omgeving, aan de rechter zijperceelsgrens en aan de achterkavelgrens een 4 m vrije strook aangelegd wordt, aan de linker zijperceelsgrens op de grens gebouwd wordt, de maximale bouwhoogte 8 m bedraagt, vanaf de rooilijn minstens 3 m onbebouwd is, de 3 m strook vanaf de rooilijn aangelegd wordt als groenzone met enkel verharding voor de toegang tot de kavel en het perceel voor het overige volledig verhard wordt op voorwaarde dat voldoende maatregelen genomen worden om het waterbergend vermogen van het terrein te garanderen, gezien er ter hoogte van de rooilijn slechts 1 toegang gecreëerd wordt van maximaal 6 m breed, gezien voldoende parkeerplaatsen voorzien worden om te voldoen aan de eigen behoefte en voldoende circulatieruimte op eigen terrein aangelegd wordt.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de De Spijker een voldoende uitgeruste weg is.

De aanvraag beoogt de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha), ligt niet in een recent overstroomd gebied, maar wel in een mogelijks overstromingsgevoelig gebied. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: de aanvrager voorziet de aanleg van hemelwateropvang (20.000 liter) op eigen terrein in functie van hergebruik in de bedrijfswoning, en de overloop sluit aan op de achterliggende waterbuffering waar bij het ontwerp van de buffering rekening gehouden werd met de private percelen (100 % als verhard aanzien) en waarbij gerekend werd aan 330 m³ buffering per ha aangesloten verharde oppervlakte.

In de aanstiplijst hemelwater is opgenomen dat volgens de verordening 1 hemelwaterput van 10.000 liter voorzien mag worden (voor niet-woongebouwen), een afwijking om een groter volume te voorzien is niet opgenomen in het dossier. Het ontwerp voorziet wel een hemelwaterput van 20.000 liter voor de bedrijfswoning zodat in de voorwaarden bij afgifte van de vergunning opgenomen moet worden dat slechts 10.000 liter regenwateropvang voorzien mag worden.

Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Relevante potentiële effecten op de mobiliteit

De inrichting wordt gevestigd op het nieuwe bedrijventerrein ‘De Spijker’, te Deerlijk. De zone is bestemd voor kleine en middelgrote ondernemingen. De inrichting is gelegen aan een interne hoofdweg op het bedrijventerrein dat parallel loopt met de Vichtesteenweg. Er zal een vlotte verbinding zijn tussen de site en de ontsluitingswegen. De eigen transportbeweging van en naar de inrichting zullen beperkt zijn. Er wordt verwacht dat er een 8-tal klanten per dag de site zullen bezoeken. De aan- en afvoer zal tussen 7h00 en 19h00 plaats vinden.

Relevante potentiële effecten op de bodem

Het hemelwater dat op de site komt is mogelijks verontreinigd. Dit wordt aangepakt door al het opgevangen regenwater eerst langs een koolwaterstofafscheider met slibvang te leiden, voordat het geloosd wordt in de openbare riolering. Er wordt geen waterdoorlatende verharding aangelegd en alle afvoer van hemelwater dat op de verharding terecht kwam, wordt afgeleid via de KWS-afscheider. Verder bevinden de mazoutopslag en de verdeelslang zich binnen de gebouwen op een ondoorlatende verharding. De inrichting van de garage wordt zorgvuldig, vakkundig en met aandacht voor eventuele mogelijke calamiteiten uitgebaat (aanwezigheid van absorptiemiddelen).

Relevante potentiële effecten op het watersysteem

De aanvraag is conform de eisen gesteld in de aanstiplijst hemelwater. Er gebeuren geen activiteiten op de exploitatie die een risico vormen bij eventuele overstromingen. De opslag van verschillende producten, die mogelijk uitloging kunnen veroorzaken bij overstromingen worden binnen op lekbakken opgeslagen. In nood kan de loods worden afgesloten met zandzakken zodat er geen verspreiding plaatsvindt van mogelijks vervuild water. Binnen de ingedeelde inrichting wordt enkel leidingwater gebruikt voor sanitaire doeleinden (toilet, reinigen handen). Het debiet is kleiner dan 600 m³ per jaar waardoor het huishoudelijk afvalwater niet ingedeeld is. Het huishoudelijk afvalwater van de woongelegenheid en het met huishoudelijk gelijkgesteld bedrijfsafvalwater wordt geloosd op het openbaar rioleringsstelsel. In de exploitatie wordt tijdens het bedrijfsproces geen water gebruikt. De bedrijfsvoertuigen worden niet ter plaatse gewassen. Deze worden gereinigd in een carwash op een andere locatie.

Relevante potentiële effecten op de luchtkwaliteit

De activiteiten die op de site worden uitgevoerd hebben geen invloed op de luchtkwaliteit. De emissies van de voertuigen zijn zeer beperkt omdat enkel de strikt noodzakelijke voertuigbewegingen zullen worden uitgevoerd.

Relevante potentiële effecten van geluid of trillingen ten gevolge van de aanvraag

Het transport van het eigen vervoer en van de voertuigen van klanten kunnen geluid met zich meebrengen, maar dit is eerder beperkt. Er zijn enkel normaal en gewoonlijk geluid en trillingen van transportbewegingen te verwachten. De activiteiten zijn gelegen in een recent ontwikkeld bedrijventerrein van maandag tot zaterdag van 7h00 tot 19h00.

Relevante potentiële effecten op de biodiversiteit

Er zijn geen potentiële effecten op de biodiversiteit door het exploiteren van deze inrichting.

Relevant potentieel risico op zware ongevallen of rampen

Gezien de aard van de bedrijvigheid is er geen risico op zware ongevallen of rampen

Relevante potentiële effecten op onroerend erfgoed

Er zijn geen potentiële effecten op het onroerend erfgoed.

Relevante potentiële effecten van licht of straling ten gevolge van de aanvraag

Het ontwerp geeft geen details met betrekking tot buitenverlichting. Straling naar de omgeving moet zoveel als mogelijk beperkt worden. Binnen zal zoveel mogelijk gebruik gemaakt worden van een natuurlijke lichtinval via de lichtstraat in het dak.

Relevante potentiële effecten van de productie van afvalstoffen ten gevolge van de aanvraag andere dan deze ten gevolge van opslag en verwerking

Er zal slechts een beperkte hoeveelheid bedrijfseigen afvalstoffen geproduceerd worden. Deze zullen via de reguliere huisvuilophaling aangeboden worden voor zover dit haalbaar is. Van zodra deze reguliere ophaling onvoldoende blijkt zal gebruik gemaakt worden van een erkende ophaler voor de gescheiden fracties.

Andere relevante potentiële effecten op milieu en/of omgeving

Er zijn geen andere potentiële effecten op de omgeving te verwachten.

Te verwachten cumulatieve effecten door de relatie met andere projecten

Er zijn geen cumulatieve effecten ten gevolgen van andere projecten te verwachten.

 

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

 

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op een KMO-gebouw in een recent aangelegde bedrijvenzone voor kleine- en middelgrote bedrijven zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De inplanting en het voorkomen van het gebouw beantwoordt aan de bepalingen uit het BPA. In het advies van de Intercommunale Leiedal staan nog een aantal voorwaarden inzake het voorkomen van het gebouw. In het kader van het nastreven van uniformiteit en harmonie in de bedrijvenzone zijn deze voorwaarden door de aanvrager te volgen. Er wordt op eigen terrein voorzien in voldoende parkeergelegenheid en fietsenstalling zodat de impact op mobiliteit beperkt zal zijn. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.13     Bespreking adviezen

Advies Fluvia

Gelet op de specifieke problematiek en inhoud van het advies dient opgelegd te worden dat de voorwaarden geformuleerd in het brandpreventieverslag stipt nageleefd moet worden.

 

Advies Leiedal

Gelet op de specifieke inhoud van het advies en de toetsing aan de vooraf besproken ‘Voorwaarden De Spijker’ dient opgenomen te worden dat de voorwaarden als volgt stipt nageleefd moeten worden:

        De draagkracht van het dak voldoende sterk zijn om zonnepanelen te kunnen installeren en onderhouden.

        Bijzondere aandacht moet besteed worden aan de kwaliteit van de betonpanelen voor de buitenwanden.

        Parkeerplaatsen moeten aangelegd worden in waterdoorlatende verharding

        De parkeerplaats voor personen met een beperking moet omwille van gebruiksgemak verhard worden in aangepaste materialen.

        De oprit moet uitgevoerd worden in grijze betonstraatstenen 220/110/100 in halfsteensverband conform de voorwaarden van De Spijker punt 3.1.2

        De riolering moet gescheiden aangesloten worden op de reeds, op het private perceel, aanwezige wachtaansluitingen voor vuil water (DWA) en op de wadi achteraan het perceel voor RWA.

        De afwatering van de volledige buitenverharding moet aangesloten worden op de RWA en waar nodig voorzien worden van een olie-afscheider.

        Bij de private afwatering van de buitenverharding dient rekening gehouden te worden met de reeds aangelegde openbare RWA-riolering 0700 in de strook “ondergrondse erfdienstbaarheid riolering”.

        Er moeten 4 fietsparkeerplaatsen voorzien worden voor bezoekers door middel van 2 fietsaanleunbeugels.

        De uitvoering van de afsluitingen moet beantwoorden aan de voorwaarden gesteld in het advies van Leiedal.

        De buitenverlichting moet beantwoorden aan de voorwaarden gesteld in het advies van Leiedal.

De opmerking 2.1.3 vloeit niet voort uit de voorwaarden De Spijker doch uit algemene wetgeving. Er wordt voorgesteld de opmerking niet over te nemen bij afgifte van de vergunning vanuit onderstaande motivering. De keuze tussen de 2 mogelijkheden voorzien in het KB van 1 maart 2009 is niet opgenomen in de voorwaarde De Spijker en niet vooraf besproken met de bouwheer waardoor bijgevolg niet kon op geanticipeerd worden door de bouwheer. Het BPA laat toe dat technische voorzieningen bovenop de maximale volumebepalingen (dus ook hoogte) mogelijk zijn voor maximaal 20 % van de bebouwde oppervlakte. De impact van de aangevraagde compartimentwand op de beeldkwaliteit zal in dit voorstel beperkt zijn gezien de wand zich bevindt op meer dan 5 m achter de voorgevelbouwlijn en op 7 m van de zijgevel van het gebouw, over de volledige diepte dezelfde beperkte hoogte zal hebben van 1 m boven het dakoppervlak en ook de dakkoepel boven de dakrand uit komt.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen.

      Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Frederik Delbeke gevestigd Olekenbosstraat 23 te 8540 Deerlijk voor het bouwen van een magazijn met bureel en inpandige bedrijfswoning (trailer service), op een perceel gelegen De Spijker 8  en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 573 F, (afd. 1) sectie B 573 E, (afd. 1) sectie B 575 en (afd. 1) sectie B 576.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit akte te nemen van de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelte inrichting of activiteit. De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

6.4.1°

Opslag van 1000 liter mazout voor het vullen van een heftruck. (Nieuw)

1000 liter

3

6.5.1°

Er is 1 verdeelslang aangesloten op de  opslagtank van 1000 liter mazout voor het vullen van een heftruck. (Nieuw)

1 verdeelslang

3

15.1.1°

Volgende voertuigen zullen gestald worden:

10 aanhangwagens/opleggers

1 heftruck

4 vrachtwagens (Nieuw)

15 voertuigen

3

15.2.

Er zijn 2 schouwputten aanwezig voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen.

Er zijn 2 (mobiele) bruggen aanwezig oor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen. (Nieuw)

4 schouwbruggen of schouwputten

3

17.1.2.1.1°

Opslag van gevaarlijke gassen in verplaatsbare recipiënten

SAGOX 2 x 50 liter

Acytyleen 2 x 50 liter

Zuurstof 2 x 50 liter

Argon 2 x 50 liter (Nieuw)

400 liter

3

17.3.2.1.1.1°b)

Er wordt 800 liter aan brandbare stoffen van brandklasse 3 opgeslagen.

(Gemiddelde massadichtheid van olie 0,85 kg / l)

200 liter hydraulische olie

200 liter smeerolie

200 liter smeervet

200 liter motorolie (Nieuw)

0,68 ton

3

17.4.

Volgende stoffen met minstens 1 gevaren pictogram met een maximale inhoudsvermogen per verpakking van 30 liter of kilogram worden opgeslagen:

 

Koelvloeistof 40 liter

Ruitensproeier vloeistof 40 liter

Thinner 25 liter

Motorolie (in kleine verpakking) 15 liter

Hydraulische olie (in kleine verpakking) 30 liter

Kleine spuitbussen (500 ml) (bv. Remmen reiniger, vaseline spray, WD-40...) met een maximale capaciteit van 75 liter

Verf 30 liter (Nieuw)

255 liter

3

29.5.2.1°a)

Volgende toestellen zijn aanwezig voor het mechanisch behandelen van metalen:

 

Metaalzaag: 2,2 kW

Slijpschijf: 2,2 kW

Metaalfrees: 1,4 kW

 

Kleine toestellen:

Slijpschijf 7 x 1,1 kW

Groter model slijpschijf 1 x 2.2 kW (Nieuw)

15,7 kW

3

29.5.3.1°a)

3 lasposten

Gemiddeld vermogen laspost 1: 15 kW

Gemiddeld vermogen laspost 2: 10 kW

Gemiddeld vermogen laspost 3: 5 kW (Nieuw)

30 kW

3

 

Artikel 3

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende specifieke voorwaarden op te leggen:

        De voorwaarden geformuleerd in het brandvoorkomingsadvies dienen strikt gevolgd te worden.

        In toepassing van de gewestelijke verordening hemelwater mag slechts één regenwaterput van 10.000 liter voorzien worden.

        De onderstaande voorwaarden geformuleerd in het advies van de intercommunale Leiedal moeten stipt nageleefd worden:

  • De draagkracht van het dak moet voldoende sterk zijn om zonnepanelen te kunnen installeren en onderhouden.
  • Bijzondere aandacht moet besteed worden aan de kwaliteit van de betonpanelen voor de buitenwanden.
  • Parkeerplaatsen moeten aangelegd worden in waterdoorlatende verharding.
  • De parkeerplaats voor personen met een beperking moet omwille van gebruiksgemak verhard worden in aangepaste materialen.
  • De oprit moet uitgevoerd worden in grijze betonstraatstenen 220/110/100 in halfsteensverband conform de voorwaarden van De Spijker punt 3.1.2.
  • De riolering moet gescheiden aangesloten worden op de reeds, op het private perceel, aanwezige wachtaansluitingen voor vuil water (DWA) en op de wadi achteraan het perceel voor RWA.
  • De afwatering van de volledige buitenverharding moet aangesloten worden op de RWA en waar nodig voorzien worden van een olie-afscheider.
  • Bij de private afwatering van de buitenverharding dient rekening gehouden te worden met de reeds aangelegde openbare RWA-riolering 0700 in de strook “ondergrondse erfdienstbaarheid riolering”.
  • Er moeten 4 fietsparkeerplaatsen voorzien worden voor bezoekers door middel van 2 fietsaanleunbeugels.
  • De uitvoering van de afsluitingen moet beantwoorden aan de voorwaarden gesteld in het advies van Leiedal.
  • De buitenverlichting moet beantwoorden aan de voorwaarden gesteld in het advies van Leiedal.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

OMV 2020_46 - grondwaterwinning Bokkeslot - melding - aktename

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor het plaatsen van een grondwaterwinning op een perceel met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 312 C ingediend door de heer Lander Vander Bauwhede, Tapuitstraat 57 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

De melding ingediend door de heer Lander Vander Bauwhede, Tapuitstraat 57 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 12 maart 2020.

 

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

 

Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt: “De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.

Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.

Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”

VOORWERP VAN DE MELDING

 

De melding heeft betrekking op een terrein kadastraal bekend afdeling 2 sectie D nr. 312C.

 

De melding omvat de volgende ingedeelde inrichting of activiteit: plaatsen van een grondwaterwinning (filterput).

 

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

53.8.1°a)

betreft een filterput (Nieuw)

5000 m³/jaar

3

 

BEVOEGDHEID

 

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.

 

Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

 

ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER

 

Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.

 

De melding omvat de volgende meldingsplichtige ingedeelde inrichtingen of activiteiten:

het plaatsen van een grondwaterwinning onder rubriek 53.8.1°a)

 

Deze melding heeft een invloed op de volgende milieutechnische aspecten: het beperkte karakter van deze grondwaterwinning (beperkte diepte en beperkt jaardebiet) zorgt voor weinig invloed op de omgeving.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

 

De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het meldingsdossier. Er zijn geen verplichte adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit met omzichtigheid benaderd worden.

 

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandregels.

 

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

      Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)

      Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door de heer Lander Vander Bauwhede, Tapuitstraat 57 te 8540 Deerlijk voor de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde het plaatsen van een grondwaterwinning gelegen  te Deerlijk.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

53.8.1°a)

betreft een filterput (Nieuw)

5000 m³/jaar

3

 

Artikel 2

 

De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.

 

Artikel 3

 

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de vermelde rubriek(en) staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Individueel bezoldigd personenvervoer - toekenning bestuurderspas - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Individueel bezoldigd personenvervoer - retributiereglement - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

 

Dit punt werd uitgesteld naar een volgende zitting.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Organisatiebeheersysteem

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2020/13 goed te keuren.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2020/23 goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Publiceren coronanieuws in Groen Blaadje - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Om de maatregelen en de belangrijkste gemeentelijke info rond corona te verspreiden bij inwoners die digitaal niet of minder actief zijn, stelt de communicatiedienst voor om deze info te publiceren in het Groen Blaadje van maandag 6 april 2020.

 

Motivering

 

Bij de informatie over het coronavirus vallen sommige inwoners uit de boot. Daarom is het aangewezen om hen te informeren via gedrukte info die huis-aan-huis bedeeld wordt. Omdat zelf drukwerk bedelen logistiek een grote inspanning vraagt van een heleboel medewerkers en er de komende maand uitzonderlijk geen Gemeentenieuws uitgegeven wordt, biedt het Groen Blaadje een goed alternatief.

 

De communicatiedienst stelt voor om te cover te reserveren, samen met een binnenblad, voor de publicatie van de volgende info:

          huidige staat dienstverlening gemeente- en OCMW-diensten;

          heropening recyclagepark;

          Deerlijk Helpt;

          afgelaste evenementen en activiteiten;

          uitstel opening zwembad;

          nog eens benadrukken om quarantaineregels te respecteren;

          verwijzingen naar online info over maatregelen;

          ...

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56. § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

730,84 euro incl. 21 % btw

 

Dit budget wordt afgenomen van de op jaarbudgetrekening 2020/A-5.1.1/0190-00/6142000.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit informatie rond het coronavirus te publiceren in het Groen Blaadje van maandag 6 april 2020.

 

Artikel 2

 

De te publiceren informatie bevat:

          huidige staat dienstverlening gemeente- en OCMW-diensten;

          heropening recyclagepark;

          Deerlijk Helpt;

          afgelaste evenementen en activiteiten;

          uitstel opening zwembad;

          nog eens benadrukken om quarantaineregels te respecteren;

          verwijzingen naar online info over maatregelen;

          ...

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Sportkampen - samenwerking met externe partners - vraag 25 % inhouding op terugbetaling deelnamegeld - weigering

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om voor de geannuleerde kampen in de paasvakantie, aangeboden door buitensportorganisatie Oenanthe, kinderboerderij Bokkeslot en manège Gavergoed in samenwerking met de sportdienst, niet het volledige inschrijvingsbedrag terug te storten aan de ingeschreven deelnemers, maar 25% van het inschrijvingsgeld in te houden als tegemoetkoming voor de organisatoren.

 

Motivering

 

Nadat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 18 maart 2020 besliste om alle kampen in de paasvakantie te annuleren omwille van de corona-crisis en daarbij besliste om het volledige inschrijvingsgeld terug te storten aan alle reeds ingeschreven deelnemers, voelen onze externe partners zich in de steek gelaten en richten zij een vraag aan het gemeentebestuur deze beslissing voor hen te herzien.

 

Ze zijn van mening dat indien er maatregelen getroffen worden voor de gezondheid van iedereen, het ook door iedereen te begrijpen zou moeten zijn dat er minimale solidaire kosten of ongemakken zijn ten gevolge van deze maatregelen. In hun geval betreft dit de minimale kosten voor alle reservaties, personeelsinzet, materiaalinvesteringen waar zij met hun organisatie gans het jaar voor werken en investeren, en die voor alle duidelijkheid niet wegvallen en niet terug te vorderen zullen zijn.

 

Minister van Jeugd Benjamin Dalle kondigde eveneens aan dat alle jeugd- en sportkampen ook tijdens de paasvakantie zullen opgeschort worden. Aan de ouders wordt daarbij gevraagd om solidair te zijn en het inschrijvingsgeld niet volledig terug te vragen.

 

Voor de Deerlijkse kampen in de paasvakantie gaat het op heden over 33 deelnemers aan Oenanthe kampen, (totaal bedrag: 4.150,00 euro),  36 deelnemers aan boerderijkampen, (totaal bedrag: 5.506,50 euro)  en 23 deelnemers aan paardrijkampen (totaal bedrag: 3.708,00 euro) dat niet naar de organisatie vloeit.

De gemeente mist door de annulering van de kampen in de paasvakantie de aangerekende administratiekost van 92 x 12,50 euro =  1.150,00 euro.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

1.150,00 euro

Actie

GBB

Jaarbudgetrekening

0740-00 / 70000001

Visum

nee

 

Indien alle deelnamegelden integraal teruggestort worden verliest de gemeente een inkomst van 1.150,00 euro.

 

Raming of bedrag

4.491,13 euro

Actie

GBB

Jaarbudgetrekening

0741-0061310000

Visum

nee

 

Indien de organisatoren een tegemoetkoming van 25 % van de reeds betaalde inschrijvingsgelden ontvangen betekent dit een tegemoetkoming van 1.037,50 euro voor Oenanthe,  een tegemoetkoming van 1.376,63 euro voor kinderboerderij Bokkeslot, en een tegemoetkoming van 927,00 euro voor manège Gavergoed.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om niet tussen te komen in de verminderde inkomsten voor de organisatoren naar aanleiding van de terugbetaalde inschrijvingsgelden voor de geannuleerde vakantiekampen in de paasvakantie.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Inname openbaar domein - opschorting retributie - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de retributie inname openbaar domein op te schorten voor werven die door de corona-crisis stopgezet werden of verlengd moeten worden.

 

Motivering

 

In onze gemeente zijn er 3 werven waarvoor een vergunning werd afgeleverd voor de inname van het openbaar domein en waarvan de einddatum per 31.03.2020 en 10.04.2020 vervalt. Aan de aannemers van de werven werd via mail gevraagd of ze hun vergunning voor inname van het openbaar domein wensen te verlengen.

 

Werf

Aard

Einde

Antwoord aannemer

Van Maercke nv

Sint-Rochusstraat 25

Kraan & werfzone

31.03.2020

de wegname van de kraan was voorzien op 31.03.2020 maar door omstandig- heden (Corona) kon dit niet gebeuren.

Er wordt een opschorting gevraagd

Caramida

Kerkplein 25

Kraan & werfzone

31.03.2020

door toepassing van de maatregelen (social distancing) werken ze op minder dan de helft van de normale bezetting en na bouwverlof mogelijk geen aanlevering meer van materialen waardoor ze vanaf half april waarschijnlijk volledig zullen moeten stoppen.

Er wordt een vrijstelling van de retributie gevraagd.

Residentie De Valk

Comm.Edm.Ameye-

straat

Kraan/Silo& werfzone

10.04.2020

Nog geen antwoord ontvangen

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Retributiereglement inname openbaar domein naar aanleiding van (bouw) werken, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 19 december 2019.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist de retributie voor inname van het openbaar domein in het kader van werken tijdelijk op te schorten voor de inname van de werven die stilgelegd zijn of worden of die moeten verlengd worden omwille van het toepassen van de corona-maatregelen (o.a. social distancing).

Indien er een voorafbetaling is gebeurd voor een (langere) toekomstige periode waarin er dus niet wordt gewerkt, wordt er opschorting van de betaalde retributie toegekend. Concreet zal bij de heropstart van de werf, het saldo van de niet-opgenomen retributie vanaf het nemen van huidige collegebeslissing, worden aangewend.

 

Indien er bestaande en vergunde innames op opgeschorte werven zijn met bijv. torenkranen, stellingen, werfmateriaal enz. die niet op korte termijn kunnen worden gedemonteerd/verwijderd, mogen deze voorlopig blijven staan. Het college beslist dat ook in deze gevallen de retributie niet moet worden betaald en dit tot de heropstart van deze werven.

 

Artikel 2

 

De aannemers van de betrokken werven zullen hiervan in kennis gesteld worden en gevraagd worden een nieuwe aanvraag voor inname van het openbaar domein in te dienen als de werf terug opgestart wordt.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Kapmachtiging - Hoogstraat 107 - rooien van enkele bomen - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 01 APRIL 2020

Realisatie schakelzorgcentrum - aanpak - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om zich akkoord te verklaren met de aanpak voor de realisatie van een schakelzorgcentrum voor Zuid-West-Vlaanderen.

 

Motivering

 

De ziekenhuizen zullen de komende weken veel COVID-19-patiënten moeten opvangen. Het is belangrijk dat zij over voldoende bedden kunnen blijven beschikken. Daarom moeten er schakelzorgcentra opgericht worden.

 

In het kader van de realisatie van de schakelzorgcentra stelde het Vlaams Agentschap Zorg en Administratie een draaiboek ter beschikking.

 

Een schakelzorgcentrum kan een oplossing bieden voor mensen die medisch gezien het ziekenhuis mogen verlaten, maar die (dikwijls om sociale redenen) nog niet naar huis kunnen. Tegelijk moet de instroom in het ziekenhuis beperkt worden tot mensen die complexe zorg nodig hebben. Schakelzorgcentra kunnen daarom ook medisch toezicht bieden voor mensen die besmet zijn met COVID-19, niet thuis kunnen blijven, maar nog niet meteen naar het ziekenhuis moeten.

 

Er wordt gestreefd naar één schakelzorgcentrum per (ongeveer) twee of drie eerstelijnszones. Deze centra worden pas operationeel als de ziekenhuizen en hun netwerk dreigen vol te stromen. Uiteindelijk is het de bedoeling om iedereen zo snel mogelijk terug naar huis te laten gaan.

 

Op 27 maart 2020 overlegde W13 met de 3 ziekenhuizen, de Huisartsenkring Zuid-West-Vlaanderen, Fluvia, de voorzitters van de voorlopige zorgraden van de eerstelijnszones, het Rode Kruis, artsen van de triagecentra en de steden Kortrijk, Menen en Waregem, over de aanpak van het schakelzorgcentrum in de regio.

 

Cruciaal is dat een schakelzorgcentrum een vrij beperkte setting is (30 à 50 bedden) en dus geen noodhospitaal.

 

Aangezien men voor het schakelzorgcentrum mikt op 2 à 3 eerstelijnszones wordt vanuit de groep voorgesteld om op het niveau van Zuid-West-Vlaanderen te werken. De gebouwen van het voormalige WZC Lichtendal in Kortrijk zijn snel inzetbaar en voldoen ook aan alle criteria. Er wordt dan ook voorgesteld om voor deze piste te gaan.

 

In het kader van het schakelzorgcentrum zijn er een aantal rollen gedefinieerd:

 

          Coördinator = een noodplanambtenaar.

Voorstel: Maarten Vanderstichele, de noodplanambtenaar van Kortrijk, ondersteund door Bert Decoene van Fluvia.

 

          Penhouder = in principe een lokaal bestuur of ziekenhuis.

Voorstel: W13 - omdat alle lokale besturen aan zet zijn en W13 deze besturen verenigt. De vraag ligt voor bij Vlaanderen of dit kan.

 

          Stuurgroep = is zeer omvangrijk (70-tal) en niet werkbaar.

Voorstel: Stuurgroep als back-up voor kerngroep die trekt.

 

          Clusters = nog uit te klaren; in te zetten op concrete acties.

          Kerngroep = rol die niet in nota staat, maar die de enige werkbare manier lijkt:

          Vertegenwoordiging Bestuur W13 (namens lokale besturen) (4)

          Coördinator (link met 4 clusters)

          3 ziekenhuizen (op afroep)

          Voorzitters/lid dagelijks bestuur/betrokken huisarts van de voorlopige zorgraden (3)

          Voorzitter van HZW + extra huisarts

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit zich akkoord te verklaren met de hiervoor voorgestelde aanpak voor de realisatie van een schakelzorgcentrum voor Zuid-West-Vlaanderen.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist om zich principieel akkoord te verklaren om personeel ter beschikking te stellen waar dit nodig en mogelijk is.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2020