Zitting van CBS van 03 JULI 2019

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 26 juni 2019 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 26 juni 2019.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 26 juni 2019 goed te keuren.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Grafconcessie - bijzetting - kennisname

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Niet-geconcedeerd graf - kennisname

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Afvoering van ambtswege - goedkeuring

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Jobstudent jeugddienst - augustus 2019 - aktename kandidatuur en aanstelling - goedkeuring

STEMMINGEN

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Bijkomende aanstelling jobstudent - goedkeuring

STEMMINGEN

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Aanstelling lesgevers vakantiekampen zomer 2019 - goedkeuring

STEMMINGEN

Aaron Molisse

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Davy Dewever

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Dafne Hostijn

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Beslissingen algemeen directeur - juni 2019 - kennisname

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de besluiten van de algemeen directeur van de maand juni 2019.

Motivering

De algemeen directeur staat in voor de algemene leiding van de diensten van de gemeente en van de diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.

De algemeen directeur rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, aan het vast bureau en aan het bijzonder comité voor de sociale dienst.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 170 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de besluiten van de algemeen directeur van de maand juni 2019.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Jubileum - ontvangst gemeentehuis - goedkeuring

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Kom op tegen Kanker - Dag tegen Kanker - medewerking - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd deel te nemen aan de jaarlijkse campagne 'Dag tegen Kanker' die dit jaar plaatsvindt op donderdag 17 oktober 2019.

Motivering

Op donderdag 17 oktober 2019 organiseert Kom op tegen Kanker haar jaarlijkse campagne 'Dag tegen Kanker'.

Tijdens de 'Dag tegen Kanker' wordt gevraagd om één dag expliciet aandacht te hebben voor kankerpatiënten, hun hulpverleners en al wie om hen bekommerd is.

Deelname aan de campagne kan gebeuren op drie manieren:

1)      De personeelsleden spelden op 17 oktober 2019 het gele lintje op als teken van solidariteit.

2)      Er worden deugddoende activiteiten voor de kankerpatiënten en/of hun naasten georganiseerd door de gemeente in hun lokalen.

3)      Deelname aan de publiekscampagne. Dat kan vanaf de week voor de Dag teken Kanker via www.dagtekenkanker.be. Men zal hier nog tijdig over informeren.

De gemeente kan zelf kiezen op welke manier zij aan de campagne deelneemt. Bij deelname bezorgt Kom op tegen Kanker gratis gele lintjes voor de personeelsleden, leveren zij materiaal aan om zowel intern als extern te communiceren over de gemeentelijke deelname aan de campagne en worden de eventueel georganiseerde activiteiten gecommuniceerd door Kom op tegen Kanker.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere: Art. 183, 221, § 1 en 223 van de Algemene Politieverordening

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit deel te nemen aan de jaarlijkse campagne 'Dag tegen Kanker' die plaatsvindt op donderdag 17 oktober 2019.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit te kiezen voor optie 1 waarbij de gemeentelijke personeelsleden op 17 oktober 2019 het gele lintje opspelden als teken van solidariteit.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen besluit de 'Dag tegen Kanker' bekend te maken via het gemeentenieuws, op de website en via de digitale infoborden.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Internationale dag van de vrede - deelname - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd deel te nemen aan de oproep tot een internationaal verbod op kernwapens en het kracht bijzetten van de vredesgedachte.

Motivering

De Verenigde Naties hebben 21 september uitgeroepen tot de jaarlijke Internationale Dag voor de Vrede om 'de idealen van vrede te promoten'.

Dit jaar wordt de focus, net als vorig jaar, opnieuw gelegd op het thema kernwapens.

De reden hiervoor wordt uitvoerig beschreven in de aanvraag in bijlage.

Om haar steun te betuigen aan de campagne kan de gemeente:

1)      De vredesvlag uithangen in de week van 21 september 2019 en op die manier steun betuigen aan de campagne

•          op zoveel mogelijk openbare plaatsen en scholen de vredesvlag uithangen in de week van 21 september 2019;

•          een kort artikel wijden aan de oproep in het gemeentenieuws met uitleg waarom het gemeentebestuur deze campagne ondersteunt;

•          de inwoners oproepen om de vredesvlag te hangen aan hun gevels, balkons en ramen;

•          een foto van de wapperende vredesvlag tweeten via #vredesvlag en/of delen op facebook;

•          een publieks- of schoolactiviteit organiseren op 20 of 21 september 2019.

2)      De ICAN Cities Appeal onderschrijven

•          'Onze gemeente is sterk bezorgd over de ernstige bedreiging die nucleaire wapens vormen voor onze gemeenschappen wereldwijd. Wij vinden dat onze inwoners het recht hebben om zonder deze dreiging te leven. Elk gebruik van kernwapens, of het nu accidenteel of bewust is, zou immers catastrofale, verreikende en langdurige gevolgen hebben voor mens en planeet. Daarom steunen wij het VN-kernwapenverbod (TPNW) en roepen wij onze regeringen op om het te onderschrijven."

•          via info@icanw.org en info@dagvandevrede.be laten weten dat de gemeente de Cities Appeal ondertekent.

3)      Onderteken de open oproep van burgemeesters: 'België tekent het VN-kernwapenverbod'

•          de oproeptekst 'België teken het VN-kernwapenverbod', laten ondertekenen door de burgemeester en mailen naar info@dagvandevrede.be.

4)      Onderzoek of de gemeentelijke financiën (waaronder pensioenfondsen en intercommunales) vrij zijn van investeringen in kernwapens

•          onderzoeken of de gemeentelijke financiën (waaronder pensioenfondsen en intercommunales) vrij zijn van investeringen in kernwapens;

Op de website www.dontbankonthebomb.com is een lijst te vinden van 20 bedrijven die actief zijn in de kernwapensector. Indien er dergelijke investeringen zijn, kan de gemeente de financieel directeur hierover aanspreken en vragen om hieruit te stappen.

•          om eventuele toekomstige onethische investeringen te vermijden kan de gemeente ook een eigen duurzaam beleggingsbeleid opstellen of aanscherpen.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit:

•          de vredesvlag uit te hangen aan het gemeentehuis in de week van 21 september 2019;

•          een artikel over deze campagne op de gemeentelijke website te plaatsen;

•          een tweet te sturen met een foto van de wapperende vredesvlag aan het gemeentehuis via #vredesvlag;

•          een foto van de wapperende vredesvlag aan het gemeentehuis te delen via facebook;

•          de oproeptekst 'België teken het VN-kernwapenverbod', te laten ondertekenen door de burgemeester en door te mailen naar info@dagvandevrede.be.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Rode Kruis - gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Motivering

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

Om hun cursus bekend te maken, vraagt het Rode Kruis om de gemeentelijke roosters te mogen gebruiken voor het ophangen van hun publiciteitsborden.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Hfdst. 3, art. 221-224 Algemene Politieverordening

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit aan het Rode Kruis toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Artikel 2

Voor de praktische afhandeling dient contact opgenomen worden met gemeenschapcentrum d'Iefte op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan cultuur@deerlijk.be.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Café Congé - waarborg walkies GTV - goedkeuring

Aanleiding en context

Voor Café Congé worden 5 walkie-talkies gehuurd bij GTV. Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de betaling van 500 euro waarborg goed te keuren.

Motivering

Jaarlijks worden voor Café Congé 5 walkie-talkies gehuurd. Deze worden gebruikt voor een efficiënte interne communicatie binnen de organiserende werkgroep. Er wordt door GTV in Harelbeke een waarborg van 500 euro gevraagd (100 euro per walkie-talkie).

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

De betaling van 500 euro gebeurt op rekeningnummer BE60 0015 2157 8170. Na het terugbrengen op 19 juli 2019 wordt de waarborg teruggestort.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de betaling van de waarborg (500 euro) op rekening van GTV bvba goed te keuren.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Wijkraad de Trompe - gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Motivering

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

Om hun Trompefeesten bekend te maken, vraagt wijkraad de Trompe om de gemeentelijke roosters te mogen gebruiken voor het ophangen van hun publiciteitsborden.

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Hfdst. 3, art. 221-224 Algemene Politieverordening

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit aan wijkraad de Trompe toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

Artikel 2

Voor de praktische afhandeling dient contact opgenomen worden met gemeenschapcentrum d'Iefte op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan cultuur@deerlijk.be.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Straatfeest - wijk Vrijeigen - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor de verschillende onderdelen van de aanvraag voor het houden van een straatfeest in Vrijeigen te Deerlijk.

Motivering

Wijkcomité Vrijeigen wenst een straatfeest te organiseren op zaterdag 10 augustus 2019.

Zij vragen daarbij:

•          politionele medewerking

Het verkeersvrij houden van Vrijeigen vanaf huisnummer 12 tot het einde van de straat op zaterdag 10 augustus 2019 van 16.00 uur tot en met 24.00 uur.

Parkeerverbod voorzien op de parking tegenover huisnummer 24, 25 en 26 op zaterdag 10 augustus 2019 van 08.00 uur tot en met zondag 11 augustus 2019.

Politiezone Gavers verleende hiervoor op 1 juli 2019 positief advies.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Plaatsing verkeerssignalisatie

▪          Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit straatfeest.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit de gevraagde politionele medewerking te verlenen.

De inrichter dient zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de politie. De politie zal enkel instaan voor het toezicht op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie.

De levering van de verkeerssignalisatie gebeurt door de technische diensten van de gemeente. De controle op de naleving van het eventuele parkeerverbod gebeurt door de politie.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Party on tour-weekend - 9-11 augustus 2019 - goedkeuring

Aanleiding en context

Op 21 mei 2019 werd een aanvraag ingediend door de verantwoordelijken van Party on tour voor volgend evenement:

Motivering

1. Het college van burgemeester en schepenen overloopt volgende onderdelen van de aanvraag:

•          aanvraag geluidsactiviteit als volgt:

95 – 100 dB

De aangevraagde muziekactiviteit vindt plaats in een woonomgeving of in de nabijheid van een bewoonde omgeving.

Het gaat hier om een muziekactiviteit naar aanleiding van een bijzondere gelegenheid en de aangevraagde activiteit is beperkt in duur.

De aangevraagde muziekactiviteit kan toegestaan worden maar het is evenwel noodzakelijk om het toegelaten geluidsniveau en de toegelaten periode nauwkeurig vast te leggen.

Deze toelating betekent in geen geval een vrijgeleide om onbeperkt hinder te veroorzaken.

•          aanvraag politionele medewerking

Er worden geen verkeerstechnische maatregelen gevraagd.

Politiezone Gavers verleende hiervoor op 28 mei 2019 positief advies.

•          aanvraag tijdelijke inname openbaar domein

Party on tour wenst hun party on tour-weekend te organiseren van 9 augustus 2019 tot en met 11 augustus 2019 en vraag toelating voor de tijdelijke inname openbaar domein, meer bepaald het grasplein aan chiro Joeki.

2. De evenementencel verleent volgend advies voor dit evenement:

Men moet rekening houden met de algemene voorschriften van de hulpverleningszone Fluvia inzake brandpreventie. Deze voorschriften kan men terugvinden op de website via https://www.hvzfluvia.be/organiseer-veilig.

Alsook moet de organisator een risico-analyse (lijst opmaken met de mogelijke risico’s en maatregelen om deze te verhelpen/op te lossen) en plan met aanduiding opstelling, evacuatiewegen , ... opmaken.

Alle cateringstanden dienen te beschikken over geldige en blanco keuringsverslagen (conformiteit installatie en gasdichtheid beiden uitgevoerd door een EDTC).

De dienst noodplanning merkt op dat catering/foodtrucks niet in de tent geplaatst mogen worden en ten minste 4 meter van tenten en gebouwen moeten staan en op meer dan 2 meter van brandbare materialen.

Bijkomend specifiek advies kan later nog volgen vanuit de veiligheidscel.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere :

◦          Toelating geluidsactiviteit

▪          Decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij decreten van het Vlaams Parlement.

▪          Besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999.

▪          Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999.

▪          Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 februari 1977 houdende vaststelling van geluidsnormen voor muziek in openbare en private inrichtingen, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, wat betreft het maximaal geluidsniveau van muziek in inrichtingen.

▪          Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 30 maart 2011.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit evenement mits er twee verantwoordelijken aangesteld worden. De eindverantwoordelijke zorgt voor de veiligheid in en rond het evenemententerrein. De andere verantwoordelijke houdt toezicht in de omgeving en zal, indien nodig, politiezone Gavers contacteren.

Artikel 2

De aangevraagde muziekactiviteit wordt toegelaten mits naleving van volgende voorwaarden:

Voorwaarden met betrekking tot het maximaal geluidsniveau.

Voorwaarden met betrekking tot de duur van de muziekactiviteit:

Voorwaarden met betrekking tot de buurt:

•          De inrichters als bedieners van de muziekinstallatie moeten zich houden aan een voor de buurt aanvaardbaar geluidsniveau. In geen geval mag de muziek de nachtrust van de omwonenden storen. Klachten inzake nachtlawaai dienen vermeden. In voorkomend geval moeten de richtlijnen van de politiediensten strikt worden opgevolgd.

•          De inrichters verwittigen de inwoners van de omliggende straten van de muziekactiviteit.

De organisator brengt de politie op de hoogte van de muziekactiviteit.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor de tijdelijke inname van het grasplein in de Kardinaal Cardijnlaan van 9 augustus 2019 om 14.00 uur tot en met 11 augustus 2019 om 20.00 uur.

Artikel 4

De inrichter moet de richtlijnen volgen van de hulpverleningszone Fluvia inzake veiligheid.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Wandelpool - uitbreiding - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om bij uitbreiding van de wandelpools in het schooljaar 2019-2020 ook een vrijwilligersvergoeding te voorzien voor de begeleiders van een 4e wandelpool.

Motivering

In het kader van LaMA werden enkele proefprojecten opgestart, ondermeer de wandelpools. Gezien het voortbestaan van de wandelpools valt of staat met het vinden van voldoende vrijwilligers die de kinderen willen begeleiden tot aan school besliste het college van burgemeester en schepenen in zitting van 24 oktober 2018 om voor de vrijwilligers van de wandelpool een vergoeding van 6 euro/beurt te voorzien. Gezien het vaak over relatief grote groepen gaat worden per wandelpool 2 begeleiders per beurt voorzien.

Het voorbije schooljaar waren de wandelpools een groot succes. De wandelpools vertrokken vanuit 3 locaties nl. parking Deknudt in de Kasteelstraat, parking Barakke in de Hoogstraat en groenzone in de verkaveling De Heerlijkheid. In mei slaagden ze in de uitdaging om méér dan 100 stappers te hebben. Er werden gemakkelijk vrijwilligers gevonden om één of meerdere dagen per week mee te stappen. Veel begeleiders stonden vrijwillig een deel van hun vergoeding af en hiermee werden een aantal leuke acties gedaan:

•          Er werd een oproep gelanceerd om een logo te maken voor de wandelpool. De winnaar werd beloond met een Deerlijkbon.

•          Voor de begeleiders werden fluojassen met het logo gemaakt.

•          Er werd een ontbijt georganiseerd om de stappers en vrijwilligers die de 'méér dan 100 in mei' waarmaakten te belonen.

Door het succes van de wandelpools dit schooljaar, wil men nog meer mensen samenbrengen en nog meer auto's uit de schoolomgeving weren. Daarom zouden ze tijdens de week van de mobiliteit (16-20 september) een 4e wandelpool vanuit de Koningswijk willen uitproberen. Als de wandelpool voldoende succes heeft en een stabiel aantal stappers en begeleiders heeft zou deze wandelpool dan voor de rest van het schooljaar georganiseerd worden.

Er wordt gevraagd of de begeleiders van deze nieuwe wandelpool (vanaf het moment dat deze permanent wordt geïnstalleerd) ook een vergoeding zouden kunnen krijgen vanuit de gemeente.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om ook voor de vrijwilligers van de 4e wandelpool een vrijwilligersvergoeding te voorzien als uit de proefperiode blijkt dat er een stabiel aantal stappers en begeleiders zijn voor deze wandelpool.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Depot - haalbaarheidsstudie i.k.v. verhuis - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd goedkeuring te verlenen voor het inschakelen van externe ondersteuning in kader van het onderzoek voor de verhuis van het gemeentelijk depot.

Motivering

Het gemeentelijk depot voldoet niet meer aan de huidige normen. Het is verouderd en te klein. Het technisch materiaal en het materiaal voor feestelijkheden ligt bovendien verspreid over verschillende locaties. Daarom is het wenselijk om uit te kijken naar een nieuwe site voor het gemeentelijk depot.

Om een objectieve keuze te kunnen maken is het belangrijk om bij mogelijke nieuwe sites de haalbaarheid van een verhuis naar deze site te onderzoeken. Hierbij moet ondermeer bekeken worden op welke manier deze site dan moet aangepast / ingericht worden en een inschatting gemaakt worden van de kostprijs voor de inrichting en aanpassing van de site naar onze noden.

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

De volgende firma werd uitgenodigd een offerte in te dienen:

•          TEN-agency, Zandbergstraat 19, 8500 Kortrijk

De cluster ruimte heeft contact gehad met de afdeling projectmanagement van TEN-agency. Zij kunnen de gemeente hierin ondersteunen op volgende manier:

•          Voor de sites die het bestuur aangeeft verzamelen ze gegevens en worden er een 3D-scan opgemaakt zodat de site in detail kan bekeken worden zonder steeds ter plaatse te moeten gaan.

•          In overleg wordt nagegaan wat de noden en wensen zijn.

•          Er wordt een "ideale" lay-out voor het technische depot uitgewerkt en daarna bekeken per site welke lay-outs mogelijk zijn of welke aanpassingen er aan de site moeten gebeuren.

•          Wanneer per site de beste lay-out gekozen is, wordt een algemene ruwe raming voor de realisatie opgesteld.

•          Finaal zal er een rapport gemaakt worden waarin de aangereikte sites elk met hun voor- en nadelen vergeleken worden.

Indien gewenst kan, nadat de keuze voor een bepaalde site gemaakt is, TEN samen met een aangestelde architect ook verder ondersteuning bieden voor het opmaken van de plannen en bestekken voor de aanpassings- en inrichtingswerken alsook de opvolging van de realisatie zelf.

De dienst ruimte kent geen andere firma die een zelfde ondersteuning kan bieden.

Er werd een offerte ontvangen van TEN-agency, Zandbergstraat 19, 8500 Kortrijk voor een bedrag van 15.407 euro excl. btw of 18.642,47 euro incl. btw.

Om snel en objectief de keuze die zich opdringt te kunnen maken stelt het clusterhoofd ruimte voor om de opdracht 'Depot - opmaak haalbaarheidsstudie i.k.v. verhuis' te gunnen aan TEN-agency, Zandbergstraat 19, 8500 Kortrijk.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 5° en 4° Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de opdracht 'Opmaak haalbaarheidsstudie depot i.k.v. verhuis' te gunnen aan TEN-agency.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV 2019.95 - begraafplaats Kerkstraat Sint-Lodewijk - opening openbaar onderzoek - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het openbaar onderzoek te organiseren in het kader van de aanvraag tot omgevingsvergunning voor het bouwen van een overdekte afscheidsplaats op de begraafplaats in Sint-Lodewijk op een perceel gelegen Kerkstraat tussen nr. 33 en 33A en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 207 B2 ingediend door gemeentebestuur Deerlijk gevestigd Harelbekestraat 27 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Reden openbaar onderzoek:

Aanvraag in toepassing van artikel 4.4.7 (werken algemeen belang).

Opening openbaar onderzoek: 2 juli 2019

Sluiting openbaar onderzoek: 31 juli 2019

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het openbaar onderzoek te organiseren.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV 2019.91 - De Spijker 13 - opening openbaar onderzoek - goedkeuring

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV 2019.87 - Beekstraat 6 - opening openbaar onderzoek - goedkeuring

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV 2019.84 - Vercruysse de Solartstraat 32 - opening openbaar onderzoek - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het openbaar onderzoek te organiseren in het kader van de aanvraag tot omgevingsvergunning voor het bouwen van een afvalberging in functie van het kinderdagverblijf op een perceel gelegen Vercruysse de Solartstraat 32 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 192 T2 ingediend door gemeentebestuur Deerlijk gevestigd Harelbekestraat 27 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Reden openbaar onderzoek:

Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:

Opening openbaar onderzoek: 28 juni 2019

Sluiting openbaar onderzoek: 27 juli 2019

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

          Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit het openbaar onderzoek te organiseren.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Energieworkshops Leiedal - begin- en eindpresentatie - kennisname

Aanleiding en context

Intercommunale Leiedal hield energieworkshops op 11, 12 en 13 juni 2019.

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de begin- en eindpresentatie van die energieworkshops.

Motivering

Op 13 maart 2019 keurde het college van burgemeester en schepenen het voorstel tot afvaardiging tijdens de energieworkshops goed.

Het doel van de energieworkshops was nagaan hoe de gemeente energieneutraal kan worden tegen 2050, welke ruimtelijke impact dit zal hebben en waar warmtenetten, windmolens, zonnepanelen, ... kunnen worden voorzien.

In de startpresentatie wordt voor Deerlijk duidelijk aangegeven dat de CO2-uitstoot vooral te wijten is aan transport over lokale en gewestwegen, samen met het verwarmen van woningen.

Als besluit kunnen we stellen dat het plaatsen van grote windmolens in Deerlijk ruimtelijk niet haalbaar is. Het plaatsen van kleine en middelgrote windmolens is eventueel wel ruimtelijk haalbaar maar de CO2-besparing van deze laatste zijn zeer gering.

De nadruk van de inspanning tot CO2-reductie in Deerlijk zal vooral liggen op:

•          energie-optimalisatie van het eigen patrimonium als voorbeeldfunctie;

•          stimuleren van en sensibiliseren rond energiezuinige verwarmings- en isolatietechnieken in woningen;

•          bij voorbesprekingen van omgevingsvergunningen info meegeven met betrekking tot de mogelijke alternatieven;

•          voorwaarden opleggen in omgevings- of verkavelingsvergunningen (bv. geen gasnet aanleggen bij nieuwe ontwikkelingen, lage temperatuurverwarming verplichten, collectieve stookplaats verplichten,...);

•          voorschriften in RUP's en stedenbouwkundige verordeningen.

De ganse start- en eindpresentatie met de toelichting is te vinden in bijlage.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de start- en eindpresentatie van de energieworkshops bij Leiedal.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Hoogstraat 46 - schrapping risicogrond - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd goedkeuring te geven voor de schrapping van een risicogrond van de gemeentelijke inventaris, gelegen te Hoogstraat 46, 8540 Deerlijk met als kadastrale omschrijving afdeling 1, sectie A nummer 252 W 3 P.

Motivering

Op 21 juni 2019 werd een schrijven ontvangen van het notariaat Boes & Devaere uit Kortrijk. Het betreft een vraag tot schrapping uit de 'gemeentelijke inventaris risicopercelen' van een woning gelegen in de Hoogstraat 46 te Deerlijk.

De risicoactiviteiten zoals vermeld in de 'gemeentelijke inventaris risicopercelen', hebben echter nooit plaatsgevonden in het woonhuis dat zich langs de straatkant situeert maar wel in de achterliggende gebouwen die thans eigendom zijn van de gemeente Deerlijk.

Op 27 juni 2019 werd door de dienst omgeving een administratief onderzoek gevoerd op basis van historische luchtfoto's waaruit blijkt dat het desbetreffende woonhuis met bijhorende tuin steeds een woonfunctie heeft vervult en er bijgevolg voldoende kan aangetoond worden dat er in werkelijkheid geen risicoactiviteiten hebben plaatsgevonden op het perceel in kwestie.

Er zijn geen externe adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 en § 3, 7° Decreet lokaal bestuur

•          Andere:

◦          Art. 7, § 1 Decreet betreffende de bodemsanering en de bodembescherming

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

•          het advies van de dienst omgeving - milieu te volgen en het perceel Hoogstraat 46, 8540 Deerlijk, kadastraal gekend als afdeling 1, sectie A, nummer 252 W 3 P, te schrappen als risicoperceel;

•          deze beslissing over te maken aan OVAM.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV 2019_97 - Harelbekestraat 91 - melding overname IIOA - aktename

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor de overname van een bevoorradingsstation van brandstoffen op een perceel gelegen Harelbekestraat 91 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 32 X3 en (afd. 1) sectie A 32 Y3 ingediend door Dirk Maes namens ETABLISSEMENTEN J. MAES ZONEN NV gevestigd Reedonk 12 te 2880 Bornem.

Motivering

De melding ingediend door de heer Dirk Maes namens ETABLISSEMENTEN J. MAES ZONEN NV gevestigd Reedonk 12 te 2880 Bornem, werd per beveiligde zending verzonden op 21 juni 2019.

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt: 

“De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.

Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.

Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”

VOORWERP VAN DE MELDING

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Harelbekestraat 91, kadastraal bekend afdeling 1 sectie A nrs. 32X3 en 32Y3.

De melding omvat de volgende ingedeelde inrichting of activiteit: overname van een bevoorradingsstation van brandstoffen.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

BEVOEGDHEID

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.

Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER

Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.

De melding heeft betrekking op artikel 97 van het uitvoeringsbesluit Omgevingsvergunning waarin gesteld wordt dat de bevoegde overheid het vergunningsbesluit actualiseert als gevolg van de melding van overdracht.

Deze procedure van overdracht is een louter administratieve handeling die aanduidt aan welke inrichting de omgevingsvergunning gebonden is.

De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het meldingsdossier. Er zijn geen verplichte adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit met omzichtigheid benaderd worden.

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, § 3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandregels.

De bestaande vergunningsvoorwaarden blijven van kracht.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014.

      Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM).

      Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door de heer Dirk Maes namens ETABLISSEMENTEN J. MAES ZONEN NV gevestigd Reedonk 12 te 2880 Bornem voor de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde de overname van een bevoorradingsstation van brandstoffen gelegen Harelbekestraat 91 te Deerlijk.

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV VK 2019_1 - Oude Pastoriestraat - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verkavelen van grond in 4 loten, zijnde 3 voor eengezinswoningen en 1 voor garage, op een perceel gelegen Oude Pastoriestraat en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 618 B7, (afd. 2) sectie E 618 C7, (afd. 2) sectie E 618 Y6, (afd. 2) sectie E 618 A7, (afd. 2) sectie E 618 V5, (afd. 2) sectie E 618 X6 en (afd. 2) sectie E 830 B aangevraagd door Stephanie Valcke namens JAGERSHOF NV met als contactadres Nijverheidslaan 31 A te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 27 juni 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig.

Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

-          Eén van de drie woningen moet een bruto bouwvolume hebben van minder dan 550 m³ teneinde te voldoen aan de norm bescheiden woonaanbod.

-          De haagaanplant in de voortuinstrook dient te bestaan uit haagbeuk (Fagus Sylvatica).

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

1.      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

2.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

3.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oude Pastorijstraat, goedgekeurd op 8 november 2012 met als bestemming zone voor centrumfuncties en wonen en overdrukzone voor tuin.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het RUP is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet volledig in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

4.      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

5.      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Oude Pastoriestraat, een voldoende uitgeruste weg in een recent aangelegde verkaveling. De verkaveling voorziet in een combinatie van vrijstaande, gekoppelde en aangebouwde ééngezinswoningen met maximaal twee bouwlagen en een hellend of plat dak. De invulling van de verkaveling met de woningen is lopende. De percelen van voorliggende aanvraag palen aan de tuinzones van de woningen Kapelstraat 21-31. Aan de overzijde van de weg is een lot bestemd voor meergezinswoningen, maar nog niet in ontwikkeling.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De eigendom betreft een perceel met een oppervlakte van 10a08ca. De aanvrager wenst de eigendom te verkavelen in 3 loten voor woningbouw en één lot voor garage. De 3 loten voor woningbouw worden georiënteerd naar de Oude Pastoriestraat. Het betreft een rij van 3 woningen waardoor bijgevolg 2 halfopen en 1 gesloten eengezinswoning voorzien wordt. De bouwzone voor de woningen wordt ingeplant op 3 m afstand van de rooilijn, de vrije zijstrook bij lot 3 bedraagt 4 m en deze bij lot 1 bedraagt op zijn smalst 3 m en de afstand tot de achterkavelgrens is bij de 3 loten minstens 8 m. De woningen hebben een bouwdiepte van maximaal 12 m en een gabariet van maximaal 2 bouwlagen met een bewoonbare bouwlaag in het dakvolume. Bij de woning op lot 3 is voorzien in de mogelijkheid om een carport op te trekken in de vrije zijstrook. Deze wordt ingeplant op 3 m achter de voorgevelbouwlijn, heeft een breedte van maximaal 3 m op een diepte van maximaal 7 m. De garage op lot 4 ontsluit via de garageweg naar de Oude Pastoriestraat. De garage wordt ingeplant op een afstand van 6,35 m van de rooilijn met de garageweg, heeft een maximale breedte van 3,50 m op een maximale diepte van 8 m. In de voorschriften is bijkomend opgenomen dat de garage gevoegd kan worden bij het naastliggende lot 1 of 2, dat de garage een hoogte heeft van maximaal 3 m en afgewerkt moet worden met een plat dak. De voorschriften voorzien ook een plantrecht voor de verkavelaar op de rooilijn in functie van een harmonie in beplanting in de voortuinstrook.

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek.

Het openbaar onderzoek vond plaats van 8 maart 2019 tot 6 april 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

Er werd echter vastgesteld dat de bekendmakingsaffiche ter plaatse niet correct werd aangeplakt waardoor een administratieve lus werd toegepast, zoals beslist door het college van burgemeester en schepenen op 15 mei 2019.

Een tweede openbaar onderzoek vond plaats van 10 mei 2019 tot 8 juni 2019. Naar aanleiding van dit tweede openbaar onderzoek werden er ook geen bezwaarschriften ontvangen.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden getoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Oude Pastorijstraat.

De aanvraag wijkt af van de voorschriften. Hiervoor wordt toepassing gemaakt van artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:

Het gevraagde is voor het overige in overeenstemming met de voorzieningen van het RUP gezien de loten bestemd zijn voor eengezinswoningen met beperkte nevenfuncties, zowel halfopen als gesloten bebouwing toegelaten is, het bebouwingspercentage minder dan 65 % bedraagt, de vrije zijstrook van lot 1 op zijn smalst 3 m bedraagt, de afstand tot de achterkavelgrens minstens 8 m is, de woningen bestaan uit 2 bouwlagen met een hellend dak waarvan de helling maximaal 45° bedraagt, de maximale bouwhoogte minder is dan 15 m, de bouwdiepte van het hoofdvolume minder is dan de maximaal toegelaten diepte van 15 m, bijgebouwen een oppervlakte kunnen hebben van maximaal 60 m² binnen de 65 % bebouwingspercentage, het gedeelte binnen de zone 11 ingericht wordt als tuinzone met mogelijkheid tot het optrekken van bijgebouwen, dat ten opzichte van de garageweg een bouwvrije strook aanwezig is van 1,50 m en dat in deze strook de verharding beperkt is tot de oprit naar de garage.

Artikel 4.4.1 van de VCRO voorziet dat na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen kunnen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.

De afwijking heeft betrekking op de inplanting van de constructies zodat een afwijking overwogen kan worden. De afwijking voor de inplanting van de woningen zal een positieve impact hebben op het behoud van de straatbomen die belangrijk zijn in het beeld van de Oude Pastoriestraat en sluit aan bij de inplanting van de woningen in de naastliggende verkaveling zodat het toestaan van de afwijking zal zorgen voor een harmonie met de reeds vergunde verkaveling. Het voorzien van een carport in de vrije zijstrook moet ervoor zorgen dat het parkeren op eigen terrein voldoende en op kwalitatieve manier opgevangen wordt. De voorschriften voor de carport zijn zo geschreven dat deze ten opzichte van de voorgevel voldoende achteruit ingeplant wordt en het een open constructie betreft zodat het karakter van de woning (halfopen bebouwing) niet gewijzigd wordt. De gevraagde afwijkingen kunnen bijgevolg positief beoordeeld worden.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oude Pastoriestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De Oude Pastoriestraat is op de locatie van de aanvraag volledig uitgerust met alle nutsvoorzieningen voor de 3 loten zodat geen bijkomende verkavelingsovereenkomst opgemaakt moet worden.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied noch in een mogelijks overstromingsgevoelig gebied volgens de watertoetskaarten. Aangezien er geen nieuwe wegenis aangelegd wordt, moeten er in de verkaveling geen collectieve voorzieningen geïnstalleerd worden. Per lot zal voldaan moeten worden aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt onder de bijlage III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004, meerbepaald rubriek 10b – stadsontwikkelingsprojecten. Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

7.5    Natuurtoets

Niet van toepassing

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Uitvoeren last bescheiden woonaanbod

De voorliggende aanvraag voorziet in een verkaveling van 3 loten waarbij de percelen aansluiten op door dezelfde bouwheer ontwikkelde gronden en die samen meer dan een halve hectare beslaan. Overeenkomstig 4° van artikel 4.2.1 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid zijn de normen bescheiden woonaanbod van toepassing op de voorliggende aanvraag. Er dient een norm verwezenlijkt te worden van ten minste 20 % van het aantal te verwezenlijken woningen. Eén van de drie woningen moet een bruto bouwvolume hebben van minder dan 550 m³ teneinde te voldoen aan de norm bescheiden woonaanbod. Aangezien dit niet duidelijk blijkt uit de aanvraag dient dit als specifieke voorwaarde opgelegd te worden bij afgifte van de vergunning.

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft betrekking op het realiseren van 3 bijkomende loten voor woningbouw langs een voldoende uitgeruste weg. De omgeving wordt gekenmerkt door eengezinswoning zodat de aanvraag zich functioneel zal inpassen. De typologie, zijnde halfopen en gesloten bebouwing, en het gabariet, zijnde maximaal 2 bouwlagen en hellend dak, sluiten aan bij de bepalingen van de aanpalende verkaveling. De afstanden tot de diverse nieuwe kavelgrenzen zijn standaard. Er is opgenomen dat iedere woning minstens over een autostandplaats moet beschikken zodat de er op eigen terrein voorzien is in parkeergelegenheid. De verkavelaar voorziet een plantrecht op de rooilijnen van de voortuinstroken van de kavels. Teneinde uniform te zijn met de naastliggende verkaveling dient, in analogie van de beslissing van 5 november 2014 voor de naastliggende verkaveling, ook hier opgenomen te worden dat de haagaanplant dient te bestaan uit haagbeuk (Fagus Sylvatica). Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
  1.          Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.
  2.          Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Stephanie Valcke namens JAGERSHOF NV met als contactadres Nijverheidslaan 31 A te 8540 Deerlijk, voor het verkavelen van grond in 4 loten, zijnde 3 voor eengezinswoningen en 1 voor garage, op een perceel gelegen Oude Pastoriestraat en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 618 B7, (afd. 2) sectie E 618 C7, (afd. 2) sectie E 618 Y6, (afd. 2) sectie E 618 A7, (afd. 2) sectie E 618 V5, (afd. 2) sectie E 618 X6 en (afd. 2) sectie E 830 B , mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

-          Eén van de drie woningen moet een bruto bouwvolume hebben van minder dan 550 m³ teneinde te voldoen aan de norm bescheiden woonaanbod.

-          De haagaanplant in de voortuinstrook dient te bestaan uit haagbeuk (Fagus Sylvatica).

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV 2019_57 - Desselgemstraat 7 - beslissing

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een terrasoverkapping, op een perceel gelegen Desselgemstraat 7 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 323 H4 aangevraagd door Achilles Franciscus Vermast wonende Desselgemstraat 7 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  27 juni 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

        De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, met als bestemming stedelijk woongebied.

        De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grensafbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

        De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

        De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het RUP is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 22 oktober 1964 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een tweewoonst.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Desselgemstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Op het perceel van de aanvrager is een halfopen eengezinswoning met vrijstaande tuinberging aanwezig. De omgeving wordt gekenmerkt door halfopen residentiële bebouwing.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst aan de achterzijde van de woning het bestaande terras te overkappen, over de volledige breedte van de woning (10 m) en over de volledige diepte van het terras (3,6 m). De kant van de achtergevel van de woning en de scheidingswand met de buur blijven gesloten, de overige kanten zijn open. De constructie, bestaande uit aluminium profielen (kleur: antraciet) met een lichtdoorlatend polycarbonaat dak, wordt ondersteund door 3 palen ter hoogte van de scheiding tussen het terras en het gazon. De meest linkse paal staat tegen de scheiding met de buur. De hoogte van de constructie tegen de achtergevel bedraagt 2,99 m en aan de kant van de nieuw te plaatsen palen bedraagt de hoogte 2,63 m.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanpalende eigenaar werd op 23 mei 2019 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaar heeft geen bezwaar ingediend.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestelijk RUP. De aanvraag ligt volgens de voorzieningen van het gewestelijk RUP Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk (goedgekeurd 20/01/2006) in een stedelijk woongebied.

In deze zone gelden de voorschriften van Art. 7.1. stedelijk woongebied, waarbij §1 als volgt luidt:

Het gebied is bestemd voor wonen, openbare groene en verharde ruimten en aan het wonen verwante voorzieningen. Onder aan het wonen verwante voorzieningen worden verstaan: handel, horeca, bedrijven, openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen, kantoren en diensten, parkeer- en openbaar vervoervoorzieningen, openbare groene en verharde ruimten, socio-culturele inrichtingen en recreatieve voorzieningen.

Het gevraagde heeft betrekking op de bouw van een terrasoverkapping bij een bestaande eengezinswoning zodat deze in overeenstemming is met de bestemming van het gewestelijk RUP.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Desselgemstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (< 40 m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing.

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft betrekking op de aanbouw van een terrasoverkapping bij een bestaande eengezinswoning met behoud van deze functie. De terrasoverkapping wordt opgetrokken aan de achterzijde van de woning zodat het straatbeeld geen hinder zal ondervinden. De constructie wordt afgewerkt met eigentijdse, duurzame materialen en is beperkt qua omvang. De tuinzone blijft dezelfde teneinde deze kwalitatief te kunnen inrichten.

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing.

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

o      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

o      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen.

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Achilles Franciscus Vermast wonende Desselgemstraat 7 te 8540 Deerlijk, voor het plaatsen van een terrasoverkapping, op een perceel gelegen Desselgemstraat 7 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 323 H4.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV 2019_49 - Veemeersstraat 5 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het uitbreiden van een eengezinswoning, verbouwen en exploiteren van een loods en het rooien van 2 bomen, op een perceel gelegen Veemeersstraat 5 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 371 S, (afd. 2) sectie D 371 P en (afd. 2) sectie D 371 T aangevraagd door Naessens - Vandermarliere wonende Veemeersstraat 5 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  27 juni 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De aanvraag heeft geen betrekking op de kleine loods zodat deze buiten beschouwing gelaten wordt en geen deel uitmaakt van voorliggende vergunning.

        De zone tussen de loods en de achterkavelgrens moet bijkomend aangeplant worden met inheems bosgoed waarvan 25 % wintergroen is en dit binnen het eerstvolgend plantseizoen na renovatie van de loods.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming voor de eerste 50 m vanaf de rooilijn woongebied met landelijk karakter en voor het overige agrarisch gebied.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

1.      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

2.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

3.      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 30 december 1964 (dossiernummer VK 0070-1/1964.25, V.K.035.431). Op het perceel is een verkavelingswijziging van toepassing, goedgekeurd op 9 juni 1966.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan en de verkaveling is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet volledig in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

4.      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

5.      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 9 juni 1966 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een weefplaats met bureel.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 1 augustus 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een bungalow.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 30 mei 1990 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een garage.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 29 oktober 2008 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbreden van de oprit.

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieu vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Pré-VLAREM dossier afgeleverd op 29 december 1966 door het college van burgemeester en schepenen voor het exploiteren van een machinale weverij.

        Pré-VLAREM dossier afgeleverd op 14 oktober 1992 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbaten van een garage – carrosserie bedrijf.

        milieuvergunning afgeleverd op 27 maart 1996 door het college van burgemeester en schepenen voor de uitbreiding van een machinale weverij.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Veemeersstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De omgeving van de aanvraag wordt gekenmerkt door vrijstaande residentiële bebouwing met achterliggend open landbouwgebied. Op het perceel staat een vrijstaande eengezinswoning van het bungalowtype met achterliggend 2 aaneengesloten loodsen. De woning is opgebouwd uit een gelijkvloerse verdieping en is volledig onderkelderd.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst diverse werken uit te voeren aan de eigendom, zijnde het uitbreiden van de eengezinswoning, het inrichten van de loods en het rooien van 2 bomen.

De bestaande eengezinswoning wordt uitgebreid door het voorzien van een verdiepingsvolume. Het volume op de verdieping wordt ingeplant op de linkerhoek boven het gelijkvloers, heeft een breedte van 6,45 m en een diepte van 12 m. Het verdiepingsgedeelte bevindt zich op 8,29 m van de rechterzijgevel van het gelijkvloerse volume. Dit bijkomende volume wordt afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 6,14 m boven het vloerpas. De verdieping zal 2 slaapkamers en een gemeenschappelijke ruimte bevatten. Deze laatste ruimte wordt gelinkt met een dakterras aan de zijkant. De afstand van het dakterras tot de rechter zijgevel bedraagt 3,60 m en tot de zijkavelgrens 9,5 m. Op het gelijkvloers wordt de woning verbouwd, de slaapkamer wordt een bureauruimte, de inkom wordt opgesplitst in een inkomhal naar het bureau en een privé-inkomhal, de overige ruimtes blijven behouden. Ook de kelder blijft ongewijzigd als garage en bergruimte/stockruimte. De volledige woning wordt gestript en uitgeïsoleerd om vervolgens afgewerkt te worden met roodbruin genuanceerde steenstrips. De traphal wordt geaccentueerd met antraciet betonpanelen.

De grote loods, die vergund is, wordt behouden van vloeroppervlakte doch heeft nood aan een nieuwe dakstructuur. De zijgevels worden opgemetst tot op een kroonlijsthoogte van 4,50 m. De opgemetste geveldelen bestaan uit gevelmetselwerk en de nieuwe dakbedekking zal uit roodachtige materialen bestaan. Deze loods zal gebruikt worden voor opslag van allerhande materiaal en materieel.

De aanvrager wenst 2 bomen (vermoedelijk Es) te rooien die in de directe nabijheid staan van de loods. Deze bomen staan zeer dicht bij de loods en kunnen een gevaar betekenen door de wortelvorming in de constructieve opbouw van het gebouw alsook bij windworp.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De exploitatie omvat de volgende aspecten:

-          Het plaatsen van 3 voertuigen die geen personenwagens zijn.

-          Bovengrondse opslagtank met 1 verdeelslang (binnen in de loods).

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 10 mei 2019 tot 8 juni 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

De eigendom is gelegen binnen de grenzen van de goedgekeurde niet-vervallen verkaveling zoals oorspronkelijk goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 30 december 1964 en gewijzigd op 9 juni 1966 (dossiernummer VK0070-1/1966.8).

Aangezien de verkaveling meer dan 15 jaar oud is, vormt deze in toepassing van artikel 4.3.1 §1 van de VCRO geen weigeringsgrond meer voor de vergunningverlenende overheid en kan ze bijgevolg als het ware buiten beschouwing gelaten worden. Enkel voor de delen die conform de voorschriften zijn vormt deze alsnog de beoordelingsgrond., in voorliggende aanvraag betreft dit de loods.

Het gevraagde is voor de verbouwingswerken aan de loods in overeenstemming met de voorzieningen van de verkaveling gezien de oppervlakte van de loods niet wijzigt, de vrije zijstrook behouden blijft, de zijmuren opgemetseld worden tot op een hoogte van 4,50 m met behoud van de nokhoogte en het materiaal voor de opgemetselde gevels bestaat uit metselwerk en voor het dak uit roodachtig materiaal conform de voorschriften.

Voor de werken aan de woning dient de aanvraag getoetst te worden aan de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan, zijnde aan het woongebied met landelijk karakter.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De woongebieden met een landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven;

De aanvraag heeft betrekking op de renovatie en uitbreiding van de eengezinswoning zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Veemeersstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (< 40 m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

De linkse loods zal gebruikt worden voor het stockeren van materialen in functie van de beroepsactiviteit van de bouwheer. Deze is actief in de bouwsector (ruwbouw). De materialen die hier gestockeerd worden zijn EPS isolatie en inerte bouwmaterialen zoals snelbouwstenen, steenstrips, gevel metselwerk, cementgebonden materialen.

Er worden ook voertuigen geplaatst: vrachtwagen en bestelwagen. Verder is er ook een kleine plaats waar big bags voorzien zijn voor het stapelen van inert bouwafval.

Tenslotte is er ook nog een mazouttank aanwezig. Deze is rechts in de hoek gesitueerd. Dit is een 5000 l kunststof mazouttank met een dieselpomp in pompkast. Dit geheel zal allemaal binnen gebeuren (opslag en tanken) zodat aan de bepalingen binnen het VLAREM kan voldaan worden.

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur, op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft betrekking op de verbouwing en uitbreiding van een bestaande eengezinswoning met behoud van deze functie. In de tuinzone is de grote loods vergund als weefplaats (artisanale activiteit) zodat het gebruik als opslagruimte voor bouwmaterialen geen functiewijziging betreft. De aanvraag past zich functioneel in in de onmiddellijke omgeving. De aanvraag heeft geen betrekking op de kleine loods zodat deze buiten beschouwing gelaten wordt. De verkaveling laat een verdieping toe. In het ontwerp is deze echter beperkt in breedte en voorzien van een plat dak zodat de impact van de bijkomende bouwlaag niet hinderlijk zal zijn voor de omgeving. Ook de afstanden tot de diverse perceelsgrenzen zijn voldoende ruim zodat de aanvraag geen hinder zal creëren op de aanpalende percelen. Het materiaalgebruik is in hoofdzaak roodbruin wat zal passen in de eerder landelijke omgeving.

Beide te rooien bomen zijn hoogstwaarschijnlijk zaailingen van es. Deze bomen zijn op natuurlijke wijze uitgezaaid en gegroeid maar hebben een ongeschikte standplaats (te dicht bij de bebouwing). De bomen zijn slechts zeer beperkt zichtbaar vanaf de openbare weg. De achterzijde paalt aan de kinderboerderij en aansluitend aan een open landbouwgebied. Op het inplantingsplan is aangegeven dat er beplanting aanwezig is of voorzien zal worden, dit is echter niet verder gespecificeerd. Gelet op de beperkte breedte van deze zone is het heraanplanten van nieuwe bomen niet mogelijk/wenselijk evenwel dient opgelegd te worden dat de zone tussen de loods en de achterkavelgrens, op de plaatsen waar geen groenaanplant aanwezig is, bijkomend voorzien moet worden van inheems bosgoed waarvan 25 % wintergroen is en dit binnen het eerstvolgend plantseizoen na renovatie van de loods.

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Naessens - Vandermarliere wonende Veemeersstraat 5 te 8540 Deerlijk, voor het uitbreiden van een eengezinswoning, verbouwen en exploiteren van een loods en het rooien van 2 bomen, op een perceel gelegen Veemeersstraat 5 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 371 S, (afd. 2) sectie D 371 P en (afd. 2) sectie D 371 T.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit akte te nemen van de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit. De ingedeelde inrichting of activiteit omvat voortaan:

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende specifieke voorwaarden op te nemen:

        De aanvraag heeft geen betrekking op de kleine loods zodat deze buiten beschouwing gelaten wordt en geen deel uitmaakt van voorliggende vergunning.

        De zone tussen de loods en de achterkavelgrens moet bijkomend aangeplant worden met inheems bosgoed waarvan 25 % wintergroen is en dit binnen het eerstvolgend plantseizoen na renovatie van de loods.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

OMV 2019_47 - Oudenaardse heerweg 79 - toekenning - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het slopen van de bestaande zonevreemde woning en het herbouwen van een nieuwe zonevreemde woning op een gewijzigde plaats, op een perceel gelegen Oudenaardse heerweg 79 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 603 M aangevraagd door de heer Matthias Dehaen wonende Oudenaardse heerweg 79 te 8540 Deerlijk.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op  27 juni 2019.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

1.      De bestaande woning moet gesloopt worden onmiddellijk na ingebruikname van de nieuwbouwwoning.

2.      Het terrein moet na de sloping op een kwalitatieve manier afgewerkt en onderhouden worden.

3.      Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

Ruimtelijk uitvoeringsplan

4.      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

5.      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

6.      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

7.      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

8.      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

9.      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

2.   Historiek

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Oudenaardse heerweg, een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De Oudenaardse heerweg wordt ter hoogte van de aanvraag enerzijds gekenmerkt door een clustering aan zonevreemde eengezinswoningen aan dezelfde zijde van de weg en anderzijds door bedrijfsgebouwen aan de overzijde van de weg. De woningen bestaan in hoofdzaak uit één bouwlaag en hellende daken en de bedrijfsgebouwen betreffen hogere volumes afgewerkt met platte daken. De woning van de aanvrager is ten opzichte van de rooilijn heel diep ingeplant en bestaat uit één bouwlaag met zadeldak waarbij de noklijn evenwijdig loopt met de straat en met aanvullend nog een aantal nevenvolumes aangebouwd.

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager voorziet de sloop van de bestaande, onbewoonbaar verklaarde woning en de heropbouw van een nieuwe eengezinswoning. De nieuwe woning wordt ingeplant op een gewijzigde plaats, zijnde dichter bij de rooilijn in dezelfde lijn met de aanpalende woning rechts. De inplanting gebeurt op een afstand van op zijn minst 6 m van de rooilijn en op zijn smalst 4 m van de linkerzijperceelsgrens. De voorgevel van de woning springt beperkt in ter hoogte van de inkom en bureau en ter hoogte van de garage. De woning heeft op het gelijkvloers een maximale bouwbreedte van 14,35 m en een maximale bouwdiepte van 8,50 m. De woning bestaat uit een hoofdvolume van deels één bouwlaag (deel van de voorzijde) en deels anderhalve bouwlaag (deel van de voorzijde en de volledige achterzijde) met kamers deels onder het zadeldak. De kroonlijsthoogte bedraagt respectievelijk 3,70 m en 4,40 m en de nokhoogte 7,20 m. Aan de rechterzijde is een aangebouwde garage voorzien bestaande uit één bouwlaag met zadeldak met een kroonlijsthoogte van 2,80 m en een nokhoogte van 5,32 m. De dakhelling van het hoofdvolume bedraagt 35°. Op het gelijkvloers bevindt zich een inkomhal met toilet, een bureauruimte, een keuken, een eethoek en een living, een berging en een inpandige garage. Op de verdieping worden 4 slaapkamers ingericht, een badkamer en een douchecel. De gevels worden afgewerkt in een geelroos genuanceerde gevelsteen, de dakbedekking bestaat uit sneldekpannen in leikleur en het schrijnwerk bestaat uit grijze PVC. Aan de achterzijde van de woning wordt een terras aangelegd over de volledige breedte van de woning en met een diepte van ongeveer 3 m. Ook de oprit naar de garage en toegang tot de woning wordt voorzien van verharding.

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

5.   Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

7.1    Planologische toets

Deze aanvraag dient te worden getoetst aan de voorschriften van  het Origineel gewestplan Kortrijk, goedgekeurd op 4 november 1977, meer bepaald aan de bestemmingsvoorschriften van het agrarisch gebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt:

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

De aanvraag valt onder de basisrechten voor zonevreemde constructies van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening voor wat betreft de herbouw van de zonevreemde woning waarbij artikel 4.4.14 stelt dat in alle bestemmingsgebieden de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het herbouwen van een bestaande zonevreemde woning op een gewijzigde plaats, op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal en dat de gewijzigde plaats gemotiveerd wordt en waarbij artikel 4.4.15 stelt dat het uitbreiden vergunbaar is voor zover het bouwvolume beperkt blijft tot ten hoogste 1.000m³ en op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal.

In het voorliggend ontwerp blijft het aantal woongelegenheden, zijnde één, behouden en bedraagt het bouwvolume van de woning na herbouw 670,64 m³. De inplanting van de woning op een gewijzigde plaats wordt gemotiveerd vanuit een betere ruimtelijke ordening aangezien de nieuwe woning ingeplant wordt dichter bij de rooilijn, op een soortgelijke voorbouwlijn als de aanpalende woningen. De aanvraag voldoet aan de bepalingen van de codex en is bijgevolg in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan.

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oudenaardse heerweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha), ligt niet in een recent overstroomd gebied doch wel in een mogelijks overstromingsgevoelig gebied. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 10.000 liter met hergebruik voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 1.425 liter en een referentieoppervlakte van 3,25 m², het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag heeft betrekking op de herbouw van een bestaande eengezinswoning met behoud van de functie. De omgeving wordt gekenmerkt door zowel eengezinswoningen als bedrijfsgebouwen zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De gewijzigde inplanting heeft tot doel de woning maximaal in te passen in het bestaande straatbeeld en levert een betere integratie op in zijn onmiddellijke omgeving. De woning is traditioneel qua vormgeving en materiaalgebruik en zal niet storend zijn in de heterogene vormgeving van de omgeving. De aanvrager voorziet een inpandige garage met voorliggende oprit en eveneens het behoud van de bestaande vrijstaande garage op het perceel zodat de aanvraag geen bijkomende mobiliteitsimpact zal hebben. De bestaande woning kan geenszins als woning behouden blijven en moet bijgevolg gesloopt worden onmiddellijk na ingebruikname van de nieuwbouwwoning. In het kader van de afwerking van het terrein en het beperken van de mogelijke hinder moeten volgende voorwaarden nageleefd te worden:

10.  Het terrein moet na de sloping op een kwalitatieve manier afgewerkt en onderhouden worden.

11.  Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

Juridische gronden

• Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
• Andere:
  1. Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.
  2. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Matthias Dehaen wonende Oudenaardse heerweg 79 te 8540 Deerlijk, voor het slopen van de bestaande zonevreemde woning en het herbouwen van een nieuwe zonevreemde woning op een gewijzigde plaats, op een perceel gelegen Oudenaardse heerweg 79 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 603 M, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

1.      De bestaande woning moet gesloopt worden onmiddellijk na ingebruikname van de nieuwbouwwoning.

2.      Het terrein moet na de sloping op een kwalitatieve manier afgewerkt en onderhouden worden.

3.      Bij het slopen moeten zowel de bovengrondse als ondergrondse constructies verwijderd worden.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Attest van verdeling - De Spijker - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen langs De Spijker.

Motivering

Op 19 juni 2019 verstuurde men vanuit het notariaat Saey & Taelman & Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen langs De Spijker, gekadastreerd afdeling 1, sectie B, nummers 568E, 569F en 1258C, met een oppervlakte van 16.535 m².

Een deel van de eigendom wordt afgesplitst teneinde te verkopen aan het bedrijf SOFA VOCER bvba. Het afgesplitste deel heeft een oppervlakte van 2.198 m².

De bestemming van het goed is volgens de akte KMO-zone "De Spijker" en volgens de verwerver textielbedrijf.

De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling.

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Attest van verdeling - Stasegemstraat 26 - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen Stasegemstraat 26.

Motivering

Op 11 juni 2019 verstuurde men vanuit het notariaat Saey & Taelman & Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen achterliggend de eigendom Stasegemstraat 26, gekadastreerd afdeling 2, sectie D, nummer 60D, met een oppervlakte van 1.600 m².

Een deel van de eigendom wordt afgesplitst teneinde te verkopen aan de eigenaar van de woning Stasegemstraat 26.

De bestemming van het goed is volgens de akte agrarisch gebied en volgens de verwerver uitbreiding van de bestaande tuin.

De omgevingsambtenaar stelt voor volgende opmerking te formuleren: het vertuinen van agrarisch gebied is niet conform de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan.

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen wenst bij het voorstel van verdeling op te merken dat het vertuinen van agrarisch gebied niet in overeenstemming is met de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

Aanleiding en context

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

Motivering

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan.  De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage.  Er is geen lijst met goed te keuren aanrekeningen.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere: Organisatiebeheersysteem

Adviezen

Er zijn geen adviezen nodig.

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2019/25 goed te keuren.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Projectovereenkomst Eandis - dakisolatie buurthuis De Statie - goedkeuring

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de projectovereenkomst met Eandis met het oog op het plaatsen van dakisolatie op buurthuis De Statie, goed te keuren.

Motivering

Deze overeenkomst omvat de investeringswerken, projectcoördinatie en veiligheidscoördinatie. Door het isoleren van het dak van buurthuis De Statie stoot de gemeente Deerlijk jaarlijks 2 ton minder CO2 uit. De terugverdientijd van de isolatiewerken wordt geschat op 16 jaar. De jaarlijkse energiebesparing bedraagt 590 euro per jaar.

Deze overeenkomst werd intern afgetoetst met het clusterhoofd ruimte. Na overleg met de cluster ruimte werd besloten dat er geen extra voorzieningen moeten opgenomen worden om het dak op termijn te voorzien van zonnepanelen.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit de projectovereenkomst goed te keuren.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

WWF - fondsenwerving 2019 - goedkeuring

Aanleiding en context

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen aan WWF (World Wide Fund for Nature) om in 2019 haar Face-to-Face fondsenwervingsactiviteit te voeren in Deerlijk.

Motivering

WWF is een internationale natuurbehoudsorganisatie die de achteruitgang van onze planeet een halt wil toeroepen en ijvert voor een toekomst waar mens en natuur in harmonie kunnen samenleven.

Zij vragen om aan fonsenwerving in de gemeente te mogen doen in de loop van 2019 om reden dat deze inkomsten cruciaal zijn voor hun werking. Dit zou gebeuren door het regelmatig uitsturen van een team van 2 tot 4 fondsenwervers.

De organisatie benadrukt dat zij lid zijn van de Vereniging voor Ethiek in de Fondsenwerving alsook dat zij het Handvest voor Directe dialoog ondertekenden, wat inhoudt dat zij zich houden aan een aantal ethische principes bij het uitvoeren van hun werk.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit toelating te verlenen voor de fondsenwervingsactie in 2019 van WWF.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

BBO De KIM & De SAM - kennisname ontslag directeur - aanstelling waarnemend directeur - goedkeuring

STEMMINGEN

Aanstelling waarnemend directeur

bij geheime stemming

Het college van burgemeester en schepenen besluit met 6 ja-stemmen

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Verstoppingen riolering - tussenkomst in kosten voor vaststelling en ruiming - weigering

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een standpunt in te nemen met betrekking tot de vaststelling van verstoppingen, de ruimingswerken op privaat en openbaar domein en de daaraan verbonden kosten.

Motivering

Op korte tijd zijn een zestal facturen bij de gemeente binnengebracht, waarbij een bewoner de gemaakte kosten voor het ruimen van de riolering, zowel op privaat als op openbaar domein, op de gemeente wil verhalen.

Die ruimingswerken gebeurden als volgt:

•          De bewoner stelt vast dat zijn afvalwater niet of niet voldoende meer afloopt.

•          De bewoner vraagt een ruimingsdienst om zijn riolering te ruimen.

•          Als er wordt vastgesteld dat het probleem niet kan verholpen worden door enkel ruiming van de private riolering, gaat de ruimingsdienst over tot het ruimen van de riolering op openbaar domein.

•          Er wordt een camera-inspectie uitgevoerd op de private en openbare riolering om de oorzaak en aard van de verstopping vast te stellen.

•          De gegevens van dit camera-onderzoek worden op een meegeleverde USB-stick bewaard.

De gemiddelde kostprijs per factuur bedraagt 400 euro excl. btw.

De dienst infrastructuur en openbare werken heeft echter de volgende opmerkingen bij deze procedure en heeft dit ook overgemaakt aan de betrokken ruimingsdienst:

•          Wanneer blijkt dat de oorzaak van de verstopte riolering zich op openbaar domein bevindt, moet de dienst infrastructuur en openbare werken daarvan op de hoogte gebracht worden. De verantwoordelijke van de gemeente kan dan ter plaatse komen om de nodige vaststellingen te doen en eventueel opdracht te geven om de openbare riolering te ruimen. Indien nodig kan een dringende bestelbon opgemaakt worden met vermelding van de te ondernemen acties.

•          Zonder controle door de gemeentediensten is het niet duidelijk of het achteraf verhalen van de gemaakte kosten op de gemeente terecht is.

•          Vroeger werden rioolaansluitingen uitgevoerd door de bouwheer of zijn aannemer. Er was geen controle of deze aansluitingen deskundig werden uitgevoerd. Problemen ten gevolge van een onoordeelkundige huisaansluiting kunnen bijgevolg niet verhaald worden op de gemeente.

•          Er wordt verondersteld dat de factuur van de bewoner rechtstreeks betaald wordt door de gemeente aan de ruimingsdienst. De gemeente kan enkel facturen betalen die gericht zijn aan het gemeentebestuur en waarvoor een goedgekeurde bestelbon werd opgemaakt.

Er werd nagevraagd bij de verzekeringsmaatschappij of de verzekering kan tussenkomen bij dergelijke problemen. We ontvingen volgend antwoord:

◦          Kosten voor het opsporen van de verstopping zijn kosten inherent aan de bewijslast die rust op de schadelijder, in dit geval de aanvrager.

◦          Kosten voor de ontstopping zelf zijn kosten die gemaakt worden om de oorzaak van de verstopping weg te nemen. Deze kosten vallen niet onder de dekking van de polis.

◦          Indien er schade wordt vastgesteld, komt de verzekering wel tussen.

In één dossier werden de kosten voor de ruimingswerken als commerciële geste door de verzekering van de gemeente vergoed. Dit kan een verkeerd beeld geven naar andere aanvragers toe.

De dienst infrastructuur en openbare werken stelt voor om:

•          Enkel bij voorafgaandelijk melden, tussen te komen in de kosten, zodat de dienst de oorzaak en plaats van verstopping kan onderzoeken en de nodige actie (bv. opmaak bestelbon) kan ondernemen. Indien niet vooraf gemeld, zijn alle kosten voor de bewoner.

•          Niet tussen te komen in camera-onderzoek uitgevoerd in opdracht van een particulier, voor een onderzoek van het private rioleringsstelsel (= aansluiting tussen woning en de openbare riolering).

•          Enkel het ruimen van de openbare riolering (= hoofdriool, incl. aansluiting tot de huisaansluitputjes bij nieuwe riolering) te laten uitvoeren. Enkel indien de huisaansluiting schade vertoont door werken op het openbaar domein, kunnen die kosten verhaald worden op de veroorzaker van de schade (gemeente of nutsmaatschappij). Een niet deskundige uitvoering van de huisaansluiting met verstoppingen of problemen tot gevolg kunnen niet verhaald worden op de gemeente.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit:

- in deze zes dossiers op basis van facturen, enkel het ruimen en het vrijmaken van de riolering voor 50% op zich te nemen omdat zij voorafgaandelijk aan de werken niet op de hoogte werd gebracht.

-de twee betrokken ruimings firma's op de hoogte te brengen dat de gemeente niet meer tussenkomt indien ze niet voorafgaand aan de ruimingswerken op de hoogte wordt gebracht.

-om op de website te plaatsen dat de gemeente niet meer tussenkomt indien zij niet voorafgaand aan de ruimingswerken op de hoogte wordt gebracht.







 

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Lokaal dienstencentrum - voorafgaande vergunning - advies

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een advies te geven in het kader van de aanvraag van een voorafgaande vergunning voor de realisatie van een lokaal dienstencentrum door vzw De Braamrakkertjes.

Motivering

In zitting van 15 mei 2019 besloot het college van burgemeester en schepenen een voorwaardelijk positief advies te verlenen in het kader van de aanvraag tot voorafgaande vergunning voor de realisatie van een lokaal dienstencentrum door vzw De Braamrakkertjes.

Het positief advies werd verleend op voorwaarde dat:

•          er een maximale afstemming en samenwerking is met het mobiel lokaal dienstencentrum dat thans door het lokaal bestuur wordt gerealiseerd - naast het vast dienstencentrum fungeren de mobiele lokale dienstencentra als antennepunten met respect voor de eigenheid van de mobiele werking;

•          er een maximale afstemming en samenwerking is in het kader van het andere (thuis)zorgaanbod dat door het lokaal bestuur wordt aangeboden, zowel wat betreft de eigenlijke diensten (op vandaag karweidienst, maaltijddienst, poetsdienst, DONAH) als de coördinatie;

•          de werking van het lokaal dienstencentrum in het algemeen bijdraagt aan het gemeentelijk lokaal sociaal beleid.

Op 13 juni 2019 nam het Agentschap Zorg en Gezondheid, dat de aanvraag behandelt, contact op met de melding dat zij een dossier ontvingen met een positief, voorwaardelijk advies van het college van burgemeester en schepenen, maar zij dit strikt genomen niet positief kunnen beschouwen aangezien er enkele voorwaarden worden opgenomen.

Er werd afgesproken dat de vraag naar een positief advies opnieuw aan het college van burgemeester en schepenen zou worden voorgelegd en dat de voorwaarden, naast het advies, in een soort van samenwerkingsovereenkomst met de initiatiefnemer kunnen worden opgenomen.

Bijgevolg wordt dit dossier opnieuw voorgelegd.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van de regels voor het verlenen van de voorafgaande vergunning voor sommige woonzorgvoorzieningen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit een positief advies te verlenen in het kader van de aanvraag tot voorafgaande vergunning voor de realisatie van een lokaal dienstencentrum door vzw De Braamrakkertjes, omdat dit past in het lokaal sociaal beleid en bijdraagt tot de realisatie ervan.

Artikel 2

Als vzw De Braamrakkertjes de voorafgaande vergunning verkrijgt en tot realisatie van een lokaal dienstencentrum in de gemeente overgaat, wordt met hen een afzonderlijke samenwerkingsovereenkomst afgesloten, waarin wordt afgesproken dat:

•          er een maximale afstemming en samenwerking is met het mobiel lokaal dienstencentrum dat thans door het lokaal bestuur wordt gerealiseerd - naast het vast dienstencentrum fungeren de mobiele lokale dienstencentra als antennepunten met respect voor de eigenheid van de mobiele werking;

•          er een maximale afstemming en samenwerking is in het kader van het andere (thuis)zorgaanbod dat door het lokaal bestuur wordt aangeboden, zowel wat betreft de eigenlijke diensten (op vandaag karweidienst, maaltijddienst, poetsdienst, DONAH) als de coördinatie;

•          de werking van het lokaal dienstencentrum in het algemeen steeds bijdraagt aan het gemeentelijk lokaal sociaal beleid.

Artikel 3

Een voor eensluidend verklaard afschrift wordt overgemaakt aan zowel het Agentschap Zorg en Gezondheid als aan vzw De Braamrakkertjes.

Zitting van CBS van 03 JULI 2019

Lokaal dienstencentrum - voorafgaande vergunning - advies

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een advies te verlenen in het kader van de aanvraag van een voorafgaande vergunning voor de realisatie van een lokaal dienstencentrum door de vzw Seniorenzorg Heilige Familie.

Motivering

In zitting van 15 mei 2019 besloot het college van burgemeester en schepenen een voorwaardelijk positief advies te verlenen in het kader van de aanvraag tot voorafgaande vergunning voor de realisatie van een lokaal dienstencentrum door de vzw Seniorenzorg Heilige Familie.

Het positief advies werd verleend op voorwaarde dat:

•          er een maximale afstemming en samenwerking is met het mobiel lokaal dienstencentrum dat thans door het lokaal bestuur wordt gerealiseerd - naast het vast dienstencentrum fungeren de mobiele lokale dienstencentra als antennepunten met respect voor de eigenheid van de mobiele werking;

•          er een maximale afstemming en samenwerking is in het kader van het andere (thuis)zorgaanbod dat door het lokaal bestuur wordt aangeboden, zowel wat betreft de eigenlijke diensten (op vandaag karweidienst, maaltijddienst, poetsdienst, DONAH) als de coördinatie;

•          de werking van het lokaal dienstencentrum in het algemeen bijdraagt aan het gemeentelijk lokaal sociaal beleid.

Op 13 juni 2019 nam het Agentschap Zorg en Gezondheid, dat de aanvraag behandelt, contact op met de melding dat zij een dossier ontvingen met een positief, voorwaardelijk advies van het college van burgemeester en schepenen, maar zij dit strikt genomen niet positief kunnen beschouwen aangezien er enkele voorwaarden worden opgenomen.

Er werd afgesproken dat de vraag naar een positief advies opnieuw aan het college van burgemeester en schepenen zou worden voorgelegd en dat de voorwaarden, naast het advies, in een soort van samenwerkingsovereenkomst met de initiatiefnemer kunnen worden opgenomen.

Bijgevolg wordt dit dossier opnieuw voorgelegd.

Juridische gronden

•          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

•          Andere:

◦          Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van de regels voor het verlenen van de voorafgaande vergunning voor sommige woonzorgvoorzieningen

Financiën

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

BESLUIT

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit een positief advies te verlenen in het kader van de aanvraag tot voorafgaande vergunning voor de realisatie van een lokaal dienstencentrum door de vzw Seniorenzorg Heilige Familie, omdat dit past in het lokaal sociaal beleid en bijdraagt tot de realisatie ervan.

Artikel 2

Als de vzw Seniorenzorg Heilige Familie de voorafgaande vergunning verkrijgt en tot realisatie van een lokaal dienstencentrum in de gemeente overgaat, wordt met hen een afzonderlijke samenwerkingsovereenkomst afgesloten, waarin wordt afgesproken dat:

•          er een maximale afstemming en samenwerking is met het mobiel lokaal dienstencentrum dat thans door het lokaal bestuur wordt gerealiseerd - naast het vast dienstencentrum fungeren de mobiele lokale dienstencentra als antennepunten met respect voor de eigenheid van de mobiele werking;

•          er een maximale afstemming en samenwerking is in het kader van het andere (thuis)zorgaanbod dat door het lokaal bestuur wordt aangeboden, zowel wat betreft de eigenlijke diensten (op vandaag karweidienst, maaltijddienst, poetsdienst, DONAH) als de coördinatie;

•          de werking van het lokaal dienstencentrum in het algemeen steeds bijdraagt aan het gemeentelijk lokaal sociaal beleid.

Artikel 3

Een voor eensluidend verklaard afschrift wordt overgemaakt aan zowel het Agentschap Zorg en Gezondheid als aan de vzw Seniorenzorg Heilige Familie.