DEERLIJK

25 NOVEMBER 2020

 

AANWEZIG

 

Burgemeester: Claude Croes

 

Schepenen: Bert Schelfhout, Regine Vanwynsberghe-Rooryck, Sandra De Leeuw-Goussey, Matthias Vanneste, Louis Vanderbeken

Algemeen directeur: Hans Piepers

 

 

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 18 november 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 18 november 2020.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 18 november 2020 goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Groenonderhoud gemeentelijke domeinen "Wilgenhoek" en "Wijmelbroek" - dienstjaren 2021-2022-2023-2024 - gunning - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de gunning van de opdracht “Groenonderhoud gemeentelijke domeinen "Wilgenhoek" en "Wijmelbroek" - dienstjaren 2021-2022-2023-2024” goed te keuren.

 

Motivering

 

In het kader van de opdracht “Groenonderhoud gemeentelijke domeinen "Wilgenhoek" en "Wijmelbroek" - dienstjaren 2021-2022-2023-2024” werd een bestek met nr. 2020-24 opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 79.338,84 euro excl. btw of 96.000,00 euro incl. 21% btw voor de volledige looptijd van de opdracht.

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 28 oktober 2020 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

 

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 28 oktober 2020 om de plaatsingsprocedure te starten en volgende ondernemers uit te nodigen om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure:

  • Constructief vzw, Warande 7 te 8501 Kortrijk
  • Waak vzw, Heirweg 125 te 8520 Kuurne
  • Veerkracht 4 vzw, Kazernestraat 7 - 11 te 8930  Menen

 

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 19 november 2020 om 10.00 uur te bereiken.

 

De verbintenistermijn van 90 kalenderdagen eindigt op 17 februari 2021.

 

Er werd 1 offerte ontvangen van Constructief vzw, Warande 7 te 8501 Kortrijk (17.060,00 euro excl. btw of 20.642,60 euro incl. 21% btw).

 

De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelde op 19 november 2020 het verslag van nazicht van de offertes op.

 

De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, de opdracht “Groenonderhoud gemeentelijke domeinen "Wilgenhoek" en "Wijmelbroek" - dienstjaren 2021-2022-2023-2024” te gunnen aan de firma met de enige offerte (op basis van de prijs), zijnde Constructief vzw, Warande 7 te 8501 Kortrijk, tegen het nagerekende offertebedrag van 17.060,00 euro excl. btw of 20.642,60 euro incl. 21% btw per jaar.

 

Juridische gronden

  • Algemene basisbevoegdheid: Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 3, 4° betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen
  • Andere:
  • De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
  • Het Bestuursdecreet van 7 december 2018
  • Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht
  • De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
  • De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 15 (toegang voorbehouden aan sociale werkplaatsen en ondernemers die de sociale en professionele integratie van kansarmen of personen met een handicap tot doel hebben) en artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van 139.000,00 euro niet)
  • Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen
  • Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°

 

Adviezen

 

De coördinator technische diensten verleent positief advies.

 

Financiën

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Bestelbedrag

17.060,00 euro excl. btw of 20.642,60 euro incl. btw

Actie

Verrichtingen zonder beleidsdoelstelling

Jaarbudgetrekening

0680-00/61510000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN

Visum

G-2020-42 dd 20/11/2020

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 19 november 2020, opgesteld door de verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

Artikel 2

 

Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.

Artikel 3

 

De opdracht “Groenonderhoud gemeentelijke domeinen "Wilgenhoek" en "Wijmelbroek" - dienstjaren 2021-2022-2023-2024” wordt gegund aan de firma met de enige offerte (op basis van de prijs), zijnde Constructief vzw, Warande 7 te 8501 Kortrijk, tegen het nagerekende offertebedrag van 17.060,00 euro excl. btw of 20.642,60 euro incl. 21% btw per jaar.

Artikel 4

 

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2020-24.

Artikel 5

 

De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van 2020 en de volgende jaren, op jaarbudgetrekening 0680-00/61510000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN (actie GBB).

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Maaien bermen - dienstjaren 2020-2021-2022 - Verbreking van gegunde opdracht en toewijzing 2e maaibeurt voor het maaien van de bermen aan 2e gerangschikte - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de verbreking van de gegunde opdracht “Maaien bermen - dienstjaren 2020-2021-2022” goed te keuren en de 2e maaibeurt voor het maaien van de bermen toe te wijzen aan de 2e gerangschikte.

 

Motivering

 

In het kader van de opdracht “Maaien bermen - dienstjaren 2020-2021-2022” werd een bestek met nr. 2020-03 opgesteld door verantwoordelijke aankopen en contractbeheer.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 75.000,00 euro excl. btw of 90.750,00 euro incl. 21% btw (15.750,00 euro btw medecontractant).

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 29 januari 2020 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

 

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 29 januari 2020 om de plaatsingsprocedure te starten en volgende ondernemers uit te nodigen om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure:

  • JMH Groen, Outrijvestraat 75 te 8551 Heestert
  • Donckele Stijn, Hoogstraat 112 te 8531 Bavikhove
  • Aggro Gheysens bvba, Pilkemseweg 140 te 8904 Boezinge
  • Demgro nv, Manderlynckstraat 10 te 8870 Izegem

 

Er werden 2 offertes ontvangen:

  • JMH Groen, Outrijvestraat 75 te 8551 Heestert (23.583,76 euro excl. btw of 28.536,35 euro incl. 21% btw)
  • Donckele Stijn, Hoogstraat 112 te 8531 Bavikhove (29.533,14 euro excl. btw of 35.735,10 euro incl. 21% btw)

 

De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelde op 3 maart 2020 het verslag van nazicht van de offertes op.

 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 11 maart 2020 goedkeuring aan de gunning van deze opdracht aan JMH Groen, Outrijvestraat 75 te 8551 Heestert tegen het nagerekende jaarlijkse offertebedrag van 23.583,76 euro excl. btw of 28.536,35 euro incl. 21% btw (4.952,59 euro btw medecontractant).

 

Op 12 maart 2020 werd de kennisgeving van de gunning aangetekend naar JMH Groen verstuurd.

 

Op 14 oktober 2020 keurde het college van burgemeester en schepenen het proces-verbaal van ingebrekestelling goed. Dit proces-verbaal werd op 21 oktober 2020 aangetekend opgestuurd naar JMH Groen. JMH Groen reageerde niet op de ingebrekestelling binnen de wettelijke termijn van 15 dagen om zijn verweer te doen gelden. Zijn stilzwijgen na die termijn geldt als een erkenning van de vastgestelde feiten.

 

Op 17 november 2020 werd nog steeds geen reactie ontvangen van de tegenpartij, JMH Groen.

 

De deskundige werken in uitbesteding maakte een nota op met betrekking tot de problemen die zich voordeden in dit dossier.

 

De 2e maaibeurt werd tot op heden nog niet uitgevoerd. Deze dient dringend uitgevoerd te worden.

 

Rekening houdende met het voorgaande, is het aangewezen de opdracht te verbreken en een nieuwe opdrachtnemer aan te stellen.

 

Navraag werd gedaan bij Donckele Stijn of hij de 2e maaibeurt kan uitvoeren en tegen welke prijs. Donckele Stijn liet weten de 2e maaibeurt te kunnen uitvoeren overeenkomstig zijn initieel ingediende offerte.

 

De verantwoordelijke aankopen en contractbeheer stelt voor om de 2e maaibeurt voor het maaien van de bermen, rekening houdende met de hoogdringendheid en het feit dat er geen andere inschrijvers een offerte indienden, toe te wijzen aan de 2e laagste inschrijver, zijnde Donckele Stijn, Hoogstraat 112 te 8531 Bavikhove tegen het bedrag van 14.766,57 euro excl. btw of 17.867,55 euro incl. btw (3.100,98 euro btw medecontractant).

 

Een nieuwe overheidsopdracht zal worden uitgeschreven in 2021 voor het maaien van de bermen.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 3, 4° betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.
  • Andere:
  • De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
  • Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
  • Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
  • De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
  • De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 85, betreffende het stopzetten of herbeginnen van de plaatsingsprocedure.
  • Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 44, 47 en 87.
  • Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

 

Adviezen

 

De deskundige werken in uitbesteding verleent positief advies om de huidige opdracht stop te zetten en de 2e maaibeurt te laten uitvoeren door Donckele Stijn, Hoogstraat 112 te 8531 Bavikhove.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Bestelbedrag

14.766,57 euro excl. btw of 17.867,55 euro incl. btw

Actie

Verrichtingen zonder beleidsdoelstelling

Jaarbudgetrekening

0200-00/61510000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN

Visum

G-2020-41 dd 20/11/2020

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

De opdracht “Maaien bermen - dienstjaren 2020-2021-2022” wordt verbroken.

Artikel 2

 

De aannemer JMH Groen, Outrijvestraat 75 te 8551 Heestert zal hierover per aangetekende zending ingelicht worden.

Artikel 3

De 2e maaibeurt voor het maaien van de bermen voor het jaar 2020 wordt toegewezen aan Donckele Stijn, Hoogstraat 112 te 8531 Bavikhove tegen het bedrag van 14.766,57 euro excl. btw of 18.867,55 euro incl. btw (3.100,98 btw medecontractant).

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Syndicaal overleg - verslag van 10 november 2020 - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag van het syndicaal overleg van 10 november 2020.

 

Motivering

 

Het syndicaal overleg ging door op 10 november 2020 met volgende agendapunten:

 

1)      Kader voor flex- en telewerk

2)      Kader voor interimarbeid

3)      Werk- en verlofregeling 2021

4)      Varia

 

Het verslag is te vinden in bijlage.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van het syndicaal overleg van 10 november 2020.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Selectieprocedure tijdelijk halftijds administratief medewerker mobiliteit (C1-C3) - afsluiting kandidatuurstellingen - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Verslag politiecollege/politieraad - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen van het politiecollege en de politieraad.

 

Motivering

 

De verslagen van de politieraad van 20 oktober 2020 en van het politiecollege van 6 november 2020 werden overgemaakt aan de gemeente.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Diverse verslagen - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het aan de gemeente overgemaakte verslag.

 

Motivering

 

Volgende verslag werd overgemaakt aan de gemeente:

 

          IMOG - verslag van de raad van bestuur van 20 oktober 2020

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het ontvangen verslag.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

W13 en Leiedal - voorstelling traject woonmaatschappij - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag van de voorstelling van het traject woonmaatschappij op 30 oktober 2020, alsook van de ondersteunende powerpoint presentaties.

 

Motivering

 

W13 bezorgde het verslag van de voorstelling van het traject woonmaatschappij van 30 oktober 2020 en de bijbehorende powerpoint presentaties aan de gemeente.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het ontvangen verslag en de bijbehorende powerpoint presentatie.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Damiaanactie - campagne - medewerking - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd deel te nemen aan de jaarlijkse campagne van Damiaanactie.

 

Motivering

 

Op 29, 30 en 31 januari 2021 organiseert Damiaanactie haar jaarlijks campagneweekend.

 

In hun brief van 9 november 2020 vragen ze:

          de toelating voor een stiftenverkoop op de openbare weg en het uitvoeren van collecten in huizen (rekening houdend met alle geldende veiligheidsvoorschriften en coronamaatregelen) ;

          campagne-affiche(s) te bestellen en ze op een zichtbare plaats uit te hangen;

          de campagne aan te kondigen in het gemeentenieuws of op de gemeentelijke website.

 

Collecten op de openbare weg en in openbare plaatsen zijn toegelaten mits een voorafgaande schriftelijke machtiging van de bevoegde overheid.

 

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van liefdadige aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Art. 183, 221, § 1 en 223 van de Algemene Politieverordening

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit toelating te verlenen aan Damiaanactie om op 29, 30 en 31 januari 2021, stiften te verkopen op de openbare weg en collecten uit te voeren in huizen (rekening houdend met alle geldende veiligheidsvoorschriften en coronamaatregelen).

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de campagne 2021 van Damiaanactie in het gemeentenieuws aan te kondigen, campagne-affiche(s) te bestellen en deze op een zichtbare plaats uit te hangen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Onderwijs - premie vriendenkring - GO basisschool De Driesprong - 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag tot het verkrijgen van de premie voor de vriendenkring van de GO basisschool De Driesprong goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de GO basisschool De Driesprong heeft, namens het oudercomité, op 20 november 2020 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor vriendenkringen van het onderwijs.

 

Deze premie wordt gevraagd ten behoeve van de aankoop van muzisch materiaal voor de kleuterklassen.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 3 juli 2014. Overeenkomstig het premiereglement wordt jaarlijks een forfait van 200 euro toegekend, vermeerderd met 2,50 euro per gewogen leerling. De GO basisschool De Driesprong telt 194 gewogen leerlingen. De premie bedraagt aldus 685 euro.

 

De gemeenteraad besliste in zitting van 9 juli 2020 als maatregel van het Corona-relanceplan een éénmalige verhoging van 30% voor de werkingssubsidies voor Deerlijkse verenigingen.

 

De uit te keren premie voor 2020 bedraagt daarom: 685 euro + 205,50 euro = 890,50 euro

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Premiereglement voor vriendenkringen van het onderwijs

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

890,50 euro

Actie

Vriendenkringen onderwijs

Jaarbudgetrekening

GBB/0869-00/64910021

Visum

niet vereist

 

Deze premie dient uitbetaald te worden op het bankrekeningnummer BE42 0910 1917 9454 van de GO basisschool De Driesprong.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van de GO basisschool De Driesprong tot het verkrijgen van een premie voor vriendenkringen van het onderwijs goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 890,50 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE42 0910 1917 9454 van de GO basisschool De Driesprong.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Onderwijs - premie vriendenkring - VBS Belgiek afdeling Molenhoek - 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag tot het verkrijgen van de premie voor de vriendenkring van de Vrije Basisschool Belgiek - afdeling Molenhoek (kleuterschool Molenhoek) goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de Vrije Basisschool Belgiek heeft, namens de vriendenkring van de kleuterschool Molenhoek, op 19 november 2020 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor vriendenkringen van het onderwijs.

 

Deze premie wordt gevraagd naar aanleiding van traktaten aan vrijwilligers van de vriendenkring, materiaal voor de klusdag, beloningsstickers kleuters en fotomateriaal voor een nieuwe schoolfolder.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 3 juli 2014. Overeenkomstig het premiereglement wordt jaarlijks een forfait van 200 euro toegekend, vermeerderd met 2,50 euro per gewogen leerling. De Vrije Basisschool Belgiek - afdeling Molenhoek telt 32 gewogen leerlingen. De premie bedraagt aldus 280 euro.

 

De gemeenteraad besliste in zitting van 9 juli 2020 als maatregel van het Corona-relanceplan een éénmalige verhoging van 30% voor de werkingssubsidies voor Deerlijkse verenigingen.

 

De uit te keren premie voor 2020 bedraagt daarom: 280 euro + 84 euro = 364 euro

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Premiereglement voor vriendenkringen van het onderwijs

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

364 euro

364Actie

Vriendenkringen onderwijs

Jaarbudgetrekening

GBB/0869-00/64910021

Visum

Niet vereist

 

Deze premie dient uitbetaald te worden op het bankrekeningnummer BE38 9100 7461 9772 van de Vrije Basisschool Belgiek.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van de Vrije Basisschool Belgiek - afdeling Molenhoek tot het verkrijgen van een premie voor vriendenkringen van het onderwijs goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 364 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE38 9100 7461 9772 van de Vrije Basisschool Belgiek.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Onderwijs - premie vriendenkring VBS Belgiek - 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag tot het verkrijgen van de premie voor de vriendenkring van VBS Belgiek goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de Vrije basisschool Belgiek heeft, namens de ouderraad, op 19 november 2020 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor vriendenkringen van het onderwijs.

 

Deze premie wordt gevraagd naar aanleiding van de aankoop van einde schooljaar- en afscheidsgeschenken, en beschermhoezen iPads.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 3 juli 2014. Overeenkomstig het premiereglement wordt jaarlijks een forfait van 200 euro toegekend, vermeerderd met 2,50 euro per gewogen leerling. De Vrije basisschool Belgiek telt 199 gewogen leerlingen. De premie bedraagt aldus 697,50 euro.

 

De gemeenteraad besliste in zitting van 9 juli 2020 als maatregel van het Corona-relanceplan een éénmalige verhoging van 30% voor de werkingssubsidies voor Deerlijkse verenigingen.

 

De uit te keren premie voor 2020 bedraagt daarom: 697,50 euro + 209,25 euro = 906,75 euro

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Premiereglement voor vriendenkringen van het onderwijs

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

906,75 euro

Actie

Vriendenkringen onderwijs

Jaarbudgetrekening

GBB/0869-00/64910021

Visum

niet vereist

 

Deze premie dient uitbetaald te worden op het bankrekeningnummer BE38 9100 7461 9772 van de Vrije Basisschool Belgiek.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van de Vrije Basisschool Belgiek tot het verkrijgen van een premie voor vriendenkringen van het onderwijs goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 906,75 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE38 9100 7461 9772 van de Vrije Basisschool Belgiek.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Onderwijs - premie vriendenkring - gemeentelijke lagere school - 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag tot het verkrijgen van de premie voor de vriendenkring van de gemeentelijke lagere school goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de gemeentelijke lagere school Deerlijk heeft, namens de ouderraad, op 5 oktober 2020 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor vriendenkringen van het onderwijs.

 

Deze premie wordt gevraagd naar aanleiding van de aankoop van fruit voor de fruitdag en het maken van een schoollied.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 3 juli 2014. Overeenkomstig het premiereglement wordt jaarlijks een forfait van 200 euro toegekend, vermeerderd met 2,50 euro per gewogen leerling. De gemeentelijke lagere school telt 204 gewogen leerlingen. De premie bedraagt aldus 710 euro.

 

De gemeenteraad besliste in zitting van 9 juli 2020 als maatregel van het Corona-relanceplan een éénmalige verhoging van 30% voor de werkingssubsidies voor Deerlijkse verenigingen.

 

De uit te keren premie voor 2020 bedraagt daarom: 710 euro + 213 euro = 923 euro

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Premiereglement voor vriendenkringen van het onderwijs

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

923 euro

Actie

Vriendenkringen onderwijs

Jaarbudgetrekening

GBB/0869-00/64910021

Visum

niet vereist

 

Deze premie dienst uitbetaald te worden op het bankrekeningnummer BE78 7785 4983 7986 van gemeentelijke lagere school Deerlijk.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van de gemeentelijke lagere school Deerlijk tot het verkrijgen van een premie voor vriendenkringen van het onderwijs goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 923 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE78 7785 4983 7986 van gemeentelijke lagere school Deerlijk.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Onderwijs - premie vriendenkring VBS Deerlijk - 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag tot het verkrijgen van de premie voor de vriendenkring van VBS Deerlijk goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de Vrije basisschool Deerlijk heeft, namens de ouderraad, op 5 oktober 2020 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor vriendenkringen van het onderwijs.

 

Deze premie wordt gevraagd naar aanleiding van de aankoop van wiebeltoestellen op de speelplaats.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 3 juli 2014. Overeenkomstig het premiereglement wordt jaarlijks een forfait van 200 euro toegekend, vermeerderd met 2,50 euro per gewogen leerling. De Vrije basisschool Deerlijk telt 416 gewogen leerlingen. De premie bedraagt aldus 1.240 euro.

 

De gemeenteraad besliste in zitting van 9 juli 2020 als maatregel van het Corona-relanceplan een éénmalige verhoging van 30% voor de werkingssubsidies voor Deerlijkse verenigingen.

 

De uit te keren premie voor 2020 bedraagt daarom: 1.240 euro + 372 euro = 1.612 euro

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Premiereglement voor vriendenkringen van het onderwijs

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

1.612 euro

Actie

Vriendenkringen onderwijs

Jaarbudgetrekening

GBB/0869-00/64910021

Visum

niet vereist

 

Deze premie dient uitbetaald te worden op het bankrekeningnummer BE86 7755 9099 4850 van de Vrije Basisschool Deerlijk.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van de Vrije Basisschool Deerlijk tot het verkrijgen van een premie voor vriendenkringen van het onderwijs goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 1.612 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE86 7755 9099 4850 van de Vrije Basisschool Deerlijk.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Onderwijs - premie vriendenkring VBS Sint-Lodewijk - 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de aanvraag tot het verkrijgen van de premie voor de vriendenkring van VBS Sint-Lodewijk goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de Vrije basisschool Sint-Lodewijk Deerlijk heeft, namens de ouderraad, op 1 november 2020 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor vriendenkringen van het onderwijs.

 

Deze premie wordt gevraagd naar aanleiding van de aankoop van didactisch materiaal.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 3 juli 2014. Overeenkomstig het premiereglement wordt jaarlijks een forfait van 200 euro toegekend, vermeerderd met 2,50 euro per gewogen leerling. De Vrije basisschool Sint-Lodewijk telt 246 gewogen leerlingen. De premie bedraagt aldus 815 euro.

 

De gemeenteraad besliste in zitting van 9 juli 2020 als maatregel van het Corona-relanceplan een éénmalige verhoging van 30% voor de werkingssubsidies voor Deerlijkse verenigingen.

 

De uit te keren premie voor 2020 bedraagt daarom: 815 euro + 244,50 euro = 1.059,50 euro

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Premiereglement voor vriendenkringen van het onderwijs

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

1.059,50 euro

Actie

Vriendenkringen onderwijs

Jaarbudgetrekening

GBB/0869-00/64910021

Visum

niet vereist

 

Deze premie dient overgemaakt te worden op het bankrekeningnummer BE82 7360 1778 0568 van de Vrije basisschool Sint-Lodewijk.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de aanvraag van de Vrije basisschool Sint-Lodewijk tot het verkrijgen van een premie voor vriendenkringen van het onderwijs goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 1.059,50 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE82 7360 1778 0568 van de Vrije basisschool Sint-Lodewijk.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Onderwijs - tegemoetkoming schoolzwemmen - VBS Belgiek - tweede semester schooljaar 2019-2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepen wordt gevraagd de aanvraag van de Vrije Basisschool Belgiek tot het verkrijgen van de premie voor het schoolzwemmen voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020, goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de Vrije Basisschool Belgiek heeft op 17 november 2020 een aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor het schoolzwemmen voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 12 juli 2018. Het premiereglement voorziet in een tegemoetkoming in de toegangsprijs voor het schoolzwemmen ten bedrage van 0,90 euro per leerling (per capita) per zwembeurt, met een maximum van 10 zwembeurten per leerling per schooljaar.

 

Volgende zwembeurten worden ingediend voor het tweede semester:

 

Leerjaar

Aantal leerlingen (koppen)

Aantal zwembeurten tweede semester per leerling, dewelke nog in aanmerking komen

Aantal zwembeurten tweede semester per leerjaar

Tegemoetkoming

1ste leerjaar

21

3

63

56,70 euro

2de leerjaar

26

3

78

70,20 euro

3de leerjaar

19

4

76

68,40 euro

4de leerjaar

23

3

69

62,10 euro

5de leerjaar

27

3

81

72,90 euro

6de leerjaar

17

3

51

45,90 euro

 

 

 

 

376,20 euro

 

Bij de behandeling van deze aanvraag voor het bekomen van de premie voor het schoolzwemmen voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020, werd rekening gehouden worden met de reeds ingediende zwembeurten reeds voor het eerste semester.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Premiereglement schoolzwemmen

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

376,20 euro

Actie

Toelage schoolzwemmen

Jaarbudgetrekening

GBB/0870-03/64910000

Visum

niet vereist

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepen besluit de aanvraag van de Vrije Basisschool Belgiek tot het verkrijgen van de premie voor het schoolzwemmen, voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020, goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 376,20 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE55 0013 9106 2044 van de Vrije Basisschool Belgiek.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Onderwijs - tegemoetkoming schoolzwemmen - centrumscholen Berk en Beuk - tweede semester schooljaar 2019-2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepen wordt gevraagd de aanvraag van de centrumscholen De Berk en De Beuk tot het verkrijgen van de premie voor het schoolzwemmen voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020 goed te keuren.

 

Motivering

 

De directie van de Vrije Basisschool Deerlijk heeft op 6 oktober 2020, namens de centrumscholen De Berk en De Beuk, een gebundelde aanvraag ingediend voor het bekomen van de premie voor het schoolzwemmen voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020.

 

De aanvraag beantwoordt aan de vereisten van het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 12 juli 2018. Het premiereglement voorziet in een tegemoetkoming in de toegangsprijs voor het schoolzwemmen ten bedrage van 0,90 euro per leerling (per capita) per zwembeurt, met een maximum van 10 zwembeurten per leerling per schooljaar.

 

Volgende zwembeurten worden ingediend voor het tweede semester:

 

Leerjaar

Aantal leerlingen (koppen)

Aantal zwembeurten tweede semester per leerling, dewelke nog in aanmerking komen

Aantal zwembeurten tweede semester per leerjaar

Tegemoetkoming

1ste leerjaar

77

3

231

207,90 euro

2de leerjaar

68

3

204

183,60 euro

3de leerjaar

60

3

180

162,00 euro

4de leerjaar

68

3

204

183,60 euro

5de leerjaar

69

3

207

186,30 euro

 

 

 

 

923,40 euro

 

Voor het zesde leerjaar wordt normaal gezien het aantal leerlingen uit de gemeentelijke klas in vermindering gebracht bij het opgegeven aantal leerlingen, aangezien de kosten voor het schoolzwemmen voor deze gemeentelijke klas reeds volledig ten laste is van de gemeente. Voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020 werden evenwel geen zwembeurten voor de leerlingen van het zesde leerjaar ingediend.

 

Bij de behandeling van deze aanvraag voor het bekomen van de premie voor het schoolzwemmen voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020, werd rekening gehouden worden met het aantal zwembeurten dat reeds werd ingediend voor het eerste semester.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Premiereglement schoolzwemmen

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

923,40 euro

Actie

Toelage schoolzwemmen

Jaarbudgetrekening

GBB/0870-03/64910000

Visum

niet vereist

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepen besluit de gebundelde aanvraag van de centrumscholen De Berk en De Beuk, tot het verkrijgen van de premie voor het schoolzwemmen voor het tweede semester van het schooljaar 2019-2020, goed te keuren. Deze premie, ten bedrage van 923,40 euro, zal uitbetaald worden op bankrekeningnummer BE24 7755 9933 5638 van de Vrije Basisschool Deerlijk.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Deerlijks Verlangen - aanvraag projectpremie - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Op 28 oktober 2020 diende Deerlijks Verlangen een aanvraag in voor een projectpremie voor hun project 'Haal meer uit je tuin'. Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd deze aanvraag voor een projectpremie goed te keuren.

 

Motivering

 

De aanvraag voor de projectpremie werd getoetst aan de criteria die zijn opgenomen in het premiereglement projectpremie, goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 november 2019.

 

Zoals het premiereglement voorschrijft, werd het project toegelicht aan een jury. Dit gebeurde digitaal. Deze jury bestaat uit een afgevaardigde uit de jeugdraad, seniorenraad en cultuurraad. De jury adviseert het college van burgemeester en schepenen om de premieaanvraag goed te keuren voor een totaalbedrag van 200 euro.

 

Volgens het premiereglement gebeurt de betaling in twee schijven. 50 % van het toegekende bedrag wordt bij de opstart van het project betaald, 50 % wordt na afloop van het project uitbetaald, indien de organisatie het evaluatieformulier en de nodige bewijsstukken indient.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          premiereglement projectpremie (goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 november 2019)

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

200 euro

Actie

Cultuurverenigingen

Jaarbudgetrekening

GBB / 0739-00 / 64910028

Visum

geen visum

 

Dit bedrag mag worden gestort op rekeningnummer BE28 7785 9501 3920 op naam van Houpline-Verhaeghe.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het advies van de jury te volgen en de premieaanvraag van Deerlijks Verlangen goed te keuren. Een eerste schijf van 100 euro wordt uitbetaald aan Deerlijks Verlangen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

LO - Vervanging personeelslid - goedkeuring

 

STEMMINGEN

Eenparig goedgekeurd

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Mobiliteitscommissie - verslag van 13 oktober 2020 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag van de mobiliteitscommissie van 13 oktober 2020 en te bespreken.

 

Motivering

 

De mobiliteitscommissie hield een vergadering op 13 oktober 2020.

 

Tijdens deze vergadering werden de fietspaddossiers, in voorbereiding, voor de Waregemstraat, Otegemstraat en Kerkstraat toegelicht en besproken.

De mobiliteitscommissie bracht hieromtrent volgende adviezen uit:

          Als verbetering voor de veiligheid van de fietsers ter hoogte van het kruispunt Waregemstraat - Geeststraat wordt een knip geadviseerd.

          De commissie verwacht veel bezorgdheid bij bewoners omtrent het verdwijnen van parkeerplaatsen in de Kerkstraat. Er wordt gevraagd om hiervoor alternatieven te bekijken.

 

Het huishoudelijk reglement van de mobiliteitscommissie bepaalt dat het verslag van de vergadering van de mobiliteitscommissie wordt besproken in het college van burgemeester en schepenen.

 

Na bespreking van het verslag in het college van burgemeester en schepenen krijgen de leden van de mobiliteitscommissie het verslag samen met de beslissingen van het college van burgemeester en schepenen.

 

De presentatie gebruikt tijdens deze vergadering en het verslag is te vinden in het verslag in bijlage.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen bespreekt het verslag en beslist de adviezen van de mobiliteitscommissie omtrent de fietspaddossiers mee te nemen in de verdere uitwerking.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

OMV 2020_218 - Vichtestraat 168 - melding - aktename

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de melding voor de hernieuwing van de vergunningstoestand van een bestaand tuinaanleg en - onderhoudsbedrijf op een perceel gelegen Vichtestraat 162 en 168 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 745 L3, (afd. 1) sectie B 745 P3, (afd. 1) sectie B 745 N3, (afd. 1) sectie B 745 H3, (afd. 1) sectie B 745 R3 en (afd. 1) sectie B 745 S3 ingediend door Koen Vandeputte namens Tuinen Silvère Vandeputte BVBA gevestigd Vichtestraat 162 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

De melding ingediend door Koen Vandeputte namens Tuinen Silvère Vandeputte BVBA gevestigd Vichtestraat 162 te 8540 Deerlijk, werd per beveiligde zending verzonden op 10 november 2020.

 

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

 

Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt: “De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens: 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM; 2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.

Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.

Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”

VOORWERP VAN DE MELDING

 

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Vichtestraat 162 en 168, kadastraal bekend afdeling 1 sectie B nrs. 745L3, 745P3, 745N3, 745H3, 745R3 en 745S3.

 

De melding omvat de volgende ingedeelde inrichting of activiteit: hernieuwing van de vergunningstoestand van een bestaand tuinaanleg en - onderhoudsbedrijf.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

3.4.1°a)

Uitbreiding: door de veranderde rekenregels i.v.m. regenwater op was- en tankpiste is de hoeveelheid geloosd bedrijfsafvalwater lichtjes gestegen (Verandering)

1,1 m³/uur

3

6.4.1°

Vermindering van aantal 200 liter vaten en uitbreiding met enkele 60 liter vaten

+ CLP-omzetting (vroeger: 17.3.7.1 (3)) (Verandering)

1780 liter

3

6.5.1°

CLP-omzetting (vroeger 17.3.9.2.a (2) & 17.3.9.2.b (2))

 

Nieuwe brandstofverdeelslangen:

(28) brandstofverdeelslang voor het tanken van mazout, op tank nr. (26)

(29) brandstofverdeelslang voor het tanken van rode mazout, op tank nr. (40) (Ongewijzigd)

2 verdeelslangen

3

15.1.1°

Stallen bedrijfsvoertuigen (Ongewijzigd)

23 voertuigen

3

15.2.

Werkplaats voor herstellen motorvoertuigen (Ongewijzigd)

1 werkplaats

3

15.4.1°

Wassen van voertuigen (Ongewijzigd)

3 voertuigen per week

3

17.3.2.1.1.1°b)

CLP-omzetting (vroeger: 17.3.6.1.b (3))

 

Ondergrondse, dubbelwandige tanks van

(26) 10.000 liter mazout (8,5 ton)

(40) 5.000 liter rode mazout (4,25 ton) (Ongewijzigd)

12,75 ton

3

17.4.

Uitbreiding: opslag van biociden, beton, cement en kalk in kleine recipiënten (Verandering)

5000 kg

3

 

BEVOEGDHEID

 

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1 of 2, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.

 

Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

 

ONDERZOEK VAN HET MELDINGSPLICHTIG EN NIET-VERBODEN KARAKTER

 

Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen verbonden aan de melding.

 

De aanvraag betreft de hernieuwing van de vergunningstoestand van een bestaand tuinaanleg en tuin onderhoudsbedrijf. Ook de aanleg van vijvers, terrassen, opritten en verhardingen behoren tot de bedrijfsactiviteiten. Het bedrijf beschikt hiervoor over de nodige infrastructuur en materiaal. De aanvraag omhelst de volgende ingedeelde activiteiten:

Volgende rubrieken blijven ongewijzigd:

o        6.5.1 (3): brandstofverdeelslangen (2 stuks)

o        15.2 (3): werkplaats voor herstel motorvoertuigen

o        15.4.1 (3) wassen van voertuigen (max. 3/week)

o        17.3.2.1.1.1.b (3): opslag ontvlambare vloeistoffen (12,75 ton)

Volgende rubrieken zijn veranderd:

o        3.4.1.a (3): lozen bedrijfsafvalwater (1,1 m³/uur)

o        6.4.1 (3): opslag brandbare vloeistoffen (1.780 liter)

o        15.1.1 (3): stallen van bedrijfsvoertuigen (17 voertuigen)

o        17.4 (3): opslag gevaarlijke stoffen in kleine recipiënten (5.000 kg)

Deze rubrieken zijn niet langer van toepassing:

o        3.3 (3): lozen van huishoudelijk afvalwater

o        17.3.2.2.2.a (3): opslag (zeer) licht ontvlambare vloeistoffen

o        53.8.1 (3): grondwaterwinning: de steenput is buiten gebruik sinds juli 2001

 

Deze melding heeft een invloed op de volgende milieutechnische aspecten:

 

Effecten op de mobiliteit

De 20 werknemers van het bedrijf komen hoofdzakelijk met de wagen naar het werk en verplaatsen zich tijdens hun werkuren met bedrijfswagens naar de klanten.

De aan- en afvoer van grond- en hulpstoffen en afgewerkte producten gebeurt hoofdzakelijk met vrachtwagens en bestelwagens tot maximaal 10 keer per dag. Deze aan- en afvoer gebeurt enkel tussen 7 uur ’s ochtends en 19 uur ’s avonds.

 

Effecten op de bodem

Het tanken en wassen van voertuigen gebeurt op een vloeistofdichte piste met afwatering via bezinkput en koolwaterstofafscheider.

De ondergrondse opslagtanks voor mazout en rode mazout zijn dubbelwandig en worden periodiek aan de wettelijk verplichte keuring onderworpen. De bovengrondse tank voor afvalolie is ingekuipt met voldoende opvangcapaciteit. De vaten van smeerolie zijn ingekuipt en staan binnen. De overige producten zijn hoofdzakelijk vaste producten en staan allemaal binnen opgesteld. Er staat binnen de loods altijd absorptiemateriaal klaar om bij het accidenteel morsen van product te gebruiken.

 

Effecten op het watersysteem

Het regenwater van de daken wordt opgevangen in 4 regenwaterputten van 20 m³. Dit wordt gebruikt voor het wassen van de voertuigen en andere laagwaardige toepassingen. Het overige niet vervuilde regenwater kan infiltreren in de onverharde of waterdoorlatende delen van de bedrijfssite. Het water afkomstig van de tankpiste en het wassen van voertuigen wordt via een bezinkput en een olieafscheider in het openbaar rioolstelsel van de Vichtestraat geloosd. Dit water kan apart gecontroleerd worden door middel van een controleput. De tank- en waspiste is 55 m² groot. Het water van het sanitair en de keuken wordt ook in het rioolstelsel van de Vichtestraat geloosd.

 

Effecten op de luchtkwaliteit

Er zijn op de bedrijfssite geen geleide emissies aanwezig. Niet-geleide emissies kunnen gevormd worden door op- en overslag van grond- of hulpstoffen bijvoorbeeld zand, grind of dolomiet. Om stofvorming en de invloed van wind te beperken wordt niet hoger gestapeld dan de constructie van de sleufsilo’s en kan er, indien nodig, ook beregend worden.

 

Effecten op geluid en trillingen

De inrichting is gelegen in agrarisch gebied volgens het gewestplan en volgens het BPA ligt de inrichting in een zone voor bedrijvigheid. Het grootste deel van de activiteiten die geluid

veroorzaken worden op locatie bij klanten uitgevoerd (snoeien, gras maaien, …).

Ter plaatse op de bedrijfssite kan er geluid veroorzaakt worden door het aanleveren van grondstoffen, de afvoer van afvalstoffen, het in- en uitrijden van de werknemers en eventueel voorbereidend werk. De machines voor de voorbereidende werken staan opgesteld binnen de bedrijfsgebouwen, waardoor het geluid naar de omgeving tot een minimum beperkt wordt. Bovendien wordt gewerkt met gesloten poorten.

Gezien de aard van de activiteit zijn geen bronnen van trillingen aanwezig

 

Effecten op afvalstoffen

Bij de aanleg en het onderhoud van tuinen komen bedrijfseigen afvalstoffen vrij. Deze afvalstoffen zijn niet gevaarlijk en worden, indien nodig, naar een erkende verwerker afgevoerd of door een erkende verwerker opgehaald.

Het met huishoudelijk afval vergelijkbaar bedrijfsafval wordt apart verzameld en op een correcte wijze meegegeven met de reguliere huisvuilophaling.

 

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

 

Op de ingediende melding zijn volgende bestemmingsplannen en planologische voorschriften van toepassing: De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het sectoraal BPA zonevreemde bedrijven (deel 2 fase 1, deelplan 60)

 

De aanvraag is in overeenstemming met de voorzieningen van het BPA gezien binnen het bestemmingsplan de economische entiteit toegelaten is, de niet-bebouwde delen van de zone bestemd zijn voor toeritten, bedieningswegen, parkeerplaatsen, stapelplaatsen in open lucht en groenschermen en er in de aanvraag geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen opgenomen zijn.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

 

De rubrieken, hoeveelheden en kadasterpercelen zijn bepaald op basis van het meldingsdossier. Er zijn geen verplichte adviezen voorzien in deze procedure, alsook geen plaatsbezoek. Bijgevolg moet dit als met omzichtigheid benaderd worden.

 

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandsregels.

 

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

      Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)

      Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en zijn bijlagen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door Koen Vandeputte namens Tuinen  Vandeputte BVBA gevestigd Vichtestraat 162 te 8540 Deerlijk voor de in het meldingsdossier opgenomen ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde de hernieuwing van de vergunningstoestand van een bestaand tuinaanleg en - onderhoudsbedrijf gelegen Vichtestraat 162 en 168 te Deerlijk.

 

De ingedeelde inrichting of activiteit omvat:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

3.4.1°a)

Uitbreiding: door de veranderde rekenregels i.v.m. regenwater op was- en tankpiste is de hoeveelheid geloosd bedrijfsafvalwater lichtjes gestegen (Verandering)

1,1 m³/uur

3

6.4.1°

Vermindering van aantal 200 liter vaten en uitbreiding met enkele 60 liter vaten

+ CLP-omzetting (vroeger: 17.3.7.1 (3)) (Verandering)

1780 liter

3

6.5.1°

CLP-omzetting (vroeger 17.3.9.2.a (2) & 17.3.9.2.b (2))

 

Nieuwe brandstofverdeelslangen:

(28) Brandstofverdeelslang voor het tanken van mazout, op tank nr. (26)

(29) Brandstofverdeelslang voor het tanken van rode mazout, op tank nr. (40) (Ongewijzigd)

2 verdeelslangen

3

15.1.1°

Stallen bedrijfsvoertuigen (Ongewijzigd)

23  voertuigen

3

15.2.

Werkplaats voor herstellen motorvoertuigen (Ongewijzigd)

1 werkplaats

3

15.4.1°

Wassen van voertuigen (Ongewijzigd)

3 voertuigen per week

3

17.3.2.1.1.1°b)

CLP-omzetting (vroeger: 17.3.6.1.b (3))

 

Ondergrondse, dubbelwandige tanks van

(26) 10.000 liter mazout (8,5 ton)

(40) 5.000 liter rode mazout (4,25 ton) (Ongewijzigd)

12,75 ton

3

17.4.

Uitbreiding: opslag van biociden, beton, cement en kalk in kleine recipiënten (Verandering)

5000 kg

3

 

Artikel 2

 

De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.

 

Artikel 3

 

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken die in titel II van het VLAREM staan moeten steeds nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link:  https://navigator.emis.vito.be/

 

Uitvoerbaarheid

U mag het project uitvoeren of exploiteren de dag na de datum van de betekening van de meldingsakte.

 

Aanplakking

U moet de meldingsakte bekend maken door de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de melding uitgevoerd zal worden conform artikel 139 BVR OVG.

De aanplakking gebeurt conform artikel 59 BVR OVG waarbij de vergunningsaanvrager gelezen moet worden als de persoon die de melding verricht. Het opschrift van de aan te plakken affiche luidt : "BEKENDMAKING MELDINGSAKTE".

 

Verval

De meldingsakte vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de gemelde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de meldingsakte;

2° als het uitvoeren van de gemelde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

3° als de gemelde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de gemelde stedenbouwkundige handelingen;

4° als de exploitatie van de gemelde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de meldingsakte aanvangt.

 

De meldingsakte voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de exploitatie van de gemelde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan.

 

Beroepsmogelijkheid

U kan tegen deze beslissing een verzoekschrift tot schorsing en/of vernietiging indienen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen op het volgende adres:

Raad voor Vergunningsbetwistingen

p/a Dienst van de Bestuursrechtscolleges

Koning Albert II-laan 35 bus 81

1030 Brussel

 

U doet dit op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending (dit is per aangetekende brief of door neerlegging ter griffie) binnen een vervaltermijn van 45 dagen die ingaat de dag na de betekening van deze beslissing.

 

Het verzoekschrift wordt in vijfvoud ingediend, namelijk één origineel en vier afschriften (fotokopie of een digitale kopie). Gelijktijdig met de indiening van het verzoekschrift stuurt u een afschrift van het verzoekschrift ter informatie aan de verwerende partij (dit is de overheid die de beslissing genomen heeft).

U bent een rolrecht verschuldigd van:

  • 200 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot vernietiging;
  • 100 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot schorsing of tot schorsing wegens uiterst dringende noodzakelijkheid.

 

U betaalt het rolrecht binnen een termijn van 15 dagen, die ingaat de dag na deze van de betekening van het verzoek daartoe door de griffier van de Raad. Als het bedrag niet binnen de termijn van 15 dagen is gestort wordt het beroep niet-ontvankelijk verklaard.

 

Meer info

De procedure voor de Raad van Vergunningsbetwistingen wordt geregeld in

  • het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges,
  • het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  • het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges.

Meer info vindt u op de website van de Raad voor Vergunningsbetwistingen.

(http://www.dbrc.be/vergunningsbetwistingen)

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

OMV 2020_156 - Heulselaan 1 en 2 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van 2 gekoppelde eengezinswoningen, op een perceel gelegen Heulselaan 1 en 2 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 441 W aangevraagd door Wim Verhaeghe namens HYBOMA NV gevestigd Wilgenlaan 39 te 8610 Kortemark.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 19 november 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De voorwaarden die deel uitmaken van het advies van het agentschap Wegen en Verkeer moeten nageleefd worden.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg Marquettestraat, wijziging A, goedgekeurd bij MB op 11 oktober 1988.

 

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 21 maart 2018 (dossiernummer VK 0048-3/2017.18).

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De verkaveling is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag wijkt beperkt af de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2017.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 24 januari 1990 door het college van burgemeester en schepenen voor het aanbrengen van een verhoogde berm en het aanleggen van een vijver.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De aanvraag situeert zich op de hoek van de Heulselaan en de Marquettestraat, wat beiden goed uitgeruste gemeentewegen zijn. Aan de achterkavelgrens is de Ringlaan N36 gelegen, een gewestweg. De directe omgeving wordt gekenmerkt door residentiële bebouwing in de vorm van zowel open, halfopen als gesloten woningen.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het bouwen van 2 woningen in een bestaande, recente verkaveling.

De woningen worden opgetrokken met 2 bouwlagen en een hellend dak. De kroonlijsthoogte bedraagt 5 m, de nokhoogte 8,34 m. De woningen worden opgetrokken in zwart metselwerk met enkele  accenten in hout en vormen 1 architecturaal geheel. De bouwdiepte van de woningen bedraagt 10,20 m. De linker woning wordt opgetrokken op 3,50 m van de linker perceelsgrens, de rechter woning wordt opgetrokken op min. 7 m van de rechter perceelsgrens. De achteruitbouwstrook bedraagt 6 m. In de voortuin wordt een pad voorzien naar de voordeur en een oprit.

Het gelijkvloers van de rechter woning bestaat uit een inpandige garage, een inkom, zithoek, eethoek en open keuken. Het verdiep bestaat uit 2 slaapkamers, een dressing, een afzonderlijk toilet en een badkamer. Het gelijkvloers van de linker woning bestaat uit een een inkom, een zit- en eethoek, een open keuken, berging en bureau/slaapkamer. De linker woning heeft een open carport van 15 m² en wordt in aluminium plaatbekleding opgetrokken. Op het verdiep heb je 3 slaapkamers, een afzonderlijk toilet en een badkamer. Beide woningen hebben een zolderverdieping.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 2 oktober 2020 tot 31 oktober 2020 . Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

5.   Adviezen

 

De Vlaamse Overheid, Agentschap Wegen en Verkeer  werd om advies verzocht op 23 september 2020. De adviesinstantie bracht op 13 oktober 2020 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

BIJZONDERE VOORWAARDEN

Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N0360002 van 31.9 +40 tot 32.0 +0):

  • De grens van het openbaar domein is geschat op 22 meter.
  • De rooilijn ligt op 22 meter volgens plan A-E3/308-1.919.
  • De zone van achteruitbouw bedraagt 8 meter.
  • De minimaal te respecteren bouwlijn ligt op 30 meter volgens plan A-E3/308-1.919.

Publiciteit

  • Geen

BESLUIT

Om deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer GUNSTIG betreffende voorliggende aanvraag gezien de aanvraag in overeenstemming is met de algemene en de bijzondere voorwaarden.’

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van de niet-vervallen verkaveling die door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd werd op 21 maart 2018 (dossiernummer gemeente: 2017-18/0048-3) en dient bijgevolg afgetoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van de verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de voorschriften. Hiervoor wordt toepassing gemaakt van artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:

Plan schrijft voor:

ontwerp voorziet:

Afstand tot de zijperceelsgrens voor 2 bouwlagen bedraagt 4 m

Afstand tot de zijperceelsgrens bedraagt 3,50 m

 

Het gevraagde is voor het overige in overeenstemming met de voorzieningen van de verkaveling gezien de bestemming eengezinswoningen gerespecteerd wordt, de maximale terreinbezetting voor beide loten gerespecteerd wordt, de hellende dakvorm en dakhelling gerespecteerd wordt, de gekoppelde een geheel vormen, het gabariet van de eerst gebouwde woning over 3 m gevolgd wordt, de maximale bouwdiepte voor het hoofdvolume (12 m) en het nevenvolume (15 m) gerespecteerd wordt, de gevels afgewerkt worden met kleinschalige materialen, de voorschriften met betrekking tot de verhardingen gerespecteerd worden, de carport min. 3 m achteruit ten opzichte van de voorgevel ingeplant worden en de maximale oppervlakte van 24 m² niet overschrijdt.

 

Artikel 4.4.1 van de VCRO voorziet dat na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen kunnen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.

De afwijking heeft betrekking op de inplanting van de constructie zodat een afwijking overwogen kan worden. De afwijking van de afstand tot de perceelsgrens is te motiveren aangezien deze afwijking beperkt is en de nokhoogte en kroonlijsthoogte lager liggen dan de maximaal toegelaten hoogtes voor twee bouwlagen. Er werden ook geen bezwaren geformuleerd tijdens het openbaar onderzoek zodat ook de aanpalenden hiervan geen hinder zullen ondervinden

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Heulselaan een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt een regenwaterput van 10.000 liter met hergebruik voorzien voor twee toiletten, de wasmachine en een dienstkraan, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 1140 liter en een referentieoppervlakte van 4, 032 m², het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 gezien het totale volume van de woningen samen minder dan 1.000 m³ bedraagt.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De omgeving wordt hoofdzakelijk gekenmerkt door ééngezinswoningen. Het bouwen van deze halfopen ééngezinswoningen past zich bijgevolg functioneel in, in deze omgeving. De woningen bestaan uit 2 bouwlagen met hellend dak waarbij de noklijn evenwijdig loopt met de straat. De aanvraag sluit hiermee aan bij de reeds bestaande en omliggende woningen. Het materiaalgebruik van beide woningen is identiek, alsook de visueel vormelijke elementen van beide woningen, waardoor een architecturaal geheel gevormd wordt. Hierdoor worden beide woningen ingepast in de omgeving.

De woningen beschikken over een voldoende ruime private buitenruimte. Door de aanwezigheid van de carport of inpandige garage met voorliggende oprit zijn ook voldoende parkeerplaatsen aanwezig op eigen terrein waardoor de impact op mobiliteit beperkt zal zijn.

Het maaiveld blijft behouden. De aanvraag heeft overigens geen significante impact op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet een beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Agentschap Wegen en Verkeer

Het advies van het agentschap Wegen en Verkeer is gunstig zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is. Wel dient bij afgifte van de vergunning opgelegd te worden dat de voorwaarden die deel uitmaken van het advies nageleefd moeten worden.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Wim Verhaeghe namens HYBOMA NV gevestigd Wilgenlaan 39 te 8610 Kortemark, voor het bouwen van 2 gekoppelde eengezinswoningen, op een perceel gelegen Heulselaan 1 en 2 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie C 441 W, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De voorwaarden die deel uitmaken van het advies van het agentschap Wegen en Verkeer moeten nageleefd worden.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

OMV 2020_180 - Klijtstraat 110 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het renoveren van de bestaande woning en bouwen van een carport, op een perceel gelegen Klijtstraat 110 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 476 H aangevraagd door Brian en Herlinde Legein - Fiems wonende Klijtstraat 110 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 19 november 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De uitbreiding van de tuinmuur met een lengte van 1,76 m kan enkel toegestaan worden indien deze voldoet aan de bepalingen van het vrijstellingsbesluit en bijgevolg een hoogte heeft tot maximaal 2 m in de zijtuin.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag wijkt af van de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 april 1978 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van een dubbelwoonst tot 1 landelijke woning (wijziging).

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 juni 1979 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een landelijke woning.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

-          Omgevingsvergunning afgeleverd op 12 augustus 2020 door het college van burgemeester en schepenen voor het renoveren van een bestaande woning + bouwen van een carport.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Klijtstraat, een voldoende uitgeruste gemeenteweg ten zuiden van de E17. De Klijtstraat wordt gekenmerkt door zowel landbouwgronden, residentiële bebouwing als landbouwbedrijven. De woning van de aanvrager ligt in een cluster van eengezinswoningen in hoofdzaak van het vrijstaande type. De woning van de aanvrager betreft een vrijstaande eengezinswoning bestaand uit één bouwlaag met een mezzanine deels afgewerkt met een plat dak en deels met een hellend dak, op een perceel met een oppervlakte van 2.819 m².

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst de bestaande eengezinswoning te renoveren. De huidige indeling blijft behouden. De woning wordt ingepakt met een laag van 20 cm isolatie en wordt bepleisterd in betonlook. De betonlook bepleistering wordt op enkele plaatsen onderbroken door houten gevelbekleding. De bestaande dakbedekkingen worden vernieuwd en ook het dak wordt bijkomend geïsoleerd. De dakbedekking wordt vervangen door geïsoleerde sandwichpanelen in donkergrijze kleur. In de rechterzijgevel worden de grote ramen naar beneden toe open gemaakt.

Naast de woning is een carport aanwezig. De aanvrager wenst deze te slopen en een nieuwe te voorzien. De nieuwe carport zal een oppervlakte hebben van 39,50 m² en wordt ingeplant op 3 m van de zijperceelsgrens en op dezelfde voorbouwlijn als de woning. De afstand tot de woning zal 4,78 m bedragen. Deze afmetingen en inplanting is anders dan de reeds vergunde plannen.

In het verlengde van de voorgevel is op heden reeds een tuinmuur aanwezig die een hoogte heeft van 2,60 m op een lengte van 2,20 m. De aanvrager wenst deze tuinmuur te verlengen met 1,76 m op dezelfde hoogte in functie van de privacy. De bestaande oprit naar de woning blijft behouden alsook de bomen in de voortuinstrook.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de bestemmingsvoorschriften van het agrarisch gebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt:

 

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

 

De aanvraag valt onder de basisrechten voor zonevreemde constructies van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening voor wat betreft de verbouwing van de zonevreemde woning waarbij artikel 4.4.12 stelt dat in alle bestemmingsgebieden de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning voor het verbouwen van een bestaande zonevreemde woning op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal, waarbij artikel 4.4.15 stelt dat het uitbreiden vergunbaar is voor zover het bouwvolume beperkt blijft tot ten hoogste 1.000m³ en op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal, waarbij artikel 4.1.1 stelt dat het aanbrengen van isolatie aan de buitenzijde van een woning tot een maximum van 26 cm wordt beschouwd als aanpassingswerken binnen het bestaande volume en waarbij artikel 4.4.11 stelt dat de toetsing aan de goede ruimtelijke ordening onverkort geldt bij de afgifte van een vergunning.

In het voorliggend ontwerp blijft het aantal woongelegenheden behouden en is de aangebrachte buitenisolatie minder dan 26 cm waardoor het een verbouwing betreft binnen het bestaande bouwvolume. De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening (zie onder). De aanvraag voldoet aan de bepalingen van de codex en is bijgevolg in overeenstemming met de voorzieningen van het gewestplan.

 

De carport wordt geplaatst in de zijtuin bij de woning, op een afstand van minstens 3 m van de zijperceelsgrens, met een oppervlakte kleiner dan 40 m² en met een hoogte beperkt tot 3,50 m zodat de plaatsing van de carport onder het toepassingsgebied van het besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning vereist is, valt.

Voor het uitbreiden van de tuinmuur bij een zonevreemde woning is geen vergunningsbasis voorzien in de Vlaamse codex ruimtelijke ordening. De nieuwe delen van de tuinmuur kunnen bijgevolg enkel geplaatst worden als deze ook voldoen aan de bepalingen van het vrijstellingsbesluit zijnde afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de zijtuin bij de eengezinswoning. Aangezien de voorziene tuinmuur een hoogte heeft van 2,60 m dient bij afgifte van de vergunning als bijkomende voorwaarde opgelegd te worden dat het nieuwe gedeelte van de tuinmuur zich moet beperken tot een hoogte van 2 m.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Klijtstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft voor wat betreft de woning geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en de oppervlakte van de carport is kleiner dan 40 m². De eigendom ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Op 12 augustus 2020 werd reeds een vergunning afgeleverd voor het verbouwen van de woning en het bouwen van een carport. Als voorwaarde werd toen opgelegd dat de nieuwe delen van de tuinmuur (tussen de woning en carport en tussen de carport en de zijperceelsgrens) enkel kunnen toegestaan worden indien ze voldoen aan het vrijstellingsbesluit en bijgevolg een hoogte hebben tot maximaal 2 m in de zijtuin.

De voorliggende aanvraag voldoet deels aan de gestelde voorwaarde. De tuinmuur links van de carport richting zijkavelgrens werd gesupprimeerd. Ook vormt de tuinmuur geen verbinding meer tussen de woning en de carport. Echter voldoet de aanvraag niet volledig aan het vrijstellingsbesluit doordat de bestaande muur met een hoogte van 2,60 m over een breedte van 1,76 m in de zijtuinstrook richting carport doorgetrokken wordt. De hoogte van de muur dient, conform het vrijstellingsbesluit beperkt te worden tot 2 m.

Daarnaast is de aanvraag gelijkaardig aan de in augustus verkregen vergunning. Ze wijkt af op het gebruikte materiaal van de gevel van de woning. Hier wordt nu voorgesteld om met een betonlook bepleistering te werken. Ook de oppervlakte en het grondplan van de carport zijn gewijzigd.

De aanvraag heeft verder betrekking op de verbouwing van een bestaande eengezinswoning in een omgeving die ondermeer gekenmerkt wordt door eengezinswoningen zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De aanvraag heeft geen betrekking op de uitbreiding van de woning waardoor de aanvraag geen impact heeft op ruimtegebruik en de bouwdichtheid en bijgevolg ook niet op de kwaliteit van de private buitenruimte bij de woning. Het isoleren van de woning heeft in hoofdzaak een positieve impact op de woonkwaliteit. De nieuwe gevelafwerking zal een betonlook krijgen, wat slechts beperkt afwijkt van de bestaande en de bestaande bomenrij vooraan het perceel blijft behouden zodat de aanvraag slechts een beperkte impact zal hebben op het bestaande straatbeeld.

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing.

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Brian en Herlinde Legein - Fiems wonende Klijtstraat 110 te 8540 Deerlijk, voor het renoveren van de bestaande woning en bouwen van een carport, op een perceel gelegen Klijtstraat 110 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie D 476 H, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De uitbreiding van de tuinmuur met een lengte van 1,76 m kan enkel toegestaan worden indien deze voldoet aan de bepalingen van het vrijstellingsbesluit en bijgevolg een hoogte heeft tot maximaal 2 m in de zijtuin.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

OMV 2020_169 - Vichtesteenweg 248 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het aanleggen van een parking voor 3 wagens in de voortuin, op een perceel gelegen Vichtesteenweg 248 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 848 T3 aangevraagd door Geert Pouleyn namens PLAN III NV gevestigd Nijverheidslaan 9 te 8570 Anzegem.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 19 november 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De voorziene haag langs de rooilijn moet streekeigen zijn en moet aangeplant zijn ten laatste tijdens het eerstvolgende plantseizoen volgend op het voltooien van de werken. De inplanting van de haag dient conform de voorwaarden gesteld in het advies van AWV te zijn.

        De voorwaarden die deel uitmaken van het advies van het agentschap Wegen en Verkeer moeten nageleefd worden.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 24 maart 1954 door het college van burgemeester en schepenen voor uitbreiden van een slachthuis.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 10 november 1955 door het college van burgemeester en schepenen voor het aanleggen van een voetpad in porfiersteentjes.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 27 november 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor het vergroten van een bestaand uitstalraam tot aansluiting met de winkeldeur.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 april 1958 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een gevelsteen (plakette) in gele kleur + aanbrengen van twee standvensters in huisdak.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 mei 2003 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een handelspand na sloping van een bestaande woning.

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        milieuvergunning afgeleverd op 30 juli 1954 door het college van burgemeester en schepenen voor verkooppunten van producten van dierlijke oorsprong, alsmede de aan deze verkooppunten verbonden uitsnijderijen.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 25 maart 2020 door college van burgemeester en schepenen voor het verwijderen van een draagmuur op het gelijkvloers van een kantoorgebouw.

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 8 juli 2020 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van publiciteit aan de voorgevel van het gebouw.

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 22 juli 2020 door het college van burgemeester en schepenen voor het deels regulariseren en herinrichten van de verharding in de voortuinstrook.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De aanvraag situeert zich langs de Vichtesteenweg, wat een goed uitgeruste gewestweg is. De eigendom bevindt zich in de nabijheid van het kruispunt Belgiek en maakt deel uit van een gesloten bebouwingstypologie. Het gebouw bestaat in hoofdzaak uit 2 bouwlagen met een hellende dakconstructie. De directe omgeving wordt gekenmerkt door een mix aan functies. Langs de steenweg tref je zowel (aaneengesloten) woningen, handelspanden, kantoorruimtes, landbouwpercelen, ... De inplanting van de panden ten opzichte van de rooilijn varieert heel sterk. Het gebouw zelf is opgericht deels op de rooilijn en deels achter de rooilijn met een voortuinstrook. Het betreft een gebouw dat eerder al in gebruik was als handelsruimte en als kantoorruimte.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Op 7 mei 2003 werd een vergunning afgeleverd voor het bouwen van een handelspand langs de Vichtesteenweg. De voortuinstrook werd vergund als aan te leggen inkomzone in dolomiet, een groenzone en een niet toegankelijke voortuinstrook. De voortuinstrook is op heden evenwel volledig verhard. Op 25 maart 2020 werd een vergunning afgeleverd voor het aanpassen van de draagmuur bij het kantoorgebouw.

Met de afgeleverde vergunning van 22 juli 2020 werd de verharding in de voortuinstrook geregulariseerd en werden 2 parkeerplaatsen ingericht. In deze aanvraag was verkeerdelijk sprake van een handelspand. Het gebouw zal nl. in gebruik genomen worden als kantoorgebouw, wat de correcte functie is. In de vergunning werd onder meer opgelegd dat voldaan moest worden aan de gewestelijke verordening inzake toegankelijkheid.

Met voorliggende aanvraag wenst men een bijkomende parkeerplaats te voorzien voor mindervaliden, waardoor aan deze verordening wordt voldaan.

De 3 parkeerplaatsen zijn te bereiken met 1 toegang op de gewestweg met een breedte van 4,50 m. De 3 parkeerplaatsen worden evenwijdig met de rooilijn ingericht, 2 links van de toegang en 1 parkeerplaats rechts voor mindervaliden. Zo goed als de volledige voortuinstrook wordt verhard teneinde te functioneren als manoeuvreerruimte. Ter hoogte van de rooilijn wordt links en rechts van de toegang wel een lage haag aangeplant en rondom de parkeerplaatsen 1 en 2 wordt nog voorzien in een beperkte groenaanleg.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

5.   Adviezen

 

De Vlaamse Overheid, Agentschap Wegen en Verkeer  werd om advies verzocht op 8 oktober 2020. De adviesinstantie bracht op 27 oktober 2020 een gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

BIJZONDERE VOORWAARDEN

Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N0360001 van 34.9 +9 tot 34.9 +42):

  • De grens van het openbaar domein is geschat op 10.7 meter.
  • De rooilijn ligt op 10.7 meter volgens de vigerende wegnormen.
  • De zone van achteruitbouw bedraagt 0 meter.
  • De minimaal te respecteren bouwlijn ligt op 10.7 meter.

Publiciteit

  • Geen

BESLUIT

Om deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer GUNSTIG betreffende voorliggende aanvraag gezien de aanvraag in overeenstemming is met de algemene en de bijzondere voorwaarden.’

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde aan de voorschriften van het woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :

 

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op de inrichting van een voortuinstrook bij een bestaand gebouw met een kantoorfunctie zodat de aanvraag in overeenstemming is met de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Vichtesteenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. Het goed is getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater: er wordt geen regenwaterput voorzien, de aanvrager voorziet de aanleg van een infiltratievoorziening met een volume van 2.850 liter en een referentieoppervlakte van 4,53 m² waarop de nieuwe verharding wordt aangesloten. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op de inrichting van de voortuinstrook bij een kantoorgebouw in een omgeving die gekenmerkt wordt door een diversiteit aan activiteiten en functies zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Het bestaande gebouw wijzigt niet van oppervlakte, noch van volume en voorkomen, zodat de impact op de omgeving beperkt zal zijn. Bij de inrichting van de voortuin wordt ernaar gezocht om de bestaande ruimte zo functioneel mogelijk in te vullen voor het parkeren van de wagens van bezoekers en wordt aandacht besteed aan de toegankelijkheid van minstens één parkeerplaats. Het voorzien van de lage hagen op de perceelsgrens zal zorgen voor een meer kwalitatieve afwerking van het terrein en zal bijgevolg een positieve impact hebben op het straatbeeld. Door het voorzien van keermogelijkheid op het terrein zal de impact op de verkeersdoorstroming op de gewestweg beperkt zijn.

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen betekenisvolle bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving.

 

Teneinde de integratie en de biodiversiteit te bevorderen dient in de voorwaarden bij afgifte van de vergunning opgenomen te worden dat de voorziene haag streekeigen moet zijn en aangeplant moet zijn ten laatste tijdens het eerstvolgende plantseizoen volgend op het voltooien van de werken. De inplanting van de haag dient conform de voorwaarden gesteld in het advies van AWV te zijn.

 

Het ontwerp kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Agentschap Wegen en Verkeer

Het advies van het agentschap Wegen en Verkeer is gunstig zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is. Wel dient bij afgifte van de vergunning opgelegd te worden dat de voorwaarden die deel uitmaken van het advies nageleefd moeten worden.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Geert Pouleyn namens PLAN III NV gevestigd Nijverheidslaan 9 te 8570 Anzegem, voor het aanleggen van een parking voor 3 wagens in de voortuin, op een perceel gelegen Vichtesteenweg 248 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie B 848 T3, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De voorziene haag langs de rooilijn moet streekeigen zijn en moet aangeplant zijn ten laatste tijdens het eerstvolgende plantseizoen volgend op het voltooien van de werken. De inplanting van de haag dient conform de voorwaarden gesteld in het advies van AWV te zijn.

        De voorwaarden die deel uitmaken van het advies van het agentschap Wegen en Verkeer moeten nageleefd worden.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

OMV 2020_168 - Otegemse steenweg 156 - beslissing

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen en uitbreiden van de bestaande eengezinswoning, op een perceel gelegen Otegemse steenweg 156 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 827 G3 aangevraagd door Roose - Vanoverbeke wonende Otegemse steenweg 156 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 19 november 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming wonen.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is  in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 10 juni 1954 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van de woonhuis met aanhorigheden.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 11 mei 1956 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een afsluiting tussen eigendom en buur.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 20 juni 1957 door het college van burgemeester en schepenen voor het optrekken van een bergplaats in betonplaten achter zijn woning te dekken met rode eternietplaten.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 8 juli 1958 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een scheidingsmuurtje in gewoon baksteen tussen zijn eigendom en die van zijn buur.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 november 1959 door het college van burgemeester en schepenen voor het optrekken van een bergplaats achter bestaande woning (werd reeds ter goeder trouw opgetrokken.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 september 1962 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd  17 april 1968 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een garage.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Otegemse steenweg, wat een voldoende uitgeruste gemeenteweg is. Achterliggend de eigendom is een landbouwzone aanwezig. Op het perceel van de aanvrager staat een halfopen bebouwing met een van de woning los staande garage die gekoppeld is met de garage van de linker buren.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft de afbraak van een aangebouwde berging die zich op de rechter zijperceelsgrens bevindt, de afbraak van een van de woning vrijstaande garage die zich op de linker zijperceelsgrens bevindt en de uitbreiding van de woning achteraan. Daarnaast wordt de woning intern grondig verbouwd.

Het hoofdvolume van de woning evenals de bestaande aangebouwde badkamer blijven behouden. Dit hoofdvolume wordt naar achteren toe uitgebreid in het verlengde van de vrije zijgevel. De uitbreiding bevindt zich tot op de rechter zijperceelsgrens en heeft ter hoogte van de tuin een breedte van 6 m. De totale bouwdiepte van de woning wordt na de werken voorzien op 23,32 m.

Na de werken bestaat de woning op het gelijkvloers uit een inkomhal, living met open keuken, ontbijthoek en speelruimte, een afzonderlijke berging en badkamer en een carport met fietsenberging. De carport bevindt zich op 15,82 m van de rooilijn en bevindt zich op de plaats waar de garage aanwezig was. Ter hoogte van de carport wordt de woning gebouwd over de volledige breedte van het perceel. Op de verdieping worden er geen werken uitgevoerd. De indeling en materiaalgebruik van de voorgevel blijft behouden.

Het geheel wordt opgetrokken in rood genuanceerd metselwerk en afgewerkt met houten gevelbekleding. De uitbreiding wordt opgetrokken met plat dak met een hoogte van 3,15 m.

De bestaande oprit in grind wordt vervangen door waterdoorlatende tegels. De bestaande oppervlakte van de oprit blijft behouden.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

De aanpalende eigenaars werden op 9 oktober 2020 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan. De werken situeren zich volledig in het gedeelte woongebied volgens het gewestplan.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

 

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De werken worden uitgevoerd bij een bestaande eengezinswoning zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Otegemse Steenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1ha) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of in een risicozone voor overstromingen. Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. Er wordt een regenwaterput van 7.000 liter met hergebruik voorzien, het toilet, de wasmachine en de buitenkraan worden aangesloten op de regenwaterput. De overloop van de regenwaterput loopt naar infiltratieboxen met een inhoud van 1.500 l of 2,40 m². Het regenwater van de garage en de uitbouw van de woning worden aangesloten op de regenwaterput. Het terras en de oprit worden aangelegd in waterdoorlatende verharding of wateren af in de naastliggende onverharde ruimte zodat het water van de verhardingen infiltreert in de bodem. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De werken hebben betrekking op het slopen van de berging, de garage en het uitbreiden van de woning met behoud van deze functie zodat de aanvraag zich functioneel inpast. Gelet op de bestaande toestand, het ontwerp, de afmetingen, de plaatsing op het perceel en de grootte van het perceel is het aangevraagde aanvaardbaar voor de bouwplaats en omgeving. 

Het betreft een ontwerp met een vrij eenvoudig uitzicht dat uitgevoerd wordt in kleinschalige materialen. De bouwdiepte van de woning is na verbouwing kleiner dan de huidige bouwdiepte en de hoogte van de uitbouw is standaard. Hierdoor zijn de gekozen inplantingsplaats en de materiaalkeuze inpasbaar in de directe omgeving en zijn de werken niet hinderlijk voor de aangelanden. Het maaiveld wordt ter hoogte van de werken niet aangepast waardoor geen hinder wordt veroorzaakt naar de omgeving toe. De aanvraag doet geen betekenisvolle bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving.

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12     Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Roose - Vanoverbeke wonende Otegemse steenweg 156 te 8540 Deerlijk, voor het verbouwen en uitbreiden van de bestaande eengezinswoning, op een perceel gelegen Otegemse steenweg 156 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 827 G3.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

OMV 2020_139 - Harelbekestraat 121 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van een overdekt terras met berging, op een perceel gelegen Harelbekestraat 121 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 29 S6 aangevraagd door Steeland - Depoortere wonende Harelbekestraat 121 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 19 november 2020.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De bestaande groenaanplant aanwezig ter hoogte van de achterste perceelsgrens moet behouden blijven.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

1.   Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

      De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

      De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

      De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg, Marquettestraat, wijziging A, goedgekeurd bij MB op 11 oktober 1988.

 

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, oorspronkelijk goedgekeurd op 18 mei 1983 (dossiernummer VK0023-7/1983.3). Op het perceel is de verkavelingswijziging/-bijstelling van toepassing, goedgekeurd op 26 mei 1993.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

Het BPA is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is niet in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

      Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

      Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

      Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

2.   Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 13 september 2002 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een eengezinswoning met logopedie-praktijk + een afzonderlijke berging.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 1 juni 2015 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een open carport en het aanpassen van gevelopeningen bij een bestaande woning.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3.   Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1.  Beschrijving van de omgeving

De aanvraag situeert zich langs de Harelbekestraat, een goed uitgeruste gemeenteweg. De directe omgeving wordt gekenmerkt door een mix aan alleenstaande, halfopen en gesloten bebouwing, hoofdzakelijk eengezinswoningen. Verschillende woningen hebben een bijgebouw in de tuin. Ten zuiden van het perceel is een loods aanwezig tot op de perceelsgrens.

 

3.2.  Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het bouwen van een overdekt terras met berging. In de achtertuin wordt een losstaand overdekt terras met bijbehorende berging voorzien. De berging wordt op 1 m van de rechter perceelsgrens voorzien en wordt evenwijdig met de woning opgetrokken. Achteraan varieert de afstand tot de achterste perceelsgrens tussen 4 m en 5,76 m. De kroonlijsthoogte bedraagt 2,50 m, de nokhoogte bedraagt 4,76 m.

Het terras met berging wordt opgetrokken in hout met een hellend dakpannen dak en zwart aluminium buitenschrijnwerk.

De berging wordt opgevat als kitchenette en douche. Tussen de berging en het overdekte terras is een schuifpoort. Het overdekte terras heeft langs de linker gevel een raam. De voorgevel van het overdekte terras is open.

Het hemelwater wordt aangesloten op de bestaande regenwaterput. Het geproduceerde afvalwater wordt aangesloten op de bestaande riolering.

 

3.3.  Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

4.   Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 28 augustus 2020 tot 26 september 2020. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

5.   Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden.

 

6.   Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

7.   Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1    Planologische toets

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van de niet-vervallen verkaveling die door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd werd op 18 mei 1983 (VK 0023-7/1983.3) en de verkavelingswijziging goedgekeurd op 26 mei 1993 (VK 0023-7/1993.7). De voorschriften van de verkaveling en de verkavelingswijziging verwijzen integraal naar het BPA Marquettestraat, wijziging A.

 

Aangezien de verkaveling meer dan 15 jaar oud is, vormt deze in toepassing van artikel 4.3.1 §1 van de VCRO geen weigeringsgrond meer voor de vergunningverlenende overheid en kan ze bijgevolg als het ware buiten beschouwing gelaten worden.

 

De aanvraag dient bijgevolg te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het BPA Marquettestraat. De aanvraag wijkt af van de voorschriften van het BPA:

BPA schrijft voor

Ontwerp voorziet

-       Zone 5 is bestemd als zone voor stapelplaatsen en kleine bedrijven, niet storend voor de omgeving en als nevenbestemming horeca, detailhandel, diensten en kantoren

-       Een bijgebouw bij de woning wordt opgetrokken in de zone 5

-       Hoogte op de zonegrens: max. 2,70 m

-       Hoogte op de grens met zone 14 tot 4,76 m

-       Dakhelling max. 30°

-       Dakhelling bijgebouw 45°

 

De aanvraag is voor het overige in overeenstemming met de voorschriften van het BPA gezien de maximale oppervlakte gerespecteerd wordt, de nokhoogte minder dan 6 m bedraagt, het materiaalgebruik constructief en esthetisch verantwoord is en zorgen voor een harmonisch geheel met de woning en in het gebouw geen activiteiten zullen georganiseerd worden die reuk-, rook- en/of lawaaihinder veroorzaken.

 

Artikel 4.4.9/1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening stelt dat in een vergunning – na een openbaar onderzoek – afwijkingen kunnen worden toegestaan van de  stedenbouwkundige voorschriften van een bijzonder plan van aanleg of een wijziging ervan, voor zover dit plan ouder is dan 15 jaar op het ogenblik van de indiening van de aanvraag en voor zover de aanvraag verenigbaar is met de voorschriften van het gewestplan.

Het vergunningverlenende bestuursorgaan mag bij het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de stedenbouwkundige voorschriften van een bijzonder plan van aanleg, voor zover dit plan ouder is dan vijftien jaar op het ogenblik van de indiening van de aanvraag. Gezien het  hierboven genoemde bijzonder plan van aanleg is goedgekeurd op 11 oktober 1988 kan er principieel worden afgeweken van de voorschriften.

 

De afwijking heeft betrekking op de bestemming van de zone waarbinnen het bijgebouw wordt voorzien en op de afmetingen van het bijgebouw zodat een afwijking overwogen kan worden.

De afwijking op de bestemming is te motiveren aangezien de bestemming van het BPA door de jaren heen achterhaald werd. Gezien de beperkte oppervlakte per eigendom en de specifieke vorm van zone 5 van het BPA is de kans gering dat er zich effectief kleine bedrijvigheid gaat vestigen binnen deze zone.

De afwijking van de dakhelling van 30° naar 45° is te motiveren omdat deze afwijking beperkt is en in overeenstemming is met de dakhelling van de woning. De afwijking van de hoogte op de zonegrens is te motiveren aangezien deze afwijking beperkt is en binnen de maximaal toegelaten hoogtes valt. Er werden ook geen bezwaren geformuleerd tijdens het openbaar onderzoek zodat ook de aanpalenden hiervan geen hinder zullen ondervinden.

 

In het BPA is op het perceel eveneens voorzien in een zone voor groenscherm tussen de zone voor stapelplaatsen en kleine bedrijven en de tuinzone van de woning. Aangezien door voorliggende aanvraag afgeweken wordt van de bestemming stapelplaatsen, op het achterliggend perceel wel nog een bedrijfsgebouw aanwezig is en op de achterzijde van het perceel reeds heel wat groen aanwezig is dat functioneert als groenscherm tussen de tuinzone en het achterliggend bedrijf is het wenselijk als voorwaarde op te leggen dat de groenaanplant op de achterzijde van het perceel maximaal behouden moet blijven in plaats van dit te realiseren midden in het perceel zoals voorzien in het BPA.

 

7.2    Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Harelbekestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3    Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

 

Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte-uitbreiding (<40m²) en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

7.4    Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5    Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6    Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7    Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8    Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9    Milieuaspecten

Niet van toepassing

 

7.10     Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De omgeving wordt hoofdzakelijk gekenmerkt door ééngezinswoningen. Het bouwen van een overdekt terras met berging horend bij een vrijstaande ééngezinswoningen past zich bijgevolg functioneel in, in deze omgeving. Het bijgebouw wordt opgetrokken in hout en met een hellend dak en is hierdoor in harmonie met de bestaande woning.  De bouwwerken zullen gelet op het ontwerp, de afmetingen, de plaatsing op het perceel en het openbaar onderzoek zonder bezwaren en/of opmerkingen nauwelijks een ruimtelijke impact veroorzaken. Echter dient opgemerkt dat het bestaande groenscherm aanwezig ter hoogte van de achterste perceelsgrens behouden moet blijven. Dit wordt opgelegd als voorwaarde.

Het betreft een ontwerp met een vrij eenvoudige architectuur dat uitgevoerd wordt in kleinschalige materialen. Hierdoor zal het ontwerp de schaal en korrel van de omgeving respecteren. Het maaiveld blijft behouden. De aanvraag zal geen invloed hebben op de mobiliteit in de omgeving.

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden. De aanvraag doet geen betekenisvolle bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving.

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11     Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.12     Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13     Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

  • Algemene basisbevoegdheid: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur
  • Andere:

      Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

      Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Steeland - Depoortere wonende Harelbekestraat 121 te 8540 Deerlijk, voor het bouwen van een overdekt terras met berging, op een perceel gelegen Harelbekestraat 121 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 29 S6, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De bestaande groenaanplant aanwezig ter hoogte van de achterste perceelsgrens moet behouden blijven.

.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Attest van verdeling - De Spijker - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen De Spijker (kavel 4)

 

Motivering

 

Op 9 november 2020 verstuurde men vanuit het notariaat Saey - Taelman - Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen langs De Spijker, gekadastreerd afdeling 1, sectie B, nummers 1258G en 573L, met een gezamenlijke kadastrale oppervlakte van 11.888 m².

 

Een deel van de eigendom wordt afgesplitst met een oppervlakte volgens metingsplan van 2.669 m² (kavel 4) teneinde te verkopen aan de firma 'Qtronics'.

De bestemming van het goed is volgens de akte KMO-zone De Spijker en volgens de verwerver productie en engineering van hoogwaardige textielmachines inclusief allerhande toebehoren en diensten.

 

De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling.

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Attest van verdeling - De Spijker - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen De Spijker (kavel 5).

 

Motivering

 

Op 9 november 2020 verstuurde men vanuit het notariaat Saey - Taelman - Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen langs De Spijker, gekadastreerd afdeling 1, sectie B, nummers 1258G en 573L, met een gezamenlijke kadastrale oppervlakte van 11.888 m².

 

Een deel van de eigendom wordt afgesplitst met een oppervlakte volgens metingsplan van 2.200 m² (kavel 5) teneinde te verkopen aan de firma 'Swim-Fun'.

De bestemming van het goed is volgens de akte KMO-zone De Spijker en volgens de verwerver de productie, de installatie, de renovatie, het onderhoud en het herstel van zwembaden en wellness toestellen.

 

De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling.

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Attest van verdeling - De Spijker - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of ze akkoord kunnen gaan met het attest van verdeling voor de eigendom gelegen De Spijker (kavel 8).

 

Motivering

 

Op 9 november 2020 verstuurde men vanuit het notariaat Saey - Taelman - Degandt een attest van verdeling voor de eigendom gelegen langs De Spijker, gekadastreerd afdeling 1, sectie B, nummers 1281B, 575B en 577A, met een gezamenlijke kadastrale oppervlakte van 5.779 m².

 

Een deel van de eigendom wordt afgesplitst met een oppervlakte volgens metingsplan van 1.288 m² (kavel 8) teneinde te verkopen aan de firma 'MV Machinery Parts'.

De bestemming van het goed is volgens de akte KMO-zone De Spijker en volgens de verwerver verdelen van reserve onderdelen binnen de kartonverwerkende industrie.

 

De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling.

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Kapvergunning - Camiel Vereeckelaan 27 - rooien van een boom - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een kapvergunning te verlenen, aangevraagd door de bewoners van de woning gelegen, Camiel Vereeckelaan 27, 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Beschrijving van de aanvraag, de bouwplaats en de omgeving

De bedoelde blauwe spar staat achteraan in de tuinzone. Het betreft een boom die waarschijnlijk werd aangeplant in de jaren 60-70. De omvang van de boom zorgt ervoor dat de buren hinder ondervinden van naald- en vruchtval. Het veelvuldig afwerpen van naalden zorgt ook voor problemen bij de opvang en het gebruik van regenwater. Daarnaast zorgt de boom voor een sterke, plaatselijke verdroging van de bodem waardoor andere beplanting in de tuin het moeilijk krijgt om te overleven tijdens droge periodes.

De eigendom van de aanvrager betreft een halfopen ééngezinswoning op een perceel van ongeveer 575 m² in een omgeving met vooral gesloten en halfopen bebouwing. Achterliggend is een funerarium aanwezig.

 

Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften

Voor het rooien van deze boom/bomen is geen stedenbouwkundige vergunning nodig omdat de bomen:

          geen deel uitmaken van een bos;

          gelegen zijn in woongebied in de ruime zin, in agrarisch gebied in de ruime zin of in industriegebied in de ruime zin, en niet in een woonparkgebied;

          zich bevinden binnen een straal van maximaal 15 m rondom een vergund gebouw.

 

Het rooien van de bomen is onderworpen aan de gemeentelijke politieverordening die stelt dat er dient gestreefd te worden naar een optimaal behoud van bomen.

 

Advies gemeentelijk omgevingsambtenaar - milieu

Dergelijke blauwe spar kan een omvangrijke hoogte van wel 30 m bereiken en een in verhouding breed verspreide vertakking vormen. In een dergelijke, kleine tuin kan zo'n boom al gauw een dominerende rol innemen. Het feit dat er de laatste jaren steeds meer naald- en vruchtval optreedt, kan te wijten zijn aan een stresssituatie van de boom, waarschijnlijk veroorzaakt door opeenvolgende periodes van extreme droogte. Omdat niet alleen de aanvrager, maar ook de buren aantoonbare hinder hebben van deze boom en de aanvrager bereid is om als compensatie een meer geschikte boom aan te planten, kan het rooien van deze boom overwogen worden.

 

Bijgevolg heeft de omgevingsambtenaar - milieu een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht op 16 november 2020 met als voorwaarde:

          Het rooien van deze boom is toegestaan mits er ter compensatie een nieuwe boom van 2de of 3de grootte aangeplant wordt in de vrije tuinzone.

          Deze nieuwe aanplant dient uitgevoerd te worden in het eerste plantseizoen na het uitvoeren van de kapping.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet lokaal bestuur

          Andere:

Gemeentelijke politieverordening inzake het vellen van hoogstammige bomen van 2 maart 1974

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit bijgevolg tot het verlenen van een kapvergunning voor het rooien van een boom achteraan de tuinzone van de woning, gelegen Camiel Vereeckelaan 27 te Deerlijk, mits er een nieuwe boom van 2de of 3de grootte aangeplant wordt in de vrije tuinzone van de woning. Deze nieuwe aanplant moet uitgevoerd worden in het eerstvolgende plantseizoen na het rooien van de boom.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Winteronderhoud fietspaden - contract - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het contract voor het winteronderhoud van de fietspaden voor de komende winterperiode goed te keuren.

 

Motivering

 

In de vorige winterperiode werd met de heer Ward Deprez een contract afgesloten voor het sneeuw- en ijsvrij maken van de fietspaden. Gezien de gemeente reeds jaren beroep doet op deze aannemer en men globaal gezien tevreden is over de kwaliteit en beschikbaarheid van zijn werkzaamheden, is het wenselijk het nieuw contract goed te keuren.

 

Het contract wordt uitgevoerd tegen volgende prijs:

          Forfaitaire vergoeding van 640 euro excl. btw voor het ter beschikking stellen van de pekelinstallatie.

          Effectieve prestaties aan de eenheidsprijs van 70 euro excl. btw/uur.

          Bij gebruik van een verreiker is dit aan de eenheidsprijs van 60 euro excl. btw/uur.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 4° Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

2.500 euro incl. btw

Actie

Voorzien in het nodige materiaal en materieel voor het sneeuwvrij houden van de weginfrastructuur

Jaarbudgetrekening

GBB/0200-00/61530000

Visum

/

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het contract voor het komend winteronderhoud goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

BMC 8 oktober en 5 november 2020 - kennisname verslag en beslissing

 

Aanleiding en context

 

De beperkte mobiliteitscommissie hield een vergadering op 8 oktober 2020 en 5 november 2020. Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de adviezen van de commissie goed te keuren.

 

Motivering

 

Het verslag van deze vergadering werd goedgekeurd.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de besproken onderwerpen en neemt een beslissing aan de hand van het advies van de beperkte mobiliteitscommissie.

 

Volgende punten werden geadviseerd:

          Brief Deerlijks Verlangen

          Sensibiliseringsactie 'Word wakker... trap en stap naar de bakker'

          Fietsonveiligheid Breestraat door wortelgroei

          Bushalte Elf Novemberlaan

          Ontbrekend bord voorrangsregeling Kruispunt Oude Heerweg / Kleine Brandstraat

          Plaatsen verkeersborden tonnagezone Otegemstraat / Kerkstraat

          Ontbrekende zebrapaden

          Snelheidscontroles Driesknoklaan

          Snelheidscontroles Stationsstraat

          Fietscontroles Deerlijkse scholen

          Kortparkeren Hoogstraat

          Snelheid Kortrijkse heerweg en Harelbekestraat vanaf N36

          Knips

          Tractorsluis

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1, Decreet Lokaal Bestuur.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van 8 oktober 2020 en 5 november 2020 en beslist de adviezen van de beperkte mobiliteitscommissie te volgen. Omtrent het kortparkeren in de Hoogstraat suggereert het college toch om de mogelijkheid te bekijken om een extra parkeerplaats voor kortparkeren tot max. 30 min. te voorzien in de Hoogstraat.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Inname openbaar domein - kennisname

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

De Lijn - halte oefening van 14 september 2020 - kennisname verslag en goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de halte-oefening uitgevoerd in kader van het nieuwe openbaar-vervoer-net (OV-net) van het nieuwe decreet basisbereikbaarheid.

 

Motivering

 

Het nieuwe decreet basisbereikbaarheid wijzigt het openbaar-vervoer-net.

Samen met De Lijn werd een halte-oefening gedaan voor de volgende Lijnen:

          71 (Kortrijk - Stasegem - Harelbeke - Deerlijk - Waregem)

          70 (Kortrijk - Zwevegem -  Deerlijk - Waregem)

          72 (Kortrijk - Stasegem – Harelbeke - Deerlijk - Vichte -Tiegem - Anzegem)

          92 (Kortrijk - Zwevegem - Vichte - Otegem - Avelgem)

 

In de halte-oefening wordt voorgesteld in welke zone en ter hoogte van welke zijstraat eventueel een nieuw halte kan worden voorzien. De exacte locatie kan achteraf nog in overleg worden besproken, net zoals de benaming van de haltes.

 

Lijn 71 zal niet meer via de Kortrijkse Heerweg, maar via Deerlijksesteenweg / Harelbekestraat richting centrum rijden. Hierdoor worden de haltes in de Kortrijkse Heerweg geschrapt en worden 2 nieuwe haltes in de Harelbekestraat voorgesteld:

          Deerlijk Olmenlaan

          Deerlijk Heirweg (naam nog te bekijken)

 

Daarnaast werd het verplaatsen of samenvoegen van enkele haltes bekeken in functie van een betere toegankelijkheid en/of bereikbaarheid vanuit de omliggende wijken.

          Deerlijk politiekantoor (naam nog te bekijken)

Zowel De Lijn als de gemeente kunnen zich vinden in het voorstel om deze halte te verplaatsen ter hoogte van de zijstraat van het ontmoetingscentrum.

          Deerlijk gemeentehuis

De Lijn stelde voor om deze halte oostwaarts te verplaatsen in functie van betere bereikbaarheid vanuit omliggende wijken.

De gemeente wenst deze halte te behouden op haar huidige locatie. In functie van de aanleg van het Centrumpark kunnen er infrastructurele verbeteringen aangebracht worden en kan deze halte dan ook toegankelijker aangelegd worden.

          Deerlijk Sint-Rochusstraat

Zowel De lijn als de gemeente kunnen zich vinden in het voorstel om deze halte af te schaffen, gezien haar beperkt gebruik en de halte Deerlijk Paanderstraat als alternatief op beperkte wandelafstand.

          Deerlijk Weverijstraat en Deerlijk Desselgemstraat

Zowel De Lijn als de gemeente kunnen zich vinden in het voorstel om deze twee haltes samen te voegen tot 1 nieuwe halte. Deze nieuwe halte zou kunnen ingeplant worden ter hoogte van de zijstraat Vrijeigen.

De inplanting en het voorzien van de nodige infrastructuur kan later nog bekeken worden bij een heraanleg van de Waregemstraat (bv. in het kader van de projectnota vernieuwing fietspad Waregemstraat)

          Deerlijk De Nieuwe Stuiver en Deerlijk Evangelieboom

Zowel De Lijn als de gemeente kunnen zich vinden in het voorstel om deze twee haltes samen te voegen tot 1 nieuwe halte.

De gemeente wenst deze halte dicht bij het het kruispunt Waregemstraat x Breestraat te behouden, bijvoorbeeld ter hoogte van braakliggend stuk dat nog eigendom is van de gemeente. Dit biedt mogelijkheden om te zorgen voor toegankelijke halte-infrastructuur. Aandachtspunt om haltes niet te dicht bij het kruispunt te plaatsen, omdat er verkeerslichtenbeïnvloeding is op dit kruispunt. Concrete locatie later nog bespreken.

Lijn 70 en 72 zijn twee functionele lijnen die slechts enkele ritten zullen hebben tijdens de spitsuren. Volgende wijzigen aan haltes werden besproken:

          Deerlijk Belgiek

De Lijn gaf aan dat het beter zou zijn om de halte Deerlijk Belgiek en haar tegenhalte dichter bij elkaar te brengen wat ook beter is voor de reiziger.

Deerlijk gaf mee dat de halte Deerlijk Belgiek (508087) richting Deerlijk iets verder van het kruispunt zal geplaatst worden, in kader van een heraanleg. Tegenhalte aan de overkant van de straat voorzien is geen optie, wegens verkeersonveiligheid. De tegenhalte richting Vichte kan eventueel dichter bij het kruispunt geplaatst worden, om zo de mensen aan te moedigen om het zebrapad te gebruiken. Gezien deze haltes in de bebouwde kom liggen en het slechts gaat om 2/3 bussen per dag kan eventueel gekeken worden voor uitstulpende haltes zodat op de rijbaan kan gehalteerd worden. Dit is althans beter voor de doorstroming dan wanneer een halte-haven zou voorzien worden.

          Deerlijk De Taeyelaan:

Zowel De Lijn als de gemeente kunnen zich vinden in het voorstel om de halte in de Vichtesteenweg te behouden en de halte in De Taeyelaan te schrappen, gezien deze 2 haltes kort bij elkaar liggen met hetzelfde aanbod.

          Deerlijk Café Terminus

Deze halte geeft een conflict met fietsers. Het fietspad ligt voor het perron, waardoor reizigers bij het op- en afstappen het fietspad moeten kruisen. Idealiter ligt het fietspad achter het halte-perron, zodat er zich geen conflicten kunnen voordoen met op- of afstappende reizigers. Het gaat slechts om enkele bussen per dag die deze halte bedienen. Halte heeft wel een redelijk goed gebruik, dus indien dit kan geoptimaliseerd worden des te beter.

          Deerlijk Veldstraat en Deerlijk Gaverblad

Zowel De Lijn als de gemeente kunnen zich vinden in het voorstel om deze 2 haltes samen te voegen tot 1 nieuwe halte. Deze halte zou dan kunnen ingeplant worden ter hoogte van de zijstraat van de sporthal.

 

Lijn 70 en Lijn 92 zijn 2 functionele lijnen die zullen zorgen voor een betere bediening van Sint-Lodewijk. Volgende wijzigingen aan haltes werden besproken.

          Deerlijk Bouckaertstraat en Vichte Diesveldstraat

In het kader van de heraanleg van de Kerkstraat zullen deze haltes samengevoegd worden. Dit werd opgenomen in de startnota voor verbetering van de fietsinfrastructuur in de Kerkstraat.

          Deerlijk Sint-Lodewijk Kerk

Wordt behouden, maar zal geen eindhalte meer zijn, waardoor chauffeurs hun pauze niet meer zullen nemen op de parking aan de kerk.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen maar deze zijn nog niet gekend.

 

De halte-palen worden verwijderd en/of geplaatst door De Lijn. De andere halte-infrastructuur moet aangelegd, geplaatst of verwijderd worden door de gemeente.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van 14 september 2020 omtrent de halte-oefening opgemaakt in overleg met De Lijn en beslist akkoord te gaan met de voorgestelde wijzigingen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Ambulante handel - standplaats oliebollen-ijsverkoop - wijziging - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de wijziging betreffende de vaste standplaats van 'Kelly-Debby ijs en Flanders Gebak' goed te keuren.

 

Motivering

 

Tijdens het college van 9 september 2020 werd goedkeuring gegeven tot een vaste standplaats voor het uitoefenen van ambulante handel (oliebollen foodtruck en ijswagen) en dit volgens onderstaande bepalingen:

          op het Neunkirchenplein op dinsdag en op de parking aan de kerk van Sint-Lodewijk op donderdag;

          of dit wekelijks of om de 14 dagen is, wordt nog bekeken;

          gedurende de periode van september 2020 tot april 2021;

          telkens van 17.00 uur tot 21.00 uur;

          hierbij hebben ze een ruimte van 6 m én elektriciteit nodig.

 

Op vandaag wenst de aanvrager volgende wijzigingen aan te vragen:

          op het Neunkirchenplein op zondag en dit telkens van 13.30 tot 18.30 uur;

          op de parking aan de kerk van Sint-Lodewijk op maandag en dit telkens van 16.00 tot 20.30 uur.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

          Andere:

          Retributiereglement ambulante handel, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 19 december 2019

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

25 euro / dag

Actie

overig beleid

Jaarbudgetrekening

GBB / 0020-00/73603000

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om aan de zaakvoerder van Kelly-

Debby ijs en Flanders gebak deze wijziging van toelating te verlenen voor het uitoefenen van ambulante handel op zondag op het Neunkirchenplein telkens van 13.30 tot 18.30 uur en op maandag op de parking aan de Kerk Sint-Lodewijk telkens van 16.00 tot 20.30 uur, ofwel wekelijks ofwel 2-wekelijks en dit tot april 2021. Per dag zal hiervoor een retributie van 25 euro aangerekend worden.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Grafconcessies hernieuwingen - goedkeuring

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Seniorenraad - premiereglement voor seniorenverenigingen - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken het premiereglement voor seniorenverenigingen aangesloten bij de seniorenraad, te agenderen op de gemeenteraad van 17 december 2020.

 

Motivering

 

Het premiereglement voor seniorenverenigingen aangesloten bij de seniorenraad werd verlengd in de gemeenteraadszitting van 19 december 2019 en eindigt op 31 december 2020.

 

In nauw overleg en nauwe samenwerking met het dagelijks bestuur van de seniorenraad werd voormeld premiereglement voor seniorenverenigingen aangesloten bij de seniorenraad, onder de loep genomen en herwerkt. Verschillende simulaties werden opgemaakt.

 

In het bestaande premiereglement werden seniorenverenigingen gesubsidieerd op basis van diverse criteria namelijk het aantal leden van de vereniging, het aantal leden op activiteiten van de vereniging en de uitgaven van de vereniging. Dit impliceert eigenlijk dat verenigingen tweemaal gesubsidieerd worden voor hun leden. In het voorstel van nieuw premiereglement wordt dit aangepast. Daarnaast wordt geen rekening meer gehouden met de uitgaven van de vereniging en werd, waar mogelijk, administratief vereenvoudigd.

 

In het voorstel voor het nieuw premiereglement wordt een opdeling gemaakt in een basispremie en een ledenpremie. Elke seniorenvereniging die een dossier indient heeft recht op een basispremie van 200 euro. Daarnaast wordt het restbedrag verdeeld onder de seniorenverenigingen op basis van het aantal leden.

 

De seniorenverenigingen moeten geen gecompliceerd dossier indienen maar een eenvoudig dossier waarin duidelijke alle vereiste informatie is opgenomen. Elk dossier zal bestaan uit de gegevens van de vereniging, het ledenaantal van het werkingsjaar en een overzicht van de activiteiten van het werkjaar.

 

Dit nieuw voorstel, premiereglement voor seniorenverenigingen aangesloten bij de seniorenraad, werd ter advies voorgelegd op de seniorenraad van 15 oktober 2020 en werd unaniem goedgekeurd.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad volgend premiereglement voor seniorenverenigingen aangesloten bij de seniorenraad, te agenderen op de gemeenteraad van 17 december 2020.

 

PREMIEREGLEMENT SENIORENVERENIGINGEN AANGESLOTEN BIJ DE SENIORENRAAD

 

Artikel 1. - Duur

Dit premiereglement treedt in werking op 1 januari 2021 en eindigt op 31 december 2025.

 

Artikel 2. - Doel

Dit reglement heeft tot doel de seniorenverenigingen van Deerlijk die aangesloten zijn bij de seniorenraad te ondersteunen, en via de premie bij te dragen tot de continuïteit en kwaliteit van de ouderenzorg en seniorenwerking.

 

Artikel 3. - Begunstigden

De premie wordt enkel toegekend aan plaatselijke seniorenverenigingen die aangesloten zijn bij de seniorenraad. De verenigingen voldoen daarbij aan de toetredingsvoorwaarden zoals deze zijn opgenomen in de statuten van de gemeentelijke seniorenraad.

 

Artikel 4. - Bedrag en berekening

De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het op het budget ingeschreven krediet. De premie bestaat uit een basispremie en een ledenpremie.

 

1)      Basispremie

Elke vereniging krijgt een basispremie van 200 euro.

 

2)      Ledenpremie

Het restbedrag wordt verdeeld onder de seniorenverenigingen op basis van het aantal leden.

          Het restbedrag wordt verdeeld overeenkomstig een coëfficiënt die als volgt berekend wordt: (het restbedrag) : (totaal aantal leden van alle seniorenverenigingen die een aanvraag indienen).

          Bedrag toegekend aan de vereniging = (coëfficiënt) x (aantal leden van de vereniging)

 

Artikel 5. - Voorwaarden en criteria

De aanvraag tot toekenning van de premie (basispremie + ledenpremie) voor het werkingsjaar gebeurt op het daartoe voorbestemde aanvraagformulier en bevat minstens:

          gegevens van de vereniging

          ledenaantal in het werkingsjaar

          overzicht activiteiten in het werkingsjaar

Bij de beoordeling van het dossier beslist het college van burgemeester en schepenen, op voorstel en na advies van de seniorenraad, over het toekennen van de premie.

 

Artikel 6. - Aanvraagformaliteiten, toekenningsprocedure en advies

Het aanvraagformulier voor het toekennen van de premie moet schriftelijk bij de gemeente ter attentie van het college van burgemeester en schepenen worden ingediend vóór 1 maart.

 

Uiterlijk twee maanden na de indiening van de premie-aanvragen brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de beslissing met betrekking tot het al dan niet toekennen van de premies, na advies ingewonnen te hebben bij de seniorenraad.

 

Artikel 7. - Controle

Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht voor ten allen tijde na te gaan of aan de voorwaarden van dit premiereglement voldaan is. De aanvrager zal niets doen dat er kan toe strekken deze controle moeilijk of onmogelijk te maken.

 

De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het op het gemeentebudget ingeschreven krediet.

 

Artikel 2

 

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2021 en eindigt op 31 december 2025.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Bestelbonnen en te betalen bedragen - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Deze goedkeuring kadert binnen de reguliere uitgavenprocedure.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen is hoofdbudgethouder en dient de bestelbonnen goed te keuren vooraleer men de verbintenissen kan aangaan. De lijst met bestelbonnen bevindt zich in bijlage. Eveneens dient men de te betalen bedragen goed te keuren. De lijst met te betalen facturen kan men terugvinden in bijlage. De individuele facturen zijn altijd raadpleegbaar via het programma foxboek.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 3, 3° Decreet Lokaal Bestuur

          Andere: Organisatiebeheersysteem

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de bestelbonnen op de goedkeuringslijst bestelbon G/2020/44 goed te keuren.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de te betalen bedragen op de goedkeuringslijst aanrekening G/2020/81 goed te keuren.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Vraag werkingssubsidie Moeder Deerlijkse - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de brief van Moeder Deerlijkse en al dan niet een werkingssubsidie goed te keuren.

 

Motivering

 

Op maandag 19 oktober 2020 richtte de praeses van studentenclub Moeder Deerlijkse zich in een brief tot het college van burgemeester en schepenen met daarin de vraag of zij als Deerlijkse vereniging een werkingssubsidie zouden kunnen verkrijgen van de gemeente.

 

De brief werd doorgestuurd naar de schepen van jeugd en er werd ter advies voorgelegd aan de jeugdraad.

 

          Intern: Jeugdconsulent

 

De vraag naar een financiële ondersteuning vanuit de gemeente werd in het verleden meermaals gesteld door studentenclub Moeder Deerlijkse aan de jeugddienst. Daar werd toen nooit op ingegaan omdat onder andere de toenmalige jeugdraden van mening waren dat een studentenclub geen jeugdwerk is en geen erkende jeugdvereniging.

Mede daarom werd ook opgenomen in het meerjarenplan 2020 - 2025 om een erkenningsreglement op te maken dat van toepassingen kan zijn op alle Deerlijkse verenigingen. Veel verenigingen kunnen niet in één hokje (cultuur, jeugd, sport,...) geplaatst worden. Verenigingen die door hun aard sociaal-maatschappelijk relevant zijn, maar geen specifieke werking hebben die vanuit de gemeentelijke doelstellingen prioritair zijn, wil de gemeente ondersteunen met de toekenning van beperkte nominatieve subsidies. In andere gemeenten en steden krijgen studentenverenigingen vaak ook een nominatieve subsidie om hun werking te ondersteunen.

De activiteiten die Moeder Deerlijkse doet en het doelpubliek die ze aanspreken zijn niet van die aard dat werkingssubsidies gerechtvaardigd zijn.

 

          Extern: Jeugdraad

 

De jeugdraad geeft een positief advies voor het toekennen van een subsidie aan Moeder Deerlijkse.

 

Bij het voorstel van toekenning van nominatieve subsidies voor 2021 werd bijgevolg het voorstel gedaan om meteen ook de nominatieve subsidie voor Moeder Deerlijkse toe te kennen met een bedrag in de lijn van wat andere verenigingen ontvangen.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1. Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Raming of bedrag

200 euro

 

Er is geen krediet voorzien. Dit krediet wordt voorzien in aanpassing meerjarenplan 2 2020-2025.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een nominatieve toelage ten bedrage van 200 euro voor studentenclub Moeder Deerlijkse vanaf 2021 ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad van 26 november 2020. De voorgestelde nominatieve toelage wordt daartoe opgenomen in de door de gemeenteraad goed te keuren lijst met nominatieve toelagen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

OMV_2020075668 - Vichtesteenweg/Breestraat - herinrichting kruispunt - sluiting openbaar onderzoek, rooilijnplan gemeenteweg en zaak der wegen - verzoek agendering gemeenteraad - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het openbaar onderzoek te sluiten en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken het rooilijnplan voor de gemeenteweg Breestraat en de goedkeuring van het wegenisontwerp van de omgevingsvergunning voor de herinrichting van het kruispunt Belgiek, te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad.

 

Motivering

 

Een aanvraag tot omgevingsvergunning voor de herinrichting van het kruispunt Belgiek op een perceel gelegen op openbaar domein en Elf Novemberlaan 13, Vichtesteenweg 107-109A-109B kadastraal bekend: afdeling 1, sectie B, nummers 760T, 760V, 761S, 849K3, werd ingediend door de gemeente Deerlijk, Harelbekestraat 27, 8540 Deerlijk en Wegen West-Vlaanderen, Koning Albert I-laan, 8200 Brugge als aanvragers en Aquafin NV, Dijkstraat 8, 2630 Aartselaar als exploitant.

 

a) Openbaar onderzoek

 

De omgevingsvergunning voor het verkavelen van grond met wegenisdossier werd onderworpen aan een openbaar onderzoek van 24 september 2020 tot en met 23 oktober 2020. Gedurende de periode van het openbaar onderzoek werden twee schriftelijke bezwaren of opmerkingen geformuleerd, één individueel bezwaar en één gezamenlijk bezwaar (petitielijst).

 

De bezwaren handelen samengevat over volgende bezwarende elementen:

1)      Gezamenlijk bezwaar, petitielijst ondertekend door 34 personen

a)      Bezwaar tegen het ontbreken van een veilige ontsluiting van de Oude Vichtestraat als gevolg van de geplande afsluiting ter hoogte van het kruispunt Belgiek. De bezwaarindieners vragen een ernstige studie naar een veilige uitgang voor de Oude Vichtestraat op de N 36 ter hoogte van Jagershoek en suggereren het voorzien van verkeerslichten op dit kruispunt.

2)      Individueel bezwaar

a)      De verhoogde middenberm ter hoogte van het bedrijf MTS bemoeilijkt het oprijden op het bedrijf waardoor verkeersobstructie dreigt voor het verkeer komende vanaf het op- en afrittencomplex rijdend richting Belgiek (wachtend verkeer om op te rijden op de eigendom zal de doorstroom hinderen). Bezwaarindiener vraagt een aangepaste, smallere middenberm of zelfs het verdwijnen van de middenberm zodat de voorsorteerstrook wordt verlengd.

b)      Het stukje grond, eigendom van AWV, waarvan bezwaarindieners over een gebruiksrecht beschikken, wordt ontoegankelijk (1) door de aanleg van een grasstrook en een watergreppel tussen het perceel en de weg en (2) door parkeerstroken te voorzien ter hoogte van de inrit. Bezwaarindiener vraagt het stuk grond ter hoogte van de inrijpoort over een breedte van +/- 10 m opnieuw toegankelijk te maken.

c)      Er verdwijnt heel wat parkeer- en/of laad-/losplaats ter hoogte van het bedrijf van de bezwaarindiener, enerzijds worden de parkeerstroken voor het bedrijf deels geschrapt en anderzijds wordt ook de parkeerstrook aan de overkant van de weg gesupprimeerd en vervangen door een verhoogde berm. Deze strook aan de overzijde wordt door het bedrijf gebruikt voor het laden en lossen van wagens wat nu nagenoeg onmogelijk wordt. Bezwaarindiener vraagt bijgevolg de verhoogde berm aan de overzijde van de weg niet te verhogen en er een zone voor kortparkeren en laden en lossen van te maken.

 

Beide bezwaren zijn tijdig ingediend en aldus ontvankelijk.

De vergunningverlenende overheid dient de bezwaren te behandelen. In het kader van het voorleggen van het wegenisdossier aan de gemeenteraad wordt voorgesteld over de bezwaren volgend standpunt in te nemen:

 

1) a) Het afsluiten van de Oude Vichtestraat is essentieel om de verkeersveiligheid op het kruispunt Belgiek te verhogen. Hierdoor wordt een eenvoudiger, door lichten geregeld, vijftaks kruispunt ingericht waarin alle verkeersstromen hun eigen lichtenregeling krijgen en de doorstroming op de N36 wordt gegarandeerd. Voorliggende aanvraag verandert niets aan het kruispunt Jagershoek/N36, maar heeft wel tot gevolg dat een beperkt aantal woningen van de Oude Vichtestraat via het kruispunt Jagershoek/N36 zullen moeten ontsluiten. De impact op de verkeersdrukte ter hoogte van het kruispunt Jagershoek/N36 wordt als eerder beperkt ingeschat gezien het over een gering aantal extra woningen gaat die via dit kruispunt moeten ontsluiten. In tussentijd zal door de gemeente (in samenspraak met de gemeente Anzegem en AWV) bekeken worden of maatregelen nodig zijn om de verkeersveiligheid ter hoogte van dit kruispunt te verbeteren.

2) a) Het ontwerp van de middengeleider is gebaseerd op de huidige bestaande markeringen waardoor dit dus in toekomst fysiek zal afgedwongen worden om daar niet meer willekeurig te kunnen stationeren / dwarsen. Het overrijdbaar maken of inkorten zou er weer toe leiden dat een rij wachtende vrachtwagens zich daar gemakkelijker zou kunnen opstellen om het tankstation te bereiken, waardoor de bezwaarindiener weer slechter bereikbaar zou zijn, in plaats van beter.

De opmerking dat het verkeer zal moeten vertragen (obstructie van het verkeer) om het bedrijf op te draaien is niet gegrond. De leveringen voor de pakjesdiensten worden over het algemeen uitgevoerd met (middel)grote bestelwagens en niet met trekker-oplegger-combinaties. Het lossen van de autotransporten zal, zoals vandaag, aan de overkant van de weg kunnen blijven gebeuren.

Bijgevolg wordt voorgesteld om de middengeleider niet aan te passen zoals gevraagd.

2) b) Tussen het stuk grond waarnaar verwezen wordt in het bezwaar en het toekomstig fietspad komt een groenstrook of steenslagverharding, maar geen open gracht zoals gesuggereerd zodat, indien voldaan is aan alle wettelijke en algemene bepalingen voor het gebruik van de grond, een toegang mogelijk blijft, weliswaar beperkt tot een breedte van 4,50 m.

2) c) De zijberm aan de overkant van de gewestweg (dus aan de rechterzijde van de rijrichting Vichte) is voorzien om licht verhoogd maar overrijdbaar gemaakt te worden en dit uitsluitend voor parkeren van beperkte duur (voorstel van 15 minuten). Dit betekent dat het lossen van het autotransport aan deze kant zal kunnen blijven gebeuren, als deze strook vrij is. Omdat de N36 een openbare weg is, kan de exclusiviteit voor het parkeren echter niet voorbehouden worden voor één bepaalde partij. Dit geldt trouwens ook voor het parkeren aan de rechterzijde van de rijrichting Deerlijk ter hoogte van de bezwaarindiener.

 

Bijgevolg wordt voorgesteld om naar aanleiding van de ingediende bezwaarschriften geen wijzigingen door te voeren aan de wegenisplannen.

 

b) verlegging Breestraat - gemeentelijk rooilijnplan

 

Binnen de contour van de omgevingsvergunningsaanvraag is voorzien in de deels verlegging van de gemeenteweg Breestraat en het realiseren van een bypass tussen de Breestraat en de Vichteknokstraat en is bijgevolg een rooilijnplan bij het dossier toegevoegd.

 

Het nieuwe rooilijnplan is een uitvoering van de gemeenteraadsbeslissing van 22 februari 2018 waarbij gronden geruild werden overeenkomstig voorliggend plan om het kruispunt Belgiek her in te richten met als doel:

          de congestie op het kruispunt Belgiek te beperken;

          de ontsluiting van het bedrijventerrein Deerlijk-Waregem te vergemakkelijken en te versnellen;

          de verkeersleefbaarheid en -veiligheid op de Belgiek te verbeteren.

Het voornemen tot de wijzigingen aan de gemeenteweg geeft bijgevolg uitvoering aan artikel 3 (doelstellingen) en artikel 4 (principes) van het decreet betreffende de gemeentewegen.

 

Het decreet betreffende de gemeentewegen belast de gemeenteraad met het nemen van de beslissing over het al dan niet wijzigen van het gemeentelijk rooilijnplan alvorens een beslissing te nemen over de goedkeuring van het wegenisdossier (tracé van de wegenis en uitrusting van de wegenis).

 

c) Zaak der wegen

 

Overeenkomstig artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning dient, als de vergunningsaanvraag wegenwerken omvat waarover de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft, de gemeenteraad een beslissing te nemen over de zaak der wegen voor de bevoegde overheid een beslissing neemt over de aanvraag.

Overeenkomstig artikel 47 van het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning dient de gemeenteraad, bij het nemen van een besluit over de wegenwerken, daarbij kennis te nemen van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.

 

Aangezien in voorliggende aanvraag deels een nieuwe wegenis aangelegd wordt, moet het wegenisontwerp ter goedkeuring voorgelegd worden aan de gemeenteraad.

 

Het wegenisdossier bestaat uit de voorliggende plannen, zijnde grondplannen bestaande toestand, ontworpen verharding, ontworpen riolering, lengteprofielen, dwarsprofielen, detailtekeningen, met dossiernummer OMV_2020075668, opgemaakt door SWECO Belgium BV, Arenbergstraat 13 bus 1, 1000 Brussel.

 

De ligging, de breedte en de uitrusting van de wegenis is zo ontworpen dat voldoende aandacht besteed is aan zowel het zwaar verkeer komende van de industriezone Deerlijk-Waregem, het autoverkeer als de zwakke weggebruikers.

 

Naar aanleiding van de bezwaren zijn geen wijzigingen vereist aan het wegenisdossier.

 

Het wegenisontwerp kan bijgevolg ter goedkeuring voorgelegd worden aan de gemeenteraad.

 

Juridische gronden

 

            Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

            Andere:

       Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

       Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

       Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

       Decreet van 3 mei houdende de gemeentewegen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit het openbaar onderzoek.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad de definitieve vaststelling van het gewijzigde gemeentelijk rooilijnplan voor een deel van de gemeenteweg Breestraat en de aansluiting naar de Vichteknokstraat zoals aangeduid op het rooilijnplan (BA_2182_rooilijnplan_P_N_2) te agenderen op de gemeenteraad van 17 december 2020.

 

Artikel 3

 

Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad de goedkeuring van het wegenisontwerp van de omgevingsvergunning tot de herinrichting van het kruispunt Belgiek te agenderen op de gemeenteraad van 17 december 2020.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Organisatie van zwerfvuilactie door het Deerlijks Verlangen - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen tot het organiseren van een zwerfvuilactie, gespreid in de tijd over de maand december 2020.

 

Motivering

 

Onder impuls van het Deerlijks Verlangen zou er in de maand december, langs de routes van de Kerstcorrida, die omwille van de corona pandemie niet door gaat, een zwerfvuilactie georganiseerd worden. De bedoeling is dat gezinnen volgens de geldende corona-maatregelen, elk op hun eigen tempo en een eigen gekozen moment, een stukje van Deerlijk kunnen opruimen.

Vanuit het Deerlijks Verlangen zal gecommuniceerd worden in de lijn van de actuele coronamaatregelen die terug te vinden zijn op de officiële website van de Vlaamse Overheid (https://www.vlaanderen.be/gezondheid-en-welzijn/gezondheid/gezondheid-en-preventie-bij-sociaal-contact-tijdens-de-coronacrisis)

 

Door het spreiden in de tijd en de ruimte van zowel lopers als wandelaars worden er geen plaatsen of momenten verwacht waar veel volk zal samen komen.

Bij wijze van sensibilisatie kan een informatiebord aan de start van deze routes geplaatst worden. Deze start bevindt zich aan de Sint Columba kerk langs de kant van de Hoogstraat.

 

Het ingezamelde zwerfvuil zal in de door IMOG daartoe beschikbaar gestelde zwerfvuilzakken aangeboden worden bij de huis-aan-huis ophaalronde van het huishoudelijk afval. Afspraken hiervoor zullen gemaakt worden met IMOG.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit toelating te verlenen tot het organiseren van een zwerfvuilactie in de maand december 2020, mits kan voldaan worden aan alle geldende corona-maatregelen.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 25 NOVEMBER 2020

Samenwerking diensten gezinszorg - vraag naar financiering

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een beslissing te nemen over mogelijkheden vanuit het lokaal bestuur tot financiering voor de diensten voor gezinszorg en kennis te nemen van het advies van W13 naar aanleiding van deze vraag.

 

Motivering

 

Begin oktober 2020 ontving het lokaal bestuur een schrijven van het West-Vlaams Platform Diensten voor Gezinszorg, gericht aan het college van burgemeester en schepenen, met de vraag of er vanuit het lokaal bestuur mogelijkheden tot financiering voor de diensten waren.

 

Het West-Vlaams Platform Diensten voor Gezinszorg omvat volgende organisaties: Curando vzw, Familiehulp vzw, Familiezorg West-Vlaanderen vzw, I-Mens vzw, OTV Home Care, Partena gezinszorg en Zorggroep H.Hart.

 

De coronacrisis vergt veel inspanningen voor alle diensten en medewerkers in de zorg. Ook de gezins- en thuiszorg blijft laagdrempelige dienstverlening verlenen en dit aan alle zorgvragers, ook aan mensen in een kwetsbare situatie.

 

Omdat dit schrijven aan alle lokale besturen in de regio werd overgemaakt, werd dit overgemaakt aan W13, in de raad van bestuur van W13 met de nodige aandacht besproken en wordt vanuit de 14 aanwezige besturen en het CAW Zuid-West-Vlaanderen volgend advies geformuleerd aan het college van burgemeester en schepenen:

 

De huidige coronacrisis legt de precaire financiering bloot van een aantal organisaties in de zorg- en welzijnssector. Ook de dienstverlening moet worden aangepast aan de huidige maatregelen. Dit vergt extra financiële inspanningen, maar de bestaande financiële middelen zijn hier in sommige gevallen te beperkt. Diverse organisaties, vaak gerelateerd aan de werking van het lokaal bestuur en verankerd in het lokale landschap, komen aankloppen bij het lokaal bestuur met de vraag om hun werking te financieren. Er wordt geadviseerd om enerzijds deze lokale organisaties te blijven versterken en de middelen van de lokale besturen in te zetten voor die organisaties waar andere financieringskanalen zijn weggevallen of onbestaande zijn en anderzijds niet in te gaan op de financiële ondersteuning van de diensten gezinszorg. Deze diensten kunnen zich richten tot de hogere overheden om de werking eventueel nog extra te financieren.

 

De financiering van de diensten voor gezinszorg bestaat voor 90% uit subsidies en de cliëntbijdrage. Om er voor te zorgen dat deze financiering niet in het gedrang komt, kan het lokaal bestuur er wel voor zorgen dat de cliëntbijdrage van de mensen in een (financieel) kwetsbare situatie gegarandeerd blijft. Lokale besturen kunnen hiervoor de ontvangen subsidie “COVID-19 voor de doelgroep van het OCMW” inzetten en/of dit via de bestaande steunmaatregelen opvangen. We willen dan ook adviseren aan de diensten voor gezinszorg om mensen in een financieel kwetsbare situatie of mensen die door de coronacrisis te maken hebben met een inkomens- of koopkrachtverlies door te verwijzen naar het lokaal OCMW. Op die manier kunnen we er voor zorgen dat de mogelijk openstaande facturen betaald worden en vanuit een grote erkentelijkheid voor de dagelijkse inspanningen van de diensten voor gezinszorg er voor zorgen dat de bestaande financiering niet in het gedrang komt.

 

Juridische gronden

 

          Algemene basisbevoegdheid: Artikel 56, §1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit kennis te nemen van het advies van de raad van bestuur van W13 naar aanleiding van de vraag van het West-Vlaams Platform Diensten voor Gezinszorg, gericht aan de lokale besturen of er vanuit het lokaal bestuur mogelijkheden tot financiering voor de diensten zijn.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit naar aanleiding van de vraag van het West-Vlaams Platform Diensten voor Gezinszorg geen financiële ondersteuning voor de diensten voor gezinszorg te voorzien, maar de diensten voor gezinszorg te adviseren om mensen in een financieel kwetsbare situatie of mensen die door de coronacrisis te maken hebben met een inkomens- of koopkrachtverlies door te verwijzen naar het lokale OCMW, zodat mogelijk openstaande facturen betaald worden en vanuit een grote erkentelijkheid voor de dagelijkse inspanningen van de diensten voor gezinszorg de bestaande financiering niet in het gedrang komt.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 03/12/2020
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.