DEERLIJK

5 JULI 2023

 

AANWEZIG

 

Burgemeester: Claude Croes

 

Schepenen: Bert Schelfhout, Regine Vanwynsberghe-Rooryck, Philip Ghekiere, Matthias Vanneste

Algemeen directeur: Karel Bauters

 

VERONTSCHULDIGD

 

Schepen: Louis Vanderbeken

 

 

Bij aanvang van deze zitting vindt een toelichting plaats door een afgevaardigde van Leiedal in verband met het project 'na-oorlogse woonwijken' en de resident.

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.1. College van burgemeester en schepenen - verslag van de zitting van 28 juni 2023 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd het verslag van de vorige zitting goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen overloopt het verslag van de zitting van 28 juni 2023.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 50 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit het verslag van de zitting van 28 juni 2023 goed te keuren.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.2. Beslissingen algemeen directeur - juni 2023- kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de besluiten van de algemeen directeur van de maand juni 2023.

 

Motivering

 

De algemeen directeur staat in voor de algemene leiding van de diensten van de gemeente en van de diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.

 

De algemeen directeur rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, aan het vast bureau en aan het bijzonder comité voor de sociale dienst.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 170 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de besluiten van de algemeen directeur van de maand juni 2023.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.3. Agentschap Binnenlands Bestuur - omzendbrief beslissingen verkiezingsjaar - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd kennis te nemen van de omzendbrief van Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen, Bart Somers betreffende beslissingen tijdens het jaar van de gemeenteraads-, stadsdistrictsraads-, provincieraadsverkiezingen en de verkiezingen van de raad voor maatschappelijk welzijn tot aan de installatie van de nieuwe raden en het gebruik van de informatiemiddelen tijdens de hele bestuursperiode.

 

Motivering

 

Op woensdag 28 juni 2023 heeft de gemeente Deerlijk via het Loket voor Lokale Besturen voormelde omzendbrief VR 2023 0906 MED.0203/2, waarvan een afdruk in bijlage van dit agendapunt, ontvangen.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van omzendbrief VR 2023 0906 MED. 0203/2 betreffende beslissingen tijdens het jaar van de gemeenteraads-, stadsdistrictsraads-, provincieraadsverkiezingen en de verkiezingen van de raad voor maatschappelijk welzijn tot aan de installatie van de nieuwe raden en het gebruik van de informatiemiddelen tijdens de hele bestuursperiode.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.4. Diverse verslagen - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen.

 

Motivering

 

Volgende verslagen werden overgemaakt aan de gemeente:

 

        Vervoerregioraad regio Kortrijk - verslag van 26 juni 2023

        Psilon - verslag van de algemene vergadering van 21 juni 2023

        Afzonderlijk Bijzonder Comité betreffende het gemeentelijk lager onderwijs en het bijzonder basisonderwijs - verslag van 20 juni 2023

        Imog - verslag en presentatie periodiek overleg Finance van 26 mei 2023

        De Watergroep - verslag van de algemene vergadering van 9 juni 2023

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.5. Verslag politiecollege - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van de aan de gemeente overgemaakte verslagen van het politiecollege.

 

Motivering

 

Het verslag van het politiecollege van 8 juni 2023 en 20 juni 2023 werd overgemaakt aan de gemeente.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de ontvangen verslagen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.6. Receptionele aangelegenheden - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.7. Verantwoordelijke depot / planner (B1-B3) - afsluiting kandidaturen en uitslag selectieprocedure - kennisname

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.8. Beleidsmedewerker mobiliteit en ruimte (B4-B5) - uitslag aanwervingsprocedure en aanstelling in contractueel verband voor onbepaalde duur - goedkeuring

 

STEMMINGEN

Eenparig goedgekeurd

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.9. Kinderboerderij Bokkeslot - verslag Raad van Bestuur van 25 april 2023 - kennisname

 

Aanleiding en context

 

De raad van bestuur van Kinderboerderij Bokkeslot hield een vergadering op 25 april 2023.

Het college van burgemeester en schepenen wordt verzocht kennis te nemen van het verslag.

 

Motivering

 

De gemeenteraad keurde in zitting van 28 mei 2020 het vernieuwde premiereglement exploitatiepremie Kinderboerderij Bokkeslot goed. Volgens artikel 3 van dit premiereglement is één van de voorwaarden voor het ontvangen van de jaarlijkse premie dat de verslagen van de raad van bestuur en de algemene vergadering, na goedkeuring in haar raad van bestuur, bezorgd worden aan de jeugdconsulent en ter kennisname voorgelegd worden aan het college van burgemeester en schepenen.

 

Het verslag van deze vergadering werd goedgekeurd in een volgende zitting van de raad van bestuur van Kinderboerderij Bokkeslot van 7 juni 2023.

 

De bijbehorende toelichting is te vinden in het verslag als bijlage.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het goedgekeurde verslag.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.10. Feestelijkheden - vzw Belgasia - gebruik gemeentelijke roosters - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters.

 

Motivering

 

Tijdelijke publiciteit op het openbaar domein naar aanleiding van manifestaties van culturele, levensbeschouwelijke, liefdadige of sportieve aard kunnen enkel gebeuren op de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde roosters.

 

Om de rommelmarkt op de Molenhoek te Deerlijk op zondag 20 augustus 2023 bekend te maken, vraagt vzw Belgasia om de gemeentelijke roosters te mogen gebruiken voor het ophangen van hun publiciteitsborden.

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Hfdst. 3, art. 221-224 Algemene Politieverordening

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit aan vzw Belgasia toelating te verlenen voor het gebruik van de gemeentelijke roosters

 

Artikel 2

 

Voor de praktische afhandeling dient contact opgenomen worden met het vrijetijdspunt op het telefoonnummer 056 71 89 81 of via mail aan vrijetijd@deerlijk.be.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.11. Feestelijkheden - Straatfeest - Veldstraat - 9 juli 2023 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd toelating te verlenen voor de verschillende onderdelen van de aanvraag voor het houden van een straatfeest in de Veldstraat te Deerlijk.

 

Motivering

 

Straatcomité Veldstraat wenst een straatfeest, de Veldfeesten, te organiseren op zondag 9 juli 2023.

 

Zij vragen daarbij:

 

        politionele medewerking

 

Het verkeersvrij houden van de Veldstraat op zondag 9 juli 2023 van 10.00 uur tot en met 20.00 uur.

 

PZ Gavers verleende op 29 juni 2023 positief advies, heeft de nodige verkeersmaatregelen opgesteld conform het signalisatieplan ingetekend in Eagle.be met uniek nummer 1867978 en vraagt de organisatoren om geen obstakels over de rijbaan te plaatsen en een doorgang van 3 m vrij te houden voor de hulpdiensten.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Plaatsing verkeerssignalisatie

        Beslissing van het politiecollege van 27 november 2008

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit zijn goedkeuring te verlenen voor dit straatfeest.

 

Artikel 2

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit de gevraagde politionele medewerking te verlenen.

 

De inrichter dient zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de politie. De politie zal enkel instaan voor het toezicht op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie.

De levering van de verkeerssignalisatie gebeurt door de technische diensten van de gemeente. De controle op de naleving van het eventuele parkeerverbod gebeurt door de politie.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.12. Feestelijkheden - Unizo Deerlijk - plaatsen werfhekkkens - netwerkmoment Padelski - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om toelating/medewerking te verlenen voor het tijdelijk plaatsen van werfhekkens op de verschillende ingangswegen ter promotie van het netwerkmoment "Padelski", georganiseerd door Unizo Deerlijk.

 

Motivering

 

Unizo Deerlijk vraagt het gemeentebestuur, per mail dd. 30 juni 2023, om werfhekkens te plaatsen op de invalswegen voor het ophangen van banners ter communicatie en promotie van het netwerkmoment "Padelski" vanaf 7 juli tot daags na de activiteit.

 

Hiervoor vraagt het comité om op volgende plaatsen werfhekkens in driehoeksvorm te voorzien:

        kerk Sint-Lodewijk

        kerk centrum

        kruispunt Molenhoek

        kruispunt Belgiek

        statie

 

Bij eerdere aanvragen van organisatoren om heras opstellingen met spandoeken te voorzien, ter promotie van hun evenement, werden volgende locaties door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd:

        recht tegenover kerk Sint-Lodewijk

        kerk centrum (kant Hoogstraat)

        kruispunt Molenhoek

        kruispunt Belgiek

        statie (dicht bij de overweg)

 

Om een wildgroei van dergelijke heras opstellingen, in aanvulling van de gemeentelijke roosters, te vermijden, adviseren de gemeentediensten om enkel opstellingen door de gemeente te voorzien op bovenstaande vijf, reeds eerder goedgekeurde, strategisch in het oog springende locaties.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 1 Decreet Lokaal Bestuur

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen besluit Unizo toelating/medewerking te verlenen ter promotie van het netwerkmoment " Padelski", door heras opstellingen te voorzien op volgende locaties, en dit vanaf vrijdag 7 juli 2023 tot en met zondag 20 augustus 2023:

        kruispunt Molenhoek

        recht tegenover kerk Sint-Lodewijk

        kerk centrum (kant Hoogstraat)

        kruispunt Belgiek

        statie (dicht bij de overweg)

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.13. OMV 2023_23 - Oude Pastoriestraat 6 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het wijzigen van de functie van landbouwbedrijfszetel naar woning, op een perceel gelegen Oude Pastoriestraat 6 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 612 E aangevraagd door de heer Patrick Dejager wonende Oude Pastoriestraat 6 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 28 juni 2023.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        De footprint van de site kan niet vergroot worden door het (bijkomend) aansnijden van agrarisch gebied in functie van zonevreemd wonen (vertuining).

        Het vestigen van een zonevreemde bedrijfsactiviteit wordt uitgesloten.

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming agrarisch gebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag wijkt af van de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

     Provinciale verordening inzake het overwelven van baangrachten, vastgesteld door de provincieraad in zitting van 23 juli 2008.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 29 mei 1985 door het college van burgemeester en schepenen voor het verbouwen van een bestaande schuur met afdak.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 mei 2011 door het college van burgemeester en schepenen voor het herbouwen van een bijgebouw.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 11 mei 2016 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een elektriciteitscabine nr. 18990 “Jagershof”.

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Milieuvergunning afgeleverd op 10 oktober 1990 door het college van burgemeester en schepenen voor aktename inrichting klasse 2 – grote zoogdieren en opslag dierlijke mest

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1 Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 16.362 m² en is gelegen langs de Oude Pastoriestraat op ongeveer 350 m ten zuidoosten van de kern van Sint-Lodewijk. De Oude Pastoriestraat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Het is een vrij landelijke en smalle weg geflankeerd door lintbebouwing.

Het perceel is bebouwd. Op het terrein zijn een landbouwwoning en 3 vrijstaande loodsen aanwezig. De bijgebouwen hebben als functie: loods (195 m²), berging (68,8 m²), garage 69,9 m² en tuinhuis (66 m²). Het binnenplein, alsook de toegang tot het binnenplein en tot de loods zijn volledig verhard. Rondom de woning en gebouwen is er gras/weiland.

De woning is gelegen op de overgang tussen de bebouwde omgeving van Sint-Lodewijk en de landelijke, agrarische omgeving. De directe omgeving bestaat dan ook ten noorden uit woningen, ten zuiden uit weiland en akkerland.

 

3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag betreft het wijzigen van de functie van landbouwsite naar residentieel wonen met bijgebouwen. De landbouwsite bestaat uit een garage, woning, tuinhuis, loods en berging.

De landbouwsite heeft een totale oppervlakte van 1,6 ha en is sinds 1992 bewoond door de huidige eigenaars.

Aan de site gebeuren voor het overige geen aanpassingen.

 

3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 12 mei 2023 tot 10 juni 2023. Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ingediend.

 

  1. Adviezen

 

Het Departement landbouw en Visserij werd om advies verzocht op 4 mei 2023. De adviesinstantie bracht op 22 juni een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

“Het omvormen van dergelijke sites met landbouwpotentieel, gelegen binnen een goed gestructureerd landbouwgebied, staat haaks op het Vlaams beleid geformuleerd in het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. Er moet zodoende zeer terughoudend omgegaan worden met het omvormen van landbouwsites naar een zonevreemde toestand (zie ook omzendbrief RO 2017/01 voor meer duiding hieromtrent).

 

De site sluit ten noorden onmiddellijk aan bij woongebied (Sint – Lodewijk). Ten zuiden ligt er op geringe afstand (< 300 m) nog een woongebied. Het gebied waarin de site ligt, betreft geen uitgesproken landbouwgebied (minder dan 45% van de omliggende percelen is in landbouwgebruik). Het aantal actieve landbouwzetels is in verhouding met niet – landbouwsites zeer beperkt waardoor de impact van de bijkomende zonevreemdheid op deze landbouwbedrijven als gering wordt ingeschat.

 

Gelet op de ligging van de site en de geringe impact van een functiewijziging van deze site naar zonevreemde woning met bijgebouwen op omliggende landbouwbedrijven is de gevraagde functiewijziging hier functioneel inpasbaar en bijgevolg aanvaardbaar voor het Departement Landbouw en Visserij. Het Departement Landbouw en Visserij brengt dan ook een gunstig advies uit voor de zonevreemde functiewijziging op voorwaarde dat bij toekomstige aanpassingen de zonevreemde wetgeving gerespecteerd wordt, dat de footprint van de site niet vergroot mag worden door het bijkomend aansnijden van agrarisch gebied in functie van zonevreemd wonen (vertuining). Verder is ook het vestigen van een niet toegelaten zonevreemde bedrijfsactiviteit ter plekke niet mogelijk.”

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1 Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meebepaald aan de voorschriften van het agrarisch gebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 11.4.1. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

Agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven.

Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht op ten minste 300m van een woongebied of op ten minste 100m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

De aanvraag wijkt af van de voorschriften van het gewestplan.

De aanvraag valt onder de basisrechten voor zonevreemde constructies van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening voor wat betreft de verbouwing van de zonevreemde woning waarbij artikel 4.4.10 en volgende stelt dat in alle bestemmingsgebieden de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning voor het verbouwen van een bestaande zonevreemde woning op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal en waarbij artikel 4.4.11 stelt dat de toetsing aan de goede ruimtelijke ordening onverkort geldt bij de afgifte van een vergunning.

De aanvraag valt tevens onder artikel 11 van het Besluit van zonevreemde functiewijzigingen waarin gesteld wordt dat met toepassing van artikel 4.4.23 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening een vergunning kan worden verleend voor het geheel of gedeeltelijk wijzigen van het gebruik van een eventueel leegstaand landbouwbedrijf, met als nieuw gebruik uitsluitend wonen, op voorwaarde dat al de volgende voorschriften nageleefd worden: 

1° de bedrijfswoning en de fysiek aansluitende aanhorigheden die in bouwtechnisch opzicht een rechtstreekse aansluiting of steun vinden bij de bedrijfswoning, krijgen als nieuw gebruik wonen, met uitsluiting van meergezinswoningen maar met inbegrip van tijdelijke verblijfsgelegenheden op voorwaarde dat landbouw als nevenbestemming nog aanwezig blijft;
2° de bedrijfsgebouwen van het landbouwbedrijf mogen niet afgesplitst worden van de bedrijfswoning en kunnen alleen een nieuw gebruik krijgen als woningbijgebouwen, of als accommodatie voor tijdelijke verblijfsgelegenheden op voorwaarde dat landbouw als nevenbestemming nog aanwezig blijft.

In dit artikel wordt uitdrukkelijk gesteld dat hoevegebouwen functioneel moeten worden omgezet naar een (loutere) woonfunctie, alvorens zij in aanmerking komen voor de zonevreemde regelingen inzake verbouw, herbouw of uitbreiding van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Deze aanvraag valt hieronder.

Conform omzendbrief RO 2017/01 Een gedifferentieerd ruimtelijk transformatiebeleid in de bebouwde en ongebouwde gebieden - art 4.2. en in het bijzonder naar art. 4.2.3. van deze omzendbrief waarin een strikte interpretatie van de basisrechten voor zonevreemde constructies en het Besluit Zonevreemde Functiewijzigingen aangegeven wordt, dient voorgaande afwijking van het gewestplan en de mogelijkheden conform art. 4.4.10 en volgende en art. 4.4.23 en volgende te worden beschouwd als uitzonderingsbepalingen en heel strikt te worden toegepast. Het advies van het Departement Landbouw en Visserij geeft waardevolle informatie, rekening houdend met het principe dat bestaande bedrijfszetels maximaal herbenut moeten worden voor landbouw gerelateerde functies.

De advies van de afdeling Landbouw in dit dossier is voorwaardelijk gunstig.

 

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oude pastoriestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
De omzendbrief OMG/2022/1 ‘Richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ reikt richtlijnen aan voor het toepassen van het nieuwe watertoetsbesluit, alsook voor het vrijwaren van watergevoelige gebieden.

 

De betrokken gebouwen zijn volgens de fluviale en de pluviale overstromingskaart niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone.

De noordelijke delen van het perceel zijn volgens de fluviale overstromingskaart gelegen in een zone met middelgrote overstromingskans

De voorliggende aanvraag heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte.

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater.

Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4 Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

 

7.9 Milieuaspecten

Niet van toepassing.

 

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Functie:

De aanvraag heeft betrekking op het wijzigen van de functie van landbouwsite naar residentieel wonen met bijgebouwen. De landbouwactiviteiten zijn reeds geruime tijd stopgezet. Uit het advies van Departement Landbouw en Visserij blijkt dat dit sinds 2007 is. De aanvraag heeft zodoende geen betrekking meer op professionele activiteiten of para-agrarische activiteiten. Gezien het gebied waarin de site ligt, geen uitgesproken landbouwgebied is (minder dan 45% van de omliggende percelen is in landbouwgebruik) en gezien het aantal actieve landbouwzetels in verhouding met het aantal niet-actieve landbouwsites beperkt is, zal de impact van de bijkomende zonevreemdheid beperkt zijn. De functiewijziging veroorzaakt geen schade aan de externe landbouwstructuren en de aanwezige agrarische dynamiek. Echter kan de footprint van de site niet vergroot worden door het (bijkomend) aansnijden van agrarisch gebied in functie van zonevreemd wonen (vertuining) en wordt het vestigen van een zonevreemde bedrijfsactiviteit uitgesloten. Dit wordt als voorwaarde opgelegd.

 

Inplanting, bouwvolume en verschijningsvorm:

Er worden geen aanpassingen gedaan aan de inplanting, het volume en de verschijningsvorm

 

Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

De functie wordt officieel gewijzigd van landbouwsite naar eengezinswoning. De woonfunctie, zonder landbouwactiviteit, is echter al geruime tijd aanwezig. Bijgevolg wordt geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht.

 

Conclusie:

Het ontwerp kan mits het naleven van de voorwaarden verenigbaar gemaakt worden met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet geen bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.12 Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13 Bespreking adviezen

Het advies van Landbouw en Visserij is voorwaardelijk gunstig. In het advies zijn er een aantal bijkomende aandachtspunten opgenomen in het kader van het omvormen van landbouwsites naar een zonevreemde functie (Zie ook omzendbrief RO 2017/01).  Gelet op de kennis ter zaken dient opgelegd te worden dat de voorwaarden geformuleerd in het advies stipt nageleefd te worden.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

     Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

     Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Patrick Dejager wonende Oude Pastoriestraat 6 te 8540 Deerlijk, voor het wijzigen van de functie van landbouwbedrijfszetel naar woning, op een perceel gelegen Oude Pastoriestraat 6 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 612 E, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        De footprint van de site kan niet vergroot worden door het (bijkomend) aansnijden van agrarisch gebied in functie van zonevreemd wonen (vertuining).

        Het vestigen van een zonevreemde bedrijfsactiviteit wordt uitgesloten.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.14. OMV_2023017628 - OMV 2023.37  - Nijverheidslaan 38 - Beslissing Deputatie - aktename

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van de beslissing over de aanvraag tot omgevingsvergunning, ingediend door NV Brenntag. Het betreft een aanvraag tot het bijstellen van de vergunningsvoorwaarden, op een perceel gelegen Nijverheidslaan 38, 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Op 22 juni 2023 heeft de deputatie van de Provincie West-Vlaanderen de volgende beslissing genomen: Het verzoek tot bijstelling van de voorwaarde wordt ingewilligd.

De bijstelling wordt verleend voor een termijn tot 4 augustus 2025, samenvallend met de lopende basisvergunning. 

 

CONCLUSIE en BESLUIT

 

Artikel 1

Het verzoek van NV BRENNTAG, strekkende tot het bijstellen van de voorwaarde voor de inrichting gelegen te Nijverheidslaan 38 te 8540 Deerlijk wordt ingewilligd.

 

De locatie van de ingedeelde inrichting of activiteit is gekend onder het inrichtingsnummer 20180403-0110 en heeft betrekking op een terrein kadastraal gekend als: DEERLIJK 1 AFD, sectie B, nrs. 0960T/

 

Artikel 2

De milieuvoorwaarden worden als volgt bijgesteld :

Lozingsnormen:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

        Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt akte van de beslissing van de deputatie van de Provincie West-Vlaanderen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.15. OMV 2023_43 - Schepen Paul Vanaverbekestraat 11 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een tuinhuis, op een perceel gelegen Schepen Paul Vanaverbekestraat 11 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 835 P aangevraagd door Kim Devos met als contactadres Schepen Paul Vanaverbekestraat 11 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 juni 2023.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van de niet-vervallen verkaveling die door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd werd op 14 september 2016 (dossiernummer gemeente: 1034-7/20163).

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het verkavelingsplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag wijkt af van de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

     Provinciale verordening inzake het overwelven van baangrachten, vastgesteld door de provincieraad in zitting van 23 juli 2008.

     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Er zijn geen stedenbouwkundige vergunningen relevant voor het betrokken goed.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 16 mei 2018 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een tuinhuis.

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 26 september 2018 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning.

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 24 juli 2019 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning (gewijzigde aanvraag).

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1 Beschrijving van de omgeving

De eigendom is gelegen langsheen de Schepen Paul Vanaverbekestraat, een voldoende uitgeruste weg in het zuiden van de gemeente. De omgeving wordt gekenmerkt door een recente verkaveling en achterliggend agrarisch gebied. In de verkaveling zijn vrijstaande eengezinswoningen voorzien. Het perceel heeft een oppervlakte van 493 m² en is bebouwd.

 

3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst een tuinhuis op te richten bij een alleenstaande eengezinswoning. De constructie wordt ingeplant op 3 m achter de achtergevel van de woning en op 1 m van de linkerkavelgrens. Het bijgebouw is opgericht als rechthoek met kleine sprong in de breedte en met een oppervlakte van 12,15 m². Het geheel bestaat uit 2 delen met verschillende materialen namelijk een eerste houten gedeelte van 3 m diep en een tweede gemetst gedeelte van 1,5 m diep. Het dak is een zadeldak met nokhoogte van 3,45 m afgewerkt met pannen en een dakhelling van 45°. In de voorgevel wordt een deuropening voorzien en een klein raam in de uitsprong van het gemetste gedeelte. Bij de opbouw worden dezelfde materialen gebruikt als van de woning.

 

3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 4 mei 2023 tot 2 juni 2023. Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaarschriften ingediend.

 

  1. Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1 Planologische toets

De aanvraag dient te worden afgetoetst aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, zijnde aan de voorschriften van het woongebied. 

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften voor de betrokken bestemmingszone(s) luiden als volgt :

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een bijgebouw bij een bestaande woning zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van een gewestplan.

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van de niet-vervallen verkaveling die door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd werd op 14 september 2016 (dossiernummer gemeente: 1034-7/20163).

 

De aanvraag wijkt af van de voorschriften. Hiervoor wordt toepassing gemaakt van artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Het ontwerp is op volgende punten in strijd met de voorschriften:

Plan schrijft voor:

ontwerp voorziet:

Maximale dakhelling bijgebouw: 30°

Dakhelling van 45°

 

Het gevraagde is voor het overige in overeenstemming met de voorzieningen van de verkaveling gezien er maximaal 1 bijgebouw in de achtertuinstrook wordt gebouwd, de tuinzone nog voldoende kan ingericht worden met levend groen, er steeds minstens op 1 m van de zijperceelsgrenzen en minstens 2 m achter de achtergevel van de woning gebouwd wordt, de oppervlakte van dit bijgebouw onder de 30 m² blijft, de bouwhoogte onder de 4,5 m blijft, de maximale terreinbezetting van 40 % niet overschreden wordt en de gebruikte materialen eigentijds en esthetisch verwantwoord zijn.

Artikel 4.4.1 van de VCRO voorziet dat, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen kunnen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.

De afwijking heeft betrekking op de dakvorm (hellingsgraad) zodat een afwijking overwogen kan worden. In combinatie met de verschijningsvorm van de woning is een gelijkvormige dakhelling zoals deze van de woning esthetisch te verantwoorden. De maximale bouwhoogte wordt niet overschreden. De afwijking is eerder beperkt en heeft geen invloed op het straatbeeld waardoor de gevraagde afwijking positief kan beoordeeld worden.

 

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Schepen Paul Vanaverbekestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

De omzendbrief OMG/2022/1 ‘Richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ reikt richtlijnen aan voor het toepassen van het nieuwe watertoetsbesluit, alsook voor het vrijwaren van watergevoelige gebieden.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<40 m²).

Het betrokken goed is volgens de fluviale en de pluviale overstromingskaart niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone. Er dringen zich in het kader van de watertoets geen maatregelen op inzake overstromingsvrij bouwen of beperkingen inzake de inname van komberging.

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4 Mer-screening

Niet van toepassing

 

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9 Milieuaspecten

Niet van toepassing.

 

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Functie:

De aanvraag heeft betrekking op het bouwen van een bijgebouw bij een bestaande eengezinswoning. De functie wijzigt niet en het bijgebouw zal geen nevenfunctie omvatten en zal gebruikt worden als tuinberging.

 

Inplanting en ruimtegebruik:

De inplanting is volgens de ingediende plannen op voldoende afstand van de betrokken perceelsgrenzen.

 

Bouwvolume en gabarit:

Het volume en de hoogte van het bijgebouw zijn beperkt en ondergeschikt aan de woning en tevens inpasbaar aan de betreffende omgeving. Het ontwerp wijkt af van de verkavelingsvoorschriften voor wat betreft de dakhelling. Deze afwijking is te verantwoorden en wordt behandeld binnen het onderdeel ‘planologische toets. Er werden tijdens het openbaar onderzoek geen bezwaren noch opmerkingen ingediend zodat we kunnen stellen dat het gevraagde qua volume en gabarit inpasbaar is in de omgeving.

 

Verschijningsvorm:

Het bijgebouw wordt opgetrokken in de achtertuin waardoor het ontwerp geen rechtstreekse impact heeft op het straatbeeld. Het bijgebouw is door zijn beperkt volume en afwerking in hout en metselwerk integreerbaar in de tuinzone.

 

Groen- en omgevingsaanleg:

De woning beschikt over een voldoende ruime tuinzone om een kwalitatieve tuin te kunnen aanleggen.

 

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12 Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13 Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

     Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

     Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Kim Devos met als contactadres Schepen Paul Vanaverbekestraat 11 te 8540 Deerlijk, voor het plaatsen van een tuinhuis, op een perceel gelegen Schepen Paul Vanaverbekestraat 11 en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E 835 P.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.16. OMV 2023_65 - Kortrijkse heerweg 104 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het uitbreiden van een opslagplaats en hernieuwen van de milieuvergunning, op een perceel gelegen Kortrijkse heerweg 104 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 5 G, (afd. 1) sectie A 5 R3, (afd. 1) sectie A 5 N3, (afd. 1) sectie A 5 W3, (afd. 1) sectie A 5 X3, (afd. 1) sectie A 5 Y3 en (afd. 1) sectie A 5 Z3 aangevraagd door Mathieu De Munster namens GOLDLUX BVBA gevestigd Kortrijkse heerweg 209 te 8540 Deerlijk en namens MUVANTEX NV gevestigd Kortrijkse heerweg 209 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 juni 2023.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        Het brandpreventieverslag dient stipt te worden nageleefd.

        Er mag geëxploiteerd worden van maandagmorgen 5.00 uur tot zaterdagmiddag 12.00 uur.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken, met uitzondering van de toegestane afwijking, die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

 

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als bestemming woonuitbreidingsgebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het Sectoraal BPA zonevreemde bedrijven, fase II, deelplan nummer 1/2 (goedgekeurd bij ministerieel besluit op 27/3/2002).

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het BPA is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 (en latere wijzigingen).

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

     Provinciale verordening inzake het overwelven van baangrachten, vastgesteld door de provincieraad in zitting van 23 juli 2008.

     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 25 oktober 1962 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een vleeswarenfabriek.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 26 april 1963 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een weefplaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 december 1963 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een woonhuis.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 6 mei 1971 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een bestaande weverij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 4 oktober 1972 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een werkplaats + bergplaats camions.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 11 oktober 1972 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de bestaande woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 1 april 1976 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de bestaande weverij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 juni 1979 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de werkplaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 2 oktober 1985 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de werkplaats en parkeerplaats.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 9 oktober 1991 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de bestaande weverij.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 november 1992 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een klein afdak.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 mei 1999 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de bestaande woning.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 7 juli 1999 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een tuinhuis.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 juni 2002 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een watertank + pomplokaal voor sprinklerinstallatie en uitbreiden van het bedrijf na sloping bijgebouwen.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 2 maart 2011 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van een huis, schuur en kot.

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende pré-Vlarem vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        ARAB vergunning afgeleverd op 1 augustus 1963 door het college van burgemeester en schepenen voor een vleeswarenfabriek met ondergrondse mazouttank van 5.000 liter en een propaantank van 100 liter.

        ARAB vergunning afgeleverd op 3 september 1966 door het college van burgemeester en schepenen voor een stoomketel.

        ARAB vergunning afgeleverd op 30 november 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een stoomketel.

 

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        milieuvergunning afgeleverd op 16 september 1992 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbaten van een vleeswarenfabriek.

        milieuvergunning afgeleverd op 7 oktober 1992 door het college van burgemeester en schepenen voor het exploiteren van een tapijtweverij.

        milieuvergunning afgeleverd op 13 mei 1998 door het college van burgemeester en schepenen voor een meubelstoffenweverij.

        milieuvergunning afgeleverd op 26 juni 2013 door het college van burgemeester en schepenen voor een inrichting voor de productie van meubelstoffen.

        milieuvergunning afgeleverd op 24 mei 2017 door het college van burgemeester en schepenen voor een inrichting voor de productie van meubelstoffen.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Er zijn geen voorgaande omgevingsvergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1 Beschrijving van de omgeving

Het bedrijf is gelegen langs de Kortrijkse heerweg, een 2-vaks verbindingsweg tussen Deerlijk en Harelbeke met vrij liggende fietspaden. De omgeving aan de noordkant van de weg heeft een residentieel karakter en wordt bepaald door de aanwezigheid van eengezinswoningen. Achterliggend bevindt zich een recente woonwijk met hoofdzakelijk gekoppelde eengezinswoningen. De zuidkant van de weg omvat hoofdzakelijk landbouwgronden en bedrijvigheid. Het bedrijf bestaat uit 2 gebouwencomplexen met tussenin een doorgang die tot het einde van het goed doorloopt. Achteraan en aan de zijperceelsgrenzen van het perceel bevindt zich een ruime groenzone en buffergroen.

 

3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag omvat de uitbreiding van de bestaande opslagplaats op een industriële constructiewijze. De nieuwbouw wordt gerealiseerd in de hoek tussen de weverij en het garenmagazijn, achteraan het oostelijk gelegen deel van de bedrijfsgebouwen. De uitbreiding zal een lengte hebben van 11,80 m, een breedte van 17 m en een maximale hoogte van 6,50 m. Het blokvormig geheel wordt opgebouwd van onderen naar boven met een grijze betonplint, wanden van industriële golfplaten en een licht hellend dak van geïsoleerde sandwichpanelen. In de achtergevel wordt een geïsoleerde, sectionale poort voorzien van 4 m breed en 4,20 m hoog. De zijgevel blijft op 9 m van de perceelsgrens in lijn met de bestaande bebouwing. Er wordt geen uitbreiding van de verharding rond de gebouwen voorzien.

 

3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De exploitatie betreft een bedrijf voor de productie van meubelstoffen. De basisgrondstoffen worden ingekocht. Verder volgt enkel een mechanische productie van meubelstoffen aan de hand van bobijnmolens, weefgetouwen en oprolmachines. De afgewerkte producten worden verpakt en in afwachting van verzending op paletten gestapeld. Er wordt een vergunning gevraagd voor het uitbreiden van het bedrijfsgebouw. Daarbij verplaatst een deel van de opslag van textiel naar dit bijgebouw zodat er ruimte vrijkomt voor 2 nieuwe Dornier weefgetouwen. Daarnaast wordt voor de ingedeelde inrichting ook een actualisatie van de rubrieken aangevraagd. In hoofdzaak wordt een uitbreiding van het vermogen voor het mechanisch behandelen van textiel aangevraagd.

 

Er wordt tevens een afwijking gevraagd van de sectorale voorwaarden (Art. 5.41.1.4 – rustverstorende werkzaamheden): Tenzij anders vermeld in de omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit en onverminderd de bepalingen van hoofdstuk 4.5. zijn rustverstorende werkzaamheden inherent aan de exploitatie van de inrichting verboden van 19.00 uur tot 7.00 uur, alsook op zon- en feestdagen.

De exploitant vraagt om de afwijking te behouden uit de vergunning van 30 mei 2017 waardoor er volcontinu mag geëxploiteerd worden. Het bedrijf werkt namelijk in een 3-ploegensysteem, waarbij ook ’s nachts wordt gewerkt. Er wordt ‘s nachts met gesloten poorten gewerkt om hinder naar de omgeving toe te vermijden. ’s Nachts is er geen aanlevering of afvoer van goederen.

Tot op heden heeft het bedrijf noch de gemeente klachten ontvangen van de buren. Het bedrijf vraagt hierbij dan ook om de afwijking te behouden waarbij mag geëxploiteerd worden van maandagmorgen 5.00 uur tot zaterdagmiddag 12.00 uur.

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

6.4.1°

Opslag van brandbare vloeistoffen

(20) oliën en vetten: 1.200 liter (Ongewijzigd)

1.200 liter

3

6.5.1°

(23) Brandstofverdeelslang op dieseltank (Ongewijzigd)

1 verdeelslang

3

16.3.2°a)

Luchtcompressoren, warmtepompen en airco’s

(2) 2 airco’s van elk 10 kW

(14) compressor van 7,5 kW (Ongewijzigd)

27,5 kW

3

17.3.2.1.1.1°b)

Opslag ontvlambare vloeistoffen:

(21) ondergrondse stookolietank van 8.500 liter (7.225 kg)

(23) bovengrondse ingekuipte dieseltank van 2.200 liter (1.870 kg)

(25) dieselopslag sprinklerinstallatie van 300 liter (255 kg)

(28) bovengrondse ingekuipte mazouttank van 2.200 liter (1.870 kg) (Ongewijzigd)

11,22 ton

3

17.4.

Opslag gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen in kleine verpakkingen :

(29) divers + ontvlekker: 430 liter (Ongewijzigd)

430 liter

3

23.2.1°a)

Behandelen van kunststof:

(31) balenpers plastiek - 5 kW (Ongewijzigd)

5 kW

3

29.5.2.1°a)

Mechanisch behandelen van metalen: (17) divers (Ongewijzigd)

5 kW

3

41.1.1°a)

Mechanisch behandelen van textiel:

(3) Bobijnmolen voor bagetten (3 x 1,5 kW)

(4) Automatische bobijnmolen voor bagetten (4 kW)

(5) Bobijnmolen voor chenille (2 x 1,5 kW)

(6) Trommelmachine van 0,75 kW

(11) Voorafwinders (150 x 0,5 kW)

(12) Aandraaimachine (2 x 0,6 kW)

(15) Machine voor valse neggen (0,15 kW) (Ongewijzigd)

88,6 kW

3

41.2.2°a)

Uitbreiding met 2 nieuwe Dornier weefmachines (Verandering)

550,28 kW

2

41.5.

Opslag voor textiel en textielwaren

(27) Opslag textiel 160 ton (Ongewijzigd)

160 ton

3

43.1.1°a)

Stookinstallaties voor verwarming:

(7) Verwarmingstoestel van 139 kW

(16) Verwarmingstoestel van 139 kW

(26) Chauffage oude staalkamer van 67 kW (Ongewijzigd)

345 kW

3

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

  1. Adviezen

 

De hulpverleningszone Fluvia werd om advies verzocht op 25 mei 2023 De adviesinstantie bracht op 14 juni een voorwaardelijk gunstig advies uit. Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

De aanvraag wordt gunstig geadviseerd mits rekening wordt gehouden met bijgaand brandvoorkomingsverslag.

In functie van de maatgevende brandbelasting werd het industriegebouw door de bouwheer ingedeeld in klasse C.

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1 Planologische toets

Het gevraagde is in overeenstemming met de voorzieningen van het Sectoraal BPA zonevreemde bedrijven, fase II, deelplan nummer 1/2 (goedgekeurd bij ministerieel besluit op 27/3/2002) gezien de hoofdbestemming ‘zone voor bedrijvigheid’ is, de activiteiten de ruimtelijke draagkracht niet overschrijden, het bedrijfsgebouw uitgebreid wordt binnen de zone voor bebouwing, de maximale bouwhoogte van 8 m niet overschreden wordt, de niet bebouwde delen van de zone bestemd zijn voor toeritten, bedieningswegen, parkeerplaatsen, stapelplaatsen in open lucht en groenschermen en de loods opgetrokken wordt in materialen die harmoniëren met de eigenheid van de overige bebouwing.

 

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Kortrijkse heerweg een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.
De omzendbrief OMG/2022/1 ‘Richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ reikt richtlijnen aan voor het toepassen van het nieuwe watertoetsbesluit, alsook voor het vrijwaren van watergevoelige gebieden.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<0,1 ha).

Het betrokken goed is volgens de fluviale en de pluviale overstromingskaart niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone. Er dringen zich in het kader van de watertoets geen maatregelen op inzake overstromingsvrij bouwen of beperkingen inzake de inname van komberging.

 

Er is voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. De dakoppervlakte watert af naar een hemelwaterput van 10.000 liter. De hemelwaterput heeft een overloop naar een  infiltratievoorziening met een volume van 5.200 liter en een referentieoppervlakte van 11,6 m². Het in de hemelwaterput opgevangen hemelwater wordt hergebruikt voor toiletten en tuinonderhoud.  Hemel- en afvalwater wordt gescheiden afgevoerd tot aan de perceelsgrens.

Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4 Mer-screening

Niet van toepassing

 

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9 Milieuaspecten

Relevante potentiële effecten op de mobiliteit

Het aan- en afrijden op de site bestaat hoofdzakelijk uit vrachtverkeer en personenwagens van de medewerkers. De beperkte uitbreiding heeft geen grote invloed op het aantal transportbewegingen in de omgeving. Het aantal medewerkers wijzigt niet door toedoen van deze uitbreiding zodat de voorziene parkeergelegenheid voldoende blijft. Hierdoor zijn ten gevolge van deze aanvraag geen effecten te verwachten op de mobiliteit in de omgeving.

 

Relevante potentiële effecten op de bodem

Mogelijke potentiële effecten op de bodem zijn de opslag van brandstoffen en andere gevaarlijke stoffen in verplaatsbare recipiënten. Om eventuele morsverliezen op te ruimen zijn absorberende materialen ter beschikking. Alle opslag gebeurt conform het wettelijke bepalingen en op een ondoordringbare ondergrond. Indien noodzakelijk worden voldoende grote lekbakken voorzien. Door deze maatregelen wordt mogelijke bodemverontreiniging vermeden.

 

Relevante potentiële effecten op het watersysteem

Er is geen productieproces waarbij water gebruikt wordt. Het sanitair maakt gebruik van hemelwater met een verbruik van ongeveer 60 m³/jaar. Er zijn 6 regenwaterputten van 10 m³ die gebruikt worden voor het sanitair en het tuinonderhoud. Bijgevolg zijn de effecten op het watersysteem nihil.

 

Relevante potentiële effecten op de luchtkwaliteit

Geleide emissies

Enkel de stookinstallaties met een vermogen kleiner dan 300 kW hebben een geleide emissie. Bij dergelijk vermogen zijn geen emissiemetingen noodzakelijk. De installaties worden jaarlijks onderhouden

 

Niet geleide emissies

Het weven kan stof veroorzaken. Bijgevolg zijn alle weefgetouwen voorzien van een stofafzuiging. Dagelijks worden de machines afgeborsteld om het stof te verwijderen.

Andere niet geleide emissies zijn afkomstig van de transportbewegingen. Dit zijn vooral vrachtwagens. De beperkte uitbreiding zal geen significante wijziging met zich meebrengen zodat de impact op de mobiliteit en de emissies ten gevolge van het transport in de omgeving eerder beperkt zullen zijn.

 

Relevante potentiële effecten van geluid of trillingen ten gevolge van de aanvraag

Volgende trillings- en geluidsbronnen zijn aanwezig:

        weefgetouwen en andere installaties voor het maken en verwerken van textiel

        compressoren

Om de effecten van deze geluids- en trillingsbronnen te beperken worden de volgende maatregelen genomen:

        De machines staan opgesteld binnen in de bedrijfsgebouwen, waardoor het geluidnaar de omgeving toe tot een minimum beperkt. Bovendien wordt gewerkt metgesloten poorten.

        De inrichting is gelegen in een zone voor bedrijvigheid.

        In het verleden werd geïnvesteerd in nieuwe weefgetouwen. Dat had zijn gunstigeimpact op het geluid.

        De weefgetouwen zijn voorzien van trillingsplaten.

Door het nemen van de nodige maatregelen en doordat er geen klachten zijn vanuit de omgeving betreffende de huidige exploitatie-uren kan de gevraagde afwijking om volcontinu te kunnen werken, positief beoordeeld worden. Deze afwijking wordt opgenomen in het besluit van de omgevingsvergunningsaanvraag.

 

Relevante potentiële effecten op de biodiversiteit

Door de beperkte omvang van de aanvraag heeft deze geen effecten op de biodiversiteit in de omgeving van de site.

 

Relevant potentieel risico op zware ongevallen of rampen

Gezien de aard van de inrichting zijn er geen zware ongevallen of rampen te verwachten

 

Relevante potentiële effecten van licht of straling ten gevolge van de aanvraag

Er wordt enkel externe verlichting voorzien voor de goede bedrijfsvoering en de veiligheid op de site. Er wordt over gewaakt dat de aanwezige verlichting niet hinderlijk is voor de omgeving.

 

Relevante potentiële effecten van de productie van afvalstoffen

De afvalstoffen kunnen niet in de inrichting hergebruikt worden. Ze worden wel afgevoerd naar erkende verwerkers met het oog op recyclage. De kartonnen tussenbladen worden opgehaald door de leverancier voor hergebruik. De cones gaan terug naar de ververijen waar ze hergebruikt worden. Verder wordt voornamelijk bedrijfsafval gelijkaardig aan huishoudelijk afval geproduceerd (PMD, papier en karton,…). Dit wordt meegegeven met de reguliere ophaalronde van het huishoudelijk afval.

 

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

 

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken, met uitzondering van de toegestane afwijking, die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

 

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

De aanvraag heeft betrekking op een bestaand bedrijf in een gebied dat volgens het geldende sectoraal BPA voor zonevreemde bedrijven – fase 2 aangeduid wordt als zone voor bedrijvigheid zodat de aanvraag zich functioneel inpast. De aanvraag heeft betrekking op een beperkte uitbreiding van de bestaande activiteit op een locatie die voorheen dienst deed als  buitenruimte voor het stockeren van materialen en het manoeuvreren van vrachtverkeer. De impact op de omgeving zowel naar schaal, ruimtegebruik als mobiliteit is beperkt. De bouw van de loods wijzigt niets aan de bestaande gebouwen. De loods heeft een minimale visuele impact gezien deze volledig achteraan de site gesitueerd is, omgeven door andere bedrijfsgebouwen en reeds aanwezige groenvoorziening. Langs de kant van de nieuw te bouwen loods bestaat de groenbuffer uit een voldoende brede strook met een menging van hoogstammig groen, struiken en gazon. Deze blijven ook na de bouw van het nieuw gedeelte behouden. Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12 Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13 Bespreking adviezen

Advies Fluvia

Gelet op de specifieke problematiek en inhoud van het advies wordt dit integraal overgenomen en dient opgelegd te worden dat de voorwaarden geformuleerd in het brandpreventieverslag stipt nageleefd moet worden.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

     Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

     Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

     Vlarem II, besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Mathieu De Munster namens GOLDLUX BVBA gevestigd Kortrijkse heerweg 209 te 8540 Deerlijk en namens MUVANTEX NV gevestigd Kortrijkse heerweg 209 te 8540 Deerlijk, voor het uitbreiden van een opslagplaats en het hernieuwen van de milieuvergunning, op een perceel gelegen Kortrijkse heerweg 104 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 5 G, (afd. 1) sectie A 5 R3, (afd. 1) sectie A 5 N3, (afd. 1) sectie A 5 W3, (afd. 1) sectie A 5 X3, (afd. 1) sectie A 5 Y3 en (afd. 1) sectie A 5 Z3, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        Het brandpreventieverslag dient stipt te worden nageleefd.

        Er mag geëxploiteerd worden van maandagmorgen 5.00 uur tot zaterdagmiddag 12.00 uur.

        De algemene en sectorale milieuvoorwaarden met betrekking tot de aangevraagde VLAREM rubrieken, met uitzondering van de toegestane afwijking, die in titel II van het VLAREM staan moeten nageleefd worden. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/ .

 

De exploitatie omvat de volgende ingedeelde rubrieken, vergund voor onbepaalde duur:

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

Klasse

6.4.1°

Opslag van brandbare vloeistoffen

(20) oliën en vetten: 1.200 liter (Ongewijzigd)

1.200 liter

3

6.5.1°

(23) Brandstofverdeelslang op dieseltank (Ongewijzigd)

1 verdeelslang

3

16.3.2°a)

Luchtcompressoren, warmtepompen en airco’s

(2) 2 airco’s van elk 10 kW

(14) compressor van 7,5 kW (Ongewijzigd)

27,5 kW

3

17.3.2.1.1.1°b)

Opslag ontvlambare vloeistoffen:

(21) ondergrondse stookolietank van 8.500 liter (7.225 kg)

(23) bovengrondse ingekuipte dieseltank van 2.200 liter (1.870 kg)

(25) dieselopslag sprinklerinstallatie van 300 liter (255 kg)

(28) bovengrondse ingekuipte mazouttank van 2.200 liter (1.870 kg) (Ongewijzigd)

11,22 ton

3

17.4.

Opslag gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen in kleine verpakkingen :

(29) divers + ontvlekker: 430 liter (Ongewijzigd)

430 liter

3

23.2.1°a)

Behandelen van kunststof:

(31) balenpers plastiek - 5 kW (Ongewijzigd)

5 kW

3

29.5.2.1°a)

Mechanisch behandelen van metalen: (17) divers (Ongewijzigd)

5 kW

3

41.1.1°a)

Mechanisch behandelen van textiel:

(3) Bobijnmolen voor bagetten (3 x 1,5 kW)

(4) Automatische bobijnmolen voor bagetten (4 kW)

(5) Bobijnmolen voor chenille (2 x 1,5 kW)

(6) Trommelmachine van 0,75 kW

(11) Voorafwinders (150 x 0,5 kW)

(12) Aandraaimachine (2 x 0,6 kW)

(15) Machine voor valse neggen (0,15 kW) (Ongewijzigd)

88,6 kW

3

41.2.2°a)

Uitbreiding met 2 nieuwe Dornier weefmachines (Verandering)

550,28 kW

2

41.5.

Opslag voor textiel en textielwaren

(27) Opslag textiel 160 ton (Ongewijzigd)

160 ton

3

43.1.1°a)

Stookinstallaties voor verwarming:

(7) Verwarmingstoestel van 139 kW

(16) Verwarmingstoestel van 139 kW

(26) Chauffage oude staalkamer van 67 kW (Ongewijzigd)

345 kW

3

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.17. OMV 2023_70 - Waregemstraat 75 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een geprefabriceerde betonnen hoogspanningscabine voor openbaar nut, op een perceel gelegen Waregemstraat 75 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 277 G7 aangevraagd door Conrad Everaerdt namens Fluvius System Operator CV met als contactadres President Kennedypark 12 te 8500 Kortrijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 juni 2023.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Voorwaardelijk gunstig. Er dient voldaan te worden aan volgende voorwaarde(n):

        Langs de gevels van de elektriciteitscabine die geen toegangsdeur bevatten moet een haag met streekeigen soorten aangeplant worden.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De bepalingen van het gewestplan Kortrijk (goedgekeurd 4 november 1977) zijn niet meer van toepassing en werden vervangen door de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan overeenkomstig artikel 7.4.5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag ligt volgens de voorzieningen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk (goedgekeurd 20 januari 2006) in een stedelijk woongebied.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, goedgekeurd op 4 januari 2023 (dossiernummer VK 2022_4 – OMV_2022088810).

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

De verkavelingsvoorschriften zijn van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997.

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

     Gemeentelijke algemene bouwverordening inzake vellen van hoogstammige bomen, vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 22 maart 1974 en goedgekeurd bij KB op 4 juli 1974.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 18 februari 1954 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van het bestaande werkhuis

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 14 augustus 1957 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de weeffabriek

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 13 maart 1964 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de weeffabriek

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 oktober 1965 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de bestaande fabriek

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 13 maart 1968 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de bestaande fabriek

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 9 april 1969 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van de bestaande fabriek door het bouwen van burelen, magazijnen, toonzaal en fabriekshal

        Weigering van een stedenbouwkundige vergunningsaanvraag afgeleverd op 24 augustus 1994 door het college van burgemeester en schepenen voor het vervangen van de stapelplaats van de weverij en het uitbreiden van burelen

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 april 1995 door het college van burgemeester en schepenen voor het vervangen van de stapelplaats van de weverij en het uitbreiden van burelen

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 12 maart 2003 door het college van burgemeester en schepenen voor het wijzigen van het dak van een bestaand aterlier, het uitbreiden van het archief en vernieuwen en afsluiten van het bestaande dak

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 23 mei 2007 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een poort

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 16 augustus 2007 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbreiden van een bedrijfsgebouw: aanbouwen van een sas, camionette-bergplaats en sanitair + refter voor personeel

 

Relevante milieuvergunningen

Volgende milieuvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Milieuvergunning afgeleverd op 6 september 1995 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbaten van een weverij van meubelstoffen

        Milieuvergunning afgeleverd op 29 augustus 2001 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbaten van een weverij van meubelstoffen

        Milieuvergunning op proef afgeleverd op 12 november 2014 door het college van burgemeester en schepenen voor het uitbaten van een weverij van meubelstoffen

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning afgeleverd onder voorwaarden op 29 mei 2019 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van een deel van het bestaand bedrijfsgebouw en geweigerd voor het bouwen van een groepswoningbouwproject met 16 wooneenheden en omgevingsaanleg.

        Verkavelingsvergunning afgeleverd onder voorwaarden op 4 januari 2023 door het college van burgemeester en schepenen voor het verkavelen van grond in 16 kavels voor eengezinswoningen, 1 kavel voor een meergezinswoning met kantoorfunctie en 1 kavel voor gegroepeerd parkeren, de aanleg van nieuwe wegenis en een groenzone.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1 Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 5.967 m² en is gelegen langs de Wandelweg en de Waregemstraat op ongeveer 600 m ten oosten van de kern van Deerlijk. De Wandelweg betreft een pijpenkop waarbij centraal een groenzone aanwezig is met rondom breed verharde wegenis (in functie van een voormalig bedrijfsactiviteit die op de site aanwezig was). De Wandelweg wordt gekenmerkt door eengezinswoningen. De Waregemstraat is de verbindingsweg tussen Deerlijk centrum richting de Molenhoek en verder naar Waregem. Deze wordt ter hoogte van de site gekenmerkt door een rijweg geflankeerd door aan beide zijden een voetpadstrook. In de rijweg zijn een aantal parkeervakken geschilderd. Langs de Waregemstraat is historisch gegroeide bebouwing aanwezig in de vorm van rijwoningen. In de ruimere omgeving is een verweving aanwezig tussen bedrijvigheid en wonen.

 

3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst een nieuwe hoogspanningscabine te bouwen voor openbaar nut, in functie van de nieuwe verkaveling. De cabine wordt geplaatst in de deelzone 17 volgens het verkavelingsplan op het lot voorzien voor een HS cabine, naast een groenzone. De cabine wordt ingeplant op 16,33 m van de grens met het openbaar domein en er wordt een bouwvrije strook van 1 m voorzien ten opzichte van de aanpalende percelen. Deze bouwvrije zone kan worden aangeplant met streekeigen planten en/of struiken. De cabine is een type “Taurus” met een breedte van 2,8 m op een diepte van 3,55 m, afgewerkt met een plat dak met een hoogte van 2,44 m. De wanden en het dak van de cabine worden opgebouwd in prefab beton en de wanden worden voorzien van een houtstructuur (Ceder).

 

3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

  1. Adviezen

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1 Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de voorschriften van de verkaveling zoals goedgekeurd op 4 januari 2023.

De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften van de verkaveling gezien de zone voor een elektriciteitscabine voorzien is op het verkavelingsplan, de lengte en breedte van de cabine voldoet aan de zone voorzien op het verkavelingsplan, er een vrije zone is van minstens 1 m rond de cabine en er duurzame materialen gebruikt worden.

 

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Waregemstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

De omzendbrief OMG/2022/1 ‘Richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ reikt richtlijnen aan voor het toepassen van het nieuwe watertoetsbesluit, alsook voor het vrijwaren van watergevoelige gebieden.

Het voorliggend project heeft geen omvangrijke oppervlakte (<40 m²).

Het betrokken goed is volgens de fluviale en de pluviale overstromingskaart niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone. De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4 Mer-screening

Niet van toepassing

 

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9 Milieuaspecten

Niet van toepassing.

 

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

De aanvraag voor het plaatsen van een elektriciteitscabine staat garant voor de toevoer van de elektriciteitsbehoefte van de inwoners van de nieuwe verkaveling. Deze is voorzien in de daarvoor aangeduide zone en is conform de voorschriften van de verkaveling. Op het plan is aangegeven dat de zone rondom de cabine een minimale bouwvrije strook heeft van 1 m en deze kan aangeplant kunnen worden met streekeigen planten of struiken. In functie van een voldoende integratie in de naastliggende groenzone en het straatbeeld is het wenselijk sowieso een beplanting te voorzien rondom de cabine. De aanplant van een haag bestaande uit streekeigen soorten langs de gevels van de cabine zonder toegangsdeur wordt opgenomen als voorwaarde in de vergunning. Enkel de toegang tot de cabine wordt verhard.

De aanvraag kan bijgevolg verenigbaar gemaakt worden met de goede plaatselijke aanleg en zijn onmiddellijke omgeving.

 

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12 Scheidingsmuren

Niet van toepassing.

 

7.13 Bespreking adviezen

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

     Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

     Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Conrad Everaerdt namens Fluvius System Operator CV met als contactadres President Kennedypark 12 te 8500 Kortrijk, voor het plaatsen van een geprefabriceerde betonnen hoogspanningscabine voor openbaar nut, op een perceel gelegen Waregemstraat 75 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 277 G7, mits te voldoen aan volgende voorwaarde(n):

        Langs de gevels van de elektriciteitscabine die geen toegangsdeur bevatten moet een haag met streekeigen soorten aangeplant worden.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.18. Attest van verdeling - De Cassinastraat 121

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd of er opmerkingen zijn bij het attest van verdeling voor de eigendom gelegen De Cassinastraat 121.

 

Motivering

 

Op 27 juni 2023 verstuurde men vanuit het notariskantoor notarissen Deerlijk een attest van verdeling voor de eigendom gelegen De Cassinastraat 121, gekadastreerd afdeling 2, sectie C, nummer 446R3, met een oppervlakte van 1.035 m².

 

Een deel van de eigendom wordt afgesplitst teneinde te verkopen in twee delen.

De bestemming van het goed is volgens de akte woonhuis met achterliggende tuin en volgens de verwerver woonhuis (deel 1) en tuin (deel 2) met de bedoeling het tuingedeelte op termijn bij de woning De Cassinastraat 127 te voegen en de woning De Cassinastraat 121 door te verkopen.

 

De omgevingsambtenaar stelt voor geen opmerkingen te formuleren bij het voorstel van verdeling gezien de aangevraagde splitsing in overeenstemming is met het BPA Marquettestraat, wijziging A.

 

Adviezen

 

Er zijn geen adviezen nodig.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

        Andere:

        Art. 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de splitsing.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.19. Conformiteitsattest zendantennes Proximus NV - Kapelstraat 198 - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van een conformiteitsattest voor vast opgestelde zendantennes in de Kapelstraat 198, afgeleverd door het departement omgeving op 23 juni 2023 aan Proximus NV, Koning Albert II-laan 27, 1030 Brussel.

 

Motivering

 

Het conformiteitsattest met nummer 00116705 voor de vast opgestelde antennes in de Kapelstraat 198 werd door het departement omgeving via elektronische zending toegestuurd op 23 juni 2023.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet lokaal bestuur.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt akte van het conformiteitsattest met nummer 00116705 voor vast opgestelde zendantennes in de Kapelstraat 198, afgeleverd door het departement omgeving aan Proximus NV, Koning Albert II-laan 27, 1030 Brussel.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.20. Conformiteitsattest zendantennes - Orange Belgium NV - Kapelstraat 198 - kennisname

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd akte te nemen van een conformiteitsattest voor vast opgestelde zendantennes in de  Kapelstraat 198, afgeleverd door het departement omgeving op 23 juni 2023 aan Orange Belgium NV, Bourgetlaan 3, 1140 Evere.

 

Motivering

 

Het conformiteitsattest met nummer 00116929 voor de vast opgestelde antennes in de Kapelstraat 198 werd door het departement omgeving via elektronische zending toegestuurd op 23 juni 2023.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Art. 56, § 2 Decreet lokaal bestuur.

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt akte van het conformiteitsattest met nummer 00116929 voor vast opgestelde zendantennes in de Kapelstraat 198, afgeleverd door het departement omgeving aan Orange Belgium NV, Bourgetlaan 3, 1140 Evere.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.21. Inname openbaar domein - kennisname

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.22. OMV 2023_69 - Hoogstraat 78 en 80 - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd een omgevingsvergunning te verlenen voor het aanbrengen van gevelbekleding, op een perceel gelegen Hoogstraat 78 en 80 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 246 V3 aangevraagd door Dominique Vanhonacker wonende Hoogstraat 78 te 8540 Deerlijk.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de vermelde aanvraag, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en heeft betreffende de aanvraag het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar ingewonnen.

 

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar zoals uitgebracht op 29 juni 2023.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt als volgt: Gunstig.

Het advies wordt als volgt gemotiveerd:

 

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Gewestplan

De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 4 november 1977 vastgestelde origineel gewestplan Kortrijk met als woongebied.

 

Ruimtelijk uitvoeringsplan

     De aanvraag ligt in een gebied waarvoor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Grens afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’ door de Vlaamse Regering werd vastgesteld op 20 januari 2006.

     De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijke uitvoeringsplan Solitaire vakantiewoningen – Interfluvium, zoals vastgesteld door de deputatie op 25 juni 2015.

     De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Bijzonder plan van aanleg

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

Verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag 

Het gewestplan is van toepassing op de aanvraag.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de vigerende voorschriften.

 

Stedenbouwkundige verordeningen

Voor het perceel zijn de volgende stedenbouwkundige verordeningen relevant:

     Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013.

 

  1. Historiek

 

Relevante stedenbouwkundige vergunningen

Volgende stedenbouwkundige vergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 28 februari 1973 door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een kristenwerkersverbond.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 17 december 1980 door het college van burgemeester en schepenen voor het herinrichten (verbouwen) ‘De Gilde’.

        Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 5 juli 1989 door het college van burgemeester en schepenen voor het plaatsen van een lichtreclame.

 

Relevante milieuvergunningen

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

Relevante omgevingsvergunningen

Volgende omgevingsvergunningen en/of weigeringen zijn relevant:

        Omgevingsvergunning afgeleverd op 5 januari 2022 door het college van burgemeester en schepenen voor het slopen van een aangebouwd bijgebouw.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

3.1 Beschrijving van de omgeving

De eigendom is een perceel met een oppervlakte van 666 m², gelegen in de kern van de gemeente en is bereikbaar via een private toegangsweg vanaf de Hoogstraat. De Hoogstraat is een voldoende uitgerust gemeenteweg.

Het perceel is bebouwd. Op het perceel bevindt zich een voormalige horecagelegenheid met kantoorgebouw ‘De Gilde’ en wordt momenteel in gebruik genomen als kinepraktijk, bankinstelling en een snookerzaal. Het hoofdgebouw bestaat deels uit 1 bouwlaag en deels uit 2 bouwlagen afgewerkt met een plat dak.

De af te werken gevels bevinden zich enkel ter hoogte van de snookerzaal, gelegen achteraan de private weg, niet rechtstreeks palend aan de straat.

De omgeving is stedelijk en wordt gekenmerkt door een menging aan functies, zoals wonen, handel, horeca, kantoren, diensten en gemeenschapsvoorzieningen. De woonfuncties bestaan zowel uit eengezins- als uit meergezinswoningen.

 

3.2 Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvrager wenst de zichtbare gevels van het gebouw aan te passen. Het gebouw is in verschillende hoogtes opgetrokken en deze variëren tussen de 3,15 m en 6,25 m. Alle dakvormen zijn plat. De totale diepte van het gebouw dat opgetrokken is in metselwerk bedraagt ruim 46 m.

Het overgrote deel van het gebouw wordt voorzien van een dunne laag kalei in een licht grijze kleur. De geveldelen die uitgevoerd zijn in metselwerk waar zich geen volwaardige tweede verdieping bevindt worden op deze manier afgewerkt. Gezien bij het kaleien slechts een dunne kalkpleister met een blokkwast wordt uitgestreken is de onderliggende baksteenstructuur nog zichtbaar, het toenemen van de muur is bijgevolg verwaarloosbaar.

De wanden van het volume op de verdieping worden echter afgewerkt met een ander materiaal, zijnde Padoek (tropische hardhoutstructuur) met een dikte van 21 mm. De bevestiging zal gebeuren op een nieuwe lattenstructuur (dikte 21mm).

De blinde wand die zichtbaar is, ten noorden van de verdieping, die opgetrokken is op de gelijkvloerse bouwlaag, wordt tevens voorzien van Padoek gevelbekleding. De leien die op heden hierop bevestigd zijn zullen verwijderd worden. Indien de kwaliteit van de bestaande onderliggende latten (dikte 25 mm) het toelaat zullen deze hergebruikt worden. De breedte van de gevels die voorzien worden met Padoek zullen bijgevolg ruim 4 cm vooruitspringen ten opzichte van de huidige.

De bestaande raam- en deuropeningen blijven ongewijzigd alsook de interne ruimtes.

De aangebouwde houten constructies, zowel achteraan het gebouw en in de oksel van het gebouw, blijven ongewijzigd.

 

3.3 Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag heeft geen betrekking op een ingedeelde inrichting of activiteit.

 

  1. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

 

De aanpalende eigenaars werden op 25 mei 2023 aangeschreven omdat de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van- scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben geen bezwaar ingediend.

 

  1. Adviezen

 

Er dienden geen adviezen ingewonnen te worden. 

 

  1. Project-MER of OVR (ingeval van toepassing)

 

De aanvraag valt niet onder de bijlage I of II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Project-MER of OVR is niet van toepassing op voorliggende aanvraag.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier

 

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen wordt tot de volgende beoordeling van het dossier gekomen.

 

7.1 Planologische toets

De aanvraag dient getoetst te worden aan de stedenbouwkundige voorschriften van het gewestplan, meer bepaald aan de voorschriften van het woongebied.

In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt :

Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De aanvraag heeft betrekking op het aanpassen van de gevels van een bestaand gebouw zodat de aanvraag in overeenstemming is met de voorzieningen van het gewestplan.

 

7.2 Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Hoogstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Het goed is niet getroffen door een rooilijn.

 

7.3 Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat.

De omzendbrief OMG/2022/1 ‘Richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ reikt richtlijnen aan voor het toepassen van het nieuwe watertoetsbesluit, alsook voor het vrijwaren van watergevoelige gebieden.

 

Het betrokken goed is volgens de fluviale en de pluviale overstromingskaart niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone.

De voorliggende aanvraag heeft geen uitbreiding van de bebouwde oppervlakte.

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater.

Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt zal zijn.

 

7.4 Mer-screening

De aanvraag valt niet onder de bijlage I,II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004.

 

7.5 Natuurtoets

Volgens de natuurtoets blijkt dat geen onvermijdbare schade aan belangrijke natuurwaarden worden veroorzaakt.

 

7.6 Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

7.7 Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)

Niet van toepassing

 

7.8 Decreet grond- en pandenbeleid

Gezien de beperkte omvang/aard van het project zijn geen normen of percentages betreffende de verwezenlijking van een bescheiden woonaanbod van toepassing.

 

7.9 Milieuaspecten

Niet van toepassing.

 

7.10 Goede ruimtelijke ordening

Voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening wordt de aanvraag getoetst aan de hand van de aandachtspunten en criteria zoals vermeld in artikel 4.3.1 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor zover noodzakelijk en relevant.

 

Functie:

De aanvraag heeft betrekking op het wijzigen van de gevelbekleding bij een bestaande zaak waarbij de binnenruimtes behouden blijven. Deze functie blijft bijgevolg ongewijzigd en passend binnen deze centrumomgeving.

 

Inplanting en ruimtegebruik:

De inplanting van het gebouw blijft ongewijzigd. De buitenvlakken op de verdieping zullen een 4-tal centimeter vooruitspringen, op het gelijkvloers zullen deze echter slechts minimaal toenemen zodat dit geen negatieve invloed zal hebben op de breedte van de private toegangsweg die na de werken bruikbaar blijft zoals voorzien.

 

Bouwvolume en gabarit

Het netto volume van de woning zal niet wijzigen na de werken. Het betreffende gebouw, achterste van 3 gebouwen, blijft qua gabarit ongewijzigd en sluit aan bij de aanpalende gebouwen. Het gebouw bestaat hoofdzakelijk uit 2 bouwlagen en een deel uit enkel een gelijkvloers, afgewerkt met een plat dak.

De muren langs de perceelgrens worden gewijzigd. Hiervoor werd het akkoord verkregen van de eigenaars van het betreffende buurperceel.

 

Verschijningsvorm:

De aanvrager wenst de gevelvlakken, die nu uitgevoerd zijn met een bruine gevelsteen, hoofdzakelijk af te werken met een laag kalei in een licht grijze kleur en de verdieping met Padoek. De grijze kleur is in harmonie met het aangebouwde pand die in een donkerder grijstint uitgevoerd is. Daarnaast is het tegenoverliggende appartementsgebouw afgewerkt in dezelfde grijze kleurtinten en materialen.

De Padoekbekleding is een natuurlijke houtsoort die zorgt voor een accent in de hoofdzakelijk grijze gevel. Het gebruik van deze duurzame materialen zorgt ervoor dat de impact in de omgeving beperkt zal zijn. Het bestaande schrijnwerk van het gebouw is voornamelijk in het grijs uitgevoerd. De gevels bevinden zich langs een gedeelde private weg zodat deze niet rechtstreeks zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. De werken hebben bijgevolg geen rechtstreekse impact op het straatbeeld.

 

Parkeerplaatsen en verkeersaantrek:

De functie blijft behouden, bijgevolg wordt geen wijziging van de verkeersaantrek verwacht.

 

Groen- en omgevingsaanleg:

De werken hebben geen invloed op de omgeving van het gebouw. Op het perceel is zowel op heden als na de werken geen levend groen aanwezig. Enkel de haag rond het terras en de 2 beplantingsvakken van de gemeenschappelijke delen zijn aanwezig en blijven behouden.

 

Conclusie:

Het ontwerp is bijgevolg verenigbaar met zijn onmiddellijke omgeving en met de goede plaatselijke aanleg.

 

Artikel 4.3.1§2, 2° stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan ook met de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement rekening kan houden.

De aanvraag doet een beperkte bijdrage tot de verhoging van het ruimtelijk rendement, doch respecteert de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. Het aangevraagde past zich in de betrokken omgeving.

 

7.11 Resultaten openbaar onderzoek

Niet van toepassing

 

7.12 Scheidingsmuren

Naar aanleiding van de adviesvraag voor de werken aan de scheidingsmuren werden geen bezwaren of opmerkingen geformuleerd zodat een verdere beoordeling niet aan de orde is.

 

7.13 Bespreking adviezen

 

Niet van toepassing.

 

Juridische gronden

 

     Algemene basisbevoegdheden: Art.56, § 2 Decreet Lokaal Bestuur

     Andere:

        Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

        Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingen

 

Financiën

 

De beslissing heeft geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en besluit bijgevolg tot het afleveren van de omgevingsvergunning aan Dominique Vanhonacker wonende Hoogstraat 78 te 8540 Deerlijk, voor het aanbrengen van gevelbekleding, op een perceel gelegen Hoogstraat 78 en 80 en met als kadastrale omschrijving (afd. 1) sectie A 246 V3.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.23. Dienst omgeving - uitrol risico gedreven adviseren - gunning - goedkeuring

 

Aanleiding en context

 

Het college van burgemeester en schepen wordt gevraagd het vervolgtraject met Mondea voor de uitrol van het risico gedreven adviseren goed te keuren.

 

Motivering

 

Het college van burgemeester en schepenen gunde in zitting van 17 augustus 2022 de opdracht "Analyse dienst omgeving" aan de firma Mondea, Jozef II-straat 40 bus 1 te 1000 Brussel.

 

Tijdens de analyse van de dienst omgeving werd aan de hand van verschillende managementtools nagedacht over de missie van de dienst, de taken en rollen binnen de dienst, de procesflow van het behandelen van omgevingsvergunningen, de inzet ten opzichte van het belang van het dossier,...

 

Er wordt nu bekeken hoe de voorstellen voor structurele oplossingen die voortvloeien uit de analyse concreet kunnen uitgewerkt en geïmplementeerd worden.

 

Het concept van risico gedreven adviseren gaat uit van het categoriseren van dossiers volgens risico's en tijd en expertise vooral in te zetten op dossiers met impact. Voor de aanpak van de uitrol van het risico gedreven adviseren is het wenselijk om beroep te doen op bijkomende externe begeleiding van Mondea om effectief tot uitvoering te komen.

 

Mondea werkte een offerte uit gebaseerd op volgende plan van aanpak:

        Stap 1 - analyse en visie:

        Op basis van een kwantitatieve en kwalitatieve analyse van alle OMV-dossier van het voorbije jaar principes en criteria bepalen om dossiers op te delen in categorieën en bepalen van de methodologische aanpak per categorie.

        Stap 2 - uitwerking:

        Uitschrijven van procedures, sjablonen aanpassen, uitwerken standaardteksten per categorie,...

        Stap 3 - implementatie

        Stap 4 - opvolgingen bijsturing

 

In de offerte is enkel de begeleiding van Mondea in stap 1 opgenomen. De concrete uitwerking (stap 2) zal vanuit de dienst zelf in handen genomen worden maar hierbij wordt ook nog wat input en ondersteuning van Mondea gevraagd, zoals het aanleveren van voorbeeldteksten en het geven van feedback op uitgewerkte zaken.

 

De  totale kostprijs wordt geraamd op 17.100,00 euro of 20.691,00 euro incl. 21% btw.

 

De offerte bevat volgende dagprijzen:

        Senior expert: 1.140,00 euro/dag excl.btw

        Junior expert: 700,00 euro/dag excl. btw

        Manager: 1.140 euro/dag excl. btw

 

Alle kosten zijn in de dagprijzen inbegrepen (transport, telefonie, verzekering,...).

 

Enkel effectief gepresteerde dagen worden aangerekend. Additionele dagen, of eventuele ondersteuning bij de verdere implementatie worden aangerekend aan de opgegeven dagprijzen.

 

Het clusterhoofd ruimte stelt voor om, rekening houdend met het voorgaande, de opdracht uitrol "risico gedreven adviseren" te gunnen aan Mondea, Jozef II-straat 40 bus 1 te 1000 Brussel tegen het nagerekende offertebedrag van 17.100,00 euro of 20.691,00 euro incl. 21% btw.

 

Juridische gronden

 

        Algemene basisbevoegdheid: Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 56, § 3, 5°, waarbij wordt bepaald dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht van dagelijks bestuur

        Andere:

        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

        Het Bestuursdecreet van 7 december 2018

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht

        De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen

        De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 92 (de geraamde waarde excl. btw bereikt de drempel van 30.000,00 euro niet)

        Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen

        Besluit van de gemeenteraad van 28 mei 2020 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur

 

Adviezen

 

Het diensthoofd ruimte verleend positief advies.

 

Financiën

 

De beslissing heeft financiële gevolgen.

 

Bestelbedrag

(volgens voorstel plan van aanpak)

17.100,00 euro excl. btw of 20.691,00 euro incl. btw

Actie

Overige beleid

Jaarbudgetrekening

CBS/0600-01/61310000

Visum

G-2023-30

 

BESLUIT

 

Artikel 1

 

Bovengenoemde opdracht komt tot stand bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

 

Artikel 2

 

Deze opdracht Uitrol "risico gedreven adviseren" wordt gegund aan de firma Mondea, Jozef II-straat 40 bus 1 te 1000 Brussel tegen het nagerekende offertebedrag van 17.100,00 euro excl. btw of 20.691,00 euro incl. btw.

Onderstaande dagprijzen zijn van toepassing gedurende de ganse opdracht:

        Senior expert: 1.140,00 euro/dag excl. btw;

        Junior expert: 700,00 euro/dag excl. btw;

        Manager: 1.140 euro/dag excl. btw.

 

Alle kosten zijn in de dagprijzen inbegrepen (transport, telefonie, verzekering,...).

 

Enkel effectief gepresteerde dagen worden aangerekend.  Additionele dagen of eventuele ondersteuning bij verdere implementatie worden aangerekend aan de dagprijzen zoals hierboven vermeld.

 

Artikel 3

 

De betaling zal gebeuren overeenkomstig de bepalingen voorzien in de offerte en met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van 2023, op jaarbudgetrekening 0600-01/61630000/BESTUUR/CBS/0/IP-GEEN (actie GBB).

 

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.24. Individueel bezoldigd personenvervoer - bestuurderspas - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.25. Asverstrooiing - kennisname

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.26. Grafconcessie - nominatieve uitbreiding en bijzetting - aktename en goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.27. Grafconcessie - toekenning - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.28. Afvoering van ambtswege - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

C.29. Afvoering van ambtswege - goedkeuring

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Overzicht punten

 

Zitting van CBS van 05 JULI 2023

D.1. Leegstandbelasting AJ2021 - vraag om minnelijke schikking in bij de rechtbank aanhangig gemaakt beroep

 

 

 

Publicatiedatum: 13/07/2023
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.