DEERLIJK

13 JANUARI 2021

 

AANWEZIG

 

Burgemeester: Claude Croes

 

Schepenen: Bert Schelfhout, Regine Vanwynsberghe-Rooryck, Sandra De Leeuw-Goussey, Matthias Vanneste, Louis Vanderbeken

Algemeen directeur: Hans Piepers

 

 

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 6 januari 2021 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 6 januari 2021.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 6 januari 2021 goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Aanstellen ontwerper 'centrumpark en sociaal woonpark' - gunning - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de gunning van de opdracht “Aanstellen ontwerper 'centrumpark en sociaal woonpark'” goed te keuren.

 

Motivering

 

In het kader van de opdracht “Aanstellen ontwerper 'centrumpark en sociaal woonpark'” werd een bestek met nr. SW2002 opgesteld in het kader van de selectie WinVorm.

 

Er wordt een vast bedrag van 50.000,00 euro voorzien voor de ontwerpopdracht tot en met de aanbestedingsprocedure. Verder wordt er voor de uitvoering, opvolging en coördinatie van de werken een honorariumvork voorzien van 5 % - 7 %.

 

De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 92.520,66 euro excl. btw of 111.950,00 euro incl. btw.

 

De gemeenteraad verleende in zitting van 28 mei 2020 goedkeuring aan de projectfiche voor het 'Centrumpark en sociaal woonpark Deerlijk' en de samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Deerlijk en cvba Mijn Huis en de provincie West-Vlaanderen in het kader van de deelname aan de WinVorm selectieprocedure.

 

Volgende ondernemers werden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure:

  • Fallow + Studio Paola Viganò, Rue Sans Souci 141 te 1050 Brussel;
  • Metapolis, Sainctelette Square 12 te 1000 Brussel;
  • bv VELD architecten, Rue de Vergnies 41 te 1050 Brussel.

 

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 16 november 2020 om 12.00 uur te bereiken.

 

De verbintenistermijn van 90 kalenderdagen eindigt op 14 februari 2021.

 

Er werden 3 offertes ontvangen:

  • Fallow + Studio Paola Viganò, Rue Sans Souci 141 te 1050 Brussel;
  • Metapolis, Sainctelette Square 12 te 1000 Brussel;
  • bv VELD architecten - Atelier Horizon bvba, Rue de Vergnies 41 te 1050 Brussel;

 

De beoordelingscommissie samengesteld in het kader van de selectie WinVorm procedure stelde op 4 december 2020 het verslag van nazicht van de offertes op.

 

De beoordelingscommissie samengesteld in het kader van de selectie WinVorm procedure stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan de economisch meest voordelige bieder (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde bv VELD architecten - Atelier Horizon bvba, Rue de Vergnies 41 te 1050 Brussel, tegen het nagerekende offertebedrag van:

  • Forfait plan: 50.000 euro excl btw
  • Ereloon inrichting centrumpark: 7 %

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 3, 4° betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.
  • Andere:
  • De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
  • Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
  • Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
  • De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
  • De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van 139.000,00 euro niet).
  • Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
  • Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

 

Adviezen

 

Diensthoofd ruimte verleent positief advies.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Bestelbedrag

  • Forfait plan: 50.000 euro excl btw
  • Ereloon inrichting centrumpark: 7 %

    Geschat ereloon: 34.548,68 euro excl. btw

Actie

Herinrichten van de oude brandweersite tot een groen park met ruimte voor ontmoeting en beleving

Jaarbudgetrekening

0680-00/22000000/BESTUUR/CBS/0/IP-10

Visum

G-2021-6 dd 05/01/2021

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 4 december 2020, opgesteld door de beoordelingscommissie samengesteld in het kader van de selectie WinVorm procedure.

Artikel 2

 

Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.

Artikel 3

 

De opdracht “Aanstellen ontwerper 'centrumpark en sociaal woonpark'” wordt gegund aan de economisch meest voordelige bieder (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde bv VELD architecten - Atelier Horizon bvba, Rue de Vergnies 41 te 1050 Brussel, tegen het nagerekende offertebedrag van:

  • Forfait plan: 50.000 euro excl btw
  • Ereloon inrichting ruimte: 7 %

 

Artikel 4

 

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. SW2002.

Artikel 5

 

De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het investeringsbudget van 2021, op jaarbudgetrekening 0680-00/22000000/BESTUUR/CBS/0/IP-10 (actie A-1.05.1).

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Technisch assistent openbare werken - beslissing genezenverklaring zonder blijvende arbeidsongeschiktheid - goedkeuring

 

STEMMINGEN

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Zwemlessen en watergewenning 2021 - aanstelling lesgevers - goedkeuring

 

STEMMINGEN

Artikel 1

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Artikel 2

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Artikel 3

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Artikel 4

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Artikel 5

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Verslag politiecollege 18 december 2020 - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het aan de gemeente overgemaakte verslag van het politiecollege.

 

Motivering

 

Het verslag van de het politiecollege van 18 december 2020 werd overgemaakt aan de gemeente.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het ontvangen verslag.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Diverse verslagen - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.

 

Motivering

 

Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:

 

          Vervoerregioraad verslag en presentatie van de vergadering van 26 juni 2020, 2 oktober 2020 en 24 december 2020

          Leiedal - verslag van de Raad van Bestuur van 11 december 2020

          cvba Mijn Huis - verslag van de Raad van Bestuur van 22 december 2020

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Zwembad - offertes en raamcontracten - 2021 - week 2 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de offertes met betrekking tot bestellingen en raamcontracten in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk goed te keuren.

 

Motivering

 

FARYS/TMVW legt offertes voor bestellingen en raamcontracten in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk steeds ter goedkeuring voor aan beide gemeenten.

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft hiertoe het budgethouderschap.

 

Volgende offertes voor bestellingen worden ter goedkeuring voorgelegd:

 

          Leerkotte, offerte:

          Muntsloten, vervanging en reserve, 4 stuks, incl. verzending: 185,00 euro, excl. btw

 

          In functie van de vlotte exploitatie wordt een werkingsbudget voorgesteld voor kleine en dringende aankopen. Hiertoe wordt voor werkjaar 2021 een lopende bestelbon/rekening afgesproken ten bedrage van 6.000 euro, excl. btw, te besteden bij Caby, Lyreco, Staples en Salubris. De aankopen worden bijgehouden door de hoofdredder in functie van rapportering tijdens exploitatieoverleg en/of accountmeeting/stuurgroep.

 

Volgende nieuwe raamcontracten worden ter goedkeuring voorgelegd: niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

Eénmalige kosten: 6.185,00 euro, excl. btw (waarvan aandeel Deerlijk: 3.092,50 euro, excl. btw)

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de offertes voor de bestellingen en nieuwe raamcontracten, zoals hierboven aangegeven, goed te keuren in functie van de exploitatie van het zwembad Anzegem-Deerlijk.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Corona-relanceplan - verlenging tijdelijke vrijstelling retributie uitleendienst - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om de verlenging van de tijdelijke vrijstelling op het retributiereglement uitleendienst, als maatregel van het Corona-relanceplan, tot en met 31 december 2021, te agenderen op de gemeenteraad van 28 januari 2021.

 

Motivering

 

In zitting van 9 juli 2020 keurde de gemeenteraad een tijdelijke vrijstelling goed op het retributiereglement uitleendienst voor de categorieën A en B, zoals opgenomen in het retributiereglement, in lijn met het Coronarelanceplan. Deze vrijstelling gold vanaf 1 juli 2020 tot en met 30 juni 2021.

 

De evolutie van de coronapandemie en de daaraan gekoppelde maatregelen laten tot op vandaag evenwel nog steeds weinig tot geen activiteiten en evenementen toe. Bovendien is daarbij maar weinig perspectief voor de komende maanden. Het ondersteunend karakter van de tijdelijke vrijstelling op het retributiereglement uitleendienst voor de Deerlijkse verenigingen heeft bijgevolg nog niet kunnen spelen en zal dat wellicht ook niet ten volle kunnen binnen de periode waarvoor nu een tijdelijke vrijstelling werd goedgekeurd.

 

Daarom wordt voorgesteld om de tijdelijke vrijstelling op het retributiereglement uitleendienst, voor de categorieën A en B zoals opgenomen in het retributiereglement, te verlengen tot en met 31 december 2021.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Corona-relanceplan - tijdelijke vrijstelling retributie uitleendienst, goedgekeurd in de gemeenteraad van 9 juli 2020

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de verlenging tot en met 31 december 2021, van de tijdelijke vrijstelling op het retributiereglement uitleendienst, als maatregel van het Corona-relanceplan,  te agenderen op de gemeenteraad van 28 januari 2021.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Onderwijs - retributiereglement gemeentelijke kinderopvang - aanpassing - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken de aanpassing en de verlenging van het retributiereglement gemeentelijke kinderopvang te agenderen op de gemeenteraad van 28 januari 2021.

 

Motivering

 

Het retributiereglement gemeentelijke kinderopvang werd in de gemeenteraadszitting van 12 december 2019 goedgekeurd en liep af op 31 december 2020.

 

De gemeenteraad keurde in zitting van 9 juli 2020 reeds een aanpassing van de kostprijs van de voor- en naschoolse kinderopvang van 0,80 euro per begonnen half uur naar 0,90 euro per begonnen half uur goed vanaf 1 september 2020. 

 

Het reglement werd in 2020 verder gescreend. Naast bovenstaande aanpassing van de kostprijs van de voor- en naschoolse kinderopvang, zoals goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 9 juli 2020, wordt volgende aanpassing voorgesteld:

 

In artikel 3 van het retributiereglement wordt een onderscheid gemaakt tussen de retributie voor kinderopvang over de middag tussen enerzijds de leerlingen van BBO De KIM & De SAM, waarbij toezicht wordt gehouden op de leerlingen door het eigen contingent onderwijzend en niet-onderwijzend personeel, en anderzijds de leerlingen van de gemeentelijke lagere school, waarbij bijkomend toezichthoudend personeel wordt ingezet en waarbij in het licht van de samenwerkingsovereenkomst berk-beuk dezelfde retributie wordt gehanteerd als deze voor leerlingen van de vrije lagere school Deerlijk.

Het onderscheid is als volgt:

          Leerlingen van BBO De KIM & De SAM: 0,30 euro per kind

          Leerlingen van de gemeentelijke lagere school: 1,00 euro per kind

 

In artikel 3 worden naast pedagogische studiedagen ook lokale vrije dagen toegevoegd aan de respectievelijke oplijsting van de retributies.

 

In artikel 3 wordt voor pedagogische studiedagen en lokale vrije dagen op woensdag het tarief voor opvang die meer dan 4 uur en maximaal 5 uur bedraagt geschrapt aangezien deze opvang aangeboden wordt van 8.00 uur tot 12.00 uur en aldus niet meer dan 4 uur kan bedragen.

 

Er wordt voorgesteld om het aangepaste reglement te verlengen tot 31 december 2025.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Retributiereglement kinderopvang, goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 12 december 2019

          Aanpassing kostprijs voor- en naschoolse opvang, goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 9 juli 2020

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad om de aanpassing en verlenging van volgend reglement te agenderen op de gemeenteraad van 28 januari 2020:

 

RETRIBUTIEREGLEMENT KINDEROPVANG

 

Art. 1. - retributiereglement gaat in vanaf 1 februari 2021 en eindigt op 31 december 2025.

 

Art. 2. - Er wordt een retributie geheven voor het gebruik van de gemeentelijke kinderopvang

voor kinderen van het kleuter- en basisonderwijs.

 

Art. 3. - De retributie is verschuldigd door de personen die gebruik maken van de kinderopvang voor hun (klein)kind(eren) en is gekoppeld aan de verblijfsduur in de kinderopvang van dit (deze)kind(eren).

 

Art. 4. - De retributie voor kinderopvang wordt vastgesteld als volgt en geldt voor zowel de leerlingen van BBO De KIM & De SAM als voor de leerlingen van de gemeentelijke lagere school, tenzij anders vermeld:

          's morgens, woensdagnamiddag en ’s avonds:

          0,90 euro per kind per begonnen half uur en elk begonnen half uur wordt volledig aangerekend

          over de middag:

          leerlingen van BBO De KIM & De SAM: 0,30 euro per kind

          leerlingen van de gemeentelijke lagere school: 1,00 euro per kind

          pedagogische studiedag en lokale vrije dagen op woensdag van 8.00 uur tot 12.00 uur:

          het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 7,00 euro per kind

          deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen

          pedagogische studiedag en lokale vrije dagen op maandag, dinsdag, donderdag van 8.00 uur tot 16.00 uur:

          het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 7,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 4 uur en maximum 5 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 8,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 5 uur en maximum 6 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 9,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 6 uur en maximum 7 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 10,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 7 uur en maximum 8 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 11,00 euro per kind

          deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen

          pedagogische studiedag en lokale vrije dagen op vrijdag van 8.00 uur tot 15.00 uur:

          het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 7,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 4 uur en maximum 5 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 8,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 5 uur en maximum 6 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 9,00 euro per kind

          voor opvang die meer dan 6 uur en maximum 7 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 10,00 euro per kind

          deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen

 

Art. 5. - Voor pedagogische studiedagen en lokale vrije dagen geldt het principe van de voorinschrijving.

 

Art. 6. - De in artikel 3 vermelde retributies moeten betaald worden binnen de 30 dagen na de toezending van de factuur. Bij niet-minnelijke regeling van de verschuldigde retributie zal de inning geschieden met alle geëigende rechtsmiddelen.

Indien het kind slechts sporadisch gebruik maakt van de gemeentelijke kinderopvang zal de retributie contant worden ingevorderd tegen de afgifte van een betalingsbewijs.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Jeugd - deelname buitenspeeldag - organisatie en gemeentelijke roosters - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de deelname aan de Buitenspeeldag op woensdag 21 april 2021 goed te keuren.

 

Motivering

 

Op woensdag 21 april 2021 wordt de Buitenspeeldag georganiseerd. De jeugddienst wil hier graag opnieuw aan deelnemen, onder voorbehoud van de geldende coronamaatregelen.

 

Sinds 2016 werkt de jeugddienst samen met de stad Harelbeke en PSNC De Gavers om de Buitenspeeldag te organiseren. Dit jaar wordt de organisatie van de Buitenspeeldag opnieuw voorzien op het Provinciaal domein De Gavers.

 

De deelnamevoorwaarden voor het organiseren van de Buitenspeeldag zijn de volgende:

          het college van burgemeester en schepenen geeft haar akkoord dat de jeugddienst, de sportdienst en/of andere gemeentelijke diensten op de Buitenspeeldag één of meerdere spel- en/of sportactiviteiten organiseren in het kader van de Buitenspeeldag;

          deelnemers aan de activiteiten worden verzekerd via de hiervoor gebruikelijke gemeentelijke polis burgerlijke aansprakelijkheid en lichamelijke ongevallen.

 

Om dit evenement bekend te maken wordt onder meer gebruik gemaakt van de gemeentelijke roosters.

 

Juridische gronden

 

Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

2.100,00 euro

Actie

Overig beleid

Jaarbudgetrekening

GBB / 0750-00 / 61590006

Visum

nee

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit dat de jeugddienst van Deerlijk de Buitenspeeldag mag helpen organiseren die doorgaat op woensdagnamiddag 21 april 2021 tussen 13.00 en 17.00 uur op Provinciaal domein De Gavers, Eikenstraat 131 te Harelbeke, in samenwerking met stad Harelbeke en het PSNC De Gavers, en onder voorbehoud van de geldende coronamaatregelen.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit toestemming te geven voor het gebruik van de gemeentelijke roosters voor de aankondiging van de Buitenspeeldag.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Rode Kruis Deerlijk- gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

 

Motivering

 

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

 

Om hun Bloedinzamelactie bekend te maken, vraagt het Rode Kruis, afdeling Deerlijk om de gemeentelijke roosters te mogen gebruiken voor het ophangen van hun publiciteitsborden.

 

De bloedinzamelacties voor 2021 staan gepland op:

          dinsdag 2 maart en woensdag 10 maart 2021

          dinsdag 1 juni en woensdag 9 juni 2021

          dinsdag 7 september en woensdag 15 september 2021

          dinsdag 7 december en woensdag 15 december 2021

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Hfdst. 3, art. 221-224 Algemene Politieverordening

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit aan het Rode Kruis, afdeling Deerlijk toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

OMV 2020_249 - Weverijstraat 41 - melding - aktename

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor het uitbreiden van de bestaande eengezinswoning op een perceel gelegen Weverijstraat 41 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 333 B2 ingediend door David en Sarah Vanhoutte - Taelman wonende Weverijstraat 41 te 8540 Deerlijk, met OMV referentie OMV_2020175168.

 

Motivering

 

De melding ingediend door David en Sarah Vanhoutte - Taelman wonende Weverijstraat 41 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 22 december 2020.

 

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

 

Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt:

“De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, en artikel 4.2.4 van de VCRO.

 

De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, neemt een beslissing over de melding binnen een termijn van:

1° twintig dagen als de melding louter betrekking heeft op de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van de derde klasse;

2° dertig dagen in alle andere gevallen.

 

Deze overheid stelt de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde termijn daarvan in kennis. De termijnen, vermeld in het tweede lid, gaan in op de dag na de datum van de melding.

 

Als geen beslissing is genomen en ter kennis gebracht aan de persoon die de melding heeft verricht binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, wordt de melding geacht te zijn geakteerd.”

 

VOORWERP VAN DE MELDING VAN DE STEDENBOUWKUNDIGE HANDELINGEN

 

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Weverijstraat 41, kadastraal bekend afdeling 1 sectie A nr. 333B2.

 

De melding omvat de volgende stedenbouwkundige handelingen: uitbreiden van de bestaande eengezinswoning.

 

De werken kunnen als volgt beschreven worden:

De aanvrager wenst aan de achterzijde van de woning een aanbouw te voorzien met een oppervlakte van 17,7 m². Het nieuwe volume bevindt zich in het verlengde van de rechterzijgevel van de woning, op een afstand van 3 m van de rechterzijperceelsgrens. De uitbouw heeft een breedte van 4,60 m op een diepte van respectievelijk 2,10 m en 4,10 m en zal zich bevinden op een afstand van 3,40 m van de linkerzijperceelsgrens en 12,14 m van de achterkavelgrens. Het volume wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 3 m en met een houten gevelbekleding.

 

Bevoegdheid

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project. Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

 

ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER VAN DE GEMELDE STEDENBOUWKUNDIGE HANDELINGEN

 

Er zijn geen ingedeelde inrichtingen of activiteiten verbonden aan de melding.

 

Op de ingediende melding zijn volgende bestemmingsplannen en planologische voorschriften van toepassing:

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag ligt volgens de voorzieningen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk (goedgekeurd 20 januari 2006) in een stedelijk woongebied.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 22 juli 2009 (dossiernummer 2087-2/2008.26).

Op het perceel is de verkavelingswijziging/-bijstelling van toepassing, goedgekeurd op 12 mei 2010 (dossiernummer 2087-2/2009.23).

 

Er wordt voldaan aan het volgende artikel van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening:

Artikel 4. Voor de oprichting van bijgebouwen die aangebouwd zijn aan de hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte woning, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden voldaan is.

1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd;

2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd;

3° de totale oppervlakte van de bestaande en de op te richten aangebouwde bijgebouwen bedraagt maximaal 40 vierkante meter;

4° de gebouwen worden geplaatst in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelsgrenzen of in de achtertuin tot op 2 meter van de perceelsgrenzen;

5° de hoogte is beperkt tot 4 meter.

 

In afwijking van het eerste lid, 4°, mag, als het hoofdgebouw is opgetrokken op of tegen de perceelsgrens, het aangebouwde bijgebouw ook opgetrokken worden op of tegen de perceelsgrens, tegen een bestaand aanpalend gebouw, als de bestaande scheidingsmuur niet gewijzigd wordt. De bouwdiepte van het nieuw op te richten aangebouwde bijgebouw overschrijdt de bouwdiepte van het aanpalende gebouw niet.; Voor de toepassing van dit artikel worden als bijgebouwen beschouwd : de fysiek aansluitende aanhorigheden die in bouwtechnisch opzicht een rechtstreekse aansluiting of steun vinden bij het hoofdgebouw.

 

Bovendien voldoen de handelingen aan artikel 6 van hetzelfde besluit, aangezien ze:

-          niet strijdig zijn met de voorschriften van stedenbouwkundige verordeningen, ruimtelijke uitvoeringsplannen, plannen van aanleg of vergunningen voor het verkavelen van gronden, of met de uitdrukkelijke voorwaarden van omgevingsvergunningen;

-          niet worden verricht op percelen waarop voorlopig of definitief beschermde monumenten aanwezig zijn, in voorlopig of definitief beschermde cultuurhistorische landschappen, in voorlopig of definitief beschermde stads- en dorpsgezichten, of in voorlopig of definitief beschermde archeologische sites;

-          niet worden uitgevoerd in een afgebakende oeverzone als vermeld in artikel 3, § 2, 43°, van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen;

-          niet worden uitgevoerd voor de rooilijn of in een achteruitbouwstrook.

 

De gemelde stedenbouwkundige handelingen zijn meldingsplichtig en niet verboden.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

      Besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door David en Sarah Vanhoutte - Taelman wonende Weverijstraat 41 te 8540 Deerlijk voor de in het meldingsdossier opgenomen stedenbouwkundige handelingen, zijnde het uitbreiden van de bestaande eengezinswoning gelegen Weverijstraat 41 te Deerlijk.

 

Artikel 2

 

De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.

 

 

Uitvoerbaarheid

U mag het project uitvoeren of exploiteren de dag na de datum van de betekening van de meldingsakte.

 

Aanplakking

U moet de meldingsakte bekend maken door de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de melding uitgevoerd zal worden conform artikel 139 BVR OVG.  De aanplakking moet gebeuren vooraleer u start met de uitvoering van de melding. De gemeente kan u hierbij helpen.

 

Beroepsmogelijkheid

Men kan tegen deze uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing een verzoekschrift tot schorsing en/of vernietiging indienen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen op het volgende adres:

Raad voor Vergunningsbetwistingen

p/a Dienst van de Bestuursrechtscolleges

Koning Albert II-laan 35 bus 81

1030 Brussel

Men doet dit op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending binnen een vervaltermijn van 45 dagen die ingaat de dag na de dag van aanplakking van de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing.

Het verzoekschrift wordt in vijfvoud ingediend, namelijk één origineel en vier afschriften (fotokopies of een digitale kopie).

Gelijktijdig met de indiening van het verzoekschrift stuurt u een afschrift van het verzoekschrift ter informatie aan de verwerende partij (dit is de overheid die de beslissing genomen heeft).

U bent een rolrecht verschuldigd van:

  • 200 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot vernietiging;
  • 100 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot schorsing of tot schorsing wegens uiterst dringende noodzakelijkheid.

U betaalt het rolrecht binnen een termijn van 15 dagen, die ingaat de dag na deze van de betekening van het verzoek daartoe door de griffier van de Raad. Als het bedrag niet binnen de termijn van 15 dagen is gestort wordt het beroep niet-ontvankelijk verklaard.

Het verzoekschrift moet minstens de volgende gegevens bevatten:

-       De naam, de hoedanigheid, de woonplaats of de zetel van de verzoekende partij, de gekozen woonplaats in België, een telefoonnummer en een e-mailadres;

-       De naam en het adres van de verweerder;

-       Het voorwerp van het beroep of bezwaar;

-       Een uiteenzetting van de feiten en de ingeroepen middelen;

-       Een inventaris van de overtuigingsstukken.

Meer info vindt u op de website van de Raad voor Vergunningsbetwistingen.

(http://www.dbrc.be/vergunningsbetwistingen).

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

OMV 2020_205 - Driesknoklaan 37 - beslissing

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen en uitbreiden van een woning na sloop van de bijgebouwen, op een perceel gelegen Driesknoklaan 37 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 377 N2 aangevraagd door de heer Bart Maes wonende Driesknoklaan 37 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  7 januari 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De zuidelijke groenzone (tuin), dient langs de zuidelijke perceelsgrens en de oprit naar de carport afgesloten te worden met een groene levendige haag eventueel versterkt met draad in plaats van de voorziene omheining in kokosdraad.

        De strook private eigendom langs de Driesknoklaan, vanaf de carport tot aan de grens met de oprit naar de achterliggende loods, die op heden reeds gebruikt wordt als deel van de Driesknoklaan dient gratis afgestaan te worden aan de gemeente. Deze strook grondafstand is d.m.v. een arcering opgenomen op het inplantingsplan, versie 6 januari 2021.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan..

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag wijkt af van de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 31 januari 1952 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een afsluiting rond hof.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 september 1962 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een hangar na slopen van de bestaande bijgebouwen.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Driesknoklaan, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De Driesknoklaan heeft een beperkte breedte en op basis van het kadasterplan en landmetersplan wordt vastgesteld dat er in de loop van de jaren private grond ingelijfd werd in het openbaar domein. Vermoedelijk in functie van verkeersveiligheid en om een comfortabele wegbreedte te bereiken voor doorgaand verkeer. De omgeving wordt gekenmerkt door diverse types aan bebouwing. Aan de westzijde sluit de eigendom aan op een bestaande halfopen woning. Beide woningen hebben eenzelfde gabarit en verschijningsvorm. Ten oosten is er een recente verkaveling met gekoppelde woningen. Deze woningen werden opgetrokken met 2 bouwlagen en een hellend dak en gekoppeld door de garages.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het verbouwen en uitbreiden van een bestaande woning. De geplande werken voorzien in het slopen van enkele aangebouwde en losstaande bijgebouwen en de heropbouw ervan. Langs de noordgevel wordt een uitbreiding van de woning voorzien met aansluitend een nieuwe garage. De uitbreiding bestaat uit 1 bouwlaag en een plat dak. De bestaande garage ten oosten van de woning wordt eveneens gesloopt en vervangen door een carport. Deze carport heeft een gesloten karakter ter hoogte van de Driesknoklaan. De westgevel (incl. muur van de carport) wordt voorzien in rood-bruin metselwerk. De zuidgevel wordt witgeschilderd of gekaleid.

Naast de uitbreiding wordt de woning ook intern verbouwd. De inkom tot de woning, op vandaag voorzien op de zuidgevel, wordt verplaatst naar de oostgevel. Het gelijkvloers bestaat na de werken uit een open keuken, zit- en eetplaats, een afzonderlijk toilet, een badkamer, berging, slaapkamer en garage. Tussen de garage en de rest van de woning is er geen verbinding voorzien. De garage is voldoende ruim om enkele fietsen in te stallen. Op het verdiep worden de 3 slaapkamers en de badkamer behouden, maar deze worden anders ingedeeld.

De bestaande betonverharding tussen de bestaande loods en de rijweg blijft behouden. De verharding tussen de Driesknoklaan en de nieuwe voorgevel wordt uitgebroken en deels vervangen door nieuwe verharding, deels door groen. De bestaande asfaltverharding thv de nieuwe carport wordt uitgebroken en vervangen door klinkerverharding.

De groenzone ten zuiden van de woning wordt afgesloten van het openbaar domein dmv een kokosdraadomheining. De hoogte wordt niet meegegeven. De groenzone ten westen wordt niet afgesloten van het openbaar domein.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden op 1 december 2020 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de bestemmingsvoorschriften van het agrarisch gebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt:

 

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

 

De aanvraag valt onder de basisrechten voor zonevreemde constructies van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening voor wat betreft de verbouwing en uitbreiding van de zonevreemde woning waarbij artikel 4.4.12 stelt dat in alle bestemmingsgebieden de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning voor het verbouwen van een bestaande zonevreemde woning op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal, waarbij artikel 4.4.15 stelt dat het uitbreiden vergunbaar is voor zover het bouwvolume beperkt blijft tot ten hoogste 1.000m³ en op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal en waarbij artikel 4.4.11 stelt dat de toetsing aan de goede ruimtelijke ordening onverkort geldt bij de afgifte van een vergunning.

In het voorliggend ontwerp blijft het aantal woongelegenheden behouden. De bestaande woning heeft een bruto volume van 657,70 m³ en het bruto bouwvolume van de woning na verbouwing bedraagt 807,14 m³ (< 1.000 m³). De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening (zie onder). De aanvraag voldoet aan de bepalingen van de codex en is bijgevolg in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Driesknoklaan een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 10.000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 3.750 liter en een referentieoppervlakte van 13,5 m², het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Het gebouw waaraan de werken voorzien worden, is niet opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed "Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen: Gemeente Deerlijk" zoals opgemaakt door de Vlaamse Overheid. De woning heeft bijgevolg weinig erfgoedwaarde.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op het verbouwen van een eengezinswoning, zonder wijziging van de woonfunctie, waardoor de aanvraag zich functioneel inpasbaar is in de directe omgeving. Het ontwerp voorziet een aanpassing van de woning aan de hedendaagse eisen gesteld aan comfort. De uitbreiding bevindt zich in de oksel tussen het bestaande hoofdvolume van de woning, de bestaande loods en de achterbouw van de naastliggende woning zodat deze zo compact mogelijk voorzien wordt. De uitbreiding betreft een ontwerp met een vrij eenvoudige architectuur dat uitgevoerd wordt in metselerk. De zuidgevel wordt na de werken witgeschilderd of witgekaleid, dit in overeenstemming met het westelijke gebouw van de buren. Dit zorgt voor een blijvende integratie tov de directe omgeving. Het maaiveld blijft behouden.

 

De aanvraag heeft geen impact op de mobiliteit. De bestaande gesloten garage wordt vervangen door een carport. De inrijrichting en de bestaande oprit blijven hiervoor behouden. Ten noorden van de woning, aansluitend op de bestaande loods, wordt een bijkomende garage voorzien, inclusief oprit. Dit betekent dat de er op eigen terrein voldoende parkeervoorzieningen aanwezig zijn.

De zuidelijke groenzone wordt afgesloten van het openbaar domein en van de oprit naar de carport door middel van een kokosdraad. Teneinde een goede integratie naar de omgeving voorop te stellen, het blijvende groene en landelijke karakter van de omgeving na te streven en het straatbeeld mooier te maken, wordt het voorzien van een groene en levendige haag als afsluiting opgelegd, eventueel versterkt met een draad in plaats van de kokosdraad. De kokosdraad wordt bijgevolg uitgesloten van vergunning.

 

Aan de oostzijde van de nieuwe carport en de nieuwe uitbouw is een deel van de private eigendom ingelijfd in het openbaar domein vermoedelijk in functie van verkeersveiligheid en om een comfortabele wegbreedte te bereiken voor het verkeer. De aanvrager voorziet de herinrichting van de buitenruimte dan ook tot aan de grens tussen het deel dat privaat gebruikt wordt en het deel dat  conform het GRB tot de wegzate behoort.

Indien deze inname niet bestendigd wordt dan kan dit een significante impact hebben op hinderaspecten voor de mobiliteit en verkeersveiligheid gezien de weg dan versmald kan worden en de achterliggende eigendommen niet meer voldoende bereikbaar zullen zijn. Bijgevolg is het wenselijk op te leggen dat de strook private eigendom langs de Driesknoklaan, vanaf de carport tot aan de grens met de oprit naar de achterliggende loods, die op heden reeds gebruikt wordt als deel van de Driesknoklaan, gratis afgestaan dient te worden aan de gemeente in functie van deze wegzate. De strook grondafstand is opgenomen op het inplantingsplan versie 6 januari 2021 zoals gevoegd bij het aanvraagdossier.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen betekenisvolle bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

Het ontwerp is, mits het naleven van de opgelegde voorwaarden, verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheden: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Bart Maes wonende Driesknoklaan 37 te 8540 Deerlijk, voor het verbouwen en uitbreiden van een woning na sloop bijgebouwen, op een perceel gelegen Driesknoklaan 37 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 377 N2, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De zuidelijke groenzone (tuin), dient langs de zuidelijke perceelsgrens en de oprit naar de carport afgesloten te worden met een groene levendige haag eventueel versterkt met draad in plaats van de voorziene omheining in kokosdraad.

        De strook private eigendom langs de Driesknoklaan, vanaf de carport tot aan de grens met de oprit naar de achterliggende loods, die op heden reeds gebruikt wordt als deel van de Driesknoklaan dient gratis afgestaan te worden aan de gemeente. Deze strook grondafstand is d.m.v. een arcering opgenomen op het inplantingsplan, versie 6 januari 2021.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

OMV 2020_224 - Pieter Jan Renierstraat 7 - beslissing

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen en uitbreiden van de bestaande woning, op een perceel gelegen Pieter Jan Renierstraat 7 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 533 X aangevraagd door Desmet - Vlieghe wonende Pieter Jan Renierstraat 7 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  7 januari 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, RUP Oosthoek, goedgekeurd op 7 april 2016.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gemeentelijk RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 30 april 1991 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van acht woningen.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De aanvraag is gelegen in de Pieter-Jan Renierstraat, wat een goed uitgeruste gemeenteweg is. De directe omgeving bestaat uit alleenstaande en gekoppelde eengezinswoningen. De woningen zijn allen opgetrokken met 1 bouwlaag en een hellend dak. Ten noorden van het perceel is WZC Heilige Familie met bijhorende serviceflats gelegen. De bouwhoogte van dit complex varieert tussen 1 bouwlaag en 4 bouwlagen met een plat dak.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het uitbreiden van een bestaande woning na het slopen van de bestaande pergola. De uitbreiding bevindt zich achteraan de woning en wordt voorzien met een kroonlijsthoogte van 5,90 m en een plat dak. De uitbreiding wordt op het gelijkvloers voorzien in witgeschilderd metselwerk. Op het verdiep wordt de uitbreiding voorzien in antracietkleurige gevelplaten. Na de uitbreiding bedraagt de totale bouwdiepte 11,50 m.

Naast enkele interne verbouwingen op het gelijkvloers, waarbij o.m. de garage ingenomen wordt als wasplaats en de berging omgevormd wordt tot open bureau, wordt de woonoppervlakte op het gelijkvloers uitgebreid met 12 m². Aansluitend aan de uitbreiding wordt een overdekt terras voorzien. 

Op het verdiep wordt er na de werken een bijkomende slaapkamer en badkamer gecreëerd.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient getoetst aan de voorschriften van het RUP Oosthoek, goedgekeurd op 7 april 2016.

De aanvraag is in overeenstemming met het RUP gezien de uitbreiding voorzien wordt bij een bestaande eengezinswoning, de hoofdfunctie wonen behouden blijft, de vrije zijstroken van 3 m gerespecteerd worden, het aantal bouwlagen niet overschreden wordt, de maximale terreinbezetting gerespecteerd wordt, minstens 25 % van de huiskavel met levend groen ingericht is, de dakvorm vrij is, de kroonlijsthoogte niet meer dan 7 m bedraagt en de nokhoogte niet wijzigt.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Pieter Jan Renierstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag betreft een uitbreiding van de bestaand woning waarbij de woonfunctie behouden wordt zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De uitbreiding van de woning is beperkt qua oppervlakte en hoogte en wordt ingeplant op voldoende afstand van van de zijkavelgrenzen waardoor de impact en het ruimtegebruik beperkt blijft. De afwerking van de gevels die uitgeven op de tuinzone zijn traditioneel en eigen aan de functie. De uitbreiding bevindt zich in de tuinzone zodat het straatbeeld niet geschaad wordt.

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheden: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Desmet - Vlieghe wonende Pieter Jan Renierstraat 7 te 8540 Deerlijk, voor het verbouwen en uitbreiden van de bestaande woning, op een perceel gelegen Pieter Jan Renierstraat 7 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 533 X.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

OMV 2020_214 - Stationsstraat 138 - beslissing

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een garage met overdekt terras met een totale oppervlakte van 60 m², op een perceel gelegen Stationsstraat 138 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 410 E aangevraagd door de heer Brecht Bruyneel wonende Stationsstraat 138 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  7 januari 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        de oprit naar de garage moet aangelegd worden in waterdoorlatende materialen.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Gavers zoals definitief vastgesteld op 26 mei 2016.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gemeentelijk RUP is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

 

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 april 2010 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een half open bebouwing.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 9 maart 2011 door het college van burgemeester en schepenen voor het wijzigen van de de gevelbekleding.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De directe omgeving bestaat uit grondgebonden eengezinswoningen, zowel van het open als halfopen type. Verschillende woningen in de directe omgeving beschikken over een vrijstaand bijgebouw, garage of beperkte werkplaats.

Achterliggend is er een open zicht op het landschap met aansluitend de Ringlaan (N36).

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het bouwen van een tuinberging incl. overdekte buitenruimte met een oppervlakte van 60 m². De tuinberging/garage heeft een oppervlakte van 28,80 m² (7,70 m x 3,30 m) en aansluitend hierop wordt langs de westzijde een overdekt terras voorzien. Langs alle zijden van de tuinberging/garage wordt een ruime dakoversteek voorzien.

Het bijgebouw wordt opgetrokken 1,93 m achter de achtergevel van de woning, op 7,11 meter van de westelijke zijde, op de perceelsgrens met de oostelijke buren en op 19,69 m van de achterste perceelgrens. Het bijgebouw wordt opgetrokken met een plat dak en een hoogte van 3,35 m en wordt afgewerkt met houtenlattenwerk dat nadien donker gebeitst zal worden.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden op 3 december 2020 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gemeentelijk RUP.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften van het RUP gezien het bijgebouw geplaatst wordt bij een bestaande eengezinswoning, de som van de  bebouwing, constructies en verharding in de zone 1B kleiner is dan 60% van de perceelsoppervlakte, de hoogte van het bijgebouw op de zijperceelsgrens lager is dan 3,50 m, de dakhelling beperkt blijft tot 45° en de maximale bouwhoogte van 5,00 m gerespecteerd wordt.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Stationsstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: het gebouw wordt volledig voorzien van een groendak. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De tuinberging/garage wordt opgetrokken bij een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het bijgebouw is beperkt qua oppervlakte en hoogte en wordt ingeplant op voldoende afstand van de woning en de achterkavelgrens waardoor de impact op de tuinzone en het ruimtegebruik beperkt blijft. De afwerking van de gevels die uitgeven op de tuinzone zijn traditioneel en eigen aan de functie. Het bijgebouw bevindt zich in de tuinzone zodat het bestaande straatbeeld niet geschaad wordt.

Uit het dossier valt niet op te maken in welke materialen de oprit naar de garage als strikt noodzakelijk toegang zal worden voorzien. Het is noodzakelijk dat deze aangelegd wordt in waterdoorlatende materialen. Dat wordt opgelegd als voorwaarde.

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheden: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Brecht Bruyneel wonende Stationsstraat 138 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een garage met overdekt terras met een totale oppervlakte van 60 m², op een perceel gelegen Stationsstraat 138 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 410 E, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        de oprit naar de garage moet aangelegd worden in waterdoorlatende materialen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

OMV 2020_209 - Weegbreestraat 24, 26, 28, 30, 32, 34, 36 en 38 - beslissing

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van 8 woningen - fase 11, op een perceel gelegen Weegbreestraat 24, 26, 28, 30, 32, 34, 36 en 38 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 64 F, (afd. 2) sectie C 65 D, (afd. 2) sectie C 66 _ en (afd. 2) sectie C 67 C aangevraagd door mevrouw Isabelle Cannie en de heer Jan Lavens namens GROEP HUYZENTRUYT NV met als contactadres Wagenaarstraat 33 te 8791 Waregem.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  5 januari 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        de voorziene verharding van de opritten moet bestaan uit waterdoorlatende materialen.

        de verharding in de voortuin moet bij alle loten beperkt worden tot maximaal 50% van de voortuinoppervlakte.

        afsluitingen op de kavelgrenzen palend aan openbaar domein moeten verplicht bestaan uit haagbeuk of ligustrum met een hoogte van 2 m en moeten aangeplant worden tijdens het eerstvolgende plantseizoen volgend op het voltooien van de werken.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, Gavers, zoals definitief vastgesteld bij gemeenteraadsbeslissing van 26 mei 2016 en bestemd als zone voor wonen met beperkte nevenfuncties.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 11 oktober 2017 (dossiernummer 0011-9/2017.5).

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De verkaveling is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2017.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante verkavelingsvergunning met stedenbouwkundige handelingen

Volgende verkavelingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Verkavelingsvergunning afgeleverd op 11 oktober 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor het verkavelen van grond in 106 loten met wegenisaanleg.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

 

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 22 mei 2019 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een geprefabriceerde hoogspanningscabine voor openbaar nut in de verkaveling inwaarts de De Cassinastraat.

        Omgevingsvergunning waarvan akte genomen op 26 juni 2019 door het college van burgemeester en schepenen voor de bronbemaling in functie van de aanleg van de riolering.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen in het binnengebied tussen de Stationsstraat – De Cassinastraat – N36, in een recente verkaveling in het centrum van Deerlijk. De loten situeren zich centraal in de verkaveling en zijn gesitueerd langs de Weegbreestraat. Aan de overzijde van de pijpenkop bevindt zich de zone voor de villa-appartementen. Ten oosten van de loten 86-93 situeert zich de garageweg. Ten zuiden bevindt zich een groenzone. De verkaveling zelf is nog in ontwikkeling en voorliggende aanvraag betreft de elfde fase voor de eengezinswoningen binnen de verkaveling.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag omvat het bouwen van 8 woningen (op de loten 86 tem 93 van de verkaveling). Het betreft 1 bouwblok van 2 hoekwoningen en 6 rijwoningen, aan de zuidelijke zijde van de Weegbreestraat. Alle woningen worden opgetrokken binnen de bouwzones voorzien op het verkavelingsplan. De woningen worden opgericht met 1 bouwlaag en een bewoonbare verdieping onder het zadeldak.

De voorbouwlijn van de woningen is gelegen op minimum 3,40 m van de rooilijn. De inpandige garages liggen op 5 m. De woningen hebben een breedte gelegen tussen 8 m en 8,50 m en de diepte bedraagt 11,70 m. De diepte van de tuinzones varieert tussen 12,18 m voor de kleinste tuin en 16,02 m voor de diepste tuin.  De kroonlijsthoogte van de woningen varieert tussen de 2,32 m en 5,85 m en de nokhoogte bedraagt 7,65 m. Het gelijkvloers van woningen bestaat uit een inkomhal met toilet, de traphal, een leefruimte met open keuken en een berging/garage. De verdieping van de woningen bestaat uit 3 slaapkamers en een badkamer en afzonderlijk toilet.

De gevels worden afgewerkt in een gevelsteen in middengrijs genuanceerde kleur in combinatie met een antracietgrijs aluminium gelakte gevelbekleding. Het schrijnwerk bestaat uit PVC antracietgrijs. De dakbedekking bestaat uit zwarte sneldek pannen.

In de voortuinstroken worden telkens de oprit naar de garage een toegangspad naar de voordeur verhard. In de tuinzone wordt bij iedere woning terras aangelegd. Er worden geen bijgebouwen voorzien.

Het vloerpas van de woning bevindt zich 0,30 m boven de as van de voorliggende weg. Het terreinprofiel wordt zodoende beperkt aangepast ter hoogte van de woningen maar behoudt het profiel in de tuinzones.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gemeentelijk RUP Gavers, definitief vastgesteld door de gemeenteraad op 26 mei 2016. Gezien de voorschriften van het RUP overgenomen werden in de voorschriften van de verkaveling wordt er voor de toetsing van de aanvraag aan het RUP verwezen naar de toetsing aan de niet-vervallen verkaveling.

 

De aanvraag dient eveneens te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van de verkaveling die door het college van burgemeester en schepenen werd goedgekeurd op 11 oktober 2017. De woningen situeren zich in zone C. Deze zone is bestemd voor wonen met beperkte nevenfuncties.

De aanvraag is grotendeels in overeenstemming met de voorzieningen van de verkaveling gezien de hoofdfunctie wonen is, geen nevenfuncties voorzien worden, de loten bestemd zijn voor aaneengesloten en halfopen bebouwing, per woongelegenheid één garage en/of carport en één openluchtstandplaats (oprit) aanwezig is, de woningen ingeplant worden binnen de bouwzones zoals voorzien op het verkavelingsplan, de maximale bouwdieptes niet overschreden worden, ten opzichte van de achterkavelgrenzen telkens minstens 8 m tuinzone aanwezig is, het maximale volume van de woningen gerespecteerd wordt, de woningen een architecturaal geheel vormen en opgetrokken worden met een plat dak.

 

Teneinde volledig in overeenstemming te zijn met de stedenbouwkundige voorschriften is het wenselijk nog volgende voorwaarden op te leggen:

-          De voorschriften leggen op dat de verharding in de voortuinstrook waterdoorlatend moet zijn. Gezien er uit het plan niet op te maken is of de voorziene verharding van de oprit waterdoorlatend is, wordt dit opgelegd als voorwaarde.

-          De voorschriften leggen op dat max. 50% van de voortuin verhard kan worden en dat de resterende oppervlakte moet worden ingevuld met groenaanplant en/of grasperk. De verharding in de voortuinstrook van de loten 87-92 bedraagt 55%. Gezien de beperkte afwijking de noodzaak om verharding in de voortuinstroken ifv klimaatadaptatie te beperken, wordt als voorwaarde opgelegd dat de verharding moet worden beperkt tot 50%.

-          Op de zijdelingse perceelsgrenzen van de loten, palend aan het openbaar domein dient verplicht een streekeigen haagbeuk of ligustrum met een hoogte van 2 m te worden aangeplant. Uit de plannen valt niet af te lezen op welke manier de afsluiting naar het openbaar domein gebeurt. Het voorzien van een streekeigen haagbeuk of ligustrum tijdens het eerstvolgende plantseizoen volgend op het voltooien van de werken wordt opgelegd als voorwaarde.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Weegbreestraat een voldoende uitgeruste weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 7.000 liter met hergebruik voorzien bij elke woning, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 1025 liter en een referentieoppervlakte van 3,60 m² voor de loten 86, 92 en 93  en een infiltratievoorziening met een volume van 820 liter en een referentieoppervlakte van 2,88 m² voor lot 91, het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem.

Gezien de oppervlakte van de loten 87, 88, 89 en 90 kleiner is dan 250 m² is geen infiltratievoorziening vereist.

Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt onder de bijlage III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004, meerbepaald rubriek 10b – stadsontwikkelingsprojecten.

In navolging van het Besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 (BS 29 april 2013) dient er voor de aanvraag een project-m.e.r.-screening te gebeuren (bijlage III bij het project-m.e.r.-besluit). In het omgevingsloket zijn de mogelijke effecten van het project op de omgeving onderzocht en gemotiveerd waarom deze niet aanzienlijk zijn. Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Last bescheiden woonaanbod

De voorliggende bouwaanvraag voorziet in een groepswoningbouwproject van 8 woningen waarbij de percelen aansluiten op door dezelfde bouwheer te ontwikkelen gronden en die samen meer dan een halve hectare beslaan. Overeenkomstig 4° van artikel 4.2.1 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid zijn de normen bescheiden woonaanbod van toepassing op de voorliggende bouwaanvraag. Er dient een norm verwezenlijkt te worden van ten minste 20% van het aantal te verwezenlijken woningen.

Het voorliggende project maakt deel uit van een globale verkaveling. Het bescheiden woonaanbod werd beoordeeld op het niveau van de verkaveling waarbij minstens 21 loten bescheiden woonaanbod gerealiseerd moeten worden. Op het niveau van de verkaveling werden de loten 50-57, 68-73 en 74-80 aangeduid als zijnde het bescheiden woonaanbod. Geen enkel van de woningen uit voorliggende aanvraag heeft betrekking op een lot dat als bescheiden woonaanbod gerealiseerd moet worden.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op de bouw van 8 eengezinswoningen in een residentiële omgeving zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het ontwerp voorziet woningen die conform de verkavelingsvoorschriften zijn zodat de impact op de omgeving beperkt zal zijn. De woningen die allen gelegen zijn langs de straat vormen samen één harmonisch geheel qua vormgeving, qua materialisatie als qua typologie. Iedere woongelegenheid kan genieten van een private buitenruimte. Bij iedere woning zijn 2 autostandplaatsen aanwezig zodat de eventuele parkeerdruk op het latere openbare domein zo gering mogelijk blijft.  Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheden: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan mevrouw Isabelle Cannie en de heer Jan Lavens namens GROEP HUYZENTRUYT NV met als contactadres Wagenaarstraat 33 te 8791 Waregem, voor het bouwen van 8 woningen - fase 11, op een perceel gelegen Weegbreestraat 24, 26, 28, 30, 32, 34, 36 en 38 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 64 F, (afd. 2) sectie C 65 D, (afd. 2) sectie C 66 _ en (afd. 2) sectie C 67 C, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        de voorziene verharding van de opritten moet bestaan uit waterdoorlatende materialen.

        de verharding in de voortuin moet bij alle loten beperkt worden tot maximaal 50% van de voortuinoppervlakte.

        afsluitingen op de kavelgrenzen palend aan openbaar domein moeten verplicht bestaan uit haagbeuk of ligustrum met een hoogte van 2 m en moeten aangeplant worden tijdens het eerstvolgende plantseizoen volgend op het voltooien van de werken.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

OMV 2020_210 - Kleine Klijtstraat 44 - beslissing

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een bijgebouw bij de woning, op een perceel gelegen Kleine Klijtstraat 44 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 878 X aangevraagd door Yves Buysens wonende Kleine Klijtstraat 44 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  5 januari 2021.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming voor de eerste 50 m van het perceel in een woongebied met landelijk karakter en voor de rest van het perceel in een agrarisch gebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 16 december 1992 (dossiernummer 2038-6/1992.4).

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De verkaveling is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 31 augustus 1994 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woning.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De aanvraag is gelegen langs de Kleine Klijtstraat, wat een goed uitgeruste gemeenteweg is. De directe omgeving bestaat uit voornamelijk alleenstaande eengezinswoningen allen met een of meerdere bijgebouwen in de tuin. Achterliggend aan de woningen bevindt zich akker- of weiland.

Op het terrein van de aanvrager bevinden zich meerdere bijgebouwen en/of tunnelserres. Ten oosten van het aanvraag bevindt zich een onbebouwd terrein.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het bouwen van een tuinkamer met een oppervlakte van 36 m². De tuinkamer wordt opgetrokken op 3 m van de linker zijperceelsgrens. Tussen de tuinkamer en de linker zijperceelsgrens wordt een houten omheining voorzien met een hoogte van 2 m. De tuinkamer wordt opgetrokken in rode baksteen, met een plat dak en een kroonlijsthoogte van 2,75 m. Langs de voor- en linkerzijkant zitten er schuiframen.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van de verkaveling.

Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van de verkaveling gezien de woning niet wijzigt, de maximale oppervlakte aan afzonderlijke bijgebouwen gerespecteerd wordt, het bebouwingspercentage minder dan 60% bedraagt, de maximale kroonlijsthoogte gerespecteerd wordt, het materiaalgebruik in overeenstemming is met het hoofdgebouw of uit hout kan bestaan, de afstand tot de zijkavelgrens 3 m bedraagt, de minimale afstand van 8 m tov de achterkavelgrens nageleefd wordt en het bijbouw achter het hoofdgebouw ingeplant wordt.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kleine Klijtstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De bouw van de tuinkamer wordt voorzien in de tuinzone van een bestaande eengezinswoning met behoud van de functie zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het bijgebouw/tuinkamer is beperkt in oppervlakte zodat de private tuinzone nog maximaal met levend groen kan ingericht worden. De afstanden tot de diverse perceelsgrenzen is voldoende ruim zodat de aanpalende eigenaars geen hinder zullen ondervinden. Het ontwerp respecteert de korrel en de schaal van de omgeving. Het ontwerp heeft een vrij eenvoudige architectuur dat uitgevoerd wordt in metselwerk.

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Yves Buysens wonende Kleine Klijtstraat 44 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een bijgebouw bij de woning, op een perceel gelegen Kleine Klijtstraat 44 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 878 X.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Attest van verdeling - Klijtstraat - bezwaar

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen langs de Klijtstraat.

 

Motivering

 

Op 28 december 2020 verstuurde men vanuit het notariaat Saey - Taelman - Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen langs de Klijtstraat, gekadastreerd afdeling 1, sectie B, nummer 1255B, met een kadastrale oppervlakte van 12.821 m².

 

Een deel van de eigendom, met een oppervlakte van 496 m² wordt afgesplitst teneinde te verkopen aan de eigenaar van de naastliggende eigendom Klijtstraat 217 en met de bedoeling dit afgesplitste perceel te voegen bij de tuin, niet met de intentie erop te bouwen.

De bestemming van het goed is volgens de akte perceel landbouwgrond en volgens de verwerver perceel grond.

 

De omgevingsambtenaar stelt voor volgende opmerking te formuleren:

Het perceel is bestemd als landbouwgrond en maakt op heden deel uit van een grotere landbouwpartij. Door de opdeling van het perceel en het bij de aanpalende eigendom te voegen als tuin, is de agrarische bestemming niet langer uit te oefenen op dat afgesplitste deel. De voorgestelde splitsing in functie van vertuining is bijgevolg niet in overeenstemming met de gewestplanbestemming.

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen wenst op te merken dat, door de afsplitsing, de agrarische bestemming niet langer uit te voeren is en de voorgestelde splitsing in functie van vertuining bijgevolg niet in overeenstemming is met de gewestplanbestemming.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Inname openbaar domein - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Wonen - beheerder leegstandsregister en register verwaarlozing - aanstelling - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd te beslissen over de aanstelling van de beheerder van het leegstandsregister en de inventaris van verwaarloosde woningen en gebouwen.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 4 maart 2015 om het hoofd technische dienst tijdelijk te belasten met de opmaak en de opbouw van het leegstandsregister. Dit naar aanleiding van de uitdiensttreding van de groenambtenaar.

 

Door de indiensttreding van de deskundige wonen kan het leegstandsregister opnieuw overgedragen worden.

 

De deskundige wonenstaat ook in voor de opmaak en de opbouw van de inventaris van verwaarloosde woningen en gebouwen.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen beslist om de deskundige wonen aan te stellen als beheerder van het leegstandsregister en beheerder van de inventaris van verwaarloosde woningen en gebouwen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Asverstrooiing - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Grafconcessie - toekenning - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Grafconcessie - bijzetting en hernieuwing - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Organisatiebeheersysteem

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2021/2 goed te keuren.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2021/2 goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Trage wegen Olieberg - kennisname opmetingsplan nieuwe trage weg - goedkeuring waardebepaling op te heffen wegen

 

Dit punt werd uitgesteld naar een volgende zitting.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Kunstonderwijs - tijdelijke uitbreiding uren tekenles - goedkeuring

 

STEMMINGEN

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Riopact - wachtaansluitingen - aanrekening en tariefbepaling - postitief advies - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Kohier van belasting op woningen, kamers, gebouwen of andere

woongelegenheden opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister - aanslagjaar 2020 - goedkeuring

uitvoerbaarverklaring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 13 JANUARI 2021

Gemeenteraad van 28 januari 2021- agendapunten - verzoek agendering - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

De agenda van de gemeenteraad bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld.

Het college en burgemeester en schepenen wordt gevraagd de agenda voor de komende gemeenteraad te overlopen.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt de voorziene punten voor de gemeenteraadszitting van 28 januari 2021.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Art. 19 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om volgende punten te agenderen op de gemeenteraad van 28 januari 2021:

 

OPENBARE ZITTING

 

1)      Burgemeesterbesluit ivm virtuele gemeente- en OCMW-raad op 28 januari 2021 - bekrachtiging - goedkeuring

2)      Gemeenteraad - 17 december 2020 - notulen en audiovisuele opname - goedkeuring

3)      Corona-relanceplan - tijdelijke vrijstelling retributie uitleendienst - verlenging - goedkeuring

4)      Onderwijs - retributiereglement gemeentelijke kinderopvang - aanpassing - goedkeuring

5)      Straten nieuwe verkaveling innewaarts de Tapuitstraat - naambepaling - principebeslissing - goedkeuring

 

De openbare zitting van de gemeenteraad wordt geschorst om te hernemen na de openbare zitting van de OCMW-raad.

 

6)      Vragen gesteld door raadsleden - kennisname

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2021
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.