Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.1. Jaarrekening 2023 - kennisname en verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

Aanleiding en context

De financieel directeur legt de jaarrekening 2023 voor.

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd hiervan kennis te nemen en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om de jaarrekening 2023, ter vaststelling voor te leggen aan de gemeenteraad van 28 maart 2024.

Motivering

De jaarrekening 2023 bevindt zich in bijlage.  Deze ligt voor met de volgende cijfers:

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de jaarrekening 2023 en besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om de jaarrekening 2023 ter vaststelling voor te leggen aan de gemeenteraad van 28 maart 2024.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.2. College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 21 februari 2024 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 21 februari 2024.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 21 februari 2024 goed te keuren.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.3. Leveren en installeren van robotmaaiers voor natuurgrasvelden voetbal KVC Deerlijk Sport - gunning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de gunning van de opdracht “Leveren en installeren van robotmaaiers voor natuurgrasvelden voetbal KVC Deerlijk Sport” goed te keuren.

Motivering

De huidige huurovereenkomst voor het leveren en installeren van een robotmaaier voor het kwalitatief maaien van het natuurgrasveld (A-veld) op de voetbalterreinen van KVC Deerlijk Sport loopt eind dit jaar af.

De deskundige groen en proper stelt voor om het maaien van de voetbalterreinen als volgt uit te breiden:

●        leveren en installeren van 2 of meerdere nieuwe robotmaaiers om het B-veld en het trapveld te maaien en dit voor een periode van 4 jaar (2024-2027);

●        verlengen huidig onderhoudscontract (2025-2027).

In het kader van de opdracht “Leveren en installeren van robotmaaiers voor natuurgrasterreinen voetbal KVC Deerlijk Sport” werd een technische beschrijving opgemaakt door de deskundige groen en proper.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 21.487,60 euro excl. btw of 26.000,00 euro incl. 21 % btw.

Er wordt voorgesteld de opdracht tot stand te brengen bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

Volgende ondernemers werden uitgenodigd om deel te nemen aan deze opdracht:

●        RobotHome, Otegemse steenweg 37 te 8540 Deerlijk;

●        Digimow bv, Ieperstraat 213 te 8560 Moorsele;

●        Hilaire Van Der Haeghe nv, Boomsesteenweg 174 te 2610 Wilrijk.

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 12 februari 2024 om 10.00 uur te bereiken.

Er werd 1 offerte ontvangen van RobotHome, Otegemse steenweg 37 te 8540 Deerlijk (24.240,79 euro excl. btw of 29.331,36 euro incl. 21 % btw).

De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelt voor om, rekening houdend met het voorgaande, de opdracht “Leveren en installeren van robotmaaiers voor natuurgrasterreinen voetbal KVC Deerlijk Sport” te gunnen aan de firma met de enige offerte (op basis van de prijs), zijnde RobotHome, Otegemse steenweg 37 te 8540 Deerlijk tegen het nagerekende offertebedrag van 24.240,79 euro excl. btw of 29.331,36 euro incl. 21 % btw.

Juridische gronden

●   Algemene basisbevoegdheid: Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 56, § 3, 5°, waarbij wordt bepaald dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht van dagelijks bestuur.

●   Andere:

○        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

○        Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

○        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

○        De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

○        De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 92 (de geraamde waarde excl. btw bereikt de drempel van 30.000,00 euro niet).

○        Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

○        Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

○        Besluit van de gemeenteraad van 28 mei 2020 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur.

Adviezen

De deskundige groen en proper verleent positief advies.

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Bovengenoemde opdracht komt tot stand bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

Artikel 2

Goedkeuring wordt verleend aan het gunningsvoorstel, opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

Artikel 3

Deze opdracht wordt gegund aan de firma met de enige offerte (op basis van de prijs), zijnde RobotHome, Otegemse steenweg 37 te 8540 Deerlijk tegen het nagerekende offertebedrag van 24.240,79 euro excl. btw of 29.331,36 euro incl. 21 % btw.

Artikel 4

De betaling zal gebeuren overeenkomstig de bepalingen voorzien in de offerte en met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van 2024, op jaarbudgetrekening 0200-00/61510000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN (actie GBB) en in het budget van de komende jaren.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.4. Personeel - aankondiging vakbondsacties - kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het schrijven van ACOD Lokale en Regionale Besturen van 21 februari 2024 waarbij ze een actiedag aankondigen.

Motivering

ACOD Lokale en Regionale Besturen meldt in hun schrijven van 21 februari 2024 dat het ACV en het ABVV een nationale actiedag in het kader van de Internationale Vrouwendag organiseren. De sector lokale en regionale besturen sluit zicht bij deze actiedag aan.

Vrijdag 8 maart 2024 wordt als stakingsdag beschouwd waarbij elk personeelslid dat afwezig is wegens deelname aan de actie, zal gedekt worden door deze stakingsaanzegging.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het schrijven van ACOD Lokale en Regionale Besturen, waarbij ze laten weten dat er op 8 maart 2024 een actiedag wordt georganiseerd.

Personeelsleden die deelnemen aan deze actie zijn met deze stakingsaanzegging ingedekt.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.5. Diverse verslagen - kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.

Motivering

Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:

●        Leiedal - verslag van de raad van bestuur van 9 februari 2024

●        Imog - verslag van de raad van bestuur van 16 februari 2024

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.6. Receptionele aangelegenheden - goedkeuring

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.7. Secretariaat - vrijwilligersvergoeding hostessen - februari 2024 - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de uitbetaling van de onkostenvergoedingen voor de prestaties van de hostessen van de maand februari 2024, goed te keuren.

Motivering

Elke hostess heeft een vrijwilligersovereenkomst ondertekend waarin de onkostenvergoeding werd vastgelegd. Deze vrijwilligersovereenkomst is een overeenkomst tussen de vrijwilliger en het gemeentebestuur van Deerlijk.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere: Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 13 december 2023

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de hostessen te vergoeden voor de geleverde prestaties in februari 2024, volgens het overzicht in bijlage.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.8. Jeugd - Roefeldag 2024 - concept - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het concept voor de Roefeldag 2024 goed te keuren.

Motivering

Roefeldag zal een eerste keer georganiseerd worden op woensdagnamiddag 26 juni 2024. De coördinatie gebeurt door de jeugddienst. Roefeldag wordt een tweejaarlijks evenement waarbij Deerlijkse jongeren van 10 tot 12 jaar kennis maken met de lokale economie en bedrijven in Deerlijk. Aan deze roefeldag kunnen een 145-tal jongeren deelnemen. Als afsluiter wordt ook nog een Roefelfuif georganiseerd waar nog een 50-tal extra jongeren aan kunnen deelnemen.

De retributie voor de deelname aan Roefeldag (inclusief Roefelfuif) bedraagt 5 euro. Enkel deelnemen aan de Roefelfuif kost 3 euro. Er dient vooraf ingeschreven te worden.

De Roefeldag start op woensdagnamiddag 26 juni 2024 om 12.15 uur en eindigt om 19.00 uur:

●        12.15 - 13.00 uur: Verzamelen aan de spothal (Gaverdomein) + eigen lunchpakket

●        13.00 - 17.00 uur: Bezoek aan de deelnemende ondernemers en bedrijven, op basis van keuzes bij inschrijving

●        17.00 - 19.00 uur: Roefelfuif in de sporthal, met een hapje en drankje

Het overzicht van deelnemende ondernemers en bedrijven is in bijlage gevoegd.

Tijdens de Roefeldag zal met vrijwilligers gewerkt worden om de jongeren te begeleiden, zowel tijdens de verplaatsingen als gedurende de activiteiten bij de ondernemers en bedrijven. Een vrijwilligersovereenkomst wordt hiervoor nog opgemaakt en ter goedkeuring voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De financiële impact van de beslissing is nog niet gekend.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt het concept voor de Roefeldag 2024 goed.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.9. Animatorenvergoedingen gemeentelijk speelplein - krokusvakantie 2024 - goedkeuring

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.10. Jeugdhuis - tussenkomst werkingsuitgaven - voorschot - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om een voorschot op de tussenkomst in de werkingsuitgaven uit te betalen aan het jeugdhuis De Caravanne.

Motivering

Het jeugdhuis De Caravanne is haar werking aan het afronden. Op 30 juni 2024 loopt die werking af, maar in tussentijd dienen nog kosten betaald te worden door het jeugdhuis. Het betreft kosten voor energie, huur en andere (zoals ook kosten voor opruimen van de inboedel).

In plaats van na elke gemaakte kost een dito tussenkomst in de werkingskosten op te vragen, wordt voorgesteld om een voorschot op de tussenkomst in de werkingskosten, ten bedrage van het resterende budget (5.147,37 euro) uit te betalen en nadien een afrekening te maken, met al dan niet terugvordering.

Een begunstigde van een tussenkomst in de werkingskosten, die niet over voldoende middelen beschikt, kan overeenkomstig het advies van de financieel directeur aan het college van burgemeester en schepenen een voorschot vragen en dient de gemaakte kosten nadien te bewijzen in functie van een afrekening met terugvordering of nastorting.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om het voorschot op de tussenkomst in de werkingskosten van 5.147,37 euro in twee schijven uit te betalen. De tweede schijf kan pas uitbetaald worden wanneer de verantwoordingsstukken voor de kosten ten bedrage van de eerste schijf worden bezorgd.

Na afloop van de activiteiten en stopzetting van de werking van het jeugdhuis, dient eveneens een afrekening met de nodige verantwoordingsstukken bezorgd te worden. Eventueel niet besteed voorschot op de tussenkomst in de werkingskosten, zal teruggevorderd worden.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit een eerste schijf van het voorschot op de tussenkomst in de werkingskosten, ten bedrage van 2.600 euro, te storten op rekeningnummer BE28 7512 0929 4920 van jeugdhuis De Caravanne.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.11. Erfgoed - Erfgoeddag 2023 - kennisname programma en vaststelling retributie - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om kennis te nemen van het programma van Erfgoeddag op 21 april 2024 en wordt gevraagd om de retributie voor deelname aan de activiteit vast te stellen.

Motivering

Op zondag 21 april 2024 gaat Erfgoeddag opnieuw door in Vlaanderen. Voor de invulling van het erfgoeddag-programma in Deerlijk werkt de gemeente opnieuw samen met de Heemkring Dorp & Toren.

Het programma in Deerlijk wordt vormgegeven bij wijze van een busrit langsheen sites, in Zuid-West-Vlaanderen en de Westhoek, die vroeger al eens onderdeel waren van een schoolreis. Tijdens de busrit wordt onderweg en op diverse stopplaatsen de nodige toelichting gegeven door de gids van Heemkring Dorp & Toren.

Er worden twee busritten voorzien:

●        vertrek om 9.00 uur -  terug om 13.00 uur

●        vertrek om 14.00 uur - terug om 18.00 uur

●        max. 60 deelnemers (incl. gids) per busrit 

Tijdens elke busrit wordt een tussenstop voorzien waarbij de deelnemers een drankje met kleine versnapering worden aangeboden in een horecazaak.

Voor deelname aan de activiteit wordt een retributie van 10,00 euro per persoon (per busrit) voorgesteld.

In de gemeenteraad van 25 mei 2023 werd het retributiereglement vrijetijdsaanbod goedgekeurd. Het reglement trad in werking vanaf 26 mei 2023 en loopt af op 31 december 2025. Het reglement bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen gemachtigd is om jaarlijks over te gaan tot het vaststellen en wijzigen van de retributies, volgens de bepalingen vastgesteld door de gemeenteraad.

Juridische gronden

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

De voorgestelde retributie van 10 euro per deelnemer is kostendekkend voor het aangeboden drankje met versnaperingen tijdens de tussenstop.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het programma van Erfgoeddag op 21 april 2024.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepen besluit de retributie voor deelname aan de activiteit vast te stellen op 10 euro per deelnemer (per busrit).

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.12. Cultuur - Uitbetaling barvrijwilligers bij de culturele voorstelling van William Boeva - goedkeuring

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.13. Feestelijkheden - Deerlijks kampioenschap op rollen - 9 maart 2024 - goedkeuring

Aanleiding en context

Op 6 februari 2024 werd een aanvraag ingediend voor volgend evenement:

Motivering

1. Het college van burgemeester en schepenen overloopt volgende onderdelen van de aanvraag:

●        aanvraag geluidsactiviteit als volgt:

95 dB

De aangevraagde muziekactiviteit vindt plaats in een woonomgeving of in de nabijheid van een bewoonde omgeving.

Het gaat hier om een muziekactiviteit naar aanleiding van een bijzondere gelegenheid en de aangevraagde activiteit is beperkt in duur.

De aangevraagde muziekactiviteit kan toegestaan worden maar het is evenwel noodzakelijk om het toegelaten geluidsniveau en de toegelaten periode nauwkeurig vast te leggen.

Deze toelating betekent in geen geval een vrijgeleide om onbeperkt hinder te veroorzaken.

●        aanvraag politionele medewerking

Parkeerverbod op volgende plaatsen:

●        Braamheuvelstraat op zaterdag 9 maart 2024 van 12.00 tot en met 24.00 uur, vanaf kruising met Wafelstraat tot ter hoogte van huisnummer 62 (inrit brandweerkazerne);

●        Wafelstraat, tussen Braamheuvelstraat en Olekenbosstraat, aan weerszijden van de weg (berm) om de vlotte doorgang van de brandweerwagens te verzekeren.

PZ Gavers verleende op 13 februari 2024 positief advies en heeft de nodige verkeersmaatregelen opgesteld conform het signalisatieplan ingetekend in Eagle.be met uniek nummer 2048438.

PZ Gavers vraagt de organisator tijdens het evenement toezicht te houden op fout- parkeerders, zodat de vlotte doorgang van de brandweerwagens bij een oproep niet wordt verhinderd.

2. De evenementencel verleent volgend advies voor dit evenement:

Men moet rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Alsook moet de organisator een risico-analyse (lijst met de mogelijke risico’s en maatregelen om deze te verhelpen/op te lossen) en plan met aanduiding opstelling, evacuatiewegen ... opmaken.

Alle cateringstanden dienen te beschikken over geldige en blanco keuringsverslagen (conformiteit installatie en gasdichtheid beiden uitgevoerd door een EDTC).

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Toelating geluidsactiviteit

■        Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning;

■        Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, verder aangeduid als Vlarem II, waaronder, en zonder zich hiertoe te willen beperken, art. 6.7.3.

■        De algemene gemeentelijke politieverordening, goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en latere wijzigingen, meer specifiek en zonder zich daartoe te willen beperken, de artikelen 37, 38 en 47

○        Plaatsing verkeerssignalisatie

■        Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit evenement mits de aanstelling van een verantwoordelijke die ook optreedt als contactpersoon voor de hulp- en veiligheidsdiensten.

De eindverantwoordelijke zorgt voor de veiligheid in en rond het evenemententerrein, houdt toezicht in de omgeving en zal, indien nodig, politiezone Gavers contacteren.

Artikel 2

De aangevraagde muziekactiviteit wordt toegelaten mits naleving van volgende voorwaarden:

Voorwaarden met betrekking tot het maximaal geluidsniveau.

Voorwaarden met betrekking tot de duur van de muziekactiviteit:

Voorwaarden met betrekking tot de buurt:

●        Zowel de inrichters als de bedieners van de muziekinstallatie moeten zich houden aan een voor de buurt aanvaardbaar geluidsniveau. In geen geval mag de muziek de nachtrust van de omwonenden storen. Klachten inzake nachtlawaai dienen vermeden te worden. In voorkomend geval moeten de richtlijnen van de politiediensten strikt worden opgevolgd.

●        De inrichters verwittigen de inwoners van de omliggende straten van de muziekactiviteit.

De organisator brengt de politie op de hoogte van de muziekactiviteit.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen besluit de gevraagde politionele medewerking te verlenen.

De inrichter dient zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de politie. De politie zal enkel instaan voor het toezicht op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie.

De levering van de verkeerssignalisatie gebeurt door de technische diensten van de gemeente. De controle op de naleving van het eventuele parkeerverbod gebeurt door de politie.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen besluit het advies van de evenementencel te volgen en verzoekt de organisator deze richtlijnen van de verschillende disciplines te volgen inzake veiligheid.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.14. Feestelijkheden - Scouts & Gidsen Deerlijk - gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Motivering

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

Om hun activiteit Café de Ronde op zondag 31 maart 2024 bekend te maken, vraagt Scouts & Gidsen Deerlijk om de gemeentelijke roosters te mogen gebruiken voor het ophangen van hun publiciteitsborden.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Hfdst. 3, art. 221-224 Algemene Politieverordening

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit aan Scouts & Gidsen Deerlijk toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Artikel 2

Voor de praktische afhandeling dient contact opgenomen te worden met het vrijetijdspunt op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan vrijetijd@deerlijk.be.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.15. Feestelijkheden - Gezinsbond Deerlijk - gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Motivering

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

Om hun tweedehandsbeurs op zaterdag 16 maart 2024 bekend te maken, vraagt Gezinsbond Deerlijk om de gemeentelijke roosters te mogen gebruiken voor het ophangen van hun publiciteitsborden.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Hfdst. 3, art. 221-224 Algemene Politieverordening

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit aan Gezinsbond Deerlijk toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Artikel 2

Voor de praktische afhandeling dient contact opgenomen te worden met het vrijetijdspunt op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan vrijetijd@deerlijk.be.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.16. Feestelijkheden - scouts en gidsen Deerlijk - volleybaltornooi - 14 april 2024 - inname openbaar domein - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor een tijdelijke inname van het openbaar domein naar aanleiding van een evenement.

Motivering

Scouts & gidsen Deerlijk wensen hun jaarlijkse volleybaltornooi te organiseren op vrijdag 12 april 2024 en vragen toelating voor de inname van het groot plein naast de scoutslokalen (Gaverdomein).

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor de tijdelijke inname van het openbaar domein op vrijdag 12 april 2024, van 11.00 uur tot 23.00 uur, Gaverdomein - groot plein naast scoutslokalen.

Artikel 2

De organisatoren moeten rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via volgende link: https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.17. Feestelijkheden - Vrijetijdspunt - gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Motivering

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

Om Café Congé op donderdag 4 juli 2024 en donderdag 11 juli 2024 bekend te maken, vraagt het vrijetijdspunt om de gemeentelijke roosters te mogen gebruiken voor het ophangen van hun publiciteitsborden.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Hfdst. 3, art. 221-224 Algemene Politieverordening

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit aan het vrijetijdspunt toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters

Artikel 2

Voor de praktische afhandeling dient contact opgenomen te worden met het vrijetijdspunt op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan vrijetijd@deerlijk.be.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.18. Feestelijkheden - Okra Sint- Lodewijk - streekpuntwandeling - inname openbaar domein en parkeerverbod - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor een tijdelijke inname van het openbaar domein en een parkeerverbod, naar aanleiding van een evenement.

Motivering

Okra Sint-Lodewijk wenst hun streekpuntwandeling (regiowandeling) te organiseren op donderdag 11 april 2024 en vraagt toelating voor:

●        tijdelijke inname openbaar domein: polyvalent terrein achter het chiroheem, op donderdag 11 april 2024 voor het parkeren van wagens;

●        het invoeren van parkeerverbod op de parking van buurthuis Sint-Lodewijk op donderdag 11 april 2024 van 06.00 uur tot 20.00 uur.

PZ Gavers heeft op 19 februari 2024 de nodige verkeersmaatregelen opgesteld conform het signalisatieplan ingetekend in Eagle.be met uniek nummer 2049767.

●        advies deskundige groen en proper

Okra Sint-Lodewijk vraagt toelating voor het parkeren van wagens op het polyvalent terrein achter 't Heem in Sint-Lodewijk.

Conform eerdere besluitvorming (cbs dd. 2 maart 2020) werd opnieuw het advies van de deskundige groen en proper gevraagd.

De vraag om het grasveld als parking te mogen gebruiken, werd negatief geadviseerd op 22 februari 2024.

Op voornoemde datum is de kans op regen hoog en dan is dit terrein zeker niet geschikt om op te parkeren en zou er schade aan de grasmat (spoorvorming, verzakkingen, modder, …) kunnen ontstaan. Er wordt voorgesteld aan de organisatie om bij het wandelevenement het verplaatsen met de fiets zoveel mogelijk  te promoten om de parkeerbehoefte te beperken. In de buurt zijn er openbare parkeerplaatsen ter hoogte van de kerk van Sint-Lodewijk, de begraafplaats of in de zijstraten.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Algemene politieverordening, goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en latere wijzigingen

○        Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008 in verband met plaatsing verkeerssignalisatie

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit geen toestemming te verlenen aan Okra Sint-Lodewijk om het polyvalent terrein achter 't Heem te gebruiken als parkeerterrein, voor de streekpuntwandeling op donderdag 11 april 2024.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor:

●        het invoeren van parkeerverbod op de parking van het buurthuis Sint-Lodewijk op donderdag 11 april 2024, van 06.00 uur tot 20.00 uur.

Artikel 3

Naar aanleiding van de beslissing van het politiecollege van 27 november 2008 dient de organisatie/vereniging zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de politie. De politie zal enkel instaan voor het toezicht op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie.

Het plaatsen van het parkeerverbod wordt als volgt geregeld: het aanbrengen en wegnemen van parkeerverbodsborden gebeurt door de technische diensten van de gemeente. De controle op de naleving van het parkeerverbod gebeurt door de politie.

Artikel 4

De organisatoren moeten rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via volgende link: https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.19. Jacops - gebruik stemhokjes - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van 2 dubbele stemhokjes en 6 stembussen.

Motivering

Voor de sociale verkiezingen die plaatsvinden op 23 mei 2024 vraagt de firma Jacops, Nijverheidslaan 31, 8540 Deerlijk het gebruik van 2 dubbele stemhokjes en 6 stembussen.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het gebruik van 2 stemhokjes en 6 stembussen toe te staan.

Het bedrijf komt de stemhokjes en stembussen zelf ophalen en terugbrengen.

In samenspraak met het bedrijf en de technische dienst wordt nog een concreet moment afgesproken:

●        afhaling: week van 20 mei 2024;

●        terugbrengen: zo vlug mogelijk na de verkiezing van 23 mei 2024.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.20. Attest van verdeling - Evangelieboomstraat - beslissing

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of er opmerkingen zijn bij het attest van verdeling voor de eigendom gelegen Evangelieboomstraat 28.

Motivering

Op 5 februari 2024 verstuurde men vanuit het notariskantoor notarissen Deerlijk een attest van verdeling voor de eigendom gelegen Evangelieboomstraat 28, gekadastreerd afdeling 1, sectie A, nummer 600 m2 (woning met een oppervlakte van 4a19ca) en 600t (tuin met een oppervlakte van 5a20ca).

Het onroerend goed zal opgesplitst worden in lot 1 (330,34 m²), lot 2 (39,06 m²), lot 3 (158,24 m²) en lot 4 (379,12 m²), waarbij lot 1, 2 en 3 zullen samengevoegd worden tot één geheel en lot 4 apart om te voegen bij de aanpalende eigendom ten noorden.

Voor voormelde loten zullen partijen uit onverdeeldheid treden. 

De bestemming van het goed is volgens de akte en verwerver woning en tuin, volgens het gewestplan deels woongebied met landelijk karakter (eerste 50 m vanaf de rooilijn) en deels agrarisch gebied (achterste deel).

De omgevingsambtenaar stelt voor volgende opmerking te formuleren:

Het perceel is bestemd als landbouwgrond en maakt op heden deel uit van een grotere landbouwpartij. Door de opdeling van het perceel en het bij de aanpalende eigendom te voegen als tuin, is de agrarische bestemming niet langer uit te oefenen op dat afgesplitste deel. De voorgestelde splitsing in functie van vertuining is bijgevolg niet in overeenstemming met de gewestplanbestemming.

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen wenst op te merken dat, door de afsplitsing, de agrarische bestemming niet langer uit te voeren is en de voorgestelde splitsing in functie van vertuining bijgevolg niet in overeenstemming is met de gewestplanbestemming.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.21. OMV 2023_5 - Groeningestraat tussen huisnummer 10 en 16 - beslissing

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het wijzigen van het aantal loten (van 2 loten naar 3 loten), op een perceel gelegen Groeningestraat tussen nummer 10 en 16 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 99 H en (afd. 1) sectie A 100 K, aangevraagd door de heer Bam Vaneeckhout wonende Pontstraat 8 te 8540 Deerlijk en Roel Vaneeckhout namens Kookon NV met als contactadres Pontstraat 8 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 23 februari 2024.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

●        De voorschriften dienen als volgt te worden aangepast:

○        detailhandel als nevenbestemming wordt uitgesloten van vergunning;

○        het gedeelte hellend dak dient een helling te hebben die minstens 30° en max. 45° bedraagt;

○        de voorbouwlijn betreft een vaste voorbouwlijn;

○        het losstaande bijgebouw kan niet aangewend worden als garage/autostelplaats;

○        reliëfwijzigingen zijn niet mogelijk, met bijkomende uitzondering voor het voorzien van wadi’s.

●        De voorwaarden gesteld in het advies van hulpverleningszone Fluvia dienen integraal nageleefd te worden.

●        De voorwaarden gekoppeld aan het advies van De Watergroep, afdeling Riopact dienen integraal nageleefd te worden.

●        Het verkoopbaarheidsattest zal pas afgeleverd worden nadat de verkavelaar voldaan heeft aan alle financiële en contractuele verplichtingen opgelegd door de nutsmaatschappijen.

Aan de aanvraag wordt volgende last gekoppeld:

●        De aanleg van de volledige publieke groenzone zoals weergegeven op plan BV_DVP2_N_plan07 VK inrichting groenzone, wordt als last opgelegd. Dit omvat zowel de groenaanleg als de aanleg van de noodzakelijke lijnvormige betongrasdallen, zoals weergegeven op het plan.

●        Conform het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning artikel 77 §1 dient de houder van de vergunning een financiële waarborg aan het lokaal bestuur van Deerlijk te verlenen alvorens met de uitvoering van de vergunning gestart wordt. De waarborg ten bedrage van 14.500 euro wordt geleverd via een overschrijving op de Deposito- en Consignatiekas, met het lokaal bestuur Deerlijk als begunstigde, of door de financiële instelling borg te laten staan voor het bedrag van het project.

●        Zodra de aanleg van de groenzone gebeurd is, dient het PV van oplevering van de werken (na goedkeuring van de gemeentelijk ambtenaar groen en proper) gemeld te worden aan het lokaal bestuur via omgeving@deerlijk.be met vermelding van het dossiernummer van de vergunning en de gestructureerde mededeling van de overschrijving naar de Deposito- en Consignatiekas, opdat de waarborg vrijgegeven kan worden.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1. Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

●     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

●     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

●     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 15 november 1972 (dossiernummer VK035.545 – 0130.1). Voor dit perceel is een verkavelingswijziging van toepassing, goedgekeurd op 28 juni 1978.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

●     Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

●     Gewestelijke verordening inzake hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023.

●     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

2. Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

●        Omgevingsvergunningsaanvraag geweigerd op 28 september 2022 door het college van burgemeester en schepenen voor het wijzigen van de verkaveling door het voorzien van 4 loten ifv halfopen of gesloten bebouwing in plaats van 2 loten.

3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.a.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 1.783 m² en is gelegen langs de Groeningestraat op ongeveer 550 m ten noordwesten van de kern van Deerlijk. De Groeningestraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Het perceel is braakliggend. Het perceel is omringd door een haag. Op het perceel staan enkele hoogstammige bomen. Voor de haag is een grasstrook aanwezig die behoort tot het openbaar domein.

De omgeving heeft een residentieel karakter en wordt bepaald door de aanwezigheid van eengezinswoningen. De woningen in de omgeving hebben een open en halfopen bouwtypologie, het merendeel is opgetrokken met 1 bouwlaag en een hellend dak. De perceelsoppervlakte van de loten in de directe omgeving bedraagt grotendeels 600 à 700 m². De perceelsbreedte van de loten in de omgeving bedraagt minstens 13 m.

3.b.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het herverkavelen van 2 loten voor open bebouwing naar 3 loten voor halfopen en open bebouwing. Lot 16a zou een oppervlakte hebben van 531 m², 16b van 479 m² en lot 17 een oppervlakte van 713 m². De perceelsbreedte van de loten bedraagt minstens 10 m en maximaal 14,92 m. De bestaande haag rondom het perceel zou grotendeels behouden blijven en deels vervangen worden door een nieuwe aanplant. De heraanplant wordt voorzien op de voorste perceelsgrens en op beide zijdelingse perceelsgrenzen over een diepte van 15 m vanaf de rooilijn.

De bouwmogelijkheden voor de halfopen bebouwing voorzien woningen met een max. breedte van 7 m op een diepte van 19 m op het gelijkvloers en 12 m op het verdiep. Voor de open bebouwing bedraagt de bouwbreedte 7,92 m op een diepte van 15 m.
De woning op lot 16a wordt ingeplant op 1 m achter de rooilijn, op lot 16b op 2 m achter de rooilijn en op lot 17 wordt de woning ingeplant op 5,65 m vanaf de rooilijn. De woningen kunnen opgetrokken worden met max. 2 bouwlagen en een hellend dak.

In functie van het project zouden 5 bomen op privaat domein worden gerooid.

De aanvrager voorziet anderzijds het gedeelte publieke groenzone voor de 3 loten in te richten met een 4-tal nieuwe bomen, deels gazon, deels bloemrijk grasland en deels met opritten naar de private loten.

4. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 24 november 2023 tot 23 december 2023. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er 2 bezwaarschriften ontvangen.

De ingediende bezwaren kunnen als volgt samengevat worden:

●        Vraag om bouwhoogte te beperken tot 2 bouwlagen met een plat dak ipv een hellend dak.

Een nokhoogte van 12 m, en een kroonlijsthoogte van 6,50 m brengt te veel negatieve effecten voor de eigen woning met zich mee (afname van zonlicht in de woning en op de zonnepanelen). In de directe omgeving heeft daarnaast geen enkele woning een bouwhoogte van 12 meter. Twee bouwlagen sluit niet aan bij de typologie van de bestaande bebouwing waardoor de eigenheid van de wijk verloren zou gaan.

●        Vraag om de bestaande haag die wordt verwijderd opnieuw aan te planten op voldoende afstand van de omheining. Een afstand van 0,50 m van de omheining is onvoldoende om de haag te onderhouden.

5. Adviezen

Het dossier werd voor advies besproken aan de gemeentelijke dienst groen en proper. Er wordt meegegeven dat de voorliggende groenzone op heden slechts een beperkte meerwaarde heeft voor de directe omgeving. Door het voorzien van opritten in deze groenzone zal de waarde van deze groenzone nog afnemen. Bijgevolg wordt gesuggereerd om de herinrichting van deze publieke zone als last van de verkavelingswijziging op te leggen. Het in het dossier toegevoegde plan ‘inrichting groenzone’ voldoet aan de in de gemeente gehanteerde richtlijnen inzake inrichting publieke groenzone en kan bijgevolg positief beoordeeld worden.

Brandweerzone Fluvia – dienst brandpreventie werd om advies verzocht op 15 november 2023. De adviesinstantie bracht op 1 december 2023 een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

”De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met het brandvoorkomingsverslag ref 2200714.22.001 dd. 4 juli 2022.

De individuele woongelegenheden moeten op elke bouwlaag uitgerust worden met optische rookmelders cfr. De Vlaamse regelgeving en geplaatst worden volgens de regels van de fabrikant."

Het dossier werd in functie van de uitrusting van de eigendom voor advies overgemaakt aan de Watergroep, Proximus en Wyre. Uitbreiding van de netten is noodzakelijk.

Het advies van de Watergroep, afdeling Riopact is gunstig. De conclusie uit het advies luidt als volgt:

Het project kan gunstig geadviseerd worden. Er dient voldaan te worden aan volgende algemene voorwaarden:

●        Afvalwater en hemelwater moeten volledig gescheiden tot aan de rooilijn gebracht worden. Wanneer wordt aangesloten op een gemengde leiding, gebeurt het samenbrengen van afvalwater- en hemelwaterafvoer op max. 50 cm van elkaar ter hoogte van het openbaar domein. Er dient op beide aansluitingen een externe toezichtmogelijkheid (huisaansluitputje) voorzien te worden.

●        Gravitaire kelderaansluitingen zijn niet toegelaten bij nieuwbouw.

●        Indien afvoerpunten van het gebouw lager gelegen zijn dan het straatniveau dient de aansluiting beveiligd te worden tegen terugstroming. Dit kan door aan te sluiten via een terugslagklep of pomp. Een terugslagklep dient in het private leidingenstelsel geplaatst te worden en niet in de infrastructuur van de rioolbeheerder.

●        Het afvalwater dient te worden aangesloten op de bestaande afvalwaterleiding ter hoogte van het perceel, via de kortst mogelijke weg.

●        Het regenwater dient te worden aangesloten op de bestaande RWA-leiding, ter hoogte van het perceel.

●        De aansluiting op de openbare riolering dient steeds te gebeuren door Riopact, voor de aanvraag van uw rioolaansluiting verwijzen wij graag naar onze website www.riopact.be, 'Rioolaansluiting aanvragen'. Let op, er dient per perceel een aparte aanvraag ingediend te worden, met als bijlage het rioleringsplan met aanduiding van de aangevraagde rioolaansluitingen.

●        Bij het ontwerp en de uitvoering van de werken dient rekening te worden gehouden met het 'Reglement Ontwikkelingen met impact op de rioleringsinfrastructuur' van Riopact.

In voorkomend geval kan De Watergroep nog een advies indienen dat betrekking heeft op de distributieleidingen voor drinkwater en op de bescherming van de drinkwaterbronnen.

6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.a.       Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de voorschriften van het woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op het wijzigen van de verkavelingsvoorschriften teneinde verdichtingsmogelijkheden te voorzien in functie van het wonen, zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

7.b.       Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Groeningestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

De verkavelingsaanvraag omvat geen aanleg van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen noch tracéwijziging, verbreding of opheffing van bestaande gemeentelijk verkeerswegen.

Voor de uitrusting van de verkaveling zijn werkzaamheden noodzakelijk voor drinkwater, elektriciteit en telecommunicatie.

In het advies van Proximus zijn volgende voorwaarden opgenomen die overgenomen dienen te worden bij afgifte van de vergunning: 

●        Van zodra vergund en minimaal zes maanden voor wind- en waterdicht dient de aanvrager zijn project kenbaar te maken bij Proximus door het formulier als bijlage ingevuld te versturen naar werf.A1@proximus.com.

●        De Proximus-infrastructuur dient proactief voorzien te worden in het project. De technische documentatie hiervoor wordt ter beschikking gesteld na ontvangst van het vergunde plan.

●        Sloop en/of gevelwerken dienen ten laatste acht weken voor uitvoering gemeld te worden via https://www.proximus.be/nl/id_f_cr_afbraak/particulieren/r-orphans/forms/afbraak.html.

Na de werken kunnen de bewoners eenvoudig aansluiten op de nutsvoorzieningen voor telefonie-, internet- en televisiediensten. Hiervoor kan de aanvrager terecht bij onze klantendienst op het gratis nummer 0800 22 800. Meer informatie op www.proximus.be/bouwen.

In het advies van De Watergroep zijn volgende voorwaarden opgenomen die overgenomen dienen te worden bij afgifte van de vergunning: 

●        Voor de uitrusting van de verkaveling met een drinkwaterleiding op het openbaar domein moet door de initiatiefnemer onderstaande betaald worden:

○        een forfaitaire kost per bebouwbaar kavel;

○        een kost voor ontwerp en veiligheidscoördinatie per project.

Wanneer aan alle voorwaarden is voldaan zal De Watergroep de gemeente hiervan op de hoogte brengen, pas dan zal de gemeente cfr. De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, een verkoopbaarheidsattest afleveren.

Iedere wooneenheid dient over een afzonderlijke watermeter te beschikken. De plaats van de watermeter dient te beantwoorden aan de voorschriften van De Watergroep. De kosten van de nieuwe aftakkingen zijn ten laste van de individuele aanvragers.

In het advies van Wyre zijn volgende voorwaarden opgenomen die overgenomen dienen te worden bij afgifte van de vergunning:

●        Onze studiedienst stelde vast dat er een netuitbreiding nodig is om alle loten van dit project aansluitbaar te maken.

●        Er werd een offerte opgesteld en ter goedkeuring doorgestuurd naar de aanvrager. In deze offerte houden we rekening met het aanleggen van nutsleidingen in overleg met andere nutsmaatschappijen. Dit is kostenbesparend en beperkt de hinder. We stemmen de uitvoeringstermijnen dan ook af op de planning van de andere werken.

7.c.       Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1 ha). Het perceel zelf ligt niet in een pluviaal of fluviaal overstromingsgevoelig gebied.

Aangezien er geen nieuwe wegenis aangelegd wordt, moeten er in de verkaveling geen collectieve voorzieningen geïnstalleerd worden.

Voor de watertoets wordt verwezen naar het gunstig advies van De Watergroep, Riopact en de algemeen geldende voorwaarden.

●        Afvalwater en hemelwater moeten volledig gescheiden tot aan de rooilijn gebracht worden. Wanneer wordt aangesloten op een gemengde leiding, gebeurt het samenbrengen van afvalwater- en hemelwaterafvoer op max. 50 cm van elkaar ter hoogte van het openbaar domein. Er dient op beide aansluitingen een externe toezichtmogelijkheid (huisaansluitputje) voorzien te worden.

●        Gravitaire kelderaansluitingen zijn niet toegelaten bij nieuwbouw.

●        Indien afvoerpunten van het gebouw lager gelegen zijn dan het straatniveau dient de aansluiting beveiligd te worden tegen terugstroming. Dit kan door aan te sluiten via een terugslagklep of pomp. Een terugslagklep dient in het private leidingenstelsel geplaatst te worden en niet in de infrastructuur van de rioolbeheerder.

●        Het afvalwater dient te worden aangesloten op de bestaande afvalwaterleiding ter hoogte van het perceel, via de kortst mogelijke weg.

●        Het regenwater dient te worden aangesloten op de bestaande RWA-leiding, ter hoogte van het perceel.

●        De aansluiting op de openbare riolering dient steeds te gebeuren door Riopact, voor de aanvraag van uw rioolaansluiting verwijzen wij graag naar onze website www.riopact.be, 'Rioolaansluiting aanvragen'. Let op, er dient per perceel een aparte aanvraag ingediend te worden, met als bijlage het rioleringsplan met aanduiding van de aangevraagde rioolaansluitingen.

●        Bij het ontwerp en de uitvoering van de werken dient rekening te worden gehouden met het 'Reglement Ontwikkelingen met impact op de rioleringsinfrastructuur' van Riopact.

7.d.       Mer-screening

De bouwaanvraag valt onder het toepassingsgebied van bijlage III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december, meerbepaald rubrieknummer 10b stedelijke ontwikkeling.

In navolging van het Besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 (BS 29 april 2013) dient er voor de aanvraag een project-m.e.r.-screening te gebeuren (bijlage III bij het project-m.e.r.-besluit).

De mer-screening wordt toegevoegd in de voorbehouden velden in het omgevingsloket.

Hierbij werden de mogelijke effecten van het project op de omgeving onderzocht en gemotiveerd waarom deze niet aanzienlijk zijn. Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

7.e.       Natuurtoets

Niet van toepassing

7.f.         Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.g.       Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing.

7.h.       Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.i.         Milieuaspecten

Niet van toepassing.

7.j.         Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

Functie:

De aanvraag voorziet het herverkavelen van 2 loten uit de verkaveling in 3 loten voor woningbouw in een residentiële omgeving. De aanvraag voorziet het bouwen van 2 halfopen en 1 open woningen. De aanpalende woningen zijn van het open bouwtype, de woningen in de ruimere omgeving zijn van het open en halfopen type. De voorziene bouwtypologie is bijgevolg passend in de woonwijk en sluit aan bij de typologie van de woningen in de wijk.

Bij verdichtingsprojecten wordt een maatschappelijke return verwacht of minstens dient het ontwerp een maatschappelijke meerwaarde te hebben. Dit kan in de vorm van een co-housingproject, een ontwikkeling met gemeenschappelijke tuinen, … Deze maatschappelijke meerwaarde ligt in deze aanvraag het inrichten van de voorliggende publieke groenzone. 

Voorschrift 1.1.2. en 6.1.2. voorziet de mogelijkheid om max. 40 % van de vloeroppervlakte te voorzien in functie van vrije beroepen, diensten, detailhandel of kantoren. Gezien de residentiële ligging en de beperkte mogelijkheid om te parkeren op eigen terrein, wordt detailhandel uitgesloten als nevenbestemming.

Inplanting, ruimtegebruik, bouwvolume, gabarit en verschijningsvorm:

Het ontwerp voorziet 2 halfopen woningen met een bouwbreedte van 7 m, en 1 woning van het open type met een bouwbreedte van 7,92 m. De aanvraag voorziet in grote lijnen de overname van de voorschriften van de oorspronkelijke verkaveling.

De bestaande voorschriften voorzien de mogelijkheid tot het bouwen van 2 bouwlagen met een kroonlijsthoogte van 6,50 m, met afwerking met hellend of plat dak en met een helling van minstens 40°. Voor wat betreft het aantal bouwlagen werden de voorschriften bij de woningen in de wijk niet maximaal aangewend en bestaat het merendeel van de woningen in de omgeving uit 1 bouwlaag met een hellend dak. Anderzijds kan iedere eigenaar conform de verkavelingsvoorschriften de woning nog optrekken tot 2 bouwlagen met een diverse dakvorm. Het behoud van deze voorschriften binnen de verkavelingsbijstelling zal dan ook geen negatieve impact hebben op zijn omgeving rekening houdend met de uitbreidingsmogelijkheden voor de andere loten uit de verkaveling.

Aangezien de dakvormen in de omgeving op heden allen uit hellende daken bestaan, is in de voorschriften opgenomen dat minstens de helft van het dakoppervlak in het horizontaal vlak, hellend dient te zijn. Op die manier wordt een aansluiting gevonden met de bestaande omgeving. De voorschriften voorzien een helling tussen de 30° en de 50°. Voortgaand op de dakhelling van de woningen in de omgeving, de standaard gehanteerde maximale dakhellingen en teneinde de impact op de aanpalende eigendom te beperken, dient opgelegd te worden dat de dakhelling maximaal 45° kan bedragen in plaats van de voorziene 50°.

Het ontwerp en de voorschriften voorzien wel een grotere flexibiliteit voor wat de inplanting en het ruimtegebruik betreft.

De inplanting van de woningen loten 16a en 16b wordt voorzien op 1 tot 2 m achter de rooilijn. De inplanting van lot 17 wordt voorzien op 5,65 m. Dit is een beperkte afwijking tov de huidige voorschriften waar de woningen op 5 m achter de rooilijn voorzien worden. Doch gezien de voorliggende groenzone, de afwijkende inplanting van de rooilijn en de aansluiting die op die manier gezocht wordt naar de inplanting van de bestaande woning, zowel rechts als links van de eigendom, is een beperkte voortuinstrook aanvaardbaar. Het is echter wenselijk dat de voorziene voorbouwlijn telkens een vaste voorbouwlijn betreft. Dit dient aangevuld te worden in de legende van het verkavelingsplan.

Het bouwkader op het plan van de loten 16a en 16b voorziet een maximale bouwdiepte van 12 m op de verdieping en 19 m op het gelijkvloers. Een diepte van 19 m op het gelijkvloers voor een koppelbebouwing is eerder ruim, echter hier ingegeven vanuit het feit dat de carport telkens geïntegreerd wordt in het hoofdvolume en bijgevolg niet als een vrijstaande constructie in de tuinzone voorzien dient te worden. Bijgevolg wordt de bebouwing op het perceel wel compact gehouden. Het gedeelte buiten het hoofdvolume zal ook beperkt zijn in hoogte zodat de impact van deze diepte op de aanpalende eigendom beperkt zal zijn. Door het bouwkader meer naar voor te verschuiven ten opzichte van de bestaande verkaveling zal ook de impact naar schaduw op het aanpalende perceel beperkter zijn. Bijgevolg kan deze bouwdiepte aanvaard worden.

Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

Ten gevolge van de geplande werken kan een toename van de verkeersaantrek verwacht worden. De impact van een bijkomende woning zal een beperkte impact hebben op de verkeersaantrek.

Er wordt per woning 1 autostelplaats voorzien op eigen terrein. Voor de loten 16a en 16b wordt de toegang tot de carport gegroepeerd. De voorschriften voorzien ook de mogelijkheid om een bijkomende garage te voorzien in achtertuinstrook. Dat is, gezien de noodzaak tot het behoud van de bestaande groenzone, niet wenselijk. De mogelijkheid om een garage als losstaand bijgebouw in de achtertuinzone te voorzien van de loten 16a en 16b en 17 wordt uitgesloten.

Groen- en omgevingsaanleg:

De wijk heeft een groene aanblik. Dit niet alleen door de grasbermen beplant met bomen aan beide zijden van de weg, maar ook door de beperkte aanwezigheid van verharde opritten in de voortuinen van de woningen en de aanwezigheid van veel groen in de voortuin. Ook de kavelbreedte in de wijk, die minstens 13 m bedraagt, speelt hier een rol.

Rondom de te herverkavelen gronden bevindt zich een 3 m-hoge en +/- 2 m-brede haagbeuk. Ter hoogte van de rooilijn wordt deze gerooid en heraangeplant. De heraanplant van de haag, zij het met een beperkte hoogte van 0,80 m, zorgt voor de continuïteit van groen in de omgeving.

Voorschrift 5 en 10 Varia

De voorschriften geven aan dat, muv waterpartijen, reliëfwijzigingen niet toegelaten worden. Het is wenselijk dat er eveneens een uitzondering mogelijk gemaakt wordt voor wadi’s. Dit dient, voor de duidelijkheid en de noodzaak om bovengrondse waterbuffering zoals wadi’s bij elke constructie te voorzien, aangevuld te worden.

Conclusie:

Het ontwerp kan mits het voorzien van voorwaarden verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet een beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, en respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich zodoende niet in, in de betrokken omgeving.

7.k.       Resultaten openbaar onderzoek

De bezwaarschriften zijn tijdig ingediend en worden aldus ontvankelijk verklaard.

Het college van burgemeester en schepenen neemt omtrent de bezwaarschriften het volgende standpunt in:

●        De vraag om de bestaande verkavelingsvoorschriften te verstrengen zodat het bouwvolume beperkt wordt tot 1 bouwlaag met een dak, zoals de woningen in de omgeving: ongegrond te verklaren; de suggestie om het bouwvolume te beperken tot 1 bouwlaag kan, net als in de aanvraag OMV_2022054339 niet gevolgd worden. Gezien de huidige voorschriften een bouwvolume mogelijk maken van 2 bouwlagen met hellend dak en een kroonlijsthoogte van 6,50 m en, gezien het feit dat er zuinig moet worden omgegaan met de beschikbare ruimte, wordt dit niet in overweging genomen.

●        De vraag om de bestaande haag na verwijdering opnieuw aan te planten op een grotere afstand dan 0.50 m van de afscheiding: ongegrond te verklaren.

Deze opmerking is niet van stedenbouwkundige aard. Het is de taak van de vergunningverlenende overheid om zich uit te spreken over de stedenbouwkundige verenigbaarheid van het project. De inplanting van een haag is geregeld in het Burgerlijk Wetboek. Concreet zegt artikel 3.133 van het Burgerlijk Wetboek dat alle beplanting zoals struiken en hagen, op minimum een halve meter van de perceelsgrens geplant moeten worden. Het staat beide eigenaars vrij om hierover andere afspraken te maken, doch een ruimere afstand dan 0,50 m vindt geen juridische basis.

7.l.         Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.m.     Bespreking adviezen

Hulpverleningszone Fluvia

Gelet op de specifieke problematiek dient opgelegd te worden dat de voorwaarden geformuleerd in het brandvoorkomingsadvies stipt nageleefd moeten worden.

7.n.       Stedenbouwkundige lasten

Overeenkomstig artikel 75 §1, van het omgevingsvergunningsdecreet kan de bevoegde overheid, bij de afgifte van een omgevingsvergunning, een last opleggen. Die lasten vinden hun oorsprong in het voordeel dat de begunstigde van de omgevingsvergunning uit die vergunning haalt en in de bijkomende taken die de overheid, door de uitvoering van de vergunning, op zich neemt. Overeenkomstig art. 77 §1 verleent de houder van de vergunning die daarop betrekking heeft, een financiële waarborg voor er met de werken gestart wordt en dekt de waarborg de volledig geraamde kostprijs van de lasten.

De aanleg van de volledige publieke groenzone, zoals weergegeven op plan BV_DVP2_N_plan07 VK inrichting groenzone, wordt als last opgelegd. Dit omvat zowel de groenaanleg als de aanleg van de noodzakelijke lijnvormige betongrasdallen, zoals weergegeven op het plan. De waarborg wordt geraamd op 14.500 euro.

Standpunt van het college van burgemeester en schepenen

Het college sluit zich niet volledig aan bij het standpunt van de omgevingsambtenaar, meer in het bijzonder met betrekking tot de dakvorm.

In de voorschriften van de bijstelling is met betrekking tot de dakvorm opgenomen dat minstens de helft van het dakvlak in het horizontaal vlak, hellend verwezenlijkt dient te worden, dit inspelend op de bestaande dakvorm aanwezig in de wijk en dit binnen een maximale hoogte van 2 bouwlagen en een dak.

In de oorspronkelijke voorschriften is eveneens voorzien dat 2 bouwlagen en een hellend dak mogelijk is, doch is de dakvorm vrij gehouden waardoor zowel een plat als hellend dak toegelaten is.

Het college is van mening dat de vrije dakvorm zoals voorzien in de oorspronkelijke vergunning behouden moet blijven en bijgevolg het voorschrift dat minstens een deel met hellend dak afgewerkt moet worden verwijderd dient te worden.

Juridische gronden

●     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

●     Andere:

○        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

○        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich niet volledig aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Bam Vaneeckhout wonende Pontstraat 8 te 8540 Deerlijk en Roel Vaneeckhout namens Kookon NV, met als contactadres Pontstraat 8 te 8540 Deerlijk, voor het wijzigen van het aantal loten (van 2 loten naar 3 loten), op een perceel gelegen Groeningestraat tussen nummer 10 en 16 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 99 H en (afd. 1) sectie A 100 K.

Aan de aanvraag worden volgende voorwaarden gekoppeld:

●        De voorschriften dienen als volgt te worden aangepast:

○        detailhandel als nevenbestemming wordt uitgesloten van vergunning;

○        de dakvorm dient vrij te zijn en de verplichting om minstens delen met hellend dak af te werden wordt uit de voorschriften verwijderd;

○        de voorbouwlijn betreft een vaste voorbouwlijn;

○        het losstaande bijgebouw kan niet aangewend worden als garage/autostelplaats;

○        reliëfwijzigingen zijn niet mogelijk, met bijkomende uitzondering voor het voorzien van wadi’s.

●        De voorwaarden gesteld in het advies van de hulpverleningszone Fluvia dienen integraal nageleefd te worden.

●        De voorwaarden gekoppeld aan het advies van De Watergroep, afdeling Riopact, dienen integraal nageleefd te worden.

●        Het verkoopbaarheidsattest zal pas afgeleverd worden nadat de verkavelaar voldaan heeft aan alle financiële en contractuele verplichtingen, opgelegd door de nutsmaatschappijen.

Aan de aanvraag wordt volgende last gekoppeld:

●        De aanleg van de volledige publieke groenzone, zoals weergegeven op plan BV_DVP2_N_plan07 VK inrichting groenzone, wordt als last opgelegd. Dit omvat zowel de groenaanleg als de aanleg van de noodzakelijke lijnvormige betongrasdallen, zoals weergegeven op het plan.

●        Conform het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning artikel 77 §1, dient de houder van de vergunning een financiële waarborg aan het lokaal bestuur van Deerlijk te verlenen alvorens met de uitvoering van de vergunning gestart wordt. De waarborg ten bedrage van 14.500 euro wordt geleverd via een overschrijving op de Deposito- en Consignatiekas, met het lokaal bestuur Deerlijk als begunstigde of door de financiële instelling borg te laten staan voor het bedrag van het project.

●        Zodra de aanleg van de groenzone gebeurd is, dient het PV van oplevering van de werken (na goedkeuring van de gemeentelijk ambtenaar groen en proper) gemeld te worden aan het lokaal bestuur via omgeving@deerlijk.be, met vermelding van het dossiernummer van de vergunning en de gestructureerde mededeling van de overschrijving naar de Deposito- en Consignatiekas, opdat de waarborg vrijgegeven kan worden.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.22. Inname openbaar domein - kennisname

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.23. OMV 2024_11 - Kerkstraat 163 - beslissing

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het aanleggen van zwemvijver en inrichten tuin, op een perceel gelegen Kerkstraat 163 en 169 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 342 E en (afd. 2) sectie E 342 D, aangevraagd door mevrouw Lisa Margodt wonende Kerkstraat 163 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  22 februari 2024.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

●        Het grindgazon (aangevraagd als bijkomende parkeerzone) palend aan de doorrit wordt uit de vergunning gesloten.

●        Eén nieuwe hoogstamboom van cat. 2 moet aangeplant worden in de zone tussen de voorgevelbouwlijn van het bijgebouw en de achtergevellijn van de woning en dit ten laatste het eerstvolgend plantseizoen na het van kracht worden van de vergunning.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1. Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als woongebied.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

●     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

●     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

●     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

●     Gewestelijke verordening inzake hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023.

●     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

2. Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

●        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 25 juni 1986 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een landhuis na afbraak bestaande gebouwen.

●        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 26 januari 1994 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de woning met beroepslokalen.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1 Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van ruim 6.000 m² en is gelegen langs de Kerkstraat op ongeveer 700 m ten noordoosten van de kern van Sint-Lodewijk. De Kerkstraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg geflankeerd met lintbebouwing.

Het perceel is bebouwd met een ééngezinswoning en bijgebouw. De woning bevindt zich achter het vrijstaand bijgebouw en is opgetrokken met 1 bouwlaag en een hellend dak evenals het bijgebouw.  De constructies bevinden zich op een ruime afstand t.o.v. de perceelsgrenzen en rooilijn.

De omgeving heeft een residentieel, landelijk karakter en wordt bepaald door de aanwezigheid van hoofdzakelijk eengezinswoningen.

3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst de tuinzone tussen zijn woning en bijgebouw her in te richten.  Op heden is er op het binnenplein dolomiet aanwezig met een totale oppervlakte van 376 m² (binnenplein en oprit) en een pad langs de woning van 34,5 m².  Het is de bedoeling een deel van deze bestaande verhardingen te verwijderen en deels te vervangen door nieuwe verhardingen. 

Gekoppeld aan de bestaande kasseien die gelegen zijn tussen de woning en het bijgebouw wenst men deze inrijzone uit te breiden met siergrind als oprit en doorrijstrook, met een oppervlakte van 172,6 m², uitgevend naar de linkerkant van het goed.

Aansluitend op deze vernieuwde oprit wordt een grindgazon voorzien als bijkomende parkeermogelijkheid met een oppervlakte van 137 m².

Palend aan de woning worden de strakke bestaande paden vervangen door nieuwe kasseien (77,8 m²) met ronde contouren geïntegreerd tussen het groenmassief. 

In de oksel van de stal wordt eveneens een pad in kasseien aangelegd met een oppervlakte van 43,3 m².  Hieraan gekoppeld wordt een terras voorzien, uitgevoerd met een breuksteen (29,8 m²). Palend aan het terras wordt een rechthoekige zwemvijver voorzien met een lengte van 14 m en een breedte van 3,5 m, de diepte bedraagt 1,5 m waarbij de boord (4,7 m²) deels afgewerkt wordt met een deksteen in hetzelfde materiaal als het aanpalende terras. De andere zijden van de zwemvijver grenzen onmiddellijk aan het gazon. Rond de bestaande poolhouse wordt het pad doorgetrokken dat uitgeeft naar de voortuin (8,4 m²).  In de voortuinstrook wordt een open omheining voorzien met een lengte van 17,6 m en een hoogte van 1,5 m als afsluiting tussen tuingedeelte en weide.

Wegens stormschade werd een bestaande lindeboom gerooid, er worden bijkomend geen hoogstammige bomen meer verwijderd op het goed.

3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

5. Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1 Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de voorschriften van het woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt:

Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op de inrichting van de tuin bij de woning, zijnde de aanleg van een zwembad en van verharding, zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kerkstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
De omzendbrief OMG/2022/1 ‘Richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ reikt richtlijnen aan voor het toepassen van het nieuwe watertoetsbesluit, alsook voor het vrijwaren van watergevoelige gebieden.

Het betrokken goed is volgens de fluviale en de pluviale overstromingskaart niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone.

De voorliggende aanvraag heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte.  Het betreft de (her)aanleg van verharding en een zwemvijver.  De overloop van de zwemvijver loopt op een natuurlijke wijze af in de onverharde naastliggende bodem.  De voorziene verharding is gedeeltelijk waterdoorlatend of watert op een natuurlijke wijze af in de naastliggende onverharde grond die minstens ¼ bedraagt van de totale oppervlakte van verharding en zwemvijver.

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater.

Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

7.4 Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9 Milieuaspecten

Niet van toepassing.

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

Functie:

De aanvraag heeft geen betrekking op de verbouwing van de bestaande woning en bijgebouw (gelegen tussen woning en de straat).  De functie van deze panden blijft ongewijzigd en is passend binnen deze woonomgeving.

Inplanting, ruimtegebruik, bouwvolume en gabarit:

De geplande werken houden geen wijzigingen in van de bestaande gebouwen op het goed.  Tussen de gebouwen wordt de tuin heringericht met oprit, terras en zwemvijver.  De werken situeren zich voornamelijk tussen de gebouwen zodat de inrichting een compact geheel blijft met de bestaande opstelling. 

Er wordt geen hinder verwacht voor de omringende percelen gezien de werken zich situeren op een ruime afstand t.o.v. de perceelgrenzen en de werken vlak uitgevoerd worden met het maaiveld en geen bovengrond 3D-volume inhouden.

Verschijningsvorm:

De verhardingen worden geïntegreerd tussen gazon, bomen en groenmassief.  De stijl van het landelijke karakter wordt doorgetrokken door het gebruik van verschillende kleinschalige materialen en de voornamelijk ronde afboording van de verharding.

Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

Gezien de functie van de bestaande bebouwing op het goed behouden blijft wordt bijgevolg geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht.

In dat opzicht wordt het voorziene grindgazon palend aan de nieuwe doorrit uit de vergunning gesloten gezien deze extra verharding niet te motiveren valt bij een eengezinswoning en er reeds voldoende parkeergelegenheid aanwezig is op eigen terrein voor het stallen van voertuigen.  Daarnaast zou deze bijkomende parkeerzone impliceren dat er meer verharding zou aanwezig zijn dan voordien wat in kader van vergroening en optimale ontharding niet aanvaardbaar is.

Deze uitsluiting zal als voorwaarde opgelegd worden.

Groen- en omgevingsaanleg:

De woning beschikt over een voldoende ruime tuinzone om een kwalitatieve tuin te kunnen aanleggen.  De nieuwe verharding en zwemvijver zullen minder oppervlakte in beslag nemen dan de huidige verhardingen, rekening houdend dat het grindgazon uitgesloten wordt.  Door menging van bomen, gazon en groenmassief integreert de verharding zich binnen de tuinzone.  Er werd echter wel een hoogstammige boom gerooid op de locatie waar de zwemvijver gesitueerd is.  Als compensatie dient 1 nieuwe hoogstam aangeplant te worden van cat. 2 en dit in de zone tussen de voorgevelbouwlijn van het bijgebouw en de achtergevellijn van de woning en dit ten laatste het eerstvolgend plantseizoen na het van kracht worden van de vergunning (gezien de boom reeds gerooid werd). Dit wordt als voorwaarde opgelegd.

Na de werken wordt het contact tussen de leefruimtes van de woning en de tuinzone versterkt, wat de woonkwaliteit ten goede komt.

Conclusie

Het ontwerp kan mits het naleven van de voorwaarden verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet een beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing.

7.12 Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13 Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

●     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

●     Andere:

○     Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

○     Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan mevrouw Lisa Margodt wonende Kerkstraat 163 te 8540 Deerlijk, voor het aanleggen van zwemvijver en inrichten tuin, op een perceel gelegen Kerkstraat 163 en 169 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 342 E en (afd. 2) sectie E 342 D, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

●        Het grindgazon (aangevraagd als bijkomende parkeerzone) palend aan de doorrit wordt uit de vergunning gesloten.

●        Eén nieuwe hoogstamboom van cat. 2 moet aangeplant worden in de zone tussen de voorgevelbouwlijn van het bijgebouw en de achtergevellijn van de woning en dit ten laatste het eerstvolgende plantseizoen na het van kracht worden van de vergunning.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.24. OMV 2023_166 - Kerkstraat 90 - beslissing

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verplaatsen van een hobbystal, op een perceel gelegen Kerkstraat 90 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 432 S, (afd. 2) sectie E 440 A en (afd. 2) sectie E 444 G, aangevraagd door Rudy Beyaert met als contactadres Kerkstraat 90 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  22 februari 2024.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

●     Minstens 20 m² van de aangevraagde constructie moet ingericht worden als stal voor de 2 dieren en minstens 10 m² als voederberging.

●     Alle zijden (ook deze die openingen bevatten) moeten afgewerkt worden met hout.

●     De aangevraagde verharding wordt uit de vergunning gesloten.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1. Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

●     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

●     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

●     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag wijkt af van de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

●     Gewestelijke verordening inzake hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023.

2. Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

●        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 11 oktober 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van een zonevreemde ééngezinswoning.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

●        Omgevingsvergunning afgeleverd op 31 augustus 2022 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een carport bij een bestaande woning.

3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1 Beschrijving van de omgeving

De eigendom omvat gekoppelde percelen met een totale oppervlakte van ongeveer 5000 m² op 310 m ten noordoosten van de kern Sint-Lodewijk. De woning met bijhorende grond is gelegen in een 2de bouwlijn ten opzichte van de Kerkstraat en de Heestertstraat. Het geheel bestaat uit een woning en enkele omliggende bijgebouwen. De ontsluiting gebeurt in noordoostelijke richting via een stuk doodlopende zijstraat van de Kerkstraat (tussen huisnummers 82 en 92). De omgeving is een landelijke, agrarische omgeving die ook gekenmerkt wordt door heel wat zonevreemde bebouwing.

3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager plaatste een hobbystal zonder vergunning. In kader van een eerder opgestart handhavingsproject wenst de aanvrager de huidige wederrechtelijk opgetrokken hobbystal te verplaatsen, rekening houdend met de gestelde voorwaarden inzake inplanting.

De aanvrager wenst de hobbystal te plaatsen volledig binnen de straal van 47 m vanaf de linker zijgevel van zijn woning, op 3 m afstand t.o.v. de perceelgrens met de voorliggende woning gelegen Kerkstraat 82 en aan de rechterkant naast zijn oprit.  Palend aan de stal is een kleine weide aanwezig.  De constructie betreft een container die dienst doet als stal voor 2 paarden.  De lengte bedraagt 13,7 m en de breedte 2,6 m (oppervlakte 35,6 m²), de constructie is afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 2,9 m.  De stal is binnenin opgedeeld in 4 delen, zijnde een hooiruimte, een voederruimte en 2 stalruimtes.  De voorzijde, uitgevend naar de weide van de aanvrager, bevat 3 deuropeningen, de linkerzijde kan opengedaan worden via een dubbele deur.  De andere zijden zijn gesloten.  De constructie is opgericht in metaal waarbij enkel de gesloten wanden afgewerkt zijn met houten panelen.   

Vóór de stal wenst men verharding aan te leggen over de volledige lengte en met een breedte van 3 m, uit te voeren met een ondergrond van gebroken puin en afgewerkt met betondallen, met een totale doorsnede van 25 cm.

3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

5. Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1 Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, mee bepaald aan de voorschriften van het agrarisch gebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 11.4.1. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt:

Agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven.

Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

De aanvraag valt onder toepassing van de afwijkingsmogelijkheid voor hobbystallen voor weidedieren van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening waarbij artikel 4.4.8/2 aangeeft dat één stal voor weidedieren kan opgericht worden in agrarisch gebied bij een residentiële woning voor zover er geen bestaande stallingsmogelijkheden zijn en er voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

●        de stal wordt volledig opgericht binnen een straal van 50 m van een hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte residentiële woning of bedrijfswoning;

●        de stal heeft een max. kroonlijsthoogte van 3,5 m;

●        de stal heeft een max. vloeroppervlakte van 120 m2 per ha graasland, met een absoluut max. van 200 m2;

●        de stal wordt niet opgericht in ruimtelijk kwetsbaar gebied of in de gebieden die staan aangewezen op de plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen als bouwvrij agrarisch gebied en agrarisch gebied met overdruk natuurverwerving.

Als richtlijn voor het stallen van grote weidedieren, zoals paarden en runderen, geldt bijkomend:

●        dergelijke weidedieren moeten ter plaatse of in de onmiddellijke omgeving van de stalling over voldoende graasweide beschikken - richtnorm: 1000 à 2500 m² per dier, met een maximum van 4 grote weidedieren per hectare;

●        afhankelijk van de (schoft)hoogte van het dier, 10 à 15 m² stallingsoppervlakte per weidedier;

●        5 à 15m² voederberging (stro + hooi) per dier.

De stal wordt opgericht binnen de straal van 50 m van de woning (47 m), de kroonlijsthoogte is minder dan 3,5 m (2,9 m), de vloeroppervlakte valt onder de max. toegelaten oppervlakte (weide 4.032 m² = 120 x 0,4032 ha = max. 48 m², aanvraag: 35,6 m²), er is voldoende graasweide beschikbaar (minstens 1000 m²/dier, aanvraag 4.032 m²) en is gelegen binnen agrarisch gebied.

Om te voldoen aan artikel 4.4.8/2 van de afwijkingsmogelijkheid moet als bijkomende voorwaarde opgelegd worden dat er minstens 20 m² als stal voor 2 dieren (10 m² per dier) moet voorzien worden en er minstens 10 m² voederberging moet voorzien worden (5 m² per dier) binnen de aangevraagde constructie.

Mestopslag en bijhorende verhardingen bij een vergunde hobbystal in agrarisch gebied zijn vergunningsplichtig, maar zijn in het kader van een hobby-activiteit strijdig met de bestemming agrarisch gebied. Er bestaat geen vergunningsgrond om een aparte mestopslag te voorzien.Het toepassingsgebied van artikel 4.4.8/2 VCRO beperkt zich tot het oprichten van een stal voor weidedieren. Deze stal kan, zoals hierboven reeds vermeld, uitsluitend gebruikt worden voor het verblijf van weidedieren eventueel in combinatie met een beperkte bergruimte in functie van dit verblijf (hooi, voeder, mestopslag,…). De mestopslag kan wel binnen deze oppervlakte voorzien worden.  Om aan deze voorwaarde tegemoet te komen wordt de aangevraagde verharding palend aan de stal uit de vergunning gesloten.

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kerkstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

De omzendbrief OMG/2022/1 ‘Richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ reikt richtlijnen aan voor het toepassen van het nieuwe watertoetsbesluit, alsook voor het vrijwaren van watergevoelige gebieden.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<40 m²).

Het betrokken goed is volgens de fluviale en de pluviale overstromingskaart niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone.

De afwatering van de dakoppervlakte vloeit in de naastliggende onverharde bodem bestaande uit gras.  Deze naastliggende groenzone bedraagt meer dan ¼ van de dakoppervlakte.

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater.

Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

7.4 Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing.

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9 Milieuaspecten

Niet van toepassing.

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

Functie:

De bestaande woning blijft behouden als zonevreemde woning.  De aanvraag heeft geen betrekking op professionele activiteiten of para-agrarische activiteiten.  Het plaatsen van een stal in deze lokale ruimtelijke agrarische situatie is aanvaardbaar.  Het ontwerp veroorzaakt geen schade aan de externe landbouwstructuren en de aanwezige agrarische dynamiek. 

Het ontwerp heeft louter betrekking op het plaatsen van een hobbystal bij een particuliere woning voor het stallen van 2 paarden.

Inplanting en ruimtegebruik:

De stal wordt ingeplant rechts van de private toegangsweg, op 3 m afstand van de dichtste perceelsgrens t.o.v. de buureigendom, gelegen Kerkstraat 82.  Op die manier sluit de stal aan bij de bestaande omliggende bebouwing en wordt het landschap niet verstoord.  De bebouwing is compact en sluit zo dicht mogelijk aan bij de woonzone, zodat de visuele impact eerder gering is.

Bouwvolume en gabarit:

De hoogte en oppervlakte zijn eerder beperkt tot het strikt noodzakelijke voor het huisvesten van de 2 paarden.  Er wordt geen hinder verwacht voor de omringende percelen.  Het gevraagde is qua volume en gabarit inpasbaar in de betreffende omgeving. 

Verschijningsvorm: 

Enkel de gesloten wanden zijn afgewerkt met houten bekleding.  Teneinde een uniformiteit voor de hele constructie te realiseren en het materiaalgebruik af te stemmen aan de omgeving moetende andere zijden, waar zich de openingen in bevinden, ook afgewerkt worden met hout.  Op deze manier heeft de constructie een zo natuurlijk mogelijke afwerking en is bijgevolg optimaal integreerbaar in de landelijke omgeving.  Deze gevelafwerking wordt als voorwaarde opgelegd.

Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

De hoofdfunctie van eengezinswoning blijft behouden, bijgevolg wordt geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht.  Het betreft een private stal voor 2 paarden, zonder commerciële doeleinden, die geen impact heeft op bijkomende verkeersaantrek.

Groen- en omgevingsaanleg:

De woning beschikt over een voldoende ruime tuinzone om kwalitatief te kunnen aanleggen.  De omgeving rond de hobbystal bestaat voornamelijk uit weides voor de dieren.  Daarnaast is een strikt noodzakelijke oprit voorzien vanaf het openbaar domein naar de woning (met carport) toe.  Naast de stal wordt de verharding uit de vergunning gesloten gezien deze niet valt onder de wettelijke mogelijkheden. Op het goed is de groenaanleg maximaal.

Conclusie

Het ontwerp kan mits het naleven van de voorwaarden verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet een beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing.

7.12 Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13 Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

●     Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

●     Andere:

○     Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

○     Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Rudy Beyaert met als contactadres Kerkstraat 90 te 8540 Deerlijk, voor het verplaatsen van een hobbystal, op een perceel gelegen Kerkstraat 90 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 432 S, (afd. 2) sectie E 440 A en (afd. 2) sectie E 444 G, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

●     minstens 20 m² van de aangevraagde constructie moet ingericht worden als stal voor de 2 dieren en minstens 10 m² als voederberging;

●     alle zijden (ook deze die openingen bevatten) moeten afgewerkt worden met hout;

●     de aangevraagde verharding wordt uit de vergunning gesloten.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.25. Standplaats ambulante handel - Flanders gebak - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de vaste inname van openbaar domein als standplaats voor ambulante handel, door Flanders gebak, goed te keuren.

Motivering

Flanders gebak wenst een vaste standplaats in te nemen in Sint-Lodewijk met hun foodtruck oliebollen en gebak. In 2021, 2022 en 2023 namen ze deze standplaats reeds in, maar besloten toen een pauze in te lassen. Nu wensen ze opnieuw de inname van deze standplaats aan te vangen voor onbepaalde periode.

Identiteit van de aanvrager

Identiteit van de zaak

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Retributiereglement ambulante handel, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 19 december 2019

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van Flanders gebak, tot een vaste inname van openbaar domein als standplaats voor ambulante handel, goed te keuren.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.26. Grafconcessie - bijzetting - kennisname

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.27. Verkiezingen 9 juni en 13 oktober 2024 - reservatie stemlocaties - goedkeuring

Aanleiding en context

Op zondag 9 juni 2024 vinden de verkiezingen plaats voor het Europees, het federaal en het Vlaams Parlement. De provincie- en gemeenteraadsverkiezingen worden in 2024 georganiseerd op zondag 13 oktober. Voor een goede organisatie van de verkiezingen is de reservatie van de stemlocaties noodzakelijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen deelt de kiezers in stemafdelingen in en wijst voor elke stemafdeling een afzonderlijk stemlokaal aan. In één gebouw kunnen verschillende stemlokalen worden ingericht. Bij voorgaande verkiezingen werd de gemeente Deerlijk ingedeeld in drie stemafdelingen, meer bepaald Deerlijk centrum, Sint-Lodewijk en Molenhoek. De stemlocaties waren:

●        Deerlijk centrum: de beuk, Sint-Amandusstraat 26;

●        Sint-Lodewijk: Vrije Basisschool Sint-Lodewijk, Pladijsstraat 296;

●        Molenhoek: buurthuis de Wieke, Wiekeplein 1.

Voor het kalenderjaar 2024 kwam de vraag van de VBS Sint-Lodewijk om de klassen niet meer te gebruiken als stemlocatie. Een alternatief werd gezocht en gevonden in het aangrenzend pand, het heem van Chiro Sellewie. Na een plaatsbezoek door de coördinator verkiezingen, samen met de technisch expert wegen en water, werd er positief advies verleend om het heem te gebruiken als stemlocatie voor de kieswijk Sint-Lodewijk.

Een gebruiksovereenkomst werd opgemaakt tussen enerzijds vzw 't Heem, met maatschappelijke zetel te Deerlijk, Kapelstraat 91, met ondernemingsnummer 0452.980.793 en anderzijds het Gemeentebestuur Deerlijk, met maatschappelijke zetel te Deerlijk, Harelbekestraat 27, met ondernemingsnummer 0207.488.443. De gebruiksovereenkomst werd toegevoegd als bijlage bij dit punt.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Algemeen Kieswetboek

○        Wet van 23 maart 1989 inzake de verkiezing van het Europees Parlement

○        Wet van 28 maart 2023 houdende diverse wijzigingen inzake verkiezingen

○        Wet van 25 april 2023 houdende diverse wijzigingen inzake verkiezingen (II)

○        Lokaal en provinciaal kiesdecreet van 8 juli 2011

○        Digitaal kiesdecreet van 25 mei 2012

Adviezen

De beleidsmedewerker gaf op 20 februari 2024 positief advies.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de gebruiksovereenkomst opgemaakt tussen enerzijds vzw 't Heem en anderzijds het Gemeentebestuur Deerlijk, goed te keuren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit om volgende locaties vast te leggen als stemlocaties voor de verkiezingen voor het Europees, het federaal en het Vlaams Parlement op zondag 9 juni 2024 en de provincie- en gemeenteraadsverkiezingen op zondag 13 oktober 2024:

●        Deerlijk centrum: de Beuk, Sint-Amandusstraat 26;

●        Sint-Lodewijk: heem Chiro Sellewie, Pladijsstraat 282;

●        Molenhoek: buurthuis de Wieke, Wiekeplein 1.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

C.28. Verkiezingen 9 juni 2024 - inschrijving van meerderjarige burger van de Europese Unie - goedkeuring

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

D.1. Leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten 2024 - aanvulling - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de aanvulling op de gemeentelijke lijst van leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten 2024, goed te keuren.

Motivering

Elke gemeente dient ieder kalenderjaar een gemeentelijke lijst op te stellen van leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten die op haar grondgebied zijn gelegen. Deze lijst dient vóór 1 maart van elk kalenderjaar aan het Departement Omgeving te worden toegestuurd. Om deze gegevens op een uniforme wijze te ontvangen heeft het Departement Omgeving aan iedere gemeente toegang verleend tot een webapplicatie. Na controle en onderzoek door de bevoegde dienst lokale economie, werd de volgende gemeentelijke lijst samengesteld en goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 24 januari 2024:

●        Kerkstraat 242 (serre en toonzaal)

●        Verrieststraat 43 (textielfabriek)

●        Stationsstraat 198 (magazijn)

●        Stationsstraat 78+ (werkplaats)

●        Otegemse steenweg 17 (toonzaal)

●        Hoogstraat 109 (administratief gebouw)

●        Schoolstraat 15 (handelshuis)

●        Ter Donkt 20 (garage werkplaats)

●        Ter Donkt 31 (toonzaal)

Na lokaal onderzoek door partner Woonwijs, wenst de dienst lokale economie nog 1 verwaarloosde bedrijfsruimte toe te voegen aan deze gemeentelijke lijst:

●        Oliebergstraat 40 (hoeve)

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

●        Andere:

○        Decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten

○        Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juli 1997 tot uitvoering van het decreet van 19 april 1997 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om de aanvulling op de gemeentelijke lijst van leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten 2024 goed te keuren als volgt:

●        Oliebergstraat 40 (hoeve)

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

D.2. Nieuwbouw en renovatie De Kim - De Beuk - meerprijzen perceel 3 Sanitair-HVAC - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de meerprijzen goed te keuren voor het vernieuwen van defecte ondergrondse chauffageleidingen voor De Beuk en voor het wijzigen van de wateraansluiting van De Kim.

Motivering

In zitting van 7 juli 2021 gunde het college het dossier "Nieuwbouw en renovatie De Kim - De Beuk, perceel 3  HVAC-sanitair" aan de firma M Deweer & Zn BV uit Deerlijk.

Tijdens de uitvoering van fase 1 werd geconstateerd dat de ondergrondse verwarmingsleiding van het stooklokaal van De Beuk naar de sporthal van De Beuk, lekken vertoonde. In het dossier was voorzien om deze leiding te behouden.

Omdat de leiding onder de nieuwe refter kwam te liggen en lekte, moest deze vernieuwd worden.

Omdat het, vanwege de warmteverliezen, ook niet ideaal is om de buis ondergronds opnieuw aan te leggen werd beslist om de desbetreffende buizen te vernieuwen via een interne route in het schoolgebouw.

Dit geeft het voordeel dat de buizen ten allen tijde bereikbaar zijn en dat warmteverliezen ook binnen het gebouw blijven.

De kosten voor het vernieuwen van deze chauffageleidingen bedragen 12.879,13 euro exclusief btw of  13.651,88 euro inclusief 6 % btw.

Bij de realisatie van de nieuwbouw van De Kim (fase2) was geweten dat de aansluiting van het stadswater zich in een meterput voor het gebouw van De Kim bevond. De exacte ligging van de wateraansluiting tussen de meterput en watercollector in De Kim was echter niet gekend. De aannemer voerde dan ook de nodige sonderingen uit om deze waterleiding op te zoeken waarbij de leiding echter niet gevonden werd.

Bij het plaatsen van de regenwaterputten werd de leiding wel aangetroffen en beschadigd. Na een herstelling door de firma Deweer bleek de buis op een tweede, niet toegankelijke, plaats ook beschadigd te zijn, waarna een voorlopige bovengrondse leiding werd geplaatst.

In plaats van de leiding te vernieuwen werd, in overleg met De Watergroep, beslist om de watervoorziening van De Kim te realiseren vanaf de waterteller voor het bluswater die zich niet buiten in een meterput, maar in de kelders van De Kim bevindt.

Op deze manier kan de meterput buiten, die meestal vol water staat, verdwijnen. In het kader van de digitalisering van de watermeters zou de meterput buiten, op termijn toch moeten verdwijnen. Het wegnemen van de oude meter en meterput zal kosteloos door De Watergroep worden uitgevoerd.

Bij de watermeter in de kelder van De Kim moeten hiervoor de nodige aanpassingen gebeuren en moet de verbinding naar de bestaande collector worden gerealiseerd.

Na de realisatie van deze werken kan de voorlopige wateraansluiting weer worden weggenomen.

De kosten voor de twee interventies en het realiseren van de nieuwe watertoevoer bedragen 11.148,07 euro exclusief btw of 11.816,95 euro inclusief 6 % btw. Omdat bij deze verrekening de prijzen niet werden herleid naar prijzen op datum aanbesteding komt deze verrekening niet in aanmerking voor herziening.

Beide meerwerken zullen als onvoorziene werken voor subsidieaanvraag bij Agion worden ingediend.

Juridische gronden

●        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit verrekeningsvoorstel 03 van M Deweer & Zn BV voor het vernieuwen van chauffageleidingen in De Beuk als meerwerk bij het dossier "Nieuwbouw en renovatie De Kim - De Beuk", goed te keuren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit verrekeningsvoorstel 14 van M Deweer & Zn BV voor het aanpassen van de wateraansluiting van De Kim als meerwerk bij het dossier "Nieuwbouw en renovatie De Kim - De Beuk", goed te keuren.

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

D.3. Belasting op gebouwen, woningen en kamers opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister - behandeling bezwaarschrift

Zitting van CBS van 28 FEBRUARI 2024

D.4. Belasting op gebouwen, woningen en kamers opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister - behandeling bezwaarschrift